M His oilier io Zoo
Tweede Blad,
behoorende bij
„Haarlem's Dagblad"
van
Zaterdag 11 October 1902
Nr. 5916
Binnenland.
Ongevallen- verzekering.
Men bericht van zeer betrouwbare
zijde, dat de Nederland-sche Druk
ker sbond op 16 dezer beslissing
neemt omtrent de oprichting eener
onderlinge verzekering-maaltschappij
tegen de gevolgen der Ongevallen
wet, uitsluitend voor leden van den
Bond. Is tot oprichting besloten,
dan wordt den vakgenooten in Ne
derland daarvan onverwijld kennis
gegeven, met verzoek zich te willen
verklaren vóór of tegen aansluitting.
Socialistische onderwijzers.
Door bestuurderen der Roomsch-
Katholieke, Antirevolutionaire en
ChAdstelij k-Histori'sche kieeve|reeni-
gimgen in Amialterdam IX is aan B.
en W. van Amsterdam een schrijven
gericht, waarin geprotesteerd wordt
tegen een verkiezings-str ooibiljet door
soc.-dem. onderwijzers verspreid,
door hen met hun naam en in hun
sualiteit geteekend, waarin de candi-
datuur-Troelsjtra aanbevolen werd.
Adressanten zeggen o.a.:
Door de verspreiding van het hier
gewraakte strooibiljet werd, ontegen
sprekelijk de invloed welken de open
bare onderwijzers oefenen op de ou
ders hunner leerlingen, dus de in
vloed van de openbare school zelve
dienstbaar gemaakt aan de bevorde
ring der belangen van de sociaal-de
mocratie, aan de propaganda van een
politieke partij, die de omverwerping
der tegenwoordige burgerlijke maat
schappij als nummer één op haar
program heeft geschreven.
Derhalve bestaat er, naar ons in
zien, alle reden UEd.Achtb. te verzoe
ken den onderteekenaars van bedoeld
biljet onder het oog te brengen, dat
zij als ambtenaren van de gemeente
zich in het vervolg van dergelijke
optreden bij verkiezingen hebben te
onthouden.
„Het Witte Kruis."
Aan die afdeelinge-n der Noordhol-
Jandsche Vereeniging „Het Witte
Kruis" is de volgende circulaire ge
zonden
.Het hoofdbestuur heeft de eer ter
kennis te brengen van de afdeelingen.
dat het in dato 26 Augustus jl. van de
commissie van beheer over den ont
smettingsovon met waschmrichting te
Alkmaar de mededeeling ontving,,'t
Is ons gebleken, dat de directie der
II. IJ. S. M., bij algemeenen maatre
gel, aan de stationschefs op hare lij
nen gelast heeft, om vervoer van be
smet goed te weigeren."
„Het hoofdbestuur heeft gemeend
toen te moeten onderzoeken of bedoel
de lastgeving inderdaad) verstrekt is
geworden het beeft in dato 5 Septem
ber jl. de bevestiging van bovenbedoel
de med'edéeling ontvangen „en wel
naar aanleiding van art. 8 der Wet van
4 December 1872 tot voorziening tegen
besmettelijke ziekten (Stbl. no. 134)
waarbij verboden is voorwerpen die in
aanraking geweest waren met lijders
of overledenen aan een besmettelijke
ziekte t& vervoeren of te doen vervoe
ren."
„Bij breedvoerig schrijven hoofdza
kelijk gegrond op de laatste alinea van
art. 9 derzeli'de Wet, heeft het hoofd
bestuur zich nu gewend tot den minis
ter van waterstaat, teneinde intrekking
te erlangen van den willekeurigen en
onwettig-en maatregel, door de Maat
schappij genomen.
„Meer kan liet. hoofdbestuur op het
oogenbhk niet doen.
De maatregel kan intusschen slechts
goederen gelden, afkomstig van pa
tienten, geleden hebbende aan de ziek
ten die ten getale van zeven in art. 1
der Wet worden genoemd, terwijl goe
deren afkomstig van aan tuberculose
of andere besmettelijke ziekten lijden
den, zelfs zonder bijzondere voorzor
gen zouden mogen worden vervoerd.
„Het hoofdbestuur meent echter wel
te doen er bij u op aan tq dringen,
dat ook dergelijke goederen worden
vervoerd met de voorzorgen, voorge
schreven voor het transporteeren van
goederen, afkomstig van lijders aan de
in de Wet genoemde besmettelijke
ziekten.
Om zeker te zijn, dat het vervoer
van de kisten dan niet kan worden ge-
M 511 <D t M.
door
MAX PEMBERTON.
19)
Hij wees naar d'e verwij derde riffen,
die, zooals ik kqji zien. helder verlicht
waren, En niet alleen, de riffen, ook
de zee, op misschien wel een kabel
lengte van de Noord- tot de Zuidzijde,
scheen gelijk een vuurpoel, geel en
goud, en met een zeldzaam mooi groen
licht, toen die duisternis inviel. Zulk
een schouwspel zal ik wel nooit weer
zien, al voer ik ook nog op duizend
.schepen Dat heerlijke groen der brui
sende zee, die lichtstralen, het schuim
dat tegen de rotsen spatte, glinsterend
als een juweel met een verblindenden
glans, als een kleed van trillend goud.
Dit was voornamelijk het noordelijke
kanaal. Het was werkelijk een schoon
schouwspel. Ik was als verpletterd
door dien aanblik, die tevens ontzag
inboezemde.
Lichten onder de zee en nienschen
weigerd, moet in den begeleidenden
vrachtbrief worden vermeld ..Goede
ren, niet afkomstig van lijders aan
een der besmettelijke ziekten, genoemd
in art. 1 der Wet van 4 Dec. 1872".
Fonds der Bóeren-generaals.
De generaals Botha en De Wet hebben
een schrijven gericht aan de „Neder-
landsch Zuid-Afrikaansche Vereeniging"
en het „Christelijk Nationaal Boeren-
Comité" waarbij deze gemachtigd wor
den, mede te deelen: „dat de gelden, die
door of namens ons verzameld zullen
worden, zullen gebruikt worden voor de
weduwen, weezen, verminkten en nood-
druftigen en voor de opvoeding; dat de
verzamelde gelden zullen worden be
heerd en geadministreerd door ons met
een comité in Zuid-Afrika bestaande uit
president Steyn, waarn. president Bur
ger, oud-procureur-generaa'l Smuts, oud-
rechter Hertzog, ds. .T. Louw, ds. A.
Louw, ds. Kestell, ds. Marquart en ds.
Kriel, welke commissie later aangevuld
en bevestigd zal worden, en dat alle co-
mité's, die ons helpen in het verzamelen
der gelden worden uitgenoodigd die te
storten; bij den heer W. J. C. Brebner,
thesaurier van het „Generaale Boeren
Hulp Fonds", voorloopig kantoor: „Ho
tel du Vieux Doelen", 's-Gravenhag.e, en
de heeren Scheurleer Zoonen, Spui
straat, 's-Gravenhage."
Jagende onderwijzers.
Dezer dagen kwam in het „School
blad!" een correspondentie voor over
de quaestie der jachtakte in Ambt-
Har denb erg.
Gemeld was d'at in de instructie der
onderwijzers aldaar is opgenomen liet
verbod om ter jacht te gaan op uitnoo-
diging van Gedep. Staten van O ver-
ij sel.
Mr. G. Jannink, lid van Gedeputeer
den, zond aan 't „Schoolblad" een te
genspraak van déze mededeeling, bij
welk schrijven cl© correspondent, aan
wi'en nadere inlichtingen werden ver
zocht, 't een en ander toevoegde.
Mr. G. Jannink, aan wien het num
mer met deze nadere toelichting me
de werd toegezonden, heeft thans tot
het „Schoolblad" 't volgend schrijven
gericht:
Bij een, door mij ingesteld onder
zoek is mij het navolgende gebleken,
hetgeen ik, na bekomen machtiging
van den heer Commissaris der Ko
ningin. de eer heb u bij dezen mede
te deelen.
Door een hoofd der school te Ambt-
Hardenberg werd)in Juli jl. een jacht
akte aangevraagd; d'e burgemeester
door den Commissaris der Koningin
om adivies gevraagd, berichtte op 19
Juli p. a...in het belang van het on
derwijs acht ik het niet wenschelijk
dat aan genoemd hoofd een "akte
worde verleend, daar dit mijns inziens
niet anders dan een schadelijken in
vloed op het door hem te geven onder
wijs moet hebben".
Bij schrijven van 22 Juli d. a. v.
deelde de Commissaris den burge
meester mede. dat de door hem in zijn
voormeld advies opgegeven reden geen
aanleiding- kon geven om de jachtakte
te weigeren maar dat als men
zulks noodig oordeelde (ik
spatieer) in de instructie voor de
hoofden dier scholen een bepaling zou
opgenomen kunnen worden die hun
het jagen verbiedt.
Eenige dagen daarna is aan den
burgemeester ten vervolge op diat
schrijven „met het oog op de afgifte
van een groote jachtacte aanme-;
dedeeling verzocht of de instructie
voor de hoofden der scholen aan hen
de uitoefening- der jacht verbiedt als
mede of de Raad der gemeente voor
nemens is die instructie, in ontken
nend geval, in dien zin aan te vullen".
Daarop werd per brief van 5 Augus
tus j.l. door den burgemeester geant
woord1: ..bij de instructie voor de
hoofden van scholen in deze gemeen
te, is aan hen de uitoefening der
jacht niet verboden. In de eerst
volgende raadsvergadering (waar
schijnlijk 21 Augustus a.s.) ben ik
voornemens den Raad voor te stellen,
die instructie in dien zin aan te vul
len".
Dat schrijven gaf den Commissaris
aanleiding om, ten einde te voor
komen dat den aanvrager een akte
werd verleend waarvan hij, als de tijd
daar was om die te gebruiken, geen
gebruik zou mogen maken officieus
dezen van het in des burgemeesters
brief vermelde voornemen in kennis
te stellen en hem te doen polsen of
hij, dat wetende, alsnog de afgifte dei-
akte verlangde.
Dat. is de briefkaart waarvan uw
correspondent aan het slot van zijn
schrijven gewaagt en waarop de aan
vrager der akte bij brief van 9 Augus
tus antwoordde: „Naar aanleiding van
uw mededeeling en na ingewonnen
informaties ten gemeentel! uize alhier.
die daar wonen liet is eenvoudig oin
je verstand te verliezen ze.ide ik. En
toch is het waar, jongens wij zijn ge
zond van zinnen, en goed wakker, 't
is geen sprookje, gij kunt 't zelf zien.
Ja, en raenschen, die in en uit hun
huizen gaan, riep Peter, bijna adem
loos, het is een vreeselijk gezicht, kap-
tein, een vreeselijk gezicht op mijn
woord.
De anderen zeidén niets, Wij gele
ken wel een verschrikte groep die met
open mond een vreeselijk wonder aan
schouwde. Het was een schouwspel,
dat ontzag 'inboezemde. Ook mochten
wij niet vergeten, dat de nienschen
daar beneden woonden, zooals Ruth
Bellenden ons verteld had', omdat het
eiland eert dood'elijke val was. Wij
waren in die val, en niemand, wees
ons den weg cm eruit te geraken.
Peter, riep ik eensklaps, om hun
aandacht ervan af te leiden, ben je
vergeten, dat 't nu etenstijd is?
Geheel en al, jiaptein. zei hij.
En ik heb ook geen honger, riep
George Venn, die van den damp be
gon te hoesten, wat ons allen deed la
chen, Ik was echter ongerust over
den jongen, en het beviel mij ook niet.
dat, Se'th Barker als een os adem haal
de, en meende, dat het in 't dal zui
verder zou zijn.
verzoek ik u beleefd de door mij aan
gevraagde jachtakte niet af te geven".
Ziet daar mijne heeren, de feitelijke
toedracht der zaak. welke blijkbaar de
oorzaak is geweest van het onjuiste be
richt dat meergenoemde aanvulling der
instructie geschied zoude zijn op uit-
noodiging van Gedeputeerde Staten.
Ik meen in een voor publiciteit be
stemd schrijven niet verder te mogen
gaan dan de mededeeling van boven
staande feiten .welke u en uwen lezers
trouwens ook ontwijfelbaar voldoende
li'cht zullen geven".
De redactie van „Het Schoolblad"
blijft van meening dat het bewuste
besluit op een zonderlinge wijze tot
stand gekomen is en meent dat de
Raad, nu volkomen goea ingelicht,
niet ongeneigd zal zijn het in te trek
ken. Ook zouden de onderwijzers te
Ambt-IIardenberg veel kans op succes
hebben als zij vernietiging van liet
besluit aan H. M. aanvroegen, zoo zij
de zaak de moeite waard achtten.
Een zonderling sinjeur.
Bij de Tweede Kamer of bij d'e Ko
ningin. lezen wij in „De Klok", komen
■herhaaldelijk adressen in van zekeren
J. Heemskerk te Hazerswoude, soms
m den vorm van een kleine brochure,
soms op een gewoon blaadje papier.
Dezer dagen kregen we weer het vol
gende epistel onder de oogen
„Geeft met verschuldigden eerbied
te kennen Jan Heemskerk, te Hazers
woude, oud-landbouwer
dat de blijde tijding van Uwer Ma-
jesteits gelukkig herstel de harten van
Uwe onderdanen met groote vreugde
heeft vervuld
dat in alle kerken daartoe vurige ge
beden werden en nog voortdurend ten
hemel worden gezonden
dat echter velen aan dit algemeen
gebed niet hebben deelgenomen, om
de eenvoudige reden, dat zij nooit tor
kerke gaan
dat dezulken, die God niet vreezen,
zich ook niet erover bekommeren, dat
zij eens rekenschap zullen moeten af
leggen van hunne daden
dat. er daarom zoovele dingen gebeu
ren. die den toets der rechtvaardigheid,
niet kunnen doorstaan
dat bijv. door het oprichten van
openbare slachtplaatsen de eigen
slachtplaatsen alle waarde verliezen,
voor welk verlies geen cent schadever
goeding wordt gegeven
dat voorts door sommige veeartsen
koeien worden afgekeurd en vernie
tigd. zonder dat den boer eenigszins de
schade wordt, vergoed
dat bij zulke ongeloovigen van Zon
dagsheiliging natuurlijk geen sprake
is;
dat bij de margarine-fabrikatie voor
al het plegen van schromelijk onrecht
aan het licht treedt
dat bijgevolg al het mogelijke dient
gedaan te worden om. hen, die God niet
belijden en dienen, te weren uit. alle
staatsbetrekkingen
dat langs dezen weg de Christelijke
geest onder ons volk belangrijk zal
bevorderd worden en Gods onmisbare
zegen zal nederdalen op Uwer Majes-
tedts regeering
dat hij hoopt, door den steun van
Uwe Majesteit eindelijk te mogen zien
de vervulling van zijne wenschen, voor
welke liïj reeds zoovele offers in tijd
en geld heeft gebracht
weshalve suppliant, op grond van het
aangevoerde eerbiedig Uwe Majesteit
verzoekt liem in bijzonder gehoor te
willen ontvangen, ton einde dit adlres
persoonlijk te. kunnen toelichten of zoo
dit mogelijk ware, een schriftelijk ant
woord te mogen ontvangen
Het niemve licht.
De „Prov. Gr. Ct." geeft het volgende
als historisch:
Moeder maakt bij hare schoondochter
het wekelijksch avondbezoek. Ze gaat
vroeger weg dan anciers. „Wat, moeke
nou al vöt?" vraagt de dochter. „Jao
mien wicht" is 't antwoord „ik lop
de mark om, 'k wol 't elastieken licht
ies zijn!"
Vrije vrouwen.
Blestuurderessen dér Vrije Vrou
wenvereniging te Amsterdam heb
ben zich, in opdracht van de jongslte
vergadering, tot H. M. de Koningin
gewend met het verzoek Haren in
vloed te willen aanwenden tot wijzi
ging van art. lb van de wet van 15
April 1891 (Staatsblad no. 87) waarin
periodieke bladen en tijdschriften,
die minder dan eens per week ver
schijnen, ten opzichte van de fran
keering niet zijn gelijk gesteld met
de dagbladpers, doch worden be
schouwd als gewoon drukwerk.
Aangezien tal van periodieke bla
den en tijdschriften door deze bepa
ling onevenredig zwaar gedrukt wor
den en de verspreiding dier bladen
Dat. zou wel kunnen zijn, ant
woordde ik, en wij daalden verder.
Een goede wandeling bracht ons van
't bergpad door de dichte struiken in
de wouden, waar ons het eerst gevaar
gedreigd had. De nacht viel langza
merhand en de maan stond helder aan
den hemel. Haar licht ischeen heerlij li-
mooi door den nevel, en viel als een
violet kleed (usschen de groene takken.
Ik heb nooit schooner schouwspel ge
zien dan dat woud met zijn grasvelden
dat fantastische licht, de vreemde
stilte en eenzaamheid, die zich zoo dui
delijk deed voelen. Het was zoo ont
zagwekkend', dat het mij niet verwon
derde, dat er geen woord gesproken
werd. Misschien ook durfden wij elk
ander niet vertellen, wat wij dachten.
Toen Peter Bligh dan ook opeenis sprak,
keken wij op, alsof een vreemdeling
ons praaide.
Daar ginds, kaptein, riep hij met
zijn zware, heesclie stem, wat dunkt u
daarvan Zijn het levende menschen
of zijn zij dood, of bedriegen mijne
oogen mij
Ik hield, evenals de anderen, bij die
woorden plotseling stil. Wij waren
juist in een diep dal, en het, omringen
de bosch benam ons het uitzicht. Als
een troonhemel ispreidden groote hoo
rnen hun takken boven ons uithet
en tijdschriften daardoor slterk wordt
belemmerd, vertrouwen adressanten
adhaesie schenkende aan het adres
op 31 Juli 1902 aan Hare Majesteit
gezonden door het hoofdbestuur van
de Nederlandsche vereeniging tot Af
schaffing van Alcoholhoudende dran
ken, dat Harer Maj eateits invloed de
ze onbillijkheid ten spoedigste zal
doen ophouden.
Haagsche telephoon.
B. en W. stellen den gemeenteraad
voor goed te keuren dat de dienst der
Telefonie zal uitmaken een deel van
den dienst der Gemeentewerken en
daarmee in verband te bepalen, dat
aanvankelijk aan het personeel der ge
a. een door den Raad te benoemen
adjunct-directeur, chef van den exploi
tatiedienst der gemeentetelephoon.
jaarwedde f2500 tot f3500.
b. de volgende door B. en W. te be
noemen ambtenaren - 1 boekhouder
jaarwedde, f 1000 tot 2000 3 klerken
jaarwedde f500 tot f 10001 hoofdop
zichter, jaarwedde f1800 tot f2500; 2
opzichters jaarwedde f800 lot f2000;
1 rhef-telepnoniste, jaarwedde f800tot
fUOO; 2 onderchef-telephonisten jaar
wedde f 600 tot f 800 28 telephonisten
jaarwedde f 600 tot f 800 1 concierge,
jaarwedde f600 tot 1800; 1 bode jaar
wedde foOO tot f700.
c. de noodige schrijvers en werklie
den, als voorlieden, lijnwerkers. mon
teurs, instrumentmakers enz., en de
noodige leerling-telephonisten, van wie
de benoeming en vaststelling der be
zoldiging aan den directeur der ge
meentewerken blijft overgelaten.
Een 8temmachine.
Heden en morgen zal voor de leden
van de Kamers der Staten Generaal in
liet Departement van Binnenlandsche
Zaken ter bezichtiging worden gesteld
een automatische stemmachine, uitge
vonden door den heer K. de Vries Czn.
te Zaandam.
Uit de Arbeiders wereld
BINNENLAND.
Te Oud-Beierland is Dinsdag weder
eene werkstaking- op de suikerfabriek
uitgebroken. Thans zijn het de tim
merlieden, die staken. Alles gaat orde
lijk in zijn werk
Sport en Wedstrijden
Yoetbal.
Door de nieuwe indeeling der 1ste
klasse competitie zijn d-e Hagenaars
voortaan verstoken van de ontmoetin
gen, die steeds de grootste belangstel
ling wekten.
Eenige Ilaagsche sportliefhebbers
hebben aan genoemde vereenigingeu
een zilveren lauwerkrans aangeboden
met het doel, de wedstrijden wederom
in het leven te roepen. De uitlovers
geven in overweging de wedstrijden
onder de volgende bepalingen te dien
plaats hebben 1. de wedstrijden wor
den gespeeld onder de algemeene be
palingen van den N.V.B. 2. Het be
stuur van den N.V.B. stelt voor deze
wedstrijden de scheidsrechters aan.
3. Ten minste twee' ontmoetingen zul
len er plaats hebbendoor loting zai
worden beslist, op wier terrein de eer
ste ontmoeting zal plaats hebben. 4.
De krans zal alleen kunnen worden
gewonnen, wanneer de winnende ver
eeniging- tweemaal haar tegenpartij
heeft verslagen. Mochten beide ver.
eenïgingen elk een wedstrijd hebben
gewonnen, dan zal er een beslissende
wedstrijd worden gehouden, waarvan
het teiTc-in bij loting zal worden be
paald. De krans is bet eigendom van
die vereeniging, die hom minstens 2
jaren achtereen heeft gewonnen.
Zondag 2 Nov. is door den N. V. B.
opengehouden voor de wedstrijden om
den Holderi,-Beker. De loting wees
voor de le ronde de volgende wedstrij
den aa,n
Quick Amersfoort tegen Sevios, Am
sterdam. II. B. S. Den Haag, tegen
Olympia* Rotterdam. St. Voorwaarts.
Amst, tegen Quick, Den Haag, Sparta,
Rotterdam, tegen Saturnus, Rotterd.,
Antoni, Oscli, legen D. F. C. Dordr.,
Rapiditas, Rolt.., tegen Hercules, Utr.,
Noad, Breda, tegen D. S. V. V. Delft
Celeritas, Rott., tegen Wilhelmina,
Den Bosch, Achilles, Rotterd., tegen
Quick Anisterd., Concordia, Delft, te
gen Swift, Anisterd., Rapiditas I Rott..
tegen R.A.P., Anisterd., Haarlem I,
Haarlem, tegen P. W. Enschedé, Edo
Anisterd., tegen Olympia, Middelburg.
R.V.V. Rotterd. tegeu Haarlem II,
Haarlem. P. W. I., Enschedé, tegen
1I-V.V. I, Den Haag, Vitesse, Arnhem.
tegen Volharding, Amsterdam, Go-
ahead. Wageningen, tegen A.V.V..
gras was zacht en donsachtig onder
onze voeten. Het vreemde violette liclit
gaf nu wondervolle kleuren aan d-
bloeiende struiken om ons heen. Ge<ui
teoverachtiger dal kon ons meer ver
rukken, en toch stonden wij daar,
bleek, en inet gedachten, die wij niet
durfden uiten. Waarom deden wij dat?
Drie mannen lagen in het dal te sla
pen, waarvan men éen gezicht duide.
!ijk zien kon. Hij lag op zijn rug, de
handen uitgestrekt, zonder zich te be
wegen, de oogen wijd operi. Wat de
anderen betref;, de een was met het
hoofd naar omlaag gevallen en lag
aan den voet van een boom in elkaar
gedrongen, de derde was in een meer
natuurlijke houding ik geloof, dat hij
dood was. Langen tijd stonden wij
hen daar te bekijkende een, wiens
oogen men zien kon, uitte nu en dan
een akeligen schreeuw, en de ander
begon als een dronkaard te praten.
Hij sprak Spaansch, en die taal versta
ik niet. Maar die woorden getuigden
van doodstrijd ten slotte ging ik er
vandaan, daar ik niet goed verdragen
kon, hen aan te hooren.
Zij slapen, zei ik, 't is niet goed
hen wakker te maken, als Miss Ruth
waarheid spreekt. Vooruit jongens,
het strand is onze weg, en de tijd' is
nog maar kort.
Anisterd.. Unitas Rotterd., tegen H.W.
II, Den Ha.ag.
Letteren en Kunst.
De „Indep. Beige" en H. W.
Mesdag.
Met begrijpelijke verwondering lezen
wij in de „Ind. Beige", het grootste Bel
gische blad, onder de rubriek „Nécrolo-
gie", dat „le célèbre -mariniste N'éerlan-
dais H. W. Mesdag ces jours-ci" overle
den Ls, waarop een zeer waarde erend be
richtje over Mesdags arbeid volgt, en een
vermelding van Mesdag's kunstverzame
lingen
Dat het Belgische blad Taco Mesdag
niet weet te onderscheiden van zijn broe
der H. W. is een eigenaardigheid, die
het met een niet onbelangrijk deel van
de buitenlandsche bladen gemeen heeft
maar terwijl het een paar maanden ge
leden is, dat Taco Mesdag overleed,
moet ons de opmerking toch uit de pen,
dat de tijdsbepaling wij spreken niet
van de naamfout van „cesjours-ci"
door een dagblad, dat actueel wil zijn,
toch wel de spuigaten uitloopt.
(Hbl.)
Het Amsterdamsch Lyrisch Tooneel
zal De Koopman van Venetië binnenkort
geven. Bouwmeester is „Shyloclc", Erf-
mann „Bassanio", mevr. Erfmann „Por
tia", mevr. Van Ollefen „Nerissa",
Schwab „De Doge".
Koloniën.
Djarabi.
Aan een van den resident van Pa-
lembang, onder dagteekening van
5 September ontvangen telegram,
wordt in de Java-Ct. van 9 Septem
ber het volgende ontleend:
De assisitent-relsident van Djambi
keerde van Moeara Tebo terug, na
aldaar besprekingen te hebben ge
houden met Pangeran Ratoe en den
Djenang van het Tebo-gebied. Met
hen werd overeengekomen dat zij,
zoodra de waterstand het bevaren
der rivieren met prauwen zal toela
ten, den controleur te Moeara Tebo
zullen vergezellen op een reis naar
Boengo en Boven-Tebo.
De politieke toestand in Boven-Ba-
tang Hari, Plepat, Boengo en Tebo
is gunstig.
Zoo spoedig mogelijk zal worden
gepatrouilleerd in Oeloe Soemai en
(Moe Mills, ten einde het verblijf al
daar voor Pangeran Dipo en verwan
ten onveilig te maken.
Kapitein van Rietschoten keerde van
een excursie naar de Baharstreek te
rug. Gedurende die excursie viel
niets bijzonders voor. De houding
der hoofden en bevolking van die
streek is uitstekend.
Den 3en September vertrok vanPa-
lembang een gedeelte der colonne,
sterk 125 bajonetten, die van uilt Kota
Tandjong (aan de Rawas) naar het
gebied der Batin Pengembang (Sake-
ladi) zal oprukken. Helt overige ge
deelte zou 7 September volgen.
Blijkens -een telegram ontvangen
van den civiel en militair gouverneur
van Atjeh en Ondertioorigheden, onder
datum van 8 September, is de contro
leur bij het binnenlandsch bestuur D.
J. Cramer Nzn. met verlof te Pinang,
den 6den September inKedah door een
revolverschot gedood.
De consul der Nederlanden le Pinang-
stelt een onderzoek in.
Leger en Vloot.
Tn de maand September zijn bij het
Koloniaal Werfdepot voor den Indi
schen militairen dienst aangenomen
87 Nederlanders, 10 Duitschers, 13 Bel
gen, 2 Zwitsers en 1 Oostenrijker, to
taal 113. Van de verschillende korpsen
van het leger hier te lande werden
overgenomen 8 militairen, zoodat de
totale werving bedroeg 121. Aan dez,
personen werd aan handgeld uitbe
taald f20.370. Naar Oosl-Indié ver
trokken in die maand twee detache
menten, onder 4 officieren, te zamen
sterk 9 onderofficieren en8Ö minderen.
Uit Oost-Indië repatrieerden 2 militai
ren, die daags na terugkomst op hun
korpsen werden gedirigeerd.
Naar West-Indië vertrok siechts éen
detachement, sterk 42 soldaten, waar
van 10 bestemd waren voor Curacao,
terwijl daarvan repatrieerden 2 sol
daten wegens uiensieindiging.
Peter Bligh begon te waggelen van
duizeligheid en sprak onsamenhan
gend, iets dat ik te voren nooit van
hem gehoord had.
Zij slapen nu, en wat zal het ont
waken zijn? Is het hier liet gekken-
hu isof de hel Zij sprak van een
krankzinnigengesticht, is dat zoo niet
Er was daar boven lucht genoeg voor
een mensch, en niet overal planten.
Ik heb veertig mijl naar Cardiff Fair
geloopen, en draaide niet zoo als nu.
Neem brood, wanneer je geen vleesch
liebt. wat duivel, ik zal je glazen wel
vullen
Zoo kakelde hij verder eai niemand
onzer luiisterde er naar. Ik had mijn
arm in die van George Venn gestoken,
want hij was zwak en leed aan ze
nuwtoevallen, en ik was bang dat hij
ineenzakken zou. Seth Barger. als al
tijd even sterk, vertrapte het kreupel-
h mt. stampend als een olifant. Het
woud kon ons geen schooner schouw
spel geven, dan wij reeds in de vallei
hadden gehad, meende ik, doch daarin
vergiste ik mij toch, want wij hadden
nog geen kwart mijl gemarcheerd, toen
wij op de tuinen van de bungalow
stuitten, waar vijf jonge meisjes, naar
ik oordeelde inboorlingen, daar zij de
gestalten van Zuidzee Eilanders had-
i den, bij elkaar lagen, en er in het
Gemengd Nieuws.
Afschuwelijke moord.
Een afschuwelijke moord is Maandag
bij het station Baracaldo aan den spoor
weg naar Bilbao in Spanje gepleegd.
Een wisselwachter hoorde plotseling ge
kerm langs den weg en op het geluid
afgaande, vond hij een vreeselijk ver
minkten jongen man van omstreeks 30
jaar, wien beide beenen en een arm wa
ren afgereden. De gewonde, een zekere
Victor Landa, had nog de kracht den
spoorwegbeambte te vertellen, hoe hij
daar kwam. Hij was in Bilbao 255 pese
tas wezen halen.. Op weg naar huis werd
hij aangerand door twee personen, in
een waarvan hij zijn schoonvader Juan
Gomez herkende. De ander was een ze
kere Gabino Lavln. Zijn. beide aanval
lers hadden hem met steenen neergesla
gen en hem toen hij bewusteloos ineen
zakte, hem, na hem van zijn zilveren hor
loge en geld beroofd te hebben, in de
meening dat. hij dood was, op de rails
geworpen. Weder tot bewustzijn geko
men, beproefde de ongelukkige zich van
de rails te wentelen, maar te vergeefs.
Beide beenen werden hem eenige oogen-
blilcken later door een trein afgereden
en na een half uur door een anderen
trein zijn rechterarm. De wisselwachter
riep dadelijk om hulp; eenige spoorweg
arbeiders brachten Landa toen op een
brancard naar huis, waar hij enkele
uren later overleed.
De schoonvader is reeds in handen
der justitie. Zijn medeplichtige heeft de
vlucht genomen, maar men is hem op
het spoor.
Een Italiannsclie ^smokkelaar in
de klem.
Die Berlijnsche correspondent van
het Hbl. schrijft uit Genua d.d. 6 de
zer:
Gisteren was ik in den expres Ba-
sel-Milaan getuige van een tragi-co-
misch voorval. Even voorbij Chias-
so, het Italiaansche grensstation,
werd ik in den gang van den D-wa
gen, waarin ik mij bevond, een jong-
mensch gewaar, die door dé zonder
ling-voorzichtige wijze waarop hij
zich voortbewoog, mijn aandacht
trok. Eensklaps vielen een aantal
kleine ronde voorwerpen onder uit
zijn rechter broekspijp, waarop de
persoon in kwesitie zich snel bukte,
de op den grond verspreid liggende
dingen even snel opraapte en op de
zelfde plaats borg, waar ze vandaan
gekomen waren. Een paar stappen
verder herhaalde zich de geschiede
nis en nu naderbij gekomen, zag ik,
dat d-e op een zoo eigenaardige plaats
bewaarde dingen koffieboonen wa
ren- Ik had dus een smokkelaar voor
me, die deze liier te lande met een
vrij hoog recht belaste dingen van
uit Zwitse/rland binnensmokkelde.
De jeugdige smokkelaar, die blijk
baar zijn „inexpressibles" in eenkof-
fiebaal gemetamorphoreerd had,
schoot zoo snel d'e bijzondere omstan
digheden. waarin hij verkeerde hem
dit veroorloofden, in den hoek van
een coupé, waar bij 't zitten gaan ten
derden male de kleine gele boonen
over den grond rolden, tot groot amu
sement van de talrijke dames en hee
ren, die evenals ik het geval hadden
opgemerkt. Weer verdween de con
trabande onder de broekspijp, en nu
bond de delinquent uit vrees voorde
douane-beambten, die in den trein
rondliepen en visiteerden, zijn zak
doek stevig om zijn rechterbeen, en
daarmee was het. gat gestopt de
beambten bemerkten niets cn liet
„dankbare" publiek verklapte niets.
Het eerste station na Chiasso stap
te de koffieman uit. Ik zag hem
over het perron schuiven, heel voor
zichtig en langzaam chi va piano
enz., vooral in dergelijke deücaite
omstandigheden! de beenen wijd
van elkaar, zooiets als een klein
jochie wien een ongelukje is overko
men; af "en toe schuw kijkend naar
beneden en naar achterenMaar
eindelijk kwam hij er dan toch goed)
en wel uit, en de Italiaansche minis
ter van financien, wien het toch al
niet bijster naar den vleeze gaat, had
het nakijken.
Om ryk te worden.
Het geheim van dien rijken beurs
man. Een jongmensen vroeg dezer
dagen aan een der steunpilaren van
de Londensche beurs hoe li ij 't toch
vreemde licht, als Euroneesche vrou
wen gekleed, erg aardig uitzagen. Er
was geen twijfel dat ze sliepen, en in
tegenstelling van de blanken, lagen ze
zoo stil, dat men ze ook voor dood had
hunnen houden daar alleen hun glim
lachend gelaat aanduidde, dat. zij leef
den, Zij schenen ten minste niet te lij
den, en die gedachte troostte ons.
Kijk daarginds, George, jongen,
en vertel me wat je ziet, zei ik, hoe
wel in waarheid ieder woord mij in
d'e keel bleef istelcen, vijf jonge vrou
wen liggen daar te slapen, als waren
ze in hun eigen bed. Is dat geen ge
zicht om moed in te spreken Als zij
't doorstaan kunnen, waarom dan w;'
niet'? De zee maakt ons wel' weer ge
zond. Beur je wat op, mijn jongen,
we zullen dadelijk een haven vinden.
Ik geloofde niet wat ik zeide, even
min als hij. Maar met hardheid zou
inen de waarheid niet uit liem gekre
gen hebben. Hij was altijd een beetje
zwaarmoedig, die kleine George, zoo
ook dien. nacht.
t Is beter, dat u mij achterlaat,
mijnheer, zei hij, ik hen nutteloos bal
last in de boot. Gaat u naar het strand
cn misschien zal hiet schip terugko
men. Ge zijt heel vriendelijk tegen
mij geweest, mijnheer Begg, zoo goed,