NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Het Huis onder Se Zee
Meestgelezen Dagblad in Haarlem en Omstreken.
e ..laaramiij
Vrijdag 11 October 1902.
No. 5921
HAARLEM'S DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Voor Haarlem per 3 maanden1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd ia (kom der gemeente),
per 3 maanden1.30
Franco door het geheel© Rijk, per 3 maanden1.65
Afzonderlijke nummers0.02J£
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.37^
de omstreken en franco per post0.45
ADVERTENTIËN
Van 15 regel* 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem
it de prqs der Adrertentiën van 15 regels 0.75, elke regel meer 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte. Bq Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 30 Cent per regel.
Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Zuider ÜUiteaiSpaariie No. 6.
Telefoonnummer der Redactie 600. Telefoonnummer der Administratie 123.
Intercommunale aansluiting.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen,
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G, Li DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs Faubourg Moramaxtre.
Éiaariem's Dagblad van 17 Oct.
bepat o. a.
De Boerengeneraals in Duitscli-
land, De werkstakingen in Frank
rijk, Ver. Staten eii België, Ds. Jo.
de Vries, Nabetrachting en ver
volg Gemeenteraad.
NABETRACHTING
van den
GEM EEN XJERAAD.
De langzamerhand gebruikelijke ver
gadering met gesloten deuren had ten ge
volge, dat met de behandeling van de
agenda eerst te half drie kon worden be
gonnen. De Raad nam toen eerst de
quaestie van de naamregeliing van Dreef
en Florapark ter hand. Daarbij behaalde
de heer Leupen een succesje, daar de
Raad op zijn voorstel bet tegenover de
Hazepaterslaan gelegen gedeelte, dat nu
Florapark heet, Floraplein heeft ge
doopt. Hoe het geval verder geregeld is,
zal de lezer wel in het Raadsverslag wil
len nazien. De radelooze, redelooze en
reddeiooze verwarring, die vooral voor
den vreemdeling in deze buurt bestond
in namen en nummers is nu opgeheven.
Aan de Vereeniging tot Verfraaiing komt
de eer toe, dat zij 'de zaak ter sprake
gebracht en daarmee een nuttig werk ge
daan heeft.
Toen ging de Raad aan 't jongleeren
met riolen. De heer Van de Ramp, die
bij 't bekijken van Raadsstukken geen
schillen voor de oogen heeft, had een
onbeheerd riool ontdekt in een dem
pingsplan van een sloot aan de Klever
laan en hield dat den wethouder ter na
dere beschouwing voor den neus. Deze
draaide het voorwerp om en om en zag
er geen kwaad in. Toen ging het van
hand tot hand: de heer Roog zei er het
zijne van, de heer Rasch liet het niet
onder zich, de voorzitter liet het nog
eens bekijken, de heer van den Berg
vond het duister en de heer Bijvoet,
bang voor slijtage, vroeg wie 't zou on
derhouden. De heer Groot vermocht het
zoo gauw niet te doorgronden en sprak
er van om het voorloopig op te bergen
en i'n de volgende vergadering weer voor
den dag te halen, maar daar wou de
Raad niet van weten. Ten slotte vond
men goed het als gemeente-eigendom te
stempelen.
't Was wel ironie van het toeval, dat
spoedig daarop een reinigingsquaestie
volgde, 't Was een verzoek van den
werkman Warmerdam om schadevergoe
ding. Men kent de historie. De man is
geschorst op vermoeden van diefstal, is
tweemaal vrijgesproken, maar heeft, be
halve de moreele ellende, ook de stof
felijke schade van de schorsing onder
gaan. Vandaar zijn veTzoek, dat door
den heer Van de Kamp werd gesteund.
En hoewel B. en W. zonder verdere
explicatie, verklaarden dat de schorsing
terecht had plaats gehad, besloot de
Raad, zij het dan ook met één stem
meerderheid, hem f 100 schadevergoe
ding toe te kennen. Voor Warmerdam
is dit een goede dag geweest. Nog niet
zoo zeer om die f 100 als wel om de re
habilitatie, die in hei besluit voor hem
opgesloten ligt.
De hieer Weissman vroeg welbeschouwd
ook om .een rehabilitatie, maar ze kon
hem bezwaarlijk gegeven worden, om
dat er niets tegen hem was ingebracht.
Deze adressant sprak van geruchten, die
over zijn persoon geloopen hadden, na
dat de stemming over directeur van pu
blieke werken had plaats gehad. Ik heb
indertijd, toen ik dat stuk las, verwon
derd staan kijken, want hoewel anders
geruchten nogal gauw tot de ooren van
een redactiebureau doordringen (voor
het stoute beeld verzoek ik verschooning)
vernam ik tot dusver ov.er d.en heer
Weissman niets ongunstigs. Denkelijk
heeft dus de zegsman des heeren Weiss
man van een zucht een donderslag ge
maakt en in elk geval hem geen dienst
gedaan. Evenmin als de heer Hugen-
holtz, die bedaard weg over de zaak
voortbabbelende, klaarblijkelijk uit de
geheime vergadering klapte en wist te
spreken van eigenaardige eigenschappen,
die den heer Weissman voor de betrek
king ongeschikt zouden maken.
In elk geval, de zaak is achtev den rug.
't Is zeer de vraag, of de heer Weiss
man zich het feit dat hij niet benoemd
is, behoeft aan te trekken. Zoo'n pleizie-
xige betrekking is dat niet. En men kan
inderdaad een zeer goed architect we
zen, zonder de „eigenaardige eigen-,
schappen" te bezitten, zonder welke een
Haarlemsch chef van publieke werken
niet oud worden kan in deze functie.
Wanneer mij iemand vroeg of hij voor
't ambt geschikt was, zou ik hem vra
gen: „is u dikhuidig als een olifant, ge
duldig als een1 engel? Kunt u de malste
critiek met onverstoorbare kalmte ver
dragen?" zoo niet, blijf dan liever voor
verschillende patroons bouwen en blijf
buiten deze functie.
De Commissiën tot wering van School
verzuim krijgen geen presentiegeld. Wel
lesjes. Lesjes bij de vleet. Van dien heer
Willink, die vond dat het mooie er af
zou gaan, als presentiegeld werd inge
voerd o teedere zorg! Van den heer
Nieuwenhuijzen. Kruseman, die de Com
missies verwees naar de kas van het
Rijk, waar ze niet moeten wezen, van
den heer Modoo zelfs, die in komischen
wanhoop vroeg, waar het heen moest
als al dergelijke commissies betaald
moesten worden een uitlating, die
hem de afkeuring van de heeren Hugen-
holtz, de Braai en Groot op den hals
haalde. O wee, als hij voor dezen zij
sprong maar niet weer gemodood wordt!
Ten slotte de benoeming van den bi
bliothecaris. Dat de kansen voor den
heer Overmeer slecht stonden hadden we
voor de vergadering al vernomen. Zoo
iets, al vertelt niemand het je uitdruk
kelijk, merk je van zelf: je ruikt het, je
voelt het. Ook dat de heer Rutgers van
der Loeff de beste kansen had. Hij werd
dan ook ten slotte gekozen en we zullen
nu maar afwachten, of die bibliotheek
een miniatuurtje moet gaan worden van
een volledige universiteitsboekerij.
Als dat zoo is, o wee dan zal de bi
bliotheek pas geld gaan kosten.
Bij wijze van merkwaardigheid zij ver
meld, dat niemand bij de rondvraag iets
te zeggen had. Sommigen hadden een
interpellatie over het verbieden van de
vergaderingen op 1.1. Donderdagavond
verwacht. Maar de heer Hugenholtz
zweeg als een visch.
Buitenlandse!) Nieuws
Frankrijk.
Tot op de laajtste momenten van
hun verblijf in Frankrijk zijn de
Boerengeneraals bijzonder geestdrif
tig toegejuicht.
Alvorens Parijs ta ve(rlaten richt
ten de Boerengeneraals een oproep
tot de Fransche natie, waarvan de
voornaamste gedeelten hier volgen.
„Daar wij- niet konden slagen de
Engelsche regeering te bewegen ons
volk bij te staan en daar de behoef
ten tot het hoogste gestegen waren,
blijft ons tot laatste redmiddel, ons
te wenden tot de naties van Europa
en Amerika. Tot dit betreurenswaar
dige uiterste gedreven, wagen wij
het to/t de wereld de smeekbede te
richten, onzen weduwen en weezen,
onzen verminkten medeburgers en
anderen behoeftigen ter hulp te ko
men met liefdegiften en eindelijk ons
bij te staan in de taak om de kinde
ren behoorlijk op te
In de Dinsdag gehouden vergadering
van den Franschen ministerraad werd
besloten, dat de minister van oorlog,
'generaal Andre, een wetsontwerp zal
indienen bij de Kamer, waarin voorge
steld wordt de krijgsraden te reorga-
niseeren. Deze krijgsraden ziin na de
Dreyfuszaak, de Rennes-uitspraak, het
Saint-Remy-vonnis wat in discredit
geraakt.
Duitsehland.
De „Allgemeine Norddeutsche' ver
klaart dat, nadat de audiëntie der Boe
rengeneraals bij den Keizer, om de be
kende redenen, afgesprongen is, de of-
ficieele kringen ook van de aanwezig
heid der generaals geen notitie zullen
nemen.
De Boerengeneraals kwamen te half-
twaalf te Keulen aan en werden in het
station begroet, door de plaatselijke af-
deeling van het „All-deutsches-Ver-
band", welker voorzitter in een harte
lijke toespraak de generaals op Duit
schen bodem welkom heette. De Wet
antwoordde met dank voor de warme
ontvangst en de sympathie van het
Duitsche volk, hij legde den nadruk
op het philantropïsch doel der reis en
zei de, dat zij der nieuwe regeering
trouw wilden blijvenzij hopen van
deze de vervulling te krijgen van de
helofte, da.t zij meer zal geven dan zij
beloofde.
De generaals reden naar het Dom-
hotel, waar zij overnachtten een me
nigte, vele duizenden sterk, bracht
hun stormachtige huldebetuigingen.
Behalve het proces tegen den reiziger
Udo Becker uit Wolfenbüttel komt in
November nog een tweede proces we
gens het verraden van militaire ge
heimen voor het rijksgerechtshof te
Leipzig. Beschuldigd zijn de mijnop-
zichter Leo Beek, uit Zwitserland, en
zekere Anton Bai en zijn vrouw, bei
den uit Italië afkomstig
Met behulp van de vrijzinnigen, zijn
in den Oldenburgschen Landdag gis
teren zes sociaal-democraten gekozen.
Dientengevolge hebben de agrariërs
nu niet meer de meerderheid in den
I anddag.
Engeland.
De Engelsche bladen houden zich be
zig niet een zeer .sensatie verwekkende
zaak.
Drie jaren geleden stierf een jonge
vrouw, die verpleegd werd in een
krankzimiige:ngestichitDe geneeshee-
reu schreven haar dood toe aan hpl
eten van een vergiftige koek. haar toe
gestuurd door een zuster. Deze zus
ter, die van de overledene erven zou,
werd gevangen genomen en tot levens
lange gevangenisstraf veroordeeld.
In den laatsten tijd zijn echter nieu
we feiten ontdekt welke kunnen doen
twijfelen aan de schuld der veroor
deelde. Verzoekschriften tot revisie
werden ingediend, met dit gevolg, dat
gisteren het revisie-proces in Londen
een aanvang heeft genomen.
Stadsnieuws,
Haarlem, 16 Oct. 1902.
Politieke beweging in Haar
lem.
De correspondent van 't „Handelsblad"
schrijft:
Naar ik verneem zal de nog kleine
groep van vooruitstrevende liberalen
hier ter stede, vrijzinnig-democraten e.
a., zich langzamerhand gaan organisee-
ren.
Tot. op heden gaf de liberale lciesver-
eeniging „I-Iaarlem", waarin zoowel
meer behoudende als vooruitstrevend.©
elementen zijn vereenigd, hier ietwat
den toon in het koor, wellis voornaam
ste bezigheid bestaat in het bestrijden
der vrij sterke S. D. A. P. en Volkskies-
vereeniging alhier. Zij brengt, gevolgd
dikwerf door de Roomsch-katholieke-n
en Chr. Historischen, dan nog een aar
dig stemmental uit, hoewel de kracht
van „Haarlem" alleen niet groot is. Dooi
de komende organisatie der vrijzinnig
democraten zal die zeker nog worden
verzwakt. In elk geval komt men aldus
tot zuiverder verhoudingen, daar die
hier ter stede, mede door het optreden
van n zoogenaamd „neutrale" kiesver-
eeniging „Burgerplicht" wel een beetje
bedorven waren.
Voor de groep der vrijzinnig-democra
ten zal binnenkort de heer C. V. Gerrit
sen de beginselen dier partij komen uit
eenzetten.
Ook de anti-revolutionairen zullen in
den komenden winter gaan propagee--
ren door openbare samenkomsten.
Na arbeid Kunst. De muziekver-
eeniging „Na Arbeid Kunst", directeur
de heer J. Blad, geeft a.s. Zaterdag een
uitvoering in de groote zaal van „De
Vereeniging", met medewerking van een
specialiteiten-gezelschap. Na afloop bal.
Men schrijft uit Haarlem aan de
N. R. Ct.
Vandaag is hier geboeid binnenge
bracht een zwervend persoon, die he
dennacht had ingebroken te Aalsmeer
en daarbij was betrapt.
Hij werd ter beschikking gesteld van
de justitie.
Examens Vrij e- en Oideoefe-
ningen der Gymnastiek, 15 Oct.: Geëxa
mineerd 6 mannelijke en 6 vrouwelijke
can did at en.
Geslaagd mej. A. C. G. Adrian, te Am
sterdam; mej. L. C. Vornholt, te Haar
lem; mej. D. Albers, te Apeldoorn, en
de heeren J. J Baale, A. W. H. Andries-
sen, D. Bakker, allen Haarlem, en A. L.
van den Berg, Heemstede.
Hedenmorgen werd door de
genie alhier aanbesteed: Het maken van
bomvrije gebouwen in het fort Zuidwij-
kermeer (5e gedeelte), volgens bestek
no. 232. Haming f 32000.
Ingekomen waren 9 biljetten.
Laagste inschrijver bleek te zijn de heer
C. de Vries, te Purmerend, voor f 29980.
Naar ons wordt meegedeeld,
zullen Willem Heeres, Piet Raaphorst
en Arie Opzeeland den eersten Novem
ber 25 jaar werkzaam zijn aan de ge
meentereiniging.
Zou er voor deze mannen niet eens
een gemeentelijke feestgave mogelijk
wezen? Vele particulieren doen het; in
Amsterdam heeft ook de gemeente bij
soortgelijke gelegenheden zich dikwijls
royaal betoond.
Middernachtz ending.
Op uitnoodiging van de Ned. Mid-
dernachtzending-Vereeniging kwamen
gisterenavond een aantal afgevaar
digden van belsturen van verschillen
de vereenigingen hlier ter stedla te
zamen in een der zalen van het Nuts-
gebouw in de Zijlstraat De vergade
ring werd gepresideerd door den
heer K. Taekema, die in den breede
uiteenzette wat het doel dezer verga
dering was, het organiseeren name
lijk van een groote volksvergadering,
waarin de steun der publieke opinie
zou worden gevraagd voor een Rijks
wet tegen het openlijk houden van
huizen van ontucht Helt bleek, dat
vertegenwoordigd waren 13 vereeni
gingen, terwijl verschillende andere
nog geen afgevaardigde hadden ge
zonden.
Eenige bezwaren tegen het voorge
stelde plan werden na langdurige be
spreking vrij wel uit den weg ge
ruimd. Echter zal aan de verschil
lende vereenigingen nog eens, wat
meer gepreciseerd, het doel der te
houden vergadering worden uiteen
gezet in een te zenden schrijven.
Bepaald werd dat op Maandag 19
November weder een vergadering van
afgevaardigden zal worden gehou
den.
Vereeniging: Neutrale vak-
veveeniging van tuinlieden en bloe
misten „.Aurora", afd!eeling van don
alg. tuinlieden en bloernistenbond te
Haarlem.
Van bovengenoemde vereeniging
vinden wij de statuten in de Staatscou
rant no. 242, vermeld, welke zijn ko
ninklijk goedgekeurd. De vereeniging
stelt zich ten doel om langs ordelijke
en wettelijke wegen alles aan te wen
den wat strekken kan tot verheffing
van den workman in zedelijke waarde
en verhooging van zijn stoffelijke wel
vaart
Verwond. Hedenmorgen omstreeks
10 uur reed alhier op den Oudenweg een
wielrijder, die voor een jongetje uitwij
ken wilde, tegen een lantaarnpaal. Het
voorwiel der fiets werd verbrijzeld. De
wielrijder verwondde zich ernstig aan
hoofd en hand.
D s. J o. cli e Vries.
De thans verschenen aflevering der
Doopsgezinde Bijdragen hebben voor
ons Haarlemmers ditmaal eene bijzon
dere aantrekkelijkheid. Prof. S. Cra
mer geeft ditmaal een uitvoerige ka
rakterschets van onzen algemeen be
minden en hooggeachten stadgenoot
ds. Jo, de Vries, eene bijdrage welker
waardie zeer zeker worclt verhoogd'
door het daarbij uitstekend geslaagde
portret, geteekendi door M. de V.. in
welker initialen de meeste lezers ze
ker wel de kundige teekenares zullen
herkennen.
Reedis in Eigen Haard van 31 Mei
1902 schreef prof. Cramer een zeer
waardeerend artikel over ds. De Vries,
ter gelegenheid van diens 40-jaiige ju-
bi Ié als predikant.
Doch schrijft thans prof. Cramer:
„Maar niet allen in onze kerkgemeen
schap. die er prijs op stellen iets over
De Vries te lezen, bezitten dat tijd
schrift. Ook is er allerlei wat. daar
niet aangeroerd, hier een plaats vindt".
We zullen thans volstaan met de
slotwoorden van prof. Cramer mede
te deelen, waarin o. i. liet karakter
van ds. De Vries, zoo meesterlijk wordt
medegedeeld. Zij luiden:
De Vries heeft zijn leven lang
Noord-Hollandsche gemeenten gediend
en daarin behoort hij ook te huis,
bepaald Noord-Hollander als hij is,
meer nog dan eigenlijk Amsterdam
mer. al is hij in de hoofdstad geboren
en getogen. Bij al zijne scherpzin
nigheid zult gij hem toch nooit hou
den voor een Fries, weinig plooibaar,
moeilijk toegankelijk, doch. eenmaal
gewonnen, diep in zijn warme trouw.
Zijne blijheid en goedheid' zijn toch
weer anders dan de gulle openheid
van d'en Gelderschman. Neen; maar,
uitgenomen in zijne fijnheid. een
Noord-Hollander; nooit tot uitersten
vervallend, in 't minst niet hartstochte
lijk. nog minder ondanks zijne rijke
verbeeldingskracht fantastisch, veel
moer realist, nuchter op koelheid af.
Of het van zijn optimisme, zijn on
verstoorbaar goed vertrouwen in God;
en menschen. ook van zijne liefde voor
natuur en traditiën geldt, weet ik niet;
maar hebben zijn humor, zijn oog
voor het kluchtige, zijn natuurlijk
vernuft, zijne aanschouwelijke schil
deringen van de werkelijkheid in alle
détails niets iets echt Hollandsch?
Duinen en eiken niet eikenwou
den, maar eikenboschjes zijn hem
lief. maar niet minder vaarten en wei
landen eu wilgen. Hij heeft in zijne
tallooze schetsen van toestanden en
personen uit ons heden eri verleden
nooit gesmaald op de Hollandsche
Fenll leton.
door
MAX PEMBERTON.
84)
Gij, diie een eenvoudige geschiedenis
van een zeeman leest, wilt ge met mij
op zulk een reis gaan zooals ik met
vier moedige harten gedaan hebt op
dien onvergetelijken diag? Kunt gij u
voorstellen, zooals ik nu doe, die don.
kere, eenzame spelonk, terwijl de zee
tegen de zoldering Motst, die zoute,
dtroge lucht inademend, en de verwij
derde branding in de ooren, en altijd
die nacht, en dian nog te twijfelen?
Kunt ge mij van grot tot grot volgen,
van het eene doolhof in hel andere,
dikwijls over den weg strompelend, de
dansende lantaarnstralen trachtend op
te vangen, nu den een, dan don ander
toeroepend: Alles gaat goed, zullen wij
verdien- gaan? Ik betwijfel, of gij het
kunt. Dit alles moet men met zi]n
eigen oogen gezien, met zijn eigen
ooren gehoordJ hebben, om te kunnen
begrijpen, en er zich te kunnen inden
ken. Ik kan het mij nog voorstellen,
alsof het gisteren gebeurd is. Ik zie
den doctor met zijn haastige passen.
Ik zie Peter Bligh achter nem aan
strompelen. Ik hoor de mannelijke
stem van den kleinen George Venn;
ik help Seth Barker over de rotsen.
En die vier staan zij aan zij niet mij
aan dén rand van de witte poel. Het
s-evaar komt terug. De angst is nog
niet vergeten.
Ik spreek daar van angst en de vree-
selijke witte poel. en gij zult mij vra
gen, waarom1 en hoe wij daar kwamen.
Daarom zal ik vertellen, dat het wa
ter, misschien wel. een éterde mijl van
het land lag in een helder, doorschij
nend basin van mica-kwarts, of een
andfer glimmende delfstof, zoodat het
zelfs in de duisternis kristalhelder
licht afstraalde en de gewelfde grot,
waarin het meer was, lag in schemer
licht, als brandden er verborgen vu
ren. Het was een stilstaande poel,
zooals wij zeiden, en ons pad scheen
aan den rand te eindigen, maar nau
welijks stonden wij daar te beraaesla-
gen welken weg in te slaan, toen het
geheele stille water begon te bewegen
en te schuimen, en een reusachtig we
zen uit de diepten opdook, en de lan
taren ons een verschrikkelijk monster,
een zeeduivel toonde; allen vielen
achteruit, de een op den ander onder
het uiten van verschrikkelijke kreten.
Dat niemand ons ooit weer zoo iets
aan doen. Ik ben nooit in een gevaar
lijker toestand! geweest, en zal er ook
nooit meer in komen. Devreeselijke
zuigarmien van het ondier, die over
de rotsen tastten, het angstige oog van
het monster, het borrelende water, het
schemerlicht, dat erger was dan de
duisternis, zou wel een sterker man
dan ik hebben doen terugdeinzen. En
hoven d'at alles was mijn gedachte, dat
daar langs de weg der redding lag. Wij
moesten de grotten door. of liepen ge
vaar te verhongeren.
De eerste schrik van deze ontmoe
ting was in een paar minuten ver
dwenen, en toen het ons duidelijk
was, dat het beest in de poel geko
men was door den) een of anderen
vloed misschien, en dat zijn zuigar-
men het hoogere gedeelte van de rots
niet bereiken konden, begonnen wij
tot kalmte te komen en een weg te
bepalen, om er over te Komen, ik
was er voor onze revolvers te lossen
recht op het monster; maar de doctor
wilde daarvan niets weten, omdat hij
bang was voor de schoten, en toen hij
zich herinnerde, wat hij in het hoek
van den Hollander gelezen had, kwam
hij op een ander idee.
La.at ons over de rotsen gaan,
zei 'hij kalm, terwijl wij nog verschrikt
van de poel terug weken. Het is geen
gemakkelijke weg. maar heter zoo
dan in 't geheel niet. Kom achter mij.
jongens, en dlenk er om niet uit te glij
den. of gij zult iets slechters vinden
dan haaien. Nu vooruit, en dat 't
geluk" met ons zij.
Hiermee begon hij om den rand van
de poel te klimmen, maar zoo hoog,
dat het niet mogelijk scheen, dat het
dier hem kon bereiken. Er was genoeg
ruimte om te loopen op de uiteinden
van de rots, en mén kon er veilig ge
noeg over gegaan zijn. maar alleen de
gedachte, wat daar beneden hem was,
maakte ons zenuwachtig. Wat mij
betreft, ik zeg. dat mijn oogen hem
volgden, zooals men een danser op1
het strakke koord: nagaat. Eén ver
keerde stap zou hem naar een dood
gezonden hebben ,dde ik niet wilde
noemen, en die/ verkeerde stap scheen
hij te maken. Bij den Hemel; Ik zie
het nu zoo duidelijk voor mij. De mis
stap, de verschrikte greep naar de rot.
sen. de reusachtige grijparm, die uit
schoot en zijn heen greep, en toen het
schot uit mijn eigen revolver, die vijf
keer op die vreeselijke oogen beneden
mij vuurde.
Luide kreten in de spelonk, de wilde
schoten van verschrikte mannen, de
rook van de pistolen, het schuimen eu
spatten van het water, al die teekenen
van een panischen schrik, die een
memschelijk wezen zouden doen ster
ven. Nooit was een gevecht om het
leven akeliger om te zien. Aan d'en
eenen kant een dapper man, zich met
handen en voeten aan de rotsen Klem
mend1. aan den anderen dat vreeselijke
monster, dat nog meer klauwen om
zijn prooi trachtte te slingeren om hem
in zijn gapende muil te slepen, went
een wonder hem kon redden, wist al
leen de Hemel .en toch werd hij ge
red'. Een snelle beweging van hem.
dapper en verwonderlijk slim, sloeg
den grijparm van zijn been en maakte
hem vrii. Ik zie het nog den vlug
gen draai het mes uit de scheede
getrokken de snee door den zach-
ten slingerarm van het zeedier, en de
duivelsvisch viel naar de diepten van
de schemerachtige poel terug. Ik
vroeg den doctor of hij zich bezeerd
had, en hij antwoordde mij opge
ruimd: niet erg. kapitein, niet erg. en
wij volgden hem weer. zoo bleek als
vrouwen zouden zijn, geloof ik, met
gespannen zenuwen, met kloppende
harten, toen wij de vreeselijke plek
voorbijgingen.
Wij gingen er zoo goed mogelijk
over. De kogels, die het monster
naar den bodem gezonden hadden,
zouden hem daar doen sterven, voor-
zoover ik kon oordeelen. De poel zelf
was nu rood' van bloed en het water
zonk weer lager. Ik kon niets van
het dier zien, toen ik de plek pas
seerde en Selth Barker, die 't laatste
kwam, en als een echte zeeman zijn
angst reeds vergeten had, zwaaide de
lantaarn naar den rand van het wa
ter, maar ontdekte niets. De doctor
zelf, zooals men kan denken, opge
wonden, en hinkende door zijn kwet
suur, zeide eenvoudig „Goed overge
komen, jongens; goed overgekomen-"
en na de lantaren uit Seth Barker'9
handen genomen te hebben, wilde hij
niet wachten om onze vragen te be
antwoorden, maar drong in de tun
nel door.
(Wordt vervolgd.)