Tweede Blad.
Martelaarsvolken.
Behoorende bij
„Haarlem's Dagblad"
van
Maandag 27 October 1902
Nr. 5929
Haarlemsche Handels-
vereeniging.
Goed gele. hij Kon, Besluit van
12 Nov. No. 22, 1899.
De Haarlemsche Handelsvereenfging
hier ter stede, opgericht 10 Mei 1892
heeft in den loop van den ti]d wel
haar recht van bestaan bewezen, in
zeer veel gevallen, zaken van verschil
lenden aard betreffende, is zij opge
treden en dikwijls niet groot succes.
Jammer echter, dat men algemeen
niet meer blijk geeft, dit te waar-
deeren door als lid der vereeniging
toe te treden. Er zijn wel meer
dan 600 leden, maar dat is niet vol
doende. Elk handelaar, ieder nering
doende. ja zelfs particulieren moesten
lid worden, om ten minste te laten ge
voelen, dat men het werk op prijs
stelt, dat de Haarlemlsche Handelsver-
eenigiimg steeds opneemt als doende,
wat hare band vindt om te doen.
De voordeelen, die de Vereeniging
buiten hare bemoeiingen van verschil-
lenlen aard haren leden aanbiedt, zijn
zeer vele, en zeer groot tegenover de
geringe jaarlijksehe contributie van
f 2.50, die gevraagd wordt.
De Haarlemsche Handelsvereeniging
bemoeit zich in de eers'te plaats er
mede de belangen van hare leden te
bevorderen door onwillige betalers
voor hun tot betaling aan te manen,
en informaitiën voor hen in te winnen.
Bovendien hebben de leden het recht
het hun gratis te verstrekken advies
van de rechtsgeleerde adviseurs der
Vereeniging te vragen, die ook in pro-
ceduren en faillissementen gratis voor
hen optreden, natuurlijk alleen voor
zaken betreffende den handel en het
bedrijf der leden.
Rechtsgeleerde adviseurs der Ver
eeniging zijn de heeren Mrs. Th. de
Haan Hugenhollz en H. Ph de Kanter
ter. Spaarne 94, alhier.
Bankiers der Vereeniging zijn de
Heeren Laane en van Bemmel, Kruis
straat 51.
Het bureau der Vereeniging is ge
vestigd Lange Begijnstraat 22.
Voor incasso's door bemiddeling der
Vereeniging w:ordt een vast recht van
2 pCt. der vordering, voor incasso's,
door bemiddeling der advocaten een
vast recht van 5 pCt. der vordering
berekend. Bovendien moet 10 c. voor
porto steeds worden bijgevoegd, bij in
zending van vorderingen d'oor bemid
deling der advocaten te innen.
De kosten van informatiën naar bui
ten de stad woonachtige personen be
dragen 60 ct. pe^ informatie plus 5 ct.
porto vergoeding. Informatiën naar
binnen de stad wonende personen wor
den gratis verstrekt.
Pretentiën op buiten de stad wonen
de personen worden n'Let behandeld,
wanneer niet 10 ct. voor portovergoe
ding is bijgevoegd.
Ruim 1450 informaties en rechtskun
dige adviezen werden in het afgeloo
pen jaar gegeven.
In de maanden M»i en Juni a. c.
zijn 66 vorderingen tot een bedrag van
f2248.36 behaald, 15 vorderingen wor.
den afbetaald, en 18 vorderingen ziin
uitgesteld.
Volgens art. 7 dient het geheim der
lijsten van wanbetalers ongeschonden
bewaard te blijven.
Alle brieven, aanvragen, reclames,
of wat dan ook, moeten worden ge
adresseerd aan het bureau, dat ge
opend is dagelijks van 'amorgens 9
tot 1 uur, en 'snamiddags van 2 tot
4 uur, waar dan ook verdere inlich
tingen zijn te bekomen.
Men wordt geraden alvorens te leveren
aan Wennekes, bierhuishouder, Phoe-
nixterrein en J. Pruis, Heerensingel 67,
zich om inlichtingen te vervoegen aan
het Bureau.
HET BESTUUR.
Luister eens op 'n zomeravond, als
niets de geluid'elooze stilte stoort, naar
'n melancholisch lied dat uit de verte
tot u komt.
Stil zet ge u dlan neer, en peinst.
Voor uw verbeelding rijzen allerlei
beelden van blijde en droeve dagen;
weemoedig denkt ge dan aan Geluk,
waarvan reeds lang de schaduw ver
vaagd' is; dat nooit weerkeert Aan
tijden, dief ge zoo vurig weerom
wenscbit. maar wier lichtende blijheid
as een ijl wolkje in hooge sferen is
opgegaan.
Niets is u gelaten dan de herinne
ring, de flauwe afschaduwing van een
groot Geluk, waarvan eens uw ziel vol
was.
Zoo kunt ge u voorstellen, dat volke
ren in vernedering en onderdrukking
zingen kunnen liederen van vervlogen
blijde tijden
In de couranten, weggedoken onder
de groote kolommen nieuws, staan tel
kens meer of minder uitvoerige mede-
deelingen van knevelarijen en onder
werping die machtige volken onder
worpen naties aandoen, zij het dan
ook dat die naties onder eigen naam
een scbijn-onafhankelijkheid bezitten.
Maar die berichten komen door de
veelheid waaraan men zijn aandacht
te schenken heeft, niet altijd tot hun
recht; ze worden zoo vaak aandacht
loos gelezen.
Daarom is het goed dat in tijdschrif
ten zoo nu en dan eens wordt vast
gelegd het materieel waarnaar men be-
ooxdeelen kan hoe moderne „neschaaf.
de" staten hun onderworpen volken
mishandelen.
Tijdschrift-artkielen zijn geen een-
dags-vliegen; men kan ze nog eens
gemakkelijk nalezen en hun Inhoud
kalm en emtig overwegen,
Het Fransche tijdschrift „La Plu-
m e" heeft de goede gedachte gehad
een vaste rubriek te openen „ChronT
que des Peoples Martyrs".
Deze kroniek staat onder redactie I
van den heer lann Morvran, die zich
tot 'taak gesteld1 heeft alles te boeksta
ven wat. betrekking heeft op de mo
derne martelaarsvolken.
Do lezing er van bracht er ons toe
deze. zaken ins ons blad eens ter spra
ke te brengen.
We zullen, het voorbeeld van den
heer Morvran volgend, eens beginnen
met een land van welks lijden Ieder
een wel veel behoord) hoeft, met F i n-
la>i di
Vooraf echter een korte herinnering
Volgens professor Reuter van de
Helsingfors-Universiteit zijn 1000 jaar
vóór de Christelijke jaartelling kleine-1
re volksstammen van Zweedsch© af
komst zich on de eilanden langs de
kust en in het. Zuiden en Zuid-Westen
van het land gaan vestigen en zijn,
evenals de Lappen, eerst; verareven
door Finsche horden, die uit het Oos
ten kwamen en daar, op hun beurt,
weer uit Rusland verdreven waren.
Zoo heeft in die streken in het be
gin onzer jaartelling een groote op
dringing of opschuiving van stammen
nlaats gehadi. uit d;e richting van Rus
land naar Zweden, met Finland tot
usschenstation.
Van dien tij.d af zijn de Finnen be
woners en bezitters gebleven van de
landstreek van het „land1 dier dui
zend miereu'" aan welke zij hun
namen geschonken hebben.
Westelijk van dit land nu woonden
de Zweden, en Oostelijk nestelden de
Russen zicli.
Russische vorsten koesterden sinds
eeuwen het vuriverlangen om. hun
land met Finland te vergrooten.
Het was o. a. vooral Peter de Groote,
die- hiervan blijk gaf.
Keizerin Elisabeth probeerde het op
een heel sluwe marnier.
Zij maakte in. 1742 gebruik van een
oorlog tusschen Zweden en Finland
om aan dit laatste Rijk in een zeer
dreigend gesteld manifest hulp te bie
den. Finland zou dan worden een on
afhankelijk Rijk onder protectoraat
van Rusland.
De Finnen, wel bevroeden*? wat
zulk een protectoraat zou beteekenen,
dankten hartelijk voor de eer.
Maar het gevolg was toch dat bun
grensgebied, dat in 1721 reedis een si.uk
Rusland was ingeschoven. In 1743 ten
gevolge van een tractaat, dat men
moest sluiten, weer verkleind werd.
Zoo schoof Rusland langzaam, aan
in Finland! vooruit.
In 1808 ondervonden Russische, troe
pen, die in Finland vielen, een hevi-
gen tegenstand waarvan het gevolg is
geweest dat Czar Alexander II den
25en Maart 1809 den Finschen. Landi-
dag bijeenriep en bij die. gelegenheid
als Groothertog van Finland de Stan
den toesprak.
Hij beloofde toen: te bevestigen
en te handhaven oen gods
dienst en de grondwet van
het I a n devenals alle privi
leges en rechten van net Groot-
Hertogdom
En let nu goed op.
Onder die fundamenteele wetten
die de verhouding tusschen het Groot-
Hertogdom en Rusland regelden was
er een dat bepaalde: de Russische mo
narch mag o-een nieuwe wet scheppen
of oude afschaffen zonder toestem
ming van dien Finschen Landdag; de
Standen hunnerzijds mochten dat niet
doen zonder toestemming van den Rus-
sichesn vorst.
Ook was vastgesteld dat de Russi
sche vorst gehouden zou zijn in tijden
van oorlog de Finnen te helpen, doch
geen oorlogskosten of andere belastin
gen van de onderdanen heffen zonder
toestemming dhr regeering van het
vrije Finland.
In Finland hestaan twee grondwet
telijke lichamen, de Landdag en de
Senaat.
De leden van den Senaat worden
door den Czaar zelf benoemd, maar-
uitsluitend Finsche onderdanen zijn
benoembaar. Hij bestaat uit twee col
lege's, nl. bet Hooggerechtshof en het
Uitvoerend Lichaam. Aan het hoofd
van ieder der afdeielingen staat een
onder-voorzitter; voorzitter is de gou
verneur-generaal. op het o ogenblik Bo
brikov, die eveneens door d'en Czar
benoemd: wordt.
Al spoedig schaarde zich rond de
troon van Alexander II en later rond
die van Alexander III een partij, die
de Finnen hun constitutioneele instel
lingen misgunde; zij zette daarte
gen een geduchte campagne op touw.
Zoo begon die Russificeering van
nationale Finsche instellingen.
En dat was onder Czar Nicolaas II,
de Vrede-Keizer. die gezworen hadi de
wetten .rechten en privilegiën van
Finland! te zullen handhaven, al even
erp-
Benige jaren bleef het kalm, doch
de groote schrik kwam, toen 19 Jan.
1899 de Landdag bijeengeroepen werd
met bet doel een nieuw ontwerp van
wet op de Finsche leger-organisatie in
behandeling te nemen.
Volgens dë militaire wet van 1878
zou het Finsche staande leger bedra
gen 5,600 man.
De militie zou bedragen 1,920 man.
Het leger zou staan onder een F i n-
sc h e n staf, van Finsche officie
ren.
Voorgesteld; werd in 1899 echter om-
de geheele macht te brengen op 36.000
man.
Het meerdere contingent, 5,280 man,
zou vijf jaar lan? in Russischen dienst
staan, het leger in Finland op dezelfde
hoogte blijven.
Verder bevatte bet nieuw© ontwerp
de bepaling, dat voortaan ook Russi
sche officieren zouden mogen dienen
in het Finsche leger.
Mochten de Finnen eerst nog hopen,
dat zij 's Czaren bedoelingen misver
staan hadden, een manifest van 15
Februari sloe" de gunstige verwach
tingen den bodem in. Het was: gij
zult en moet uwe goedkeuring geven
of wij kondigen de wet. desnoods Bui
ten u om, toch af. Gehoorzaamt, of
wij gebruiken geweld.
Ofschoon de verslagenheid onder alle
stamden groot was, ofschoon dl© ver-
ontwaardigino- met moeite onderdrukt
werd .van pogingen tot geweld heeft
men niets vernomen.
Ernstig en waardig heeft men Be
toogd'.
Een commissie van 500 Finnen heeft
een adres gezonden. Een boekwerk,
dat een omvang had van 26 folio doe
len.
Deze commissie werdde deur
gewezen.
Het ontwerp werd in de afdeeimgen
van den Finschen Landdag onder
zocht, en die adviseerden dat men het
ontwerp niet kon aannemen. D©
Landdag stelde een tegen-ontwerp op
dat dioor Czar Nicolaas II eenvoudig
naai- den Raad van State werd gezon
den, en dus gewoonweg als advies Be
handeld, tegen alle fundamenteele
wetten in.
Het ontwerp wer din de af deelingen
heeft niet alleen Finland's constitutio
neele instellingen, doch ook de ker
kelijke instellingen bedreigd.
Op het einde der 19e eeuw moet
men nu in het Oosten van Europa het
treurig schouwspel zien, noe een
klein beschaafd volk, d'at niemand
kwaad doet, tegen niemand' uitdagend
optreedt, en niets liever verlangt dan
op zijn plekje on de aarde rustig ie
kunnen werken aan de ontwikkeling
van zijn geest en van zijn ekononvj-
sche instellingen bard arbeidend op
en in den bodem, om er het noodage
voedsel aan te ontwinnen en in tevre
denheid zijn eigen geloof belijdend in
zijn eigen kerken, de macht, onder
vindt van het brute geweld in zijn
plompsten vorm.
En om nu terug te komen op de ge
beurtenissen der jongste dagen zooals
de heer Morvran, die in ..L a P1 u m e"
releveert.
Nog altijd zwaait Bobrikov in Fin
land den heea-schersstaf.
En de Barbaar verwaardigt zich
zelfs niet zich uit te drukken in de
taal zijner onderdanen.
Ondanks d'at die fundamenteele wet
ten bepalen dat alleen Finsche onder
danen publieke functieën kunnen
waarnemen, worden oven-al Russen
ingestopt. Het bestuur der militaire
aangelegenheden berust bij een Rus,
generaal Turbin, dat der civiele even
eens bij een Rus. bij Deutrich.
Zoo ziet het Finsche volk zich gere
geerd door menschen, die niets begrij
pen van hun karakter, noch van hun
taal of wetten.
Dat is lang niet alles.
De Czar heeft bepaald dat voortaan
met de knoet gegeeseld zullen worden
zij. die Bobrikov mishagen. Dat heeft
hij wel niet met ronde woorden dur
ven zeggen, maar hoe anders moet
men de vlijmscherpe berisping uitleg
gen, die die gemeenteraad van Hel-
singfois zich 19 April op den hals
haalde toen die protesteerde tegen de
harbaarsche wreedheden van de Ko
zakken van Kaïgrod'ov?
Ook postambtenaren hebben order
gekregen alle brieven die verdacht
schijnen 'te openen. Voor den
vorm heeft men er bijgezegd: in tegen
woordigheid der betrokkene, maar het
is toch de tyrannie tot het uiterste ge
dreven.
Worden de kwade vermoedens der
heeren employés gegrond bevonden,
dan wordt dl© brief naar den gouver
neur-generaal gezonden, dieEn
ziedaar, hoe men Siberië bevolkt!
De Finnen verhuizen dan ook bij
honderden om de helsche tyrannie te
ontgaan.
De heer Morvran' heeft, een lijst ont
vangen van jongelieden, die tot de wa
penen geroepen zijn. Die telt zoowat
de helft der- Finsche jongelui DocU
velen zijn er die weigeren op derge
lijke onwettige wijze dienst te nemen,
en gemiddeld zijn er dan ook slechts
twee van de vijf opgekomen. In som
mige streken zelfs geen enkel.
Zoo zet. Rusland de ruwe beren
klauw op het arm© Finland,
Het is goed deze dingen eens te
overdenken.
Een volgende maal hopen wij in de
zen geest een en ander over Ar
menië mede te deelen.
Stadsnieuws.
De Vereeniging voor Verbe
tering van Vrouwenkleeding, onderafd.
Haarlem, houdt Dinsdagavond een le
denvergadering in de Bovenzaal van het
Brongebouw.
Daaraan is verbonden een tentoonstel
ling van Refoxm'-japonnen tusschen 3—
5 uur.
We wekken de dames, die de moeite
willen doen kennis van deze zalven te
nemen ten zeerste op de tentoonstelling
te bezoeken.
De collecte voor weduwen en
weezen van Oud-Strijders, H. V. G., beeft
opgebracht de som van t 231.27*.
Examens Vrije en Orde-oefe
ningen. Geëxamineerd 6 mannelijke en
6 vrouwelijke candidaten. Geslaagd de
heeren P. Linthout, HaaTrlem; B. J. Mel-
chier, Aalsmeer; J. J. Munnikhuizen,
Huizen; W. P. van Munster, Haarlem;
en de dames A. W. J. Dekker, Amster
dam, M. J. Doncker, Haarlem; J. W. van
Dobben, Hillegom.
Naar w ij vernemen houdt
de Vereeniging tot Verhooging van
's Lands Weerbaarheid ,,Voor Vader
land' en Koning" hare schietoefenin
gen in de nieuwe zaal van het ge
bouw de Kleine Vereeniging. De keu
rig ingerichte zaal van den heer Pau-
len wordt reedis dirulc in gebruik ge
nomen voor verschillende gelegenhe
den. A.s. Dinsdag zullen de diverse
prijzen uitgeloofd voor de onderlin
ge schietwedstrijden eveneens alhier
worden uitgèreikt, een feestjezal hier
mede gepaard gaan.
Binnenland.
Hofbericht.
H. M. de Koningin-Moeder zal half
November weer van Soestdijk naar Den
Haag vertrekken.
Yorstelijke reizigers.
Hét jacht „HohenzoRem", dat den
Duitschen keizer van Vlissingen naar
Engelan^ vervoert, zal niet in de haven
te Vlissingen komen. De Keizer wordt
met een stoomsloep, die aan den ponton
van den provincialen stoombootdienst
wordt gemeerd, naar de „Hohenzollern"
gebracht. Waarschijnlijk zal den 6en No
vember de Keizer oversteken.
Donderdagavond vertrok met de mailboot-
naar Engeland prins Christiaan van
Sleeswijk-Holstein.
Stoelen voor winkeljuffrouwen.
Door den Min. v. Binn. Zaken wordt,
naar de N. Rott. Ct. meldt, een onder
zoek ingesteld naar bet langdurig staan
van vrouwen in magazijnen en winkels.
Het voornemen schijnt te zijn om daar
aan, zoo mogelijk, van regeeringswege
een einde te maken.
ZoiulagspoRtzegels.
Aan den minister van waterstaat zal
door het comité voor Zondagsrust een
adres worden gericht met verzoek om
invoering van postzegels met strookjes
er aan voor brieven, die men op Zon
dag niet wil bezorgd hebben.
Vreemde toestanden.
In ons land bestaat een straat,
waarvan de een© rij huizen onder een
andere gemeente dan de tegenoverge
stelde rij huizen staat. De rij huizen
aan dezen kant van de straat staat in
Maarsseveen. de rÜ aan genen kant
staat op Maarssèns gebied.
Beide plaatsen hebben veel men
schen, dieren en dingen gemeenschap
pelijk: een burgemeester, een dominee,
een pastoor en een rabbi, een brug en
een brugwachter, een vuilnisman en
een lantaarnopsteker, een post-, ook
telegraafkantoor met zijn beambten...
Het nu bestaande dualisme geeft nogal
eens aanleiding tot gehaspel; over de
brug en zijn waker en het ambt van
vroedvrouw o a. was wel eens gekib
beld, en nu hadden de raden der voor
noemde gemeenten een eigenaardig
besluit genomen: Aan de gemeenschap
pelijke openbare school staat een noord
dat ontslag gevraagd heeft tegen 1 De.
cember a.s.; door Maarsseveen nu is
hem dat toegestaan, maar Maarsen
legt beslag op liem tot 1 Januari.
Er staat geschreven: „Niemand kan
twee heeren dienen, of hij zal den
eene aanhangen'enz. Het gaat in
deze nu ook erg moeilijk, het belden
naai' den zin te maken, en men zegt,
dat er nocr wel een mouw aan gepast
zal wordenEdfoch, ietwat komiek
is het toch, dat men niet één gemeente
maakt van vorengenoemde deelen.
(„Tijd")
Een volksgebruik.
Door een bijzondere omstandigheid
wierd WJeerdiinge (Dr.) Woensdagr
avond plotseling in rep en roer ge
bracht. Al spoedig bleek, dat die bui
tengewone levendigheid, voorafge
gaan door een geheimzinnige drukte
ten doel had een jonkman te dier
plaatse dringend' zijn verplichtingen
tegenover een meisje te herinneren,
hetgeen hij blijkbaar voornemens
was te vergeten. Een tailirijke me
nigte, die fluks een boerenwagen tot
huwelijktekoefe promoveerde, begaf
zich te ongeveer halfacht, onder het
aanheffen van geestdriftvolle huwe
lijkszangen. naar de woning van den
jonkman. Deze had zich inmiddels
verscholen, doch spoedig hadden
e enige gespierde handen hem gevat
en was hij genoodzaakt bet „was-
schopsvolk" buiten te begroeten. On
derwijl was ook de betrokken jonge-
dochter op het fooneel verschenen,
die op overredende wijze den trouwe-
looze zijn verplichtingen op het hart
drukte, waarna het paar plaats nam
op den wagen, welke onder daveren
de gezangen door het dorp voortrol
de, gevolgd door een stroom nieuws
gierigen. die thuis bals over kop al
les in den steek hadden gelaten. Bij
de berbergen werd' halt gehouden,en
afgestegen; verschillende woordvoer
ders hielden ernstige toespraken tot
den weifelenden jonkman, die_ ten
slotte de gunstigste beloften aflegde.
Hartelijke felicitaties volgden, er
werd gedronken en geklonken en het
.wjnsschop'svolk" had razenld! veel
schik, totdat schijnbaar in de beste
harmonie het toekomstige echterpaar
bij de woning der bruid werd afgezet
en met rust gelaten, om hun verdere
belangen te kunnen bespreken.
Uit Kruger's Gedenk
schriften.
Het „Nieuws van den Dag" geeft, en
kele gedeelten uit de Gedenkschriften
van president Kruger, welke eerlang
zullen verschijnen. Wij ontleenen aan
deze gedeelten het volgende.
Allereerst een paar staaltjes uit Kru
ger's jeugd
„Mijn eersten leeuw schoot ik in
het jaar 1839.
„Ik was toen 14 jaar oud. Onze
kudden weidden aan de Rheno sterri
vier, in den tegenwoordigen Oranje-
Vrijstaat, toen een leeuw ons ver
scheidene' runderen na elkaar wegnam.
Met ons zessen 'ik was eigenlijk de
zevende, maar ik werd nog niet mee
gerekend, maakten wij ons op om
den leeuw te zoeken. Wij waren allen
te paard en reden drie aan drie, op
grooten afstand van elkander.
„Mijn bloedverwanten verdeelden de
plaatsen. Ik bleef achter of, van
den kant van den leeuw afgerekend,
vóór de paaiden zitten, bet ge
weer gericht op den leeuw, die op ons
aankwam. Zoo dra hij mij dicht ge
naderd was, boog hij zich om een
sprong te nemen voor zoover ik zien
kon met de bedoeling, om langs mij
op de paarden te springen. Midden
in zijn sprong schoot ik, en ik trof
hem gelukkig doodelijk, zoodat hij bij
na op mij kwam te vallen. De ande
ren snelden dadelijk naar mij toe om
mij te helpen. Maar het was niet
noodïg de leeuw was al dood. Het was
een sterk dier.
Op den klank van bet schot waren
ook de drie andere jachtgenooten toe
gesneld en stonden allen om den leeuw
heen, het gebeurde besprekende. Een
van hen, zekere Hugo, knielde op den
grond, om de tanden van den leeuw te
meten, die buitengewoon groot waren.
Terwijl 'ik het dier met aandacht be
keek, trad ik, zonder aan iets kwaads
te denken, den leeuw op den buik en
terstond hoorden wij nu een verschrik
kelijk gebrul, zoodat Hugo zijn tan-
denmeterij vergat en van schrik ach
terover viel. De anderen schaterden
bet uit van lachen; want iedere jager
weet, dat een doodgeschoten leeuw,
wanneer men hem na eenigen tijd op
den buik trapt, nog eenmaal een kort
geluid uitstoot, alsof hij nog leefde
De adem, welke nog in het lichaam
is. en die bij plotselinge drukking oo
den buik met la-acht door de keel naar
buiten gedrongen wordt, veroorzaakt
dat geluid.
..Erger ging het "mij bij een van
mijn laatste neushoorn-jachten, welke
ik ondernam met mijn trouwen jacht
gezel, mijn zwager R. Theunissen. Ik
moet vooraf vermelden, dat wij een af
spraak .haddien gemaakt, weike aan
ieder van ons het recht gaf, om den
ander geducht af te ranselen, ingeval
deze hetzij onvoorzichtig deed of uit
lafheid een aangeschoten stuk wild
liet ontsnappen,
„Wij kregen drie neushoorns in 't
zicht, éen bul en twee koeien, van de
zoogenaamde „NVitharnosters," dus
van de gevaarlijkste soort. Het vervol
gen van de twee koeien liet ik aan
Theunissen over en beval hem ze niet
uit het oog te verliezen. Ik nam zelf
op nnj eerst den bul te dooden en dan
mee te helpen aan het vervolgen van
de twee koeien. Ik joeg mijn neushoorn
voorbij en sprong toen van het paard
om te kunnen schieten. Ik plaatste
mij zoo, dat hij mij op ongeveer tien
pas af stands voorbij moest, om daar
door een goede kans te hebben hem op
een goede plek te treffen. Mijn schot
was dan ook terstond doodelijk.
„Dadelijk isprong ik weer te oaard
en snelde voort in de richting waar ik
i beunissen had hooren schieten. On
der bet. rijden laadde ik mijn geweer
opnieuw. Juist, toen ik hem bereikte
loste bij een tweede schot op een van
zijn beide neushoorns, die reedes eeu
schot beet had'. Het dier bleef staan
maar tegelijk zag ik, omdat het ge
boomte hier niet bijzonder dik was,
don tweeden neushoorn wegvluch'en,
en ik ging dien nu oogenblikk lijk
vervolgen. Toen ik mijn jachtgezel
voorbijreed, riep hij mij toe„Stijg
niet af vóór het dier, want het is erg
wild en loopt heel snelMaar ik
hechtte niet veel gewicht aan deze
waarschuwing, omdat Theunissen al
tijd een beetje overvoorzichtig was,
sprong van mijn paard en liep den
rhinoceros dwars voorbij. Nauwelijks
had het cfiler dit gezien, of het veran
derde van richting, en stormde woe
dend op mij toe. Ik liet hem naderen
tot op 3 4 meter en schoot toen af
maar rnijn percussie weigerde en voor
•een tweede schot was geen tijd. Het
dier was al dicht bij mij, en mij bleef
niets anders over dan om te koeren en
te vluchten maar daar raakte mijn
voet in de struiken verward en 'ik viel
voorover neder. In tusschen had bet
wilde dier mij bereikt. De eerste stoot,
met zijn gevaarlijken hoorn gleed mij
reclit over den rug heen. Met zijn
neus drukte bet mij vast tegen den
grond en wilde mij vertrappen. Op
betzelfde oogenblik di*aaide ik mij om
onder het. dier en schoot hem uit mijn
tweeden loop onder het schouderblad,
juist in het hart.
„Mijn zwager Theuniissen kwam nu
np eens voor den dag. Op ongeveer
50 meter afstand sprong hij van zijn
paard en liep wat hij kon op mij toe,
met anders denkende dan dat bij den
strijd op leven en dood mijn geweer
vanzelf was afgegaan en mijzelf doo
delijk had getroffen. Maar toen hij
naderbij kwam en zag dat ik opstond
en nog leefde, greep bij naar zijn sham-
bolt (ossenzweep) en begon hij (zoo
als hij zeide, volgens afspraak) mij
daarmee te ranselen, omdat ik onvoor
zichtig was geweest en niet op zijn
waarschuwing had gelet. Wat ik ook
met goede woorden tof mijn rechtvaar
diging te voorschijn bracht, het hielp
nJietook niet, toen ik erop wees, dat
ik door het dier zelf reeds zoozeer ge
trapt en gekneusd was dat hij mij de
nu verdiende straf wel mocht schen
ken. Ten slotte moest ik mij achter
eenige doornstruiken verschansen.
Maai- dit is ook de eerste en de laatste
maal geweest, dat hij gelegenheid
heeft gehad, om mij een pak slaag te
geven
Omllrent het tijdperk der binnen-
landisoh© oneenigheden, van 1861 tot
1864, ischrijft Kruger, daarbij, en ook
verder, steeds van zichzelf sprekende
in den derden persoon
„Toen na. de zitting van den Eersten
Volksraad, die de verschillen had op
gelost, de partij van d'en vroegeren op.
per-kommandant Schoeman de beslui
ten niet erkende, en bet met bet on
derzoek van de zaak belaste Hooge
Gerechtshof tegenwerkte, en daardoor
nieuwe verwikkelingen deed ontstaan,
was Kruger op de jacht aan de Kroko
dil-rivier. Men zond toen naar hem,
om hem te ontbieden. Nu hadden tij
dens de voorafgegane twisten vele le
den der Hervormde Kerk Kruger ver
weten. dat hij volstrekt geen recht had
zich met de algemeene belangen te be
moeien want volgens de Grondwet der
Republiek was de Hervormde Kerk de
Staatskerk, en haddon alleen hare le
den invloed op het beleid van zeken.
j was geen lid van de Hervormde
Kerk en dus ook gee-i stemgerechtigd
burger.
„Kruger behoorde namelijk tot de
kort tevoren, in het jaar 1859, door ds.
Postma ie Rustenburg gestichte' Chris
telijk Gereformeerde Kerk. welke in
Zuid-Afrika algemeen hekend staat als
de „Doppers-Kerk." Waarvan dat
woord dopper is afgeleid, is niet met
zekerheid uit te maken In dien tijd
leidde men het af van het woord dop,
(domper), waarmee men een kaars uit
dooft. De beteekenis was dan, dat,
evenals de dop het licht van de kaars
verstikt, de „doppers" alle nieuwe ge
dachten verstikten en allen vooruit
gang tegenwerkten. Het eigenaardige
van de „Dopperskerk" bestaat hierin,
dat hare leer streng vasthoudt aan de
besluiten der Synode van Dordrecht
(1G1S en 1619) en het oud-Gereformeer
de standpunt handhaaft. De gods
dienstoefeningen onderscheiden zich
van die bij de Protestantsche gemeen
te hierdoor, dat geen andere liederen
dan de Psalmen worden gezongen. De
leden dezer Kerk waren in de Grond
wet niet genoemd, omdat in den tijd,
toen deze gemaakt werd, die kerk nog
geen afzonderlijke gemeenschap uit
maakte".
Toen bij Volksraadsbesluit deze
moeilijkheid uit den weg was geruimd,
kwam Kruger naar Pretoria, waar hij
zoowel President Van Rensburg met
eenigen zijner vrienden, alsook Schoe
man met een aantal zijner volgelin
gen aantrof. Hij verhaalt verder
„De twee partijen stonden hier vij
andig tegenover elkander. Kruger
ging ter,stond naai- de mannen van
Schoeman om te trachten hen te be
wegen lot. een vreedzame bespreking.
Hij deed een voorstel om eeu vergade
ring van burgera uit de gi heeie Repu
bliek bijeen te roepen en zich voor te
namen do besluiten van de meerder
heid in die vergadering te eerbiedigen.
Beide partijen stemden met dit voor
stel in, en de vergadering werd te Pre
toria bijeengeroepen.
„Hier kwam nu een groot aantal
burgers uit alle deelen der Republiek
te zamen, en met groote meerderheid
werd besloten tot handhaving van het
reeds door den Volksraad genomen be
sluit om het Hooge Gerechtshof over
alle bijzondere vragen te doen beslis
sen. Maar Schoeman verzette zich te
gen dat besluit en riep al zijn mannen
die nog in de nabijheid van Pretoria
waren, op, om. zich onder zijn leiding
te scharen. Daarop gaf president Van
Rensburg aan den opper-kommandant
Snijman last tot het bijeenroepen van
een krijgsraad, Tegelijkertijd deed hij
schildwachten uitzetten, opdat Schoe
man geen gelegenheid zou hebben om
zijnerzijds boden het land in te zenden-
„Toen het ten slotte zoo ver kwam,
dat men niiet de wapenen in de hand
tegenover elkaar stond, begon men
den strijd wederom over ie brengen op
liot gebied dei' kerkelijke verschilpun
ten.
„Schoeman verbreidde nu het ge
rucht, dat Paul Kruger met een com
mando in aantocht was, om voor zijn
Christelijk Gereformeerde Kerk de
rechten van staatskerk in de plaats
van de I-Iervonnde Kerk met geweld
te veroveren. Deze uitstooisels waren
voor velen aanleiding om zich bij
Schoeman aan te sluiten. Zelfs in 't
district Marico kreeg Schoeman aan-
hangers, en onder dezen ook .Tan Vil-
joen, den commandant van dat dis
trict. Zoodra het Regcerings-coniman-
do. dat ongeveer 500 a 600 man sterk
was, Potchefstroom genaderd was,
zond President Van Rensburg aan
Schoeman een bode, met liet voorstel
uit beide partijen een gemeenschap
pelijke commissie te doen kiezen, wel
ke een oplossing voor de tegenwoordi
ge iinoeielijkheden zou hebben op te
werpen. Schoeman stemde daarin toe
en benoemde van zijn kant Jan Koek
(den vader van den in den jougsten
oorlog gesneuvelden Genei-aal Koek)
alsmede nog eenige andere burgers.
Door de Regeeringspartij werden Kru
ger en nog eenige andereu met do on
derhandelingen belast.
„De beiderzijdsche afgevaardigden
ontmoetten elkander halverwege tus
schen die beide legerkampen. Nauwe
lijks hadden zij elkander gezien, of
.lan Koek zeide tot Kruger; „Gij wilt
dus uwe Kerk tot Staatskerk maken
„Wees bedaard, antwoordde Kru
ger. Oom Jan, ik behoef mij niet da*uk
te maken om u tegen te spreken, Als
gij een beetje nadenkt., moet gij zelf
inzien, dat liet een onwaarheid is. Ilier
staat het Regceringskamp. De Presi
dent en al de officieren behooren tot
de Hervormde Kerk, en ik weet niet,
of er onder de 500 of 600 man wel
twintig zijn die tot mijn kerk behooren.
Wat gij daar over de Kerken spreekt,
kan dus niet waar zijn."
Later voegde Kruger er nog bij „Ik
heb er nooit aan gedacht, de Kerk
waartoe ik behoor, tot Staatskerk te
maken. Maar zelfs al zoudt gij mij
dat willen aanbieden, dan zou" ik het'
stellig afwijzen, omdat ons grondbe
ginsel is, dat Christus en nietnand an
ders bet Hoofd der Kerk moet zijn."
„Maar de Commissie kon tof. geen
besluit komen en men ging onverrich-
terzake uiteen."
Later werd door den persoonlijken
invloed' van Kruger en diens krachtig
verzoenend optreden de inwendige
vrede hersteld.
Van de beeediging van president Bur
gers vertelt zijn opvolger
„Kruger was daarbij tegenwoordig.
Nadat de President den ambtseed had!
afgelegd, nam Kruger het woord en
sprak hem aldus aan
„Hoogedele Heer. Ik heb mijn uiter
ste best gedaan om uwe verkiezing te
gen te werken. Hoofdzakelijk wegens
uwe mijns inziens verkeerde opvatting
van den Godsdienst. Maar nu Gij door
de meerderheid gekozen zijt. onder.
wei*n ik mij als goea republikein aan
die uitspraak van het volk, in het ver
trouwen. dat gij gelooviger zijt dan ik
dacht, in welk geval ik U van harte
zou gelukwenschen."
„De President antwoordde daarop
„Gij burgers, die tegen mij gestemd
hebt, om uw gewetens wil, gij zijt mij
even lief als de anderen, die vóór mij
gestemd hebben."
De laatste tijd van Burgers' presi
dentschap is tevens hot begin van den
openlijken strijd met. Engeland. Mei:
weet dal Shepslone na den Soekoekoe-
mii-oorlog naar Pretoria kwam onder
voorgeven van te willen onderhande
len over Kaffptr-moeielijkheden doch
in waarheid om de 7. A. Bepubliek in
te lijven. Kruger, die de bedoelingen
van Shepstone zeer goed begreep, stel
de aan President Burgers den eisch,
dat hij Shepstnne mrt zijn gewapende
lijfwacht niet binnen de stad zou toe
laten, tenzij onder geleide van even
eens gewapende burgers. Aan dat
vooustel gaf President Burgers echter
geen gehoor.
Op aandringen van een aantal bur
gers stelde Kruger zich toen candidaat
voor de presidentsverkiezing die juist
gehouden moest'worden. Reeds in de
week, toen de stemlijsten in omloop
waren, bleek, dat Kruger een sterke
meerderheid bad.
Poen verhaalt de schrijver ging
hij naar president Burgers en zeide tot
hem
„President, ik beloof u de meerder
heid1 der burgers op uw zijde fc bren
gen, wanneer gij mij belooft, krachti
ge maatregelen" te nemen legen de an
nexatie en de onafhankelijkheid zult
verdedigen. Is dat uw bedoeling, dan