Bel Hé seller I Zee NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Meestgelezen Dagblad in Haarlem en Omstreken. 20e .Ja Vrijdag 7 November 1902. No. 5939 ABONNEMENTSPRIJS Voor Haarlem per 3 maanden1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden1,30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers0.02^ Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden 0.37 de omstreken en franco per post 0.45 ADVERTENTIËN Van 1—5 regel* 50 Gfca.? iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem <3© prijs der Adrerfcentien van 15 regels 0.75, elke regel meer 0.15. Grcote lettere naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 30 Cent per regel. Bureaux: Gebouw Het Spaarne, J&alder Buit©llSpa»rue No. 6. Telefoonnummer der Redactie OOO. Telefoonnummer der Administratie 122. Intercommunale aansluiting. Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van bet Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën au Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE T,A MAR Azn. te Amsterdam. JDit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. Ia DAUBE Co. JOHN F. J0NE8, Succ., Parijs 31K* Faubourg Monanartre. ü&Kriem's Dagblad van 7 Nov. bevat o. a, 8 millioen pd. st. voor de Loe ren verleend, De congregatiën iu Frankrijk, I)e Koningin en kaar Gemaal in Schwerin, Oplichterij. Buitenlandsch Nieuws Engeland. Bij de beraadslagingen over liet kre diet van acht millioen pond sterling, zeide minister Chamberlain dat hij op zijn zendinv zal gaan met een zoo open en onbevooroord'eelden zin als slechts mogelijk is en met het vast be sluit om allee aan te hooren wat ge zegd zou worden daar elk representa tief man of lichaam het recht heeft ge hoord te worden. De minister vermeldde dat er nu slechts 34,000 menschen in de concen tratiekampen zijn en van 24,000 gede porteerde. krijsgevangenen zijn reeds 14,000 naar Zuid-Afrika teruggebracht. Voor het eind van dlit jaar zullen nog 7000 worden gerepatrieerd en de rest volgt- binnenkort. De ~ift van twee millioen. zette spr. uiteen, was voor de Britsche en Hol- landsche loyalisten in Transvaal en de Oranje-Kolonio die op ruimere schaal vergoeding zullen ontvangen dan zij die tegen Engeland streden. Ook zal eenige uitkeerinp- worden gedaan aan de loyalisten die geleden hebben door den eersten inval in de Kaapkolonie en aan dei loyalisten in Natal. Doch geen cent zal als vergoeding worden gegeven aan de rebellen. (Toejuichin gen) ..Wat wij onzen vijanden geven, wordt gegeven uit staatkunde en meeschlievendiheid. Het is inderdaad 'n goeds staatkunde dezen niet onte vreden te maken en ben in staat te stellen den vroegeren voorspoed te her winnen. Chamberlain besloot zijne rede al dus: Indien het voorgeschoten geld niet voldoende is, zal ik niet aarzelen om meer te vragen. Wat er gedaan is tot herstel van liet land en repatriate der krijgsgevangenen heeft mijn meest optimistische verwachtingen verre overtroffen Het is verstandig om op timistisch te zijn, laten wij in de toe komst ~,1ooven en de toekomst zal on ze verwachtingen beantwoorden. Ik ga naar Zui'd-Afrika met den ernsti- gen wenseh om alle onaangenaamhe den te vergeten en de stamverwante volken samen te brengen tot een groo- te Afrikaansche natie onder de Brit sche vlag (luide toejuichingen). Het krediet werd met algemeen© stemmen toegestaan. Botha, De la Rey en Schalk Burger waren in de zaal tegenwoordig tijdens de discussie. Frankrijk. Er rijzen allerlei moeilijkheden in de Kamercommissie voor de congre gatiën, die haar advies zal hebben uit te brengen aan de Kamer van afge vaardigden over de machtiging door den wetgever te verleenen aan con gregatiën. Een congregate kan niet in het le ven treden zonder de machtiging van den wetgever, dat komt dus hierop neer, dat, als een der beide organen, Kamer of Senaat, aan een congre gatie het leven niet gunt, deze con gregatie ongeboren moet blijven. Nu eischt artikel 18 van de veelbespro ken wet van 1 Juli 1901 echter, dat de wetgever zich zal uitspreken over de congregatiën wier bestaan dagtee- kent van vóór 1 Juli 1901. De wetge ver moet het geoorloofd) bestaan de zer vejreenïgingen bekrachtigen of ontkennen. In het eerste geval mag de congregatie blijven, in het andere geval moet zij verdwijnen. Maar hoe nu, als Senaat en Kamer van gevoe len verschillen over zulk een oude congregatie. Weigept een van de twee organen der wetgevende macht de bekrachtiging, dan mag de congre gatie niet bestaan, maar voor het ontbinden van een oudle congregatie is no o dig, dat de wetgever ontkent dat haar bestaan geoorloofd is en hoe kan de wetgever een ontkennend besluit nemen, wanneer Kamer of Senaat, het bestaan van -die congrega tie bestendigd willen zien? De congregatie mag in het vooron derstelde gevaldan niet blijven be staan en ook niet worden ontbonden. Dit schijnt een onoplosbaar vraag stuk. Een andere moeilijkheid is deze. Wanneer dë regeering een aanvrage van een congregatie die machtiging verlangt niet gunstig gezind is, moet zij dan toch deze aanvrage aan het oordeel van den wetgever onderwer pen? De heer Hubbard oordeelt, dat dë regeering zulle een aanvrage zonder meer ter zijde kan leggen. De com missie is het hieromtrent niet eenis geworden en zij heeft haar bureau uiitgenoodigd den minister-president en den minister van justitie te ver zoeken in dë vergadering der com missie deze vragen te willen komen: behandelen. Bij een spoorwegongeluk in Frankrijk op de lijn Calais—Reims zijn een tiental reizigers gewond, waartoe ook behoort een broeder van den oud-minister Hano- taux, wien beide beenen zijn afgesneden. Hanotaux is reeds overleden. Dtu'tsciiland. De Berlijnsch© correspondent van die. Amerikaansche Associated Press deelt het volgende mede over de be weegredenen die keizer Wilhelm heeft voor zijn reis naar Londen. Volgens dezen berichtgever, zou de Duitsche ambassadeur Mettemich zich bij den Engelschen ambassadeur te Berlijn, Sir Frank Lascelles, in Augus tus LI. beklaagd hebben dat de in En geland; tegen Duitschland heerschen- de steminir- hem verontrustte, en dat bet Engelsche departement van bui- tenlandsche zaken zich even koel toon de als bet Engelsche publiek, en veen vinger uitstak om met de Duitsche di plomaten in den een of anderen hoek van die were)'1 samen te werken. Las celles antwoordde dat hem dit speet; maar wat moesten, zoo vroeg hij, die Engelsche ministers doen, nadat Chamberlain zoo slecht was behan- dëldJ? Toen dë Keizer twee jaren gele* den in Engeland was, had hij met Chamberlain van gedachten gewisseld over de noodzakelijkheid; van een sa mengaan van Engeland, Duitschland en de Vëreenv^de Staten overal waar de belangen van een van drieën of van alledrie r- het spel stonden. Chamber lain had dat denkbeeld goedgekeurd. Daarop hield' hij redevoeringen ten gunste van een samenwerking tus- schen de drie benoemde mogendheden. Graaf Bülow wilde echter niets van de zaak weten en maakte Chamberlain in zekeren zin belachelijk. Mêtternïch's vertoogen bii den Keizer over de vij andigheid van Engeland jegens Duitschland zouden nu bij den Keizer het besluit tot de reis hebben doen rij pen. Ook de Daily Telegraph meldt dat welingelichte leningen aannemen, crat de Keizer de aanwezigheid van de En gelsche ministers te San dringham, te haat zal nemen, om over de betrekkin gen tusschen Duitschland en Engeland tamelijk openlijk te spreken. Tegenover deze voorstelling van de zaak. zoo merkt de oorrespondent van de Associated Press op moge m het licht gesteld worden dat het niet Duitschland: maar Amerika is gewe&sr' dat van Chamberlain's denkbeeld van een bondgenootschap niet weten wilde. Aan den anderen kant trekt het in En geland zeer de aandacht dat te San- dringham acht kabinets-ministers bij het bezoek van den Keizer aanwezig zullen zijn en dat graaf Bülow niet aan de reis deelneemt. Ook beschouwt men dë zwenking die de Duitsche am. bassadë te Londen gemaakt heeft, dooi den heer von Eckardstein met verlof weg te zenden, als een concessie aan de Engelsche regeering. Tol, zoover de berichtgever van de Associated: Press. De Duitsche pers weet er niet veel op te zeggen en be paalt zich er toe. eenigien twijfel aan dë juistheid van het verbaal te oppe ren. Het Berliner Tageblatt maakt nog de opmerking dat het Duitsche rljlc geen belang heeft bij een afzonderlijk bondgenootschap met Engeland en zich tevreden stelt met vriendschappe lijke betrekkingen. Wat natuurlijk niet wegneemt dat men ter hoogste plaatse wel eens anders over Duitsch- land's belangen zou kunnen denken. Sir Frank Lascelle-s. de Engelsche ambassadeur te Berlijn, heeft intus- schen die stad met verlof verlaten. Mogelijk zal ook hij dus tegenwoordig zijn bij de -edachtenwisselingen over de hooge politiek in Engeland, Zwitssrlaud. Van de 11 herstemmingen voor den Natïonalen Raad zijn er 7 ten gunste van de vrijzinnig democraten uitge vallen. die hierdoor een besliste over winning hebben behaald. De sociaal democraten wonnen nog 1 zetel, te za. men 6, dat is een verdubbeling van hun fractie. Amerika. Uit Pe laatste opgaven blijkt, dat het Huis van Afgevaardigden zal be staan uit 197 republikeinen (waaron der niet begrepen die 3 republikeinen die in Pennsvivanië op gemeenschap pelijke lasten, zijn gekozen) en 177 de mocraten. In 9 districten is de uitslag nog twijfelachtig otadsaieuw s. Haarlem, 6 Nov. 1902. Wij zullen nog eenspublicee- ren de voorwaarden waarop de kinde ren in de Bewaarplaats te Haarlem (be- hoorende bij de Huishoud- en Industrie school) worden opgenomen. Art. 1. De inrichting is geopend van 's morgens acht tot 's avonds uur. Art. 2. Kinderen van 6 weken, tot 6 jaar worden aangenomen tegen 10 cts. voor ieder kind gedurende den geheelen dag; blijven zij tot 12 uur vijf cts.; van 128 uur cts. Schoolgaande kinderen tot 12 jaar kun nen tusschen en na de schooltijden te gen vergoeding van 10 cts. in de Be waarplaats verblijven. Middageten, melk en brood, worden door de inrichting gegeven. Art. 3. De kinderen moeten zindelijk gekleed en behoorlijk gewasschen zijn. Art. 4. Uit huizen waar eene besmet telijke ziekte heerscht, worden geene kinderen aangenomen. Art. 5. Die het kind brengt, moet den naam van het kind, de woonplaats en het tijdelijk verblijf der moeder opgeven en de reden waarom opname gevraagd wordt. Art. 6. Zoogende moeders kunnen haar kinderen komen voeden. Art. 7. De moeder neemt 's morgens de luier van het kind mee, en brengt 's avonds een mee om het kind aan te doen. Art. 8. Eiken dag moet de' verschuldig de som meegebracht, worden. Wordt hier aan niet voldaan en blijft de betaling achterwege, dan wordt aan het kind de toegang tot de Kinderbewaarplaats ont zegd. Deze regel geldt ook wanneer het kind niet om 8i uur wordt afgehaald. De lsteluitenant Kruijtis van zijne detacheering bij de Hoogere Krijgs school teruggekeerd en weder ingedeeld bij het bataljon infanterie, alhier in gar nizoen. Teyler. Men schrijft ons: Reeds meermalen is door erfgena men in de Tyler-zaak de vraag geop perd!. hoe of de naam Teyler ontstaan is. en reeds deelden we indertijd daar over verschillende legenden medë. Wij hebben er meermalen over nagedacht en konden deze vraag niet oplossen, evenmin als personen welke wij er over spraken Thans moeten wij erkennen dat de zaak hoogst eenvoudig is. Een kro niek van Haarlem: raadplegende za gen wij toevalligerwijze op het jaar 1580 dë volgende mededeeling:.. Tho mas Taylor, oud 18 jaar, dë stamva der van het Haarlemsche geslacht der Teylers, vlucht om geloofsredenen uit Engeland naar Holland". De op lossing is dus niets anders dan 't En gelsche taylor of tailor, dus kleerma ker. Het is overbekend dat de men schen vroeger veelal hun naam er langden naar het beroep dat zij oefen den. waarvan thans nog ettelijke voor beelden bestaan. Te meer duidelijk is het, daar het woord Taylor ih het Hol- landsch uitgesproken, den klank had van Teeler, dus met de daarin aanwe zige v van zelf is overgegaan in Tey ler. Al is het. nu geen nieuw licht in dë zaak is het voor de meesten ze ker toch wel iets nieuws. Kegelbond' Door den Haarlem- sehen Kegelbond worden op 14. 21, 25, 26 en 28 December a.s. kegelwedstrij den georganiseerd1 in de kegelzaal van Café-Restaurant Brinkman n. De wedstrijden zijn verdeeld in: korps-wedsti-uj personeelen wedstrijd en wedstrijd voor plaatselijke bonden Verschillende clubs uit alle oorden des lands zün tot deelname aan deze wed strijden uitgenoodigd. Bloembollencultuur. Woens dagavond vergaderde de afdeel ing Haarlem der Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur in café Brrnkmann. Na ballotage van etenige nieuwe leden, die allen werden aangenomen, werd aan de orde gesteld het stellen van 2 candidaten voor 't hoofdbestuur wegens aftreding dier heeren G. H. van Wavoren en Ant. Roozen, die niet her kiesbaar waren. Besloten werd' do heeren G. J. van Meeuwen, te Heemstede, en J. J. van Waveren, te Hillegom, candidaat te stellen. Examenvrije-en ordeoef en in- gen. Geëxamineerd 12 vrouwelijke can didaten. Geslaagd de dames: A. C. Kiel, R. L. Kalkoene, M. Kalei, J. de Jong, A. Jesse en B. Jordan, allen Amsterdam; E. A. Kempers, Haarlem; A. Korman, Am sterdam, L. E. Kollöffél, Haarlem; J. Kof- fieberg, Amsterdam. den stond) een rist menschen. die veen zitplaats hadden kunnen machtig wor den. Een bewüs dlat dergelijke kunst avond] es van de Haarlemsche Toyn- bee-vereenigin.v ten zeerste in den smaak vallen. Wij zullen ons niet wagen aan een muzikaal-critisch. verslag. Alleen con- stateeren dat vooi'al mej. Scholten ons veel heeft doen genieten en behalve voor haar verrukkelijk mooien zang een woord1 van hulde verdient voor de keuze der zeer lieve nummers, die ze ten gehóore bracht. De heer E. A. Cats bewees weer voor de zooveelste maal met zijn artistiek vioolspel zHrj gehoor te kunnen boeien en een artist van beteekenis te zijn. Mej. Visser uit Purmerend, droeg on verdienstelijke wijze ernstige en luinnge gedichten voor, waarvan voor al die in Geldërsch dialect in den smaak vielen Gaarne brengen wij ten slotte aan. mej. Stakman een woord van welver diende hulde voor de artistieke wijze waarop zii die solisten begeleidde. In de Maandag j.l. gehou den ledenvergadering van de Coop. Broodb. en Verbr.uiksvereeniging Vooruitgang" werd de door 't bestuur aangeboden rekening en verantwoor ding over het afgeloopen vereeni- gingsjaar goedgekeurd en het divi dend) bepaald op 3£ Aan het bestuur werd volmacht ge geven voorbereidende stappen te doen tot uitbreiding van de coöperatie. Als bestuurders werden herkozen de heeren L. Modoo, J. v. d. Boo gaard, W. F. Kroese en W. Akker man, en gekozen F. W. N. Hugen- holtz en A. J. Wildschut. Toit commissarissen werden geko zen de heeren H. v. d. Kaa, J. Wil- lemse, M. Bouwer, W. A J. Bremer en G. Dijksterhuis. De Haarlemsche Toynbee- vereeniging gaf gisterenavond een voordracht en muziekavond in de bo venzaal der Sociëteit .Vereeniging", waarvoor zii zich de welwillende me dewerking van zeer verdienstelijke mu sici (de dames M. Scholten, zang. M. Stakman. piano, en den heer A. Cats, viool) en van mej. C. P. J. Vis ser. van Purmerend (voordracht) had verzekerd. De zaal was overvol. Aan weerszij- Gevonden voorwerpen: Een lange oude roestige sabel. Een sleutel. Geld op straat verspreid gevon den. Een zilveren dames-remontoirhorlo- ge. Een stuk ijzer. Bekeurd. Een tapper is bekeurd omdat hij zijne tapperij te middernacht niet behoorlijk heeft gesloten en geslo ten gehouden. Ook de aanwezige bezoekers zijn be keurd. Woensdag middag omstreeks half vijf geraakte een zevenjarig jon getje in het water nabij de Garen- kokerskade. Op zijn hulpgeroep scho ten eenige vrouwen toe, die er met moeite in slaagden de drenkeling op het droge te brengen en hem naar zijn woning in deRoosveldstraa/t over- te brengen. Woensdag avond omstreeks zeven uur, klom op de Zijlweg een jongen achter op een rijtuig, om op die manier een eindje mede te rijden. Dit kwam hem duur te staan, want toen hij v,an het rijtuig af wilde springen, bleef hij aan zijn kiel ha ken, met het gevolg dat hem handen en voeten verwond) werden. Woensdag avond vierde de Chr. Geh.-Onth. Zangvereeniging „Excelsior" dir. den heer J. v. d. Wateren Mzn., haar eerste jaarfeest- in het gebouw „Weten en Werken" aan de Ged. Oude Gracht alhier. Heit was er recht gezellig. Voordrachten, en zang wisselden elkander af. Uit de verslagen van secretaris en pen ningmeester bleek dat de vereeniging in het afgeloopen jaar zeer is voor uitgegaan. Men bleef in recht gezelligen kiring tot ongeveer half drie bijeen. Gisteren slaagde onze stad- genoote mej. C. A. Fortgeds alhier bij Fenil leton. door MAX PEMBERTON. 42) Ik heb dit verslag naar mijn eigen ondervindingen op Ken's Eiland neer geschreven, opdat gij het met de boe ken van anderen, die sinds dien tijd dië wonderlijke plaats bezocht hebben, kunt vergelijken; maar ik wilde niet hebben, dat denkt, dat ik en die dJapoere man die aan mijn zijde stond, het doel vergaten ,dat ons aan land gebracht had in die droevige moeras- Ben, of dat wij zouden dralen om ons zelf te bewaren, terwijl de anderen ons zoo noodip- konden hebben. Toen wij door 't delirum tot ons verstand terug gekomen waren, en van de hoogte onzer zenuwverbeeldingen tot de diep ten der wanhoop en droefgeestigheid vertvieleai, bleef niettemin onze op dracht fin onze gedachten, en de aan drang, die ons toeriep: Vooruit! Wij wilden nog het ergste wagen, als wij .een menschenleven konden redden. Al vloeiden onze hoofden, en waren onze leden ook zwaar, toch trokken wij door de weiden, met onze oogen naar het arme volk zoekend, voor welks redding wij gekomen waren. Hoe lang deze groote plicht ons op zou houden welk een onverwacht ongeluk onze reis ten laatste zou doen stoppen, om ons ten laatste misschien in het gras te wei-pen, daar te slapen, en alles te doen eindigen, dlat alles konden wij niet overwegen. Goede menschen war ren op Ken's E ei land' in gevaar, en. iedereen zeide: Gij. Jasper Begg, en •..mes Nepeen steek hun uw hand toe. Ziet gil iets. kapitein? vroeg ik mijn makker nu en dan. wij zullen nu dicht bij hen zijn. Hoort gij iets? Hij antwoordde mij. naar adem snakkend: Zelfs geen zucht. Verder, ik wilde voortgaan, ginds bii t' boschje, daar landden zij. Kunt gij zoo ver gaan. kapitein? Bij den Hemel, ik zal het be proeven! zeide hij tusschen zijn tan den. Zij zullen niet ver van het bosch af zijn. sprak ik. dat is duidelijk. Sluit uw oogen voor alles wat gij ziet en denk er niet aan. Het is een vreese- lijke plaats, kapitein. Niemand had zich zoo iets kunnen denken. Ik wachtte op hem, en plaatste mij zoo. dat zijn oogen, naar ik gehoopt had ,zich naar de zee richtten, en „niet naar de wouden, waar zulke toover- achtige gezichten waren. Want deze plek, het punt waar het grootste wei land tegen het bosch aanlag, was in genomen door slapend vee. wit en stil en gevoelloos zoodat het geheele too- neel. gelijk het in 't maanlicht duide lijk te zien was uit één groot blok marmer gehouwen scheen, en koeien en schapen, en hoornen en heuvels, al les door dë hand des doods gebeiteld was. Dat iets levends spreken zou en zich bewegen scheen bijna een belee- di<4n<r van de wonderbar© schoonheid van die doodienakker. De verbeelding wankelde voor deze machtige verstij ving. de glorie van die betooverende natuur. Het was of men zich ter aar de werpen moest of men wilde of niet. en zich aan dat spel der verbeelding moest overgeven En wellicht hadden wij dat gedaan, en ons einde was daar geweest, toen opeens een vrouwengil door die bosschen klonk, zoo droevig, dat wij ons opnieuw gedrongen voel den en wij al onze vastberadenheid weer herkregen. Hoordet gij dat? ri'ep ik hem woest toe; een vrouwenstem, en hier dichtbij ook! Nu zult ge niet terugkeeren, ka pitein Nepeen! Voor niets ter wereld! sprak hij dapper; het zal Gertrude Dolliny zijn. de zuster van den betaalmeester; wij kunnen haar niet achterlaten! Het verlangen was als een teug wijn voor hem. Ik geloof zeker, dat bijna gevallen zou zijn, maar nu, een oogeaxblik op mijn arm steunend, rende hij zoo hand hij kon vooruit en ik volgde hem op de hielen; wij door kruisten het daartusschen liggend -ras en waren in het bosch. Daar von den wij inderdaad de zuster van den betaalmeester, in 't blinde voortstrom pelend) ais een wouw, die van 't ge zicht beroofd is. terwijl kinderen aan haar japon hingen en erbarmelijk schreeuwden omdat zij niet op hen lette. Het was een dwaas tooneel. en er moet heel wat gebeuren voor ik dat vergeet. Hoe donker het woud bij dag ook wezen mocht het maanlicht scheen iedere open plek te verlichten, en wij zagen de knoesti-e boomstammen, en de bloeiende struiken, dë stille poelen en de grazige dalen. En in het mid den van dit boschachtig geheel, ver wijderd) van menschen, een eenzaam ltreupelbosch in de groote Stille Zuid. zee, liep deze vertegenwoordigster der beschaving, een jong meisje in 't wit gekleed met een aardigen hoed, dien zij in Parijs kon hebben gekocht, en kindertjes, in hun matrozenpakjes, klampten zich vol vertrouwen aan haar vast, zooals kinderen vasthouden aan een beschermende vrouwenhand'. Het verwonderde mij toen niet, even min als nu no~ dat het meisje ons zag noch hoorde. De verd'ooving was zeker over haar gekomen; de eerste aanval van geestvervoering had haar gezicht, haar verstand' ontroofd, en zelfs de nabiiheid dei- kinderen doen vergeten Het droevige, dat zij nu en dan aanhief, was het eerste lied van haar dolheijd. Haar stappen waren ongeregeld, nu eens naar 't midden van het bosch gericht, dan er van daan naai- den zeeoever. Ons geroep toch stil te houden en op ons te wachten, beantwoordde zij niet; ik geloof zelfs niet. dat zij nnin hand op haar schou der voelde Maar ten laatste viel zij slap en sidderend' in mijn armen, en ik nam haar op en liep naar de zee. Neem gij de kinderen, en dan recht uit. zeide ik tot den kapitein, ren voor je leven en voor dat van die kleinen. Het zal iets zijn om hen te redden, kapitein. Hij antwoordde mij, met een zucht bijna; maar onderwierp zich niettemin aan zijn plicht. Hij wist dat het een strijd was voor hun leven en het onze. Ik zeg. dat i!k de last in mijn armen had, doch geen veder was mij lichter, in de hooi) van mijn redding en van hen voor wie wij streden. D© weg lag recht naar beneden, door een ravijn van de lasre klmoeco. naar 't strand, dat wij verlaten hadden, en de goede boot wachtte ons daarop. Het scheen, dat dien nacht niets meer tusschen ons en Godfe frissch© lucht staan zou. En toch hoe verkeerd hadden wij gerekend1. Een dbzijn van Czerny's mannen schreeuwden wild door elkaar op den rand dier klip toen wij uit het woud kwamen, en bii na voor wij hen opge merkt hadden, waren zij hals over kop achter ons gekomen als duivels, dol van wijn. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1902 | | pagina 1