Het Hiis mier le Zee NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Meestgelezen. Dagblad, in Haarlem en Omstreken. 20e Ih,v> am Woensdasi 12 November 1902. No. .1943 HAARLEM'S DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Voor Haarlem per 3 maanden1-20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maandenV 1-30 Franoo door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers0.02J4 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.3734 de omstreken en franco per post0.45 ADVERTENTIËN Van 15 regel» EO Ota.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem ia de prjje der Advertentiën van 15 regels 0.75, elke regel meer 0.15. Groote letter» naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 30 Cent per regeL Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Zuiider Buitenspaaroe No. 6. Telefoonnummer der Redactie 600. Telefoonnummer der Administratie 122. Intercommunale aansluiting. Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan hek Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Dit blad -verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère Li DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 3i^> Faubourg Monancaire. Haarlem's Dagblad fan 12 Nov. bevat o. a. Engeland koopt de Delagoa- baai, Turkije en Italië met be trekking tot de zeerooveryeu, Het bezoek van Keizer Wilhelm aan Engelaud, Moord nabij Parijs, Sui- ker-surtaxe. Buitenlandsch Nieuws Zuid-Alrika. Niettegenstaande de vrede den 31en Mei gesloten is, moet op de EngeLsche ooriogsbegrooiting voor het financieele jaar 1 April 1902—31 Maart 1903 als oor logskosten 600.000 pd. st. meer gebracht warden,; de begrooting voor den oorlog in Zuid-Alrika was 39,650.000 en wordt nu 40.250.000 pd. st. De vermeerdering van uitgaven is o.a.: soldijen., toelagen, giften 4,700.000 pd. st., geniew,erken en huizing van officieren 350.000 pd. st. enz. Daartegenover staat vermindering o.a. van 650.000 pd. st. voor landtransport, 1,500.000 voor paardenaankoop; opbrengst van den verkoop van paarden, muilen enz. 2.500.000 pd. st.; enz. Voor zeetrans port is daarentegen weer 1.500.000 meer uitgegeven^ Reuter seinde den 7en uit Vrijburg, dat 20 man van van Ziji's commando zich hebben overgegeven, maar de mees ten blijven weg. De „Standard" verneemt uit Johan nesburg, dat de ontwapening van de Kaffers geleidelijk voortgaat. Er zijn al ongeveer 40.000 geweren ingeleverd (in Transvaal alleen of in enkele distric ten?) De troebelen die men verwachtte blijven uit (dank zij de 3 pd. st. per ge weer die Engeland geeft). Verder deelt de correspondent mede, dat de Kamer van Mijnwezen besloten heeft het Kaf- ferloon te verboogen. Men verwacht nu meer zwarte arbeiders. Volgens den Atheenschen correspon dent van de „Daily Chronicle" zijn er 1500 Ioniërs van de eilanden Ithaca en Santa Mavra naar Transvaal vertrok- Milton, administrateur van Masjona- land, heeft bij de opening van den wet- gevenden raad te Salisbury gezegd, dat prof. Koch in Zuid-Alrika komt in ver band met de veeziekte. De Good Hope, die Chamberlain naar Zuid-Afrika zal brengen, is Zaterdag in dienst gesteld. Den 3en December wordt zij te Port Said verwacht, te Suez den 6en; daarna doet zij Aden en Zanzibar aan en den 20en December wordt zij te Durban verwacht. De brand te East London, Kaapkolonie en die te Kaapstad, Port Elizabeth en Lo- rengo Marquez schijnen beschouwd te moeten worden ais wraaknemingen van slachtoffers van den oorlog. Engeland. Het meerendeel der Engelsche bla den vat het bezoek van keizer Wil helm zeer koel op. Zij heelt en den Keizei- welkom, voor zoover hij zijn familie komt bezoeken, of zijn En- gelsch dragon d,err eg i m ent komt in- specteeren; maar van politiek willen zij niets weten. Daar zijn de omstan digheden niet naar. De „St. James's Gazette" zegt: Wij zien in hem den warmvoelenden kleinzoon van koningin Vidtoria en den neef van koning Edward. En kei zer Wilhelm kent Engeland genoeg om na tafel onder een sigaar over politiek te spreken. Maar, d'at zal geen wijziging teweeg brengen in den politieken toestand van Europa. En de „Globe?': „Keizer Wilhielm zal eerbiedig ontvangen worden; maar zijn komst zal geen signaal worden voor diepgaande uitingen van geestdrift," En wat de stemming betreft tusschem Engeland enDuitsch- land, zegt het blad: ,,De Keizer kan zich van de consequenties van dien toestand niet losmaken." De Daily Chronicle" zegt: Het is niet in Engeland's voordeel een bond genootschap met Duitschland'. Enge- land'sgrootsten mededinger, aan te gaan; vooral niet na de giftige vij andschap die het tegenover Engeland getoond heeft. En wij hopen daarom dat. onze ministers zullen zorgen niet toe te geven aan de betoovering, die van don Keizer uitgaat." De „Times" zeglt: De Duitsche Kei zer mioge onze goede vriend zijn; maar geen voorkomendheid aan zijn zijde kan de houding van Duitsch land tegenover Engeland tot oen vriendschappelijke maken. De „Daily Graphic": Wanneer de betrekkingen tusschen beide landen in de toekomst weder traditioneels hartelijkheid zullen moeten verkrij gen, zou het voor Duütschland van belang zijn aan Engeland een waar borg te geven voor de oprechtheid van den wensch naar vriendschappe lijke betrekkingen. De „Standard" geeft Duitschland te kennen, dat het niet de hulp van een vriend als Engeland kan ontbe ren; Engeland' kan steeds een bond genoot vinden, en het zal Duitsch land's .schuld zijn wanneer Engeland vriendschappelijke aansluiting zoekt bij een mogendheid die Duitschland niet tot zijn vrienden telt. Slechts d'e „Daily Telegraph" maakt een uitzondering tusschen alle bla den, dio oen kooien, bijna vijandigen toon aanslaan. Helt blad vraagt welk nut hot heetft in Engeland steeds wantrouwen tegen Duitschland' te zaaien, en argwaan te wekken tegen den Keizer en diens vloot-polifciek; en welke bedoeling het heeft, dat in Duitschland) haat wordt gezaaid te gen Engeland en zelfs de Panger- maanscbe heilige strijd wordt gepre dikt tegen Groot-Brittarmië. Zulke ophitsingen van de slechtste eigenschappen der volken doen ein deloos onhedl ontstaan. Er is geen enkele grond, waarom de betrekkin gen der beide landen niet zoo vriend schappelijk zouden zijn als zij vroe ger waren, vóórdat de bronnen der openbare meening vergiftigd werd'en. Wanneer Duitschland en Engeland elkander niét verstaan, welke andere natiën in Europa zouden het dan wel kunnen? De goede verstandhouding tusschen de beide landen zal minder gevaar loopen verbroken te worden, wanneer beide landen krachtig zijn. Het blad besluit met de meening, dat het o ogenblik gunstig is om d'e beidie volken weder tolt elkander te brengen, op voorbeeld hunner vor sten. De hartelijkheid, die tusschen koning Edward en keizer Wilhelm: bestaat, moet ook tusschen de beide girojote, natie® höetaschem. De generaals Louis Botha en de la Rey brachten te Londen een bezoek aan de Nederlandsche Vereeniging in Regent Streete waar zij een aantal Hollandsche vrienden ontmoetten, en waar hun een aangename verrassing wachtte. De heer F. C. Stoop, president der Nederlandsche Vereeniging, deelde hun nl. mede, dat hij een inschrijving geopend had ten behoeve van het Boerenihulpfonds onder de Boerenvrienden te Londen, welke in schrijving reeds giften tot een gezamen lijk bedrag van een 3000 pd. st. opgele verd had, terwijl hij (de heer Stoop) en ds Baart de la Faille, predikant der Nederl. Hervormde gemeente aldaar, zich tot een voorloopige commissie gevormd hadden, om verdere giften voor hetzelfde doel in ontvangst te nemen. De gene raals brachten in den loop van hun toe spraken tot de aanwezigen natuurlijk hartelijk dank voor dezen bijstand on der hun stam- en taalgenooten in En geland. Vroeger in den namiddag had ik ge neraal Louis Botha even aan zijn loge ment ontmoet bij den bekenden Neder- landschen schilder, den heer Antoon van Welie, terwijl die druk bezig was te werken aan de levensgroote olieverf portretten der drie generaals, welke, naar ik hoor, bestemd zijn voor het Boe- ren-Museum te Dordrecht. Terwijl ik be zig was met generaal Botha te praten, nam de heer Van Welie de gelegenheid waar, om fluks een kenschetsende cray on,teekening van den generaal op het papier te werpen. De heer Van Welie heeft reeds geruï- men tijd hier in het gezelschap der drie generaals en andere Zuid-Afrikaarusche beroemdheden doorgebracht. In dien tijd lïeeft hij een groot aantal schetsen gemaakt, vooral portretten' van generaal de Wet, met wien hij zeer bevriend was, en wiens laatste portret door hem ge maakt is bij de spoorwegreis naar Southampton. Het eigenaardige hierbij is, dat genieraal de Wet elke teekening heeft verrijkt met een bijschrift. Een der laatstbedoelde vermeldt, dat het portret genomen werd, terwijl de generaal be zig was de voorrede te schrijven van zijn boek. Ik wil nog even hieraan toevoegen, dat enkel het groote portret van gene raal de Wet geheel gereed is, en mij voor komt een treffend beeld te leveren van den man, wiens gelaatstrekken, houding en handen zelfs zijn groote geestkracht en sterken wil verraden, nochtans niet in strijd komende met de harteshoeda- nigheden, die zijn samengestelde en ge heel individueele persoonlijkheid ken merken. Ik moet op het schoone werk van den heer van Welie terugkomen, wanneer hij verder met zijn taaie gevor-, derd zal zijn. Balfour die een redevoering uitsprak aan het diner van den Lord Mayor in Guildhall, zeidie, dat d'e oorlog twee quaesties had opgelost, die door staats lieden opgeworpen waren voordat d'e oorlog begon. De eerste was deze: was het Britsche volk evenals in het verleden voorstandier van den vrede, doch bereid' groote nationale en per soonlijke offers bei brengen; en de tweede: waren de groote. zich zelf be sturende kolonies bereid te strijden voor het rijk. waarvan zij deel uït- maakten? Deze vragen worden niet meer gesteld, omdat ieder thans het antwoord kent. De oorlog zal gevolgd worden door een niet minder succes vollen vredie. Groote materieele moei lijkheden zijn te overwinnen, doch hij hoopte, dat na verloop van eenige maanden de toestand in de Zuid-Afri- kaansche kolonies gunstiger zou zijn dan ooit te voren. De moreele verhouding zal zonder twijfel ook verbeterd zijn, dank zij gioote regeerders als Milner en Cham berlain. De algemeene stand; dier zaken in Somaliland) bracht de vriendschappe lijke gevoelens van Italië voor Enge land) aan dien dag. Volgens mensche- Iijke berekening bestaat er geen ge vaar voor den wereldvrede, .noch een eisch des tijds blijft het niettemin het voortdurend aankweeken van interna tionale verdraagzaamheid, vriendschap en overeenstemming, die, op verstandi ge wijze aangemoedigd, een machtigen invloed' zouden uitoefenen op den Euro-peeschen vrede, indien deze ooit bedreigd wordt. Zij zullen ons in staat stellen de groote politiek van het Europeesche concert voort te zetten, dat zulk een gewichtig instrument voor den vrede was in het veidecten en het in de toekomst belooft te zijn. De „New-York Herald" bevestigt, dat de verkoop van Delagoabaai aan Enge land een voldongen feit is. De prijs moet zeer laag zijn. België. De Belgische Kamer heeft 21 mil- lioen uitgegeven voor de uitbreiding der Antwerpsche havenwerken. Rusland De Russische pers geeft blijk van groote onverschilligheid voorgewend of inderdaad gemeend, dat blijve in 't midden ten aanzien van het bezoek van keizer Wilhelm aan Engeland. De Nowosti verklaart, dat de reizen van den Duitschen keizer naar het Engel sche hof langzamerhand' zoo talrijk zijn geworden.' dat zij elke internatio nale beteekenis hebben verloren. Frankrijk. Om de moeilijkheden uit den weg te ruimen, welke zich zullen kunnen voordoen bij het verleenen of weige ren van machtiging aan de congre gatiën door de wetgevende macht, heeft het Kamerlid Codet een wets voorstel ingediend tot wijziging van de bestaande wettelijke bepaling vol gens welke een congregatie ontbonden zal worden indien de wetgever weigert haar de gevraagde machtiging te verleenen. Codet stelt voor de weige ring van één der twee Kamers inpiaats van de weigering van den wetgever te stellen. Is de wet op de congregatiën in dien zin gewijzigd, dan zal dus een voorstel dóór de regeering ingediend bij de Kamer van Afgevaardigden, strekkende tot weigering van een ge vraagde machtiging, als het door de Kamer verworpen is. niet bij den Se naat aanhangig worden gemaakt. De Senaat zal alsdan dus niet meer bij machte zijn. door een dergelijk nega tief voorstel te verwerpen, te verhin deren. dat die beide organen van de wetgevende macht weigeren een mach tiging aan de vragende congregatie te verleenen. Men kan bezwaarlijk zeggen dat het voorstel-Codet hier een vraagstuk oplost. Het is het doorhakken van de kwestie in het belang van de meer derheid der Kamer en het zou ten zeerste te verwonderen zijn indien de Senaat aan deze wetswijziging zrjn sanctie verleenen wilde en alzoó mee zou werken zich zelf zoo maar op zij te laten zetten. In zake het proces Boulaine zijn ern stige feiten aan het licht gekomen; twee hooggeplaatste magistraten moeten me deplichtig zijn. Turkije. De toestand in het Turksch gebied aan de Roode Ze© zoudie er niet een voudiger op geworden zijn, indien het gerucht waarheid bevatte, dat de En- gelschen Hodeida bezet hebben. Dit, in verband gebracht met bet bombar dement van Middy door de Italianen, doet sommigen gelooven aan een Anglo-Italiaansche entente ten aanzien van de Roode Zee-conflicten, die zich dan tevens zoude uitstrekken tot een gemeenschappelijk optreden tegen den „gekken" Molla. Vermoedelijk schuilt hier echter veel fantaisie onder. Men vergete niet, dat het bericht van de bezetting van Hodeida niet officieel is en dat men in Italië erg afkeerig is van nieuwe Afrikaansche avonturen. Dit laatste blijkt nog weer uit de Tri- buna. die de draak steekt met de ge dachte dat een tweetal compagnieën inboorlingen, die de Italiaansche re geering 20 October te Massaua heet samengetrokken te hebben, zouden kunnen dienen om tegen, den Molla te vechten. Intusschen is het Turksch-Italiaan- sche conflict nog steeds aan de orde. Heden of morgen zoude het ultimatum van den commandant van de Piemon- te. het Italiaansche oorlogsschip, bij Middy, verstreken zijn. De Turkscbe regeering moet verklaard1 hebben, dat deze tijd te kort was om aan Italië's eischen te voldoen en uitstel gevraagd, tot 20 November. Dit zoude toegestaan zijn. Er zullen te Rome besprekingen worden gehouden tusschen Prinetti en den Turkschen gezant over dit zeeroo- versincident. Volgens sommigen heeft Turkije de bemiddeling van twee groote mogendheden ingeroepen. Een der punten, waarover men het vooral niet eens kan worden, is de. er kenning door de Turksche regeering van de Italiaansche vlag op de vaar tuigen van Arabieren van Massaua en onderhoorigheden. die zich in de Roo de Zee met kustvaart bezig houden. Tusschen Italië en Turkije is naar aanleiding van den zeeroof in de Roode Zee een overeenkomst gesloten op de volgende grondslagen: alle schepen der zeeroovers, die geblokkeerd worden in den omtrek van Middy, zuilen aan den commandant Arnone overgegeven en in den grond geboord worden. De Turk sche autoriteiten zullen de zeeroovers, die Turksche onderdanen zijn, op voor beeldige wijze straffen. De Porte zal te Massowa de zeeroovers, die inwoners van Erythrea zijn, uitleveren en ver bindt zich In de toekomst den zeeroof met kracht te onderdrukken. Een schade vergoeding zal betaald worden aan de betrekkingen der twee Turksche zeelie den te Middy en ook zullen de Prythreërs een schadevergoeding ontvangen. China. Van uit het verre Go-sten zijn weer eens een paar berichten tot ons ge komen, die zoo zij waarheid bevatten, voor de zooveelste maal bewijzen, dat de toestand om en in het. Hamelsche Rijk veel heeft van den krater, die, zoo nu en dan rommelend, door klei ne uitbarstingen getuigt van het groo te vuur dat daar beneden smeult. Zoo wordt uit Shanghai den 7en November aan de „Daily Mail geseind, dat in de haven van genoemde plaats eentalrijk eskader Engelsche oorlogis- schepen zich verzameld heeft met het oog op de groote Russische schepen macht, die binnen veertien dagen aL daar verwacht wordthet telegram voegt er bij, dat ..men" dit militair vertoon noodzakelijk acht voor het En- gelsch prestige in het Noorden, vooral ook om te toonen. dat geen tusschen- komst 'in het „status quo", door welke mogendheid ook, geduld zal worden. Een en ander bericht, uit gansch andere bron, nl. uit het Russisch blad cle „Roursk Invalid", weet mede te deelen, dat in hei begin van October een bende van 700 Chineescbe roovers de stad Bodouné, in Mandsjoerije, beeft aangevallenzij namen de stad zonder veel tegenstand te ontmoeten, wierpen den gouverneur in de gevan genis en staken vervolgens verschei dene* hu'izen in brand. Terstond zond de commandant van bet tweede leger corps in Siberië er eenige detache- ten op af, met eenige stukken geschut; deze macht kwam den 24sten October te Bodouné aan, heroverde de stad en nam eenigen der roovers gevangen onder dezen bevond zich de aanvoer der, die terechtgesteld werd. Bij de gebleken onmacht van het Chineeache bestuur om de rust en orde te handha ven, heeft de generaal, Baron von Sta- chelbery. zich verplicht gezien te Bo- Feuilleton. door MAX PEMBERTON. 46) Hij is een wonderlijke man, ging Clair-de-Lune verder, als een oude Neptunus recht or> dl© rotspunt staan de; een wondierlijk man. geen een. is zooals hij! Dei-tien jaar geleden vond hij deze plek voor i eerst, en dierti'en jaar lang 1-iei hii alle schepen stran den. Ik weet d'at, want eens op een dag- vertelde hij mij veel en ik luis terde. H;: zeidie: maak een groot for tuin en gij zult geien verdriet krijgen. Al die jaren geleden, honderden jaren, strandden er schepen op Ken's Eiland. Czern^ hoorde die geschiedenis in Ja pan. en hij kwam de plaats zelf zien. Zij zeggen, dat h" eens door de mitist insliep en daarna dol werd. Hij weet niet langer wat recht of verkeerd of onrust is in de. wereld. Hij kwam naar Ken's Eiland en werd rijk. Toen von den zijn machinisten deze rots. Eens. laino- geleden, maakte ze ook deel uit van het eiland, kapitein. De zooals gij. noemt vulkaan, wi'erp vuur in de zee maar dat was voor er menschen kwamen. Czernv dlaaldie in de rots af en hij ontdekte groote en kleine kel ders, en hij zeide: Hier zal ik in den slaaptijd leven. Veel geld' maakt een mooi huis. Hij hield die zee tegen, diaar waar zij wilde binnendringen, bouwde groote vensters in de rots, na mwerktuigen en ontleende de lucht van den hemel. Langen tijd leefde Czerny hier alleen. Toen kwam op een dug mevrouw o, kapitein, ik was zoo bedroefd', toen ik mevrouw zag komen! Zij zal hier lijden! zeidie ik, ze heeft reeds veel geleden. Czerny is niet zooalg andere mannen. Als mevrouw tegen hem zei: Goede rnan, gij en fk zullen hier altijd leven, dan zou zij alles hebben, zij zou kunnen gaan waar zü wou. en meesteres wor den. Maar ik zeid'e toen ik haar zag: Neen. nooit, dat zal zij niet zeggen, ze is een goede vrouw. En toen was ik ane-stig voor haar, kapitein, ik vreesdie 't ergste Ik wist niet dat zij een Engelschen vriend! had, die haar zou redden. Hij keerde zich peinzend: naar mij toe. en ik las in zijn oogen diep© ge hechtheid!. die d!e kleine Ruth Bellen- allen die haar kenden en haar leer den liefhebben. Maandag drie uur. Wij hielden op dat uur krijgsraad in de groote gan" en vormden het plan den Tooten aanval af te wachten, die vannacht tegen ons gedaan zou wor den. Wij waren allen van één mee- ning. nl. dat Czerny het huis zou trachten te overrompelen onder d'e be scherming der duisternis. Wij kunnen niet naai- de maan of naar den hel deren sterrenschijn kijken, die onze oogen helpen zal wanneer de zon on der is. Het zal een donkere nacht zijn bewolkt en misschien stormach tig. Als de storm los breekt, en de natuur onze bondgenoot wordt, dan is het ergste reeds voorbij en het eindie van onze vijanden zeker. Maar wij hadden geen recht dat te verwachten. Wij moeten den toestand inzien als denkende menschen, di eop iedere ge- beutenis zijn voobereid. B" 't aanbreken van den dag had ik wat geslapen en het eerste nieuws, dat zij mij brachten toen ik ontwaak te. was de overgaaf van de vier man nen. die in de kelders beneden waren gebleven, en van de trouwheid van de twee andere mannen van Czerny, die zich reeds bh" ons gevoegd hadden, den altijd had weten te winnen vanZoover ik kon opmaken was er slechts één levend mensch heneden in hét huis. en wij behoefden voor hem en zijn sympathieën geen zorg te hebben. De overige mannen, die met ons vochten, hadden zich. daar zij zagen, dat 't geluk ons tot nog toe gediend had, aan de zijdie der fortuin ge schaard en hielpen ons getrouw. Dat alles zeide ik voor 't laatst aan mijn volk .toen wii rondöm de tafel in de gan gzaten, en die plannen maakten, die ons verstand ons gebood. Zij zullen ons dienen, zeide ik, zoo lang wij aan de zegevierende zijde staan. Wij zullen ze in d'e vuurka- mer zetten, waar zij de vuren bewa ken zullen voor hun eigen redding. Als zij bedrog plegen, schieten wij ze neer. Ik geloof, dat wij met drie of vier man aan. de lage poort kunnen volstaan. G:: zult de rots moeten be schermen .terwijl wij de omliggende zee voor u vrij houden. Als Czerny daar vasten voet krijgt, en de deur inslaat, behoef ik u niet te vertellen hoe het met ons gaan zal. Verder laat ik twee man boven aan de trap en twee in d/e gang onder 't bereik van Miss Ruth. Peter Bligh en George Venn gaan met mij naar boven om met het kanon te werken. Als zij toe snellen wel dan zullen twintig man hun met buksen tegenhouden. Maar ik reken op hun lafheid en ik zeg maar dat men er tweemaal over den ken zou te vallen voor Czerny en zijn eerzucht. Laten allen dat bedenken, en herinner je voor je eigen bestwil waarvoor je vecht. Voor die eer van een vrouw en het leven van goede mannen. Ja, het is een waagstuk, heeren. Ik geloof niet. dat wij meer behoeven te zeggen om onze armen te spieren en onze oogen open te houden. Wij vechten voor alles wat een eerlijk mensch lief is. Vallen wij, laat ons dan ten laatste als ware zeelui onder gaan. die:: Hier ben ik! antwoorden, wanneer de plicht hun roept. Deoizelfden avond zes uur. Wij aten allen samen in dei groote eetkamer dicht bij Miss Ruth's bou doir Men kon zich geen dwazer con trast voorstellen tusschen die mooie kamer daar beneden, en de stille veria- ten zee er' boven Want aan de eene zijde was het te-eken der beschaving luxe. praal, het prachtige vertrek, de mooi gekleede dame, de tafel met fijn lïruien en zilver gedékt, d'e ramen, van waaruit men die zeediepten zag en al hun wonderlijk leven; aan den anderen kant de zwarte schaduwen van den nacht en den dood. de bedrei ging der booten, het geankerde jacht, de donkere lucht en 't eiland, dat uit de verte opdoemde. Wij zaten daar met veertien zielen, als menschen. die elkaar in een rijk zomerhuis ontmoet hadden, en daar een vriendschappelijk beuzelpraatje haddien gehouden. Nooit in mijn leven had ik Miss Ruth zoo le vendig en meisjesachtig bekoorlijk ge zien. Haar lach was als 't geklingel van een zilveren belletje; voor iediereen had zij een scherts, een vriendelijk woord, en toch keek ik. die naast haar zat. haar die^ in die grijsblauwe oogen. om daar de waarheid te lezen. En ondér 't gebabbel fluisterde ze mij een vertrouwelijk woord toe, of drukte mijn hand en zeid'e: Jasper, het moet, het moet coed "aan met ons! Over wat daarboven in het duistere Oosten lag, sprak niemand of scheen er zelfs aan te denken. Wij dronken roode wijn; de kleine Fransche meisjes huppelden om ons heen als zeenymphen; wij spraken van den ouden tijd, van de zonnige dagen aan dé blauwe Middel- landsche Zee. van moeilijker dagen op de Engelsche kust. ons verre vader land en onze grootste hoop, maar nooit over den nacht of wat er gebeu ren zou. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1902 | | pagina 1