NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAF Meestgelezen Dagblad in Haarlem en OmLtrekee. In de schaduw van tien Dood, 2Ue Jaargang Vrijdag 16 Januari 1903. No. 5996 HAARLEM'S DAGBLAD Atoonnementsprils Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden,1.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden,,1.65 Afzonderlijke nummers0.02Va Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.37'/2 de omstreken en franco per post. 0.45 Aüvertentlën Van 1—5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Duiten het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentie:) van 1—5 regels f 0.75, elke regel meer f 0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 30 Cent per regel. Bureaux: Zolder Buitenspaarne No. 6, Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 60(1 en der Administratie 122, Groote Houtstraat No. 55. Telefoonnummer 724. Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Dit bi ad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAÜBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31bis Faubourg Montmartre. Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel. Haarlem's Dagblad van 16 Jan. bevat 0. a. Uit Zuid-Afrika. De congrega tiën in Frankrijk, Dood door schuld Nabetrachting en vervolg Gemeen teraad, Klachten over bezorging der Courant gelieve NOOIT aan de ombrengers zeiven te doen, maar steeds (liefst schriftelijk) aan een onzer Bureaux Groote Houtstraat 55 of Z. B. Spaarne 6. DE ADMINISTRATIE. NABETRACHTING van den GEMEENTERAAD. De Nieuwjaarsrede van onzen Bur gemeester was Woensdag uitvoeriger dan gewoonlijk. Ze bepaalde zieh de zen keer niet tot een heilwensch voor de leden, in hun qualitedt van Raads lid en in hun gezin, maar daalde af in bijzonderheden over wat dit jaar ter behandeling te wachten staat. Een soort van troonrede derhalve. Arbeidscontract en contróle op die levensmiddelen, zorg dus voor ziel en gezondheid werden den luisterenden aangekondigd. De democratisch ge zinde leden hadden gelijk dat ze toe juichten: inderdaad de zorgen van het dagelijksch bestuur gaan in hun lijn. Maar nauwelijks had de burge meester gesproken, of de critiek stak het hoofd1 op. Waar blijft de herzie ning van de politieverordening? vroeg de heer Van de Kamp en de Voorzit ter, niets belovende, maar ook niets weigerende, verklaarde dat de op somming van enkele punten het aan de orde stellen van andere zaken niet buitensloot. De troonrede maakte dus op volledigheid geen aanspraak. Waar bleef anders dan ook een toe speling op de grensregeling? Maar ja, daarover heeft onze bur gemeester toch niet gezwegen. Met kostelijke ironie gewaagde 's Raads voorzitter van buitenwonende®, die hunne adviezen ten beste gaven over het boomienvellen in den Hout, en sprak den wensch uit, dat wij een hunner weldra als Haarlemmer zou den mogen begroeten. Het is vleiend voor den lieer Korthals Altee, dat de eerste burger onzer stad hem zoo gaarne in ons midden wil zien. Laat ons hopen, dat het verlangen weder- keerig wezen zal! Dat de burgemeester door zijn me- d)ïdjee<ling interpellaties voorkwam, was zeer handig. 't Zal intusschen waarschijnlijk wel niet de bedoeling wezen, voortaan notitie te nemen van alle mogelijke inaezo/Klen .rtukjes, dl' mensehen uit c-niiggende gemeenten ovejr Haarlemsohe qiiaesiies willen schrijven. Ik wï£ riet zeggen, dat zij er welbeschouwd D^f rnee te maken hebben, rnaao zotweaJ aandacht als de burgemeef r.er fir aan schenkt, ver dienen ze toen ook niet. „Ni eet excès d honneur, ni eet indignité". Van belang was de Raaxisvergade- ring anders niet Het eenige, wat de belangstelling van die leden had, was de aankoop van het terrein der gas fabriek, de verhuring van de Klop perspoort en de benoeming van een opzichter van de gemeentereiniging. Nagenoeg iedereen vond die gasfa briekterreinen te duur: de Commissie voor Publieke Werken, de Directeur en naar ik hooi-, zelfs B. en W. ook, die toch met het voorstel kwamen. Toch stemden velen van die leden vóór, zoodat ten slotte toch besloten Is de gronden te koopan. We kunnen ei' nu dus zeker van wezen, dat de zwartberookte gebou wen binnen een jaar tijd gesloopt zul len wezen en ruimta gemaakt zal zijn voor een hoogere burgerschool, een lagere school allicht, een schouwburg misschien. Over een maand of wat zullen we ons nauwelijks meer kun nen herinneren, waar de boel gestaan heeft. Nu reeds zijn de leêge gaske- tels omlaag gezonken en wachten op hamer en moker van den slooper. Is het duur geweest? Ja, zeer zeker. Te duur? Wie zal 't zeggen! Onze gemeenteraad heeft op 't stuk van grondaankoop in de laatste jaren eer der door te weinig dan door te veel durf gezondigd. Had hij dit terrein nu niet genomen, had de „Imperial", on verschillig voor renteverlies, de lee- lijke gebouwen nog jaren lang in 't midden der stad laten staan, dan zouden we gauw geprutteld hebben over het koopje, dat de zuinigheid ons geleverd had. Er is een tijd geweest, niet dat we niet pruttelden (dien tijd heb ik nooit gekend) maar dat we er over klaag den, dat er geen juristen in den Raad waren. We hebben detzen mid dag kunnen smullen van een echt rechtskundig debatje over de verhu ring van de Klopperspoort. De heeren Thijssen, van Stjrum, Spoor en Rasch zetten het op touw en de heer Van Styrnm won ten slotte het pleit. Of het requestreerende kerkbestuur wel bijzonder ingenomen zal wezen mat den loop der dingen, is een vraag waarop ik geen ja zou durven zeg gen. Het krijgt nu een terrein, waar op het zal gaan bouwen, in huur voor 25 jaar, maar-met de bepaling, dat die huur ten allen tijde kan wor den opgezegd en dan zes maanden la ter eindigt. Natuurlijk is zoodanige opzegging van den tegenwoordigen gemeenteraad niet te vreezen, maar niemand kan instaan voor wie na hem komen zal. En een latere ge meenteraad denkt er misschien an ders over. En ten slotte de benoeming van den opzichter van de reiniging. Niemand had, geloof ik, vermoed dat de heer Boerkoel Teeds bij eerste stemming met die meerderheid uit de bus zou komen. Met deze benoeming is de onaangename en verbitterende reini- gingsquaetstie uit do wereld. Zij is daarvan de laatste phase'. Wat mij betreft hoor ik nu in geen tien jaar meier over reinigingshistories spre ken. Alleen wil ik de gelegenheid te baat nemen, om den nieuwen opzich ter de straatreiniging nog eens aan te bevelen, want die is verre van schitterend. Als 't niet meer vriest en ik niets anders te doen heb, zal ik eens een beschouwing geven over wapperende papieren, naamloozen rommel en andere vuiligheden, die over straat zwerven. Uuitenlandsch Nieuws Znid-Atriba. Men weet. dat liet Engelsche Par lementslid Wanklyn, vergramd' op die booze Kaapsche regeering en de Afri- kaanders. zijn landgenooten aangera den heeft, de hand op den zak te hou den als de Kaapkolonie te Londen een leening wil plaatsen, en dat Douglass, de Kaapsche minister, op deze bedrei ging met boycott geantwoord heeft: Goed, dan gaan wij el diers geld zoe ken en als dat ons duurder komt te staan, verhalen wij het op de diaman ten van Kimberley. Wanklyn schrijft nu in de Times daartegen. Douglass heeft van boycot ten gesproken, maar het is volstrekt geen boycott. Wij zijn toch niet ver plicht geld te leenen aan menschen van wie we niet houden of handel te drijven met menschen die we niet ver trouwen. een antwoord, dat de Afrikaand'ers evengoed kunnen geven, als inen hun verwijt Engelsche han delslieden te boycotten. Wanklyn blijft dus bij zijn voor stel. dat hij blijkbaar hoe langer hoe schooner vindt en waaraan hij nu een heelepolitiek verbindt De Afrikaan der Boer heeft meer en meer belang bi] den prijs van voer, vee en trans port, en die prijs hangt nauw samen niet het crediet van de Kaapkolonie. Elke stem vervolgt hij dan. Cham berlain's verkiezingsleus nabootsend die nu voor den Bond wordt uit gebracht is eèn stem tegen dat krediet. Elke stem tegen dat krediet verlaagt den prijs van voer, vee en transport. De Afrikaanders hebben 't zelf in de hand. Laten zij met de volgende algemeene verkiezingen een coalitie ministerie aan het bewind brengen, waarin de heer Wanklyn vertrouwen kan stellen, en Engeland zal met ge noegen geld leenen en opnieuw han del drijven. Tot zoolang de beurs dicht. Nu is het grappige van het geval, dat de agent-generaal van de Kaap kolonie te Londen aan een verslagge- ver. die hem over deze zaak kwam spreken, zei de, dat 't de Kaapkolonie financieel zoo goed gaat. dat er nog geen leening aan de orde is. Maar vooral is het grappig, dat Rotschild, naar zijn oordeel gevraagd, gezegd heeft, dat de City niet het minste bezwaar heeft de Kaapkolonie geld te leenen. Die onnoozele Wanklyn, om te denken, dat het kapitaal zou doen aan gevoelspoliliek. Het gaat daar heen waar 't wat verdienen kan en licht een beetje om Wanklyn en an dere enthousiasten Frankrijk. In een officieus bericht in de Fran- sche bladen laat de regeering weten hoe het nu staat met de congregatiën die voor hare inrichtingen machtiging hebben gevraagd overeenkomstig de wet. Een dergelijk bericht hebben we eveneens eenige dagen geledn aan getroffen. Het is of de Fransche re- Igeering zoo geleidelijk het puibliek vvii voorbereiden op het groote woord, en dat groote woord is er nu uitgeko men: „Het is waarschijnlijk, dat deze beslissing (n.l. een afwijzende beschik, king) genomen zal worden met betrek king tot alle inrichtingen van onder wijs, die zich in die omstandigheid bevinden, dat wil zeggen, inrichtin gen. opgericht zonder machtiging door congregatiën, welke van de noodige machtiging zijn voorzien". Zoo luidt het bericht ondubbelzinnig, en dan gaat het voort: „alleen inrichtingen van liefdadigheid' en ziekenverpleging zullen machtiging kunnen bekomen" Het gaat hier dus over de inrich tingen van de officieel erkende con gregatiën. Niet alle, maar een deel van deze inrichtingen. Er zijn er 13,600 in het geheel. Van deze inrich tingen hebben er 10,900 binnen den door de wet van 1 Juli 1901 vastgestel- den termijn machtiging gevraagd, maai- 2700 zijn te laat geweest. Deze 2700 nu zijn bij afzonderlijke decre ten gesloten, of deels 1 en ministe- rieele circulaire gesloten verklaard. De inrichtingen behoeven machtiging van den Raad van State. Combes is' echter van meening en de Raad van State deelt dat gevoelen dat de regeering mag weten of zij een aanvrage zal onderwerpen aan het oor deel van den Raad van State of niet. Zoo kondigt nu de officieuse nota van de regeering aan. dat reeds 947 aan vragen. alle van inrichtingen van on derwijs, zonder meer door de regee ring op zij gelegd zijn. De Raad van State krijgt dus alleen de aanvragen onder oogen van die inrichtingen, welke in de oogen der regeering ge nade vinden. Combes deelt mede, dat hij in de Kamer wel uitleggen zal, welken maatstaf hij heeft aangelegd bij het schiften der aanvragen. Over de aanvrage van congregatiën zelf heeft de regeering, zooals bekend, de Staten-Generaal te raadplegen. Hier doet zich nu de moeilijkheid voor, dat er verscheiden vereenigin- gen machtiging hebben gevraagd' niet omdat zij rneenen den noodigen wet- telijken grondslag te missen, maar omdat Waldeck-Rousseau indertijd bij do behandeling der wet in 1901 heeft verzekerd, dat het veiliger was voor alle inrichtingen, zich om machtiging tot de overheid te richtp- De vereeni- gingen. welke meenen strikt genomen geen erkenning meer te behoeven heb ben nu onlangs een groot, stuk o-~e- steld. waarin zij, met aanhaling van wet jurisprudentie en gebruik, betoo- gen ,dat regeering en Staten-Generaal' niet, het recht hebben haar het leven] te benemen, door op haar strikt genomen overbodige aanvrage af wijzend te beschikken. Deze en dier gelijke kwesties zullen binnen eenige maanden wel in het paleis Bourbon op het tanüt worden gebracht, Dnitschland. Verschillende Berlijnschebladen dee- len mee, dat er een schikking getrof fen is tusschen dien kroonprins van Sak sen en prinses Louise. De beraadslagin gen voor het speciale echtscheidings hof zouden verdaagd zijn. Volgens deze zelfde berichten zal de prinses zich terugtrekken in een kasteel in Boheme, het eigendom van den ge wezen voorzitter van dien Oostenrijk- schen ministerraad, graaf Von Thun. Dit kasteel is (gelegen bij de grensplaats Tetschen, vijf en veertig minuten van Dresden. Macedonië, In een hoofdartikel over de hervormin gen in Macedonië schrijft de „Novoja Wremja": Rusland en Oostenrijk-Ho n- garije verlangen hervormingen met ga ranties; zulke hervormingen zulllen aan Turkije na de verkregen overeenstem ming tusschen Rusland en Oostenirij k- Hongarije voorgelegd worden. De voor naamste punten zijn de volgende: 1. Instelling van een financieel© con trole op de heffing van belastingen in de Europeesche vilajets en op de beta ling van salarissen aan ambtenaren en troepen. 2. Instelling van een contróle op de gendarmerie door de aanstelling van officieren uit onderdanen van de neu trale Europeesche staten België, Neder land en Zwitserland. 3. Zeer gewenscht is een contröle over het bestuur van Macedonië, waartoe ie mand wordt vereischt, die zoo mogelijk onafhankelijk is van Turksche tradities en van Yil-diz Kiosk. Aan het slot merkt het blad op, dat deze maatregelen de Turksche eigen liefde wel zeer zullen kwetsen, maar voor Turkije zelf van groot nut zullen zijn. Turkije heeft in de Europeesche provincies een kleine operatie noodig. Elke operatie is echter pijnlijk en wekt natuurlijk verzet van het zieke organis me; dit verzet moet echter door zekere „krachtsinspanningen" overwonnen' wor den. Men moet hopen, dat Turkije -al to on en, dat het de stem van het verstand weet te gehoorzamen en uit vrije bewe ging de aangeboden „hulp" zal aanne men. Als het bericht van de „Novoja Wrem ja" juist is, dan is het Rusland en Oos- stenirijk nu ernst met de invoering van hervormingen. En nu dringt zich de vraag opnieuw op: zal de sultan, zooals onlangs hier werd gemeld, zich met ge weld van wapenen tegen deze ingrij pende hervormingen van vreemdelingen verzetten? Het antwoord op deze vraag zal waarschijnlijk niet lang meer op zich laten wachten. Finland. In desn Finschen Senaat beproeft men door verzet wel nu en dan de al te krasse verkrachting van Finland's rechten tegen te gaan, maar zoodra •er een protest over zulk een kwestie wordt vernomen, gaat de meerderheid op hoog bevel gehoorzaam over tot dè orde van den dag. Hef. brievengeheim is nu in Fin land feitelijk opgeheven. Om de kroon te zetten op de maatregelen ter voorkoming van verspreiding van verboden drukwerken, heeift von Plehwe, de minister van binnenland- sche zaken, eenvoudigbepaald, dat alle „verdachte" postzendingen in te genwoordigheid van den geadresseer de moeten worden geopend. Ook to gen dezen maatregel kantte zich de Senaat, maar de regeering lacht daar wat om; zij stoort zich aan den Se naat als deze naar haar pijpen danst en anders niet. De directeur-generaal der Finsche posterijen heeft ontslag genomen; in zijn plaats komt nu ook alweer een Rus. Is er grooter contrast denkbaar dan de „hervormingsgezinde" en „hu manitaire" redevoeringen der Russi sche ministers en het barbaarsche op treden der Russische jingo's in het ongelukkige Finland? Vereenigde Staten De staatsTegeeringerii en de plaatselij ke overheidspersonen in de oostelijke staten der Unie doen hun uiterste best om de ellende, door den kolennood te weeggebracht, te lenigen. Men verwacht, dat het congres spoedig maatregelen ne men zal om den invoer van steenkolen te vergemakkelijken; de uitwerking van zulke maatregelen zou echter pas na ©enigen tijd gevoeld kunnen worden. En intusschen is de koude zeer hevig. De berichten over één nacht geven een totaal van een paar dozijn menschen d'ie doodgevroren of indirect tengevolge van de koude omgekomen zijn. .De heftige bedreigingen van de bladen die de negers in alle opzichten onderge schikt zouden willen houden en van het andere deel der pers, dat president Roo sevelt's jongste maatregelen zoo al niet in beginsel verkeerd, dan toch onge schikt acht in de gegeven omstandighe den, hebben den President niet weer houden, op zijn weg voort te gaan vol gens zijn stelling dat „aan niemand ter zake van zijn huidskleur een officieele positie onthouden mag worden." Dinsdag maakte Roosevelt bekend, dat hij nu de noordelijke staten een beurt denkt te geven. Hij wil W. H. Lewis, een kleurling, benoemen tot assistent-bonds- procureur te Boston. In dit geval zijn er echter verzachtend© omstandigheden: Lewis is iemand van gemengd bloed, meester in de rechten, en een zeer bekend voetbaOspeier. Uit het Engelsch\ van E. W. HORNUNG. 47) Het zou misschien beter geweest zijn als je meer attentie besteed' had aan de vrouw van Vinson en minder aan de mijne; maar natuurlijk zou zij zelve er niet over denken jou te be rispen! En als jelui klaar zijn, zullen wij weer naar de dames gaan, ga je mee, Woodgate. Gevoelig als hij was en voor zoo ver hij na kon gaan altijd vol toege vendheid voor anderen, wier onna denkendheid of hartstocht hem par ten gespeeld mocht hebben, wasLang- holm in het diepst van zijn gemoed gekwetst door de laatste woorden van Steel, terwijl Hugh Woodgate daarin niets beleedigends had opgemerkt. De toon van Steel was niet openlijk beleedigend, eerder spottend, mis plaatst misschien en van slechten smaak getuigend, maar schijnbaar goedhartig en zonder eenige bijbedoe ling. Maar Langholm liet zich niet bedriegen. Voor hem hadden 'die woorden wel een bijbedoeling en dan nog wel een zeer onaangename. Toch had hij een gevoel, of hij niet geheel onrechtvaardig beleetdigd was; hij stak zijn hand in eigen boezem en voelde zich rechtvaardig berispt; niet voor iets, dat hij gezegd of gedaan had, maar voor wat hij op dat oogen- blik in zijn hart vond. Langholm kwam geheel terneergeslagen de ont vangkamer binnen, maar zijn gees testoestand kwam niet langer door iets, wat zooeven gezegd was. De scène die hem wachtte, scheen ei- op berekend te zijn hem die neer slachtigheid nog dieper te dóen voelen Rachel had de heeren laten vertrek ken met het trotsche gelaat en de geestkracht die zij aan tafel schijn baar zondeT eenige moeite had volge houden, verdween erf zij viel snik kende op Morna's schouder, zoo in- wanhopig en meêlijwekkend, dat zelfs Steel even op den drempel staan bleef. Het volgend oogenblik stond zij weer rechtop, terwijl de tranen nog in haar mooie oogen glinsterden maar haar geestkracht scheen volkomen teruggekeerd. Ga niet heen! vroeg zij hen, met een stem, die iemand door 't hart sneed. Blijf hier en help mij, om God's wil! Ik kan het niet langer dTa- gen. Ik ben daartoe niet sterk genoeg Ik kan mij enkel houden, alsof ik het wel dragen kan, een uur lang te genover de bedienden. Zelfs dat heeft mij bijna dol gemaakt van inspan ning en van schaamte. - Anderen moesten zich schamen, zei Steel nu zeer ernstig, jij hebt daartoe geen reden. En wat doet het er toe,wat zij denken of zeggen? Een achterhoek zooals dit. district is in de geheele wereld niet. Rachel schudde droevig het hoofd; haar mooie oogen stonden nu niet meer vol tranen, alleen glansden zij meer dan ooit. Langholm scheen niet anders te kunnen zien. Maar het vertegenwoordigt toch de wereld, hield' zii vol. Het ia een stukje van de wereld en hetzelfde zou plaats grijpen in ieder ander gedeel te. Het zou gebeuren in Londiem en overal elders zoodra ik bekend werd. En voortaan- zal ik bekend zijn! riep Rachel met overmoed uit; ejr zal niet meer verborgen worden wie ik was of ben; die geheimzinnigheid is juist de reder» om het ergste te den ken. als er iets bekend wordt. Maar is het niet schandelijk? Ik werd vrij- ken en toch word ik behan deld alsof mij enkel genade geschon ken werd. Is dat niet een schande voor de algemeene humaniteit? Humaniteit is niet zoo algemeen als je denkt, hernam Steel. Het is onchristelijk! riep Hugh Woodgate, telkens het bijvoegelijk naamwoord herhalende. Langholm zei niets. Zijne oogen waren voortdurend op Rachel geves tigd. Maar zij bemerkte daarvan niets. Ook had zij geen blik over voor Hugh Woodgate, zelfs niet voor zijn vrouw. Rachel spra kalleen tot haar echtgenoot; zij stond naast hem en keek hem voortdurend aan. Wil jij die schande laten voort duren? vroeg zij hem trotsch. Zijn antwoord was heel natuurlijk. Beste Rachel, wat kan ik er aan doen? Nooit heb ik gedroomd, dat 't hier uit zou komen; het is een vloek, dat dat gebeurd is. v r.r ik had er behoefte aan dat het zou uitkomen, riep Rachel, als je heit oog hebt op mijn verhoor en vrijspraak. Het was'dom om beiden geheim te willen houden. Voortaan Izal het geen geheim meer zijn. Dan kunnen vij niet meer voor komen, dat de wereld zegt en denkt, waar het lust in heeft, hoe hardvoch tig en onrechtvaardig dat ook wezen mag. Wees verstandig en hoor naar rqde, ofschoon God weet, hoe moei lijk het voor je moet zijn nu in de gewenschie stemming tè komen! Maar ik heb mijn best gedaan; ik zal mijn best weer doen. Morgen zal ik deze plaats verkoopen. Wij zullen di rect iets anders zoeken. En dan zal hetzelfde daar weer gebeuren! Is dat alles, wat je doen kunt, jij, die mij trouwde na met eigen ooren ieder getuigenis gehoord te hebben, die men met mogelijkheid tegen mij kon inbrengen? Is er iets anders dat jij zoudt willen, Rachel? Ja, antwoordde zij, terwijl zij hem open en ernstig in het gelaat zag en de tegenwoordigheid van haar drie gasten totaal vergat. Tracht uit te vinden, wie schuldig is, als je werkelijk wilt, dat de menschen zul len gel00ven d&t ik onschuldig ben! Steel ontstelde niet, ofschoon later ten minste één van het luisterende dn'etal zich met, zekerheid meende te herinneren, dat hij wefl geschrokken was; natuurlijk sloot hij de lippen stijver opéén, terwijl zijne oogen dï« van zijn vrouw zochten met een blik doordringender dan men ooit van hem gezien had, maar dit duurde hoogstens twee of drie seconden, toen Bloeg hij ze in verwarring langzaam neer. Hoe zou ik kunnen, Rachel? vroeg haar echtgenoot rustig, zelfs vriendelijk met iets goedkeurends in den toon. Ik ben toch geen detective. Dat laatste werd er alleen aan toe gevoegd om toch wat te zeggen en be wees duidelijk, dat Steel niet op zijn gemak was, ten minste aan de vrouw die hem, heter kende dan ooit ekend had. Een detective, neen! zei ze zeer bij de hand. Maar je bent een rijk manc je kunt detectives in dienst ne men; als je wilt kun je je -vrouw zui veren van die onverdiende smet. Maar Rachel, je weet heel goed, dat je al gezuiverd bent, Dat is dus je antwoord! riep met met minachting uit, en wendde haar oogen eindelijk van hem af zon der op een ontkenning te wachten. I Zii had met hem afgedaan, haar ge laat zei dat duidelijk, hij keek haai een oogenblik aan en keerde zich toeffl I schouderophalend om. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1903 | | pagina 1