DE ZATERDAGAVOND.
Gratis Bijvoegsel van Haarlem's Dagblad
ALLERLEI.
Letterkundig Weekblad voor Jong en Oud.
Een getruffeerde Franschman.
8
DE ZATERDAGAVOND.
hadden gehad. zich met zulke nietige
dingen bezig te houden.
Maar wat was dat?
Neen, mevrouw^ flat „zal niet ge
beuren!
Jawel, mijnheer!
Je zult me gehoorzamen!
Dat zullen we zien!
Pas op, zeg ik je!
Denk je soms. dat ik bang ben
voor je dreigementen?
Mevrouw Van Dooien luisterde
ademloos.
O, beste man. fluisterde zij. haar
echtgenoot de hand drukkend.
Wat is er, vrouwtje
O, hemel, zou hetja, ik ge
loofluister
En het gesprek op het tooneel ging
voort:
Mevrouw, ik
Hoe. je waagt de hand) tegen mij
op te heffen? Ziedaar! Pats!
Een oorveeg! Sapperloot, dat is
een beetje te sterk!
De toeschouwers annjaudisseerdien
uit alle macht
En een helder, hart-opluchtend)
lachen brak over do lippen van me
vrouw Van Dooien. Er was haar een
licht opgegaan.
Het haar in zoo smartelijke herin
nering bijgebleven gesprek behoorde
in het tooneelstukje. Zij had Jacques
en Helen© bij het repeteeren van hun
rollen beluisterd.
O. wat was ik dwaas, om ons bei
dien zooveel zorg en leed te bezor
gen. sprak 7:_L zich naar haar echtge
noot buigend. De kinderen mogen
het nooit weten. Wat zouden ze me
uitlachen!
Uit den ouden tijd.
(Een merkwaardige kan).
Nu is 't eens geen Hollandsche, doch
oen Engelsche oudheid, welike den lezer
voorgesteld wordt en wel een schenkkan
uit de kerk te West Malling.
Van deze kannen, uit aardewerk met
zilver omkleed en versierd, waren er in
de 16e eeuw in Enigeland vele in ge
bruik, zoowel in de huizen der edelen,
alis ini de kerken ten behoeve van den
eeredicnst, thans echter zijn ze schaarsch
en die prijzen, welke ze opbrengen, zijn
daaraan evenredig.
Meest zijn de kannen van Duitsch aar
dewerk, en is alleen het zilvermontuur
Emgelisch.
Dergelijke kannen brachten een jaar
of tien geleden, naar gelang van den
rijkdom der versiering, van t 500 tot f3000
op.
De boven afgebeelde kan echter is de
rijkst versierde van de bekende dier
kostbare vaatwerken niet alleen, maar
die kan zelve is van Engelsch fabrikaat,
een uit Fulham stammend imitatie
Déiftsch, van groen en rood en oranje
op roomkleurig fond.
Wat dus voor deze kan, die ten behoe
ve van 't kerkfonds eerstdaags in veiling
komt, betaald worden zal? 't Is moeilijk
te zeggen, doch moigelijké liefhebbers
onder de lezers bohoeven niet onder de
f 12000 te rekenen.
Geschenk per telefoon.
Aan de ..Frankf. Z." wordt uit New-
York geschreven dat Carnegie tegen
woordig zijn mildheid voor weten
schappelijke doeleinden kortweg per
telephoon bewijst. Voor 14 dagen werd
het technisch Stevens-instituut ie Ho
boken opgescheld. Het gesprek ver
liep als volgt:
Hoe de „Cake-Walk" gedanst wordt.
Het koddig schouwspel dat de
„cake-walk", de allernieuwste gezel
schapsdans biedt, is niet overal het
zelfde en wie de „cake-walk" te Parijs
te Londen of te New-York heeft zien
dansen, zal gewaar worden, dat zij
daar weer anders gedanst wordt, dan
ze voor andere steden beschreven
wordt.
Te Chicago bijvoorbeeld wordt op
de uitnoodigingskaarten voor partijen
en bals aangekondigd, dat de „cake
walk" gedanst zal worden en wie er
aan wil deelnemen voorziet zich te
voren van bepaalde uitrustingsstuk
ken. De hoeren brengen wandelstok
ken mee, liefst ihet ronde knoppen, de
damee schreeuwend-kleurige para
sols en opzichtige waaiers.
In het midden van de zaal komt een
tafeltje waarop de „cake" staat, een
in veel verdiepingen opgebouwd mo
nument van koeken. De dansende pa
ren stellen zich op als voor een polo
naise, de dames met geopende para
sols ©n waaiers, het bovenlichaam ver
naar achteren gebogen,, het gelaat ver
trokken tot eein grijns, die óf hoog
moed en minachting, óf overgroote be
minnelijkheid wil uitdrukken. Voor
de heeren is het plicht er zoo dom
mogelijk uit te zien, wat zij gedeelte
lijk hierdoor bereiken, dat zij aan
den knop van den wandelstok zuigen.
Ook zij buigen het bovenlijf naar ach-
teron, zetten beide voeten zoover mo
gelijk naar buiten en buigen de
knieën.
De muziek speelt een sterk gem as-
keerden, melodieusen marsch, onder
welke tonen de paren de zaal ronddan
sen vijf-, zes-, zevenmaal. Ieder paar
vat zijn taak, om iets bij te dragen
tot de algemeene vroolijkheid anders
op. Sommigen buigen op overdreven
wijze, anderen maken halsbrekende
capriolen, allen buigen naar achteren
en naar voren, heffen de knieën hoog
en sleepen met de voeten. Zij doen de
bij dansende negers, van wie do Cake
walk afgekeken is. opgemerkte eigen
aardigheden na. Dikwijls ontdoen zij
zich van stokken en parasols, druk
ken de ellebogen ver van het lichaam
af e.n laten de handen slap van de
polsen afhangen, daarbij lachen zij
knikkend tegen alkaar of wuiven el
kaar frissche lucht toe, alles in rhyth-
mische bewegingen overeenkomstig
de muziek, leder paar tracht in zijn
caricaturistisch gedoe een bepaald
karakter te handhaven, dat een blij-
venden indruk maakt, want de „cake
walk" is een wedstrijd, waarvoor de
koek in het midden van de zaal de
prijs is.
De toeschouwers vormiem de jury.
De meerderheid beslist ten gunste van
het paar, dat het moost gedanst heeft,
d. w. z. dat het meest dien lachlust
heeft opgewekt.
Daarop wordt het paar, dat den
koek gewonnen heelt, toegesproken,
de muziek begint weer, de overwin
naars timkkien. gevolgd door alle pa
ren en beladen met den koek nog een
maal door de zaal en verdlwijnen dan
met hun buit.
- Hallo! ben ik met Stevens-insti
tuut verbonden?
Jawel. Wat blieft u?
Kan ik prof. Reisenberger even
spreken?
Die ben ik zelf.
Ik ben Franke, de secretaris van
mijnheer Carnegie. Er ligglen bij mij
120.000 dollars voor u, in spoorweg-
obligatiën. U kunt ze misschien voor
uw onderzoekingen gebruiken!
Wh-a-t!
Jawel. Stuurt u maar iemand om
ze te halen, hij kan ze dadelijk mee
krijgen.
En meteen werd afgescheld.
De verloren, zoon.
Acht jaren geleden werd een 18-ja-
rige jongeling uit Augsburg door zijn
ouders naar Neurenberg in de leer
gezonden, maar verdween vandaar
zonder iets van zich te laten hooTen.
Een week geleden huurde in het huis
der ouders een jongeman, die aaneen
groote fabriek te Augsburg een aan
stelling had gekregen, een kamer.
To<en de huisheer hem het gewone
formulier aan den huurder ter teeko-
ning voorlegde, schreef deze er den
naam onder van den verloren zoon,
die door zijn ouders niet herkend was
maar nu met open armen wérd ont
vangen.
Volkslogementen.
Te Milaan is in Juni 1901 een groot
volkslogement, in den trant der Row-
ton-houses in Engeland, geopend. Het
bevat 530 slaapkamers, waar voor 20
centen per nacht een bód is te krij
gen. Reeds in het eersle jaar is do
toeloop zoo groot geweest, dat er 2
van haf kapitaal is overgebleven, wel
ke winst echter voor afschrijvingen
werd bestemd. Deze goede uitkomsten
hebben tevens tot het besluit geleid
250.000 lire: (f 124.000) hijeen te bren
gen om een nog gotedkooper logement
te stichten, waar slechts 74 cent per
nacht zal worden gevraagd.
Slechto of onbetaalde oesters
De ..Matin" had in eenige artikelen
van de hand van een medisch mede
werker de aandacht gevestigd op het
gevaarlijke van het. eten van slechte
nosters en in verband met eenige ziek
tegevallen een waarschuwing uitge
sproken tegen dit genotsartiKel.
Daar wandelt een snorrende redac
teur van den ..Francais" door de Hal
les en vangt met fijnjournalistieken
flair den jammerklacht van een oes
terverkoopster over de slechte tijden
op. int deze bijvoeging: ..Och, hadden
ze edn Matin die 6000 fis. maar be
taald De verslaggever, nieuwsbe-
lust. verneemt van de klagende dames
des-Halles. dat de president van het
oestersverkoop-syndicaat wel meer van
die 6000 frs. zal vertellen. En werke
lijk. de .,Frangais"-verslaggever krijgt
een relaas aan te hooren van een on
bekenden meneer, die namens den Ma-
tin om 6000 frs. was komen vragen als
afkoopsom eener campagne tegen de
onschuldige oesters.
De verslaggever plaatste zijn ver
haal in de krant, de ..Matin" vatte er
vuur óp, en in een ..leader" zegt het
Parijsche ochtendblad, dat bij onge
veer alle enquêtes, d'ie het opende,
steeds geinsutneerd werd. dat er voor
betaald was, of niet genoeg betaald
was om de publicatie tegen te gaan.
Dat moest nu maar eens voor goed
uit zijn.
En de ..Matin" heeft een vervolging
wegens laster tegen den Oestersyndi-
caatpresident laten instellen.
MOPPENTROMMEL.
TOEGESTAAN.
Professor (tot examinandus). Dat
is nu de derde vraag, die u niet weet.
Candidaat (stotterend). Laat me
een oogenblik tijd. om na te denken,
professor.
Professor. Ileel graag, is u een
half uur voldoende?
INDIRECT.
Jongmenscli. Zoekt gc naar iets,
dat ik u somis kan helpen vinden?
Jonge dame. Misschien, ik zoek
voor mijn moeder eeni schoonzoon.
IN TIJD VAN NOOD.
Rechter. Ge zijt. beschuldigd, de-
zr-n man zonder eenige aanleiding 1c
hebben mishandeld. Hoe kwam je er
toe. hem. die u niet in het minst had
beleedigd. te slaan?
Beschuldigde. Ja, ziet u. mijn
heer de rechter, 't was juist kermis,
er was geen ander bij de hand.
FIJN OMSCHREVEN.
A. Wel, hoe is het gegaan bij het
examen?
B.O, ik ben heelemaal niet aan
het woord gekomen.
De toestand.
Ja, maar .hoor nou 's. goeie
vriend. Wat ben je eigenlijk van je
beroep?
Staker I
Nou ja, maar wat wil je nou
eigenlijk hebben?
Me zin!
Haar vrijetr.
Keukenmeid. Zal j;e mij trouw
blijven, Gerrit?
Grenadiier. Ik zweer het je
met de handi op mijn maag.
Naïeve vraag.
Papa heeft zijn zoontje Emilie mee
op dc jacht genomen Papa heeft al
driemaal misgeschoten; nu vraagt het
jongske:
Pa, hoe dikwijls moet men op
een haas schieten, voordat, hij omvalt?
Arme drijvers.
Vrouw (tot haar van de jacht terug
keerenden man). Nou, wat geraakt
vandaag?
Man (wrevelig). O ja.
Vrouw. Heb je 't al in dio keuken
gebracht?
Man. Neen in het gasthuis.
Mo. 132.
Zaterdag 14 Maart
1903
Meest gelezen Dagblad in Haarlem en Omstreken.
(Naar heit Fransch door Fox.)
Wait truffels, dokter?
Neen dank je wel, en dokter Pates-
sons wendde zich af met ongeveinsde
walging. In de laatste vijftien jaar heb
ik geen truffel meer geproefd.
Maar als ik me van vroeger herin
ner was je er dol op dokter.
Heel waar, maar sinds ik zelf ge-
trufferd ben, kan ik ze niet meer zien.
Op ieders gelaat kwam een trek van
verbazing.
't Is een beroerde geschiedenis, ging
de dokter voort; en daar ik voor 't oo
genblik, niets belangrijkers heb om over
te praten zal' ik je de zaak eens vertel
len.
Na een oogenblik van sitilte, waarin hij
pijnlijke herinneringen opdiepte begon
hij.
„Jullie weet dat ik langen tijd als dok
ter bij de marine heb gediend. Verschei
dene malen heb ik de reis om de wereld
gemaakt en allerlei rare en dramati
sche ontmoetingen heb ik gehad.
Maar in 1872 had ik de meest tragi
sche van alien. Ik was toen aan boord
van een nieuw fregat „de Lessive", die
een kruistocht in de zuidelijke zeeën zou
maken. Een prachtige reis hadden we.
Geen enkele patient was aan boord.
Ik had niets te doen en begon me te ver
velen. Dat alltijd-hetzelfde hing me de
keel uit en werd me ondragelijk. Alleen
bij 't eten dan ging het nog.
Ik had de gewoonte aangenomen om
zoo lang mogelijk te tafelen ten eer
ste om den tijd dood te slaan en ton
tweede om het diner zelf, want onze
kok was waarlijk eenige in zijn vak. Hij
was een bolleboos in paddestoelen,
nooit heb ik weer zoo een aangetroffen
een heerlijke prachtige saus.
Nu, hij was op zijn kundigheid dan
ook redelijk trotsch en dischrte ons zijn
saus op, zoo dikwijls hij maar kon. Met
zijn isaus kon iemand een kip eten, die
van ouderdom gestorven was, en dan
zou hij meenten een piepkuiken tusschen
de tanden te hebben.
Een oogenblik hield de dokter op en
smakte met de lippen bij de gedachte
aan al die vervlogen lekkernijen.
Ten slotte werd ik een uitstekende
vriend van onzen talentvollen kok.
Hij heette Amadée en had een opvoe
ding, ver boven zijn betrekking geno
ten, we spraken dikwijls over onze rei
zen, wetenschappen en de kookkunst en
in meer dan een punt sympathiseerden
wij.
Ten Laatste gebeurde het op een
mooien Augustusavond dat de „Lessive"
luet anker uitwierp bij een prachtig
groen, nog niet ontdekt eiland, ten min
ste het stond niet op de kaarten. We la
gen nog niet stil of Amadée, die den ka
pitein wilde verrassen met wat fruit,
zeide me, dat hij in de kleine boot naar
wal ging en vroeg of ik mee ging. Met
genoegen greep ik de gelegenheid dan
ook aan, zonder iemand er wat van te
vertellen en spoedig waren we de ge
vangenen van een stam wildesn, all er-
De plaat, die we hierbij afdrukken,
stelt duidelijk de opinie van een deel
van het Amerikaanse!).© volk voor met
betrekking tot het optreden van Enge
land, Italië Duitschland tegenover
Venezuela.
Volgens die meening zou president
Castro, het hoofd der woelige Zuid-
Amerikaanschie Republiek, opzettelijk
moeilijkheden met de genoemde drie
mogendheden hebben uitgelokt, om
deze te verleiden tot bezetting van
Amerikaansch gebied. Dooir zulk een
bezetting zou de Monroe-leer (Amerika
alleen voor de Amerikanen) voor wel-
Een mislukte valstrik.
kor handhaving de Vereenigde Staten
zich hebben gespannen, (president Roo
sevelt verklaarde nog kort voor het
ontstaan der Venezolaansche kwestie,,
dat een ingrijpen van Europeesche
regeeringen in Amerikaansche aan
gelegenheden of bezetting van Ameri
kaansch grondgebied onder geen voor
wendsel zou worden geduld) zijn ge
schonden en een conflict roet de Unie
onvermijdelijk zijn geweest. In den
troebelen toestand, die daardoor ge
boren zou zijn. had Venezuela zich
dan los kunnen maken van zijn ver
plichtingen tegenover de Europeesche
landen.
Dit doel is niet bereikt. Op de plaat
ziet men. hoe Castro, die e/arn val, de
Monroe-leer-val, 1 Koe ft uitgezet, ach
ter een heuveltje grijnslachend zit te
wachten, op wat komen zal. Maar de
drie leeuwen (Engeland, Italië en
Duitschland), voor wie de val be
stemd is. ruiken het gevaar en loo-
pen er niet in; zij blijven vóór do val
zitten, maar doen niets, waardoor zij
in moeilijkheden zouden kunnen ge
raken.
gemeenst beschilderd en getatoueerd, en
terwijl ze ons wegvoerden, zagen we in
onzen hopeloozen toestand dat de „Les
sive" het anker lichtte en wegvoer.
Dr. Patteson dronk een glas cham
pagne om de emoties die hem bevingen
wag te spoelen.
Ieder oogenblik verwachtten we ver
moord te worden", ging hij voort, „maar
ze vergenoegden zich miet ons onder be
waking te stellen van. een woeste reus,
gewapend met een kolossalen knuppel.
Die onwelkome bewaker verliet ons
den heelen nacht geen oogenblik en we
konden hem hooren .smakken en zijn
maag zien wrijven op een wijze die
aanduidde, en maar al te ld aar, dat hij
van plan was een lekker maal van ©nis
te bereiden.
Maar noch den volgenden dag noch
eenige daigen daarna roosterden zo ons.
Later werden we gewaar dat dit alleen
te danken was aan. het feit dat de stam
overvloedig voorzien was van krijgsge
vangenen.
Op een goeden morgen stiet Amadée
een kreet van vreugde uit. Hij had aan
den voet van een grooten boom een groot
aantal uitstekende paddestoelen gevon
den, Zijn zakken stopte hij er mee vol'
en denzelfden avond kookte hij, na de
kruiden die hij kon krijgen verzameld
te hebben, een opossum met zijn be
roemde saus.
We zongen bijna van vreugde toen we
het diner aten. Onze bewaker die ze ook
proefde, stiet zoo'n kreet van pleizier
uit, dat de koning of het hoofd naar ons
toe kwam loopen. In minder dan 5 mi
nuten had hij alles verslonden, dat op
den schoten was blijven liggen.
Den volgenden dag moest Amadée, in
weerwil van zijn afkeer en walging, het
been van een gevangene op dezelfde
wijze koken.
Terwijl hij dat verschrikkelijke maal
tje Waar maakte za> ik er stil naar kij
kende onder den boom. Ik zat er netjes
aan te denken dat mijn vriend gered was
en ik absoluut" verioren.
1 't Was slechts een kwestie van een
kort dij dij e en ik zou geslacht worden
door mijn vriend Amadée bereid met een
paddestoelensaus en opgepeuzeld.
Terwijl ik daar zoo zat te peinzen
oven .dat ompdeizierifee denkbeeld, ge
voelde ik werktuigelijk met een stokje
in den grond. Een uitroep van verbazing
ontsnapte me. Een prachtige truffel had
ik naar boven gebracht, een reusachtige
truffel, niet zoo fijn als die van Perigord.
Ik riep Amadée en na hem mijn vondst
getoond te hebben zetten wij ons beiden
aan 't omwroeten van den grond. We
bevonden dat de truffels in overvloed er
zaten. Denzelfden avond dinderde de
koning copieus dat hij een versch been
tje door Amadée's neus wilde steken» als
teeken van zijn hooge tevredenheid.
De heeile volgende week at de geheele
stam niet minder dan vijf keer per dag.
Amadée echter werd melancholiek.
Luister eenis dokter, zei hij op den
achtsten dag. Ik heb slecht nieuws voor
je. De gevangenen zijn bijna op en des
konings eerste minister, die mijn be
kwaamheid bewondert, heeft me te ver
staan (gegeven dat je gekookt en getruf-
ferd moet worden
Om tijd te winnen heb ik hem door
gebaren te kennen gegeven dat het beste
zou zijn, je eerst van binnen met truf
fels te vullen, zoodat je gedood en ge
kookt een echte fijne truffelsmaak hebt.
Ik heb twee weken tijd gekregen om je
klaar te maken en dien tijd heb je de
troost van je met truffels vol te proppen
en je te overgieten met saus.
Met tranen in zijn stem voegde hij er
nog bij: Ik beloof je dot ik je zelf zal
koken."
Nu zaten alle gasten met gespannen
aandacht te luisteren.
Ofschoon ik dat nieuws eiken dag ver
wacht had, was ik toch overbluft toen
ik het hoorde en de truffels die Amadée
me bij elk maal voorzette maakte mijn
consternatie nog girooter.
Ze dedlen me reusachtige hoeveelhe
den slikken, in de asch gepofte, als fri-
cassée, in cocosnootmelk, in vet, op alle
mogelijke wijzen.
De wilden lieten- de vrouwen ze op
graven en di.c wijven werkten met een
groote toewijding, doch zouden ze even
gauw opgegeten hebben als ze ze von
den wanneer niet telkens als ze er een
wildien verorberen een tik met een dik
ken stok op hun hoofd hen tot hun plicht
had geroepen.
-Al heel gauw werd ik magerder. Ik
kreeg kramp in mijn maag en zoo'n he
vige hoofdpijn, dat het was alsof mijn
hoofd in brand stonid.
Na vertoop van twee weken rook mijn
heole lichaam naar truffels.
KJaarblijkeflijk had ik het kookpunt
bereikt.
Op eert avond kwam de eerste minris-
fer. die Amadée Wel ©ens hielp in d.e
keuken me inspecteeren. Terwijl hij me
berook en besnuffelde kreeg ik een ge
lukkig idee een idee dat den vent zou