Allerlei. 6 DE ZATERDAGAVOND. overjas en sprong behendig op het perron; het. volgende oogenblik rende die trein weer voort. Met een kloppend hart ging Heinz op de naaste dros hi ke af. He daar vriend, weet je ook waar professor Schmidt woont? vroeg hij den koetsier. Nou of ik. Mijnheer meent zeker dokter Schmidt. F.en aardige man hpeft ook mijn Rika geholpen. Ais mijnheer naai hem wil, rijd ik h«mi boel billijk, bijna voor niets. Ben gulden zai wel niet te veel zijn? Rij zoo hard je kan. In een paar minuten was Heinz waar hij wezen moest. De diroschke hield stil voor een aardig huis. De koetsier wees mot den steel van zijn zweep naar de ee -ste étage. Daar woont 11 i;jDie Schmidt ver staal zijn vak. Ik zeg dat hij je beter maakt, ook al heeft, de knekelman je al bij den kraag. Man, ie spreekt van een genees heer Schmidt, maar ik moet bij pro fessor Schmidt zijn. Dat is dezelfde, U meent dr. Schmidt dien ik bedoel; hij is de ceni- ge hier in de streek. Zo wilden hem al lang in Berlijn op de kliniek heb ben, maar hij gaat niet. Nadat hij den koetsier betaald had. klauterde Heinz hoofdschudend naar do eerste etage en belde Een klein kamerkatje deed open. De dokter verwacht u al, mijn heer, gaat u maar binnen, rechts. Heinz ademde verlicht op en klopte energiek op de deur. Binnen. F.en nog jonge joviaal eruit ziend i man. kwam hem vriendelijk tegemoet. doch bleef verwonderd halfweg staan. Metwien heb ik do eer? "Waarmee kan ik u van dienst zijn? j Nu was de beurt aan Heinz, om verbaasd to kijken. 1 Ikik heel Kranz. advocaat Kranz uit Berlijn, stamelde hij verle- i gen. j Neem plaats als ik u verzoeken I mag. Moed houden. Ik weet, er is lij- den. die wij. artsen, raden moeten... i Naar uw uitzien, kan uw „geval" niet erg zijn. Dus wat scheelt eraan? Loomheid onrustige slaap... Ah, de 'pols slaat wat snel. I Maar professor, ik... ik ben in 't geheel niet ziek. Onzer beider vriend. Wender, de schilder, heeft u toch het doel van mijn. bezoek meegedeeld niet? Ik verzoek u mij aan uw vrouw en uw dochter voor te stellen, stiet Heinz er haastig en verlegen uit. Mijn vrouw, mijn dochter, her haalde de verraste dokter. vindt het toch begrijpelijk? ging Heinz ietwat gekrenkt voort.. Het voorhoofd van den dokter kreeg groote rimpels en hij ving ongemerkt wat verderaf zitten voor hij zei: Ik kan me niet goed voorstellen, welk belang gij stelt in mijn vrouw en dochter, maar daar sm u op neef Wender beroept en ze wilt leeren ken nen. zal bet. gebeuren. Tegelijk open- niet, verstrooide krokodil! riep Arthur dem wegstoomenden vriend nog na. Heinz keek een poos het venster' uit, van het monotone landschap zag hij niets, ook het kindiergeschreeuw in de coupé naast hem hoorde hij niet Hij zag slechts een hooge sla' ke meisjesgestalte, een paar prachtige, donkere oogen en oen lieve klei is mond, die het kussen moest versta tn Magdalena! Eigenlijk heette ze in het geheel niet Magdalena, maar Clara Hagiu. Zoozeer clacht hij aan haar dat hij niet wist wat er gebeurde toen de trein plotseling stilhield. Een nieuwe passagier vertelde hem dat Grunau het derde volgende station was. Bij het volgende stapte de heer uit en Heinz was weer alleen, wat hij echten niet betreurde, want hij aio.1.-: zich overmannen. Is toch het zosjcsn van een verloofde voor eeai ernstig ethisch aangelegd mensch geen kin derspel. Aan Clara 'mocht hij niet meer denken, ze was trouwens ook met een apotheker verloofd. Zoo gaat het als je een lummel bent en oen gunstige gelegenheid niet gebru.ict. Wie weet overigens waar dat weer goed voon is. Juffrouw Schmidt... Hé, conducteur, zijn we al in Grunau? knijschte een dame uit net naaste wagonvenster. De trein stond stil. Heinz had alleen maar het voor hem beteekenisville woord Grunau" gehoord, greep zijn Onder de arbeidende bevolking van Londen zijn er velen die zich 's Zon dags vermaken met een ratten mirt. die evenals al die volksvermaken waarbij dienen een rol spelen, dik wijls diqrenmarteling wordt. Tege lijkertijd wordt aan deze soort sp rt door sommigen een handel verpan den. De rattendooder van beroep ver moordt niet altijd de ratten die :.\i vangt. Voor een klein bedrag, gemid deld 20 cent, verkoopt hij ze ook v el levend aan arbeiders, die van hun fox-terriers rattenvangers willen n c. ken. Ook handelen zij meestal m terriers, die gedresseerd zijn op de ratlenvangst Ratien-sport. Als men op een Zondagmorgen naar een van de voorsteden in c-t oosten van Londen gaal. kan men de rattensport in haar volle glorie zien. Een groot aantal toeschouwers er- maakt er zich niet de ge- dresjJ-ctrdé on niet-getftasseerde ter riers, voor wie ratten worden losge laten. Het gaat aldus: De eigenaar van de ratten haalt er een uit oen kooi of een zak. Deze vet wordt dan alleen in een kooi geze'. zoodat de hond. die ze vangen moet ze kan zien. Of wel dé man met de rat duwt dit dier tegen dem neusvun den terrier. Dan wordt de rat vrij gelaten en de hond zet ze onmiddel lijk achterna. Als hij het offer in haalt, keert de rat zich gewoonlijk oin> en bijt den hond in den neus of elders in het lichaam. Een hond die lil den neus gebeten wordt, richt ge woonlijk den kop plotseling omhoog c.n tegelijk werpt hij de rat daarin. in de lucht. Eon op ratten gebis seerde hond vangt de rat dan inde:, bek op en bijt ze dood. Een niet gedresseerde hond schud' de rat. af. die dan onmiddellijk vlucht ■in gewoonlijk in een boom een schuilplaats zoekt, waar zij dan door jongens met katapulten wordt gedood of weer wordt gevangen. de hij een deur en riep de naaste ka mer in: Martha, heb. je een oogenblik tijd? Manna is er niet. Mag ik papa? Zonder het antwoord af te wachten, huppelde een klein ongeveer vijfjarig -meisje binnen. ik veroorloof me u mijn dochter voor te stellen, zei de dokter lachend. Dat. is toch zeker de jongste? En de oudste, onze eenige. Maar het. is toch niet. mogelijk. (J moet. toch een oudere dochter heb ben - Niet dat ik weet. Wender zal toch niet zoo grof met u en mij den spot gedreven heb- ben. Die kleine kan ik toch onmoge lijk trouwen! Ten minste niet in de eerste twaalf tot vijftien jaar. lachte dokter Schmidt, die begon te vermoeden dat er of een misverstand was of dat de schilder een mop had: uitgehaald'. ■Waar en Dij vvien denkt u dan eigen lijk te zijn? Ik ben toch bij professor dr. Schmidt in Gr tin au? Een prachtige mop" riep nu dr. Schmidt. in een homerisch gelach losbarstend. Professor dr. Schmidt ui Grunau! PrachtfigMijnheer, u bent een station te vroeg uitgestapt en ik ben niet professor Schmidt maar dokter Schmidt., dokter te Grossfel- dau. Aha, dus u wilt mevrouw pro- fossorin of beter haar sehoone doch ter leeren kennen. Nu begrijp ik alles! Pardonneer me dokterMijn domme verstrooidheid, stotterde Heinz opstaande. In Grunau word ik ver wacht. Hoe kom ik daar zoo gauw mogelijk Een heerlijke uiKijk toch niet zoo wanhopig nu zit er niets anders op dan den volgenden trein af te wach/ten. die pas over twee uur gaat. Maar wacht, ik heb een idee Ik breng u naar mijn schoonzuster, die op 't kasteel Karstein een visite maken wil; van daar naar Grunau is nog geen tien minuten. Ze zal blij zijn, als ze den vervelenden weg niet alleen be hoeft te rijden. Vol danK nam Heinz dit voorstel aan. 'tVVas wel wat pijnlijk vaneen onbekende een vriendschapsdienst te moeten, aannemen, maar wat moest hij in dit. geval doen? Was het niet heel aardig van den dokter om hem uit de benauwdheid te helpen? In een paar minuten was Schmidt klaar om uit te gaan en ze verlieten het huis. We moeten voortmaken, als we haar nog thuis willen vinden. Die is zoo prec'ies als een klok. Een pracht van een meisje. MeÜsje? Ja zeker, dat schijnt u niet aan genaam aan te doen hè heer Krantz Wees maar niet bang, het is een lief ding. Daar rijdt ze juist vlak voor oas. Hé Nico, Nico, houd eens even stil I Een ruk en de gesloten landauer hield stil. Dr. Schmidt trok het por tier open. sprong op de tree en sprak eenige woorden nipt de inzittende, schoof zonder.complimenten zijn gast erin, nam beleefd, zijn hoed af en wemschte den/ wegrijdenden een plei- zierig ritje. Ik wil geen Schmidt heieten, als dat duivelsdochteittje» hem niet heel netjes bestormt, bromde hij onder 't loopen. Heinz was als verpletterd door zijn tragisch-kornisch reisavontuur en nam een. beetje links de hem aangewezen plaats naast de dame in. Hij Wist. dat hij zich zoo nuchter als een school jongen gedroeg, dat hij zich tenminste moest voorstellen en de gekke situa tie verklaren, maar in zijn verlegen heid kon hij geen woord uitbrengen en staarde maar steeds het venster uit. Het liefste was hij er maar dadelijk uitgesprongen, maar dat was nog jon gensachtiger geweest. Waarom kwam iiie dame hem ook niet een beetje te hulp'? Wat zou ze van zoo'n ongelikt mensch naast haar denken Heinz verwonderde er zich in stilte over. dat ze hem niet uit het rijtuig zette. Hij vatte moed om haar ten minste van ter zijde aan te zien, maar juist keek ze hot venster uit. De geschie denis w.-rd toch te gek en te verve lend. Sla mij toe, dat ik me voorstel. lu de haast., in de verlegenheid... Maar we zijn toch oude beken- ui ZATERDAG A VOND. 3 Wij zijn het grauwsteeai-gebouwde kerkje genaderd, de „parson" en „curate" staan beiden in het portiek en geven handdrukjes aan vrienden en bekendiein. inform eeren even naar wat hunne gemeentelieden, hunne ,.b.loeders" en „zusters" belang in kan boezemen. Als we binnengaan, begint juist bet orgel eene opgewekte melodie vroolijk... maar stemmig tevens Wij zoeken het plaatsje op ons door gedienstige koorknapen gewezen knielen dan (volgens de gewoonte) ne der en fluisteren onze gebeden. Zacht schuifelend vult zich het kerkje. Het orgel zwijgt... zacht droomt nog het klokkenspel na... din diepe stilte. Uit de vestry" achter ons leest de parson een kort gebed... en als ©en ongel zingt het koor .,Amèn!" Dan door het, midden der kerk begeeft zich het koor naar hunne plaatsen, de witte mantels om de schouders geslagen Alles staat op. De „curate" (ik zou hem tweede do minee kunnen noemen) leest uit, het gebedenboek. T Zijn de morgengebeden... de ge meente leest hardop mee... „Allmighty and most merciful Father;"dan klinkt plotseling heel alleenliik... ijl in de stilte... liet Amen der koorkna pen... en dé parson zacht voort: We praise thee. o God!"... en diep dreunend antwoordt de gemeente: .Holy Holy Holv Lord God of Sabaoth!" Dan knielen we weer neder en de parson bidt. Het koor zingt zacht... eindelijk zwaarder... een psalm uit het.Prayer- book". Geregeld volgt hierop het lezen van een hoofdstuk uit het Oude Testa ment... daarna zingen wij weer een psalm .Glory 1>',: lo Jesus" De gemeente buigt zich weer neder op de knielkussens de .parson zet zacht... met galmstem inI believe in God"... en alles volgt mee: ..I be lieve in God... the Father allmighty"! Vaag vreemd zacht heilig dreunt het door het kerkgebouw ,lk geloof in God, den almachtigen Vader!" Darf zingen we een gezang... en het treft mij hoe mooie melodie hiervoor gevonden is niet die sleepen de dreun van onze psalmen en eezangen... Het zijn vroolijke opgewekte zan genBlijde in den God!" De preek duurt maar twintig minu ten. is kort ©n krachtig Besproken werd een (heel waar ge zegde van een groot denker: ..God be ware rnii voor mijne vrienden, voor mijne vijanden zal ik zelf wel waken!'' Nog een gezang... iemand uit het koor zingt, een solo... mooie diep© bas, die, door de gewelven achter ons. weg drijft Dén knielen we allen neder... tot het laatste gebed... dat de „curate" uitspreekt. Hoe veel mooier is het bidden in knielende houding... deémoedig de knieën gevouwen voor Hemden Grooten God. Een jong meisje naast mij, fluistert in heilige passie met den prediker me de... bevend bewegen zich de lippen... en telkens dieper buigt zich liet blonde hoofdIk voel dat dit ..gelöoven" is zuiver geloof en vertrouwen. Zacht droomt de zang van het koor: „Ameni" liet orgel begint het ..voluntary" en langzaam begeeft zich een ieder naar den uitgang. Buiten zingt en juicht de natuur. in lenteweeldezijn eeuwig aan biddingslied tot, Hem zijnen Schep peren jubelend klinken de klok ken. HENRI VAN WERMESKERKEN. Vulkan scho visschen. Bij de jongste vulkanische uitbarstin gen op St. Vincent moeten uit den, Souf. friers tal van doode vissclxen zijn ge worpen. Op Martinique werd bij den Mont Peiée iets dergelijks niet waarge nomen. De zaak zou weinig geloofwaar dig klinken, als niet verscheidene on derzoekers, als Alexander von Hum boldt en Agassiz, lang geleden al, het zelfde hadden, waargenomen bij uitbars tingen van vulkanen in Zuid-Amerika. Girardin heeft voor het zonderling verschijnsel een verklaring gegeven. In het tijdsverloop tusschen twee op elkaar volgende uitbarstingen, dat soms meer dan een eeuw duurt, sluit de krater zich en op zijn bodem verzamelt zich spoe dig water in overvloedige hoeveelheid, als de vulkaan namelijk deel uitmaakt van een groot gebergte. Het water be hoeft dan niet alleen van boven in den krater te vloeien,, maar kan ook door onderaarilsche kanalen uit de hooger gelegen deelen van het gebergte toe- stroomen. Door zulke kanalen zullen ook visschen in het nieuwe kratermeer kunnen komen. Geraakt nu de vulkaan na eau reeks van jaren weder in wer king, dan slingert hij met het water ook de bewoners er van in de hoogte. De door de Amerikaansche vulkanen, uitgeworpen visschen behooren tot de zelfde soorten, die zich in de beken aan den voet der bergen bevinden. Zij ko men ook uit Artesische putten te voor schijn, waardoor hun voorkomen in on- deraairdsche wateren bewezen is. Dat. de onderaard -che wateren 'n visschersbevoi king kunnen hebben, weet men ook uit. ondervindingen, opgedaan in bronnen in de Sahara, waar geheele waterstroo- men met visschen onder de aardopper vlakte voorttrekken. De vulkanische visschen van Zuid- Amerika worden door de inboorlingen pr,ennadilla's genoemd. Uit vroeger tij den zijn verscheidene voorbeelden van dergelijke visschenregens bekend. Bij oen uitbarsting van den Garguarayo, een Zuid-Amerikaanschen valkaan van 60.0 nieter hoogte, werden de omliggen de velden in een omtrek van 3 KM. met modder en visschen bedekt. Ook de be roemde Cotopaxi hoeft iets dergelijks gedaan en verder de vulkanen Imbabu- ni, Tamgurakna ean Sangay. De bevol king der betrokken streken heeft in som mige gevallen verzekerd, dat de visschen nog levend beneden aan den berg geko men zijn. Zeker is het in ieder geval, dat bij. die uitbarstingen van den Coto paxi de uitgeworpen visschen slechts weinig verminkt waren. Zelfverdediging zolder wapens Bij de Japanineezen bestaat eene eigenaardige manier om zich tegen aanvallen van gewapenden of onge- wapenden te verweren, vooral wan neer het een strijd wordt van man tegen man. Deze methode heet Jiu jutsu, en heeft niet alleen ten doel zich tegen den aanvaller door groote vlugheid te verdedigen maar ook hem te overwinnen. Het woord „Jiujutsu" beteekent ..overwinning door groote lenigheid en vlugheid" en duidt een worstelkanip aan volgens Japansche regelen. De Jiujutsumeester stelt zich niet tt-n doel door stérke aanvallen ziin tegenstander af te matten, zooals de bokser. Rustige waakzaamheid en een voortduren uitwijken voor licha melijke aanraking en afmatting is het hoofddoel. Wanneer de krachtsinspan ning van de tegenpartij zoo groot wordt, dat ccnc botsing voor den an der gevaarlijk wordt, wordt zij behen dig afgeweerd zóó dat de uitwerking op den aanvaller zeiven terugvalt, c.11 deze beweging wordt vaak met zooveel behendigheid uitgevoerd, dat den aanvaller de schouder, een been of een arm wordt ontwricht, ja. als hol noodig is. de nelc wordt gebroken. 't Eerste voorschrift voor de Jiu- jutsu-leerlingen is: buigzaamheid; de ze beschermt zijne beenderen voor menige breuk en zijne spieren voor ver rekking of kwetsuren. Bij de eerste lichaamsoefeningen wordt den leer ling getoond hoe hij den arm zijner tegenpartij kan bemachtigen, hem uit rekken en. nadat hij zijn eigen -arm als standpunt ouder het. elleboogge wricht heeft gebracht, den arm in den pols moei terugbuigen. Dit ver oorzaakt onuitstaanbare pijn en als dan .de ander op de teenen danst en niet gauw zich weet te verdedigen, loopt hij kans dat hem den arm wordt gebroken. Een ander methode is, den tegen stander het evenwicht te doen verlie zen en hem door een been om bet zijne heen te slaan, op den grond te werpen, waardoor hij ook dikwijls dé kans loopt dat hem een arm of been wordt gebroken. De resultaten van de Jiujutsu zijn verrassend. Niet zelden gebeurt het dat in de straten van Yokohama een kleine bruine politieagent, een strijd lustig matroos van een vreemd oor logsschip die hem in lichaamskracht verre de baas is. door een Jiujutsu- greep bedaard tot rede brengt en hem kalmpjes naar zijn schip terugvoert. Het rooken. Dat. Havana-sigaren overal de eer ste plaats innemen, kan niet be vreemden, als men weet, dat in Y.e buurt van Havana het rooken het eerst door Europeeërs ontdekt verri. De irflviorlingen kenden het troostend genot van rooken reeds, toen ze ge vonden werden door blanken. Oudheidkundigen hebben wel eens beweerd, dat de Oostersche volken er vrij kor! geileden mee begonnen zijn, maan- d'it wordt tegen gesproken in een Amerikaan,sch blad, dat een stu die over bet onderwerp publiceert. Hierin wordt gezegd, dat het ge bruik van rooken al van zoo r ilden datum is. dat de historie niet eens vermeldt, wanneer het begonnen is. Tn November 1-492 kwamen twee matrozen, die door Columbus in Cuoa waren gezonden, terug met het be richt. dat ze inboorlingen hadden gezien met brandémde voorwerpen, waarvan ze den rook in neus en mond inademden. Eon onderziik bracht, aan den dag, dat- de voorwer pen gemaakt waren van tabaksbla den die opgerold waren in een n n- hnlsel van Indisch koren, en waar van men den rook inademde, omdat dit een arenotenrikkelmcr gaf. liet instrument om de.n rook in te ade- M ri was gemaakt van riet en had den vorm van een Y; de bovenste ein den werden in dé neusgaten gesto ken en het ondieitste in de brandende blaren. Het nemen van snuif werd ontdekt bij Columbus' tweede reis en het kauwen van tabak in 1502 door Span jaarden, die de kust van Zuid-Ama ril: a onderzochten. In 1559 vverd tabak voor het eers'. naar Europa vervoerd door Her-nva- dez Ie Toledo, die haar naar Sp inje en Portugal bracht. In hetzelfde ja.ir werd zij in Frankrijk bekend door toedoen van den Franschlem ge/a at in Lissabon. In Italië moet zij reeds in 1560 gebruikt zijn. Engeland kreeg haar in 1585. Sir Walter Raleigh vertoonde aan het hof van Elisabeth, hoe hij een pijp rookte. In 1610 kwam zij in Consta.il- tinopel, in 1615 in Holland, in 1620 in Duiischland, in 1631 in Oostenrijk, en in 1653 in Zwitserland. men zeggen, maar het bewijst hoe gevaarlijk de justitie den Haarlem ischen Frans vindt en lioe zo alles doet om hem zoo lang mogelijk buiten de maatschappij te houden. Zijn verde diger. die niet heel veel zeggen icon, heeft een onderzoek naar zijn geest vermogens gevraagd en Rosier zelf, dat stroohalmpje vastgrijpend, heeft dat verzoek ondersteund, en, vreemd genoeg, redenen opgegeven, waarom hij meende, dat het. met die hersenen niet recht pluis was. Of hem dat wel veel helpen zal, geloof ik niét. ïu 't al gemeen. kan men wel zeggen, dat elke misdadiger een beetje krankzinnig is, want geen bedrijf is zoo gevaarlijk, moeilijk en onvoordeelig als juistd.it Ik voor mij verkoop dan liever grond voor bouwterrein. T)at is nog een ander zaakje. We behoeven daarvoor; niet eens te kijken naar de B'innen- landsche Exploitatie-Maatschappij die zoo kranig beheerde en succesvolle ondernoming. waarvan de weinige aandeelhouders hunne hooge divi denden ééns in 't jaar met een lekker diner gaan. vieren er zijn ook heel wat kleinere grondeigenaai-s. die bii de uitbreiding van de gemeente zij hebben gesponnen. En zelfs men- schen. die geen eigendomsbewijzen kunnen overleggen,, hebben onlangs geld verdiend. Dat zijn sommige bewoners van den Koudenhorn. Zij beweren, dat de wal grond vóór hunne huizen hun eigendom is en nu zijn er die dit kun nen bewijzen, en anderen, die dal n et kunnen bewijzen. De gemeente van haar kant. die den grond wel graag in eigendom hebben wou, eu er hovend den ook aanspraak op meende te hebben, maar ten opzichte van de eigendomsbewij zen ook niet sterk in, haar schoenen 6<aat, bad derhalve weinig lust, in processen. Zij bedacht een midden weg, liet door middel van den heer S'olp f2.50 bieden aan ieder, die wel en f 1-25 per Meter aan wie geen he wijzen van eigendom kon overleggen, Wonneer dit nu een algemeen be ginsel gaat worden,, dan kom ik dezer dagen ook eens aankloppen bij de gemeentekas. Tk heb namelijk vol strekt geen eigendomsbewijzen van de Groote Markt maar ik wil met ge noegen al de reohtem die ik op dat ter rein eventueel zou laten gelden, af bij voorbaat afstaan tegen betaling van f 1.25 de viorlc. M. Desnoods, ik verklaar het hier openhartig, zou ik mij ook voor een. gulden laten vinden. Legen denzelfden prijs wil ik wel af stand doen van alle mogelijke aan spraken. nu en voor de toekomst, op de BarMjurisstraut, den Kruisweg en de Kruisstraat. Gaarne zal ik dezer' dagen een betalingsmandaat hier voor tegemoet zien. Wat mijn even- tueelc aanspraken op de andere stra ten betreft, zoo moet ik verklaren.dat ik mij die voorbehoud, 't Zou kun nen wezen, dat die mettertijd meer geld waard waren dan een gulden den vierkanten meter. .Maar alle gekheid op een stokje, er is iu de bouwterreinen nog wel wat te verdienen. Wie een ton heeft liggen en daarvoor geen bestemming weet. kart geloof ik niet beter doen, dan ze in 't zand steken. Ik bedoel, duit iiij e.r bouwterreinen in ein bij (leu Amlenhout voor koopen kan. Naar alle kanten zet de gemeente ziek uit. Bloemendaal zou je zeggen, .oukt al aardig vol cm de tijd is niet vt r meer dat er gebouwd zal worden iu liet. zuiden, in de richting van Heemstede en in het westen, langs de «■lcrlrisrlie tram naar Zandvoort. Wie dus mi ren ton over beeft moet daar maai eens geval ovtgr denken. Lukt de speculatie, dan verwacht ik tien pincent van de winst thuis, lukt ze niet, dan zal liet me wel spijten. Ik zon or zelf wel toe besluiten, maar ik heb toevallig deze ton niet dispo nibel. I n wat praat ik van bouwen in 't zuiden en westen alleen. Ook het "osien komt opnieuw voor den dag en doet van zich spreken. Da abat toir plannen zijn voor de zooveelste maal uit de portefeuille gekomen en zooaJs we wetein heeft de gemeente aan den Schalkwijkorweg een groot terrein voor dat gebouw, waarop stra ten zullen worden aangelegd en bouwterrein uitgegeven. Nu moet ik open en eerlijk erkennen, dat ik ner gens anders liever zou willen Wonen dan juist daar. Het voortdurend voor bij wandelen van bulkende koeien, blatende schapen en juichende var- keus moet een groot en nimmer ein digend genoegen wezen, liet voorbij- n ai n an van slagersknechts op wa- g/ nt.jes on fietsen zal de buurt op aangename wijze verlevendigen. De onmiddellijke nabuurschap van bij- l'ohoprende industrieën, zooals hui- d n zou te i jvarken sh aarbereiiding, darmenslijmerij. bloedbereiding. enz. kan niet anders dan de genoegens van het wonen in deze buurt ver- grooten. Laten anderen hunne villa's bou- v 'ii in Bloemendaal, Zandvoort of Haartlemine^houtpark, ik voor mij ceef de voorkeur aan het abattoirter- i ein aan den Schalkwijkorweg. Daar zal mijn villa staan, als ze komt te staan, want voorlöopig is er tegen d.n bouwerij hetzelfde bezwaar als tegen ilem speculatiekoop van terrei nen om en bij den Amlenhout: het tonnetje gouds ontbreekt. FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1903 | | pagina 7