Allerlei.
6
DE ZATERDAGAVOND.
overjas en sprong behendig op het
perron; het. volgende oogenblik rende
die trein weer voort. Met een kloppend
hart ging Heinz op de naaste dros hi
ke af.
He daar vriend, weet je ook waar
professor Schmidt woont? vroeg hij
den koetsier.
Nou of ik. Mijnheer meent zeker
dokter Schmidt. F.en aardige man
hpeft ook mijn Rika geholpen. Ais
mijnheer naai hem wil, rijd ik h«mi
boel billijk, bijna voor niets. Ben
gulden zai wel niet te veel zijn?
Rij zoo hard je kan.
In een paar minuten was Heinz
waar hij wezen moest. De diroschke
hield stil voor een aardig huis. De
koetsier wees mot den steel van zijn
zweep naar de ee -ste étage.
Daar woont 11 i;jDie Schmidt ver
staal zijn vak. Ik zeg dat hij je beter
maakt, ook al heeft, de knekelman je
al bij den kraag.
Man, ie spreekt van een genees
heer Schmidt, maar ik moet bij pro
fessor Schmidt zijn.
Dat is dezelfde, U meent dr.
Schmidt dien ik bedoel; hij is de ceni-
ge hier in de streek. Zo wilden hem
al lang in Berlijn op de kliniek heb
ben, maar hij gaat niet.
Nadat hij den koetsier betaald had.
klauterde Heinz hoofdschudend naar
do eerste etage en belde Een klein
kamerkatje deed open.
De dokter verwacht u al, mijn
heer, gaat u maar binnen, rechts.
Heinz ademde verlicht op en klopte
energiek op de deur.
Binnen.
F.en nog jonge joviaal eruit ziend
i man. kwam hem vriendelijk tegemoet.
doch bleef verwonderd halfweg staan.
Metwien heb ik do eer? "Waarmee
kan ik u van dienst zijn?
j Nu was de beurt aan Heinz, om
verbaasd to kijken.
1 Ikik heel Kranz. advocaat
Kranz uit Berlijn, stamelde hij verle-
i gen.
j Neem plaats als ik u verzoeken
I mag. Moed houden. Ik weet, er is lij-
den. die wij. artsen, raden moeten...
i Naar uw uitzien, kan uw „geval" niet
erg zijn. Dus wat scheelt eraan?
Loomheid onrustige slaap... Ah, de
'pols slaat wat snel.
I Maar professor, ik... ik ben in
't geheel niet ziek. Onzer beider vriend.
Wender, de schilder, heeft u toch het
doel van mijn. bezoek meegedeeld
niet? Ik verzoek u mij aan uw vrouw
en uw dochter voor te stellen, stiet
Heinz er haastig en verlegen uit.
Mijn vrouw, mijn dochter, her
haalde de verraste dokter.
vindt het toch begrijpelijk? ging
Heinz ietwat gekrenkt voort..
Het voorhoofd van den dokter kreeg
groote rimpels en hij ving ongemerkt
wat verderaf zitten voor hij zei:
Ik kan me niet goed voorstellen,
welk belang gij stelt in mijn vrouw
en dochter, maar daar sm u op neef
Wender beroept en ze wilt leeren ken
nen. zal bet. gebeuren. Tegelijk open-
niet, verstrooide krokodil! riep Arthur
dem wegstoomenden vriend nog na.
Heinz keek een poos het venster' uit,
van het monotone landschap zag hij
niets, ook het kindiergeschreeuw in
de coupé naast hem hoorde hij niet
Hij zag slechts een hooge sla' ke
meisjesgestalte, een paar prachtige,
donkere oogen en oen lieve klei is
mond, die het kussen moest versta tn
Magdalena!
Eigenlijk heette ze in het geheel
niet Magdalena, maar Clara Hagiu.
Zoozeer clacht hij aan haar dat hij
niet wist wat er gebeurde toen de
trein plotseling stilhield. Een nieuwe
passagier vertelde hem dat Grunau
het derde volgende station was.
Bij het volgende stapte de heer uit
en Heinz was weer alleen, wat hij
echten niet betreurde, want hij aio.1.-:
zich overmannen. Is toch het zosjcsn
van een verloofde voor eeai ernstig
ethisch aangelegd mensch geen kin
derspel. Aan Clara 'mocht hij niet
meer denken, ze was trouwens ook
met een apotheker verloofd. Zoo gaat
het als je een lummel bent en oen
gunstige gelegenheid niet gebru.ict.
Wie weet overigens waar dat weer
goed voon is. Juffrouw Schmidt...
Hé, conducteur, zijn we al in
Grunau? knijschte een dame uit net
naaste wagonvenster.
De trein stond stil. Heinz had alleen
maar het voor hem beteekenisville
woord Grunau" gehoord, greep zijn
Onder de arbeidende bevolking van
Londen zijn er velen die zich 's Zon
dags vermaken met een ratten mirt.
die evenals al die volksvermaken
waarbij dienen een rol spelen, dik
wijls diqrenmarteling wordt. Tege
lijkertijd wordt aan deze soort sp rt
door sommigen een handel verpan
den. De rattendooder van beroep ver
moordt niet altijd de ratten die :.\i
vangt. Voor een klein bedrag, gemid
deld 20 cent, verkoopt hij ze ook v el
levend aan arbeiders, die van hun
fox-terriers rattenvangers willen n c.
ken. Ook handelen zij meestal m
terriers, die gedresseerd zijn op de
ratlenvangst
Ratien-sport.
Als men op een Zondagmorgen
naar een van de voorsteden in c-t
oosten van Londen gaal. kan men de
rattensport in haar volle glorie zien.
Een groot aantal toeschouwers er-
maakt er zich niet de ge-
dresjJ-ctrdé on niet-getftasseerde ter
riers, voor wie ratten worden losge
laten. Het gaat aldus:
De eigenaar van de ratten haalt er
een uit oen kooi of een zak. Deze vet
wordt dan alleen in een kooi geze'.
zoodat de hond. die ze vangen moet
ze kan zien. Of wel dé man met de
rat duwt dit dier tegen dem neusvun
den terrier. Dan wordt de rat vrij
gelaten en de hond zet ze onmiddel
lijk achterna. Als hij het offer in
haalt, keert de rat zich gewoonlijk
oin> en bijt den hond in den neus of
elders in het lichaam. Een hond die
lil den neus gebeten wordt, richt ge
woonlijk den kop plotseling omhoog
c.n tegelijk werpt hij de rat daarin.
in de lucht. Eon op ratten gebis
seerde hond vangt de rat dan inde:,
bek op en bijt ze dood.
Een niet gedresseerde hond schud'
de rat. af. die dan onmiddellijk vlucht
■in gewoonlijk in een boom een
schuilplaats zoekt, waar zij dan door
jongens met katapulten wordt gedood
of weer wordt gevangen.
de hij een deur en riep de naaste ka
mer in:
Martha, heb. je een oogenblik tijd?
Manna is er niet. Mag ik papa?
Zonder het antwoord af te wachten,
huppelde een klein ongeveer vijfjarig
-meisje binnen.
ik veroorloof me u mijn dochter
voor te stellen, zei de dokter lachend.
Dat. is toch zeker de jongste?
En de oudste, onze eenige.
Maar het. is toch niet. mogelijk.
(J moet. toch een oudere dochter heb
ben
- Niet dat ik weet.
Wender zal toch niet zoo grof
met u en mij den spot gedreven heb-
ben. Die kleine kan ik toch onmoge
lijk trouwen!
Ten minste niet in de eerste
twaalf tot vijftien jaar. lachte dokter
Schmidt, die begon te vermoeden dat
er of een misverstand was of dat de
schilder een mop had: uitgehaald'.
■Waar en Dij vvien denkt u dan eigen
lijk te zijn?
Ik ben toch bij professor dr.
Schmidt in Gr tin au?
Een prachtige mop" riep nu dr.
Schmidt. in een homerisch gelach
losbarstend. Professor dr. Schmidt
ui Grunau! PrachtfigMijnheer, u
bent een station te vroeg uitgestapt
en ik ben niet professor Schmidt maar
dokter Schmidt., dokter te Grossfel-
dau. Aha, dus u wilt mevrouw pro-
fossorin of beter haar sehoone doch
ter leeren kennen. Nu begrijp ik alles!
Pardonneer me dokterMijn
domme verstrooidheid, stotterde Heinz
opstaande. In Grunau word ik ver
wacht. Hoe kom ik daar zoo gauw
mogelijk
Een heerlijke uiKijk toch niet
zoo wanhopig nu zit er niets anders
op dan den volgenden trein af te
wach/ten. die pas over twee uur gaat.
Maar wacht, ik heb een idee Ik breng
u naar mijn schoonzuster, die op 't
kasteel Karstein een visite maken wil;
van daar naar Grunau is nog geen
tien minuten. Ze zal blij zijn, als ze
den vervelenden weg niet alleen be
hoeft te rijden.
Vol danK nam Heinz dit voorstel
aan. 'tVVas wel wat pijnlijk vaneen
onbekende een vriendschapsdienst te
moeten, aannemen, maar wat moest
hij in dit. geval doen? Was het
niet heel aardig van den dokter om
hem uit de benauwdheid te helpen?
In een paar minuten was Schmidt
klaar om uit te gaan en ze verlieten
het huis.
We moeten voortmaken, als we
haar nog thuis willen vinden. Die
is zoo prec'ies als een klok. Een pracht
van een meisje.
MeÜsje?
Ja zeker, dat schijnt u niet aan
genaam aan te doen hè heer Krantz
Wees maar niet bang, het is een lief
ding. Daar rijdt ze juist vlak voor
oas. Hé Nico, Nico, houd eens even
stil I
Een ruk en de gesloten landauer
hield stil. Dr. Schmidt trok het por
tier open. sprong op de tree en sprak
eenige woorden nipt de inzittende,
schoof zonder.complimenten zijn gast
erin, nam beleefd, zijn hoed af en
wemschte den/ wegrijdenden een plei-
zierig ritje.
Ik wil geen Schmidt heieten, als
dat duivelsdochteittje» hem niet heel
netjes bestormt, bromde hij onder 't
loopen.
Heinz was als verpletterd door zijn
tragisch-kornisch reisavontuur en nam
een. beetje links de hem aangewezen
plaats naast de dame in. Hij Wist.
dat hij zich zoo nuchter als een school
jongen gedroeg, dat hij zich tenminste
moest voorstellen en de gekke situa
tie verklaren, maar in zijn verlegen
heid kon hij geen woord uitbrengen
en staarde maar steeds het venster uit.
Het liefste was hij er maar dadelijk
uitgesprongen, maar dat was nog jon
gensachtiger geweest. Waarom kwam
iiie dame hem ook niet een beetje te
hulp'? Wat zou ze van zoo'n ongelikt
mensch naast haar denken Heinz
verwonderde er zich in stilte over.
dat ze hem niet uit het rijtuig zette.
Hij vatte moed om haar ten minste
van ter zijde aan te zien, maar juist
keek ze hot venster uit. De geschie
denis w.-rd toch te gek en te verve
lend.
Sla mij toe, dat ik me voorstel.
lu de haast., in de verlegenheid...
Maar we zijn toch oude beken-
ui ZATERDAG A VOND.
3
Wij zijn het grauwsteeai-gebouwde
kerkje genaderd, de „parson" en
„curate" staan beiden in het portiek
en geven handdrukjes aan vrienden
en bekendiein. inform eeren even naar
wat hunne gemeentelieden, hunne
,.b.loeders" en „zusters" belang in
kan boezemen.
Als we binnengaan, begint juist
bet orgel eene opgewekte melodie
vroolijk... maar stemmig tevens
Wij zoeken het plaatsje op ons door
gedienstige koorknapen gewezen
knielen dan (volgens de gewoonte) ne
der en fluisteren onze gebeden. Zacht
schuifelend vult zich het kerkje.
Het orgel zwijgt... zacht droomt nog
het klokkenspel na... din diepe stilte.
Uit de vestry" achter ons leest de
parson een kort gebed... en als ©en
ongel zingt het koor .,Amèn!"
Dan door het, midden der kerk
begeeft zich het koor naar hunne
plaatsen, de witte mantels om de
schouders geslagen Alles staat op.
De „curate" (ik zou hem tweede do
minee kunnen noemen) leest uit, het
gebedenboek.
T Zijn de morgengebeden... de ge
meente leest hardop mee... „Allmighty
and most merciful Father;"dan
klinkt plotseling heel alleenliik... ijl
in de stilte... liet Amen der koorkna
pen... en dé parson zacht voort:
We praise thee. o God!"... en diep
dreunend antwoordt de gemeente:
.Holy Holy Holv Lord God
of Sabaoth!"
Dan knielen we weer neder en de
parson bidt.
Het koor zingt zacht... eindelijk
zwaarder... een psalm uit het.Prayer-
book".
Geregeld volgt hierop het lezen van
een hoofdstuk uit het Oude Testa
ment... daarna zingen wij weer een
psalm .Glory 1>',: lo Jesus"
De gemeente buigt zich weer neder
op de knielkussens de .parson zet
zacht... met galmstem inI believe
in God"... en alles volgt mee: ..I be
lieve in God... the Father allmighty"!
Vaag vreemd zacht heilig dreunt
het door het kerkgebouw ,lk geloof in
God, den almachtigen Vader!"
Darf zingen we een gezang... en het
treft mij hoe mooie melodie hiervoor
gevonden is niet die sleepen de dreun
van onze psalmen en eezangen... Het
zijn vroolijke opgewekte zan
genBlijde in den God!"
De preek duurt maar twintig minu
ten. is kort ©n krachtig
Besproken werd een (heel waar ge
zegde van een groot denker: ..God be
ware rnii voor mijne vrienden, voor
mijne vijanden zal ik zelf wel waken!''
Nog een gezang... iemand uit het
koor zingt, een solo... mooie diep© bas,
die, door de gewelven achter ons. weg
drijft
Dén knielen we allen neder... tot
het laatste gebed... dat de „curate"
uitspreekt.
Hoe veel mooier is het bidden in
knielende houding... deémoedig de
knieën gevouwen voor Hemden
Grooten God.
Een jong meisje naast mij, fluistert
in heilige passie met den prediker me
de... bevend bewegen zich de lippen...
en telkens dieper buigt zich liet blonde
hoofdIk voel dat dit ..gelöoven"
is zuiver geloof en vertrouwen.
Zacht droomt de zang van het koor:
„Ameni"
liet orgel begint het ..voluntary" en
langzaam begeeft zich een ieder naar
den uitgang.
Buiten zingt en juicht de natuur.
in lenteweeldezijn eeuwig aan
biddingslied tot, Hem zijnen Schep
peren jubelend klinken de klok
ken.
HENRI VAN WERMESKERKEN.
Vulkan scho visschen.
Bij de jongste vulkanische uitbarstin
gen op St. Vincent moeten uit den, Souf.
friers tal van doode vissclxen zijn ge
worpen. Op Martinique werd bij den
Mont Peiée iets dergelijks niet waarge
nomen. De zaak zou weinig geloofwaar
dig klinken, als niet verscheidene on
derzoekers, als Alexander von Hum
boldt en Agassiz, lang geleden al, het
zelfde hadden, waargenomen bij uitbars
tingen van vulkanen in Zuid-Amerika.
Girardin heeft voor het zonderling
verschijnsel een verklaring gegeven. In
het tijdsverloop tusschen twee op elkaar
volgende uitbarstingen, dat soms meer
dan een eeuw duurt, sluit de krater zich
en op zijn bodem verzamelt zich spoe
dig water in overvloedige hoeveelheid,
als de vulkaan namelijk deel uitmaakt
van een groot gebergte. Het water be
hoeft dan niet alleen van boven in den
krater te vloeien,, maar kan ook door
onderaarilsche kanalen uit de hooger
gelegen deelen van het gebergte toe-
stroomen. Door zulke kanalen zullen
ook visschen in het nieuwe kratermeer
kunnen komen. Geraakt nu de vulkaan
na eau reeks van jaren weder in wer
king, dan slingert hij met het water
ook de bewoners er van in de hoogte.
De door de Amerikaansche vulkanen,
uitgeworpen visschen behooren tot de
zelfde soorten, die zich in de beken aan
den voet der bergen bevinden. Zij ko
men ook uit Artesische putten te voor
schijn, waardoor hun voorkomen in on-
deraairdsche wateren bewezen is. Dat. de
onderaard -che wateren 'n visschersbevoi
king kunnen hebben, weet men ook uit.
ondervindingen, opgedaan in bronnen
in de Sahara, waar geheele waterstroo-
men met visschen onder de aardopper
vlakte voorttrekken.
De vulkanische visschen van Zuid-
Amerika worden door de inboorlingen
pr,ennadilla's genoemd. Uit vroeger tij
den zijn verscheidene voorbeelden van
dergelijke visschenregens bekend. Bij
oen uitbarsting van den Garguarayo,
een Zuid-Amerikaanschen valkaan van
60.0 nieter hoogte, werden de omliggen
de velden in een omtrek van 3 KM. met
modder en visschen bedekt. Ook de be
roemde Cotopaxi hoeft iets dergelijks
gedaan en verder de vulkanen Imbabu-
ni, Tamgurakna ean Sangay. De bevol
king der betrokken streken heeft in som
mige gevallen verzekerd, dat de visschen
nog levend beneden aan den berg geko
men zijn. Zeker is het in ieder geval,
dat bij. die uitbarstingen van den Coto
paxi de uitgeworpen visschen slechts
weinig verminkt waren.
Zelfverdediging zolder
wapens
Bij de Japanineezen bestaat eene
eigenaardige manier om zich tegen
aanvallen van gewapenden of onge-
wapenden te verweren, vooral wan
neer het een strijd wordt van man
tegen man. Deze methode heet Jiu
jutsu, en heeft niet alleen ten doel
zich tegen den aanvaller door groote
vlugheid te verdedigen maar ook hem
te overwinnen. Het woord „Jiujutsu"
beteekent ..overwinning door groote
lenigheid en vlugheid" en duidt een
worstelkanip aan volgens Japansche
regelen. De Jiujutsumeester stelt zich
niet tt-n doel door stérke aanvallen
ziin tegenstander af te matten, zooals
de bokser. Rustige waakzaamheid en
een voortduren uitwijken voor licha
melijke aanraking en afmatting is het
hoofddoel. Wanneer de krachtsinspan
ning van de tegenpartij zoo groot
wordt, dat ccnc botsing voor den an
der gevaarlijk wordt, wordt zij behen
dig afgeweerd zóó dat de uitwerking
op den aanvaller zeiven terugvalt,
c.11 deze beweging wordt vaak met
zooveel behendigheid uitgevoerd, dat
den aanvaller de schouder, een been
of een arm wordt ontwricht, ja. als
hol noodig is. de nelc wordt gebroken.
't Eerste voorschrift voor de Jiu-
jutsu-leerlingen is: buigzaamheid; de
ze beschermt zijne beenderen voor
menige breuk en zijne spieren voor ver
rekking of kwetsuren. Bij de eerste
lichaamsoefeningen wordt den leer
ling getoond hoe hij den arm zijner
tegenpartij kan bemachtigen, hem uit
rekken en. nadat hij zijn eigen -arm
als standpunt ouder het. elleboogge
wricht heeft gebracht, den arm in
den pols moei terugbuigen. Dit ver
oorzaakt onuitstaanbare pijn en als
dan .de ander op de teenen danst en
niet gauw zich weet te verdedigen,
loopt hij kans dat hem den arm wordt
gebroken.
Een ander methode is, den tegen
stander het evenwicht te doen verlie
zen en hem door een been om bet
zijne heen te slaan, op den grond te
werpen, waardoor hij ook dikwijls dé
kans loopt dat hem een arm of been
wordt gebroken.
De resultaten van de Jiujutsu zijn
verrassend. Niet zelden gebeurt het
dat in de straten van Yokohama een
kleine bruine politieagent, een strijd
lustig matroos van een vreemd oor
logsschip die hem in lichaamskracht
verre de baas is. door een Jiujutsu-
greep bedaard tot rede brengt en hem
kalmpjes naar zijn schip terugvoert.
Het rooken.
Dat. Havana-sigaren overal de eer
ste plaats innemen, kan niet be
vreemden, als men weet, dat in Y.e
buurt van Havana het rooken het
eerst door Europeeërs ontdekt verri.
De irflviorlingen kenden het troostend
genot van rooken reeds, toen ze ge
vonden werden door blanken.
Oudheidkundigen hebben wel eens
beweerd, dat de Oostersche volken er
vrij kor! geileden mee begonnen zijn,
maan- d'it wordt tegen gesproken in
een Amerikaan,sch blad, dat een stu
die over bet onderwerp publiceert.
Hierin wordt gezegd, dat het ge
bruik van rooken al van zoo r ilden
datum is. dat de historie niet eens
vermeldt, wanneer het begonnen is.
Tn November 1-492 kwamen twee
matrozen, die door Columbus in Cuoa
waren gezonden, terug met het be
richt. dat ze inboorlingen hadden
gezien met brandémde voorwerpen,
waarvan ze den rook in neus en
mond inademden. Eon onderziik
bracht, aan den dag, dat- de voorwer
pen gemaakt waren van tabaksbla
den die opgerold waren in een n n-
hnlsel van Indisch koren, en waar
van men den rook inademde, omdat
dit een arenotenrikkelmcr gaf. liet
instrument om de.n rook in te ade-
M ri was gemaakt van riet en had
den vorm van een Y; de bovenste ein
den werden in dé neusgaten gesto
ken en het ondieitste in de brandende
blaren.
Het nemen van snuif werd ontdekt
bij Columbus' tweede reis en het
kauwen van tabak in 1502 door Span
jaarden, die de kust van Zuid-Ama
ril: a onderzochten.
In 1559 vverd tabak voor het eers'.
naar Europa vervoerd door Her-nva-
dez Ie Toledo, die haar naar Sp inje
en Portugal bracht. In hetzelfde ja.ir
werd zij in Frankrijk bekend door
toedoen van den Franschlem ge/a at
in Lissabon. In Italië moet zij reeds
in 1560 gebruikt zijn.
Engeland kreeg haar in 1585. Sir
Walter Raleigh vertoonde aan het
hof van Elisabeth, hoe hij een pijp
rookte. In 1610 kwam zij in Consta.il-
tinopel, in 1615 in Holland, in 1620
in Duiischland, in 1631 in Oostenrijk,
en in 1653 in Zwitserland.
men zeggen, maar het bewijst hoe
gevaarlijk de justitie den Haarlem
ischen Frans vindt en lioe zo alles doet
om hem zoo lang mogelijk buiten de
maatschappij te houden. Zijn verde
diger. die niet heel veel zeggen icon,
heeft een onderzoek naar zijn geest
vermogens gevraagd en Rosier zelf,
dat stroohalmpje vastgrijpend, heeft
dat verzoek ondersteund, en, vreemd
genoeg, redenen opgegeven, waarom
hij meende, dat het. met die hersenen
niet recht pluis was. Of hem dat wel
veel helpen zal, geloof ik niét. ïu 't al
gemeen. kan men wel zeggen, dat elke
misdadiger een beetje krankzinnig is,
want geen bedrijf is zoo gevaarlijk,
moeilijk en onvoordeelig als juistd.it
Ik voor mij verkoop dan liever grond
voor bouwterrein. T)at is nog een
ander zaakje. We behoeven daarvoor;
niet eens te kijken naar de B'innen-
landsche Exploitatie-Maatschappij die
zoo kranig beheerde en succesvolle
ondernoming. waarvan de weinige
aandeelhouders hunne hooge divi
denden ééns in 't jaar met een lekker
diner gaan. vieren er zijn ook heel
wat kleinere grondeigenaai-s. die bii
de uitbreiding van de gemeente zij
hebben gesponnen. En zelfs men-
schen. die geen eigendomsbewijzen
kunnen overleggen,, hebben onlangs
geld verdiend.
Dat zijn sommige bewoners van den
Koudenhorn. Zij beweren, dat de
wal grond vóór hunne huizen hun
eigendom is en nu zijn er die dit kun
nen bewijzen, en anderen, die dal
n et kunnen bewijzen. De gemeente
van haar kant. die den grond wel
graag in eigendom hebben wou,
eu er hovend den ook aanspraak
op meende te hebben, maar
ten opzichte van de eigendomsbewij
zen ook niet sterk in, haar schoenen
6<aat, bad derhalve weinig lust, in
processen. Zij bedacht een midden
weg, liet door middel van den heer
S'olp f2.50 bieden aan ieder, die wel
en f 1-25 per Meter aan wie geen he
wijzen van eigendom kon overleggen,
Wonneer dit nu een algemeen be
ginsel gaat worden,, dan kom ik dezer
dagen ook eens aankloppen bij de
gemeentekas. Tk heb namelijk vol
strekt geen eigendomsbewijzen van
de Groote Markt maar ik wil met ge
noegen al de reohtem die ik op dat ter
rein eventueel zou laten gelden, af
bij voorbaat afstaan tegen betaling
van f 1.25 de viorlc. M. Desnoods, ik
verklaar het hier openhartig, zou ik
mij ook voor een. gulden laten vinden.
Legen denzelfden prijs wil ik wel af
stand doen van alle mogelijke aan
spraken. nu en voor de toekomst, op
de BarMjurisstraut, den Kruisweg en
de Kruisstraat. Gaarne zal ik dezer'
dagen een betalingsmandaat hier
voor tegemoet zien. Wat mijn even-
tueelc aanspraken op de andere stra
ten betreft, zoo moet ik verklaren.dat
ik mij die voorbehoud, 't Zou kun
nen wezen, dat die mettertijd meer
geld waard waren dan een gulden
den vierkanten meter.
.Maar alle gekheid op een stokje,
er is iu de bouwterreinen nog wel
wat te verdienen. Wie een ton heeft
liggen en daarvoor geen bestemming
weet. kart geloof ik niet beter doen,
dan ze in 't zand steken. Ik bedoel,
duit iiij e.r bouwterreinen in ein bij
(leu Amlenhout voor koopen kan.
Naar alle kanten zet de gemeente
ziek uit. Bloemendaal zou je zeggen,
.oukt al aardig vol cm de tijd is niet
vt r meer dat er gebouwd zal worden
iu liet. zuiden, in de richting van
Heemstede en in het westen, langs de
«■lcrlrisrlie tram naar Zandvoort. Wie
dus mi ren ton over beeft moet daar
maai eens geval ovtgr denken. Lukt
de speculatie, dan verwacht ik tien
pincent van de winst thuis, lukt ze
niet, dan zal liet me wel spijten. Ik
zon or zelf wel toe besluiten, maar
ik heb toevallig deze ton niet dispo
nibel.
I n wat praat ik van bouwen in 't
zuiden en westen alleen. Ook het
"osien komt opnieuw voor den dag
en doet van zich spreken. Da abat
toir plannen zijn voor de zooveelste
maal uit de portefeuille gekomen en
zooaJs we wetein heeft de gemeente
aan den Schalkwijkorweg een groot
terrein voor dat gebouw, waarop stra
ten zullen worden aangelegd en
bouwterrein uitgegeven. Nu moet ik
open en eerlijk erkennen, dat ik ner
gens anders liever zou willen Wonen
dan juist daar. Het voortdurend voor
bij wandelen van bulkende koeien,
blatende schapen en juichende var-
keus moet een groot en nimmer ein
digend genoegen wezen, liet voorbij-
n ai n an van slagersknechts op wa-
g/ nt.jes on fietsen zal de buurt op
aangename wijze verlevendigen. De
onmiddellijke nabuurschap van bij-
l'ohoprende industrieën, zooals hui-
d n zou te i jvarken sh aarbereiiding,
darmenslijmerij. bloedbereiding. enz.
kan niet anders dan de genoegens
van het wonen in deze buurt ver-
grooten.
Laten anderen hunne villa's bou-
v 'ii in Bloemendaal, Zandvoort of
Haartlemine^houtpark, ik voor mij
ceef de voorkeur aan het abattoirter-
i ein aan den Schalkwijkorweg. Daar
zal mijn villa staan, als ze komt te
staan, want voorlöopig is er tegen
d.n bouwerij hetzelfde bezwaar als
tegen ilem speculatiekoop van terrei
nen om en bij den Amlenhout: het
tonnetje gouds ontbreekt.
FIDELIO.