Na de Staking.
wil, men moge ze toejuichen of afkeu
ren', dit is zeker: waarneer het gelukt was
in den nacht van 4 op 5 April' het spoor
wegverkeer geheel stop te zetten, dan
zou er in ons land een toestand geboren
zijn, waarvan do gevolgen wel is waar
niet te overzien, maar waardoor in ieder
geval aan onzen handel en nijverheid
een ontzettende slag zou zijn toege
bracht. Aan de krachtige houding der
Regeerimg en der directies van de Spoor
weg-Maatschappijen is het te danken,
dat de stakingen een betrekkelijk zoo
gunstig verloop hadden. Het komt het
bestuur gewenscht voor, daarvoor hier
openlijk haar hulde en dank uit te spre
ken. Ook een woord van dank en lof
aan het personeel, dat in deze dagen, zijn
aan de spoorweg-directies gegeven
•woord trouw bleef en haar in staat stel
de in den dienst te voorzien. Wij zijn
overtuigd dat uwe vergadering hienne-
de haar instemming zal willen betuigen.
Maar er is meer. De schade welke door
de stakingen geleden wordt is tweele
dig, een materieel© en een moreele. De
eerste is moeilijk vast te stellen, maar
zal, als men alleen rekent hoeveel sche
pen voor Amsterdam bestemd naar el
ders gezonden werden, zeer groot zijn;
de moreele schade wordt gevormd dooi
de verbittering onder en tegen arbei
derskringen opgewekt. Wij hopen van
harte, dat ieder uwer in eigen kring zal
medewerken, opdat deze schade en de
ellende, die er het gevolg van, kan zijn,
■tot een minimum beperkt wordt.
Misschien leert deze staking aan tal
van werklieden, dat zij niet alie'en ver
trouwen moeten stellen in huil politieke
'leiders, dat niet alleen heil te zoeken is
in hun organisaties, waarbij er toch
eigenlijk niemand is, die ovar de oeco
nomische waarde van ondernemingen of
fabrieken kan oordeelen, maar dat zij
ook hun geloof en hun vertrouwen moe
ten schenken aan de Directies der on-'
dernemingen, waaraan zij werkzaam
zijn. Deze zullen dan zeker medewerken
om de goede verstandhouding te bevor-
deren door meer dan tot nu toe het geval
was met hun eigen werklieden overleg
te plegen over toestanden,, het personeel
of de onderneming betreffende.
En nu nog dit: Laat men toch bij alle
beschouwingen over sociale kwesties
nooit vergelen, dat het alleen den werk
man goed kan gaan, als handel en in
dustrie bloeien. In ons land, waar de
beginselen van vrijhandel zoodanig ge
huldigd worden, dat gewoonlijk alleen
gevraagd wordt „wie levert het goed
koopst" en slechts zelden de factor van
de nationale nijverheid in aanmerking
genomen wordt, daar heeft onze indus
trie reeds een zoo zware concurrentie
met hetbuitenland, dat elke staking,
elke onzekerheid noodlottig kan worden
en men zou in de toekomst wel eens in
een toestand kunnen komen, waarbij
alle social-e toestanden geregeld zijn,
maar de fabrieken gesloten worden door
gebrek aan werk". (Applaus).
Daarna kreeg Dr. H. van Capelle het
woord, die sprak over „De oorsprong en
verspreiding van de rijkdommen in de
binnenland en van Suriname, naar aan
leiding der Nickerie-expeditie in 1900".
Op zeer onderhoudende wijze schetste
spr. zijn tocht door het Nickerie-gebied,
wees op de vele moeilijkheden door het
igroote aantal watervallen als anders
zins, daaraan verbonden, en zeide dat
zijn tocht in hoofdzaak een geologisch
doel had; het onderzoek van de bodem
gesteldheid.
Het overzicht dat spr. van zijn tocht
gaf, werd ten zeerste verduidelijkt door
de prachtige, goed' geslaagde lichtbeel
den, die ons deden zien hoe schilder
achtig en boschrijk het Nickerie-gebied
is. Nog wees spr. er op hoe hij hij de
laatste expeditie weder een eind verder
dan de vorige maal in het onbekende
gebied was doorgedrongen en de aldaar
aangetroffen watervallen de namen van
Eeden en WiJhelmina-vad had gegeven.
Na de pauze wees Dr. Van Cappelle er
op, hoe Suriname een beteren toekomst
te gemoet gaat, met de komst van den
heer Lely, welke komst in de erste
plaats aanleg van een tram door een
deel van het binnenland beteekent. Vaat
dien aanleg verwacht de reiziger beter
toezicht op de gouddelving, op de ex
ploitatie van de boomen, ontwikkeling
van de negers, die wellicht geschikt wor
den voor geregelden arbeid, die ook den
blanken ten goede kan komen, betere
verzorging van de arbeiders bij goud-
maatschappijen in dienst, hygiënische
maatregelen enz.
Als zijne meening sprak Dr. Van Cap
pelle uit, dat het door hem geëxploreer
de gebied even rijk is aan goud als de
grond, waarop reeds thans goud wordt
gewonnen, dat het goud door hem be
doeld wordt gevonden op vulcanise lie
terreinen.
Voor de energieke jo-ngelingsschap van
Nederland is daar een mooi arbeidsveld.
Krachtig moet gewerkt worden om meer
belangstelling voor onze kolonie op te
wekken.
Binnenland.
Hofoerichtea»
H. M. de Koningin en de Prins dei-
Nederlanden zijn wedier op Het Loo
terug. Toen de trein, waarin het Vor
stelijk echtpaar reisde, te 12 uur 8
aan het station Apeldoorn aankwam,
waren op het perron aanwezig de
burgemeester de heer H. P. J. Tu-
tein Nolthenius, Jhr. Loudon en de
heer Pot, arts. In gesloten rijtuigen
werd naar het Paleis gereden.
Open brief.
Door den heer H. SLebert Coster te
Alkmaar is de volgende Opeai Brief
aan Dr. Kuyper gericht.
Alkmaar, 1-4 April 1903.
Excellentie, U kent mij niet. En
daar is ook geen reden voor U staat
in talent en positie zeer ver boven mij.
Dat ik toch in het openbaar het
woord tot U richt, moge U tot bewijs
strekken, dat mij het hart tot spreken
dringt.
In dezen ook voor U zeker zorgvol-
lcn tijd werd door U eene energie ont
wikkeld, die het kenmerk was van Uw
gansche leven, Dezelfde taaiheid en
volharding, die U groot hebben ge
maakt onder uwe medeburgers, werd.
door U ontwikkeld waar het gold een
streven te onderdrukken, in uwe
oogen misdadig.
Ik bewonder die geestkracht en ik
eerbiedig uwe meening.
üe strijd in het parlement is dan ook
door U gewonnen en de middelen zijn
aan het gezag verstrekt, om voortaan
het spoorwegpersoneel te verhinderen
het verkeer t© doen stremmen.
Dat personeel. Excellentie, heeft
thans allen tegenstand opgegeven en
ondervonden dat het de zwakste par
tij ',is, genezen van den ij delen waan,
dat het tegenover den Reorganiseer
den Staat met al zijne machtsmidde
len zou zijn opgewassen.
Hoe uwe Excellentie nu ook den
ken moge over het afkeurenswaardige
van dezen strijd der arbeiders op
transportgebied, U zult erkennen, dat
ook zij meenden te strijden voor een
rechtvaardige zaak, dat zij daarvoor
alles in de waagschaal hebben gesteld,
wat zij te verliezen hadden, hunne
positie en daarmee hun levensondier-,
houd voor zich en hun gezin.
Die opoffering zal U misdadig voor
komen, Excellentie, het zij zoo Mis
dadig in uw oog, omdat die opoffe
ring gold een sfrijd aantebinden te
gen hét wettig gezag, misdadig, om
dat zoovelen onder die arbeiders niet
alleen Zichzelf er aan waagden, doch
ook hunne vrouwen en kinderen.
Toegegeven, Excellentie, maar niet
temin blijft het van hunne zijde eene.
opoffering, zeer groot omdat het alles
was, wat zij voor de zaak, die zij. zij
het dan ook in uw oog diep afkeu
renswaardig. rechtvaardig achtten,
hadden te geven.
Leiders en geleiden, zoo goed als
allen hebben getoond met hunne ge
heele persoonlijkheid v oor de door
hen voorgestane zaak te staan.
Ik begrijp, Excellentie, lik herhaal
het, dat die zaak in aw oog misda
dig is.
Mag en kan dat echter een reden
zijn, om den overwonnen strijder aan
den honger prijs te geven?
Ik heb te veel achting voor uwe
Excellentie, dan dat U niet met mij
die vraag onvoorwaardelijk ontken
nend zoudt beantwoorden.
Tk doe dan ook een beroep op uw
no bel en zin en uw goede hart, om
met den grooten invloed van uwe
machtige positie te bewerken, dat bij
de spoorwegmaatschappij genade voor
recht gelde.
Honger is geen straf meer voor on
zen tijd en als Uwe Excellentie er het
hare toe bijbrengt, om ook de spoor-
wegdirectién daarvan te doordringen,
dan zult ge eene overwinning hebben
behaald, die U in de oogen van het
Nederlandsche Volk grooter maakt,
en in die der geheele beschaafde we
reld, dan die in de jongste weken door
U in het. parlement is bevochten.
Mot gevoelens van hoogachting tee
kent zich
H. SIEBERT COSTER.
Nationale vereeniging voor
Yrouwenarbaid.
Dinsdagmiddag vergaderde te
Utrecht, onder presicDium van mevr.
Haver, van Amsterdam, de Nationale
Vereeniging (Bureau) voor Vrouwen
arbeid.
Uit het door mej. M. Gallé, van den
Haag, uitgebracht jaarverslag blijkt,
dat het adres tot verkrijging eener
Rijkswet tot afschaffing der hordee-
len, zoomede dat tot verkrijging van
meerdere aanstelling van vrouwelijke
ambtenaren voor de naleving der ar
beidswet door de Vereeniging ge
steund werd
Het aantal plaatselijke comités be
draagt 57 en het ledental 1330.
Het jaarverslag van mej. Jungius,
de directrice van het Bureau, doet
zien, dat verschillende zaken, den
vrouwenarbeid betreffende, door het
Bureau in studie werden genomen en
onderzocht.
De bibliotheek werd met verschil
lende werken verrijkt. Het aantal
bladen, gratis afgestaan, bedraagt 60.
liet aantal personen, die 't Bureau be
zochten, bedraagt 230. Met de gere
gelde uitgave van „Goedkope Uitga
ven" werd een aanvang gemaakt.
De ontvangsten over 19021903 be
dragen f 3279.92 en de uitgaven
f 339G.6S.
De begrooting over 19031904 werd
in ontvangsten en uitgaven vastge
steld op een bedrag van f 3305.
Mevrouw Haven en mej. Groshaus
werden als bestuursleden herkozen.
De volgende algemeene vergadering
zal in den Haag plaats vinden.
Vervolgens kwam in bespreking de
houding en de actie der Vereeniging
van Vrouwenarbeid inzake we_ttelijke
beperking van vrouwenarbeid Een
voorstel werd gedaan door mevr. dr.
Jacobs, van Amsterdam, dat de Ver
eeniging van Vrouwenarbeid zich zal
aansluiten bij het onlangs t© Rotter
dam op init/iatief van de Vereeniging
tot behartiging van de belangen der.
Vrouw gevormd Nationaal Comité, in
zake wettelijke regeling van vrouwen
arbeid. Door mevr, Drucker werd op
gemerkt, dat de richting van het Co
mité, als oorspronkelijk neergelegd in
het manifest, gewijzigd is. waardoor
de toetreding gemakkelijker gewor
den is. Zeer te betreuren viel. dat
bij de stemming over het voorstel een
groot deel der leden wegens het late
uur de vergadering verlaten had.
Met éen stem meerderheid werd het
voorstel aangenomen.
De vergaderiug was goed bezocht.
De poging tot treinontsporing
De politie te Maastricht heeft zich
naar Heer begeven teneinde onder
zoek te doen naar de- daar gepleegde
poging om den trein naar Luik te
doen ontsporen. Op de rails was een
badding gelegd van 6.5 d.M. 'engte
en ter dikte van 1.5 d.M. De toeleg
mislukte doordien de trein over de
badding heen stoomde. De machinist,
die aan den schok van den trein
onraad bemerkte, seinde van het
naastbij.gelegen station naad Maas
tricht, waar men dadelijk onderzoek
deed, doch tevergeefs. De badding
was zoodanig gelegd, dat een ontspo
ring bijna onvermijdelijk was en
waarschijnlijk door een vakman was
geschied. Dq baanwachter, die nog
kort te voren den weg had in oogen-
schouw genomen, had niets verdachts'
ontdekt. De justitie stelt een nauw
gezet onderzoek in eai wanhoopt niet
den dader te ontdekken.
Recalcitrant,en.
Ongeveer 50 miliciens van het gar
nizoen te Assen hadden Paaschverlof
gevraagd, doch dit was geweigerd,
terwijl hun Israëlietische collega's
wel verlof haddien. Zij hebben nu
eigenmachtig verlof genomen. Inden
loop van Dinsdag keerden zij in hun
garnizoen terug, om de straf in ont
vangst te nemen, wielke hun daarvoor
wacht.
Men seint ons uit Amsterdam:
In de stad zijn verschillende mili
taire posten ingetrokken, eveneens
de bewaking van den watertoren en
van Nieuwendam. Een inkrimping
der bewaking van de stations van
den Spoorweg en van de haventerrei
nen wordt overwogen.
De lueden gehouden vergadering
van scheeps- en bootwerkersvereeni-
ging Recht en Plicht nam een motie
aan, waarin verontwaardiging wordt
uitgesproken over het schrijven dier
werkgevers op scheepvaartgebied,
meldend dat zij de onderhandelingen
met het bestuur van Recht en Plicht
afbreken.
Rechtzaken.
Het knaapje dat een meisje was.
De eerste kamer der rechtbank te Am
sterdam deed Woensdag uitspraak in de
zaak van Vemey contra de gemeente
Amsterdam, betreffende het kindje, diat
door den 'eischer ais knaapje in liet Wil-
helminagastüuis afgegeven werd en la
ter een meisje bleek ,te zijn. De recht
bank overwoog, alle overige 'Stellingen
van eischer .en gedaagde latende rusten,
dat de Amsterdarnsche gasthuizen niet
ais onzelfstandige gemeentelijke instel
lingen, maar op historischeti 'grond als
zelfstandige rechtspersoonlijke gemeen
te-instellingen zijn té beschouwen,;
voorts dat deze opvatting niet in strijd,
docli in overeenistemmiiiig met de ar
menwet is, en dat Burg. en Weth. van
Amsterdam zich niet als aansprakelijke
overheid bloot gaven door het initiatief
te nemen ter verkrijging vau voogdij
over het kind, daar de desbetreffende
aanvrage gemotiveerd werd door de
overweging, dat het kindje armlastig
zou worden, al zouden Buiig, en Weth.
logischer hebben gehandeld, indien zij
d:e aanvrage om benoeming van voog
den hadden overgelaten aan het bestuur
der gasthuizen. Voorbijgaande het aan
bod van den eischer om bewijs van het
gestelde met getuigen te leveren, con
cludeerde de rechtbank, dat de eischer
hei burgerlijk armbestuur, welk college
de zelfstandige gasthuizen beheert, en
bestuurt, had moeten aanspreken en niet
de gemeente. De rechtbank verklaarde
mitsdien den eischer onontvankelijk en
veroordeelde hem in de kosten va'n het
geding, tot dusver bedragende aan den
kant des eischers t 160.33.
Moord in de Dubbele Buurfc.
Naar men verneemt, zal op 12 Mei
a.s. in hooger beroep voor het Ge
rechtshof te Amsterdam behandeld
worden de zaak tegen Muiselaar. Groot
en Van den Dool. beschuldigd van dien
moord in die Dubbele Buurt. Zooals
men weet. werd! Muiselaar tot 15 en
Groot tot 12 jaar gevangenisstraf ver
oordeeld, terwijl Van den Dool ont
slagen werd van rechtsvervolging.
Leger en Viool.
Bij beschikkingen van den minister
van oorlog zijn benoemd tot-vaan
drig de reserve-sergeanten L. A. J. J.
M. van Heyst. W. P. H. van Barrelo
en O. J. Cluysenaer, van het 6e reg.
infanterie.
D,e luit. ter zee 2e klasse J, A. M. J.
Beretta, die 9 Mei geplaatst wordt
aan boord van Hr. Ms. monitor Rei-
niet Claeszen, komt dan te Hellevoet-
sluis in station.
Teit vervanging van den len luit.
T. C. van Erp, is de le luit. H. C. J.
M. Berkeljon, bij het 5e reg. inf., te
Amersfoort, bestemd tot officier voor
-pee. dienst.
De off. van administratie 2e kl. J.
H. Ruigrok, dei 18 dezep geplaatst
wordt aan boord van Hr. Ms, art.-in
structieschip Bellona, komt dan te
Willemsoord in station.
De bij het le reg. veld-art. te
Utrecht overgeplaatste kap. jhr. R. J.
Rutgers van Rozenburg, is benoemd
tot kap. voor special en dienst aldaar.
De le luit. J. J. Verbrugh, terugge
keerd van detacheering bij het O.-I.
leger, heeft verzocht te worden inge
deeld bij het 7e reg. inf., hem is twee
maanden verlof verleend.
De off. van admin. Ie klasse C.
Flaes, die 18 dezer wordt geplaatst
aan boord van Hr. Ms. pantsarischip
Kortenaer, komt dan te Willemsoord
in station.
De kapitein-magazijnmeester W. J.
G. van der Veur, verlaat 1 Juni met
pensioen den dienst.
Stoomvaartberichten.
Het stoomschip Kediri arriveerde 13
April van Rotterdam te Batavia.
H,et stoomschip Oengaran, van Java
naar Rotterdam, vertrok 14 April van
Port Said.
Het stoomschip Lawoe arriveerde
14 April van Rotterdam te Batavia.
Het stoomschip Koningin Wilhel-
mina, van Amsterdam naar Batavia,
vertrok 14 April van Southampton.
Het stoomschip Prinses Sophie,van
Amsterdam naar Batavia, arriveerde
14 April te Port Said.
Het dubbelschroefstoomschip Pots-
lam, van de HollandAmerika Lijn,
vertrok 15 April van Newyork naar
Rotterdam, niet 2388 vaten margarine
en 1600 vaten «reuzel.
INGEZONDEN
Voor den inhoud deter mbriek tte.lt dt
Redactie zich niet aansprakelijk.
Van ingezo'nden stukken, geplaatst o/
niet gepla/.iUi, wordt de copy
den inzender niet teruggegeven.
EEN STEM IN DE WOESTIJN?
Gewaagd, zelfs zéér gewaagd) kan
men het heeten. in deze dagen van
ontzettende beroering nog een vergoe
lijkend woord neèr te schrijven voor
de diep ongelukkige slachtoffers der
werkstaking. Voor Haarlem kan dit
aautal op 600 geschat worden en deze
zijn te splitsen in twee categorieën,
n 1. in op winders en opgewondenen,
of wil men do in dezie dagen meer ge
ijkte term: in opruiers en opgeruiden.
Het spreekt vanzelf dat ik hier een ver-
schoonend woord1 wensch neer te
schrijven voor de opgeruiden, en dit
zijn ongetwijfeld de overgroote massa.
Ik hoop ten minste dat men het al
gemeen met mij eens zal zijn, dat deze
categorie werkelijk en waarachtig
eenigen steun behoeft.
Laat men toch de redeneeringen
loslaten als bijv.; Ze hebben alles
vooruit geweten; ze zijn met moedwil
hun ongeluk ingeloopen; ze hebben
lang genoeg bedenktijd gehad. Ze
moeten nu maar boeten! Neen, dui
zendmaal neen! Ze hebben niet alles
vooruit geweten, ze zijn niet met
moedwil hun ongeluk ingeloopen.
Zij zijn voorgelogen en_ bedrogen,
zij zijn bedreigd en mislefd. Ziedaar
de naakte waarheid, de opruiers heb
ben hun slachtoffers niet losgelaten,
dag en nacht, in- en buitenshuis, en
niet het minst in de beruchte verga
deringen. Als een bloedzuiger, hing
men ben, hunne vrouwen, ja zelfs
hunne kinderen aan, geen enkel
oogenblik werd tijd gegeven zelf te
denken, het eene leugenachtige be
richt volgde het andere op, het een
nog al schooner? dan het ander.
Krankzinnig heeft men hen gemaakt!
De meeste arbeiders waren dan ook
in die diep-ongelukkige dagen niet te
genaken, wantrouwend werd een elk
aangezien die niet staakte of niet sta-
kingsgezind was. en waagde men bet
een oprecht gemeend woord tot hen
te sprekeneen minachtende blik
en een bijna waanzinnige lach was
het eenige antwoord.
Beklagenswaardige wezens, arme
waanzinnigenDoch wat nu? Mag
men hen aan hun lot overlaten? Moet
men hen den rug toekeeren?
Zie, wat reeds te 's Gravenhage is
geschied: naar verluidt heeft zich al
daar een ook in de staking medege-
sleurde machinist dier II. S. M. D. van
het leven beroofd. Zeg niet, och dit is
een op zich zelf staand feit Neen, 't is
in verband met de ellendige stakings
geschiedenis een treurig teekenend
feit, en een elk onbevooroordeelde en
onpartijdige, die de zaken ziet zooals
die zijn. zal moeten getuigen, dat zij
die nog voor enkele dagen als 't ware
niet te genaken waren, nu reeds, een
gelaat vertoonen vol angst en ver
twijfeling. zie nu hun houding, let
nu op hun woorden, of is het niet
hartverscheurend mannen in den
kracht huns levens en ook ouderen
van dagen te zien schreien als kleine
kinderen? ik overdrijf niet, wanneer
ik zeg te weten, dat er onder hen zijn
die thuis zitten te brullen, met de
handen in het haar. alsof zij dat uit
willen rukken van oprecht berouw,
en anderen met gebalde vuist alsof
zij daarmede hun opruiers wilden
verpletteren Dit nu wetende, en nog
tal van gelijksoortige schrikwekkende
tooneelen, zou het dan niet tegen alle
begrippen van humaniteit indruisehen,
hun niet de hand te reiken?
Men richt in deze dagen comiié's op
voor bijna alle mogelijke, goede doel
einden, directie's en patroons beijve
ren zich iets extra's aan het niet-sta-
kende personeel te verschaffen, mijn
oprechte dank en huldebetuiging aan
hen allen.
Doch zal het een stem in de woes
tijn zijn. als ik vraag, neen, als ik
smeek; toe, mannen van goeden wil,
menschen die het goed meenen met
hun mede-menschen, en vóóral man
nen en vrouwen van invloed, tracht
nog een comité op te richten, komaan
toont, uw goed hart en formeert zoo
spoedig mogelijk een „Comité van
Verzoening".
Radpleegt vooral uw eigen gevoel,
en indien gij instemt met het doel van
dit schrijven, zend dan uw naam
kaartje aan het Bureau van dit blad,
met het motto „Een stem in de woes
tijn". doch met al de kracht die in mij
is roep ik u toe: doe zulks spoedig,
zeer spoedig.
Haarlem, 14 April 1903. X.
N.B. Beleefd doch zeer dringend
wordt aan andere bladen verzocht dit
stukje te willen overnemen; bij plaat
sing zal inzender zich aan de Redae-
tie's bekend maken, opdat kaartjes
kunnen worden toegezonden.
Ook aan de z.g. groote bladen wordt
verzocht bet te willen overnemen,
overal waar de stakingsziekte gewoed
heeft (en waar is dat niet het geval?)
moet een Comité van Verzoening wor
den opgericht.
De Bond van Orde van personeel
in dienst der Holl. lJz.
Spoorw.-Maatschappij.
We lezen in het ,,N. v. d. D.":
T Mag wel eens openlijk gezegd en
erkend worden, welk een grooten in
vloed de „Bond van Orde" igehad heeft
in het blijven rijden van de treinen,
toen de «staking voor de tweede maal uit
brak. Zonder dezen „Bond" zóu '.t waar
schijnlijk onmogelijk zijn geweest.
Veertien dagen na de eerste staking,
dus 14 Februari, werd deze Bond opge
richt.
Het voorloopig dagelijksch bestuur, dat
weldra als definitief gekozen zou wor
den, bestond uit de heeren H. M. P. van
Emmerik, president; H. G. Vorkink, se
cretaris, en J. S. A. Leith, penningmees
ter, en nog 12 ambtenaren en beambten,
als zij behoorend tot het personeel in
dienst der H. IJ. S. M.
Het doel van, dien Bond is: de stoffe
lijke en zedelijke verbetering van het
personeel; het aanwakkeren van verant
woordelijkheidsgevoel en der goede sa
menwerking tusscheai het geheele per
soneel in Nederland; en de bevordering.
dat de H. IJ. S. M. ter uitvoering dei' op
haar rustende verplichtingen ten allen
tijde en onder alle omstandigheden kan
rekenen op de trouwe medewerking van
haar personeel.
Het bestuur viing, na oprichting, on
middellijk aan, voor haar streven pro
paganda te maken, 't Hield mondelinge
besprekingen met het personeel aan de
stations om te wijzen welken weg de
ware was oim een toestand te helpen
scheppen, zooals thans is. 't Belegde
vergaderingen, op welke vooral de heer
H. M. P. van Emmerik het woord voer
de. In vier weken tijds had het bestuur
1000 leden aangeworven, op wie de Maat
schappij kon rekenen.
't Was geen gemakkelijk werk, nat de
bestuursleden hadden te verrichten'.
Waar zij kwamen, werden zij met arg
waan ontvangen. Vaak met de woorden:
„Daar komen de onderkruipers van Am
sterdam." Men noemde hen de chocola
declub, de zoete jongens, enz. Als men
hen zag, gaf men elkander geheime
teekens, -of duidde door signalen hunne
komst aan.
De nadering der tweede staking werd
opgemerkt. Toen. zij 's nachts uitbrak,
kwamen al de ledien van den Bond van
Orde 's morgens aan de stations, waar
zij werkzaam waren, en zagen er alreeds
de militairen.
De stationschefs hadden het geheime
pakket geopend en er alle voorschriften
in gevonden welke maatregelen geno
men moesten worden, o.a, de regeling
van de treinen. Met de opgekomen le
den van „De Bond van Orde" kon de
dienst worden onderhouden: de spoor
wegstaking was mislukt!
Het dagelijksch bestuur trad bij deze
tweede staking onmiddellijk op als een
comité van actie.
Bij den aanvang der staking bleek het
aan het dagelijksch bestuur hoogst ge
wenscht, dat het in de moeilijke dagen
voortdurend voeling kon houden met de
directie der Maatschappij. Deze heeft
daarop den heer Mr. de Kruijff Jr., ge
committeerde afdeelingsclief, opgedra
gen, in deze dagen het hoofdbestuur van
den Bond met raad en daad ter zijde te
staan. „De Bond" was nu in .staat in
ruime mate werkzaam te zijn, om zoo
wel te Amsterdam ais op de andere sta
tions in den lande, het trouw gebleven
personeel krachtig in het doen van zijn
plicht te steunen.
Het hoofdbestuur van „D.e Bond'' heeft
gedurende de stakingsdagen leden en
andere tot het personeel hehoorende
personen, die zich daartoe vrijwillig be
schikbaar stelden, zooveel mogelijk alle
stations en werkplaatsen der Maatschap
pij doen bezoeken om het personeel,,
waar noodig, te bemoedigen en inlich
tingen omtrent 'den stand van zaken te
verschaffen.
Tevens hadden personen in opdracht
daar hulp, in weiken vorm ook, te ver
schaffen, waar di i noodig bleek.
Deze bezoeken en korte reizen hebben
een zeer gunstig resultaat gehad, en het
hoofdbestuur bleef daardoor voortdu
rend op de hoogte van den toestand van
het personeel buiten Amsterdam.
Ook werd door verschillende leden
van afdeeünigsbesturen in hunne af dee-
ling en er buiten in dienzelfden geest
krachtig gewerkt.
Voorts organiseerde het dagelijkscn
bestuur, door middel van het in het
Centraal Station te Amsterdam voorloo
pig opgerichte Centraal-Bureau van den
Bond, een dienst, waardoor 't mogelijk
is geweest, een voortdurende gemeen
schap te onderhouden tusschen het op
de stations ingekwartierde personeel en
hunne gezinnen.
Want al den eersten dag bleek aan de
stationschefs hoe wenschelijk 't was,
dat het trouw-gebleven personeel, van
den laagste tot den hoogste, aan het
station bleef, om niet in stad bij h.et
naar huis gaan bemoeilijkt te worden.
Een «schriftuur in het geheime pakket
had ook daarin maatregelen aangege
ven, voor zoover er niet alreeds voor
gezorgd was.
Wie van het personeel naar huis wil
de, kon dit doen onder bedekking van
gewapende macht. De moesten, bijna
allen, verkozen echter aan het station
te blijven; menig hunner had ondervin
ding, hoe zij door de stakenden bemoei
lijkt kon,dien wonden.
De Maatschappij heeft hun toen nacht
verblijf verstrekt aan het station. Eenige
malen per dag ontvingen zij brood met
ham en koffie, en 's middags een krach
tig maal van .aardappeleai, vleesch en
groente.
De „Bond van Orde" verstrekt ieder
dagelijks 5 sigaren en een half ons ta
bak.
De Bond heeft voor noig meer gezorgd;
liij heeft een groot aantal jongelui, allen
wielrijders, In dienst. Deze gaan naar
het personeel, om te vernemen, waar
aan 't behoefte heeft, of wat het wenscht,
en of zij oioli eenig bericht van en naar
hun huisgezin, naar vrouw en kind,
gebracht willen hebben.
Al deze wenschen en mooden worden
dan door tusschenkomst van „de Bond
Van Orde" vervuld. Schoon goed, andere
schoenen, enz. wordt den mannen ge
bracht en bericht, hoe hunne vrouwen
en kinderen 't maliën. Wenschen deze1
hun man, vader of zoon te zien en te
spreken, dan is daartoe gelegenheid in
een vertrek nabij het kantoor van „De
Bond".
Ook «laat „de Bond" het weekgeld van
den man aan de vrouw bezorgen, of be
waart 't voor hem.
Buitendien heeft het bestuur van „de
Bond van Orde" een 32 dames ter be
schikking. Dezen hebben zich vrijwillig
aangeboden, bezoeken de vrouwen en
kinderen der beambten en ambtenaren,
vernemen naar hunne wenschen en spre
ken hun, zoo noodig, moed in. Daar dit
opzoeken in sommige buurten zeer ge
vaarlijk is, vooral was 't dit in de
dagen van spanning, hebben alle deze
dames van den hoofdcommissaris van
politie een signaaltoestelletje ontvangen,
om te kunnen alarmeeren,
En zoo hebben, op rapport der dames,
de leden van hel dagelijksch bestuur
van „De Bond" aan vele aanvragen
kunnen voldoen, en vrouwen die door
stakenden geboycot waren, kunnen
voorzien van levensbehoeften,van brand
en petroleum; eeaie vrouw, die in een
bijna onbewoond huis woonde, naar een
hotel gebracht; aan andere vrouwen ge-,
neeskundige hulp verschaft, voor bakers
en vroedvrouwen gezorgd.
Aan welke angsten die vrouwen van
het spoorwegpersoneel hebben bloot
gestaan, zou uit menig voorval kun
nen blijken, vooral in sompiige buur
ten. Een dei- leden van het bestuur,
de heer Margadant, heeft een kraam
vrouw, wier bevalling elk oogenbl'ik
te wachten wiais, uit de gevaarlijke
buuirt van baar woning voorzichtig
doen dragen in eeh rijtuig, dat lang
zaam, geëscorteerd door 1 korporaal,
4 infanteristen en 2 schutters, naar
het Wilhelm inagasthuis ia gereden.
De lieer Margadant heeft ondanks dit
geleide en ondanks d'e nog aanwezige
politie in die buurt, veel persoonlij
ken moed getoond. Kort nadat de
vrouw in het Wilhelminagasthuis
was, kon de «spoorwegbeambte door
tusschenkomst der dames, het bericht
ontvangen: „Compliment van je
vrouw, 't is een flinke zoon
Deze voorbeelden zijn met vele tei
vermeerderen. De Bond van Orde ia
populair, ontvangt van alle kanten
steun en heeft nog meer steun noodig.
De sigarenfabrikanten vooral laten
zich niet onbetuigd. Justus van Mau-
rik Jr. zond Zaterdag' j.l. nog eenige,
duizenden. en men weet wat voor
een werkman sigaar of tabak betee
kent
Het spoorwegpersoneel is „De Bond"
zeer dankbaar voor al wat hij gedaan
heeft. Menigeen heeft zijn bestaan en,
toekomst aan den Bond te danken.
Treffende dankbetuigingen komen in.
Ook vele brieyen van hen, die gestaakt
hebben, hartroerende brieven van
misleiden, die met vrouw en kind el
lende zien naderen, geluisterd heb
bende naar woordvoerders en de eene
woordvoerster van het Comité van
Verweer. Deze ongelukkigen kan de
Bond niet helpen, te meer, daar het
geheele personeel weder zoo goed als
voltallig iis.
Verspreide berichten.
Men schrijft aan Het Volk:
Nu de directie der H. IJ S. M.
hooghartiglijk afwijzend beschikt op
de aanvrage om haar oud personeel
terug te nemen, is 't wel noodig om
na te gaan in hoeverre deze maatre
gel in verhand met dén toestand ge
oorloofd is. En ik meen, dat. zij op
dit oogenblik, zooal niet bepaalde ar
tikels overtredend, toch indruisclit te
gen den geheelen geesL van de Spoor
wegwet, daar de directie door dezen
maatregel, volgens haar eigen zeggen,
willens en wetens een toestand van
onveilig en onvoldoend verkeer hand
haaft. totdat haai- personeel voltallig
i3 en voldoende 'geïnstrueerd is, om
de dienstregeling meer volledig door
te voeren Dit nu is,een inbreuk op
de concessie, de maai schappij is in
staat om morgen of overmorgen voor
een volkomen normaal en veilig
verkeer te zorgen, als zij baar oude
personeel terug neemt Er bestaat geen
force majeur© meer die haar dit on
mogelijk maakt, het is eene persoon
lijke liefhebberij om het stakende per
soneel 't brood te ontnemen en daar
mee tegenover haar arbeiders en de
buitenwereld een vertoon van macht
te geven. Afgezien nu van het immo-
reele van dit optreden, hetwelk gelijk
waardig is met het afmaken van
krijgsgevangenen in oorlogstijd (al
zou men dit ook evenals hier, vooruit
geannonceerd hebben), zoo blijft er
toch een niet vervullen van hare ver
plichtingen tegenover Staat en rei
zend publiek, zonder de onmogelijk
heid die te vervullen. De regeering
zou op dit oogenblik verplicht zijn,
nu ze de maatschappijen zoo zorgvul
dig door wet en militairen beschermd
heeft tegen aanvallen van arbeiders-
zijde, daartegenover dan ook maat
schappijen te dwingen zoo spoedig mo
gelijk aan hare verplichtingen te vol
doen.
Van andere zijde schrijft men aan
d at blad:
Blijkens de bladen zijn door de
Staatsspoor 600, door de Hollandsche
Spoor 1000 personen ontslagen. De
veelvoudige en ernstige spoorwegon
gelukken der laatje tijden zijn nog
ver.soh in ons aller geheugen. Nu die
nen dus 1600 man die niets van sei
nen, wissels, bruggen, overwegen enz.
afweten, gevaar voor zichzelven, maar
bovendien dubbel gevaar voor anderen
doen ontstaan, in de plaats van 1600
geroutineerde vakmannen en daarbij
zijn nog te duchten daden van ontsla
gen personeel; volgens de eigen ver
klaring van den minister, die zegt 80
pet. der spoorwegongelukken toe te
schrijven zijn aan daden van ontsla
gen personeel. Wetens en willens,
met voorbedachten rade dus, gaan de
maatschappijen terwille van die 1600
man. de veiligheid van duizenden en
nogmaals duizenden buiten d'e zaak
staanden wagen en tevens de eigen
dommen en goederen op 't spel te zet
ten. waaruit verdubbelde eischen tot
schadevergoeding wegens verlies van
leven, eigendommen, en goederen zul
len ontstaan. Is het niet aan de re
geering. thans de maatschappijen er
op te wijzen dat het algemeen belang
tegengaan van meerdere verbittering
eischt?
Gisteravond omstreeks half elf zag
de schildwacht, gejilaatst bij den
Wissel, gelegen in de lijn Dordrecht
Gorinchem 'tusschen dien oveirweg
aan den Dubheldaanschenweg en dien
aan den Krommendijk, drie mannen
in kruipende houding op den spoor
dijk klimmen.
Aangeroepen, verwijderden zij ziet»
niet en gaven ook geen antwoord. D©
schildwacht loste daarop een schot in
de lucht en toen ook dit onbeant
woord bleef een in de richting van 't
drietal, dat. daarna ijlings het hazen-,
pad koos. De garnizoenscomman
dant, de burgemeester en de commis
saris van politie begaven zich terstond
naar de plaats waar de mannen ge
zien waren, maar vonden geen aan
leiding in het gebeurde iets ernstigs
te zien. Vermoedelijk heeft men hier
te doen gehad met kippen- of visch-,
dieven, die wel meer in het donker
trachten zich over den spoorbaan te
begeven.
Als zeker mag worden aangenomen.