I'weede Blad, Behoorende bij „Haarlem's Dagblad" van Dinsdag 28 April 1903 Mr. 60S2 Stadsnieuws. Gniilo Gezelle de groote Vlaamsche Dichter, orerleden 27 Nor. 1899. Hoe stoaxten die idealen, 't hoofd ge bogen Om !t dor gabeent van die in Dietsche taal, In liedi op lied! ben neêrriep uit den boogen, Hun priester met zijn gouden offer schaal. De b re ede en ruime middenbeu k van Brugge's hoofdkerk was geheel gevuld met vrienden en vereerders van den in den Heer ontslapen priester en grooten Vlaamsche®, dichter Guide Ge. zelle. toen in de wintermaand van het jaar 1899 zijn lijkdienst werd gevierd en zijn stoffelijk overschot werd ter aarde besteld. Een koninklijke begrafenis om de groote menigte vrienden en vereerders uit alle rangen en standen der samen leving. die den lijkstoet vormden. V oor name edellieden en schamele am bachtsgezellen, werklieden en rijke burgers, dorpspriesters en Brugge's kerkvoogd' met zijn Kanunniken, de stedelijke Raden van Brugge en Kort- rijk, Provinciale Raden en 's Lands Minister waren er bij tegenwoordig. En toen de wierookswolken opstegen in Brugge's kathedraal bij den H. Of ferdienst. gevierd voor de zielerust van Guidlo Gezelle, toen waren deze het beeld zijner hoog-reine en. Christe lijke kunst. Want ja, een tempel Gods.een kathe draal Was zijne kunst,., en wierookwolken tegen Er geurende om... en machtig lofko- raal Klonk langs de hooggeheven, mar meren bogen, Zijn stoffelijk overschot werd in de groeve ter ruste gelegd en zijne ziel had genoten het door hem zelf eens nagedichte uit Longfellow's Hiawatha. Hem is hij een stap genaderd Die die bronrue is aller zangkunst Die de bronne is aller schoonheid1. Aldus vangt de Katholieke Gids in haar Novembcr-aflevering het artikel over „Guido Gezelle" van den heer J. van den Brink aan, een artikel vol warme waardeering voor clen grooten Vlaamschen dichter, waarin hij wordt, geschetst als een modern dichter, wiens idealen speelden in het ernstig- christelijk-e en in de katholieke levens beschouwing. Maar met nog meer waardeering en enthousiasme heeft Vrijdagavond pas toor Hugo VeiTiest over zijn vereer den leermeester Guido Gezelle gespro ken in een voordracht, welke hij op uitnoodiging van liet Algemeen Ne- dierlandsch Verbond in het Bronge bouw hield Het was een schoone avond vol heerlijke poëzie, die ons gisteren ge schonken werd. De priester Hugo Ver. r-iest sprak vol vuur en liefde van den man, die zij® leermeester en zijn vriend was geweest. Achtereenvolgens schetste hij Gezel- le's dichterlijke en rijke leven en diat op eene wijze, die zijne toehoorders van het begin tot het einde als 't ware aan zijne lippen deed hangen. Zijn geheele zoet-vloeiende voordracht door levendig gebaar ondersteund', was één juichtoon over de grootheid zijns meesters. De levensschets van Gezelle, de we dergave van verschillende gedichten, dat alles getuigde van den diepgaan- den invloed, dien Guido Gezelle als een priester zijner taal, en door zijn geheele hooge wezen gehad' heeft op degenen, die hem omringden. Guido Gezelle was een van die weinige mannen, dlie geheel uit zich zelf is gegroeid; die zich gevormd heeft uit eigen kracht Hij was de. zoon van een eenvoudi- gen, verstandigen hovenier, den vol bloed Vlaming Gezelle. die met welge vallen de dikke bloedaderen op zijne gespierde armen placht te toonen, daar er het oudé, vrije Vlaamsche bloed in stroomde; één van die man nen „die men op de doeken van Ru bens aantreft. Guide's moeder was eene stille godvruchtige vrouw. Behalve aan Guido schonken zij ook nog het leven aan Roman Gezelle, in wien een beroemd beeldhouwer ver- iloreln ging en aan Joseph Gezelle, wiens woord nog heden dag aan dag zijn parochianen het goede leert. Ook zijn zij de grootouders van nie mand minder dan Frans Laieu-r (Stijn Streuvels) en den jongen beeldhouwer Karei Lateu-r. De geheele familie Gezelle heeft spr. goedl gekend. En wanneer hij! den jongen Stijn Streuvels, den jeugdigen bakker-schrijver van onder tot bo ven met meel bestoven liet lichaam krachtig, uit zijne bakkerij op hem ziet toekomen dan is het of spreker den ouden hovenier weer voor zicli ziet, de vader van Guido Gezelle, die den geest zijns vaders en de diep ge voelende ziel en dichterlijke phantasie zijner moeder bezat. Reeds als student-poortier van het klein seminarie te Roussetaere toonde hij zijn lust tot dichten. Volijverig luisterde hij steedis naar hetgeen er omging in de straat., naar hetgeen daaruit opklonk in het Vlaamsch, dat hem o. zoo liefelijk klonk. In zijn zakboekje schreef hij steeds de liedjes der Vlaamsche kinderspe len; hij beluisterde de Vlaamsche volkstaal in al haar klanken, en ving daarmede een arbeid aan, waaraan hij later, als samensteller der Vlaam sche folklore, tal van jaren besteedde. Als 5-j arige studiënt kreeg hij een plaats od het seminarie toen hij met zijn eerste gedicht ..Waarom droeve wilgenboom Staat gij op don Mandelstroom". toomdie, dat wad zijn examen ontoerei kend. zijn kop wel toereikend was. Geen dichter was er op de wereld, die zulk een rythmus en een klank heeft als hij. Klank en rythxnus wa ren voor hem poëzie, gedachten zon gen hem daarom tegen uit huppelen de kinderversjes als: Vanwaar komt gij getreden. Brunnelleke, Brunnelle- ke?" Wat heeft Gezelle gedaan? Hij heeft het onderwijl vastgegrepen en buiten gezet, en ons heeft hij de ooige®. ooren en lippen geopend, en ons leven gevuld met zonaiesta-alen. Heel Vlaanderen heeft hij omge gooid. Wisten wij vóórdat Gezelle het pro fessoraat in de klasse der poëzie be kleedde. weinig van de poëzie af. in enkele weken wrochtte hii in ons won- doren. Hij bracht Homerus, I-Ioratius. Shakespeare, Goe-the enz., zóó dicht tot de geesten zijner hoorders, dat voor immer 'die liefde tot de groote mannen van vroeger en later tijden in hun ziel werd gevestigd, 't Was als straalde er hij de lezing dier werken een helder zonnelicht van hem uit, en zijne leerlingen geraakten in ze-, kere vervoering door het woord van Gezelle. Vaak zwierf Gezelle met zijne leer lingen dooi- beemd e® veld; ook wel bij nacht. En dikwijls vond men dan eeni. ge dagen later de intieme schoonhe den der natuur geopenbaard in één van die heerlijke liederen, waarvan Gezelle's ziel steeds vol was. Na 1 1/2 jaar wóe Gezelle opeens professor af. Hij had het ouderwetsche onderwijs buiten gezet, en nu zette dit hem buiten. 25 jaar lang heeft hij geleden. Eerst omstreeks '85 is er te Kortrijk eenig geluk voor hem gekomen. En evenzeer als zijn leerlingen Gezelle be minden ,zoo hield geheel Kortrijk van liem, van den man, aan wien. Vlaan deren zijn bloei en groei te danken heeft. „Gezelle is dood. Leve Gezelle!" aldius ündigd'e spreker zijn boeiende voordracht, waarvoor de aanwezigen hem met luid applaus dank zegden. Daarna sprak de voorzitter nog enkele hartelijke woorden van dank tot Pater Hugo Verriest. Koloniën Atjeh. Aan een aan het gewestelijk bestuur van Atjeh en Onderhoorigheden ont vangen telegram van 24 Maart wordt door de Java Ct. het volgende ont leend Gouverneur vertrok 21 Maart naar Noord- en Oostkust. Onderluitenant Christoffel zette de achtervolging in Boven Pira voort, maakte hij ver schillende aanrakingen acht vijanden onschadelijk. Compagnie Oort pa trouilleert thans in Boven Woila.Lui- tenantBoreel kreeg in Meureudoe geen aanraking met vijand, bij door zoeken van een huis 2 Amboineesche marechaussees licht gewond, luite nant Boreel onbeduidendis thans in Boven-Samalanga. Kapitein Swart had in gebergte verschillende aanra kingen^ met vijand;, die steeds uit week, 7 hieven in handen. Colonne Later maakte zeven vijanden onscha delijk, vernielde vele voorraden mu nitie en rijst op ladangs, waarbij door geweerschot levensgevaarlijk -ewond een inlandsch fuselier. Een mare chaussee-patrouille van u'it Geudong deed 13 vijanden sneuvelen. Bij pas- sen-confrole nabij Paudra door 2 At- jehers met rentjong verwond een Am boineesche sergeant eaa gesneuveld een inlandsch marechausseede aanvallers vonden den dood. Bij overvalling huis Matang Ra ja niet levensgevaarlijk gewond Europeesch fuselier Arnold (alg. st. no. 43270.) Aan een uit Koeta Radja ontvangen telegram van 28 Maart wordt door de Java Ct. het volgende ontleend: Colonne Darlang overviel in geberg te Meureudoe deel bende T. Ben Peu- kan, 3 vijanden, 1 Beaumont, 2 voor- laad en blanke wapens in hand an. Colonne Watrin overviel 26 cfezer in Keumala ladang Reudeub 4 vijan den met 1 Beaumont, 1 donderbus, en blanke wapens in handen. 27 Maart verraste hij schuilplaats Pang Amat aan Aloeë In-tan, 22 vijanden sneuvel den. 4 Beaumont, 2 voorlaad, 1 don derbus, 1 revolver, veel munitie en blanke wapens buit. Een colonne onder majoor de Jeer patrouilleerde 10 tot en met 18 Maart aan die Pira en Leuhob. Borneo; Onder dagteekening van 24 Maart seinde de resident dör Zuiden- en Oosterafdeieiling van Borneo, als volgt: vjcertien Maart colonne honderd bajonetten per Barito naar Mangka- hoei, alwaar bivak betrokken. Vol genden dag met Barito opgestoomd tot Batoe Oempoer, van waar een pad in richting Moeroe en Ploenglcoeh zou loopen; dit verkend voox-bij Ta- wai Baroe tot Soengei Oedjoe, waar bergterrein begint. In vuurgevecht met vijand een zwaar en een lichtge wonde aaxa onze zijde. Terug Mang- kahoei, van waar volgenden dag ver kenning landwaarts in tot een lood recht opgaande, door dien vijand be zette rotsmassa den weg versperde. Hier kregen wij een licht gewonde. Omtrfekkirig onmogelijk, ook omdat terrein onder water staat. Zeventien te Poeroek Tjahoe terug. Overige pa trouilles- Poeroek Tjahoe geene ont- moetingen. Rechtszaken. Frank vau der Goes. Wegens plaatsgebrek moest in ons vorig nummer he.t pleidooi vair Mr. Meidels ontbreken. Wij laten het hier thans in hoofdtzaak volgen: Bekl is beschuldigd van opruiing en pleiter verkeert in een embarras du choix, welk middel van verdediging hij tegen het requisitoir van den offi cier zal aanvoeren. Hem staan ten dienste: le. De nietigheid; der dagvaarding; 2e. Dat het feit niet is gepleegd dat wordt ten laste gelegd, en 3e. Dat, al neemt men aan, dat het feit gepleegd is, het niet strafbaar is. Wat betreft de nietigheid der dag- vaaaTding, zegt pleiter, dat daarin een ongeoorloofd alternatief gesteld is, immers daarin staat „althans door woorden van gelijken zin, bet eekenis en strekking.'' De officier heeft blijk baar zelf gevoelcl. dat de aangehaalde woorden niet vaststonden. Er is dus geen bepaald feit ten laste gelegd. De dagvaarding dient immers om den bekl. in de gelegenheid te stellen zich op al'le punten te kunnen verde digen en hier wordt gezegd „woorden van gelijke strekking" .waarop geen verdediging mogelijk is. Pleiter haalt als voorbeeld aan een arrest van den Hoogen Baad, waarbij een dagvaar ding werd nietig verklaard, omdat daarin werd. ten laste gelegd, diefstal van „een pendaile en andere voorwer pen', terwijl niet vaststond, welke die andere1 voorwea-pen waren. Verder gaat pleiter de woorden na, die in de dagvaarding worden ten laste gelegd en komt tot de conclusie, dat die woorden volstrekt niet vast staan. Immers de politie-beambten, deskundigen in het bezoeken van so cialistische vergaderingen, hebben niet gehoord dat er gezegd is: ..als den sol daat geboden wordt: schiet", zooals is ten laste gelegd. Ook de verslaggevers Berckenhof en Do Jong hebben dat niet gehoord, slechts de heer Peaux heeft gehoord „als er gecommandeerd wordt: schiet", volgens zijn verslag maar pl. wenscht uitdrukkelijk te constateeren, dat de politieambtenaren dat niet gehoord liebben .evenmin als de beide andere verslaggevers Beklaagde heeft dan ook ten sterkste ontkend deze woorden gesproken te hebben. Wat betreft de instructie zegt plei ter dat wanneer beklaagde gezegd heeft: iets dergelijks heb ik wel ge zegd hij nog niet heeft toegegeven de woorden gesproken te hebben, zooals die nu in die dagvaarding staan. Ten slotte concludeert, pleiter dan ook dat, w-aar uit de getuigen verklaringen is gebleken, dat de woor den, in de dagvaarding vermeld, niet door beklaagde geuit zijn, reeds op dien grond- vrijspraak zou moeten vol- gen. Maar al waren die woorden juist, dan nog acht pleiter het opzet om op te ruien niet aanwezig. Immers, voor opruiing wordt vereischt opzettelijke ophitsing. Dit is ook de meening van Mr. Noyon. „Het zal in Nederland niet mogelijk zijn, heeft deze ge zegd iemand te veroordeele.il, om dat hij zijn denkbeelden verkondigt over het militairisme, of omdat hij kritiek uitoefent op regeeringsdaden." Pleiter is verder van oordeel, dat de politieambtenaren, die blijk heb ben gegeven niet te weten wat „Com mune" was, niet de bevoegde perso nen waren om te oordeelen of de le zing al dan niet viel onder de straf- I wet. Pleiter haalt nog een verklaring aan, in 1890 door mr. Patijn voor den Hoogen Raad afgelegd, waarthj ge zegd werd „Het zal in de meeste gevallen van opruiing of bij opzètting tot een con creet feit, noodig zijn, de verschillen de zinnen in hun onderling verband te beschouwen." Pleiter zet verder uiteen, dat bekl. slechts theoreticus is. Treub heeft het reeds gezegd, hij komt altijd terug op hetgeen hij als dogma beschouwt (de Marxistische theorie.) Dien avond dat, de lezing gehouden zou worden, was hij geheel onvooi'bereüd, hij sprak slechts de -dingen uit, waarvan hij vol was. Het is nooit de leer geweest van be klaagde zoo gaat pleiter voort dat de soldaten moeten deserteeren. Hij heeft slechts de theorie van Be- bel verkondigd „De- revolutie op de barrikadeu en de gevechten in de straten is onzin en voorgoed voorbij de revolutie moet thans gebeuren in de dingen, 'in de hoofden, het leger is nu nog niet op onze hand, maar het zal spoedig op onze hand komen." Deze man is niet een huichelaar, een persoon, die draait, Het zijn niet de eersten de besten, die het. verkla ren. maar mannen van politieke en sociale beteekenis. Deze man vreest de gevangenis niet, maar hij wenscht niet in de gevangenis te komen op grond van hot feit. dat de officier van justitie spreekt van anarchisme en burgeroorlog, terwijl de kennis van zijn stijl tot een gansch tegenoverge stelde opinie nïoest voeren. Dezelfde man die nu terechtstaat is uit een van de gegoede Amsterdamsche krin gen gesproten. Toen Doniela Nieu- wenhuis veroordeeld werd, schreef bekl., hoewel nog geen socialist, een brochure, „Majesteitsschennis", hij werd daarvoor van de beurs gedron gen dezelfde man werd indertijd uit de socialistische partij gestooten. om dat hij opkwam tegen Rornela Nieu- wenhuis, op het oogenblik. dat deze de vergode man was. Neen, voor per soonlijk leed is deze man nooit te ruggedeinsd. Hij mag volgens pl. niet veroordeeld wordenlo. omdat de dagvaarding niet goed is 2o. omdat het feit niet is bewezen. 3o. omdat, ook al moest worden aangenomen, dat hij gezegd heeft, wat men hem ten laste legt, het op zet, de bedoeling om op te ruien, niet aanwezig is geweest. Gemengd Nieuws. Blauwe huid. In den laatsten tijd is door een aantal doctoren het voorkomen van een merkwaardige blauwe kleur van do huid tussche® de teene®, voor- namelijk bij jonge meisjes, geconsta teerd. Zelfs specialiteiten in huid- zeikten wisten zich geen rekenschap te geven van het ontstaan van dit verschijnsel. Men meende te doen te hebben met een ziekelijk proces in de huidafscheiding op een ontbin ding van het zweet door bacteriën, enz. De Engelsche dokter Hall' is nu

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1903 | | pagina 5