NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD Meestgelezen Dagblad In Haarlem en Omstreken. De Gouvernante. 20e Jaargang Dinsdag 30 Juni i903. No. 6134 'S DA Abonnementsprijs Voer Haarlem per 5 maandeaf 1.20 Voor de dorpen la den omtrek waar 6en Agent gevestigd is (kom der gemeente), per S maanden 1.30 Franco door het geheel.® Rijk, psr 3 maanden1.65 Afzonderlijke irammorz O.QiVt Geülcetreerd Zondageblad., vcoir Eaarlem, per 3 maanden0.371/» de omstreken en franco per post. 0.45 Advertentiën Van 1—5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem ie de prijs der Advertentiën van 15 regels 0.75, elke regel meer f 0.15. Grooie letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat Reclames 30 Cent per regel. Bureaux: Ztifder Batten spaar 11e No. 6, intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 122, Groote Houtstraat No. 55. Telefoonnummer 724. Uitgaf* der V*rnootschap Leuren* Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM. M®®a®aain4«ai sa Afivertoattfia. wia efimgenom«& dco? oase Agsntea en door *11® Boekhandelaren en Courantierc. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën Reclames betreffend® Handel, Nijverheid e® Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. DBti gIxa wersohlj/nt dag*£ifk&;: b&fosfais! Zen" «a Feestdagen* Haarlem's Dagblad ran 30 Juni b3?at o.a. De Inhuldiging van den koning van Servië, Over de herstemmin gen in Dnitgchland, Naar Afrika terug!, Nieuw veevoeder, Provin ciale meeting. Hwfdagenten voor hel Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère L, 3AD BE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs 3 Ibis Faubourg Montmartre. Slappe bestrijding, De heer A. J. Wildschut komt in de jWekker van Zaterdag j.l., niet zonder blijdschap, verkondigen, dat hij een .nummer van Haarlem's Dagblad van 28 Mei heeft bewaard en derhalve in staat is om mijne aanbeveling van de candi- I datuur-Rinkema voor den Raad te be- j strijden. ïsoodig was die bewaarderij niet. Mocht de heer Wildschut eventueel later nog eens een artikeltje uit Haarlem's Dagblad willen, bestrijden en toevallig géén ex. meer bewaard hebben, dan stel ak onzen ligger op het kantoor tot zijn j beschikking. Te hopen is het voor hem, dat hij dan gelukkiger zal wezen met zijn antwoord, want dezen keer is het al een heel slappe bestrijding. In mijn artikeltje is de heer Rinkema ter vervanging van. den heer Roog aanbevolen als een bekwaam bouwkundige en goed spreker en tot be wijs van het eerste voerde ik aan, dat hij door zijn vakgenooten waardig ge- keurd is, hunne vakvereeniging te pre- sideeren. Wat doet nu de heer Wildschut? Be toogt hij, dat de heer Rinkema géén de gelijk vak man is? Integendeel. „Aan zijn bekwaamheid als vakman wil ik niet tomen", zegt de heer Wildschut, maar toch zit dit voorzitterschap hem dwars in de maag en vraaigt hij mij, of ik soms meen, „dat dit zoo'n begeerlijke betrek king is?" Wel neen, dat meen ik allerminst. Ik geloof zelfs met den heer Wildschut, dat het in veel gevallen een lastige en on aangename post wezen zal, maar dat vermindert toch niet de bekwaamheid van den heer Rinkema ais vakmam!! De vraag is niet of het een plezierig baantje is, maar of iemand die daartoe door zijn vakgenooten geroepen werd, daardoor blijkt een degelijk vakman te zijn in de oogen van hen, die dat konden beoordeelen. En dan zeg ik van ja en durf er zelfa bijvoegen, dat de heer Rin kema energie getoond heeft door het aan vaarden van. dit voorzitterschap, waar van hij heusch wel wist, dat het meer zuur dan zoet pleegt op te leveren. Maar de heer Wildschut heeft een an der bezwaar. Hij weet niet of de heer Rinkema wél voorstander wezen zal van beter toezicht op steiger- en klimmate- orïaal, beter gelegenheid om te schaften, beter ingerichte privaten enz. Hij zegt niet, dat de heer Rinkema daarvan, géén voorstander is, maar hij weet het niet, zet achter deze vragen een vraagteeken. Hij twijfelt dus, helt blijkbaar over naar de meening, dat de heer Rinkema dit alles niet zal wenschen omdat al deze zaken „neerkomen op meer uitgaven. dus minder winst". En, zegt de heer Wildschut vroeger, de heer Rinkema „zou in de klem raken tusschen zijn ver- lenigingen, wilde hij in den Raad aan. „dringen op vermindering van uitgaven „van alle door de gemeente uit te voe- „ren werken". Ligt het aan mij, dat ik niet vat hoe de heer Wildschut tegelijkertijd vreest, dat de heer Rinkema de uitgaven voor bouwwerken niet verhoogen en niet ver lagen zal? Het eenige wat er uit te putten valt is, dunkt mij, dat de heer Wildschut veronderstelt, da.t de heer Rinkema nut tige verbeteringen voor de werklieden zou tegenhouden, omdat daardoor de winst voor de aannemers, zijn vakge nooten, kleiner worden zou. Is dit inderdaad zijn bedoeling, dan wijs ik er op hoe volkomen onjuist deze beschouwing is. Immers, wanneer den aannemer nieuwe voorwaarden worden voorgeschreven, die de kosten van 't werk hooger maken, dan brengt hij die na tuurlijk bij zijn inschrijving in rekening. De aanbestede-r betaalt ze dus en niet de aannemer van zijn winst. Zou iemand bijvoorbeeld veronderstellen, dat zij die inschreven naar de nieuwe school, de 1200 voor ongevallenverzekering daar bij niet in rekening hebben gebracht? Natuurlijk hebben zij dat wel gedaan. Bovendien ben ik er zeker van, dat de heer Rinkema breed genoeg denkt, om zich bij zijn besluiten niet door allerlei kleine overweginkjes te laten leiden, maar de hoofdzaak alleen in 't oog hou den zal. Genoeg om te doen zien, dat de bezwa ren van den heer Wildschut tegen mijn artikeltje wegkruimelen als ze maar even worden aangevat. J. C. P. Buitenlandsch Nieuws Engeland. Er was bericht gekomen, dat de Mol- lah van Somaliland tusschen Bohoile vijf Engélsche posten overmeesterd heeft. Van de 42 Engelsche officieren zouden er 39 gedood zijn en 2000 Inlandsche sol daten gevangen genomen. Reuter's agentschap echter is „offi cieel gemachtigd" om dit gerucht uit Parijs tegen te spreken. 't Zou de moeite waard zijn te weten hoeveel gewicht aan die op officieele machtiging gedane uitspraak mag wor den gehecht. Finland De Czaar heeft op de verzoekschriften van 79 Finnen, die zich in 1902 niet heb ben aangemeld om hun dienstplicht te vervullen, vragende om hen alsnog in de gelegenheid te stellen nu hun dienst plicht na te komen, gunstig beschikt en tevens de petiüonarissen. straffeloosheid verzekerd. De Czaar heeft Bobrikof, den gouver neur-generaal, overigens last gegeven, alle dienstplichtigen, die in 1902 niet zijn opgekomen en oprecht berouw heb ben over hun gedrag, ongestraft te laten en ben evenals bovenbedoelde petitiona. rissen onverwijld bij de militie in te lij ven. Dnltschland. De „Köln. Ztg". zegt in een beschou wing over den uitslag, dat over het al gemeen de herstemmingen de lijnen die zich reeds bij de eerste stemming duide. lijk afteekenden, nog verscherpt hebben. Verpletterd zijn alle hoofdlieden van den Bund der Landwirte; de snorkerigste van alle partijen komt met een leege wei- tasch en bedrukt gezicht thuis. Het agra rische gevaar nam m het bewustzijn van het Duitsche volk een ruime plaats in en het heeft de gemoedsstemmingen ge wekt, die zich in millioenen stembiljet ten ontladen hebben. De victorieuze op- marsch van de sociaal-democraten heeft tal van redenen, bij welker opsomming men bij den onbevredigenden oecono- mischen toestand zou kunnen beginnen, om ten slotte alle vormen van politieke en persoonlijke ergernis door te gaan. Maar ongetwijfeld hebben uitgebreide kringen bijzonder dringend behoefte ge voeld, om tegen den dreigend opbruisen- den agrarischen stroom een beschermen den dam op te werpen. Menigeen heeft, volgens de Kölnische, een sociaal-demo cratisch biljet in de bus gedaan, omdat hij besloten was, op de scherpste wijze zijn stem te verheffen tegen de agrari sche plannen. Men hield zich niet op met vrijzinnige mengsels, maar greep dadelijk naar de recepten van Bebel en Singer. De verkiezingen hebben het drei gende agrarische vlammenschrift doen verdwijnen, zooals de schoolmeester het krijtschrift van den schoolknaap met een spons van het bord veegt. Maar ge bleven is het succes van de sociaal-de mocratie, die groeit tot een schrikwek kende hoogte en breed en krachtig ont wikkeld in den Rijksdag komt. Het be roemde boffen (Schweineglück) van de sociaal-democraten is opnieuw bewaarheid. De ongelukzalige ver snippering van de burgerlijke partijen, die zelfs in een ernstige ure hun klein getwist niet kunnen vergeten, heeft hun weer tal van mandaten bezorgd, die men door een verstandig samengaan had kun nen redden. Vooral kan men nu reeds zeggen dat wij in menig kiesdistrict geen rouwmisbaar behoefden te maken, als het centrum zijn nationalen plicht had vervuld. -Als de nationaal-liberale partij er desniettegenstaande goed is afgeko men, zoo heeft zij geen reden, om het centrum te bedanken. Het schijnt dat de nationaal-liberalen, als men de so cialisten niet mederekent, de eenige partij zijn die nauwelijks een mandaat verspelen, al verliezen zij ook wakkere en beproefde strijdgenooten als Basser-- mann, Hilb'ck en Franken. De beide ïinksliberale partijen zijn er ook bij de herstemmingen niet al te best afgeko men, en wanneer de vrijzinnige volks partij den verkiezingsstrijd in Berlijn als een overwinning viert, dan is het dat na het verlies van alle andere Berlijnsche mandaten een zeer poovere triomf. Niet erg goed is het centrum voor den dag gekomen dat zoowel in het Westen als in Opper-Silezië veêren gelaten hèeft en eerder met een klein verlies dan met winst uit de verkiezingen te voorschijn zal komen. Bijzonder smartelijk moet het voor die' partij zijn dat zij in Opper- Silezië twee mandaten aan de Polen heeft moeten afstaan, waarbij een van zijn leiders Letocha gevallen is. Men mag benieuwd zijn, welke houding het centrum zal innemen tegenover dit stof felijk nadeel voor zijn Opper-Silezische filiaal, waarop het zooveel te meer recht meende te hebben, daar het aan de Polen de provincie Posen overgelaten heeft. Een hoogst onverkwikkelijk verschijnsel is dat de Poolsche stemmen zeer aan merkelijk zijn toegenomen. Maar zooveel te verblijdender is het, besluit de Kölni sche, dat in Elzas-Lotharingen de pro testpartij afgedaan heeft (de gekozen Elzassers behooren tot de klerikale lands, partij) en de overgang tot het Duitsche element, al zij het ook in verschillende vormen, zich steeds duidelijker toont Nu de uitslag der laatst gehouden her stemmingen bekend is, blijkt de Duit sche Rijksdag te zijn samengesteld als volgt: Conservatieven 52; Rijkspartij 19; An tisemieten 9; Centrum 100 en 2 hospitan- ten; Nationaal-liberalen 51; Vrijzinnige Volkspartij 21; Duitsche volkspartij 6;Vrij- zinnige Vereeniging 9; Sociaaldemocra ten 81; Elzassers 9; Polen 16; Welfen 3; Boerenbond en Landwirte 7; Denen 1; Wilden 11. „De Post" beweerde Zaterdagavond, dat door de sociaal-democraten in Ber lijn II onbeschaamde bedriegerijen bij de verkiezingen zijn gepleegd, waar van de 81.090 stemgerechtigden volgens de adreslijsten van de post omstreeks 5000 overleden of vertrokken zijn. Van deze 5000 niet meer aanwezigen hebben niet temin 1000 gestemd. „De Post" komt tot de conclusie, dat dit sociaal-democraten zijn geweest, die onder vaische namen gestemd hebben. De „Vorwarts" ant woordt daarop: In de eerste plaats be hoorde de „Post" het met feiten ge staafd bewijs der beweerde bedriegerijen te leveren. Vervolgens schijnt echter do „Post" ook niet te weten, dat de kiezers, die eerst kort geloden verhuisd zijn noig hadden te stemmen in het district van hun vroegere woning, waar zij nog op de kiezerslijsten staan. Er is vandaag een algemeene opschud ding over de veronderstelde ontdekking van de „Post", die tot een ambtelijk on derzoek aanleiding zal geven. Servië. De Inhuldiging. Met groote pracht en praal heeft Donderdag de inhuldiging van den nieuwen koning van Sen-ie plaats go- had. De vereenigde zitting van Senaat en Skoeptschina, waarin de koning den eed zou afleggen, werd voorafge gaan door een korte godsdienstoefe ning, door den metropolitaan (denzelf den die indertijd koning Alexander heeft ingehuldigd) geleid. Om negen uur 's morgens werd de zitting do:r Velimirowits, den president van den Senaat geopend met de mededeeling dat de koning den eed op de Grond wet zou afleggen. Twintig minuten later trad de koning omhangen met al zijn ordeteekenen en met den purpe ren koningsmantel, de zaal binnen, vergezeld van zijn ministers. De me tropolitaan opende de plechtigheid met een kort gebed, en las daarna de eedsformule voo- welke door den ko ning met luider stem werd herhaald, terwijl rondom de „zivio's" der afge vaardigden weerklonken. Nadat de metropolitaan den zegen had uitgesproken zong de vergadering het Servische volkslied. Daarna ging de koning naar buiten om de troepen te inspecteeren. In den loop van den dag vaardigde Peter een proclamatie uit luidende als volgt: ..Aan mijn bemind volk! Dit oogen blik. het eerste waarop ik als koning tot het Servische volk spreek, is van groote beteekenis, zoowel voor mij als voor het land. De volksvertegenwoor digers hebben, in overeenstemming met de gevoelens en' de wenschen van heel het volk. mij met algemeene stemmen tot koning verkozen. Ik nam de benoeming aan en heb heden inge volge de voorschriften van de Grond wet, ten overstaan van de volksverte genwoordiging den eed afgelegd, als konstitutioneel koning van Servië. En hiermede zii mijn geliefd volk kond gedaan, dat ik van heden af in mijn koninklijke rechten en verplichtingen treed. «Door den wil van de Voorzienig heid en van het volk. dat een eeuw geleden mijn grootvader Karageorge koos tot voorganger in den heiligen strijd voor de onafhankelijkheid, heb ik eveneens den troon van het ko ninkrijk Servië beklommen, waar mijn vader prins Alexander, door het Ser vische volk gekozen, gedurende zes tien jaar op heeft gezeteld. Gewoon om ten allen tijde oprecht en eerlijk te spreken en te handelen, en besloten om al mijne zorgen te wijden aan het geluk en de welvaart van het volk, beschouw ik het als mijn eer sten plicht om op dit plechtige oogen- blik mijn innige overtuiging uit te spreken .dat de hecrscher de drager moet zijn van de vriiheid en den voor uitgang van het volk. Ik zal een waar constitutioneel koning van Servië zijn. Al de grondwettelijk© waarborgen voor de vrijheid en de volksrechten, die de basis vormen van elke regel matige en voorspoedige ontwikkeling, zoowel als van alle nationalen voor uitgang en constitutioneel leven, zijn voor mij geheiligde rechten, welke ik altii'1 zorgvuldig eerbiedigen en bewa ken zal. Ik verwacht dat iedereen het zelfde zal doen. Door deze gevoelens bezield, zal ik niet over het verleden spreken en het aan de geschiedenis overlaten een ieder volgens zijn daden te oordeelen. Trouw blijvend aan de traditie van Servië's voorvaderen, zal ik mii in de buitenlandsche politiek laten leiden door de plichten, welke door den toe stand van het oogenblik aan het Ser vische volk worden opgelegd en zal ik terzelfder tijd vriendschappelijke be-, trejkkingen onderhouden, voorname lijk met de naburige mogendheden, zooals dit door de noodzakelijkheid voor heel Europa om eensgezind te zijnL wordt geëischt. Mijn dapper leger, hetwelk ik hier mijn koninklijken dank betuig voor zijn diensten en zijn toewijding aan het vaderland, zal ik opvoeren tot een hoogte, die beantwoordt aan de wen schen van het Servische volk Tege lijk met de uitdrukking van deze wen schen en p-edachten, gevoel ik ten volle de moeilijkheden en den omvang van mijn plichten als heerscher. Ik ben echter overtuigd van den loyalen steun van mijn volk en ik vertrouw dat met de hulp van God en van mijn volk, ik aan Servië welvaart, vooruit gang en voorspoed zal kunnen bren gen". Ontdoet men dit manifest van de bij dergelijke gelegenheden gebruike lijke woordenpraal, dan blijft et niets anders over dan de dankbetui ging van den koning aan zijn ..dapper leger", wegens de „diensten" aan liet vaderland bewezen. Men schijnt dus te Belgrado niet eens noodig te achten, den schijn aan te nemen van een vervolging der moordenaars. Het spreekt, vanzelf dat de kronings dag te Belgrado met allerlei volks- vermakelijkheden werd beslolen En in den grafkelder van het huis Obrenowits liggen twee verminkte lij ken een koning en een koningin vermoord door dezelfde lieden ctie thans den nieuwen koning toejuichen. Stadsnieuws. Haarlem, 29 Juni 1903. Zondagmorgen geraakte aan de Zo- mervaart een melkwagen bespannen met een paard te water. Door spoedigs hulp mocht het gelukken beiden spoe dig op het droge te brengen. „Jozef II a y d n." Men (nl. de ge- inviteerden) herinnert zich zeker nog wel de schoone uitvoering van boven genoemde vereeniging in „de Kroon" waarbij zeer verdienstelijk als solist ten (alt en viool) optraden eenige da mes en als accompagnateur het veel belovend zoontje van den directeur. Naar aanleiding van die uitvoering hebben eenige invloedrijke heeren ta dezer stede een circulaire rondgezon den met het doel hen. die gevoel en smaak voor muziek en zang hebben, op te wekken lid of donateur van ge noemde vereeniging te worden. Het plan van den directeur is. om op de te geven soirée in het a.s. sei zoen, ook dilettanten, die niet van hunne muzikale studiën een beroep wenschen te maken, gelegenheid te geven zich in het openbaar te doen hooren. Voor vele dilettanten, dikwijls gelijkstaande met beroepsmusici zal dit eene welkome gelegenheid 'zijn hunne muzikale talenten aan het pul bliek te toonen. Onder de beproefde leiding van den dnecteur, den heer N. II. Andriessen W0^dLV00r,elk de gelegenheid open- gesteld zich bij hem aan te sluiten tot beoefening van solo's, duo's, trio's of kwartetten v°°r zang of op instru mentaal gebied. is ongeveer 50 leden sterk .repeteert zomers eens in de maand en des winters eiken Vrijdag. Concert Brongebouw. Voor de soirée van Haarlemsen Muziekkorps ln liet Brongebouw was hut Zondag een uitgezochte avond. Vandaar dan ook bet FsEïiïetOK, Uit hst Engelsch naar DOROTHEA GERARD. Toch schijnt daardoor haar belang stelling voor de huishouding niet ver dwenen te zijn. Ofschoon, zij steeds bezig is ingewikkelde intrigues klaar te maken, maakt zij zoo nu en dan ook jams klaar en te midden der aandoenlijkste tafereelen drijft baar huishoudelijk geweten haar plot seling uit het land der verbeelding naar dat der werkelijkheid en met de pen in de hand» vraagt ze zich af of ze al of niet haar orders voor den bleeker heeft gegeven. De jams zijn niet goed ik heb ze geproefd; over de novellen kan ik niet oordeelen, om dat ik nog niet den moed heb gehad er een te lezen; maar te oordeelen naar verschillende kleinigheden in de huis houding, heb ik ernstig vermoeden, dat zij niet goed' betaald worden. Als ik ongelijk had, dan zou het gelaat van Mrs. Grant niet zoo'n afgetrokken uitdrukking vertoonen op momenten, dat literatuur en huishouding zoo pijnlijk met elkaar in botsing komen, als bijvoorbeeld om tien uur de keu kenmeid met een woedend gezicht komt vertellen, dat er geen vleesch voor de lunch in huis is. of als de werkmeid dreigt den dienst op te zeg gen als er niet direct gezorgd wordt voor een nieuw stel bezems. Als ik mij niet vergis, dan zal ik in dit huis zoo nu en dan op mijn trac- tement moeten wachten; maar ik heb te veel medelijden met dat letterkundig huishoudelijk sloofje om er mij veel van aan te trekken. Ik help waar ik kan, en heb geleerd voor een dioer te zorgen zoowel als ping-pong te spe len; maar natuurlijk is mijn plaats toch eigenlijk la de leerkamer en Miss Grant heeft het veel te druk met haar sport en wedstrijden om in huis eenigszins van nut te kunnen zijn. Deze athletische jonge dame vertegen woordigt een van de grootste zorgen harer moeder. Al die tennis- en wie- Ierpakjes kosten veel geld. te meer omdat Edith evenmin in haar cos- tuum als in het spel door iemand an ders overvleugeld wil worden. Het ie de dierbaarste wensch van Mrs. Grant haar een goed huwelijk te laten doen, en om dien reden kan ik haar niet laken. Op 't oogenblik heeft zij haar hoop gevestigd op een verhaal, getiteld ,,Een Bed van Rozen", waaraan zij bezig is de laatste hand te leggen. Als zij er een goeden uitgever voor vinden kap dan is zij in staat voor het zomertoilet van Edith te zorgen, die in dat geval eenige bezoeken afleggen kan. waardoor het gewenschte resul taat bereikt zou kunnen worden. Alle mannen van Dollington. die in de ter men vielen, schijnen haar gewogen en te licht bevonden te hebben. Ofschoon geen hunner zoo blind kan zijn, dat hij geen bewondering voelt voor deze Dia na van het cricketveld, geven zij er toch klaarblijkelijk de voorkeur aan haar op een afstand ie. beschouwen. Goeden dag. beste vriendin, ik moet plotseling afbreken, omdat er een te kort komt bij het croquetspel. en daar na moet ik waarschijnlijk de salade prepareeren. daar Mrs. Grant broeit op haar laatste hoofdstuk en dat dus wel vergeten zal hebben. Als altijd uw CLARA WOOD." Ongeveer drie maanden na bet schrijven van bovenstaanden brief, stond Clara op een Zondagmorgen ln Juni voor baar venster en met opge wekte nieuwsgierigheid over den tuin muur kijkende, was zij verrast te zien. dat Mr. Beatson, hun buurman, niet alleen was. Zooals gewoonlijk zag zij de gestalte in de zwarte jas en met het witte haar over het grint wandelen, maar naast hem liep een maeere man met licht gebogen rug en een rooden baard, dien zij nooit tevoren gezien had op het grondgebied van den ouden vrijer. Kijk eens, Nan, Mr. Beatson heeft iemand bij zich om het Zondag- sche onkruid voor hem uit te trekken, lachte zij want op dat oogenblik stapte de vreemdeling in een rozen perk, en klaarblijkelijk handelend naar aanwijzingen trok hij eenige grassprietjes uit. Ik vraag mij af of Sabbathschen- nis bij volmacht minder zwaar weegt dan in persoon bedreven? O, ik weet wie dat is, zei Nan, terwijl zij haar kin op Clara's schou der legde om beter te kunnen zien. Dat is Mr. Aikman. de neef. waarvan mama laatst sprak. Zij vertelde dat hij Zaterdag verwacht werd. Juist op tijd voor het onkruid. Zou Mr. Beatson een tuinman van hem willen maken, zeg? O, neen, giggelde Nan. zich ge. wichtig voelend, dat zij informaties kon geven Hij heeft wel wat anders te doen, hij is schilder. Gisteren sprak mama er met Edith over en toen heb ik alles gehoord. Zij legde haar uit, dat hij een goede partij was (wat be- teekent dat eigenlijk precies. een goede partij?) omdat, ofschoon hij op het oogenblik niet rijk is. en alleen leeft van den verkoop zijner schilde rijen, hij eens al het geld van zijn oom zal erven. Mr. Beatson maakt papier, zooals u weet, of ten minste, het geld. dat hij heeft, is verdiend in papier. Ik begriin het. zei Clara met een veelzeggenden glimlach. En mama zei ook, dat zij hem deze week eens te dineeren zou vragen, maar niet voordat het nieuwe rose costuum van Edith klaar is. Zeer verstandig van haar, zei Clara in zichzelf. Als hij schilder is dan kan een schaduw van een kleur groote verandering teweegbrengen. Edith begon met te zeggen, dat hij te oud was naar haar zin hij is zeven en dertig, zei mama. maar la ter scheen zij van gedachte te veran deren. Dat is ook verstandig, dacht Cla ra, terwijl zij een nieuwsgierigen blik wierp op de gestalte met den rooden baard aan de andere zijde van oen tuinmuur, wiens toekomst zoo ver, makelijk koelbloedig besproken werd. Deze beschouwing ten opzichte van den leeftijd van een mogelijken min naar scheen des te verstandiger met het oog op de tegenwoordige omstan digheden. Van het eerste oogenblik af had Clara den indruk gekregen alsof de familie Grant chronisch leed aan de moeilijke vraag hoe met mogelijk heid de twee einden aan elkaar te knoopen. ofschoon eigenlijk alleen Mrs Grant daaronder leed. de rest van de familie verkoos ongestoord van de sport te genieten, welke gevaren haar ook omringden. Langzamerhand wer den echter de^ symptomen ernstiger zoo bijv. werd de dagelijksche menu eenvoudiger, de keukenmeid kreeg haar ontslag, een reeds bestelde japon werd afgezegd natuurlijk één van Mrs. Grant, want Edith's garderobe waarvan haar moederlijke hoop croote verwachtingen had, kon niet worden ingekrompen. (Wordl vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1903 | | pagina 1