NIEUWS= en ADVERTENTIEBLAD. t org es Brak. 21e Jaargang. No. 6220. Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. ZATERDAG 10 OCTOBER 1903. O- 1 - - HAARLEM S DAGBLAD ABONNEMENTEN PER DRIE MAANDEN: Voor Haarlem1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente)„1.30 Franco per post, door Nederland„1.65 Afzonderlijke nummers0.02>£ Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37>f „de omstreken en franco per post 0.45 Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. ADVERTENTIËN: Van 15 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem van 1—5 regels 0.75, elke regel meer 0.15. Reclames 30 Cent per regel. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen. Hoofdbureau en Drukkerij: Zuider Buitenspaarne No. 6. Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 122. Bijkantoor: Groote Houtstraat No. 55. Telefoonnummer 724. bonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 31bis Faubourg Montmartre. aarlem's Dagblad van 10 Oct. it o. a. as aan de buitengemeenten, tenl. Overzicht, Een anti-femi- isch advocaat generaal, Spoor- -enqoête, Tooneelcritiek van ns Netscher, Binnenl, Sport- jtadsberichten. Advertentien VOOB HUT laterdagavondnummer. iermalen zijn wij tot ons leedwezen odzaakt Advertentiën af te wij zen het Zaterdagavondnummer, die des rdagsmorgens pas worden bezorgd. men zeker zijn van de plaatsing is inzending op Vrijdagavond noo- uitgezonderd kleine advertenties of liebericbten, die moeilijk vooraf len worden ingeleverd. DE ADMINISTRATIE. IS AAN DE BUITENGEMEENTEN van> de groote bladen kwam igs een bericht uit Haarlem voor, van wij den hoofdinhoud mededeel- Het kwam daarop neer lat de di- ir van de gemeente-lichtfabrieken arlem aan het gemeentebestuur had [esteld voortaan in de omliggende enten gas te leveren tot denzelfden dien wij op dit oogenblik in Haar- betalen, namelijk zeven cents per acht cents voor gas op muntmeter, als men weet werd tot dusver aan Haarlem wonenden in -eke-e ge- gas geleverd tot anderhalf maa' irijs, die aan Haarlem's ingezetenen kening wordt gebracht, denkbeeld van onzen directeur der abri eken is dus van ingrijpenden Een systeem dat tot dusver in tem heerscht, wordt daarmee ter geschovenhet beginsel namelijk, wanneer al aan omwonenden vergund van Haavlemsche inrich- te profiteeren, dit alleen geschie- kan tot verhoogden prijs. Zoo ne- Haarlemscbe scholen ook kinde- an buiten als leerlingen ip, maar verhoogd schoolgeld. Op dezelfde stonden wij aan onze naburen 1 en water. b is het standpunt van den heer volstrekt niet onverklaarbaar. In deel. Van hem, als ijverig gasfa- b; is te verwachten, dat hij in de eenige plaats gespitst is op srgTooten van den omzet zijner fa- onverschillig of die leverantiën ieden binnen Haarlem's grenzen of uiten. Met de forensen-quaestde hij zich niet op. Het vergrooten zijn debiet en daardoor het ver- Ieren van de winsten uit zijn be- zijn het doel waarnaar hij streeft i, belastingbetalende Haarlemmers in hem daarvoor dank weteij. maast evenwel kunnen wij de zaak au een ander standpunt beschou- Voor ons is het in 't geheel niet- schillig, of de gelegenheid om bui gaan wonen, wordt bevorderd of Voor menschen, die hun beroep of hun ambt hier uitoefenen, bestaan twee rede nen om buiten Haarlem te gaan wonen. Ik weet niet welke van de twee ik het eerst moet noemen het verlangen naar kalme, landelijke rust na het nnde van de dagtaak of de belangrijke besparing op belastingen. In elk geval zijn het deze twee redenen. Daartegenover staan evenwel bezwaren. Reken ik dat van den afstand niet mee, dat door tram en fiets al tamelijk wordt verholpen dan zijn die bezwaren drie in getallicht, water gemeentereiniging. Het laatste bezwaar voelbaar vooral in de forensenkolonie aan den Aerden- hout, is allicht een quaestie van tijd het tweede te ondervangen door het boren var. Nortonputten, het eerste is het groo te bezwaar. De buitengemeenten hebben zwarigheid met hun licht. Wie geen lust heeft in het vrij kostbare electrisch licht, di"t naar luid van berichten nog wel eens hapert bovendien, moet zich behel pen met de petroleumlampen, die ui den tijd zijn geraakt. Onze forensen snakken naar een gloeikousje. Zullen wij hun dat n ugaan brengen? Zullen wij, den forens het leven buiten nog aangenamer i ken en daardoor anderen, die graag eveneens naai- buiten zouden willen trek ken, maar op hun gasgloeilicht gesteld zijn, aansporen om over de grenzen te stappen. Ik kan er heit wen-schelijke nog niet van inzien. Zoodra er aan het buiten wonen geen nadeelen meer verbonden zullen zijn zal de trek daarheen nog meer toenemen, zeer tot schade van den opbrengst van onze belastingen. Laat ons toch niet ver geten, dat van eiken Haarlemmer, die hier zijn zaken heeft en over de g-en- zen gaat wonen slechts en derde wordt ontvangen van de belasting die hij vroeger betaalde. Was hij vroeger voor laat ons zeggen 1150 aangeslagen, dan betaalt bij op Schoten, Heemstede of Bloemendaai wonende, nog maar f 50, er. moeten wij. die blijven de andere 100 opbrengen. Van het voorstel van den Directeur der lichtfabrieken ken ik 'natuurlijk de bijzonderheden niet. Alles wat wij er van weten was vervat in het berichtje, dat destijds in dit blad werd overgenomen. Pet zou anders de moeite waard zijn om te weten, of de heer Blom gedach', heeft aan de plannen tot grenswijziging dio nu al zoolang aanhangig zijn. Zijn die eenmaal tot stand gekomen, dan wordt zijn terrein voor gaslevering vanzelf ontzaglijk verruimd. £«n wordt het geheele Schoterkwartier bij Haar lem gevoegd, en de gelegenheid geopenJ d&ar honderde muntgasmeters te plaat sen. Dan komt een stuk van Heemstee/ onder Haarlem, een deel van Bloemen daai misschien. Wellicht is er dan zelfs nog een kansje om de hand ;j leggen op den Aerdenhout met zijn «ingeving, waar de huizen uit den grond schieten en die zonderling genoeg in het te genwoordige annexatieplan niet eens be grepen is. Want het duurt wel lang, ontzaglijk lang, vóór de annexatieplannen langs al do raderen van de stroeve bestuursma- chine zijn heengegaan, maar z e t. u11 e a itrch wel eens afkomen! Ze slapen toch niet ?r gen", wil ik h'open, in een portefeuille in een bestoven hoek van een ambtenaars bureau? J. C. P. Buitenlandsch Overzieh! De wind waait uit den hoek van den vrede. Al te veel dient men daar echter niet op te vertrouwen, want de wind kan dikwijls zeer plotseling draaien. Maar in elk geval, voor 't oogenblik FRANKRIJK en ENGELAND zijn sedert eenigen tijd beste maatjes. Men herinnert zich de wederzijdsche be zoeken der staatshoofden en nu komt daar werkelijk iets, dat voor een resul- aaf. dier bezoeken door zou kunnen gaan de voorwaarden voor een algemeen ar bitrage-verdrag tusschen beide landen zouden zijn vastgesteld. Bij verschil van meening zou dus in 't vervolg niet meer naar het zwaard worden gegrepen, maar zouden scheidsrechters uitspraak doen hoe het geschil dient te worden beslecht. Officieel is echter het bericht nog niet; 't is de Parijsche correspondent van de Associated-Press, die het heeft verno men uit de, bij dergelijke gelegenheden altijd te pas gebrachte, gezaghebbende kringen. Als "t morgen maar nietM weer wordt tegengesproken Natuurlijk wordt van het ENGELSCHE ministerie in Zuid-Afrika het meest be spraken de minister van koloniën. Telegrafisch wordt uit Zuid-Afrika ge meld, hoe de kranten daar over de be noeming van Alfred Lyttelton tot mi nister van 'koloniën oordeelen. Zoover uit de korte samenvatting valt op te ma ken, put de Cape Argus bemoediging uit de gedachte, dat Lyttelton zich in den laatst-en tijd met Zuid-Afrikaansche za ken .beert bezig gehouden (men weet dat Lyttelton gedurende den oorlog percensor en dat hij lid van de concessie-commissie in Transvaal is ge weest). Dat geeft ook de Cape Times hoop, dat hij Lord Milner even trouw zal steunen als Chamberlain gedaan heeft. Lyttelton onthoude het. De Rand Daily Mail acht het nieuwe kabinet wel niet sterk, maar het is eensgezind^ Het blad is over Lyttelton's benoeming wel verbaasd, maar ziet er een belofte in, dat Chamberlain's politiek voortgezet zal worden. De- Star (van Johannesburg) vindt de keuze zeer gelukkig, maar wacht toch op de wederverschijning van Cham berlain. Tot zoover de imperialistische stem. Wat de Zuid-Afrikaansche partij be treft, Hofmeyr wilde er zich niet over uitlaten. Sauer zeide, dat de samenstel ling van het kabinet Zuid-Afrika minder kan schelen, nu men er meer en meer gaat voelen, dat de Zuid-Afrikanen hun eigen zaken moeten regelen. Hij achtte het ministerie niet veel zaaks. Hij achtte Lyttelton betreft, Gladstone was zijn oom misschien dat dat iets goeds voorspelt. De South .African News verwacht, dat Lyttelton de politiek van Chamberlain en Milner zal voortzetten. Ziehier ten slotte het oordeel van een AfrTkaander,,Wat een armzalige boel, en hoe diep gezonken moet het rijk wel zijn, waarvan de koloniale secretaris be ter bekend staat als cricketer dan als di- plomaaFfliinister. Nu, als Lyttelton bat ten kan, kunnen de Boeren bowlen. Ik geloof dan ook niet, dat het Balfour- team een al te lange innings zal hebben. Dit laatste oordeel doet de deur dicht RUSLAND en JAPAN scheen de verhouding den laatsten tijd nu juist niet zoo heel aangenaam en men vernam van troepenbewegingen, van in 't oog loopende manoeuvres van d^ Japansche vloot, die, geheel vereenigd in de buurt van Korea wordt gehouden en, naar men zegt, een groote troepen macht aan boord moet hebben. Japan beijvert zich echter om die boo ze geruchten tegen te spreken, het heeft niets bijzonders in den zin en, zoo er sprake is van bet aan land zetten van troepen in Korea, dan geldt dit slechts kleine afdeelingen ter aflossing van de detachementen, die daar altijd zijn om den spoorweg ts bewaken, die door Japansche maatschappijen wordt geëx ploiteerd. Ook van deze zijde dus vredelievende betuigingen. En waarlijk, zelfs op het BALKAN-SCHIEREILAND schijnt men minder oorlogszuchtig ge stemd, tenminste het Bulgaarsch mi nisterieel orgaan ,,Dnevnik" deelt me de, dat de Turksehe en Bulgaarsche regeeringen het eens zijn geworden be treffende de mobilisatie. Bulgarije zou 2d.000 man dat zijn alle onlangs onder dienst geroepen reservisten, naar huis sturen, Turkije het dubbele, dus 40.000 man. Blijkbaar heeft de sultan gemeend, dat hij van zijn leger van ongeveer 300.000 mail in Macedonië er wel 40.000 kan missen. En dan, men is nog niet begonnen de overeenkomst uit te voe ren. Beleven en doen zijn twee, vooral bij de Balkanvolken Stadsnieuws. Haarlem, 9 October. Olir. Nat. Werkmansbond. De afdeeling Haarlem van den Christelijk Nationalen Werkmans bond hield Donderdagavond baar eerste winterlezing in de groote zaal van hel Brongebouw. De vergadering werd door den voor zitter, den lieer Hilbrander, met ge bed geopend. Daarna kreeg de spre ker van den avond, de weleerw. heer Ds. G. J. A. Jonker van Utrecht het woord. Spr. had tot onderwerp van zija rede gekozen „de Geschiedenis van een Negerslaaf''van Booker Washington. Op de- hem eigen onderhoudende wijze schetste spr. de levensgeschie denis van Booker In het jaar 1858 werd hij geboren op een plantage in de Staten van West- Amerika alwaar zijne moeder ineene schamele hut woonde. Toen Booker opgroeide, kwam van naar schoolgaan niets, maar moest hij hard werken. Zoo verliepen enkele jaren, toen na den bekenden Vrijheidsoorlog, de sla ven op zekeren dag op het heerenhuis werden geroepen, waar hun een pro clamatie, inhoudende het bericht van hun vrijheid, werdi voorgelezen. Booker trok nu de Staten van West- Amerika doornu hier dan daar wer kend, maar steeds oogen en ooren open om wat te leeren. Op zekeren dag hoort hij in een mijn twee per sonen met elkander spreken over de oprichting van een school te Hampter. Daar moet ik heen, was de eerste I gedachte van Booker. En hij is ge gaan. Met slechts weinig geld op zak vertrok hij. den langen weg grooten- deels loopend afleggende, onderweg werkend om aan den kost te komen, 's nachts siapend onder spoorwegbrug gen. Eindelijk bereikte bij het eind doel zijner reishet instituut te Hampter. Daar werd hij na een af gelegd examen in het schoonmaken van lokalen, aangesteld tot portier. Zijn vrijen tijd maakte hij zich ten nutte om geld te verdienen voor zijn onderwijs, en na een drietal jaren heeft hij het zoover gebracht, dat hij als meester naar zijn oude woonplaats kan terugkeeren. In 1879 wordt hij echter weder naar Hampter geroe pen om te staan aan het hoofd van eene klasse van Indianen in het be kende Instituut Voor den neger was dit eene hoogst moeilijke betrekking, doch door zijne zelfverloochening, zijne toewijdingen liefde, overwon hij alles, wisthiij aller harten te veroveren. In 1881 werd bij weder weggeroe pen. thans naar eene andere plaats, waar hij aan het hoofd van een school kwam te staan of beter gezegd aan het hoofd van leerlingen, want een schoolgebouw bestond daar te dien tijde nog niet, Booker kocht toen met steun van anderen eene oude plantage, alwaar de eerste lessen gegeven werden. Door zijn groote werkkracht en zijn ijver, die allen opwekten tot leeren en werken, kon weldra de oude inrich ting worden uitgebreid en bestaat zij op het oogenblik uit 40 gebouwen ter waarde van 300.000 dollars, met een reserve-kapitaal van 200.000 dollars. Ook heeft Washington krachtig medegewerkt om de klove tusschen blanken en zwarten weg te nemen. Dat hem dit gelukt is. blijkt wel hier uit., dat vele blanken thans zijn edel pogen steunen. Zoo schonk Carnegie hem voor zijne instelling 20.000 dollars, ook van an dere zijden kreeg hij grooten steun. Steeds trok Booker dan ook het land door om voor zijn inrichting te spre ken. om de menschen van het schoo- ne doel daarvan.te_overtuigen. En één maal werd zijn inrichting zelfs be zocht door President Mac Kinles", die er zijne groote voldoening over uit sprak. Overal waar Booker-Washing ton dan ook komt, in de plaatsen, Waar hij als slaaf en als mijnwerker arbeidde, waar hij sliep onder spoor wegbruggen, daar wordt hij thans als een Koning geëerd. Thans heeft hij zelfs den doctoralen graad ontvangen, niet dat hij dien begeerde, geenszins. Doch hij is ver heugd dezen ontvangen te hebben om dat hij meent daarmede nog meer zijn doel te kunnen bereiken, de zaak der negers te dienen. Dat is het hoofd doel van zijn leven. Daarvoor houdt hij redevoeringen, daarvoor neemt liij verzoeken om tentoonstellingen te openen etc.. aan. Alleen om voor de negers te kunnen opkomen. Booker Washington zoekt niet zichzelf, maar wat des anderen is. En dit gepaard niet groote werk kracht, een ijzeren wil en veel ener gie. is oorzaak dat Booker, die een oprecht Christen een groot paedagoog en een groot pbilantroop is, gekomen is tot die hooge hoogte, waarop hij zich thans bevindt. Hij strelcke een ieder tot voorbeeld De rede werd met volle aandacht gevolgd en na afloop was de heer Hilbrander de tolk van allen, toen hij Ds. Jonker hartelijk dank betuigde voor zijn boeiende rede, en hem ver zocht nogmaals een spreekbeurt te komen vervullen. Hierna sprak spr. den wensch uit, dat weldra ook van den Chr. Nat. Werkmansbond een groote kracht zou mogen uitgaan en deelde hij me de, dat besloten was tot oprichting van een Christelijk Muziekkorps. Met gebed werd 'de vergadering ge sloten. Aan den uitgang werd eene collecte gehouden. Arrondissements-Iiechtbxnk. Zitting van Donderdag 8 October 1903. In de middag-zitting werden o. a. nog een paar kleine zaakjes behan deld, die alleen vermeldenswaard zijn omdat zich er enkel© gelukkig zeld zaam voorkomende incidenten in voordeden. Voor beleediging van een politie agent had zich te verantwoorden E. Ivaspot huisvrouw van C. A. Lieshout. Zij had den man een woord naar het hoofd gesmeten zoo leelijk. dat wij het hier niet durven neerschrijven, en hoorde daarvoor ƒ15 boete. subs. 10 dagen hechtenis tegen zich eischen. Doch nauwelijks had zij den eisch gehoord of zij .kreeg het op haar ze nuwen, en werd onder luid snikken en weenen en het stamelen van on verstaanbare woorden uit de zaal verwijderd. Daarna verscheen in het bankje der beklaagden Catharina Caldal, eene dienstbode, aan wie ten laste was ge legd, dat zij op 22 Juni uit den win- kel van Pietcr Riedijk te IJmuiden eene portemonnaie met 10 gulden had weggenomen. Oogenschijnlijk hield deze beklaag de zich kalm. Doch nauwelijks was het getuigenverhoor afgeloopen. en werd beklaagde, die ontkende, onder vraagd of daar ging zij. zooals men dat wel zegt, van haar stokje. Snel Lepen deurwaarder en concierge toe en vingen nog juist het in zwijm ge vallen meisje op. Dadelijk werden de middelen aan gewend haar weder tot bewustzijn te brengen, doch in den eersten tijd te vergeefs. Hoewel vrij spoedig haar gewone kleur weder terugkwam, bleef het meisje toch liggen trappen en slaan. O. i. was hier een weinig aan stellerij niet buiten gesloten. Ook de overige fainilie-leden gaven daar blij ken van. want de moeder, die in de wachtkamer vertoefde en spoedig te hulp kwam ging in den beginne niet minder te keer dan haar jonger zusje zich maar in den gang liet vallen en. luide begon te huilen. Het. was dan ook in het eerste oogenblik een huilpartij van jewelste zoodat de zitting geschorst moest worden. Eerst toen Dr. Prins was gehaald, en verklaarde, dat de bloedsomloop van Catharma. die inmiddels naar de wachtkamer was overgebracht, geheel normaal was, herkreeg de beklaagde vrij spoedig weder het bewustzijn. Als het werkelijk maar een appel flauwte geweest is. dan heeft zij haar rol meesterlijk vervuld. Of zij daar mede echter haar straf zal ontgaan, dat betwijfelen wij. Ten slotte werd nog een steekpar- tijtje aan het. oordeel der rechters onderworpen. J. Bruyns Pz., uit Wijk aan Zee en Duin was cle beklaagde. Hij had aan den arbeider G Bctjcs tijdens eene vechtpartij op 2 Sept. j.I. een steek in den arm toegebracht, waardoor hij gedurende 5 weken niet in staat was te werken. Met het oog op het ernstige der mishandeling vorderde het O. M. w-eken gevangenisstraf. Feuilleton. Nct'ir het Engelsch van ROBERT MACHRlY. Jan u hem van mijn fortuin !ld niet geven, dat u hem schul- 1 O, ik zou hem de helft willen van alles, wat ik bezit neen, alles als dat hem tevreden ellen. Kitty, zei Eversleigh, met zoo- wanhoop in zijn stem. dat zij hem [hg ontsteld aankeek, vreezenae ij van plan was een wanhopige te plegen. Kitty, ik bemerk wel, et je gilles vertellen. Ik had je ijk dit alles al vroeger moeten en, maar ik ben een zwak, laf- wezen. Al bijna twee maanden heb ik ieder uur van den dag i kwellingen uitgestaan altijd het oogenblik, dat Silwood mij de, dat bij misbruik van ver ten had gemaakt, door met het de bezittingen van anderen te eer en op de Beurs het jouwe, 'gelijk met dat der anderen. En ik, dwaas die ik was wist daar 6teeds maar niets van, ik vermoedde niets. Het bericht van de komst van je vader maakte, dat Silwood sprak. Het deel van je vermogen, dat aan ons was toevertrouwd is weg het bestaat niet meer. Kitty zweeg. Waarom doe je mij geen verw3j- tingen? vroeg Eversleigh. Niets kun je zeggen, of ik verdien het. En toen zag hij, dat zij stilletjes schreide. Maar dat was niet om het verlies vara het grootste deel van haar vermogen. Hoe moet u geleden hebben, zei ze door haar tranen heen. Toen gaf de man wanhopig toe aan zijn verdriet en schreide als een kina. Ik moet hem redden, zei ze be slist tot zichzelf. Als er niets anders aan te doen is, dan zal ik met mr. Bennet trouwen. Maar zelfs terwijl zij zich sterk ge noeg voelde om dat plan uit te voeren kwam er een verlaten gevoel in haar hartzij trachtte het te onderdruk ken met de gedachte, dat er nog iets hoogers op de wereld was dan liefde. HOOFDSTUK XXIV. Nadat Kitty Francis Eversleigh verlaten had, zou zij zich liefst inde eenzaamheid van haar slaapkamer teruggetrokken hebben, maar zij wist dat dat bij haar vrienden verwonde ring zou wekken en hen zou doen vermoeden, dat er iets bijzonders aan de hand was. Uit bezorgdheid dwong zij zichzelf bij hen in de huiskamer te gaan en een uur lang nam zij deel aan de gewone conversatie. Toen gaf zij voor vermoeid te zijn en ging naar haar eigen kamer. Tusschen het nemen van een held haftig besluit en het uitvoeren daar van, zelfs al is dat besluit ernstig ge nomen ligt een tijdperk van verande ring van gevoelen, van twfelingen, niet ongelijk aan het rijzen en dalen van de golven. Aan die gemoedsver anderingen was Kitty dien nacht ten prooi. Nu eens leek haar de opoffe ring bijna gemakkelijk toe. dan weer scheen zij haar onmogelijk. Toch wankelde zij niet ernstig in haar be sluitzij was vast besloten de fa milie Eversleigh te redden voor den ondergang, die haar bedreigde. Het meeste maakte zij zich nog zenuw achtig over de wijze, waarop zij haar besluit aan Gilbert zou meedeelen. Zij wist, dat hij haar beminde met al de kracht en hartstocht van een sterke natuur, en hij wist, dat zij hem liefhad. En nu moest zij hem zeggen dat zij niet van plan was. hem te trouwen, maar Bennet denzelfden man, tegen wien zij haar minnaar schuwde. Hoe zou zij het hem met mogelijkheid zeggen? Hoe hem dat vertellen, zoodat hij zou begrijpen, dat haar besluit onherroepelijk was Eén ding was zeker, hij moest niet weten, waarom zij haar verloving verbreken wilde. Francis Eversleigh had haar verzekerd, dat Gilbert niets wist van Silwood's bedriegerijen, zon der dat zij het noodig geoordeeld had daarnaar te vragen. En zij had be- sloten, dat hij het van haar niet vernemen zou. Zij begreep, dat zij hem geen uitlegging geven kon. Zij moest hem ronduit zeggen, dat zij van gedachte veranderd was. Maar wat zou hij in dat geval van haar denken? En dat zij dan juist Bennet zou kiezen Gilbert zou er natuurlijk niets van begrijpen. Hij zou het na tuurlijk als bedrog beschouwen. Deze gedachte maakte haar meer dan iets anders wanhopig. En zij zei tot zichzelf, dat zij zich dat verkeerd begrepen worden door Gilbert, dat zich ontzeggen van zijn goede opinie moest getroosten, omdat het deel uitmaakte van haar plan om zijn familie te redden. En Gilbert zal nooit weten, wat ik voor hem gedaan heb. Hij zal mij lichtzinnig, valsch en leugenachtig vinden En toen overmeesterde haar een soort van woede m zij vroeg waar- zocht wat had zij gedaan om het slachtoffer te wordea van zooveel te genspoed. Waarom moet ik zoo wreed lijden9 riep zij oproerig uit. Is er dan geen ontkomen mogelijk Zij dacht over hetgeen zij tot Francis Eversleigh gezegd had hoe zij gaarne haar vermogen aan Ben net geven wou. als dat hem tevreden stellen kon. En nu herinnerde zij zich dat. haar geheele vermogen- nog niet verloren was, zeker was er nog een groot gedeelte ivan in Canada. Zou zij geen koop kunnen sluiten mst: Bennet? Zij besloot het te probeeren, maar zij dacht zelf. dat het haar niet zou gelukken. Als liet mislukte en daarvan was ze zoo goed als overtuigd en zij gedwongen werd haar toestemming ie geven tot een huwelijk met Ben net. dan zou het onmogelijk worden nog langer bij de familie Eversleigh te blijven zij moest toebereidselen maken om hen direct te verlaten. Zij zouden haar ook ondankbaar en on waardig vinden. Alles was zoo bitter. Toch moesten zij het nooit weten, zei Kitty, dit alles somber overwe gende tijdens de lange, nachtelijke uren. 's Morgens sprak zij Francis Evers leigh een oogenblikje. Kitty, zei hij met bevende stem. je gewaarschuwd bad en dien bij veraf- om het noodlot haar zoo zwaar be- moet jezelf niet opofferen. Dat mag niet gebeuren. Zeg aan Bennet, dat hi]doen moet. wat hij niet laten kan. wij zullen het zoo goed mogelijk dragen. Een glimlach vol dapperheid lag er in de oogen van het meisje toen zij antwoordde. Ik heb een besluit genomen. Maak u nergens ongerust over. Als er geen andere weg open is. dan zal ilc Mr. Bennet trouwen. Toen zweeg zij even en keek hem ernstig aan. Misschien is het niet noodig. merk te zij op. Misschien zijn 't geld en de bezittingen, die ik in Canada heb, voldoende om hem tevreden te stellen. Kitty. Kitty, zei Eversleigh^ ik weet niet wat te zeggen hoe het te zeg gen, dat ik je zoo bewonder en zoo wel yan je houd Maar je mag je rooskleurig jonge leven niet ter wille van mij vernietigen dat is te veel. Je lijdt er ul genoeg onder door het er li es van het grootste deel van je vermogen, waarvoor je vader zoo bard werkte. Het meisje nam zijn hand en druk te die hartelijk. Ik heb mijn besluit, genomen zei ze ernstig. Eversleigh was niet in staat te spreken hij bracht enkel haar hand naar zijn lippen en kuste ze. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1903 | | pagina 1