NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
21e Jaargang.
No. 6236.
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
DONDERDAG 29 OCTOBER 1903. B
H
Ut
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN ADVERTENT1ËN:
Voor Haarlem PER DRIE MAANDEN: ^fc> Van 1—5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is ('kom der Haarlem van 1—5 regels 0.75, elke regel meer 0.15. Reclames 30 Cent per regel.
gemeente)1.30 %/7 fi Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Franco per post door Nederland^1.65 &L {-*• Jv I 1 Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen.
Afzonderlijke nummersn 0.02% f V- J f/\;
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37% Hoofdbureau en Drukkerij: Zuider Buitenspaarne No. 6.
de °mstreken en franco per post „0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 122.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. Bijkantoor: Groote Houtstraat No. 55. Telefoonnummer 724.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 31<>'s Faubourg Montmartre.
en
Tweede Blad.
De Turksche Consul
te Batavia
De correspondent te Konstautinopel
ran de N. R. Crt. schrijft o.m.
iDe Turksche couranten meldden gis-
dat Sadikh Religh-bei, consul-ge-
eiaal van het Ottomansche rijk te Ba-
iria, is afgezet, wegens wangedrag.
Het geval Sadikh-bei werpt weer een
genaardig licht op de toestanden in
3I||| Turksche ambtenaarswereld.
Sadikh Beligh-Dei is Syriër van ige-
Jgioore, dus van Arabische afkomst. Als
pgeling ging hij naar Zwitserland,
aar hij te Zurich in dg rechten pro-
lOAoreerde, en eene jonge dame uit Lau-
C^—ie huwde. Hier teruggekeerd, juist
men te Jildiz weer erg reactionair
a te worden, werd Sadikh al spoe-
Jg verdacht wegens zijne in de Helve-
sche republiek opgedane vrijzinnige
leelden, en niet minder om zijne
ipeesche vrouw. Vooral deze moest
A ontgelden. Men dwong baar zich te
nieren, en dan nog werd zij op alles
halve eerbiedige wijze door de Turken
handeld,
door dit alles ondervonden moei-
jkheden moe-de, gaf Sadikh in 1898
volg aan den Raad van zijne Euro-
lesclie vreimden om het land te ver
ten, en, daar ail zijne verzoeken aan
regeering om zich naar Europa te
ogen begeven werden afgewezen, ver
hij Konstantinopel in het geheim,
ardoor werd hij een politieke vluch-
ing, en hier tot „Jong Turk' gestem-
B.
Reeds het volgende jaar liet hij zich
or de daartoe van Jildiz uitgezonden
overhalen naar hier terug te
op verzekering van volkomen
renis voor zijn vlucht, en het ver-
van een burgerlijken graad en
fa mooie passende betrekking in den
J latsdienst.
Hier aangekomen werd bij natuurlijk
k« delijk onder streng politietoezicht ge
beld. terwijl de vervulling van de ver-
e beloften werd vergeten. Verder
ag men sterker nog dan voorheen
hem aan op het overgaan tot den
am van zijn vrouw. Hem werd belet
;b weer als advocaat te vestigen, de
[If ogang met Europeanen werd bem ver-
"i, en toen bij, eindelijk niet meer
tiende hoe in het onderhoud der zlj-
ID le voorzien, een hernieuwde po-
l ig waagde om het land te ontvlu :h-
d, welke voor de uitvoering verraden
nd, benoemde men hem tot onsul-
Qeraal te Balkvia. Zijne drie vocrgau
ra op dien netellgeni post hadden zich
hunne al te ijverige bemoeiingen
behoeve van de panislamietische
opaganida bij onze koloniale regee-
ig zoo onmogelijk gemaakt, dat er
er veel -kans bestond, dat men in den
tag geen nieuwen Turkschen consul
ler zou aannemen, indien er niet eeni-
zekerheid bestond, dat deze niet hun-
voetstappen zou drukken. Van Sa-
kh-bei bestond die zekerheid, dus
3d hij te Batavia goed ontvangen.
Het panislamisme hield Sadikh-bei
th dan ook niet op, hetgeen hem alras
cht gezien maakte bij den kliek Ara-
the intriganten en ijveraars op Java,
i onder zijn voorgangers het voor
niet onvoordeelige werk hadden be
dreven van den Chalief-Sultan onder
de Indische Moslims tegen de Koningin
uit te spelen en die zich weldra over
hem te Jildiz beklaagden. Daar wilde
men echter voor het oogenBlik over Ba
tavia geen last hebben, en liet dus Sa
dikh-bei zijn gang gaan, te meer daar
het consulaat geregeld bijdragen bleef
zenden uit onze koloniën voor den Hed-
jaz spoorweg, en men hem niet
betaalde.
Want werkelijk, en dat is eindelijk de
oorzaak geworden van zijn val, hoe de
consul-generaal ook klaagde en aan
drong, zijn traktement kreeg hij niet
uitbetaald, .en daar hij een eerlijk en een
fatsoenlijk man was, moest hij, toen
zijn eigen middelen en die zijner vrouw
waren opgeteerd, en zijne geadminis-
treerden of geloofsgenooten hem niet
meer wilden helpen, zich eindelijk wel
in den kampong terugtrekken en als
een inalnder gaan levenja, verleden
jaar was het reeds zoo treurig met hem
I gesteld, dat de Indische bladen vermeld
den dat Sadikh bei in het militair hos-
j pitaal was opgenomen, en daar, als
zijnde zonder middelen, op kosten van
onze regeering werd verpleegd.
Toen zulks aan de Porte bekend werd.
vond men dat toch wel wat erg, en zond
men den consul-generaal eenige maan
den salaris, doch, daar Sadikh-bei geen
invloed-rijke vrienden ten Paleize of aam
de Hardjiëeh heeft, bleef verdere beta
ling daarna weer uit.
Hoogstwaarschijnlijk ten einde raad,
schijnt hij dientengevolge den laatsten
(tijd geld-, dat bij het consulaat voor den
Hedjaz spoorweg naar Mekka en Me
dina was ingekomen, te hebben gebruikt
voor zijn onderhoud en voor eenige
ambtelijke uitgaven, welke heilgschen-
dende onregelmatigheid hij met ontzet
ting uit zijne betrekking heeft moeten
boeten.
Ware Sadikh Beligh-bei van dien aan
vang af in zijn prijzenswaardig streven
om vooral een handelsconsul te wezen,
door zijne regeering krachtig gesteund,
en had men hem geregeld het noodige
verschaft om zijn stand en waardigheid
behoorlijk op te houden en alzoo ook
daardoor achting en eerbied af te dwin
gen aan de Moslimsche vreemde Oos
terlingen in onze bezittingen, dan had
hij naar alle waarschijnlijkheid van veel
nut kunnen wezen ook voor onze kolo
niale regeering en den Nederlandsch-
Indischen handel.
gereed komende belangrijkste vraag
is echter op welken datum erover gere
den kan worden. (De Tijd.)
Uit de Omstreken
Heemstede.
Naar wij vernemen is de buitenplaats
„de Hartekamp" onder deze gemeente,
toebehoorende aan den heer de Ridder
te 's-Gravenhaige, aangekocht door Ba
ron Creutz, den bekenden houder van
renpaarden.
Haarlemmermeer.
Op de monstering van r/*-jariige paar
den, Zaterdag te Hoofddorp gehouden,
waren aangevoerd 71verkocht voor
buitenlandsche rekening 5hoogste
prijs 85.
Op die van Maandag waren aanwe
zig 31, waarvan geen enkele werd ver
kocht wegens te lage prijzen.
Binnenland.
Stadsnieuws.
In de Nieuwe Courant van Zaterdag
avond' komt een nogal optimistische be
schouwing voor over den aanleg van
den nieuwen tramweg Haarlem-Amster
dam. Er wordt o..a. gezegd dat de baan
vermoedelijk in Augustus 1904 gereed
komt.
Daartegenover staat, 'dat, naar wij
Vernemen, het gereedkomen op dien da
tum vrijwel onmogelijk zal blijken.
Er is n.l. heelwat tegenslag met het
aanleggen van den weg op den veen-
bodem, Terwijl er gerekend zou zijn op
een aanvoer van 170.000 bakken zand,
zinkt er zooveel weg ia den drassiigen
grond, dat er wellicht 100.000 bakken
meer noodig zijn. De nabij den w.eg lig
gende slooten liggen geheel droog door
dien het zand wegkruipt en den slappen
bodem opwaarts stuwt. Zeker zal de
weg nog niet in 1904, dan toch wel later
Snelvaurgeschut voor lndië.
Een wetsontwerp is ingediend tot
nadere aanvulling en verhooging van
het achtste Hoofdstuk (Oorlog) der
Staatshegrooting 1903 en wel met
425.400. De uitgaaf zal geschieden
als buitengewone uitgave onder een
nieuw hoofd„Aanschaffing van
snelvuurveldmateriaaT en is verdeeld
ais volgt: grondstoffen enz. 244.000,
paardentuig ƒ15.000. aanschaffing
van geschut enz. ƒ166.000, kosten keu-
Vingen ƒ400.
Uit de memorie van toelichting
blijkt, dat na de gehouden proefne
mingen overtuigend is gebleken, dat
het Ivryppsche hydraulische stelsel
van 7,5 cM. L/30 beslist de voorkeur
verdient en in alle opzichten voor
invoering in aanmerking komt.
Bij de bepaling van het benoodigde
is te rade gegaan met de uitbreiding,
welke aan de artillerie van ons veld
leger noodzakelijk zal moeten wor
den gegeven. Het totaal-generaal be
draagt 204 stukken en 408 caissons,
benevens 200 caissons voor de artil-
lerie-munitietremen, welke laatste in
eigen werkplaatsen van voorhanden
nog deugdelijke voertuigen kunnen
worden verkregen.
Voorts zal moeten gerekend worden
op hoeveelheden granaat-kartets en
granaatladingen en op de aanschaf
fing van 25 voertuigen met toebehoo-
reri voor het nieuw op te richten re
giment veld-artillerie.
Het voornemen bestaat om al het
materiaal, dat zich daartoe leent, jn
eigen werkplaatsen of door de Nedér-
sch© bijzondere nijverheid te doen
vervaardigen. -Hetzelfde geldt vajn het
benoodigde buskruit.
De uitgaven wordten geraamd op
hoogstens„7.000.000 daaronder zijn
begrepen f'235.000 invoerrechten, die
in de schatkist terugvloeien en een
bedrag van ongeveer 1.300.000 voor
2/5 in eigen inrichtingen en voor 3/5
door de burgerlijke Nederl'andsche nij
verheid te verwerken.
Vrees voor overschrijding van deze
isom behoeft niet te bestaan.
Over 1904 zal worden aangevraagd
3.355.600. over 1905 ƒ2.886.500, over
1906 332.500. Het bedrag vanf425.400,
thans aangevraagd, zal hoofdzakelijk
bestemd worden voor aanschaffing
van eene volledige oefeningsbatterij
in de legerplaats te Oldenbroek
Indien en voor zooveel het blijken
mocht, dat de hier bedoelde uitgaven
niet uit de gewone middelen kunnen
worden bestreden, m. a. w., indien
blijkens de Staatsrekeningen betref
fende de dienstjaren 1903. 1904. 1905
en 1906, ten gevolge van die uitgaven
tekorten mochten ontstaan, zal ten
laste van elk der jaren, die daarna
nog tot 1918 verloopen zullen, boven
de gewone amortisatie een zoodanig
bedrag tot aankoop van Nationale
Schuld moeten worden besteed, dat
het gebeele tekort, door de aanschaf
fing van het sneivuurmateriaal ont
staan, in laatstgemeld jaar zal zijn
aangezuiverd.
Voorts wordt in de memorie mede
gedeeld, dat de meerdere jaarl/ijksche
uitgaven, die aan de oprichting van
het 4de regiment veld-artillerie ver
bonden zuilen zijn. een totaal bedrag
van 340.000 en dat voor de aan
schaffing van het bij de nieuwe or
ganisatie meerder benoodigde aantal
paarden ƒ140.000 wordt gevorderd, te
verdeelen over 2 jaren.
wiens hulp werd ingeroepen, achtte 't
noodzakelijk, dat de (gewonde naar het
Binnen-Gasthuis werd gebracht. In zeer
bedenkelJJken toestand is toen de onge
lukkige vrouw, 46 jaar oud en moeder
nog jonge kinderen, met een bran
card naar het gasthuis gebracht.
Nader wordt gemeld, dat dt vrouw aan
de bekomen brandwonden is overleden.
N. v. d. D.
Yenezolaansch geschil*
Binnen den daarvoor gestelden
uitersten termijn hebben de volgende
mogendheden, welke parfij ziin in
het geding van het Scheidsgerecht
van het Hof van Arbitrage, betref
fende de Venezolaansche quaestie, de
memoriën en stukken op het geding
betrekking hebbende, medegedeeld
Noord-Amerika, Venezuela, Engeland,
Duitschland, Italië, Frankrijk. Span
je. Zweden, Nederland en België.
Mexico heeft den termijn laten ver
strijken zonder bescheiden over te
leggen.
Tot 2 November is den partijen ge
legenheid gegeven tot het overleggen
van replieken (countereases), waar
mede de schriftelijke behandeling
wordt gesloten, terwijl na dien da
tum nog slechts stukken kunnen wor
den overgelegd met goedkeuring van
het Scheidsgerecht
Kameirerkiezing.
Lq hèt kiesdistrict Rotterdam v zal op
Dinsdag 3 November de candid aatstel-
ling 'plaats hebben ter verkiezing van
een lid der Tweede Kamer, wegens het
aftreden van den heer mr. E. E. van
Raalte tengevolge zijner benoeming tot
rijksadvocaat.
Zoo noodig heeft de stemming plaats
op 10 en de herstemming op 17 Novem
ber.
Zich te iaat bedacht.
Men meldt ons
Zaterdagavond is te Sluiskil, ten huize
van zijn baas, gearresteerd de te Bou-
chaute (België) woonachtige landbou-
wersknecht C. V., die de vorige week
onder bedreiging met den dood de doch
ter van zijn baas bad genoodzaakt, hem
de plaats aan te wijzen waar haar vader
zijn geld borg. Met het gevonden geld
I circa 40 francs, nam hij de wijk naar Bel
gië, en werd sedert door de politie na
gegaan, voor het geval dat bij soms
weer op Nederlandsche gebied zou ko
men. En inderdaad, hij wilde de zaak
weer in bet reine zien te brengen, maar
de politie had van zijn bezoek de lucht
gekregen en pikte bem in. Morgen wordt
hij naar het huis van bewaring te Mid
delburg gebracht. n. R. C.
de arm. De man ging nu naar een
geneesheer, die bloedvergiftiging con
stateerde. Dadelijk is tot een operatie
overgegaan.
Een ernstig ongeluk is gisterenmiddag
gebeurd in een woning op de Korte
Prinsengracht te -Amsterdam. Daar was
in een keukentje eene vrouw aan het
koken op een petroleumtoestel, toen door
een ongelukkig toeval het stel omviel
(en die kleeren der vrouw in brand
raakten.
Radeloos vluc'htte zij maar buitende
buren en de voorbijgangers snelden op
haar gegil te .hulp en rukten haar de
brandende kleeren van het lijf, maar de
arme vrouw had Teeds vreeselijke brand
wonden over het heele lichaam. De
brandweer, die ondertusscben gewaar
schuwd was, kwam er spoedig bij en
legde bet brandje in huis had niets te
beteekenen een voorloopig verband
aan. De vrouw, die, ondanks de ernstige
verwonding goed bij kermis was, gaf
haar verlangen te kennen in haar eigen
huis te worden verpleegd, maar dokter
F. W. Wüthrich, van de Keizersgracht,
Yau loten, vrijenen zwemmen
Een onzer medeburgers moest de
zer dagen loten voor de Nationale
Militie en trok een dienstplichtig
nummer. Dat stond Mie, zijn meisje,
waarmede hij al een poos had ge-
loopen, lang niet aan. wat ziph laat
begrijpen. Nu toch had zij geen ze
kerheid, dat de vrijage op „denzelf
den voet kon worden voortgezet". Zij
nam dus een kort besluit.
Op een goeden avond zeide zij tot
haar minnaar, toen hij haar naar
huis brachtZeg vént, het spait m'n
voor jou, maar as jai de stad oit mot
om te diene, maok ik de verkeering
oit". Ko zag raar op hij kon lie: to:
niet helpen dat het lot hem had aan
gewezen de Koningin te dienenHij
smeekte Mi© niet zoo wreed te zijn,
maar deze was niet te vermurwen.
Dan verdrink ik me'', zeide Ko,
„je zal er van hooren".
Het was Zaterdagavond en duister
op de grachten. Ko. vergezeld van
zijn broeder, had bij verschillende
kasteleins verteld, dat hij eenige da-
gëirgeleden geloot had en liep nu te
zingc-n en te zwaaien van pret. Op
eens komt de gedachte aan Mie bij
hem op en herinnert hij zich wat hij
haar gezegd had. Hij walde het nu
ook doen hij neemt ©en sprong en
verdwijnt in de diepe water van de
gracht.
Zijn broeder springt hem onthutst
na en wil hem redden. Maar Kowil
van redden niet weten en een wed
strijd in zwemmen ontstaat tusschen
de beide broeders. Juist_ toen het
oogenblik voor verdrinken gunstig
was, bezint onze wonderlijk© drenke
ling zich en kruipt aan den anderen
kant weer op den wal. Het bleek toen
ook tijd geweest te zijn. want even
later viel hij van vermoeidheid in
zwijm en moest hij door eenige om
standers naar huis worden gedragen.
(TeL)
Beet van een kalf.
Een veehouder te Knijpc bij Heeren
veen kreeg van een kalf een beet in
den vingei*. De wonde was zeer klein
en de boer nam er weinig notitie
van. Gisteren zwol de hand op, later
Openbaarmaking van Staats
stukken.
Er is een bemerking gemaakt over
het puhliceeren van het door den Mi
nister van Binnenlandsche zaken aan
eenige lichamen om advies gezonden,
voor-ontwerp van een ziekte-verzeke-
ringwet, hoewel dit een ..vertrouwe
lijk" stuk zou wezen.
Naar aanleiding van deze gedach-
tenwisseling deelt dr. R. Bijlsma te
Middelburg in de ,,Midd. Ct." mede,
dat hij in zijn qualiteit van lid van
het Hoofdbestuur der* „Ned. Maat
schappij tot bevordering der genees
kunst" dit ontwerp ook heeft ont-
vangen, doch dat daarop niet, zooals
anders meermalen het geval was, het
woord „geheim" stond.
Scheidsgerecht by de Staatsspoor
Door het scheidsgerecht bij de
Maatschappij tol exploitatie van
Staatsspoorwegen,ingesteld krachtens
het kon. besluit van 7 April 1903, is
dezer dagen liet eerste vonnis gewe
zen.
Het betrof het beroep van een goe
der en-klerk 3e klasse, die gestraft was
met niet eervol ontslag.
Het scheidsgerecht, samengesteld uit
de heeren K. A. Grondijs, voorzitter;
P. van der Eist. G. Rink, P. W. A.
M. Speet. L. de Vries, leden, en mr. J.
H. Jonkers Nieboer, secretaris, ver
nietigde de straf van ontslag en stel
de daarvo.or in de plaats raugsveria-
ging tot klerk-telegraphist 3e klasse.
Domme menschen.
In Friesland is het mollen vangen te
genwoordig in vollen gang. Er zijn van
gers, die daarmede per week f 17 ver
dienen, wijl zij de vellen tegen goede
prijzen verkoopen. Door den handelaar
D. Turksma te Drachten, werden in één
week voor ƒ500 mollenvellen gekocht.
Vroeger waren de vellen waardeloos.
Gelijk men weet bestaat er nog altijd
geen algemeen gevestigde meening over
de vraag, of de mollen tot de nuttige of
tot de schadelijke dieren mogen gera
kend worden. Door autoriteiten is be
slist in eerstgenoemden zin, doch een
aantal landbouwers verwerpen die mee
ning en houden de mollen voor schade
lijk, wegens hun knagen aan de wortels
van vele gewassen. (N. v. d. D.)
Ontslagen.
De persoon L., die verdacht werd van
moord op zijn patroon Melamed, kleer
maker in de Zadelstraat te Utrecht, en
die zich deswege in voorloopige hech
tenis bevond, is Dinsdag uit de gevan
genis ontslagen. De officier van justitie
heeft geen termen tot verdere vervolging
aanwezig gevonden.
In verband met de in het begin van
deze maand in sommige bladen versche.
nen compromitteerende beschrijving van
de toedracht der zaak, heeft de wedu
we M. een klacht wegens smaad inge
steld tegen den steller daarvan. (U. D.)
Wo das Vertrauen fehlt
Men schrijft ons uit Amsterdam
De Vereentging van werkgevers op
scheepvaartgebied verspreidde, naar wij
F«<if lleton.
Iq Zorg en Druk.
Naar hel Engelsch
van
ROBERT MACHRAY.
r
Q Ik wilde u vragen mij te helpen
NP, va de autoriteiten toestemming
krijgen liet zoogenaamde graf van
Iwood te openen.
Dat begrijp ik. Maar, veronder-
ld, dat ik mijn best deed; dat voor
inj te doen, dan zou daar natuurlijk
heel overtuigend' argument voor
QffO pteri bestaan. Graven worden al-
a om zeer speciale redenen ge-
#(end.
vtf - Dat weet ik, antwoordde Gilbert,
was voorbereid op hetgeen u daar
ft, en ik moet u alles vertellen.
W door dat te doen vertrouw ik u
e®r van mdjn vader toe.
De Gezant boog.
- Mr. Eversleigh, zei hij. een
ftje stijf, u moet mij niets vertel-
L wat u liever niet kwijt wil wezen.
-Vergeef mij. Excellentie, zeiGil-
t opgewonden, maar zonder over
ling hangt voor mijn vader en
voor mij alles van deze kwestie
af. Vergeef mij daarom, alstublieft.
"Welnu, zei Lord Prestonkirk op
meer weiwillenden toon, ik luister, u
heeft mijn belangstelling opgewekt.
U heeft al genoeg gezegd om mij te
laten blijken, dat het een vreemde
geschiedenis is. zooals u zelf beweer
de, en al9 ik u van dienst kan zijn,
dan kan u op mij rekenen.
Toen vertelde Gilbert hem alles.
De Gezant luisterde vol aandacht,
zoo nu en dan wat vragende, terwijl
Gilbert niet zijn verhaal voortging.
Toen het verhaal uit was, zei Lord
Prestonkirk, dat hij nooit meer zoo'n
vreemd verhaal had gehoord.
Denkt u, vroeg hij. dat door
het vinden van de geheime berg
plaats bewezen is, dat Silwood nog
in leven is?
Ja.
Uw verhaal heeft indruk op mij
gemaakt, bekende de Gezant, en ik
geloof met u en uw vader, dat de
man leeft; alles wijst daarop. Maar,
mij dunkt, het is meer een zaak voor
de politie.
Later naar alle waarschijnlijk
heid wel. zei Gilbert zeer ernstig, maar
nu hoop en verlang ik. dat ik in
istaat zal zijn Silwood op te sporen,
de hand op hem te leggen en op een
of andere manier een verklaring van
hem te krijgen over zekere transac
ties in verband met zijn verduiste
ringen.
Ms men hem vindt en laat ar
resteeren dan zou het waarschijnlijk
onmogelijk, zijn iets uit hem te
krijgen.
Dat begrijp ik, zei de Gezant
Maar h5j keek Gilbert vol vertrou
wen aan.
Ik denk, dat hij een bondgenoot
had. ging Gilbert voort, toen hij op
merkte. dat Lord Pestonkirk hem niet
geheel kon volgen. Laat mij nog wat
duidelijker zijn. D© accountant die
zijn boeken en papieren nakeek, vond
dat groote transacties hadden plaats
gehad tusschen Silwood en zekeren
James Russell. Er werd een onder
zoek ingesteld naar dien Russell, en
daaruit bleek, dat hij. een zeer arm
man wals, of ten minste iemand die
op zeer armoedige voet in Stepney
leefde in 't geheel' niet de man om
deel te nemen aan zulke groote f.i-
nancieele operaties. Ik denk. dat het
een strooman was. die op een of an
dere manier onder den invloed van
Silwood stond, en dat hij zoo noodig
gebruik van hem maakte. Wij ont
dekten. dat deze man kort geleden
Stepney verlaten had, en ik heb een
particulier détectieve aangezocht om
hem op te sporen.
Hoe heette die man ook weer
James Russell.
O riep Lord Prestonkirk uit
Heeft uw Excellentie wel eens
meer van hem gehoord?
Misschien. Weet u misschien
ook, hoe hij er uitzag.
Wij konden geen nauwkeurige
beschrijving van den man krfjgen.
Zijn huren zeiden, dat hij zelden thuis
waszij dachten, dat hij arbeider
was.
Och. misschien is het alleen toe
val, zei de Gezantmaar de connec
tie van dien man met Silwood, doet
denken, dat het iets meer kan zijn
dan eeu toeval.
Eens op een dag in den vorigen
maand werd een Engelsch onderdaan,
een arbeider met een dolk gestoken
op straat te Genua. Hij was in de
zijde gewond, maar niet ernstig. Of
schoon hij weigerde zijn aanvaller te
achtervolgen, en de zaak doodgezwe
gen werd. kwam ze mij toch ter oore.
Toch werd ze niet vervolgd en ze
boezemde mij heel: weinig belangstel
ling in. maar nu brengt die naam mij
alles weer in de gedachte.
Het is héél. héél merkwaardig,
zei Gilbert peinzend, en ik zal niet
vergeten, wat u mij gezegd heeft
Dit zei hij hardop, maar in zijn
binnenste vroeg hij zich af of het
niet mogelijk was. dat Silwood aan
James Russell de methode van het
'openen van de geheime bergplaats
had meegedeeld als dat zoo was, dan
kreeg het vermoeden omtrent Sil
wood veel minder schijn van waar
heid. Dat hield hij echter voor zich
zelf.
Mij dunk, het moet dezelfde man
geweest zijn. merkte de Gezant op.
Zooals ik~u zei, hechtte ik toen geen
gewicht aan die zaak, omdat er geen
werk van gemaakt werd. Nu schijnt
het niij heel vreemd, dat die werk
man. James Russell, niet zijn best
deed genoegdoening voor die belee-
diging te krijgen dat is heel
vreemd voor een gewoon arbeider.
Dan daarbij nog, dat SiVwood in de
nabijheid was.
Lord Prestonkirk staarde Gilbert
aan.
Uw verhaal interesseert mij
steeds meer, Mr. Eversleigh, ging de
Gezant voort. Ik zal zien, wat ik doen
kan. Maar nog eens moet ik u zeg
gen, dat het eigenlijk een zaak voor
de politie is.
Ik geef u toe. dat het dat onder
gewone omstandigheden zijn zou.
Maar. Excellentie, ik niogt om mijn.
vader denken. Ik moet mijn best doen
hem te redden. Ik weet nog niet hoe,
dat beken is, maar zoolang er nog
een sprankje hoop is om heter dan
nu te weten te komen, wat Silwood
deed, kan ik niet allen moed opgeven.
Begrijpt u mijn positie?
Ja, en ik voel er sympathie voor,
maar toch. toch is alles zeer on
regelmatig."
Maar wil u mij Helpen?
Het zal veel moeilijkheden mee
brengen. Ik kan natuurlijk den Itali-
aanschen autoriteiten niet zeggen, wat
u mij gezegd heeft. Ik kan dus uw
argumenten niet gebruiken. Toch zal
ik probeeren, wat ik doen kan. In
ons allen sluimert een détectieve, en
u heeft den détectieve in mij wakker
geschud, en als het in mijn macht
staat dat graf voor u geopend te
krijgen, dan zal het geopend worden.
Gilbe^ dankte den Gezant har
telijk.
Overmorgen hen ik in Rome, zei
Lord Prestonkirk, toen hij Gilbert de
hand drukte kom dan in den namid
dag bij mjij.
HOOFDSTUK XXXII.
Gilbert Eversleigh ging naar Rome
terug, voorloopig zeer tevreden over
zijn succes. JHij voelde, dat Lord Pres-
tonville ziclT zeer voor de zaak inte
resseerde en daarom alles doen zou
om hem te helpen. Maar tegelijker
tijd was hij ongerust over hetgeen hij
gehoord had van James Russqll.
Dat James Russell in het Noorden
van Italië was geweest in denzelfden
tijd. toen de dood van Silwood aan
gekondigd was. gaf veel te denken.
(Wordt vervolgd).