NIEUWS= en ADVERTENTIEBLAD.
«ET MILITAIRE HOSPITAAL.
öuitenlandsch Overzicht
EEN LES VAN DEN
HEER FRANCK.
Stadsnieuws.
Zorg en Brak,
21e Jaargang. No. 6238
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
ZATERDAG 31 OCTOBER 1903.
HAARLEM'S DAGBLAD
ABONNEMENTEN
PER DRIE MAANDEN:
Voor Haarlem1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente)„1.30
Franco per post door NederlandI 1.65
Afzonderlijke nummers0.02%
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37%
de omstreken en franco per post 0.45
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM.
ADVERTENTIËN:
Van 15 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Haarlem van 1—5 regels 0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen.
Hoofdbureau en Drukkerij: Zuider Buitenspaarne No. 6.
Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 122.
Bijkantoor: Groote Houtstraat No. 55. Telefoonnummer 724.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAG BE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 3lbis Faubourg Montmartre.
Haarlem's Dagblad ran 31 Oct.
bevat o. a.
Oil Het Hiiitaire Hospitaal, Buitenl.
Overzicht, Arroudiss. Rechtbank,
Tervolg Gemeenteraad van Bloe-
IWJ gradual, Rinnenlandsche en Stads-
berichten.
tl
Men schrijft ons
7 a| Misschien is het niet algemeen be-
hllend dat het militaire hospitaal te
jer stede een gemeentegebouw is
gebruik gegeven aan het Rijk.
In 1905 zal dit recht zijn afgeloopen
daarom is het wellicht van belang
het kort hierop de aandacht te
estigen, te meer daar het in geen
eval wenschelijk geacht kan worden
let gebouw voor dit doel te besten
en. Een nieuw militair ziekenhuis
zeer zeker wel een eisch.
Na vele gewisselde schrifturen, na
.ail van raadsvergaderingen waar-
ook enkele met gesloten deuren
1 erd den 14 November 1855 besloten
it destijds in gebruik zijnde Diaco
niehuis voor 50 achtereenvolgende
;n aan het Rijk kosteloos af te
in tot eene infirmerie.
Binnen betrekkelijk korten tijd zal
-jj j «os dit g - bouw weder aan de gemeente
yd [omen, tenzij althans het bestaande
Jontract weer wordt verlengd.
K Is het tegenwoordige gebouw ge-
ihikt als inrichting voor ziekenver-
kging? Wij gelooven niet, dat iemand
Iers dan in ontkennenden zin op
vraag zal antwoorden. Deinrich-
van dit gebouw voldoet niet
ft mi kan trouwens niet voldoen aan
111 meest gewone eischen, die aan een
hospitaal mogen worden gesteld,
een wonder. Vóór vele eeuwen
icht tot een klooster, heeft het
zeer veel behouden van den
Ideneeuwschen bouwstijl, zoowel
als uitwendig. Dergelijke ge
wen kunnen nu eenmaal niet zoo
inderd worden dat zij voldoen aan
tegenwoordige eischen. Van buiten
het gebouw al geen vriendelijk
elfden; we kunnen ons voorstellen,
Hit een zieke dit gebouw binnen-
jpende, bevangen wordt door een
ukt gevoel. Een groot verschil
foorbeeld met de militaire zieken-
mwen te Leiden en te Amersfoort,
"h pe inwendige inrichting is even-
I p zeer primitief, niettegenstaande
I grootst mogelijke zorg daaraan
dt besteed. Orde en reinheid zijn
ier in ons hospitaal voorbeeldig,
(j p achten het evenwel niet gewaagd
"«onderstellen, dat de gelden aan
dergelijke inrichting besteed, niet
Jrerhouding staan tot de verkregen
pita ten. Luchtige, flinke, heldere
li0*6* groote zalen zullen zeker
medewerken tot een spoediger
II cf
mag wel in 't oog worden ge
len, dat het Haarlemsche hospi-
een der voornaamste is in onze
aantal verpleegden is steeds
tskkelijk groot. Niet alleen dient
voor het geheele Haarlemsche
"'toen, dat spoedig zal bestaan
ree bataljons Infanterie met den
en een depot eskadron der hu
zaren, doch de vesting-artillerie te
IJmuiden vindt hier ook verpleging.
Bovendien dient het tot z.g. provin
ciaal-hospitaal, en worden er dus
alle personen opgenomen, die afge
keurd en voor de Ged. Staten worden
gebracht. Bij de indeeling der mi-
litiën herbergt het hospitaal wel 170
of 180 van deze patiënten.
Het personeel aan deze inrichting
verbonden is dan ook niet gering,
en daar we vermoeden dat niet alle
lezers van dit blad daarvan op
de hoogte zullen zijn, deelen we het
volgend lijstje mede.
Het personeel bestaat uit
1 Luitenant-Kolonel als Chef.
1 Officier van Gezondheid le klasse
(Kapitein).
1 Officier van Gezondheid 2e klasse
(le Luit.)
1 Adjudant-Onderofficier Admini
strateur.
1 Sergeant-Majoor Schrijver, Ma
gazijn- en Spijsmeester.
1 Sergeant Ziekenopzichter.
1 Idem Portier.
1 Idem Kok.
1 idem der Hospitaal-soldaten.
1 Korporaal Ziekenopzichter.
1 Idem Apotheker.
4 oppassers.
4 Hospitaal-soldaten.
Wel een bewijs dus dat deze in
richting in de wereld der militaire zie
kenverpleging niet van belang ont
bloot is.
Herinneren we ons goed dan is
ook aan de Cavaleriekazerne een
terrein verbonden, bestemd voor een
eventueel nieuw te bouwen hospitaal.
Dit werd bij den bouw dier kazerne
daartoe uitsluitend bestemd en op
gemeten. gggj ggg
Hiermede hebben we eenige gegevens
over deze inrichting medegedeeld en
bijtijds de aandacht gevestigd op eene
zaak, die zeker wel de belangstelling
waard is.
De militaire autoriteiten zullen
zeker wel haken naar een nieuw ge
bouw, overtuigd als zij zijn van de
noodzakelijkheid daarvan. Voor de
zieken zou het een onwaardeerbare
verbetering zijn en onze gemeente zou
er in de tegenwoordige tijdsomstan
digheden zeker niet rouwig om zijn,
als zij zulk eene groote ruimte weder
in vrij eigendom terug kon krijgen.
A.
SPAANSCHE
volksvertegenwoordiging, zoowel in
Kamer als Senaat, is de toestand te
Bilbao ter sprake gekomen. Veel
goeds kon de regeering er niet van
meedeelenzij verdedigde de strenge
maatregelen, die genomen zijn door
te wijzen op de ongebondenheid en
buitensporigheden, door de stakers
betoond en bedreven.
De leden der oppositie besloten het
de regeering in deze moeilijke om
standigheden niet nog moeilijker te
maken en zich van een beoordeeling
van den loop van zaken te onthou
den, tot de orde zal zijn hersteld.
De regeering is er van overtuigd,
dat dit echter zoo heel gemakkelijk
niet zal gaan en besloot dan ook drie
kanonneerbooten naar de in staat
van beleg verkeerende stad te zen
den.
Hoe de stakers te keer gaan kan
blijken uit een poging tot bestorming;
van een jezuïten-klooster, welke po
ging echter mislukte.
Gisteren werd berichtDe nacht is
betrekkelijk kalm geweest. De toe
stand blijft echter ernstig. De stakers
werpen in verschillende wijken vele
barrikaden op. De stad ziet er jam
merlijk uit. Er is gebrek aan brood.
De brandweer heeft gisteren een
brand in een klooster gebluscht van
Jezuïten, door stakers met petroleum
aangestoken. De spoorweg naar bet
Noorden is vanochtend weer vrij.
Gisteren vielen er 6 dooden en 100
menschen werden gewond. "Men ver
wacht veel versterking van troepen.
Er hebben ook onlusten plaatsge
had buiten Bilbao, zoo o.a, in net
dorp Sodupe. waar stakers het rijtuig
van hun patroon hebben aangeval
len. Deze werd gewond.
Te Arenas hebben de stakers een
aanval gedaan op het klooster der
oude van de DrieëenheicL De troepen
vuurdien, er vielen eenige dooden en
onderscheiden gewonden. De stad is
door d' militairen bezet.
Men vreest, dat ook de machinis
ten en arbeiders van de sporen zich
bij de staking aansluiten.
De militaire gouverneur heeft de
mijneigenaren bijeengeroepenmen
hoopt dat deze bijeenkomst tot een
oplossing van de crisis zal leiden.
FRANSCHEN
zijn een merkwaardig volk. Bij za
ken, die ons betrekkelijk koel laten
en met kalme zakelijkheid worden
behandeld, onder een glas spuitwater
of een kop koffie, vliegen zij op als
buskruit, raken handgemeen, ver
oorzaken ongelukken.
Gisterenochtend hielden te Parijs
de bedienden bij den handel in le
vensmiddelen een vergadering op de
arbeidsbeurs met het doel aan te
dringen op afschaffing van de ver
huurkantoren. Niets bijzonders dus
men zou zeggen, dat die zaak heel
gemoedelijk kon afloopen. zelfs al
werd men het niet eens. Maar hoort
nu wat van die bijeenkomst wordt
gemeld. Het schijnt dat de politie
reden heeft gevonden waarom is
ons onbekend zich er mee te be
moeien. En toen begon het:
Toen de politie de betoogers wilde
verstrooien, wierpen zij met steenen
en tafels en stoelen. Een half uur
lang duurde het vechten met de po
litie. Een aantal menschen over en
weer werden gekwetst. Municipale
garde te paard joeg de menigte
uiteen. Verscheiden mannen werden
in hechtenis genomen. Om twaalf uur
was het kalmer geworden, maar de
republikeinsche garde bleef in de
weer. Lépine leidde zelf de maatrege
len van orde.
Om 4 uur 25 kwam de arbeidsbeurs
uit. Agenten versperden den ingang.
Cardes te paard waren geplaatst tegen
bet trotoir voor de arbeidsbeurs. De
leden der vergadering hoopten zich
op bij den uitgang en jouwden den
prefect van politie uit, zij floten te
gen de agenten. Om 4 uur 35 kwam
er een flesch uit de arbeidsbeurs ge
vlogen, waardoor een agent gewond
werd. De politie kreeg nu bevel de
sabels te trekken. Uit de vensters van
de arbeidsbeurs werden nu een stuk of
10 volle flesschen de straat op gegooid,
zonder dat iemand geraakt werd.
Daarop trokken de agenten de beurs
binnen en aanstonds hadden zij zich
meester gemaakt van den toestand.
Men zag een dertigtal betoogers en
evenveel gewonde agenten naar bui-
ten komen. Verscheidene betoogers,
die boven waren in het gebouw,
sprongen op het gezicht der agenten
in de hall en raakten daarbij ernstig
gewond. Bij deze nieuwe vechtpartij
zijn een veertig personen gekwetst
Dat zijn wèl argumenten, die tref
fen. maar of ze ook overtuigen, dat
valt te betwijfelen.
De toestand in
OOST AZIE
wordt boe langer hoe kalmer, zooals
de berichten van daar doen zien.
Het Russische lelegrammenagent-
schap tei Petersburg verneemt uit
Moekden, dat wegens de laksheid der
Chineesche overheid, die haar belof
ten niet nakomt, en wegens de daar
heerschende gisting, een afdeeling
Russische troepen gisteren de stad
bezet heeft.
De van Japansche zijde verspreide
geruchten over den bouw van Russi
sch© forten aan de Jaloe zijn sterk
overdreven er is alleen een wal op
geworpen ter bescherming van de
Russische vestiging tegen overrompe
ling door de Choenchoezen. Het ge
rucht dat Japansche troepen in Ko
rea geland zijn, wordt niet bevestigd.
De anti-Russische betoogingen in
Japan nemen af.
De EngeLsche pers ziet d'eze veran
dering ten gunste van den vrede met
leede oogen aan. want een Russisch-
Japanschen oorlog zou het in troebel
water visschende Engeland niet on
aangenaam zijn. Geen wonder dan
ook, dat de Engelsche bladen er steeds
op uit zijn geruchten te verspreiden,
die nog een kansje op oorlog laten.
Waarde valt aan zulke berichten, als
bijv. dat Rusland nog steeds kolen
aanvoert en dat de Japansche pers
zoo oorlogszuchtig is. niet te hechten.
Zoo we nu ten slotte nog meedee
len, dat volgens
ITALIAANSCHE
bladen Giolltti met de vorming van
een Kabinet, belast is, dan hebben we
voor heden liet buitenlandsch nieuws
afgehandeld.
Ilaarlemsch Gemengd Koor.
Heden ontvingen wij het program
ma der feestviering ter gelegenheid
van het 15-jarig bestaan van Haar-
lemsch Gemengd Koor, Directeur de
heer Henri Pielage, op Zaterdag 31
October a.s., in de groote zaal van
het Brongebouw.
Om dit gedenkwaardig feest zoo
luisterrijk mogelijk te vieren, heeft
eene feest-commissie een programma
ontworpen, 700 keurig en vol verschei
denheid, dat zij daarmede ongetwij
feld veel eer zal inleggen.
Zang- en dansnummers, voordrach
ten en tooneelstukjes zullen elkander
afwisselen. Het belooft dan ook een
hoogst gezellige en genotvolle avond
te worden, een feestavond in optima
forma
1 Januari a. s. zal het Haar
lem's Advertentieblad, uitgegeven door
de Erven Loosjes, 25 jaar hebben be
staan.
leeraar. Bijzonder goed kwam zij er met
ze spreekt niet beter Fransch dan
anderen, vond de heer Franckneen,
dan moet men komen bij het Théatre
francais, dat is j e Fransch, voor dezen
heer de officieele uitspraak.
We hebben maar niet gevraagd of Sa-
rah, toen ze zelf aan het Théatre fran
cais verbonden was, beter Fransch sprak
dan nu, dan wel ui ae officieele uit
spraak sinds dien zooveel verbeterd is.
Wèl constateerden we dat de heer
Franck sprak van la belle langue fran
cais© met een heel leelijke ij-klank in
calse, die we óók wel eens van het too-
neel hebben gehoord van Fransche ar-
tisten, maar die zeer zeker niet kan
worden genoemdeen ideale uitspraak
van de Fransche taal. We merkten nog
enkele onschoonheden op in de uit
spraak van den heer Franck, maar wil
len hier niet gaan schoolmeesteren.
„Ideaal" was het zeer zeker niet on een
specialiteit als bijv. professor van Ha
mel zou ongetwijfeld den heer Franck op;
nog meer ongerechtigheden betrapt heb
ben dan iemand die heel blij is zich te
kunnen „redden" in de Fransche taaL
De heer Franck vindt zichzelf blijkbaar
onverbeterlijkwe vingen o.a. van hem
Wie en wat de heer Franck is, heeft I op dat hij de eerste ls die de spraak-
men gisteren in dit blad kunnen lezen, regels in 't Fransch formuleerde. Geluk-
Ook dat die heer 's middags een les zou kig kregen we de geruststellende verze-
geven in de Meisjes Hoogere Burger- i kering dat er te Parijs toch nog wel
school aan .de Krooht. I menschen zijn die goed Fransch spre-
Het is niet onze gewoonte lessen, op ken. Wat de heer F. overigens vertelde
welke school ook, bij te wonen, maar weonder zeer druk armgezwaai was niets
meenden voor dit bijzonder geval een I bijzonders en hebben we van Holland-
Haarlem, 30 October 1903.
Haarlemsch Toon eel. Dins
dag 3 Nov. zal door bovengenoemd
gezelschap in den schouwburg alhier
een opvoering worden gegeven van
„de Koopman van Venetië", met den
heer Louis Bouwmeester als Shylock.
De verdere rolverdeeling is als volgt
Antonio, koopman van Venetië, de
heer Louis de Vries: Bassanio, de heer
E. Erfmann; de oude Gobbo, de heer
Frits Bouwmeester; Lancelot Gobbo,
de heer Louis Bouwmeester Jr.; Gra-
tiano, de heer D. v. Ollefenvan Arra-
zou, de heer M. vanWarmelo; Portia
mevr. ErfmannSasbach Nerissa,
mej. Mary Beekman; Jessica, dochter
van Shylock, mej. M. Sasbach; terwijl
de verdere rollen worden vervuld door
de heeren G. J. van Staalduynen. J.
Raab, K. Stoete, J. Brongers en J.
Albrink.
Akte examen voorvrije-en
orde-oefeningen. Opgeroepen mannel.
en vrouwel. candidaten. Geslaagd de
dames C. G. Kistenmaker, Haarlem;
J.M.Kies, Amsterdam; E. H. Kamp
man, id.: E. J. Kimmijzer, Haarlem;
M. J- W. Keers, Velsen, de heeren E.
H. de Groot, Akersloot; J. Kooger,
Helder, S. Boon, Uitdam.
uitzondering te moeten maken. De heer
Franck heeft namelijk een conférence
gehouden te Amsterdam en is naar aan
leiding daarvan in sommige bladen
vrijwel afgemaakt.
Dit nu, in verband met het ïeit dat de
heer Franck als 'fcware met een offi
cieele zending van minister Kuyper het
land afreist als iets heel buitengewoons
op 't gebied van Fransche taal of lie
ver meer in het bijzonder de uit
spraak dier taal deed ons tot de
directrice der meisjesschool, mej. Far-
ret, de vraag richten, of er niets tegen
zou zijn, dat wij deze les bijwoonden.
De toestemming werd ons gegeven en
zóó zag men het niet alledaagsch
schouwspel van een verslaggever in de
school.
Alle leerlingen, behalve die der laagste
klassen, die er beslist niets aan zouden
hebben, woonden de les hij.
Laat ons vooraf zeggen dat we geheel
onbevooroordeeld en met het voornemen
te waardeeren, hetgeen waardeering
verdiende, daar zaten.
De heer Franck begon met te vertellen
dat hij la voix voilée had, wat eigenlijk
niet noodig was, daar we het allen bij
zijn eerste woorden konden constatee-
ren. Juister ware geweest zoo hij gezegd
had „abominablement" schor te zijn,
zóó zelfs dat nog al eens iets onverstaan
baar werd. We stellen ons dan ook voor
dat de aanwezige jonge dames niet veel
hebben verstaan van *s heeren Franck's
hulde aan onze koningin, die „het best
Fransch spreekt van alle Europeesche
koninginnen", aan het gemeentebestuur
van Haarlem en aan de directrice der
meisjesschool.
Die schorheid deed er echter niet
toe, zei de heer Franck, als de uitspraak
maar goed is; niet iedereen kan de voix
d'or van Sarah Bernhardt hebben.
Dit was niet de eenigé maal dat
sche leeraren in de Fransche taal óók
wel, maar gewoonlijk duidelijker hoo-
ren vertellen.
De heer Franck bleef nog al lang bij
eenzelfde punt stilstaan. We hoorenhem
nogJe ne te le demanderai pas. Je 'n
te 'i demanderai pas. De meisjes zullen
zich de episode wel herinneren.
Blijkbaar amuseerden ze zich best ia
deze les, geïllustreerd met drukke 'geba
ren. Of ze er ook veel van hebben opge
stoken? Meer dan van 'n les haner
eigen juffrouw of van een Hollandschen
meneer Jan, Piet of Klaas, die behoor
lijk z'n Fransch. kent?
Onze conclusie isWe verklaren hef
oogmerk dat de minister heeft gehad!
met dezen tocht van den heer Franck
niet te kunnen nagaan.
Verhooging en ver 1-aging
der prijzen.
Naar wij vernemen is aan de werk
lieden der Centrale Werkplaats bekend
gemaakt, da*, de prijs der aardappelen
wordt verhoogd van t 1-35 tot 1-45 per
halve H.L. daarentegen wordt verlaagd
de prijs van de steenkolen van f 0.70
tot 0.68 per 70 K.G. en van de anthra-
ciet van x.45 tot /1.40 per 70 K.G.
Naar men mededeelt ie
van Dinsdagavond tot Woensdagmor
gen op de koolmarkt van een schipper
een vaarboom en van een ander kool,
rapen en bieten ontvreemd, het is te
hopen dat de daders het komen beta
len, daar zij hekend zijn.
Als een bijzonderheid kan
worden medegedeeld dat door de kwee-
kerij de Insulinde nog een partijtje
jonge snijboonen aan de groentenmarki
gebracht is ep opgekocht door Jacob Ver-
groote Sarah genoemd werd door den I meer wonende Jansstraat.
Feuilleton.
Naar het Engelsch
van
ROBERT MACHRAY.
opheldering zei de Minister nu
Gilbert, dat Signor Vinei zijn
puteerd'è was. Ik wil hem enkel
even aan u voorstellen. Ik heb
met hem over gesproken om
1 uit te maken, wanneer hij met
ir Cam aj ore zal gaan.
Wanneer is uw plan dat te doen?
Ik zou graag direct gaan ten
als het Signor Vinei
zou u over morgen denken?
Uitstekend.
t lange, donkere man met een
ie uitdrukking op het gelaat
j binnen.
«r. Eversleigh, zei de Minister,
Ik u Signor Vinei voorstellen.
*dt zijn instructies al ontvan.
w als u morgen gaan kunt,
tan hij met u gaan. En u zal
'inden, dat hij even goed als ik
ïenlijk beter Engelsch spreken
0, neen. Excellentie, zoo klonk
het protest van den Gedeputeerde.
Maar ik ben bereid morgen met Mr.
Eversleigh mee te gaan, als het hem
gelegen komt
En zoo werd besloten.
Voordat hij den volgenden morgen
vertrok ontving Gilbert echter een
telegram van zijn broeder Ernest,
dat hein zeer bedroefd maakte. Het
luidde
Vader ernstig ziek, doch zonder on
middellijk gevaar. Onbekwaam om
naar het bureau te gaan. Ik opende
je laatsten brief, maar begrijp niets
van d^bedoeling.
Mijn vader ernstig ziek, dacht
Gilberthoe ontzettend heeft hij
geleden Als het ergste gebeurt, dan
heeft Silwood hem' gedoodEn het
bureau Hoe lang kunnen de zaken
nog gaan bij afwezigheid van mijn
vader zonder dat er iets ontdekt en
een catastrophe verhaast word?t Wat
een ontzettende toestand Wat staat
mij te doen vroeg hij zichzelf hoogst
zenuwachtig af.
Na even nagedacht te hebben was
hij echter overtuigd, dat bij verplicht
was de reis naar Cam a j ore door te
zetten. Maar het bericht van zijn
broer drukte hem ter neer, verslapte
zijn energie.
Tegen den namiddag richtten Gil
bert en Signore Vinei hun schreden
naar de woning van Ucelli te Cama-
jore.
Vol verbazing zag de Syndicus i
Signor Vinei naderen, maar hij giste
in de verte niet, wat de ware reden
van zijn komst was. U komt zeker
spreken over de nalatenschap van
dien armen Signor Silwood, zei hij
in 't, Italiaansch tot zijn bezoeker, te
gelijk met Signor Eversleigh, niet
waar
De nalatenschap, ja. zei Vinei di
plomatisch. Laat mij haar eens zien.
De Syndicus haaide het geld en
de verschillende artikelen voor den
dag, die aan Silwood behoord hadden.
Ik zal u er een ontvangbewijs
voor geven, zei de Gedéputeerde, en
alles meenemen naar Rome. Zij zal
afgegeven worden aan degene, die
kan bewijzen er recht op te hebben.
Dat is uiterst correct, zei de
Syndicus op nederigen toon. Wil uw
Excellentie het nu meenemen
Ja.
Dat laatste woord kwam er zeer
scherp geaccentueerd uit, zoo, dat
Ucelli onmillekéurig opkeek en sid
derde. Plotseling had hij een gevoel
alsof hem iets dreigends bovn het
hoofd hing.
Mr .Eversleigh, zei Vinei scherp,
heeft een verzoek tot den Minister
van Justitie gericht en zijn Excellen
tie heeft daarin toegestemd. Dat ver
zoek was om het graf van Mr. Sil
wood te openen en het Ejk naar En
geland te laten vervoeren. Dat istoe-
Maar, Excellentie, zei de Syndi
cus, denk toch aan de omstandighe
den. Mr Silwood stierf aan cholera.
Dat weet ik, zei de Gedéputeer
de natuurlijk moeten alle mogelijke
voorzorgen genomen worden. Maar
het bevel van den Minister is zeer
beslist. Het graf moet geopend wor
den. en nog wel heden of ten minste
zoo spoedig mogelijk.
Maar, Excellentie, begon Ucelli,
ik
Zeg maar niets meerhet is een
uitgemaakte zaak, en ik ben hier om
er bij tegenwoordig te zijn en het
lijk aan de zorgen van Mr. Evers
leigh over te geven.
Duizendmaal pardon. Excellen
tie, maar ik zal niemand-kunnen krij
gen om te graveniedereen weet,
dat Mr. Silwood aan cholera gestor
ven is. en niemand uit het dorp zal
zich aan besmetting willen bloot
stellen.
Maar met goede voorzorgsmaat
regelen
Helaasonze eenvoudige menschen
begrijpen daar niets van, zij weten
alleen, dat cholera zeer, zeer besmet
telijk is.
Ik moet zeggen, dat ik daarvan
niets begrijp, als dé noodige voor
zorgsmaatregelen genomen zijn.
Welnu, mijnheer, laten wij di
rect zien. wat we bereiken kunnen.
•Ik ga met u mee, en wij zullen alles
voor de désinfectie in orde maken,
en dan zullen wij gravers opzoeken,
terwijl Mr. Eversleigh liter blijft
wachten. Kom
De Syndicus keek Signor Vinci met
doorborenden blik aan. maar het ge
laat van dezen was ondoorgrondelijk
résoluut.
Het is niet noodig, dat uwe Ex
cellentie met mij meegaat. Ik zal het
alleen wel even doen, zei Ucelli.
Ik ga liever met u mee, hernam
de Gedéputeerde zeer beslist.
Toen voegde hij er bij Mijn auto
riteit legt misschien nog eenig ge
wicht in de schaal mlijnheer bij
de gravers.
En de stem van Signor Vinei klonk
uiterst dreigend, terwijl het gelaat
van Ucelli met een doodelijk bleek
overt ogen werd en hij niets meer wist
te zeggen.
HOOFDSTUK XXXIII.
Kom. zei de Gedéputeerde Minis
ter nog eens tot Ucelli. Intusschen
wil u wel hier blijven, tot wij terug-
keeren niet waar Mr. Eversleigh. II
zal niet lang behoeven te wachten.
Zeer goed, mijnheer, hernam
Gilbert, ofschoon hij liever met de
beide Italianen meegegaan was.
Kom riep Signor Vinei nog eens
tot Ucelfö.
Maar nu was de Syndicus weer met
zijn woordje klaar. Hij verzocht den
Gedéputeerde in de andere kamer nog
een paar woordjes niet hem te wis
selen.
Wat u heeft te zeggen, kan u
gerust hier zeggen als u in uw eigen
taal spreekt, begrijpt Mr. Eversleigh
er niets van, op die wijze is u vol
komen veilig, antwoordde de Gedépu
teerde.
Ucelli opperde, dat Mr. Eversleigh
klaarblijkelijk een zeer intelligent
man was, en zeker wel iets van het
Italiaansch moest begrijpen. Daarom
leek het hem met alle respect voor de
meening van Signor Vinei niet on
waarschijnlijk, dat Mr. Eversleigh
zou begrijpen, wat hij te vertellen
had. En weer vroeg hij om een parti
culier onderhoud, dat hem eindelijk
werd toegestaan.
De Gedéputeerde en de Syndicus
zonderden zich af in een aangren
zende kamer, en lieten Gilbert alleen
niet zijn gedachten.
Vreemd warrelden die dooréén.
Silwood, James Russell, de Syndi
cus, en de Gedeputeerde Minister, en
daarachter zijn vader, Kitty en Harry
Bennetzij warrelden in zijn geest
rond als in koortsachtige droomen.
(Wordt vervolgd).