Maatsch11 van Levensverzekering Onderlinge Brand-Waarborg laatscliappjj La Patisserie Moderne Taai- en Koeksoorten, J. II. KOPERS; WOUDSEND (Provincie Friesland) JOH9 JACK. Het echte Bredasche St. Nicolaas Spreekles volgens de oude methode. Op deze woorden, betrok het gelaat van Martial en hij vestigde al zijn aandacht op den bezoeker. Ik weet niet zeker of ik u igoed be grepen heb, mijnheer, verklaar u nader Mijn vrouw zou Als zij toch de grens overgaat eeni- ge koopwaren' voor me meenemen, nooit veel tegelijk om geen achterdocht te wekken. Maar drinkt nog eens, vrien den; ik heb immers nog meer dan dit wijntje in m'n kelder. IV. Dank u, zei Martial, ik drink er niet meer van. En zijn glas terugtrekkend, zei hij U stelt ons dus voor te uwen behoeve te smokkelen? Smokkelen, smokkelen I we moeten elkaar goed verstaan, 't Is immers een schande zulke hooge rechten te heffen, men lokt het zelf uit. Smokkelen I Wat ik voorstel is geen misdaad. En er valt heel wat voor u bij te veTdieaien, je kimt zelf je voorwaarden stellen Zeker, zei Martial, die zich met moeite inhield, wordt mijn vrouw niet gevisiteerd aan de grens en er vrien delijk ontvangen. En zou u nu willen dat we daar misbruik van maken? Alyse begreep het nu ook. Waar hield die man haar voor? Daar moest dus dit bezoek, dat haar eerst met vreugde ver vulde op uit loopen I De zieke sidderde van hoosheid. Mijnheer, zei hij, ge hebt u in de deur vergist. Hoezoo? Hoezoo? Zulk brood willen we niet eten. Wat ge ons vraagt zou ons tot uw me deplichtigen maken. Gaat ais 't u blieft terstond heen en neem uw gaven, waar aan niemand meer zal raken, mee. Maar ge zijt gek. Zoo'n gemakke lijke verdienste I Ge kunt genezen en uit die ellende komen I Tot dien prijs, nooit I De man stond verbaasd, teleurgesteld en boos op. 't Zal je berouwen zoo trotsch te zijn. Ik ga, maar mondje dicht, anders loopt 't slecht met Je af. Hoe het zij, het zal je berouwen. Hierop ging hij do deur uit en liet het geen hij had meegebracht op taf ei staan. V. Uitgeput was de zieke weer op zijn bed terug gezonken, terwijl hij met moeite ademhaalde. Alyse wischte hem bevend het voorhoofd af, terwijl de kin deren zwijgend in een hoek stonden. Zoo ging een half uur, een uur voorbij. Martial was toen wat uitgerust, open de de oogien en zei Zet dat op zij en zend het morgen aan de oude Desroches, onze naaste buren. Zij zijn tachtig jaar oud, arm en alleen op de wereld Alyse snikte. De kinderen waren zoo gelukkig En jij hadt die versterking zoo nood'lg Maar Martial trok haar tegen zich aan en haar handen in de zijne drukkend Zèt het maar dadelijk wegKom je zou er zelf niet aan willen raken Kijk me eens aan. Nietwaar, Je zoudt niet willen En hij trok ook de kinderen aan zijn hart en in deze armelijke hut, bij het uitdoovend vuur gevoelden deze wezens, die niets meer hadden voor morgen, zich gelukkig in het gevoel dat ze elkaar lief hadden en eerlijke menschen waren. Hij is een kind. een kind wegens zijn leeftijd, maar ook een kind in zijn verlangens, in zijn genoegens cn verdrietelijkheden. Hij leert, nu ja. omdat ouders en onderwijzers nu eenmaal vind'en, dat het noodig is en omdat zij dan te vreden over- cn vriendelijk tegen hem zijn en hij ziet graag vroolijke ge zichten om zlich heen en daarom doet hii wat hem opgelegd wordt met een vroolijk hart. Maar overigensbe- kommert hij zich om dat leeren niets, zoodra hij de school den rug heeft toegedraaid, is hij alleen ver vuld van knikkeren, tollen, ballen, of wat de tijd meebrengt. Dat is zijn wereld, daarom draaien zich zijn ge dachten als de jongens hean alle knikkers afgewonnen hebben, dan is zijn grootste zorg, hoe nu weer aan andere knikkers te komen. Moeder vragen Pas nog een tol gehad, niet veel kans Vader? Komt misschien niet thuis of zoo laat I Ruilen met een ander en dan dat mooie bordpapieren tolletje ge ven, waarin een lucifer als spil Misschien, maar de jongens zi jn zoo gierig op de knikkers, omdat het midden in den knikkertijd is. Aan zus om een cent vragen Wie weet wat ze doet, ze Kan wel eens meer wat missen schoven en de vreemdeling ging zitten. Ik ben gekomen, zei hij uiterst vriendelijk, om naar uw gezondheid te informeeren. Helaas, mijnheer, de beterschap blijft nog uit. De lente zal u goed doen als ge daarbij goed voedsel hebt, verster kende biefstuk, goede oude wijn Op deze woorden ontsnapte hetzelf de wtelsprekendo gebaar aan beide ochtgenootenHoe daaraan te ko men? Die goede man had goed praten De bezoeker hernam Daar men mij over uw ziekte ge sproken had en ik toch in de buurt moest zijn, kwam het denkbeeld „bij me op u wat provisie tc brengenden als do sneeuw niet zoo hoog lag, had ik nog veel meer mee gebracht. De man maakte zijn mand open en daaruit kwam allerlei heerlijks, nis vleesch. brood, koffie, chocolade, si naasappelen en cindeliijk de twee flesschen wijn. Naarmate hij uitpak te begonnen de oogen der kinderen te schitteren en Martial en zijn vrouw konden geen woorden vinden. Ziedaar, zei de man. Wat een verrassing, mijnheer, stotterde Martini, dio heelemaal ver kwikt was, alléén op 'L gezicht. Iloe zullen we u danken Kom, kom. zei de ander meteen lach. die valsch klonk, 't is de moeite niet, als buren moet men elkaar helpen. Daarop zei hij opeens met een scherpe flikkering in 't oog Wordt ge steeds behandeld door dien plantkundige aan de overzijde Ja, mijnheer; reeds een jaar lang legt mijn arme vrouw den weg tweemaal 't weeks af om geneesmiddelen te halen. Ik weet het, ik weet hetHeb je glazen? En zijn stoel nader bij het bed trek kend opende hij een der flesschen en 6chonk in in de drie ongelijke glazen, die Alyse gebracht had. Kom, 't is maar om even samen to klinken, 't Is goede wijn, ik heb er al tijd van in mijn kelder. Martial ledigde zijn glas half en voel de zich terstond meer opgewekt. Ach mijnheer't Is alsof men gezondheid ermee opdrlkt Ja, Ja' 1 a propos, als je vrouw geregeld naar de overzijde gaat, kan ze me van dienst zijn. Aan de douane kent natuurlijk iedereen haar en ik wed dat men haar laat doorgaan zonder haar te visiteeren. Nietwaar I Welnu. Mijn voornaamste zaak is m'n houtzaak, maar ik heb nog andere zaken, want ik ben geen millionalr. Kijk eens, ik zal open hartig met u spreken; het komt erop aan hier zekere koopwaren te ontvangen die u door mijne agenten, voor mij zou den worden ter hand gesteld en die naar de andere zijde van de grens te bren gen aan het adres dat u zou worden opgegeven wanneer u, Juffrouw naar den plantkundige gaat. O, de pakjes zijn niiet groot I Want we moeten ons niet laten snappen. FEUILLETON. In Zorg en Druk. Naar het Engelsch van ROBERT MACHRAY. 62) Na een half uur ongeveer wocr- kl'onk door het huis een revolverschot, dnt onmiddellijk gevolgd werd door kreten en andere geluiden, die aan oen worsteling deden denkon. Gilbert sprong plotseling op ai vloog de aangrenzende kamer, waar uit het geluid tot hem doordrong, binnen. Daar op den vloer lag Ucelli en bovenop hem de Gedeputeerde Minister, die hemi zoo in bedwang hield. Een eindje verder lag een re volver terwijl een geur van ver brand kruit was waar te nemen en de meubelen in do kamer dooréénge- gooid waren. Haal iets, hijgde de Gedéputeer- de. waarmee wij hem binden en on schadelijk molten kunnen, Mr. Evers- loigh. Neem dat tafelkleed en scheur het aan reepen dat zal' wel gaan. Gilbert, die natuurlijk spoedig be greep, hoe de vork in de steel zat, deed. wat hem verzocht werd, en na twee of drie minuten wais de Syndi cus aan handen en voeten gebonden. Is u niet gekwetst vroeg Gilbert aan don Gedéputeerde. Ik hoorde het geluid van een schot. Neen, ofschoon Ucelli het wel bepaald had. Hij deed zijn best mij te dooden, maar ik was hem te gauw af. hijgde de Gedéputeerde. Ik zal u alles vertellen als ik wat tot kalmte gekomen ben. En zwaar hijgende ging hij op een «toel zitten. Gilbert keek naar Ucelli, en zag. dat hij lijkkleurig zag. Na een pauze zei Signor Vinei eerst trachtte hij m|ij om te koopen, en toen dat niet lukte, probeerde hij mij te dooden. ofschoon ik niet be grijp. wat bij hoopte er bij ie zullen winnen, als hij mij doodde. Dat was het werk van een krank zinnige. U meent zeker, dat hiij in wan hoop daartoe gedreven werd. Zoo zal het wel zijn. Of misschien hoopte hij daardoor gelegenheid: tot ontsnap pen te krijgen. Maar u begrijpt al, wat dit alles beteekent. U heeft ge lijk gehad met uw vermoedens om trent Silwood. Ucelli heeft niets he kend dat wil zeggen niet direct maar indirect kan men uit de feiten niets anders opmaken. Juist, stemde Gilbert toe. Nu moeten wij zoo spoedig mo gelijk het graf laten openen, en dan hebben wij de bewijzen. Maar eerst zal ik Ucelli nog de gelegenheid ge ven een volledige bekentenis af te leggen. Het gesprek tusschen Vinci en Gil bert was in 't Engelsch gevoerd. Zich tot den Syndicus wondend, vroeg Signor Vinci hem In 't Itali- aansch of hij nog iets te zeggen had of een verklaring af te leggen. Waartoe zou hot dienen vroeg Ucelli. Ik heb afgedaan oLles is verloren I Als dat zoo is, waarom zou je dan niet ruiterlijk alles zeggen? WaL voor voordeel! zou ik daar van hebben U zal toch een* aan klacht wegens poging tot moord tegen mij instellen, cn ik zal tot levenslan ge gevangenisstraf worden veroor deeld. Dg Gedéputeerde dacht eenige se conden na. Je bent dus besloten niets te zeggen vroeg Ucelli. Ik zal alles bekennen, maar al leen als u mij één ding op uw eere woord wilit beloven, zei Ucelli, die ook had nagedacht. Ik kan je geen voorwaarden toe staan. In dit geval wel. Wat meen je dan Als u dc aanklacht van poging tot moord tegen mij wil laten varen, andergeteekende bericht dat bij hem evenals bij zijn voorganger den Heer VOORN, alle benevens STROOIMOPPEN verkrijgbaar zijn. Prima geurige Speculaas 30 tot 50 ct. de 5 ons. firma O. VOORN, Brood- en Koekbakker, ANTHONIESTRAAT 52. H.H. Wederverkoopers voordeelige conditiën. VAN Opgericht Anno 1816. DirecteurenA. H. TROMP ZONEN. Vertegenwoordiger voor Haarlem c. a. A. J. H. RE IJ ND ER S (Zijlweg). Gunstige conditiën, billijke premiën. Tweede Hollandsche gevestigd ta MftflgILEEW. Goedgekeurd bij Koninklijk Besluit. Opgericht in 1870. Sluit alle verzekeringen gegrond op de levens- en sterftekansen der menschen. Is eene zuivere onderlinge Maatschappij. Hare tarieven zijn berekend volgons de nieuwste betrouwbare gegevens. Inlichtingen en prospectussen verkrijgbaar ten kantore der Maatschappij, Jansweg 42. ASOITOI AGtë. Itoomkleerenbleekery VAN Lange Hjeerenvast 136-138, Haarlem. Bediening naar wensch. Attesten op mijn kantoor ter inzage. De wasschen zijn tegen brandschade verzekerd. Zijlstraat 9 - Telefoon No. 58 Van af heden dagelijks verkrijgbaar Heerlijk, versch St. Nicolaas N. B. Ook dit seizoen verkrijgbaar Aanbevelend W. WORST Patissier Cuisinier 135 DIAMANT. Een' rijtuig bracht het gezelschap in tien minuten naar een smalle deur in een hoogc heining van gegolfd Ijzer. Hier ontmoetten zij den jongen ingenieur, dio hen zou geleiden, en hier ook moesten zij hun pas laten zien en zich onder werpen aam het onderzoek van een wantrouwend portier. Binnien de heining droeg alles het kenmerk van rustelooze werkzaamheid. Hoog boven hen, flauw verlicht door electri- sche booglampen, verhief zich het geweldig igevaarto dat bij den ingang van de hoofdschacht stond, die loodrecht door een harde xotslaag, tot een diepte van 1200 voet afdaalde, en in welke op verschillende hoogten horizontale galerijen waren uitgehouwen. Vlak vóór hen bevond zich het machinehuis, dat van een kleinen schoorsteen voorzien was, uit welken de stoom geregeld, doch bij tusschenpoozen ontsnapte, naar gelang van het op en neer gaan deT skips" in de mijn. Een blik in het machinehuis toonde hun het paar reusachtige horizontale machines, die, gepolijst tot zij blonken als zilver, de kotossale spil in werking brachten, om welke de kabels zich kronkelden. Naar het scheen, was er elechts één man aanwezighij zat onbewegelijk bij een paar hefboomen, zijn oogen onafgewend gericht op een indicator op den muur tegenover hem, en voortdurend acht gevend op de signalen door middel van een bel, die aan zijn rechterhand aan den muur was bevestigd. Op het oogenblik dat de bezoekers binnentraden, waren de machines in rust. Plotseling hoorde men drie slagen op de bel. Do machinist lichtte de beide hefboomen op en de ma chines begonnen geregeld en gedruischloos te worken, terwijl de motalen kabels trilden in het lamplicht toen ze zich los- wonden van de spij of er zich om heen kronkelden. Op den indicator kijkende, bemerkten zij, dat toon de skip ongeveer twee derden van den weg had afgelegd, de stoom werd afge sloten, terwijl de machines met dezelfde kracht bleven loopen Een paar seconden later weerklonk een dof igerommel, alsof de inhoud van de skip er met een geweldigen slag was afge tuimeld. De machinist keek op en toen hij don Ingenieur herkende, wenkte hij dezen haastig. „Ze loopen vanavond "slecht", zcidio hij hoofdschuddend. „Er hapert iets aan. En 't ligt niet aan de stootkussons der DIAMANT. 130 machine, want dan zou men ze wel hooren stampen. Ik geloof eerder, .dat het aan de as ligt, of „Of?" „Of anders is het hoofdtoestel iets voorover geheld. De laatste maal ging de bak veel te dicht langs den kant." „Nonsens, man. Er zijn meters en meters stevlgo rots tusschen de schacht en den rand der open mijn I" De machinist haalde de schouders op. „Dat kan wel zijn", zeide hij. „Maar er is iets niet in den haak. Ik gevoel me alles behalve op mijn gemak" liet hij er op volgen. - „Kom, stel je nu niet aan als een dwaas I" zei de ingenieur ontstemd, en zonder zich verder om den machinist te be kommeren, keerde hij naar de bezoekers terug, die natuurlijk niets van het gesprek hadden gehoord. De heer Luttrell deelde"hun mede, dat zij niet langs deze schacht in de mijn zouden afdalen, doch langs een andere, die zich wat verderop bevond, 'en dat zU langs dezelfde schacht weer zouden opstijgen, na een poos ln de mijn te hebben gewandeld. Zij toefden nog eenige minuten bij de hoofdschacht, kijkende naar de op- en neergaande skips. Het geluid van den ontsnappenden stoom waarschuwde hen als een opstijging begon. Na een paar seconden hield het geluld op, en nog enkele oogenblikken latex konden zij bij het licht der eleotrische lampen zien, hoe de skip naar boven schoot on met donderend geraas haar inhoud in een reusachtlgên ijzeren bak uitstortte. Langs het benedeneinde van den bak waren rails aangebracht, over welke zich de kleine IJzeren waggons bewogen, waarvan het gezicht Philip zoo zenuw achtig maakte, ais hij over zijn ploeg dwangarbeiders het opzicht moest houden Aan het benedeneinde van den bok bevond zich een zware klep, waardoor de arbeider gelegen heid had telkens éen wagentje tegelijk te vullen. Zoodra een wagen gevuld was, werd hij voortgeduwd, om bijna onmid dellijk in aanraking te komen met een metalen kabel, die hem langs alle „vloeren" voerde en hem ten slotte ledig naar de schacht terugbracht. Gestadig ging het werk zijn ganig. De machines schenen nooit tot rust te komende skips daalden en rezen zonder ophoudenelke twintig minuten hoorde men hetzelfde ge rommel en geratel als de skip haar Inhoud ln den bak uit-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1903 | | pagina 6