Blinde Meijer. De heer W. A. J. van de Kamp deelt ons mede, dat hij een postwissel van ƒ25.heeft gekregen voor Blinde Meijer van een dame uit Utrecht, die hem in haar jeugd te Haarlem wel gekend heeft, met een gedicht erbij, dat wij hier laten volgen. BLINDE MEIJER. Een ware geschiedenis. 't Is „Blinde Meijer" met zijn stok Van wien ik wü verhalen. Een type van de Spaarnestad, Gezien zoo menigmalen. Een man van zijn geboorte blind. Nooit kon hij 't licht aanschouwen, Gelukkig, zes en twintig jaar, Mocht hij zijn ouders houen. Toen moest hij zelf, de arme man, Zijn kostje op gaan halen, Want hij moest in zijn kosthuis toch Zijn kamertje betalen En waarlijk het ging aardig goed, Met Meijer en zijn stokje, Al had hij schamel maar zijn brood Thuis had hij toch zijn „hokje". Dag in, dag uit, jaar uit, jaar in Liep hij bij alle standen, Geen een liet blinde Meijer gaan, Of gaf iets in zijn handen, Zoo heb ik jaren hem gezien, Zoo ging hij voet voor voetje, Slechts ééne keer had men verzuimd Te roepen „Meijer, hoed je" Een brug stond open en de jeugd, Niet altijd even teeder, Liet loopen Meijer, zoo hij liep, Hij viel in 't water neder. Daar viel hij, plomp, met stok en al, En zou voorzeker zinken, Als er geen redding dagen kwam, Zou hij gewis verdrinken Hij werd gered, de arme man; Gelukkig zag 't een ander, En Meijer werd er uitgehaald, Zoo hielpen zij elkander. O, kinderen, als 'k het zeggen mag, Hebt meelij toch met blinden, Ge weet niet, wat ge in later tijd, Nog zelf zult ondervinden. Dat is nu jaren al geleên En 'k was den man vergeten, Daar las ik gist'ren van een mensch Die „Meijer" was geheeten. Wat. dacht ik, leeft die stumperd nog, Daar moet ik eens van lezen, Jawel, "hij was 't, hij leefde nog, Maar niet meer als voor dezen. Van 't Armbestuur had men gezegd: „Ge moet dat vragen laten, We willen niet meer dat je gaat Te beed'len langs de straten, En als je dan geen bed meer hebt, Geen spijs om van te leven, Dan moet je komen in het „huis". En wij zullen het geven". „Want laat je 't niet, mijn beste vrind Te beed'len langs de straten, Dan heb je kans op 't spinhuis en Dan ben je heel verlaten." „Ach, zie, dat is wel hard voor mij, 'k Kon steeds het brood mij ge*en, Nu ben ik twee en zeventig, 'k Moet van „den arme" leven. Ik kan er niet toe komen, van 't Genadebrood te leven, Ik durf niet meer op straat te gaan, Het is om van te beven. Ik eet maar op, wat ik nog heb, Tt Heb niets meer dan deez' kleêren, Maar om naar 't „huis" te moeten Wit men wel iets ontberen." [gaan, Maar 't eind van 't lied is toch het Tenzij, die altijd geven, [„huis", De handen in elkaar gaan slaan, En hem daar laten leven. Wat dunkt u, menschen, helpt ge Hij moet toch zooveel derven, [hem? Geeft 't geen ge altijd gaaft en dan Kan hij in vrede sterven. Wij moeten er evenwel op wijzen, dat daarmee nog niet bijeen is wat men voor Blinde Meijer noodig heeft. Er ontbreekt nog een wekelijksch be drag van 2 ongeveer. Komt, mede lijdende menschen, draagt uw pen- ninkse voor den stumper bij A. s. Dinsdag-avond zal in het Nuts-gebouw eene vergadering wor den gehouden, waartoe allen, die willen medewerken of hebben medegewerkt om het lot van den armen blinden man te helpen ver zachten, worden uitgenoodigd, ten einde eene regelingscommissie te be noemen. N. O. G. De afdeeling „Haarlem" van het Ned. Ond. Genootschap houdt op Maandag 21 dezer een vergadering, waarin de heer W. C. Goteling Vinnis uit Den Haag met zijne vertaling van Maeterlinck's „Monna Vanna" als spreker optreedt. Het Nederlandsch Onderwijzers Ge nootschap, de Bond van Nederland- sche Onderwijzers, de Vereeniging van Hoofden van Scholen in Neder land, de Diocesaan-Vereeniging van R.K. Bijzondere Onderwijzers in het Bisdom Haarlem, de Unie van Chris telijke Onderwijzers en Onderwijze ressen in Nederland (afdeelingen „Haarlem") houden een vergadering op Donderdag 10 December a.s. des avonds om acht uur in het Nutsge- bouw, ter bespreking van „De Ont- werp-Pensioenwetten." De commissie uit de vereenigingen bovengenoemd, die daartoe oproept, bestaat uit de heeren Jac. Jansen, voorzitterEd. A. van Bilderbeek L. BotJ. C. van GoudoeverW. Kloeke, rapporteur. Beheerende Vennooten der Commanditaire Vennootschap „de Haarlemsche Bankvereeniging", firma Teding van Berkhout en de Clereq, deelen ons mede, dat de inschrijving op de 4de en 5de Serie van het Maat schappelijk kapitaal, elk groot ƒ300.000 volkomen is geslaagd. Voor de 600 nieuwe aandeelen wer den krachtens recht van voorkeur en bij vrije inschrijving 806 aandeelen ingeschreven, zoodat de vrije inschrij vingen niet onbelangrijk gereduceerd zullen moeten worden. Werkverschaffing. Door het H. A. S. zal een adres aan het gemeentebestuur gericht wor den, houdende het verzoek tot bespoe diging van het uitvoeren van eenige gemeentewerken, zooals scholen, het abattoir, enz., een en ander met het oog op de groote werkeloosheid in de bouwvakken hier ter stede. Aan zelfstandige vereenigingen zal ver zocht worden adhaesie aan dit adres te betuigen. Vrijdag a. s. vergadert de Protestantsche Kiesvereeniging tot het nemen der eindbesluiten in zake hare houding bij de a.s. gemeente raadsverkiezingen. D i n d u a. Naar wij vernemen heeft het be stuur van het neutraal gemengd zang koor „D.I.N.D.U.A." voor de leden uitgeschreven, een ouderlingen kwar tetwedstrijd, te houden op Zaterdag 12 Dec. a.s. waarvoor 4 prijzen zijn beschikbaar gesteldde eerste prijs bestaat uit 4 zilveren medailles. De jury is samengesteld uit de hee ren H. Berghuis, directeur van het neutraal gem. zangkoor „Dindua" Jac. de Jong, directeur der R.K. zang- vereeniging „Arti et Religioni" en Carel Phlippeau, directeur der man- nenzangvereeniging „Proza en Poë zie". Binuenland Staten-Generaal Kameroverzicht. Aan de behandeling der begrooting van Justitie, ging de aanneming voor af van het tractaat met Frankrijk be treffende wederzijdschen invoer van koloniale producten. De heer Van Karnebeek verdedigde daarbij tegen over den Minister van Buitenland- sche Zaken het gevoelen, dat Frank rijk ons niet alle voordeelen had ge waarborgd waarop wij, naar hij meende, recht hadden. De Minister van Justitie is een gelukkig man. Niemand had op zijn beleid aanmerking en van verschil lende zijden gewerd hem lof voor het rustig en geleidelijk afwerken van den arbeid, dien hij zich had voorge nomen, in een vierjarig tijdvak tot stand te brengen. Maar waar critiek ontbrak, waren er des te meer wen ken en wenschen, zoo vele, dat de Minister gisteren nog niet aan het woord kon komen. Waar in de minis- terieele rede al die onderwerpen we der opnieuw de revue moeten pas- seeren, volstaan wij met ze kortelijk te memoreeren. De zwendel in de naamlooze ven nootschappen, 't gemis van voldoen de controle, werden behandeld door de heeren Van Nispen en Troelstra op de rede van dezen laatsten komen wij uitvoeriger terug. De heer Van Nispen zag enkel heil in deugdelijker toezicht door deskundigen en ver langde in dit verband een wettelijke regeling der accountancy. De heer Van den Berch van Heem stede vroeg een navolging van de Belgische wet ter bestrijding van de gedwongen winkelnering en ter hand having van de uitbetaling van loon in nationale munt. De heer De Ridder drong aan op herziening (verscherping) der wet op het recht van vereeniging en verga dering (speciaal tegen de militaire en marine-bonden; en herstel van de doodstraf, tegenover de toenemende criminaliteit. De heer Drucker vroeg een partieele herziening van het Wetb. van Kooph. om eenige in de praktijk gebleken moeilijkheden op te lossen. De heer Hugenholtz hield nog eens opnieuw een pleidooi voor het beken de Elmira-stelsel en vroeg de uitzen ding van een jurist naar Amerika, ten einde dit stelsel te bestudeeren. Ten aanzien van de handeling der Haarlemsche politie, die gelden in beslag nam en den verkoop van siga ren ten behoeve der uitgeslotenen verbood, vroeg spreker of de Minister al een onderzoek had laten doen en met welk gevolg. De heer Lucasse vroeg wat de Mi nister beoogde met het onderzoek naar-het vaderschap toe te laten en ook hij drong aan op herstel van de doodstraf. De heer De Stuers verdedigde be scherming van den eigendom van beeldende kunsten en bepleitte de opheffing van de orde der Ballije van Utrecht, ten aanzien waarvan hij in den heer Van Idsinga een bestrij der vond. De heer Passtoors was van oordeel dat men in de opvoedingsgestichten minder oud-militairen en meer onder wijzers met de zorg voor de jongens moest belasten. De heeren Melchers en Smeenge kwamen terug op hun wenschen in het belang der schippe rij en de heer Van Raalte gaf eenige wenken betreffende de samenstelling eener Staatscommissie voor de her ziening van het scheepvaartrecht. En nu de heer Troelstra. Deze was over noodzakelijkheid eener verbeter de wetgeving inzake naamlooze ven nootschappen lang aan het woord, bepaald eenige gevallen van den laatsten tijd behandelend. Zóó lang, dat de heer Lohman zich de vraag liet ontvallen wat der Kamer al dit gepraat aanging, waarop de heer Troelstra hem, als hij niet luisteren wilde, naar de koffiekamer verwees en de Voorzitter een woord van af keuring over deze interruptie liet hooren. De heer Troclstra sprak allereerst over de Noordbrabantsche bank, die na vele jaren van oogenschijnlijk hoogen bloei (dividenden van 6 7 procent werden uitgekeerd), in 1900 ineen stortte, met een verlies van drie millioen. Natuurlijk liep deze de confiture over vele jaren. Spr. be toogde uit het rapport van den ac countant Moret, dat het beheer der directeuren schandelijk waseen van hen gebruikte gelden van invalide ondernemingen in associatie met een der commissarissen. Groote verliezen waren het gevolg en niettemin werd in 1894 het kapitaal van 1 millioen verdubbeld en in 1898 weder met een millioen vergroot. De Bank gaf kre dieten van gezamenlijk 4 3/4 ton aan twee invalide Rijswijksche verffabrie- kende fondsen dezer fabrieken ble ken later scheurpapier, en nu staan beide voor een waarde van 15,000 geboekt. En merkwaardig is het, dat bestuurders dezer fabrieken waren.... de directeur Souman, van de Noord- Brabantsche Bank een commissaris van die Bank, mr. G. J. van Heyst, en mr. II. J. van Leeuwen, die nog wel door de rechtbank te 's-Hertogen- bosch is benoemd tot curator in het faillissement van de Bank. Hoe is dat kunnen gebeuren Boeken en balan sen zijn vervalscht, jaren lang heb ben malversatiën plaats gehad, en dat alles door machinaties van een der directeuren, met de thans verlo ren drie millioen van de aandeelhou ders. Als een dienstbode geld voor boodschappen voor zich zelve be steedt, wordt zij gestraft, zoo'n trou- welooze directeur moet evengoed ge straft worden als zoo'n dienstbode, maar nu wordt gezegd, dat er geen reden voor strafvervolging is. Dus in 't groot mag wel gestolen wox-den, in 't klein niet. En dan wordt er nog aanmerking gemaakt als men zulke handelingen openbaar maakt, wordt den sociaal-democraten stuivertje wis selen in zedelijkheid verweten, ver wijt men hun, dat zij den diefstal verdedigen. Uit den loop van zaken blijkt, dat commissarissen, die het vertrouwen der aandeelhouders geno ten en toezicht moesten houden op het beheer, van niets wisten. Het publiek speurde zelfs eerder onraad dan de commissarissen. De heer Sou man kon, naar aangenomen moet worden, zijn malversatiën plegen zon der medeweten van zijn mede-direc teuren. Aan wie de aansprakelijk heid Feit is, dat de commissarissen hun statuaire verplichtingen niet zijn na gekomen. Zonder hen mochten geen kredieten verleend worden, acht ver gaderingen moesten gehouden wor den, zij hadden een sleutel van de brandkast. En aan niets werd de hand gehouden. De heer Souman maakte alleen de schandelijkst vervalschte balansen. Spr. heeft geen bewijzen van kwade trouw, maar het gemis aan verant woordelijkheidsgevoel van de com missarissen, allen mannen, die een naam en reputatie hebben op te houden, gaat toch wel alle perken te buiten. Ernstig protest behoort hier tegen te worden aangeteekend. In elk geval is er met valsche balansen gewerkt en spr. vraagt of de minis ter een justieel onderzoek heeft inge steld naar de gedragingen van den overgebleven directeur en van com missarissen. allen verantwoordelijk voor deze valsche balansen. Commissarissen hebben verder de statuten overtreden door voor de aan deelhouders een geweldig verlies van 10 van kapitaal te verbergen. Ver der is nog onlangs spr. uit een ver gadering van „Maasland", ook een mooi nummer, gebleken, uit een me- dedeeling van Tels, dat de commis saris van de Noord-Brabantsche Bank, jhr. De la Court, obligatiën „Maas land", welke bij de Noord-Brabantsche Bank in onderpand waren gegeven, tegen lage koersen van de hand heeft gezet, om die obligatiën te drukken. Spr. gelooft niet dat de justitie hier zonder aanzien des persoons heeft gehandeld, vooreerst door aanstelling van mr. Van Leeuwen als bewind voerder over de Noord-Brabantsche Bank, „en déconfiture", den man, die den ondergang der Bank voor een groot deel op zijn geweten heeft. Ook heeft spr. gehoord, dat de rechter commissaris op de directeuren pressie heeft uitgeoefend, om geen failliet, maar surséance aan te vragen. Het wél en het nauwkeurig optreden der justitie liet hier veel te wenschen over. Terloops wees spr. op de Maasland zaak en kwam dan tot de Wilhelmi- natrust, uit de justitieele stukken aan- toonende, dat die trust aandeelen in minderwaardige zaken wilde Ioozen. Het justieel onderzoek was z. i. niet juist geleid en toonde onmacht aan om tegen zwendel op te treden. Ein delijk behandelde hij de Mindrinetti of „minder netjes" geschiedenis en vroeg waarom op de bekende aan klacht van dr. van Capelle, om te vervolgen, afwijzend was beschikt. Hij concludeerde, dat de Kon. goed keuring moest vervallen, openbaarheid worden voorgeschreven, contröle van Staatswege noodig was, de civiele- cn strafrechtelijke verantwoordelijk heid van commissarissen moest wor den uitgebreid. Zooals men ziet, de Min. heeft heel wat te beantwoorden. (Per telegraaj). De ochtendzitting van heden van de Tweede Kamer werd nog geheel in beslag genomen door de talrijke spre kers. die bij het algemeen debat over Justitie de onderwerpen bespraken, grootendeels althans, die reeds gis teren in discussie waren. Herbenoeming burgemeesters. De Avondpost verneemt, dat de mi nister van binnenlandsche zaken een aanschrijving heeft gezonden aan de commissarissen der Koningin in zake de herbenoeming van burgemeesters. In die circulaire wordt erop aange drongen, om een nauwkeurige be schrijving te geven van den gezond heidstoestand van de te herbenoemen burgemeesters, wanneer zij den leef tijd van 65 jaren hebben bereikt. Meer malen toch worden door de commis sarissen burgemeesters ter herbenoe ming vóórgesteld, die reeds boven den leeftijd van 70 jaren zijn. In derge lijke gevallen verlangt de minister een verklaring van een geneeskundi ge, dat die burgemeesters volkomen geschikt zijn voor de waarneming der betrekking en dat verwacht kan worden, dat zij ook gedurende het 6-jarig tijdvak (tijdvak waarvoor een burgemeester gekozen wordt) geschikt zullen blijven. Gelukkigen. Door twee kwajongens is te Assen, naar men ons schrijft, ter gelegenheid van het St. Nicolaasfeest de volgende streek uitgehaald. Zij begaven zich naar een banketwinkel en namen een lot in de tombola. De een won een taart, de ander een banketletter, met welke prijzen zij zich verwijderden. Eenigen tijd later kwamen zij terug, namen weer een lot, wonnen weer een mooien prijs, maar.... nu bleek, dat de briefjes met de woorden „taart" en „banketletter" er op, die zij voorga ven uit de "bus te hebben getrokken, door hen zelve waren meegenomen, om op deze wijze den banketbakker te verschalken en zich van de prijzen meester te maken. (Ass. Ct.) Walgelijk. Men schrijft uit Utrecht aan de Ned. Walgelijker schouwspel dan men gisteren te genieten kreeg op de Wittevrouwenstraat alhier, kan men zich zeker niet denken. Omstreeks vijf uur waggelden daar op de tramrails arm in arm, trots het groote verschil in jaren, broederlijk vereenigd twee mannen, de één circa 45 jaren oud, de andere nauwelijks twintigBeiden behoorden tot de „dienstverrichting" zoo als de gebruikelijke term luidt en verkeerden zóódanig onder den in vloed van den drankduivel, dat zij niet eens meer het vermogen bezaten uit den weg te gaan voor de tram die juist in aantocht was. 't Volgende oogenblik zag het verbaasde publiek de beide drinkebroers aangereden, meegesleept door den viezen sneeuw modder meters verEn toen men de ongelukkigen had opgebeurd, die gelukkig behoudens een onschuldig schrammetje geen letsel bleken beko men te hebben, hoorde men in de rondte de menschen die in verschil lende krasse termen lucht gaven aan hun verontwaardiging over zóóveel boosaardige werking van koning al cohol. Intusschen zat de oudste van het tweetal, op den vloer van het politie bureau, waarvoor het geval plaats had, rondkijkend als een wild dier, zich maar niet kunnende begrijpen, dat de commandant van de wacht last gaf hem „naar achteren" te bren gen ter ontnuchtering. Den jongste liet men gaan. De koetsier van de tram had absoluut geen schuld aan het ongeval. Een wetsontwerp, houdende regelen betreffende openbare inzamelingen, zal eerstdaags het departement van binnenlandsche zaken verlaten. Een ontwerp betreffende de banken van leening is in onderzoek. (Vad.) De Friesland. Het oorlogsschip „Friesland" is, op weg naar Indië, den Nieuwen Water weg binnen geloopen wegens een de fect aan de machine. Het volgende wordt nu gemeld De minister van marine, naar aan leiding van de ingekomen rapporten omtrent den toestand der machine rieën en ketels van Hr. Ms. pantser schip Friesland, thans liggende in re paratie aan de Parkhaven te Rotter dam, besloten geen verlof te geven de reis naar Oost-Indië te aanvaarden, alvorens eene commissie van vijf des kundigen aan den minister rapport z<*.\ hebben uitgebracht omtrent den toestand van de machineriëen enz. en of de Friesland redelijkerwijs een reis van drie jaren zal kunnen aanvaar den. Deze commissie, die telegraphisch bijeengeroepen is, bestaat uitschout bij nacht W. G. van Nes, directeur en commandant der marine te Helle- voetsluis, als voorzitter, voorts twee hoofdofficieren-ingenieurs, den inspec teur van den marine-stoomvaart- dienst en een officier-machinist. Heden (Dinsdagmorgen) heeft deze commis sie haar taak aanvaard en zich daar toe naar Rotterdam begeven tót het instellen van een nauwkeurig onder zoek in de machinekamer van de Friesland. Na afloop heeft de commis sie zich onmiddellijk naar het depar tement van marine begeven om den minister van advies te dienen. De uit slag wordt met spanning tegemoet ge zien door de talrijke bemanning van de Friesland, daar geen ander mari neschip van de grootte van de Fries land op het oogenblik binnengaats is om met dezelfde bemanning naar In dië te kunnen vertrekken. Acad. examens. Academische examens. Utrecht. Kerkel. Voorbcr. ex. W. A. P. F. L. Jörg en W. A. Wasch. Cand. rechten A. K. C. de Brauw. Leiden. Geslaagd voor het eandi- daats-examen in de rechtswetenschap de heer C. W. de Vries. Dieven-bedelaars. In den goudsmidswinkel van Fl„ te Nijmegen, werden hedenmorgen 25 gouden ringen vermist, even na dat twee bedelaars daar waren ge weest. Wijl die personen zich een oogenblik alleen in den winkel had den bevonden, vermoedde men dade lijk, dat zij de daders zouden zijn ge weest. Beide mannen, te Arnhem woon achtig, zijn vanmiddag te Eist aan gehouden en terstond naar Nijmegen overgebracht. Zondagavond zijn op het station Eijsden de locomotieven van twee goederentreinen met elkander in aan raking gekomen, tengevolge waarvan een derde klasse rijtuig ontspoorde en de beide machines zwaar bescha digd werden. Een der beambten werd licht aan het hoofd gekwetst. Een model inrichting. Naar aanleiding van de adverten tie van regenten van het Weeshuis der Ned. Herv. Gemeente te Almelo waarin deze verklaarden naar aan leiding van de bekende rapporten van den inspecteur van politie, te Almelo, onmiddellijk een voorloopig onder zoek" te hebben ingesteld, doch hoege naamd geen termen te hebben kun nen vinden om den weesvader en de weesmoeder te ontslaan of te schor sen, plaatsen thans een 14-tal perso nen de volgende advertentie De ondergeteekenden, wier namen allen voorkomen in de rapporten van den inspecteur van politie te Almelo over be- en mishandelingen in het Hervormd Weeshuis te Almelo, ver klaren ten zeerste verwonderd te zijn over de advertentie van h.h. regenten, als zouden deze geen genoegzame schuld bij den weesvader en de wees moeder hebben gevonden, aangezien ondergeteekenden geen van allen door die regenten zijn gehoord en deze dus blijk geven het onderzoek zeer eenzij dig te hebben gevoerd. Stad en Ambt Almelo, 6 Dec. 1903. (Volgen de namen van 14 ondertee kenaars). Ongelukken. Gisteren had te Taarlo bij wacht post 43 een treurig ongeluk plaats. De tijdelijke spoorwegwerker R. D., te Loon woonachtig, had een gela den geweer bij zich (vermoedelijk om te stroopen). De mede aldaar wach tende spoorwegwerkers waarschuwden R. D. urn geen geladen geweer bij zich te hebben. R. D. wilde het geweer met den loop naar boven in het foudraal doen voor de seinvlaggen. Het schot ging af, waarschijnlijk doordat de haan ergens tegen aan stootte, en trof den ongelukkige in den buik. R. D. liep eerst nog eenige schreden weg, maar zakte toen in een. Terstond werd dr. Anema te Assen gehaald en R. D. op de lorrie ver voerd naar Loon. Op advies van den geneeskundige, die constateerde, dat eene gapende wonde was veroorzaakt van ongeveer 8 c.M. lang en breed, is R. D. vervoerd naar Groningen, waar hij nu, hoewel bijna hopeloos, ver pleegd wordt. („Ass. Ct.") Uit Wierden schreef men gisteren aan de ,,Zw. Ct." „De oude rnolen is omgevallen en Albert de knecht zit er onder". Deze treurige tijding ging heden middag omstreeks half vijf van mond tot mond, en een ieder spoedde zich naar de plaats in de nabijheid van de spoorlijn. Toen wij aankwamen, werd juist de knecht levenloos-onder de balken weggehaald. Zijn aange zicht was nagenoeg onkenbaar. Zacht draaiende is de molen om gevallen de eigenaar was met zijn zoon juist gaan koffie-drinken, ter wijl enkele minuten geleden nog an dere personen op den molen waren geweest. Men vermoedt, dat de stee- nen poeren onlangs met den storm erg hebben geleden en thans uit elk ander zijn gevallen. De oude molen van Wierden was door de prentbriefkaarten nagenoeg overal bekend. Maandag begaven zich van Tiel vier karrelieden met hunne met varkens beladen karren naar de export slachterij te Osch. Tegen den avond keerde men terug, en bemerkte men aan de schans te Oyen, dat een van het 4-tal achtergebleven was. Onmid dellijk ging een der mannen terug en vond wel de kar en het paard verdronken, maar van den eigenaar was geen spoor te vinden. Aangezien men een gedeelte van den weg van de Oyensche hut tot aan den dijk door het water moest rijden, vermoedt men, dat de achter rijder, een vrachtrijder uit Tiel, in een sloot gereden en verdronken is. Onbegrijpelijk is het evenwel, dat al len achter elkander rijdende, de ach terste onopgemerkt verongelukt is. Bescherming van dieren. Maandag hield de Nederlandsche Vereeniging tot bescherming van die ren hare laatste bestuursvergadering van dit jaar in Den Haag. Een verzoek aan de verschillende kv- nologen-vereenigingen in ons land om, indien drachtige honden op hare tentoonstellingen worden geëxposeerd, aan deze dieren meer beweging te gunnen dan in het algemeen voor de geëxposeerde honden toegestaan wordt had succes. De vereeniging Nimrod bleek trouwens reeds in dien zin te hebben gehandeld. Gedurende de toepassing in Den Haag van de muilkorvenwet waren heelwat klachten ingekomen nopens de ruwe wijze, waarop meermalen de honden werden opgevangen en ge transporteerd. Over de wijze, waarop ze werden onder dak gebracht en verzorgd, was men zeer vreden. De dit jaar aldaar oj richte bewaarplaats, in de kosi waarvan door de Vereeniging w bijgedragen, is dan ook heel wat ter dan wat vroeger als zooda dienst deed. Op het congres, dat te Bern bespreken eene wijziging en aam ling van de conventie van Gent hoopt men ook o. a. erkend te k gen, dat het plicht is der oorlogx rende partijen, om de op het sl veld doodelijk verwonde paarden te maken. Besloten werd gezamenlijk met Nederlandsche Vereeniging tot scherming van vogels een verzoek richten tot den minister van binn landsche zaken om het lager one wijs dienstbaar te maken aan de langen der dierenwereld. Voorts werden eenige belooninj toegekend, o. a. aan den jongen m die een der katten redde van het langs voor Scheveningen vergane gat de Henriëtte. Een Hens. De Russische reus Machnoff is na zich een paar dagen aan de A sterdammers voor een schelling hebben laten bekijken, van door gaanhij had genoeg van zijn menschwaardig bestaan of van kleinheid van'Holland, misschien x ons triestig, nat klimaat, of wel de uitbuiting van zijn impresario, veel geld verdiende aan z ij n groo Hoe 'tzij, hij is Amsterdam en z kornak ontvlucht. Tijdens de voorstelling van Zal dagavond werd de reus Goliath althans naar 't heette ongeste de deuren van den „Salon" ginj dicht en er werd een papiertje op ruiten geplakt met de mededeelii dat Machnoff te ziek was om zich laten bekijken. Maar de talri, nieuwsgierigen, die zich naar de A stelstraat te Amsterdam hadden geven, om den reus te gaan zien, treurige bericht lazen en vol me lijden zich een oogenblik verplaats in den toestand van den eenzar die misschien snikkende op zijn be lag, zagen hem plotseling in z volle lengte te voorschijn treden. In drie stappen zegt 't „Nieuv was hij het Rembrandtplein o\ Achtervolgd door een joelende men te, ging Machnoff de Regulit breestraat in. Spoedig namen di eenige diendertjes het logge gevaa in bescherming en de reus moest ras zijn lichaam in tweeën vouw* om het poortje van het politiebure op het Singel binnen te kunnen ga; Daar vertelde hij, zoo goed en kwa als 'tging, zijn wedervaren. Hij li te klagen over slechte ligging env ding drie diners waren voor b lang niet genoegaf-en-toe ramme. hij van den honger. En daar z contract-tijd om was, wilde Machn hoe eer hoe liever weg. Het grootste, in elk geval langs hotel in de nabijheid werd voor h uitgezocht; in „Pays-Bas" bracht den nacht door. Uit officieele bron vernamen w zegt 't „Nieuws", dat de reus in c hotel logeerde, maar de portier, d; wij om inlichtingen vroegen, wist heelemaal niets van. Men schijnt daar dus zulke kle tjes over het hoofd te zien. Al vroeg toog de reus Zondag iï een rechercheur naar den Russiscl: consul, in de Doelenstraat, om z papieren in orde te laten maken. Machnoff werd daar al verwacl Donderdag was zijn impresario reeds geweest, om te spreken over vernieuwing van het Contract, en reus zou Vrijdags daar verschijne maar Machnoff was zoo dom niet hij er wel uitzaghij hield zicli zi sprak niet meer over een contract had dus zijn plannetje al klaar. 's Consuls kantoor was echter sloten. Dan naar den hoofdcommis ris, dacht de rechercheur, en rijtuig ging 'tnaar de Spinhuisstei Toen Machnoff echter weer voor zo poortje kwam te staan, kreeg hij 1 te benauwdhij rende den Acht burgwal op en de Damstraat d( naar den Dam. Blijdschap was zijn gelaat te lezen, toen hij het C' traalstation in de verte zagd reuzensnelheid liep hij het Dami over, steeds achtervolgd door hond den nieuwsgierigen, en nog juist 1 tijds kwam hij op 't perron om c trein van 10 uur 4 naar Berlijn kunnen pakken. Een van de grootste 1ste kla coupé's was toevallig nog leeg. Ma noff kromde zijn lichaam en met c rechterschouder naar voren wist zich naar binnen te werken. Een ti je zat hij nog ineengedoken te stai naar de menschenmassa toen gi gelukkig het fluitje van vertrek, daarmede was deze toch wel tragisc stx-ijd om de vx'ijheid volstredeu. 't Schijnt, dat Machnoff het slac offer is geworden vaix zijn vorig impresario, die geheel buiten hem i met zijn nieuwen ..manager eenci tract had gemaakt, waarmede Tie re niet in alle opzichten instemmen k< Men moet Machnoff waarlijk c niet al te veel als een klein kind handelen. Verdwenen. Een van de employé's der Amst damsche Bank, een jongmensch v circa 25 jaar, is sedert gisteren v dwenen. Men brengt zijn plotseli vertrek in verband met de vermissi van een pakket effecten, ter waai van omstreeks f 4000. Ons Geld. Iemand vraagt in 't „Nieuw waarom er geen stuivers meer ges gen worden en waarom er zoo weii halveguldens in omloop zijn. Of iemand anders wel het ger van stuivers exx halve guldens treurt vraagt hax-erzijds de redac daarbij en ten aanzien van halve-gxxldens stemmen we met hi in. Maar aan stuivers d. w. z. a flinke nikkelen stuivers, niet aan ze zilveren miniatuur-stuivertjes bestaat wel degelijk behoefte. Met den wensch van den inzem naar goudstukjes van 5 zal we geen bankbiljetjes van dat drag te wachten hebben wel ie« instemmen. Maarwat zouden we er a

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1903 | | pagina 2