BE RAMP VAN CHICAGO Keizer Wilhelm. Keizer Wilhelm zou gaarne Parijs eens bezoeken, dat is bekend, maar.. hoe zal de ontvangst zijn? Ziedaar de vraag, waar het op aan komt. De verhouding tusschen Duitschland en Frankrijk is de allerlaatste jaren veel verbeterd, maar een onberaden stap kan alles bederven. Een koele ont vangst mag niet geriskeerd worden. Teekenaar van bovenstaande heeft den Keizer voorgesteld, incognito Pa rijs bezoekendhij draagt zelfs zijn eigen valiesje. Hij is aangeland op de I Place de la Concorde, in het hart van Parijs dus. Op den achtergrond ziet men den gevel van de Chambre des Député's en de Keizer richt zijn schre den naar de Rue Royale, in de rich ting van degroote Boulevard dus. Aan het oolijke gezicht van den straat veger zou men zeggen, dat hij wel weet wie daar zoo eenvoudig heen stapt. „Mijn collega's bezoeken Parijs, ik wil er óók heen", zegt de Keizer. Rusland en China. Rusland wil Mandsjoerije, dat aan China behoort en heeft zich, zooals men weet, daar al aardig ingedron gen. We zien dan ook op de plaat Rusland en China beide op Mandsjoe rije zitten. Maar Rusland wil het liefst dat land langs vredelievenden weg bekomendè.èrom maakt hij China het hof en de oude malloot laat dat toe, al moest en kon ze weten, dat achter de hofmakerij iets anders ver borgen is. De paniek in den Schouwburg. De schatten van de Noordzee. De schatten van de Noordzee. Toen voor twee eeuwen een Schotsch schrijver in zijn boek„Brittanje's schatten der zee", beschreef, hoe groot aandeel de Schotsche visschersvloot had in de volkswelvaart, had hij er zeker niet liet flauwste vermoeden van, op welke enorme cijfers onze te genwoordige tijd wel zou kunnen wijzen. Óm maar iets te noemen, werden naar een Londensch blad schrijft, tusschen 300 en 350 millioen kilogram men haring in het jaar 1900 aan land gebracht in Engelsche havens; en met ieder jaar groeit dit aantal aan, afgezien dan van tiidelijken achter uitgang. te wijten aan allerlei om standigheden,waarbij de toestand van het weder een groote rol speelt. Verder werden in 1900 een 50 milli oen kilogrammen kabeljauw aan land gebracht. Voor 50 jaar wierp een visscher in Scarborough een paar zeetongen in zee en verklaarde in diepe treurig heid, dat het de laatste waren van de Noordzeemaar die bewering heeft zich sinds in geen enkel opzicht gerechtvaardigd. Ook de bewering der visschers als zou het stoomsleepnet het broed van de visschen schade doen, is door Prof. Huxley weerlegd, die aantoonde, dat het broed zich meest aan de opper vlakte bevindt. Verder constateerde hij, dat de scholen kabeljauw in de hoogere breedtegraden zoo enorm groot zijn dat, als de strikken neer gelaten werden, de visschers merkten, hoe het onder aan den strik beves tigde gewicht telkens tegen de vis schen aanstiet. Een vierkante mijl wateroppervlak kan wel 120 millioen stuks kabeljauw bevattenmaar toch geldt het voor een buitengewoon goede vangst, wan neer de visschers van de Lofodden30 millioen visschen vangenen meer dan 70 millioen hebben alle Noor- weegsche vischers te zamen nog nooit gevangen. Zoo zou dan ook één enkele school, die de kust nadert, voldoende zijn om een heel vischseizoen goed te maken, waarbij dan nog 40 50 millioen stuks zouden overblijven om de gele den verliezen te herstellen. Het voornaamste voedingsmiddel van de volwassen kabeljauw schijnt de haring te zijn en zelfs, als men aanneemt, dat elke kabeljauw per dag maar één haring noodig heeft, dan nog verbruikt een school kabel jauw van een vierkante mijl per week (Bij de platen). Dc lezers weten op welk een nood lottige wijze voor Chicago het jaar 1903 geëindigd isop een der laatste dagen van dat jaar brandde de Iro- quois-scliouwburg af. welk onheil aan omstreeks 600 menschen het leven kostte, zijnde het grootste aantal slachtoffers, dat bij menschenheuge- nis ooit door een schouwburgbrand is gemaakt. De schouwburg was, zooals men zich zal herinneren, van onder tot boven vol, meest met vrouwen en kinderen. Op de balcons en galerijen was, toen de vlammen van het too- neel de zaal inpersten, de verwarring ■het grootst en velen waagden een sprong van een aanzienlijke hoogte in het parterre. Toen de brandweer het gebouw binnendrong, vond zij op de trappen en in de gangen de lijken opgestapeld liggen. Slechts bij bena dering kan men zich een denkbeeld vormen van den afgrijzingwekkenden aanblik, dien deze hoopen van ver minkte, vertreden en geschroeide lij ken opgeleverd moeten hebben. Velen lagen met de armen uitgestrekt naar den kant, vanwaar zii nog op redding gehoopt hadden. Anderen hadden in hun krampachtig dichtgeknepen han den nog lappen van kleedingstukken. die zij anderen van het lijf gerukt hadden in de worsteling om een uitweg te vinden. Ook buiten het gebouw werden hart verscheurende tooneelen afgespeeld. Het bericht, dat de Iroquois-schouw- burg in brand stond, verspreidde zich met groote snelheid door de stad en in korten tijd trachtten honderden mannen en vrouwen, van wie bloed verwanten in den schouwburg moes ten zijn, in de grootste ontroering door het politiecordon heen te dringen dat de plaats des onheils afzette. Velen gelukte dat en dan hielpen zij moedig bij het reddingswerk. Door brandweergasten en burgers werden talrijke gewonden buiten gebracht, soms ijzingwekkend verminkt en ze nuwschokkende tooneelen volgden, als mannen hun vrouwen, of ouders hun kinderen onder de gewonden herkenden. De bisschop van Chicago, die mede hulp verleende bij het red dingswerk, zeide „God geve, dat ik nimmermeer iets zoo vreeselijks zal moeten bijwonen. Ik ben op bloedige slagvelden geweest, maar gruwelij ker dan dit heb ik nog nooit iets ge zien." MOPPENTROMMEL. Sergeant, zet Pietersen, dien aarts- slordigen en brutalen kerel drie dagen op water en brood. Qch, kapitein, wat geeft-ie daar om Het is een vegetariër Zoo nu we zullen hem wel klein krijgengeef hem drie dagen sterke bouillon en 's middags en 's avonds een heele worst. Is u de fotograaf, die ze din gen gemaakt heeft? Om u te dienen, mevrouw, Zoo en gij annonceert dat je de prachtigste lichtdrukken vervaardigt. O zeker. O zeker, o zekermaar (de fotografiën op de tafel smijtend) wat is dèt dan Uw man. Het lijkt wel een aap. Mevrouw, u had dat moeten be denken vóór u hem nam Kleine Wim. Mijnheer v iep, het komt in orde. Zoo beste vent, denk je dat Ik heb het gister-avond afgeluis terd. Je krijgt Ciska. De aanstaande van Ciska (overge lukkig). Weet je het zeker Ja ja, ik heb het goed gehoord. Pa zei tegen Ma nog Wel beschouwd is het toch beter dan niets KareiPa, wat is een philantroop? Vader Een philantroop, jongen, is een man, die het geld van andere menschen weggeeft. En wat is een philosoof? Een philosoof is een man, die met geduld de kiespijn verdraagt, waaraan zijn buurman lijdt. 840 millioen stuks haring, terwijl alle Noorweegsche visschers te zamen slechts de helft van dat aantal ha ringen vangen. Prof. Huxley meent dan ook, dat alle kabeljauw- en haringvisschers bij elkander zich slechts 5 pCt. der totale hoeveelheid visch meester ma ken; wat nauwelijks in aanmerking komt, vergeleken bij de vernieling, die door allerlei zeedieren wordt aan gericht. De Engelsche visscherij-beambte Spencer Walpole trachtte eens tot een berekening te komen voor de vruchtbaarheid van de natuur. Hij schatte het aantal der haringen dat jaarlijks gevangen wordt, op 3 milliard stuks, en even groot het aan tal der haringen, die door roofvogels en visschen gedood worden. Het is niet waarschijnlijk, dat het aantal der gevangen haringen méér dan 1 per duizend bedraagtmaar nemen we eens voor een oogenblik aan, dat de verhouding is 1 2. Om nu het voorhanden zijnd aantal haringen op dezelfde hoogte te houden, zouden dan de 6 milliard haringen, die overblij ven, in den loop van het jaar weer 6 milliard moeten voortbrengen wan neer dus de helft daarvan wijfjes haringen zijn, zou elk aan twee stuks het „levenslicht" moeten schenken. Maar elk wijfje brengt niet 2, maar van 20 duizend tot 50 duizend eieren voortin het kwaadste geval bleven er dus dus 19998 eieren over, die ge rust konden omkomen. Laten van deze nu door de schuld van menschen er acht dood gaan, dan blijft er npg zoo n enorme hoeveelheid over, dat de natuur zelve zorgen moet voor het vernietigen van een deel der visschen, wil de Noordzee niet na verloop van jaren een gesloten visch- massa zijn. Daarom is er ook geen nood, dat de. visschen zullen uitsterven. En wan neer werkelijk verscheidene visch- gronden in den laatsten tijd visch- arm zijn geworden, dan is dat „alleen hieruit te verklaren, dat de visschen door de voortdurende verontrusting van daar verdreven en naar andere streken rretoeen zijn, waar ze dan nieuwe, wellicht nog onbekende visch- gronden gevormd hebben. Toch is het een feit, dat in den loop der tijden sommige op zichzelf staan de vischgronden leef",evischt zijn. Dat erkent ook de schrijver van het buitenlandsch tijdschrift, waaraan dit stukje is ontleend. OORLOG (OF VREDE? De czaar, die de vader was der vre desconferentie, zou zijn idealen al gauw hebben prijsgegeven, indien hij niet thans optrad ten gunste van den vrede in 't Uiterste Oosten. Zoo werd dezer dagen bericht, dat hij in den Aziatischen raad, na hef tige discussiën, had uitgeroepen: „ben ik de vredesczaar of ben ik het niet Aldus van zijn alleenheerscherschap gebruik makend ten gunste van den vrede. Onze plaat symboliseert die gebeur tenis. De Russische beer maakt zich ge reed den strijd met den Japannees aan te binden, maar de czaar werpt zich tusschen de beide kampvechters en dwingt den beer tot kalmte en af wachten. Jonge dichter Weet u wel juf frouw Klaart je, dat u het is ge- geweest, die mij geïnspireerd heeft tot mijn eerste dichterlij ke proeve. Dame: Nu dat is niet mooi van u, dat u mij nu de schuld wilt geven. CHAMBERLAIN PASSENDE VERGELIJKING. Baron Die bedelende kerel, dien je zooeven de deur uitgegooid hebt, was zeker nog onbeschoft en grof op den koop toe, hè? KnechtOnbeschoft en grof, mijn heer de baron, beteekent nog niets bij zoo'n brutaliteit. Hij bedroeg zich zoo vlegelachtig of hij mijnheer de baron zelf was. THUIS. Is mijnheer Peperman thuis? Jawel, u vindt hem op de socië teit. Wat versta je onder een loopend gerucht Een automobiel, meester. PRACTISCH. HijLieveling, ik wou je vragen, of je mijn vrouw wilt worden. Ik weet wel, dat ik je onwaardig ben, maar Zij O, zeg niet meerIk wil je vrouw worden. Je moogt mijner on waardig zijn, maar Hij Maar wat, liefste? Zij Een half ei is toch beter dan een leege dop. Kom, kom jongmensch spreek rechtuit, heb je iets te wachten in de toekomst? Jongmensch (schuchter). Jameneer, dat heb ik. Welnu dan, laat hooren. Jongmensch. Dat als gij hoort dat mijne financiën nu niet zoo best staan en ik noch erfooms noch erftan tes heb, gij mij Lucie zult weigeren en mij de deur uitgoten. De illustere Joe Cham v berlain heeft getoond dat hij niet kieskeuri) is in het kiezen de middelen om zijn doe ei te bereiken. Evenmii ziet hij er tegen op zei j^, van kleur te verande ïen ren zooals hij gedaai °k heeft of van denkbare partijen all w hulptroepen gebruikt tl ?o. maken als dat in zijl kraam te pas komt. Het is op deze eigen schappen, dat boven staande afbeelding doelt in verband met zij n pro tectionistische plannen itl Ieders hulp is hen; welkom. Zijn jas hmei s&amgelapt uit stukken genaamd naar de meest uiteenloopende partijen, s-e] een paar plaatsen zijn nog vacant. GrootvaderIk geloof, lieve, dat mijn gehoor terugkeert. Ik verbeeld mij, dat ik Jan op de sofa kan hoo ren snorken. Kleindochter (door een hoorn gil lend) 'tls niet het snorken van Jan, grootpa, dat zijn straatmuzikanten, die voor het huis spelen. Grootvader (woedend): Zend ze weg, ik kan dat lawaai niet verdragen. MODERN HUWELIJK. Mevrouw (tot dienstmeisje) Ma rie, naai eens even dezen knoop aan mijn mantelmijn man is zoo juist uitgegaan. OVEREENSTEMMING. Mevrouw (tot pas in dienst getre den keukenmeid) Maar één ding moet ik je zeggenik kan volstrekt geen tegenspraak verdragen. KeukenmeidNu, dan passen we goed bij elkaar mevrouw, ik óók niet. HET PARVENU'SKIND. OnderwijzerKinderen, nu moeten jullie een opstel maken over het huis uwer ouders. Jongejuffrouw GoudmeijerMijn ouders hebben zeven huizen, meneer! EEN HARDNEKKIGE. Een baanwachter vindt op de raili een man liggen Wat doe je daar? Zeker dron ken, hè. Nee, maar ik ben levensmoede, ik wil me door den trein laten over rijden. BaanwachterKom, maak geen gekheid en sta dadelijk op Nee, ik sta niet op, voor ik doo9 ben. OP SCHOOL. OnderwijzerJantje, wat weet jë me van den paling te vertellen? Jantje: Dat-ie zoo glad is als een aal. Na de ramp.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1904 | | pagina 8