NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
Onder Betoovering
22e Jaargang. No. 6522
Verschijnt dagelijks, benaive op /.on- en Feestdagen.
DINSDAG 4 OCTOBER 1904 33
HAARLEM'S DAGBLAD
ABONNEMENTEN ADVERTENTIE N:
Voor Haarlem PER UR'E MAANDEN: j 2Q Van '~5 reSels 50 C,s-J iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom 'der (=Fli Haarlem van 1 5 regels ƒ0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel.
gemeente)„1.30 v; A V Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Franco per post door Nederland1.65 0/' X, ry j Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen.
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37 Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 55.
de omstreken en franco per post 0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur j. C. PEEREBOOM. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 31bJs Faubourg Montmartre.
HAARLEM's DAGBLAD
plaatst dagelijks advertentiën van
VRAAG EN AANBOD,
(geen Winkel-Annonces) voor
Een Kwartje per plaatsing
DRIEMAAL mits binnen een week, voor
TWEE KWARTJES te zamen
Betaling contant.
Grootte der Adv. hoogstens zes regels.
00RL0GSVAR1A
KRIJGSHAFTIGE GEEST EN
DOODSVERACHTING.
Professor -dr. E. Baelz zendt uit To
kio aan de Kölnische Zeitung be
schouwingen over den krijgshaftigen
geest en de doodsverachting der Ja
panners. Aan wat hij thans het
laatst in dat blad publiceert is het
volgende ontleend. Het menschelijk
leven wordt door den Japanner niet
van zooveel waarde geschat, dat het
niet vaak „weggeworpen" wordt, zoo
als de Japansche zegswijze luidt, om
redenen die ons dikwijls eenvoudig
belachelijk lijken. In de Chineesche
en in de Japansche geschiedenis is
het dikwijls voorgekomen dat minis
ters zelfmoord pleegden omdat hun
vorst hun raad niet opvolgde. Vrou
wen maken zich soms even goed om
politieke redenen van kant. Toen de
tegenwoordige keizer van Rusland op
zijn reis door Japan, als kroonprins,
bij Kioto aan een aanslag bloot stond
kwam er een jonge vrouw bij den
portier der prefectuur te Kioto en gaf
hem een brief met verzoek, dien da
delijk aan den gouverneur te geven,
daar hij zeer dringend was. De gou
verneur deed den brief open en riep
onmiddellijk den portier toe de vrouw
te achterhalen, daar er anders een on
geluk zou gebeuren. Maar het was al
te laat. De vrouw lag badende in haar
bloed zij had zich de halsslagader
geopend de schande, dat. er op den
Russischen kroonprins, gast van den
Japanschen keizer, een aanslag ge
pleegd was, kon zij niet overleven
De meest voorkomende oorzaak van
zelfmoord bij Japansche vrouwen is
echter ongelukkige liefde of huiselijk
verdriet. Een onaangename schoon
moeder is dikwijls genoeg reden voor
een schoondochter om een eind aan
haar eigen bestaan te maken. En zelf
moord als gevolg van ongelukkige
liefde wordt zoo vaak zelfs door beide
slachtoffers tegelijk gepleegd, (door
verdrinken), dat er voor dezen vorm
van dubbelen moord in het Japansch
één woord bestaat. Van tijd tot tijd
komeiudeze gevallen bijna epidemisch
voor en dan is de regeering genood
zaakt de poging er toe strafbaar te
stellen.
Bij de thans in het veld zijnde Ja
pansche soldaten komt een bijkans
fanatieke stervensmoed voor. Het is
hun trots liever te sterven dan zich
gevangen te geven. Toen het onbe
schermde transportschip Kioesjoe Ma-
Drie Japansche zeelieden konden,
zwemmende, de kust bereiken. De ove
rige verdronken.
Het Wladiwostok-leger, onder com
mando van generaal Liniewitsj moet
gereed zijn Korea binnen te rukken,
om daar den geheelen winter te blij
ven. De Japanners hebben 20.000 man
op marsch om deze beweging te ver
ijdelen.
Binnenland
roe door een Russisch oorlogsschip in
j den grond geboord werd, weigerden
de troepen van den Japanschen bo
dem zich over te geven. Ze stierven
liever, en grootendeels door eigen
hand. Mag dit voor ons gevoel over-
dreven, ja verkeerd zijn, omdat deze
door der soldaten voor hun vaderland
geen nut heeftmogen wij ook den
ken aan de achterblijvende familie
leden, ouders, broers en zusters,
vrouw en kinderen, de Japansche go-
dachtengang is deze Wanneer de Ja
pansche soldaat ten oorlog trekt, dan
verbreekt hij alle banden, die hem
aan familie of aan een persoon bin
den. Hij is voor de familie, zij voor
hem zoo goed als dood. Als de ver
trekkende uit den wijnbeker water
drinkt, beteekent datafscheid voor
eeuwig. Dan is hij vrij, vrij van alles
wat hem aan het leven bondhij
heeft met het leven afgedaan en het
gesteld in den dienst van het vader
land. Zijn energie wordt sterker, con
centreert zich op den strijd. Een Euro
peaan meent, dat de bereidwilligheid
om voor zijn land te strijden, hem
van de plichten ten opzichte van zijn
familie niet ontslaat. Midden in het
gevecht zal hij aan zijn gezin denken.
Het is intusschen duidelijk dat een
man, die in geen enkel opzicht meer
aan het leven gebonden voelt, wiens
eenige gedachte de vijand is, een ge
vaarlijker tegenpartij is, dan hij, die
bij alle dapperheid nog andere ge
voelens blijft kennen. Hiermee is ook
verklaard het schieten van de Japan
sche artillerie in den slag aan de
Jaloe, dat door alle Europeesche oog
getuigen eenvoudig phenomenaal ge
noemd wordt. Oog en hand van den
Japanner blijven onder het vuur van
den vijand zoo rustig als thuis op de
schietbaan. Immers voor dit uur heeft
hij jarenlang geleerd en gewerkt. Nu
moet hij toonen dat hij op de levende
schijf, die de vijand is, evengoed kan
mikken als op een houten of ijzeren.
Hij is hierheen gekomen om te strij
den en te sterven en het psychologi
sch© oogenblik vindt hem bereid en
wel te moede
EEN JAPANSCH SCHIP GEZONKEN.
Uit Petersburg wordt geseind aan
de Engelsche ochtendbladen dat een
telegram uit Kharbin ontvangen
meldt dat een Japansch zeilschip met
172 man aan boord, gezonken fs bij
Sakhaline door het vuur uit Russi
sche kustbatterijen.
PANOPTICUM.
Ia ,,De Telegraaf' lezen wij de vol
gende niet onaardige schets
Tusschen de menigte heb ik mij be
wogen. Niet tusschen de menigte, die
zich verdringt achter 't paleis om 'n
glimpje op te vangen van al de gou
den uniformen, die in bakjes naar t
hofbal worden gerold. Neen. Ik be
woog mij tusschen de menigte leven
deen doode menschen in "tpanopti
cum. De maand spoedt ten einde en
heden is 'tde laatste dag, waarop 't
publiek met 'n kwartjeskaart al het
moois van 't deftige wassenbeelden
spul aan de Amstelstraat kan gaan
genieten. 'tWas dan ook vol gister
avond, stampvol. En er is bewon
derd.
Bewogen H. M. de Koningin n Haar
Gemaal zich in de halzaal van het
paleis en werden Zij er bewonderd
door de élite der stad, hier in die
andere balzaal bewogen zij zich niet,
maar werden er niet minder om be
wonderd, al was 't dan ook door
kwartjespubliek.
Kaik eris, moe, de Koningin,
sprekend
He ja, en de Prins, wat 'ngezel
lig dik hoofd, z'n steek is 'm te
klein.
En in de balzaal was zoo'n eigen
aardig allegaartje van genoodigden.
Daar stond de Koningin-Moeder en
daar zat Koningin Sophie, daar stort
ten drie Pausen tegelijk hunne zege
ningen over het publiek uit. Daar was
Koningin Victoria en Willem II. In
de groote middenzaal speelde de hof
muziek. 'tWas 'n groot draaiorgel,
waarop 'n zestal popperige Duitsche
muzikantjes vioolstreken en bliezen.
Rechts van 't orgel stonden Cecil Rho
des en Chamberlain met luisterende
gezichten, alsof ze zooeven 'n dubbe'-
tje in t orgelgleufje hadden geduwd,
en iinks stond Rochefort, woedend
starend naar 't publiek, de handen ge
reed om den eersten den besten m
z'n lurven te pakken. Naast hem
peinsde Pasteur over 'n nieuw serum.
En de mannekes op t orgel bewogen
■Ie kopjes, streken en bliezen, terwii
do muziek piepkraste.
In den hoek vóór t hokje; waar
Mozes in z'n mandje drijft, was t 'i
gedrang
Och-chut wat 'n dotje van 'r
kind
Da's Mozes in z'n mandje.
--- En die juffrouw tusschen de bie
zen da's die Egyptische Koningin.
Welnee, da's z'n moeder.
Nee, 'tis z'n zuster.
Verder schuift de bewonderende fa
milie, 'n juffrouw met 'n rood, dik ge
zicht nadert.
- Och, kijk nou toch eris wat 'n
lief kind, moest dat verdronken wor
den, meheer?
-— Ja, maar 't is gered.
Och wat gelukkig, zoo'n dotje,
om dat nou te willen verdrinken.
Op 'n rijtje staan de beroemde man
nen.
Da's Schiller, moe, ken-ü-'m
-- Welnee jongen hoe zou 'k d-
man kennen
- Is dat dan niet. die gemeene
moordenaar
Nee jongen, de moordenaars
stane hier niet, die stane in de gru
welkamer.
Zoo trekken ze langs de groepen,
langs Paul Kruger met z'n vlasch-
baardje, langs Zola met z'n artikel
,;j' Accuse" in z'n vingers, in ge
sprek met Frederik den Groote en
Darwin, langs Conscience, zittend *n
z'n hoekje als 'n misselijk geworden
toeschouwer. Ze verdwijnen in den
dwaaltuin, ze klimmen op naar den
spiegel-driehoek of bewonderen de
eindelooze rij baddames. En enkelen
verdwijnen in de gruwelkamer, waar
ze elkaar Muizelaar en Van der Laan
vijzen, griezelend van afschuw of
waar ze elkaar de groep van de kwar
tjosvinders uitleggen.
En da's nou de ton.
Moesten ze daar in
Ja, luister maar, 't staat in het
boekje. (Vader leest voor uit 't hoekje;
..De ton of schandton, afkomstig uit
Delft, heeft den vorm van eenhoepei
is 226 jaar oud en diende om meis
jes of vrouwen, die onzedelijk leef
den, te straffen."
Adresdebat en bij de Staatsbegroo-
ting en bij Hoofdstuk V als eerste per
soon geïnteresseerd is, zoowel in de
Tweede als in de Eerste Kamer, hoe
hij tijd zal moeten" vinden om zich
voor de verkiezingen, van 1905 bezig
te houden met de verschillende wets
ontwerpen, waarop met name het bij
zonder onderwijs en de arbeiders
wachten."
Het blad vreest, dat het slot dezer
vierjarige periode van Christelijk be
wind nog triester zijn zal dan de
inhoud van deze Troonrede.
„Slechts alleen de aangekondigde
belastingverhooging is wat ons in dit
Woord uit den Koninklijken mond be
langrijk voortkomt.
„Belangrijk, doch waar deze toe
zegging gepaard gaat met.de bekend
making van de middelen, die de Mi
nister van Financiën daartoe wil
aanwenden, een nieuwe en grievende
teleurstelling.
..De verhooging van de drankac
cijns met 11 staat ons tegen, omdat
het naar onze opvatting de Overheid
niet geoorloofd is uit deze volkszonde
In de dagen toen de vroegere Re
geering gevestigd was in het huis of
in den wagen, waar de wd. Presi
dent met zijn omgeving zich bevond,
werd steeds trouw de Regeeringsvlag
meegevoerd, totdat de wacht in han
den der Engelschen viel. Komman-
dant Schröder trachtte evenwel de
Vierkleur voor schade bewaard te
houden en verborg haar daartoe op
zijn lichaam tot hij in Pretoria
kwam. Daar kreeg hij gelegenheid de
vrouw van een vriend te spreken en
aan haar overhandigde hij de vlag.
Met moeite gelukte het mevr. P.. dit
symbolische doek door de wacht te
smokkelen en. zorgvuldig werd het
verborgen tot de vrede kwam, waar
op het nog in een hoekje bewaard
moest blijven. Zoo leek het althans
maar 't feest der Hollandsche Koning
in gaf de gelegenheid hem weer voor
den dag te brengen als Nederland-
sche vlag.
Heeremetij'd, wiere ze daarvoor j nog meer munt te slaan tot stijYing
in n ton gezet? vraagt de luisteren-, der inkomsten van den Staaf,
de echtgenoote. „Want immers niet de bestrijding
- Luister nou, tkomt- „Den ion van het kwaad door middel van een
m scdl0aaers dragende, stak hetverhoogde accijns is het motief der
hoofd er uit en had het publiek het Regeering. doch alleen de versterking
recht., het vuil van de straat op te der financiën.
npn1"n Gn ^aar naar *ie^ hoofd tewer- j3n evenmin als deze belasting kan
p ons toelachen het voorstel tot heffing
van mc evo'b nee. rpaar' van 5 opcenten op de bedrijfsbïT&s-
st.el je nou eris voor, dat ze dat nog ^ing
lil HC.eV, i.° kon EeToon. -.Dat noemen we een onrechtvaar-
an de tonnen op straat, verzekerdedig mj(illel en we doen dat met te
zij. terwijl hl] zn boekje sloot en de meer vrijmoedigheid, waar do llegee-
ton belangstellend bekeek en nadat! rn..._j.
■■■■■PHI HHPPHnadat
ze beiden nog lekker gegriezeld had
den van de folterbank en de ral-
braak, namen ze, evenals al de vide-
ren. 't mooie en griezelige mee in
hun hoofden naar huis, waar ze fami
lie en kenisscn er nog eens mee ver-
Uit de Pers
ring zelve in deze Troonrede ver
klaart. dat de toestand in meer dan
een bedrijf, als gevolg van buiten-
la ndsche mededinging rechtmatige
verwachtingen teleurstelde.
„Hoe bij ^zulk een getuigenis, het
plan kon rijpen om het reeds zoo ge
drukte bedrijf nog zwaarder te tref
fen door *n bovendien zoo verlijdelij-
ke heffing van Rijksopcenten. wij-ver
mogen het niet te verstaan.
„Inderdaad, dit slot van de laat
ste Troonrede het is triester nog dan
DE TROONREDE.
„Weinigen, zoo schrijft de Chris
ten-De m o k r a a t, zullen vermoed de weinige toezeggingen, die ons wer-'
hebben, toen in 1901 het Ministerie- den gedaan."
Kuyper optrad met zoo hoogen moed Het 1)lad zucht, hoe geheel anders
en met zoo schoone belijdenis, dat dit alIes had kunnen zijn, had de Re
in 1904 het laatste zittingjaar zou geering zich slechts gehouden aan de
aanvangen met een Troonrede, die, drie hoofdpunten van haar Pro-
naar onze meening, niet beter kau eram-
worden gequalificeerd dan. als een j
triest slot.
„Wanneer men dit staatsstuk ont-1
doet van al de gebruikelijke franje,1
dan blijft er nog niet veel anders over
dan een weinig zeggend en een even'
weinig beduidend gelegenheids- of J
wel verlegenheidsspeëchje.
Gemengd Nieuws
DE NED. VLAG EN DE
VIERKLEUR.
Te Pretoria heerschte op Koningin-
.Dat het belangrijk wetsvoorstel nedag een feestelijke stemming en een
tot verzekering van ouderdom en in- groot aantal Hollanders en oud-Hol-
validiteit nu eindelijk „zal worden landers hadden van hun liefde voor
toegevoegd aan de onderscheidenden onze Koningin blijk gegeven door het
vmigon jare aangekondigde voorstel- uitsteken van de Nederlandsche vlag.
len van wet", het kan slechts nieuwe 't Is verrassend, zoovelen van die
teleurstelling wekken. natie als nog altijd in den Trans-
Teleurstelling althans voor deve- vaalschen zetel cTëFRegeering wonen!
len, die nog altijd meenden, dat men,
al vertrouwende, zonder vreeze de
vervulling van de afgelegde beloften
op dit stuk, met gerustheid kon af
wachten."
Het blad zegt. dat nog niets hoege-
Zeker meer dan een paar duizend, zoo
schrijft de „Volksstem".
Voor enkele gevels werd een vlag
getoond, die nog de sprekende ken
merken droeg van betore dagen. Op
één plekje zagen wc er een, waarvan
naamd is verkregen van wat als een smal strookje groen,achterge-
hoofdschotel zou worden gegeven tot bleven tegen 't roodr wit '-n blauw.
spijze van het wachtende volk.
„We zien ja, wat vogels in de lucht,
maar in de hand hebben we er nog
geen, zelfs geen enkelen kwakkel.
„De ter onzaliger ure vooropgezette
Hooger Onderwijswet, zij zal aan
stonds opnieuw tijd in beslag nemen
èn van Regeering èn van Kamer, en
nog altijd blijft het ons een raadsel,
hoe Minister Kuyper, die en bij het' bonden.
de herinering aan de vroegere vrij
heid wakker riep. En in Fairview,
Arcadia, waaide nog een echt oud-
Republikeinsch doek. maar door de
veranderde landsomstandigheden ook
in zooverre gebreideld, dat de strook,
die de kleur der hoop weergeeft, om
den stok gewikkeld was. Aan dit doek
is een belangrijke geschiedenis ver-
CALAIS—DOVER.
De bouw van een verbinding tus
schen het vasteland en Engeland, zoo
dat men voor de reis geen booten
meer noodig heeft, behoort tot de
vraagstukken, die sedert vijftig jaren
technici en diplomaten bezig houden.
Sedert het in 1857 uitgewerkte plan
voor eeu spoorwegtunnel onder het
Kanaal, dat door den Franschen in
genieur Thomé de Garmond werd ge
maakt, werd er meermalen een balle
tje van opgeworpen.
De Fransche Kamer nam in 1874
een wet aan, die de middelen tot uit
voering van het plan ter beschikking
stelde, en ook aan het Engelsche
werd door Gladstone een wetsvoor-
dracht voorgelegd om het project uit
te voeren. Het plan mislukt© tenge
volge van de vrees der Engelsche mi
litaire autoriteiten, wien een in En
geland uitmondende tunnel al te ge
vaarlijk scheen voor de veiligheid van
het eilandenrijk.
Do technici lieten zich evenwel niet
afschrikken en arbeiden nu aan het
grootsche plan van een overbrugging
der zee. In plaats van onder water,
zou men ter geruststelling der be
angste landsverdedigers een brug
over zee leggen. Dit denkbeeld leed
schipbreuk door internationale diplo
matische bezwaren.
Eenige mijlen van de kust behoort
j de zee aan alle volkeren en zij kan
i dus maar niet zoneter meer, om het
I zoo eens te noemen, door Engeland
en Frankrijk bebouwd worden. Bo-
I vendien zijn de geringe afmetingen
en de mist in deze drukste aller zee-
I straten reeds zonder de nieuwe hin
dernissen van een bouw op pijlers ge
vaarlijk genoeg voor de scheepvaart,
zoodat het niet opgaat, deze door een
nieuw soort kunstmatige ijzeren klip
pen te vermeerderen.
Doch nu is er een nieuw project ge
vormd. dat wel in staat schijnt, om
liet reusachtige werk ten. uitvoer te
doen komen. De heer Bunau-Barilla
heeft, een plan uitgewerkt, dat zich
alle inmiddels bij het bouwen van
boven- en ondergrondsclie spoorwe
gen ten nutte maakt. Hij combineert
de tunnel en de brug. Van Calais
moet een tunnel 27 K. M. ver do
spoorwegbaan onder zee 3 K.M. van
de Engelsche kust brengen.
Daar wordt dan een kunstmatig
oiand gebouwt, om tot steunpunt te
dienen van een 3 K.M. lange brug,
over welke dan de treinen over de
golven naar land kunnen komen. Op
deze wijze wordt de scheepvaart niet
gehinderd, daar negen tienden, van
den afstand door de tunnel wordt
ingenomen. Aan de andere zijde is
de nerveuze vrees der Engelschen
vooar een eventueele militaire lan-
FenlUetnn.
door
FRANK FRANKFORT MOORE.
Uit het Engelseh.
7)
Mevrouw La Roache gaf een
schreeuw, toen zij het staal zag glin-'
steren, zij sprong overeind, maar de
oude man verloor Claire geen oogen
blik uit het oog, en Claire week geen j
duimbreed achteruit. ..I
Wilde u ze mij afnemen zei hij
heesch. Raak ze aan en ik zal u doo-
den, waar ge staat. Begrepen
Kom, Mr. Sullivan, zei Claire, ga
zoo spoedig mogelijk met uw kaarten
naar uw eigen kamer, en niemand zal
probeeren ze u te ontnemen. Ik be-
loof u, dat ik ze zal verbranden, als
ze onder mijn bereik komen. Als ge
ze op een veilige plaats wilt hebben,
bewaar ze dan onder uw hoofdkus
sen. En ga nu heen, alsublieft.
Zij keerde zich van hem af en ging
naar haar moeder, die over al haar
leden beefde van schrik.
Nu, Mr. Sullivan, herhaalde
Claire.
De oude man verborg het .spel kaar
ten in zijn boezem. Toen schonk hij
nog een glas whiskey in en sloop
zonder een woord te spreken, de ka
mer uit door een deur aan de andere
zijde. Alleen toen hij op 't punt stond
de deur achter zich te sluiten, keerde
hij zijn hoofd langzaam om en wierp
een waanzinnigen blik op moeder en
dochter. Toen lachte hij even en ver
dween in de duisternis.
HOOFDSTUK III.
Krankzinnig en gevaarlijk
krankzinnig ook juist, waar ik zoo
bang voor was riep Mevr. La Roache
uit
Wat een dwaze droom is dat ge
weest, zgi Claire. Maar de gedachte
van een Iersch kasteel te bezitten, ter
wijl wij en pension waren te Nizza,
was te veel voor ons. Een Iersch kas
teel
Hoe ter wereld konden wij zoo
wdaas zijn? riep de moeder uit. Wat
oen dag niets dan teleurstellingen
Ik dacht voor een oogenblik, dat die
ellendige, oude gek je wilde vermoor
den, Claire.
Dat was absurd, zei Claire. Hij
is te zwak om meer te doen met zijn
mos dan er een snee brood mee af te
snijden. Arme oude stakkerZag u
hoe hij die kaarten aan zijn hart
drukte? De hartstocht van zijn leven
de verwoesting van zijn leven.
Maar nu is hij weg. en wij moeten
trachten het ons zoo gemakkelijk mo
gelijk te maken voor den nacht
slechts voor één nacht wij kunnen
het toch wel één enkelen nacht uit
houden, en er zal nu wel niets bij
zonders meer gebeuren. Ik zal nog
wat meer turven in den haard leg
gen, en dan kunnen wij slapen in
onze stoelen.
Ik kan haast niet meer van
slaap, maar mijn zenuwen zijn zoo
van streek, dat ik geen kans heb, rust
te vinden, zei Mevr. La Roache hui
verend en met een blik in de rich
ting van de deur, waardoor Mr. Sulli
van verdwenen was.
Er is niets om zenuwachtig over
te zijn. zei Claire geruststellend. Ik
zal mijn uiterste best doen en alles
in 't werk stellen, dat wij van dien
leant ten minste niets te vreezen heb
ben, voegde zij er bij, toen zij Tien
blik van haar moeder volgde.
I-Ielp mij de tafel voor de deur
zetten, zij gaat naar den binnenkant
open.
De tafel was zeer zwaar maar met
groote moeite wisten zij haar voorde
deur te plaatsen, en zij waren over
tuigd, dat de oude man niet instaat
zou zijn die barricade weg te duwen.
De andere deur, die in de hal uit
kwam. wist Claire te sluiten dooreen
methode, die zij van haar vader ge
leerd had. als zij zoo nu en dan hun
omgeving niet vertrouwden.
Zij duwde met kracht het lemmet
van een mes het mes. waarmede
Mr. Sullivan haat bedreigd had
tusschen een der naden van de deur
post, zoodoende er een soort van
grendel van makend.
Nu, lieve moeder, nu kan u met
een gerust hart gaan slapen onder
het dak van uwe voorouders. Het zal
mij intusschen verwonderen of er
nog iets van het dale is overgebleven,
zei Claire.
Je bent toch niet van plan de
kaarsen uit te blazen? riep baarmoe
der. toen zij haar een beweging zag
maken in de richting van de kande
laars.
'Waarom niet Wij kunnen toch
niet slapen, als het hier zoo licht
blijft, zei Claire.
Och neen, doe die kaarsen toch
niet uit, zei haar moeder. Als deze
lichten er niet geweest waren, dan
zou een uur geleden mij den moed al
hegeven hebben. Zelfs terwijl zij
brandden verbeeldde ik mij meer dan
eens dat ik hoorde h'sh het is
hier vol vreemde geluiden, zelfs stem
men hoor ik nu luister, Claire.
Zij luisterden beiden ademloos
duidelijk was te onderscheiden lmt
zachte geluid van de vallende asc'i
in den haard, maar bovendien hoor-
j den zij buiten kwestie menschen spre
ken in de naaste kamer. Sullivan
was daar niet alleen.
I Bedienden er zijn zeker toch
bedienden in huis. fluisterde Claire.
Zij sloop naar de deur en legde tr
haar oor tegen. .en dan het geluid van andere sten
Spreckgehiiden drongen tot haar j men hoorde naast de stem van Suil
door, maar het scheen wel steeds van.
dezelfde stem.
Claire schudde haar hoofd, terwiji
zij terugkwam.
Ik zal "t u gemakkelijk maken
voor den nacht, zei ze, de stoelen zoo
plaatsende, dat haar moeder zooveel
mogelijk kans had in te slapen.
Het zou mij onmogelijk zijn de
oogen te sluiten, bracht Mevr." I
Roache hiertegen in. De herinnering
aan de legenden van dit kasteel, die
je vader mij verteld heeeft. zou mij
gec-n oogenblik met rust laten Hoe
gaarne luisterde ik naar al die ver
halen, die hij mij in de eerste jaren
van ons huwelijk deed Ik vond ze
zoo piquant en sommige er van vond
hul dip- lik hepaald amusant in dien tijd. Zoo
''herinner ik mij het verhaal van den
vreemden, kleinen man, clie alle k,n-
sebanden stal, geen vrouw kan sla
pen in één bepaalde kanjer van het
Kasteel zonder haar kousol
Sapperloot, Sir Dick, het loopt
ons den laatsten tijd mee. hoorde zij
den ouden man met een vloek zeggen.
Drie duizend guinjes in den pot
bij God, er moet meer zijn dan drie
duizend. Ik verwed er tegen ieder der
heeren duizend om da* er nu ruiten
gekeerd zal worden. Neen, heeren.
niet allen tegelijk spreken. Kolonel
hoorde ik u niet zeggen, aangeno
men Goed aangenomen, mijn
heer: en Jeff ook, nietwaar Vooruit
dan maar, mijnheer de markies.
Hawat, de tien ruiten nu
zijn wij quittet markies, maar iii
bent mij duizend guinjes
Jeff het spijt mij, dat ik u 1
moet vallen, kolonel, maar uw celi;
stapel is waarlijk te hoog voor ewi
eenvoudig soldaat, mijnheer. Jk durfK at,tnn,
zweren, dat wij vóór den morgen '-C- i VPHiP7<U rv.V konsebanden
lijk staan ik moet coupeeren. me; ,,,#1 k om zoo grappig!
waar? O. zie. alweer ruiten Daljj*2'de. tragische la*
i jtoch ook altijd iets komisch zo-,
kwam het mij ten minst'- toen voor.
,1 Maar nu kan ik mij er niets anders
van herinneren, dan Iwt afsHiuwÏM-
ke. Jij hebt er ook wel enkeb*
boord. niet. Claire?
stier
schijnt uw kleu:
j markies
i De oude man
jzijn vrienden vi
jaar gebeden. H
men van het
te zijn, mijnheer
speelde kas
tn vijftig of
ij spetelde me
rieden. Hij won ofj
verloor denkbeeldig geld.
Maar Mevrouw' LaRoac he. die aan j
het andere eind van de kamer rt.md
le luisteren, beweerde, dat ?i; zoo nu
(Wordt vervolgd