Door een zachte toespeling kwamen
wij al spoedig te weten, dat de beval
lige rose en lichtblauwe costumes, die
de zeer slanke, flink opgeschoten jon
ge dames droegen, waren voortgeko
men uit de vaardige handen van Pa
ri si ennes. Inderdaad zagen de doch
ters van den millionair er goed uit.
Het spijt ons, meneer, zoo klonk
toet ons in onberispelijk Hollandsch
tegemoet, dat wij niet langer kunnen
blijven. Zooals u ziet, ons rijtuig staat
voor.
Natuurlijk betuigden wij der jonge
dames ons leedwezen en voegden er
een complimentje aan toe. Toen zij
in het rijtuig stapten, zagen wij bo
vendien twee Europeesche dames, die
bleken te zijn de Engelsche gouver
nante en de Fransche kamenier van
de twee kinderen der weelde. Deze
iaatsten sprekend vloeiend Fransen
en Engelsch, wat haar tijdens haar
verblijf te Parijs uitnemend te stade
gekomen is.
Het duurde niet lang, of wij Jmoes-
teai ook de paarden van Oey Tjong
Ham zien. Als ons geheugen ons niet
bedriegt, dan heeft hij te Semarang
een stoeterij van 28 paardenhij had
êr echter slechts zes naar Soerabajn
meegenomen.. Twee hiervan heeft de
millionair in Parijs gekocht, voor 400
pond (of 4800 gulden), naar hij ons
vertelde.
Het zijn prachtige dieren, echte
..koetspaarden", zwaar maar niet
lomp gebouwd, zwart van robe met
lange staarten. Ook kregen wij de
twee ponies te zien, die Oey Tjong
Ham voor zijn beide dochters heeft
gekocht em waarop dezen met veel
vaardigheid rijden. Het zijn telgan
gers, die boven op den breeden rug
met witte vlekjes geteekend, doch
overigens zwart zijn, paarden, zoo
als men zelden ziet.
Voor zijn honden, enz. heeft de mil
lionair een Duitscher in dienst geno
men, zoodat het in zijn huis inter
nationaal toegaat en meu weinig ge
vaar loopt zich niet verstaanbaar te
kunnen maken.
Oey Tjong Ham is pas 37 jaar. Hij
heeft grootsche plannen voor de toe
komst, Blijkbaar behoort hij niet tot
de mannen, die er zich mede verge
noegen, hun millioenen voor zich te
iaten werken. Op het programma
staat nu een reis naar de Vereenigde
Staten, die in Februari 1905 zal wor
den aanvaard.
Rechtszaken
HOOGE RAAD.
Voor den Hoogen Raad werd Dins
dag gepleit dooi- mr. L. W. v. Gigch,
in de zaak van een veehouder te
iWeesperkarspei, door het Gerechtshof
te Amsterdam veroordeeld tot vier
maanden gevangenisstraf wegens po
ging tot zware mishandeling.
Beklaagde had te Hilversum met
een persoon twist gekregen, die hem
belette een erf over te gaan, waarop
hij een groot mes had getrokken en
dit in zijn rechterhand houdende,
daarmede in de richting van den per
soon, met wien hij twist had, gesto
ken had, onder het driftig uitroepen
van ,,Dan zal ik je het mes door je
donder halen I"
Bekl. had het mes van onderen
op in de richting van den buik van
den aangevallene naar boven ge
zwaaid en slechts daardoor geen ver
wonding toegebracht, doordat de aan
gevallene bekl. had ontweken door
een vlugge draaiende beweging.
Mr. Van Gigch verklaarde zich dub
bel gelukkig te prijzen, dat hij Dins
dag in deze zaak mocht optreden.
Vooreerst omdat hij de eerste was
van de Balie, die hier het woord voer
de in dezen nieuw ingetreden tijd
kring en hij daarom ons Hoogste
Rechtscollege de gelukwenschen kon
overbrengen van de Balie en den
Hoogen Raad mocht toewenschen, dat
zijne leden ook in het nieuw inge
treden jaar in het bezit eener uitste
kende gezondheid mogen werkzaam
zijn en blijven in het belang van dc
hoogste rechtspraak in don lande.
Maar in de tweede plaats prees
pleiter zich gelukkig omdat voor het
eerst door hem een principieele be
slissing kon worden uitgelokt in de
groote strijdvraag die sinds 1886 de
rechtspraak verdeeld houdt, welk
systeem gehuldigd wordt in ons straf
wetboek omtrent de poging.
Slechts één cassatiemiddel werd
door pleiter voorgesteld, volgens het
welk ten onrechte in deze was aange
nomen poging tot zware mishande
ling.
Het blijkt uit de stukken, dat po
ging tot zware mishandeling is aan
genomen, terwijl heelemaal geen mis
handeling hoeft plaats gehad. Nu is
met voordacht in ons Strafwetboek
in artikel 300, laatste lid, 'gedecre
teerd, dat poging tot mishandeling
niet strafbaar isnoch poging tot
eenvoudige mishandeling, noch po
ging tot mishandeling met zwaar li
chamelijk letsel.
Wel is strafbaar poging tot zware
mishandeling (art. 302), waarbij het
opzet van den dader om zware
penbaard. Alles hangt hier dus van
nuances en kleine détails af en van
't juridisch onderscheidingsvermogen
der rechters. Dat nu beklaagde een
begin van uitvoering heeft willen ge
ven aan het misdrijf van. zware mis
handeling, blijkt allerminst uit het
geen in facto vaststaat.
Het O. M. zal 16 Januari conclusie
Gemengd Nieuws
mis
handeling toe te brengen, zich dooren uojipoiuci u.a.,±
«en begin van uitvoering heeft geu tijd. Eerst na herhaalde, bloedige ge
PORT ARTHUR.
De belegering van Port Arthur be
hoort tot een der belangrijkste gebeur
tenissen, welke de geschiedenis der
belegeringskunst lot heden kent. Een
kox*t overzicht van de geschiedenis der
vesting volgt hieronder.
De nu zoo beroemd geworden ves
ting is een schepping uit den jong-
sten tijd. Tot 1870 bestond Port Ar*
thur feitelijk nog nietde i
droeg den Chineeschen naam Loee-
joenkon.Toen daarop Li-Hoeng-T«Jang
na het vermoorden van eenige Fran
sche nonnen en Chiisten-Chineezen
te Tientsin tot gouverneur van Tsjilï
benoemd werd, begon deze het ge
bied waarin de hoofdstad des rijks ge
legen was, t,e versterken.
Li-Hoen g-Tsjang versterkte Takoe,
hij bracht een vloot samen en besloot
van Port Ai*thur een versterkte plaats
te maken, opdat elke vijandelijke aan
val in den Golf van Tsjili verijdeld
zou worden. De aanleg der vesting
werken werd opgedragen aan den
Duitschen majoor der artillerie Von
Hannecken en deze voltooide zijn op
dracht zoo snel, dat in den oorlog
tusschen Frankrijk en China in 1884
admiraal Courbet weigerde tegen Port
Arthur te opereeren, indien hij geen
sterker vloot en 20.000 man tot zijn
beschikking kreeg.
De Japanners hebben ditmaal hun
operaties van tien jaar geleden bijna
precies zoo trachten te herhalenlan
ding bij Pitsewo, verovering van Kin-
sjauen bezetting van Talienwan-baai.
Den 21sten November 1894 bij het
aanbreken van den dag begon de aan
val der Japanners en reeds 's middags
hadden zij alle buitenste forten in hun
bezit. Daarop rukten zij tegen de
kustforten op en te 4 uur werd de
goed met artillerie bezette Gouden
Berg genomen. De westelijke forten
zouden den daarop volgenden dag ge
nomen worden, doch al spoedig bleek
dat het 20.000 man sterke Chineesche
garnizoen 's nachts gevlucht was.
Bij den vrede van Sjiraonoseki van
17 April 1895 werd Port Arthur met
het geheele schiereiland van Liaotong
en de Chineesche eilanden aan Japan
afgestaan, doch Rusland, gesteund
door Frankrijk en Duitschland, dwong
den Mikado, alle veroveringen op het
vaste land af te staan en den 31sten
December 1895 werden de laatste Ja
pansche soldaten uit dit gebied terug
getrokken.
Twee en een half jaar later .pacht
te" Rusland Port Arthur, nadat Ki-
autsjou op gelijke wijze aan Duitsch
land was afgestaanEngeland
„pachtte" het tegenover Port Arthur j
gelegen Wei-Hai-Wei en Frankrijk
werd in Saigon voor zijn bemidde
lingsdiensten schadeloos gesteld. Met
Port Arthur meende Rusland einde
lijk een ijsvrije haven in zijn bezit te
hebben en het begon dus met koorts-
achtigen haast een spoorweg door
Mantsjoerije naar Port Arthur te leg
gen en de stad zelf verbazend te ver
sterken, want reeds wantrouwde men
Japan; echter meende men in Peters-
burg niet, dat Japan alléén Rusland
zou aanvallen. Tot' in den zomer van
1905 verwachtte stadhouder Alexejef
volkomen veilig te zijn. De Japanners
echter wilden de Russen niet hui
toebereidselen laten voltooien.
Met den nachtelijken aanval van 8
Februari 1904 op de Russische vloot
op de reede van Port Arthur begon de
oorlog tusschen Rusland en Japan.
Eerst werden getorpedo-ëd de Ge-
sarewitsj, Retwisan, en Pallada, die
zwaar beschadigd werden, de Polta-
wa, Diana, Askold en Nowik licht,
daarop werd de stad gebombardeerd.
En sedert had de Port Arthur-vloot;
niets dan ongeluk.
De drie pogingen der Japanners
evenwel om den haven-ingang te ver
sperren, z.g. de kurk op de flescli te
doen, bleven zonder resultaat. Begin
Maart nam admiraal Makarof m-
plaats van Stark de leiding der vloot
over, doch reeds den 13den April!
stootte zijn vlaggeschip Petropavlovsk
op een drijvende mijn, welke het ge
heele schip vernielde en den admi
raal zelf deed sneuvelen.
Nadat de Japanners 25 Mei Kin-
tsjau genomen hadden, kon de in
sluiting van Port Arthur ook van de
landzijde effectief worden uitgevoerd.
De eigenlijke belegering begon feite
lijk dus pas den 30sten Juli. Aanvan
kelijk schenen de Japanners van plan
te zijn de uitgestrekte verdedigings
werken met een storax aanval te ne
men, zooals zij dat in 1894 hadden
gedaan, doch de Russische verdedi
gers toonden zich heel wat bekwamer
en dapperder dan de Chineezen in hun
vechten slaagden de Japanners er in
den eigenlijken vesting-gordel door te
breken, zoodat elke verdere tegenstand
den dapperen aanvoerder generaal
Von Stóssel, nutteloos scheen.
Halverwege het beleg schenen Je
Russen er al niet meer op te reke
nen, de vesting op den duur te kun
nen behouden, want tegen midden
Augustus deed de Russische vloot
een poging door de linies vandeblok-
keerende Japansche vloot heen te bre
ken. Slechts de Nowik slaagde er in
onbeschadigd de blokkade te breken,
de overige schepen werden zoo zwaar
beschadigd, dat zij in vreemde ha
vens Tsingtau, Sjanghai en Saigon
een onderkomen moesten zoeken, óf
genoodzaakt waren naar Port-Arthux*
terug te keeren. Welke reusachtig''
verliezen Rusland alleen door de ver
nietiging der Pori,-Arthur-vloot leidt
zij nog eens in herinnering gebracht:
Vóór 8 Februari bevonden zich tus
schen Wladiwostoek en Shanghai
Russische oorlogsschepen, nl. 7 slag
schepen, 14 kruisers, 7 kanonneer
booten. 3 «lijnschepen, 2 torpedoja
gers. 25 torpedovemielers en 10 tor
pedobooten. De waarde van al deze
schepen werd op 279.250.000 roebel
geschat, waarvan alleen de 7 slag
schepen 103.600.000 roebel waard, wa
ren.
Daar de blokkade einde Mei, de be
legering einde Juli aanving, behoort
dus wat men noemt „het beleg van
Port-Arthur" niet tot de langste bele
geringen, al waren de verliezen hier
buitengewoon hoog. In den krimoor-
log hield Sebastopol met zijn meer
dan 1000 kanonnen het tegen de ver
eenigde legers van Engeland, Frank
rijk en Sardinië 327 dagen volPa
rijs bood in den oorlog van 70 te
genover de Duitschers 132 dagen te
genstand (In Januari 1871 werden
10.000 granaten op de Fransche stel
lingen afgeschoten). Te Plewnawerd
Osman Pasja 94 dagenlang door de
vereenigde Russen en Roemenen be
legerd, tot de honger den Turken tot
overgave dwong. In den Boeren-oor-
log hield Mafeking het. 7 maanden,
Kimberley 127 en Ladysmith 118 da
gen uit, al kan men moeilijk een ver
gelijking trekken tusschen deze laat
ste belegeringen en de overige.
Wat ae verliezen bij de belegeraars
en verdedigers van Port-Arthur be
treft, kan men hieromtrent nog geen
juiste cijfers verwachten. ,Generaal
Von Stóssel had bij "den aanvang van
het beleg 32.000 man onder zijn be
velen. daarbij kwamen nog de be
manningen der oorlogsschepen.
Sterkte en verliezen dei* Japanners
zijn nog moeilijker te weten te komen,
daar hierover van Japansche zijde
geen mededeelingen verstrekt wor
den maar met een schatting van
50,000 gesneuvelde Japanners voorde
wallen van Port-Arthur is men zeker
niet overdreven. In Sebastopol had
den de Russen bij het begin der be
legering, midden October 1854, 32,000
man met 200 kanonnen en bij het
einde daarvan, 8 September 1855,
75,000 man met 1147 kanonnen. De
vesting was van de landzijde voor de
Russen open; de verliezen der Rus
sen aan dooden, gewonden en ver
misten werden op 102.670 man ge
schat. bij de verbondenen op 54.000
man.' Bij den Iaatsten stormaanval
op 8 September 1885, die met 63.000
man. onderjiomen werd, verloren de
Russen aan dooden 59 officieren en
2684 man, de verbondenen 174 offi
cieren en 1865 mande gezamenlijke
verliezen bij de stormaanvallen be-
droegen aan Russische zijde 363 offi
cieren en 11,690 man, aan de zijde
der veiixondenen 573 officieren en
9576 man.
Bij de belegering van Straatsburg
verloren de Duitschers 933, de Fran
sehen 2500 man, bij de insluiting van.
Metz de Duitschers 5800 man en 242
officieren, bij het bel%g van Parijs
de Duitschers 11.200, de Franschen
25.000 man.
Dit zijn eenige cijfers, die een leer
rijke vergelijking mogelijk maken.
TOLSTOï OVER DEN DOOD.
In de „Deutsche Rundschau" ko
men uittreksels voor van niet gepu
bliceerde geschriften va.n Toistoï.
Daaronder is iets over den angst
voor den dood. Toistoï schrijft daar
over
„Gewoonlijk ziet men in mijn op
vatting van leven en dood iets my
stieks. Zij bevat echter niets van dien
aard.
„Ik houd van mijn tuin, lees gaar
ne een goed hoek, liefkoos graag-kin
deren. Als ik sterf, word ik van deze
genoegens bei'oofddaarom wil ik
liever niet stex*ven en vrees den
dood.
„Het is mogelijk, dat mijn heele
leven uit zulke tijdelijke, ij dele wen
schen en hun bevrediging bestaat.
Wanneer .dat zoo is, kan ik niet an
ders dan vreezen voor dat, wat mijn
verlangens laat ophouden. Wanneer
echter die wenschen en hun bevredi
ging veranderd zijn en een ander
verlangen in hun plaats is getreden,
namelijk die om Gods wil ta uoen,
mij aan hem ton aanzien van de
bedoelingen, die ik nu heb, en ten
aanzien van alle mogelijke bedoelin
gen, d;e ik ooit zal hebben over te
geven dan is, hoe meer mijn ver
langens zijn A'erandeirf, de dood mij
des te minder verschrikkelijk, en be
staat hij ten slotte in het geheel niet.
meer voor mij. En als mijn verlan
gens geheel zijn veranderd, dan is
niets meer over dan alleen leven en
geen dood. Het wereldlijke, tijdelij
ke -door liet eeuwige vervangen dat
is de weg, dien wij gaan moeten. Hoe
dat in ons binnenste moet geschie
den, weet ieder van ons,"
DE GODSDIENSTIGE BEWEGING
IN ENGELAND.
De godsdienstige^ beweging van
Wales slaat naar "Londen over. Het
bestuur van de Evangelische Vrije
Kerken had Zaterdag in een kerk
bij de Westminsterbrug een preek en
bidstond geregeldof eigenlijk wa
ren 't er een neele reeks. Het was er
vol, en als er menschen weggingen
kwamen anderen de stoelen vullen.
Vele uren duurde het. De bekende :lr.
Clifford en ds. Meyer spraken er, ook
Gipsy Smith, die pas in Zuid-Afrika
heel wat beroering heeft gebracht,
Thomas Spurgeon e. a. Spurgeon Jr.
bad o. a. dat de beweging uit Wales
zich over Londen mocht verspreiden;
Smith zei, dat hij in Wales geleerd
had, dat er in de kerken teveel ge
preekt en te weinig gebeden wordt.
Amenklonk er uit het gehoor,
iemand zette een gezang in en dade
lijk hief .de heele gemeente het lied
aan. Zoo werd telkens» een spreker
door een gezang in de rede geval1 en.
Smith zeide, dat in Wales sommige
herbergiers hun inkomsten in een
week vaai 40 pond sterling tot 4pd.
st. zagen dalen. „O gelukkige dagen",
viel daarop de gemeente zingende in.
Een ander spreker zei, dat hij in
Wales gevoeld had hier sta ik op
heiligen grond. Prijs den Heerzoo
barstte de schare in gezang uit. On
der dit gezang kwam een jonge man
naar voren loopen en scheen te wil
len spieken, maai* kon niet. De op
winding was groot. Evan Roberts zelf
heeft geweigerd in Londen te komen.
Ilii acht Wales zijn ware arbeids
veld, en hij wil zelf niet op den voor
grond treden.
LOCOMOTIE VENBOTSING TE
BBUSSEL.
Een erg ongeval gebeurde Maandag
rond 51/2 uur 's morgens, in de
Noordstatie. Een locomotief hotste p
de. hoogte der Allardstraat, op een
andere machine, welke uit tegenover
gestelde richting kwam.
De schok was verschrikkelijk. Beide
locomotieven werden ontredderd en
omgeworpen over de rails, zoodat
heel den morgen de dienst was on
derbroken. De reizigers werden ont
laden te Schaarbeek en te Laken. Om
2 uren 's middags was de haan ont
ruimd. De schade is aanzienlijk.
DE KOK VAN EDWARD VII.
Dit gewichtig pereonage, Monsieur
Ménager, is een veertigjarige
Franschman. Hij is een gToot man
in het paleis te Buckinghamhij ver
dient 20.000 per jaar en heeft een
■rije woning bij het paleis.
De „chef der koninklijke keukens"
bemoeit zich niet met het eerste ont
bijt. Men kan niet verlangeo dat een
artiest drie kunststukken per dag
ontwerpt. Hij komt om elf uur
's morgens per rijtuig, ontvangt van
Lord Farquhar het menu voor ;!e
„luncheon", geeft de noodige bevelen,
ziet alles na, en gaat dadelijk heen
als de maaltijd gereed is om gedxeud
te worden.
Om zes uur komt hij terug om het
diner klaar te maken. Vervolgens
geeft hij de loopende rekeningen van
den dag aan den schatmeester des
konings, die hem een chèque in be
taling geeft. Daarna is hij vrij tot
den volgenden dag.
PLEIZIERIG LAND.
Te Sjoesja in den Kaukasus, waar
dezer dagen de commissaris van pob-
tie door zeven revolverschoten werd
gedood, is thans weer een belasting
inspecteur op klaarlichten dag op
straat doodgeschoten.
De moordenaars ontkwamen.
HERCULANUM.
In Itab'ë ds het publiek aJ even
weam'g gesticht over het plan Hereu-
lanum fte ontgraven met Anxeri-
kaansch geld, als de regeering. Men
tracht nu zelfs onder het publiek al
geld te vinden om dit werk door
Italië te laten doen. Maar dat zal
in Italië, waar zelfs voor opgravin
gen te Pouipeï steeds geld te kort
komt, niet gemakkelijk bijeen te krij
gen zijn. Men meent anders, dat een
ontgraving van Herculanum nog veel
belangrijker resultaten zou opleve
ren, dan Pompei. In Italië is men
vooral bang voor fie't meenemen naar
Amerika van belangrijke antiquitei
ten.
JAPANSCH NIEUWJAAR.
Het heeft er allen schijn van, dat
de Japansche belegeraars hun po
gingen om Port Arthur vóór 1 Ja
nuari ten val te brengen, opzettelijk
aanwendden om zich aldus aan een
eeuwenoud vaderlandsch gebruik te
houden. Want het is regel in Japan,
dat in het nieuwe jaar geen arbeid
uit het oude jaar zal worden voort
gezet, en zooveel men kan volbrengt
men nog in het oude jaar wat af te
maken is.
Men is dan in een vrijer en dus
blijder stemming om het nieuwe jaar
in te gaan. Men blijft dus het oude
jaar 's nachts doorwerken, waar nog
te werken valt; de handwerkslieden,
de kooplui blijven bezig en eten in-
tusachen maccaroni, omdat de leng
te daarvan voorspoed beleekent. De
thee, die men daarbij drinkt, is even
eens van een bijzondere soortzij
heet golukisthee.
Wanneer de ochtendschemering
aanbreekt baadt ieder Japanner zioh
en ieder trekt er brandnieuwe klee-
ren aan. Reeds beieren de groot©
bronzen klokken der Boedhateanpele
haar 108 slagen die tot den ochtend
stond de geloovigen tot den ©ere
dienst blijven oproepen.
Dan begint, het nicuwjaaxwenschen
Eerst komen aan de beurt... debuis-
heeren dan wenschen de familiele
den elkaar over en we r geluk en
vervolgens vangen de plechtige
nieuwjaarsdronken aan, waartoe elk
gezin plaats neemt in de zastoeki,
dat is de mooiste kamer van bet,
huis. De fraaiste matten worden op
den vloer uitgerold, daarop neemt
men plaats, en de jongste van het
gezelschap neemt het e'.:rst den feest
dronk tot zich, waarop elk volgend
naar den leeftijd volgt, tot de oudste
van de aanwezigen het laatst van de
„joptoso" gedronken heeft. Daarbij
behoort dan als feostspijs, de „zoni",
een zeer ingewikkeld rijstkostje, dat
voor deze gelegenheid niet 'met de
dunne eetstokjes genuttigd wordt,
maar met de dikkere, onhandige
31stokjes. Gewoonlijk laait men
echter deze eetgymuastiek aan de
kindieren over en bedient zichzelf stie
kem van de gewone stokjes.
De nieuwjaarswensch in Japan
luidt „omedeto" hetgeen misschien
welluidender, maar zeker niet harte
lijker klinkt dan ons „veel heil en
zegen Daarentegen wensoht men
in Japan iedereen, dien men slechts
tegenkomt, geluk, en op Nieuwjaars
dag is het in de bontversierde stra
ten een groote, luidruchtige „ome
deto "-symphonie, waarbij elkeen
elkander gelukwenscbt.
NIEUWJAARSKAARTEN.
Men zal dezer dagen wel weer van
de Engelsche postdirectie een opgave
krijgen hoeveel Nieuwjaars- en Kerst
kaarten er door haar bemiddeling
bezorgd werden; het vorige jaar was
dit cijfer 35.000.000 en niemand, die
er aan twijfelt, of 1904 slaat het re
cord van het vorige.
En te bedenken, dat pas zestig
jaar geleden de eerste Nieuwjaars-
en Kerstgroet in dezen vorm aan de
zorgen der post werd toevertrouwd.
De afzender van dezen eersten „X-
card" in 1844 was de schilder W. A.
Dobson in ©en omlijsting van wat
sparregroen en marentakkon teeken-
do hij een tot de Kerstfeestviering
verzameld gezinde ontvanger was
er zoo mee ingenomen, dat de schil
der het volgend jaar zijn teekening
op steen bracht en links en rechts
aan al zijn vrienden en bekenden
rondzond. Men bootste hem na tot
een handelsman op het denkbeeld
lcwanx er geld geld uit te slaan. Al
lereerst waren de Kerstkaarten zeer
bescheiden, vooral wat haar kunst
waarde 'betreft. Maar later was het
bij eiken schilder van naam in En
geland regu om tegen Kerstmis en
Nieuwjaar aan de steeds toenemen
de mode van hot ontwerpen van mooie
en oorspronkelijke kaarten mee te
doen..
In 1880 schreef de firma Raphael
Tuck een prijsvraag uit en artistexj
als George Chausen, F. C. Wether.'
bee, Rebecca Coleman en tal van
anderen trokken hun neus niet, ojj
om er aan deol te nemen. Zelfs Mil]
lais, die toen zeer in de mode w
wist men over te halen zijn mei
ning te zeggen en de beroemd!
schilder voorspelde, dat deze kaar]
ten meer zouden helpen tot het ver
edelen van den schoonheidszin di
volks dan de Royal Academy ooit bij
machte zou zijn.
Tuck ving het woord op ©n na hel
succes van zijn prijsvraag kwam hij
twee jaar later voor den dag met
zijn beroemde series, geteekend dooii
leden derzelfde Royal Academy. Ei
waxen deftige leden, die ernstig het
hoofd schudden en volstrekt niet mee
wilden doen aan dit Kerstkaart tee]
kenen. Maar Mill ais, Marcus Stone]
Herbert Saut, George Bough ton m
Dobson, de eigenlijke schepper van
dit soort kaart, voldeden aan Tuck'a
opdracht. En door zijn groote opla
gen kon de handige uitgever voor,
enkele pennies verkoopen de repro
ducties der kostbare Nieuwjaars- en
Kerstkaarten, die hij den ontwerpers
betaalde met prijzen als voor hun
beste schilderijen.
ZES KINDEREN VERBRAND.
In de woning van den werkman Joj
hanson te Longshytte in Noorwegebg0(
ontstond brand door het omvallen van' k
een lamp.Het geheele huis, door meer
dere gezinnen bewoond, brandde af en'Be
zes kinderen kwamen in de vlammen
onx. De overige bewoners van het huis
konden zich redden met door het ven- j
ster te springen.
De moeder der kinderen werd wak-®
ker door het geknetter der vlammen!11/.6
en redde het eerst haar man, die aanpi'
longtering lijdend ziek te bed lag.
Zij werd hierbij erg aaxi aangezicht---
en handen verbrand. Daarna was hot
te laat voor de kinderen, die spoedig»»'
moeten gestikt zijn. Men heeft hun
vreeselijk verkoolde lijken gevonden.
Het huis was in hout gebouwd.
de
ZOU HET WAAR ZIJN? bel
De Petersburgsche correspondent^®3
van het „Berliner TagebL" vernam uit3316
vei*trouwbare bron, dat de Russische
minister van binnenlandsche zaken r 3
vorst Swiatopolk-Mirski. den keïzeaPj"
om ontslag heeft verzoent. Wat
Tsaar daarop heeft geantwoord, is nog??
onbekend. V33
Op denzelfden dag waarop het ont-£~;
slag werd ingediend, ontbood de kei-??3
zer een lid van den rijksraad, iemand
die vroeger Von Plehwe's steun was'h01
in bijzondere audiëntie, en in hooge?
regeeringskringen noemt men deze^o
persoon als Mirski's opvolger.
Naar verluidt, moet Mix-ski's heen-]
Art
gaan worden toegeschrevexx aan«ai
diens houding ten opzicht© van decL,
Pool-one quaestie. Hij deed denPoleng0(
namelijk vér strekkende beloften e%v<
kwam daardoor in botsing met Tsjer-jjj£
koff, den gouverneur van Warschau,ja^
die pertinent weigerde ze uit te voe- j
ren. Diens positie beschouwt men overfa0
het algemeen sterker dan ooit te vo-|jrc
rein, vooral nu hij het wagen dux'fdehjt
Mirski in diens plannen te dwarsboo-jjei
men. kn
He
EEN WENSCH VAN KEIZER I"1
WILHELM. IJ,
Bij gelegenheid van de nieuwjaare-lan
receptie zeide de Duitsche keizer tot|ie<
den Amerikaanschen gezant o. m,,fcel
dat hij ter wille van een goede yer-fete
standhouding tusschen heide iaxxden: 1
het denkbeeld aanbeval, om Ameri-bn
kaansche professoren aan Duitsclxepvc
academies en Duitsche lxoogleerarenber
aan Amerikaansche hoogescholen le-te
zingen te doen houden. De keizer zag iel
in dit plan een uitstekend middel om 1
elkaar beter te leeren verstaan. vèr
De gezant beloofde zijnerzijds alles ne
in het werk te zullen stellen om deajfoc
wensch des keizers te verwezenlijken.
ONLUSTEN.
De gezagvoerder van liet
I
kla
Hat
§10stoomffift
sc-bip „Umbi-ia" van de Cunardlijn,9ei
dat Zondag uit New-York to Queeax-h'w
stown aankwam, berichtte eene ont->v«
moeting met het Engelsch oorlogs-pax
schip „Mutino" in de Zuid-zee, welkePF
bodem daar kruiste met het oog op deN
onlusten, die zich voordeden on de*"1
Nieuwe Hebrieden, waar verschillen-p'
de stammen met elkaar in bloedigen(an
strijd zijn gewikkeld. Pa'
De officieren van de „Mutino" stel-p'
den, in samenwerking met de officii-?01
ren van een Fransch oorlogsschip^
een onderzoek in naar het ver.moov-os
den van de bemanning van twee goe-jte
derenbooten. De schuldigen werden!
door de Franschen geguillotineerd. 110
l.l
telkens weer verscheen Mile Frances]
ka voor het scherm en betuigde ha air"*
dank; de toeschouwers konden maarjv
geen afscheid van haar nemen. Naarl/I
de geestdrift te oordeelen, zou men!
zich in Italië of Frankrijk denken,}
daar zulk een langdurig applaus in
het nuchtere Engeland bijna nietbe-l
kend is. Zij gaf dus aan de roepstem
van het publiek gehoor en vex-scheenl 2
zooveel keer, dat zij het ten laatste j
eentonig begon te vinden, en ondank-jer
baar genoeg was, om te hopen, dal(]j,
er eindelijk een einde aan zoukomen.|e(
Zij gaf het zelfs op, het aantal keefle
ren te tellen. Hoe zij het ook mocht|e
vindon, zij was er nu ten volle vaui^
overtuigd, dat zij had gezegeviei-dfc
Ten laatste werden de menschen ver-jgj-
nxoeid en verlieten het gebouw, eC
Mile Franceska ging onder geleiden,r
van mijnheer Trenfield naar het hok,
tel, waar zij den. xxacht zou doorfy-
brengen. Zij had -nooit gedacht, dafoj
het succes zoo groot zou zijn, zij wa^
geslaagd boven de verwachtingen^
zelfs van de vrienden die niet aaxx haas j
welslagen hadden getwijfeld. Het apjje
plaus was niet door persoonlijk^
vrienden uitgeloktde ontvangst di^jj
zij genoot, was haar bereid dooreen^
publiek, dat gekomen was om haarfog
naar hare verdiensten toe te juicheüfo,
of t,e veroordeelcn. Zij was zeer g«
lukkig, zeer trotsch. ve
(Wordt vervolgd), f
Voor een oogenblik scheen die ver
van hare lippen verwijderd, maar
tot hare gx-oote verwondering vond
zij zo en slaagde er in de drie woor
den van het recitatief uit te brengen,
„Ancor non giunsel" waarmede de
partij van Lucia begint.
Het was misschien gelukkig voor
haar, dat Alise daarna eenige regels
heeft te zingen. De rusttijd was kort,
maar voor Frances lang genoeg, om
den componist in hare gedachten haar
dank te betuigen. Het oogenblik was
lang genoeg, om haar de gelegen
heid te geven, hare zelfbeheersching
te herwinnen, lang genoeg om de toe
schouwers te doen vergeten en haar
te doen vergeten, waar zij was en
wat op het spel stond, en het deed
haar veranderen in het arme, ver
volgde meisje, dat zij moest voorstel
len. De scena eindigde zonder fouten,
entoen kwam de solo „Regnava nel
silouzio", waarin hare eerste krachten
zich moesten toonen. Hierin was ook
gelegenheid om proeven van har*
tooneelkunst af te leggen.
Daardoor kon zij haar afschrik aan
den dag leggen, lxij het zien van de
verschijning bij de fontein, en de af
schrik moest veranderen in vreugde,
als de woorden en de muziek de on
veranderlijke liefde, die zij voorEd-
gardo koestert, beschrijven. Toen ha
re stem zich zilverhelder verhief,
krachtig genoeg om tot alle hoekjes
van het ruime gebouw door te drin
gen, wisten hare mededingsters die
het niet hadden kunnen nalaten, haar
te hooren en haar te beoordeelen, dat
zij als een harer gelijken het too-
xieel zou verlaten. Edgardo kwanx.
i Zij was zeer gelukkig in haar too-
neel-mixmaar. Hij was de meest ge
liefkoosde tenor, en kon zoowel mooi
zingen als mooi tooneelspelen. Het
liefde-duet tusschen het paar, dat niet
aan elkaar was gewend, werd uit
stekend weergegeven.
Zij waren teeder, hartstochtelijk,
vreeselijk inderdaad, zooals twee zul
ke romantische jonge menschen moe
ten zijn. Edgardo was op het tooneel
een knap man, zoodal de genegen-
lxeid, die Lucia voor hem had opge-
j vat, zeer natuurlijk scheen. Verschei-
dene tenoren die kort en zwaarlijvig
zijn, en er oud uitzien, zijn onge-
I schikt voor den_ „meester van Ra-
1 venswood". Zulk' een romantisch we-
j zen moet behoorlijk worden weerge-
geven. Deze was uitstekend geschikt
j om Lucia liefde in te boezemen, exi
de jongste en vurigste der toeschou-
gers, die hem kon gadeslaan, zou er
zich aan geërgerd hebben, als hij in
1 zijn eerbied was te kort geschoten,
j daar de schoonheid van het meisje.
een. ieder reeds had. geboeid. Niet
iedereen kan muziek beoordeelen,
maar van xxature bezit ieder mensch
schoonheidsgevoel. 1
Alhoewel de directeur in het ge
heim vrees en twijfel koesterde, die
hij echter niemand meedeelde, was
hij volkomen gerustgesteld, toen het
gordijn viel na het eerste bedrijf. Het
uitbundig applaus zeide, dat Fran
ceska de verwachtingen volstrekt niet
had teleurgesteld. Edgardo bracht
haar voor het scherm, en toen het
paar terugkeerde, .droeg zij een bou
quet, het eerste bouquet van eene
zangeres. Ik vermoed, dat haar zulk
een voorwerp even mooi toescheen,
als een schrijver, die zijne eerste
drukproef ontvangt.
De zaal was vol, toeix zij in het
tweede bedrijf optrad. Nu zij zich
van haar succes zeker gevoelde, over
trof zij zichzelf.
Haar zang en tooneelspel met En
rico en den mededinger Arturo waren
prachtig. Op dat oogenblik was de
zaal stampvol. De koninklijke familie
was zelfs vertegenwoordigd in den
troonopvolger, die ais een muziek
kenner zijne aandacht onverdeeld aan
het tooneel schonk. Aan het einde
van het tweede bedrijf werd zij tot
driemaal toe teruggeroepen, en er
vallen zoovele bouquetten, dat Enri-
i*o de armen vol bloemen heeft.
De directeur wreef zich de handen
en droomde van groote rijkdommen.
Hij zou zijne nieuwe ster wel om
helsd willen hebben, toen hij bere
kende. welke winsten hij in die drie
jaren van haar zou kunnen trekken.
Hij had dikwijls verliezen geleden,
maar ook wel goede vangsten ge
daan, maar Mile Franceska beloofde
de béste vangst te worden, die hij
nog ooit gedaan had.
Als zij het tot het einde toe
goed volhoudt, zeide hij, dan zal zij
van al degenen, die als Lucia zijn op
getreden, de beste zijn I
Het moeilijkste moest nog begin
nen. Nu kwanx het bedrijf, waarin de
bruid van Lammermoor als een
krankzinnige optreedt. Om zulk eene
rol goed te vervullen, nxoet men kun
stenares zijn. In dien toestand van
j waanzin, moet zij, nadat men be
grijpt, dat zij Arturo heeft gedood,
j alle hartstochten weergeven, waar-
voor de mensch vatbaar is.
Een geruimen tijd neemt Lucia het
tooneel in beslag. Er zijn nog wel
andere personen aanwezig, maar zij
j trekken volstrekt niet de aandacht en
worden zelfs vergeten, daar Lucia het
spel in handen heeft.Lucia is ech
ter berekend voor lxare taak. Dein-
j nigheid, waarmee zij de liefde-scènes
tusschen haar en Edgardo weergeeft
de vrees, die zij toonde over de
gelijkenis van de geestverschijning,
die haar had bedx-eigd, de geluk
kige verandering in lxare geestver
mogens, toen zij tot do overtuiging
kwami, dat het huwelijk tusschen
lxaar en haar minnaar zou worden
voltrokken, haar verwijt aan Enrico,
de verklaring van haar verraad je
gens den denkbeeldigen Edgardo, ha
re verzekering, dat zij hem alleen
beminde, alles werd uitstekend ge
speeld, elk gebaar, elke uitdrukking
was natuurlijk, en hare stem had
nog niet zoo krachtig en toch zoo
liefelijk geklonken, als toen het ein
de naderde, en het arme, verraden
meisje bewusteloos neerviel; vele toe
hoorders haddgp. vochtige oogen.
Succes In de geschiedenis van de
opera had er nog bijna nooit zooiets
plaats gevonden. Toen zelfs de onge
lukkige Edgardo nog zong aan het
graf zijns vaders, en hij zijne eigen
rol ook ten einde bracht, kwam er
i eene boodschap van uit de koninklij
ke loge, met het vei-zoek of Mile
I Franceska zich daarheen wilde be-
1 geven. Toen zij hieraan voldeed,
1 wenschte de troonopvolger in eigen
persoon haar geluk eix prees lxare
schitterende gaven in die goedgeko
zen bewoordingen, die hij in alle om
standigheden tot zijne beschikking
heeft. Zij boog en drukte hare dank-
ba arlxeid uit voor de eer haar bewe
zen, en moest zich toen ijlings achter
de schermen hegeven, daar het gor
dijn na Edgardo's laatste woorden
was gevallen, en de toeschouwers
aan hun hart konden lucht geven.
Het applaus kwam in een storm
oen aanhoudenden storax. Telkens en