Haarlem's Dagblad
NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
Vraag en Aanbod
Een Kwartje per plaatsing
Twee Kwartjes te zomen
Grootte der Adv. hoogstens zes regels
22e Jaargang. No. 6650
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
VRIJDAG 3 MAART 1905 B
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN ADVERTENTIE N:
V r Haarlem PRR DRIE MAANDEN: Van 1—5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Voor de tapen in'dén omtrek waar een Agent gevestigd is ('kom der Haarlem van 1-5 regels ƒ0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel.
gemeente)„1.30 j) f ft uroote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Franco per post door Nederland 1.65 W f Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen.
^ïlustreerd ZondTgsblad, 'voor Haarlem lo^X V Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 55.
de omstreken en franco per post „0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. ^5** Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangèrc G L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 3Fis Faubourg Montmartre.
plaatst dagelijks Advertentiën van
(geen Winkel-Annonces) voor
DRIEMAALmits binnen een Week, voor
Betaling d. Contant
Binnenland
HOFBERICHTEN.
H. M. d© Koningin geeft Zaterdag
ten hove een diner voor burgerlijke
autoriteiten te Den Haag. Daartoe
zijn genoodigd de voorzitters van de
beide Kamers der Staten-Generaalde
ministers, hoofden der departementen;
de vice-preteident van den Raad van
Statede president van en de procu
reur-generaal bij den Hoogen Raad
de voorzitter van de Algemeene He
kenkamerde commissaris der Ko
ningin in Zuid-Holland; de directeur
ran Hr. Ms. Kabinet en de burgemees
ter van 's-Gravenhage.
H. M. de Koningin-Moeder heeft
Woensdagmiddag bezichtigd de schil
derij, voorstellende de bestorming van
Baté-Ilië (Samaianga), vervaardigd
door den schilder J. Hoynck van i'a-
pendrechfc en tentoongesteld in het pe-
bouw van ,,Pulchri Studio". De ver
vaardiger zelf deed H. M. aanwijzin
gen op het doek.
Bij dit bezoek heeft H. M. de Ko~
*ingin-Moeder een gift aan het Van
Heutsz-fonds toegezegd. Een fotogra
fie van de schilderij, aan H. M. aan
geboden, heeft H. M. aanvaard.
VERKIEZINGEN VOOR DE
TWEEDE KAMER.
Dr. Bos is candidaat gesteld voor
de Tweede Kamer door de Vrijz. de
mocratische kiesvereeniging te Win- j
schoten.
De rrijz.-dem. Burgerkiesvereeni-
ging t# Zwolle heeft op de groslijst I
geplaatst de heer en mr. C. Th. van
Deventer, te "s-Gravenhage, mr. J. A.
▼an Gilse, te Arnhem, J. Hoven te
Zwolle en ds. J. van Loenen Martinet
te Bussum.
De kath. kiesvereeniging te Ovezan-
de. district Hontenisse, heeft het af-
tredend lid, den heer P. F. Fruytier,
tot candidaat voor de Tweede Kamer
gestel d.
Het kiescomité der volkskiesvereeni-
gingen en af deelingen der S. D. AP.
in het kiesdistrict Weststellingwerf
heeft besloten een verkiezingscourant
uit te geven ten gunste van de Candi
da tuur Hugenholtz.
Het christelijk-historisch nieuws
blad De Zeeuw, dat in 1886 is opge
richt. en tot nog toe driemaal per
week verschijnt, zal van 1 April af
dagelijks verschijnen.
PRESIDENT IS TERUG
Onder dezen titel schrijft „Neer-
landia", het orgaan van het Alg.
Ned. Verbond, het volgende
Mannen als Steijn verhoogen het
peil der menschheid. Hun zedelijk
gewicht maakt goed wat de massa
aan genegenheid mist. En het welda
dige, voor wie hen kennen is, dat
hun geloof in menschelijke groot
heid niet wordt uitgebluscht.
Wie President altijd blijft hij
dat maanden lang dagelijks, on
der alle omstandigheden, hebben bij
gewoond, die zelfs hebben nooit zijn
fouten ontdekt. Niet dat hij meester
is in de kunst van veinzen of ver
bergen, integendeel, glashelder 'shij
tot in de diepte, tot in het geweten
zonder rimpel. Maar hij is altijd de
zelfdeover zijn ziel jagen zonne
schijn van blijmoedigheid of scha
duwen van verontwaardiging, nooit,
doen zij dat fel, altijd even. Zoo
toont hij de gelijkmatigheid, die het
eerste kenmerk is van zijn uiterlijk i
wezen.
In Parijs heeft To'orop nu onlangs
zijn portret geschilderd, President,
die pas ongesteld was geweest, in!
een grooten-luie-stoel tegenover hem i
de oogleden nog zwaar overhangen-
de zij drongen het licht naar bin-1
nen, en de groote kop was zonder j
leven. Tot iemand kwam en met Pre-
sident begon te sprekendan trok-1
ken rle oogleden op, het licht scheen
weer naar buiten en speelde over het j
gezicht, dat lachte zonder merkbare j
plooien. De stem klonk zacht en
vriendelijk, en als de herinnering
afschuw en toorn in hem wakker
riep, dan grommelden die door het
geluid, dat slechts weinig zich ver-
hief. Aangeboren heerschersgave
hield de drift in toom.
Die heerschersgave ook kenmerkt i
Steijn. Hij is altijd de eerste, zonder!
mededinging, altijd gehoorzaamd, i
zonder ooit te bevelen. Een vriende-
lijk verzoek echter weigert hij nooit,
„President vertel u nog eens van'
Jan de Ruiter". Dat had hij al zoo
dikwijls gedaan, tot vervelens toe, j
maar als er een was in het gezel-
schap, die het nog nooit had gehoord
dan deed hij het toch en altijd even'
opgewekt en beeldend, 't Was bij
Reitz, in Juli 1901. 't Was de tijd
van de wilde jacht op de Vrijstaat-
sche regeering. Ze hadden weken
lang vlak bij de Engelschen moeten
overnachten, altijd op sprong van
verder trekken, nooit rust. Eindelijk
't was van den negenden op den
tienden, hadden zc een paar uur
voorsprong gekregen en konden gaan
slapen, zelfs in huizen, niet in het
veld. Steijn was vroeg wakker en
liep naai- buiten, half gekleed. Alles
was doodstil. Daar roept opeens zijn
kaffer Jan„President, di Engelsch-
man kom." En ze stormen aan, in
vliegenden ren, de Engelschen, en
vallen tegelijk met de Boerenspion-
nen het dorp in, zeker van hun buit,
,,At last we 've got him!" Steijn
vliegt naar de schuur waarin zijn
paard stond, een halve straat verder.
Maar zijn zadel is er niet, dat is in
het huis waar hij. sliep. Een veel te
klein zadel opgegooid, er op, de
knieën hoog opgetrokken in de te
korte beugels, de deur uit! „Nee
President, niet daar, daar is di En-
gelschman". En jawel, de straat we
melt al van Kakies. Een andere deur
uit, en toen er vandoor, in hemds
mouwen, zonder hoed het reuzenlijf
ingekrompen, de dorpsstraat door.
mikpunt voor fluitende kogels, maar
die hem niet deerden, tot hij achter
een terreinplooi verdween, en om
zijn paard te sparen, wat inhield.
Jan intusschen was aangehouden
wie dat was die wegreed, of het de
President was? „Dat, och, dat issoo
maar soo een Boer". En ze zochten
Steijn elders en een Hurrah steeg
op. Ze hadden hem, ook een Steijn,
maai' een broer, niet de echte om
wien alles te doen was geweest.
Maar verder viel hun alles in han
den, mannen, staatsgeld, brieven,
alles.
En na een oogenblik„je had mij
eens moeten zien op dat paard, de
knieën tot de kin, op dat veel te
klein zadeltje". En dan lachte hij
zachtjes, om de grappigheid, waar
voor hij zoo'n open oog heeft. Net als
bijna alle Afrikaners.
Die man daar zoo galoppeerende,
geheel alleen, over de wijde vlakte,
achter hem het gejubel van den mee.
doogenloozen vervolger, en nu daar
in dien stoel, een reisdeken over de
beenen, lijdzaam in de zachte pijni
ging van te worden uitgeschilderd.
En Toorop, in zijn witten kiel, den
doezigen zwarten kop met een ruk
in den nek, omoogde hem, zoekend
het verhaal had hem iets nieuws, iets
anders getoond. Eenige toetsjes en
vegen, en het was er. Maar wie zijn
studie zagen op den ezel, in de glim
mende klodders, die waren meest
angstig om den vragenden blik van
den schilder te beantwoorden. Zij
werden verschrikt door de heftigheid
op dat doek, de stoere kracht. Was
dat President, met het lieve, zachte
gez'cht? En hij, om te verklaren:
,.lk heb me een paar week vooraf
heelemaal ingeleefd weer in den oor
log nu ben ik er in. Want ik moet
President hebben als de man die
twee jaar lang de ziel is geweest van
alles, de hoop, het vertrouwen, alles,
ik njoet den man hebben die met De
Wet in 't veld was en heelemaal naar
Transvaal moest, om den lui daar
moed in te spreken en te beduiden,
dat ze moesten volhouden. Den volks
held moet ik hebben, den herder, net
als in het Testament, die hoerscher
was en blindelings werd vertrouwd
en gehoorzaamd."
En een paar pas achteruit, den ge
schilderden kop vol verrukking stree-
lend met zijn blik „Weet u wat die
kop ook moet wezen Een vraagtee- j
ken. Als je hem ziet, moet u een
vraag onbeantwoord blijven. Die kop
is een vraagteeken".
Vraagteeken als de toekomst.
Meer dan vraagteeken, bijna zeker-
heid was het, in den tijd van den
vrede, toen de zeer spoedige dood van
President door de doktoren in Afrika
onvermijdelijk werd verklaard. De
toekomst toen was wanhopig. En nu.
na twee en een half jaar? Wie Pre
sident hebben gezien op de „Kron-
prinz" 25 Januari, loopende op dek.
arm in arm rnet den kapitein, of zit
tende aan tafel, voor het laatst om
ringd van eenige Hollandsche vrien
den, of in een strandstoel boven, de
hand tot afscheid drukkend, die be
aamt, dat wat toen zoo donker
scheen, helder is geworden, en die
vertrouwt in de toekomst, die thans
niet zóó ons benauwt. En die herin
nert zich met blijdschap de bewogen
verklaring..In al dien tijd dat ik
in Europa was. heb ik niets dan
geluk ondervonden".
Dat geluk hebben velen aan Pre
sident bereid en het is hun genot ge
weest, maar bovenal twee. mevrouw
Steijn zelf en prof. Winkler. Die we
ten meer dan elkeen, welk een schat
van zorg en toewijding, wat een on
baatzuchtigheid aan den eenvoudi-
gen, grooten man besteed.
Nu, als „Neerlandia" uitkomt,
daagt de Tafelberg. Misschien is Pre
sident al aan land. Er is verzocht
niet te betoogen, alles stil in het
werk te laten gaan. Maar hoe stil
ook, van Kaapstad tot Zambesi zal
rijzen de blijde zuchtPresident 5s
terug
de openbare school, doch tevens te
gen het z. g. christelijk onderwijs.
„Dit is volgens de eigen verklaring
van den Minister en diens geestver
wanten de onvermijdelijke inzet van
den nieuwen schoolstrijd."
EEN MOORD.
Op Belgisch grondgebied, in de on
middellijke nabijheid van de Neder-
landsche gemeente Zulddorpe. is een
ruim 60-jarige vrouw met afgesneden
hals gevonden. De justitie stelt een
onderzoek in.
f 14.000 AAN GOUDEN TIENTJES.
Zaterdag is te Nieuwpoort (Z.-H.)
zekere Do B. overleden, die, behaivj
zijn overig vrij groot kapitaal, zijne
erfgenamen 14.000 nalaat, welke
som in gouden tientjes aanwezig
was
PALINGDIEFSTAL.
Bij H. van Straten, vischhandelaar
te Vianen, is Maandag voor ƒ300 aan
paling gestolen.
De politie doet ijverig onderzoek
DE NIEUWE SCHOOLSTRIJD.
De „N. Arnh. Ct." betoogt dat de
uitlatingen van dr. Kuyper in de ver
gadering van de Vereeniging van
Christelijke onderwijzers en onder
wijzeressen den schoolstrijd opnieuw
heeft doen ontbranden en wel ineen
geheel nieuwe phase
„Men mag den Minister de eere
niet onthouden, dat hij alles heeft ge
daan om duidelijk in liet licht stel
len, waarom het gaat. Het geldt vol
gens hem thans niet meer een strijd
vóór of tegen de neutrale volksschool,
vóór of tegen de bijzondere kerkelijke
schoolin dien strijd, die uitgevoch
ten scheen, is thans belichaamd de
worsteling tusschen twee tegenstrijdi
ge wereldbeschouwingen, twee el
kaar uitsluitende levensproblemen,
waartusschen, volgens den Minister,
geen overeenstemming, geen compro
mis mogelijk is een worsteling welke
moet eindigen met de vernietiging,
met den ondergang van een der beide.
„De eene wereldbeschouwing is
volgens hem onchristelijk, in haar
oorsprong Satanischen in denzelf
den geest sprak op den anti-revolu
tionairen Partijdag te Zwolle de heer
Noordtzij. die de befaamde antithese
van den Premier tusschen paganisten
en geloovigen maakte tot „eene te
genstelling tusschen de beginselen
van Satan en die van Jezus Christus"
Ook hij verklaarde vrede tusschen bei
de voor onmogelijk.
„De strijd voor en tegen de open
bare school is dus, naar de eigen ver-
klaring der voormannen, geworden
tot eeu strijd tusschen de volgelingen
van Satan en die van Jezus Christus,
waartusschen geen vrede mogelijk is
en die moet eindigen met de algeh-ee-
le overwinning van de eene en de
vernietiging van de andere partij.
„De onjuistheid dezer tegenstelling
te willen aantoonen, zou natuurlijk
tot niets leiden. Den voorstanders der
openbare volksschool blijft niets over
dan haar te aanvaarden, zooals men
een toegeworpen handschoen op
neemt, en daarmede de bittere conse
quentie Strijd tot het uiterste vóór
de openbare en tegen de bijzondere
kerkelijke school. Het geldt voor hen
niet meer, enkel front te maken voor
ONGELUKKEN.
In do gemeente Achtkarspelen was
de alleen wonende weduwe B. bij liet
vuur in slaap gevallen. Hare kleeren
vatten vlam en zij is aan de bekomen
wonden overleden.
Uit de Arbeiderswereld
WERKSTAKING.
Zooals is gemeld, is eene
stak'i
Letteren en Kunst
uitgebroken bij de confeteti ©-firma van
Wed. N. A. van Dam Zn., klee-
i dingsmagazijn, Rademarkt, te Gro-
n in gen.
i Geheel onverwacht is zij niet geko-
i'men, al had men gedacht, dat zij,op-
nieuw uitgebroken, groote proporties
!zou aannemen en de vier Israëlieti-
.sche confectie-firma's zou betreffen,
i De redenen zijn de volgende
De knechts hadden de loonlijst op
gezegd, die op 1 Februari 1903, na de
bekend© langdurige staking, met de
patroons was gesloten. Van een niou-
we loonlijst wilden de firma's echter
niet weten en de Kamer van Arbeid,
die getracht had door conferenties de
partijen tot eene overeenkomst te
brengen, verklaarde haar taak voor
I afgedaan, toen de patroons verklaard
hadden van een onderhoud niet ge
diend te zijn. De kleermakers gingen
echter niet tot eene staking over, om
dat zii zich niet sterk genoeg gevoel-
den. En zoo bleef de toestand zooils
1 hij was. Totdat de firma Van Dam
aan de loonen begon te tornen. Zoo
wilde zij voor een kam garen colbert-1
costumn in plaats van ƒ1.95 thans
1.50 betalen voor een colbert-cos-
tuum van schipperslaken in plaats
i van ƒ2.45 thans ƒ1.95. Het maakloon
van een fantasie-costuum zou van
1.85. op ƒ1.40 worden teruggebracht,
dat voor broeken van ƒ0.55 op 0.50.
De betrokken kleermakers waren
met die loonsverlaging, zooals vanzelf
spreekt, niet tevreden. Een bemidde
lingscommissie, bestaande uit drie
werklieden van het personeel van ge
noemde firma en twee bestuursleden
der kleermakers-vereóniging „Voor
uitgang door Broederschap", werd be
noemd om een onderhoud met de fir
ma te hebben. Dit leidde echter <ot
geen resultaat, omdat de patroon ver
klaarde door concurrentie genood
zaakt te zijn minder te betalen.
Uit solidariteit legden daarop bijna
alle andere werklieden der firma ook
het werk neer, zoodat het aantal sta
kers thans ongeveer 50 bedraagt.
Zij, die nog werk in huis hadden
van de firma, hebben dat terugge
bracht.
HENRI DE VRIES IN LONDEN.
De Londensche correspondent van da
,,N. R. Ct." schrijft:
Eenige oogenblikken heb ik met
Henri de Vries kunnen spreken, of-
schoon'hij het erg druk heeft op dit
moment, met de afwikkeling van oud#
en het op touw zeiten van nieuwe za
ken. Ik vroeg hem natuurlijk in t<«
eerste plaats, hoe het gegaan is met
zijn Heijermans-speculatie in den
Royalty-schouwburg.
„Wel", antwoordde liij„, „persoon
lijk heb ik niet te klagen. Do Engel-
sche bladen hebben zich zonder uit
zondering zeer vleiend uitgelaten over
mijn spel in „A Case of Arson". Maar
of de speculatie als speculatie een ge
lukkige is geweest dat is een an
dere quaestie
„Door verschillende omstandighe
den. alle buiten mijn bereik, zijn d©
geldelijke uitkomsten niet glansrijk
geweest. Met het oog daarop, heeft
men besloten bet .Henri de Vries-sei-
zoen" in den Royalty-schouwburg met
deze week te sluiten. Vrijdag e.k. is
de laatste voorstelling."
„En wat dan", vroeg ik verder.
„Dat weet ik zelf nog niet, doch Ln
de eerste plaats ga ik voor eenige da
gen naar het vaderland terug, waar
lk al sedert zoolang niet geweest ben,
Ik kan u echter wel zeggen, dat de
op te lossen moeilijkheid bij mij, na
mijn terugkomst, wezen zal de moei
lijkheid der keuze. Mij zijn eenige
vereerende aanbiedingen gedaan,
waaronder ééne van den Haymarket-
schouwburg, ook financieel niet an
ders dan hoogst verlokkelijk kan wor
den genoemd, ofschoon minder ver
lokkelijk nog dan een aanbieding van
het Coliseum, dat mij voor vijftig
voorstellingen van „A Case of Arson",
binnen twee jaren te geven, en door
mijzelf naar verkiezing in te deelen,
wil engageeren. Een ander aanbod is,
om een kunstreis te ondernemen m
Noord-Amerika.
„Gelijk gezegd, heb ik nog niets be
slist, doch naar Amerika ga ik voor
eerst niet".
Gemengd Nieuws
DE ITALIAANSCHE SPOORWEG
ARBEIDERS.
De Romeinsche correspondent van
het „Berl. Tagebl." seinde den 26en
Februari over de obstructie van de
Italiaansche spoorweg-arbeiders
Het station te Rome biedt heden
een schouwspel tot nu toe ongekend.
Natuurlijk hadden de gebeurtenissen
waarvan de spoorweg-beambten de
helden zijn, een groot Zondagspu-
bliek gelokt. Tusschen elegante dames
en hare begeleiders verdrongen zich,
als schapen zonder herder, arm©
Abruzzen-boeren met vrouwen en kin
deren, bepakt en beladen. De menig
te liep over alle rails, stond om de
machines en ontving met gejuich de
enkele treinen, die in slakken-tempo
binnenkropen.
Wie met een trein mee moest, was
er slecht aan toe. De wachtkamers
waren vol vrouwen en kinderen, die
uren reeds wachtten. Mannen speel
den kaart, vermaakten zich op zeer
luidruchtige wijze.
De stemming van het publiek is
zeer vroolijk, omdat de spoorweg
beambten rijkelijk voor amusement
zorgen. Na eindeloos signaal-gefluit
komt een trein-slak aangekropen.
Ironisch gejubel begroet het zwarte
monster, dat in zijn hulpeloos tem
po niets verschrikkelijks heeft Van
alle zijden worden er grappen ge-
De Misdaad in de Familie
67,
Uit bet Engelsch
door
HUGO CONWAY.
Het is voor eene ongeoefende hand
niet gemakkelijk om op die wijze glas
te snijdenna eenige pogingen ge
lukte het Allan echter, rondom het
stuk leer een onregelmatig ovaal uit
te snijden. Hij stak den ring weer aan
zijn vinger en gaf een flinken ruk
aan het koordhet stuk glas gaf da
delijk mee en tot Allan's groote vreug
de bleef het aan het leer hangen. Hij
stootte er weliswaar mee tegen eene
andere ruit, maar ook slechts een oo
genblik, zoodat bet niet veel leven
maakte. Hij draaide vervolgens be
hoedzaam den grendel los. De weg lag
voor hem open.
Het raam was spoedig opengeschn
Ten hij klom over de vensterbank
en stond alras in de kleine morsige
peuken. Hij had volstrekt geen wapen
bij zich, maar had er ook geen noo-
dig.
Hij was een flinke, gesnierde man
en was er van overtuigd dat. wanneer
hij zijn vijand eenmaal in zijn macht
had, hij het zonder wapens zou kun
nen redden. Hij had genoeg aan zijne
gespierde armen. Nu moest hij zich
echter een oogenblik rust gunnen.
Was het mogelijk, dat de man. die
eens anders huis was binnengedron
gen en die nu voor niets zou terug
deinzen, Allan Bourchier kon zijn, die
des morgens zoo vroolijk en welge
moed was opgestaan Het scheen hem
toe, alsof er sedert dat oogenblik reeds
jaren waren voorbijgegaan. Neen, hij
was dezelfde man niet meer, en hij
zou nooit weer zoo worden ook. Dat
deed op dit oogenblik echter niets ter
zake. Hij moest aan liet werk.
Behoedzaam liep hij over den stee-
non vloer en hij bemerkte dat de deur
niet gesloten wastoen hij deze open
de zag hij echter eene deur van groen
baai voor zich, die hem belette ver
der te gaan. Zij was gegrendeld.
Het eerste oogenblik meende hij, dat
al zijn work te vergeefs was geweest,
maar toen hij de deur een nauwkeu
rig onderzoek deed ondergaan, be
merkte hij, dat ze slechts bestond uit
eenige bouten latten met die dikke
wollen stof bedekt
Zijn zakmes moest hem te hulp ko
men. Hij had spoedig een gat in het
baai gemaakt, waardoor hij zijne
hand kon stoken en zoodoende de knip
van de deur kon wegschuiven.
Behoedzaam en zonder gerucht Ie
maken opende hij de deur en bevond
zich toen in een gang, waarin zich
aan weerskanten deuren bevonden
hij wist dat deze gang naar de voor
deur leidde.
Hij sloot de deur van groen baai
achter zich en wilde een lucifer si-
strijken. om zijn onderzoek voort te
zetten. Hij hoorde niets, maar toen
hij daar een oogenblik had gestaan,
scheen hij tabaksrook te ruiken. Het
was echter duidelijk, dat er geen le
vend wezen in dat huis was.
Toen hij de deur sloot heerscht© er
volslagen duisternis neen, toch
nietAllan ontstelde hevig en leunde
een oogenblik tegen den wand, terwijl
zijne borst zoo beklemd werd, dat hij
nauwelijks kon adem halen. Zijn hart
bonsde en zijne vingers trokken zich
krampachtig samen, want aan zijne
rechterhand zag hij onder de deur
eene duidelijke lichtstraal; en toen hij
zich weer eenigszins had hersteld,
hoorde hij stemmen de stem van
een vrouw en die van een man in
de kamer waar licht was.
Nu was alles voorbij
Hij kon nu slechts nog ééne hoop
koesterenhij zou geduchte wraak
nemen. Wanneer hij tegenover de
1 deur met zijn rug tegen den wand
leunde, dan zou slechts één flinke
trap voldoende zijn, om de deur o^cn
te doen vliegen en Digby bevond zich
dan in zijne macht.
HOOFDSTUK XXI.
Juist b i j t i j d s.
In die tijdelijke gevangenis, waar
in Manders Frances opgesloten hield,
kropen de uren langzaam voorbij. De
cipier en zijne gevangene streden om
de overwinning maar beiden droegen
de sporen van de worsteling.
Omstreeks vijf uur 's namiddags be
greep Frances dat hare krachten bij
jde minuut afnamen en zij het dus
niet lang meer zou kunnen volhouden.
Allan was haar niet te hulp gekomen;
zij moest dus veronderstellen dat hij
haar niet op het spoor had kunnen
komen, of het verkeerd© spoor had ge
volgd, dank zij Manders' sluwheid.
Wanneer haar echtgenoot naar Niz-
za was gegaan, dan zouden er dagen
verloopen, alvorens hij zou zijn te
ruggekeerd.
Josephine zou hem reeds lang gele
den getelegrafeerd hebben maar
wanneer de uren telde, dan kwam
zij tot do gevolgtrekking, dat hij haar
nog niet had kunnen verlossen. Nog
om een andere reden verlangde Fran
ces vurig naar hare bevrijding. Zij
moest dien avond zingen. Wat zou er
gebeuren, wanneer zij niet zou op
treden, terwijl dat luide overal ver
kondigd was?
Zij zou spoedig weer in Londen
moeten zijn, om haar contract niet te
schenden. Maar hoe kon zij zich be-
Ivrijden? Wanneer zij hare vrijhe'd
jhad herkregen, zou zij dan nog kracht
genoeg hebben, om zich goed van hare
taak te kwijten? O, waarom kwam
Allan niet?
En honger knagende honger was
haar komen kwellen. Het was nu
reeels dertig uur geleden, dat zij iets
gegeten niets dan water gebruikt
had. Ja, na zeer korten tijd zou zij
moeten toegeven, wanneer haar ten
minste niet iets vreeselijkers zou kun-
;nen overkomen.
In de laatste twee uren, had zij
1 reeds eenige keeren gemeend, haar
bewustzijn te zullen verliezen. Som
tijds scheen zij het dan ook reeds ver
loren te hebben, maar zij kwam dan
weer met een schok tot zichzclve, hoe
wel zij niet goed wist. waar zij was,
en wat er met haar gebeurde. Slechts
de oogen van dien man tegenover
haar brachten haar alles duidelijk
voor den geest. Zij werd nu en dan
i duizelig, en hoewel zij zich daartegen
j krachtig verzette, kwam die duizelig
heid telkens en telkens weer terug.
Zeer zonderling was het. dat Allan,
Josephine, mevrouw Melville, allen
uit hare herinnering waren verban
nen zij \Toeg zich af. of zij wel be
staan hadden, en of zij geen voort
brengselen van hare verbeeldings
kracht waren Het eenige wat baar
helder voor den geest lag was, dai
zii dien avond moest optreden en zin
gen. Wat hield haar daarvan terug?
Do man, die tegenover haar zat. en
het een of ander van haar eischte. Zij
wist niet meer. wat hij van haar'
eischte. Zij wilde het hem nogmaals
vragen. O ja, zij moest hem iets be
loven. Hij zou haar dan laten gaan,
en zij zou er dan vroeg genoeg zijn.
Haar verstand geraakte inderdaad
verbijsterd.
Hoewel Manders de noodige' levens
middelen tot zijne beschikking had,
en tevens zijne verstandelijke vermo
gens nog bezat, had hij lichamelijk
met zichzelf ook een hevigen strijd te
voeren. Daaraan had Frances de
meeste schuld, omdat zij hem van den
opwekkenden drank had beroofd. Hij
kon den laatsten tijd onmogelijk zon
der brandewijn leven, en nu had hij
er zich uren lang van moeten onthou
den.
Zelfs het zien van voedsel boezem
de hem afkeer in. Dat voortdurende
waken en het zich onthouden van
slaap hadden grooten invloed op zijn
reeds ondermijnd gestel.
Hij begreep, dat zijne gevangene,
hoewel zij niet van de voorrechten
had genoten, die hij had gehad, het
langer dan hij zou kunnen volhouden.
Door haar te zeggen, dat men hen
onmogelijk in dat huis zou zoeken,
had hij leugens gesproken Zelfs al
was Allan dom genoeg o<m het dwaal
spoor te volgen, dan nog zouden an
deren de goede richting kunnen in
slaan. Hij had niet on zulk een hard-
nèkkigen tegenstand gerekend.
(Wordt vervolgd.)