NIEUWS» en ADVERTENTIEBLAD.
Verschijnt dageiiiks, behalve op Zon- en Feestdagen. DONDERDAG 23 MAART 1905 B
AEONN EMENTEN
P'ER IPRFE MAANDENo'
Voor Haarlem 1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente) T s c n 1.30
Franco per post door Nederland e 1.65
Afzonderlijke nummers 0.02^
Geïllustreerd Zondagsblad,, voor Haarlem B 0.37%
f> w de omstreken en franco per post 0.45
Uitgave der Veonootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREB00M.
AD VERTENTIËN:
Van 15 .egels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Haarlem var» 1—5 regels ƒ0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel
Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen.
Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 55.
intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en docr alle Boekhandelaren en
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen,
Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Generale de Publiciié Etrangêre G L. DAUBE Co., F. JONES, Sacc., Parijs, 31 bis Faubourg Montmartre.
IJmuider-Zaken.
V.
DE WATERLEIDING.
Mdsschen zijn er onder de lezers van
mijne brieven wel die van tijd tot tijd
eens door dorst worden gekweld. Met
dezulken kan ik dezen avond opschie
ten. Ik heb daarbij niet in de eerste
plaats het oog op bier- of jenever-
dorst, maar meer speciaal op men
schen, die behoefte hebben om te
drinken, wat dan ook, al is bet uit
een bron als de hierboven genoemde.
Wat dorst is?
Och in ons landje zijn er maar
weinigen die dit recht bij ondervin
ding hebben. Als ge het weten wilt,
vraag er dan den woestijnreiziger in
Oostersche landen eens naar. Wan
neer de reis moet worden voortgezet
onder de zengende stralen van een
heete middagzon, terwijl het droge
woestijnstof dogen en ooren, neus en
keel indringt, wanneer de tong on
bekwaam is om de lippen te bevoch
tigen, dan leert men verstaan wat
dorst is. En wanneer de luchtspiege-
lingen den snakkend en reiziger nog
oasen en bronnen voortooveren, waar
door telkens de hoop op lafenis wordt
opgewekt om ook telkens weer in bit
tere teleurstelling te eindigen, dan
wordt de dorst een waar lijden, welks
folteringen sflechts ten halve worden
begrepen.
Als ge weten wilt wat dorst is,
vraag er den schepeling naar, die
dagen achtereen op den grooten oce
aan ronddobbert zonder deze aller
minst te ontberen levensbehoefte.
Te midden van onafzienbare hoe
veelheden water, en toch zonder drin
ken om den dorst te lesschen. De
blauwe hemel boven de hoofden, een
overvloed van water om zich heen en
de zekere wetenschap, dat iedere
druppel, die er van zal worden ge
bruikt, de ellende slechts verhoogen
kan.
Eén keer heb ik 36 uren op zee
doorgebracht zonder drinkwater, en
daarvan had ik nog geruimen lijd
geslapen, en reeds toen dacht ik be(.
niet. lang meer te kunnen volhouden.
O die eerste slok frisch, zuiver wa
ter, welk een wellust was ze ons niet
De oude Grieken hadden dan ook
onder de hellesmarten aan den dorst
een behoorlijke plaats ingeruimd.
Tantalus immers stond in het wa
ter met den ondragelijksten dorst,
maar telkens wanneer hij zich voor
over boog om zijn brandende lippen
te bevochtigen, week het verkwik
kende nat terug.
De Tarftalus-kwelling werd zeJfs
spreekwoordelijk.
Ziet, mijne lezers, zulke dorst wordt
in ons land gelukkig niet veel aange
troffen. Voor ons is dorst in den re
gel niet veel meer, dan eene prikke
ling van korten duur, die ons het
drinken slechts tot een hooger genot
maakt
Maar waarom ik U thans zulk een
breede beschouwing lever over het on
derwerp „dorst", terwijl ik boven mijn
brief schreef „waterleiding"? Och, die
vraag is niet moeilijk op te lossen
Lezers, hier te IJmuiden heerscht
een ware watersnood. In de onmid
dellijke nabijheid van groote hoeveel
heden water versmachten we. Zee en
Kanaal helpen hier niet en de ge
ruchten over de aanstaande waterlei
ding zijn als de luchtspiegelingen van
den armen woestijnreizigerTelkens
zien we hier iets aan den horizon
schitteren en iederen keer wordt ons
hart met hoop vervuld, ma-ar ook
meer bitter is iedere ontgoocheling.
Vraag je er de leden van den Raad
eens naar, dan krijg je een geheim
zinnig schouderophalen met een zeer
eigenwijs (lees diepzinnig) gezichV
Haarlemmer Halletjes
Een Z aterdagavondpraatje.
Bij de tallooze wetten waaronder
wij Nederlanders laat ons zeggen ge
lukkig .en tevreden leven ontbreekt er
toch een, die we af en toe wel eens
moodig zouden kunnen hebben, ik be
doel een wet op de Familie. Hoever,
zoo heb ik mij dikwijls afgevraagd,
boever gaan onze verplichtingen te
genover de leden van onze familie
Dat we zorg, liefde, vriendschap en
belangstelling verschuldigd zijn aan
onze ouders, onze kinderen, broêrs en
zusters spreekt van zelf, dat onze
ooms <en tantes aanspraak hebben op
meer van onze welwillende gezind
heid, dan de bakker van den boek en
de keizer van China, ligt voor de
hand, maar hoe staat het met onze
neven en nichten, om van oudooms,
oudtanets, oudneven en -nichten nog
maar niet eens te spreken? Ben ik, als
rustig burger en fatsoenlijk Nederlan
der, tegenover ben, die veelal den
zelfden naam niet dragen als ik, een
beei andere kleur van baar hebben
maar wijzer word je niet en verder
komt het niet.
Maar er zijn toch putten
Ja, zeker, we hebben hier putten,
en diepe ook, en we hébben zelfs bo
vendien een monumentale pomp op
liet Willemsplein
Maar, ai mij, 't gaat er bijna mee
als met het water, waar de arme
schipbreukeling op zijn vlot in drijft,
Kijk er naar, maar kom er niet aan,
en bovenal, drink er niet van
Hoe meer je er van drinkt, hoe
gauwer je acl patses bent.
't Is zeker al wel haast twee jaar
geleden, dat het Gemeentebestuur een
onderzoek naar de qualiteit van het
water heeft laten instellen. Een beetje
van de resultaten is later in eene
raadszitting uitgelekt, en in een
woord ,,het was fraai".
De scheikundige had opgegeven, I
dat in goed drinkwater hoogstens 500
micro-organismen per kubieke centi
meter mogen voorkomen, d. w. z. 500
alleen met een zeer sterke microscoop
zichtbare levende wezentjes. Maar het.
onderzoek bracht aan het licht, dat
het beste monster 50.000 van deze1
beestjes per kubieke centimeter be
vatte, terwijl het slechtste zelfs 350.000
stuks in dezelfde hoeveelheid bevatte.
Drink smakelijk
Ts dat nu water of microbenpap?
En. twee jaren zijn daar over heen
gegaan. En nog laten Velsen's vroede
vaderen ons deze bouillon drinken,
tenminste voor zoover de menschen
het water koken. Die het ongekookt
drinkt, kan zich beter een illusie ma
ken dat hij een aquarium-verslin-
der is.
Hoe lang nog?
Zuster Anna, ziet ge nog niets ko-
men
Ja, ik zie wat, een stofwolk, de
agenda voor de eerstvolgende raads
zitting. maar 't zijn de .broeders niet,
slechts een. hoop schapen, 't is wel
een agenda, maar zonder waterlei
ding-concessie.
UNISONO.
Uit de Omstreken
VELSEN.
(Vervolg der Raadszitting van Dins
dag 21 Maart 1905.)
Door Ged. Staten van Noord-Hol
land zijn nog eenige bezwaren geop
perd tegen die bouwverordening. Op
voorstel van B. en W. werd de ver
ordening zóó gewijzigd^ dat deze on
dervangen worden, waarna de ver
ordening opnieuw vastgesteld werd.
Door Ged. Staten van Noord-Hol
land is bij schrijven van 11 Januari
gevraagd om inzending van uitbrei
dingsplannen voor de afdeelingen
Velseroord en Wijkeroog binnen zes
maanden.
B. en W. en de Commissie v. Publie
ke Werken zijn van meening, dat
een doelmatige inrichting van derge
lijke plannen met het oog op de be
langen der toekomst, de schoonheid
van de streek enz., niet behoorlijk
zal kunnen geschieden zonder het
advies van een volkomen deskundig
persoon.
Zij stelden derhalve voor hen te
machtigen naar een deskundige uit
te zien, hem te raadplegen, een al
gemeen plan te doen maken en daar
voor toe te staan een crediet van
500.
De heeren Bus en Vermeulen wa
ren van oordeel, dat dit het werk is
van den gemeente-opzichter, terwijl
de heer Schuitenmaker een prijs
vraag wilde doen uitschrijven.
Nadat er lang over beraadslaagd
was, werd het voorstel van B. enW.
in stemming gebracht en verworpen.
Hierop werd) de post onvoorziene
(gesteld, dat ze haar hebben in neus
en ooren met mij niet de minste
overeenkomst vertoonen ben ik
verplicht, zoo vraag ik, om aan deze
familieleden méér opmerkzaamheid
te bewijzen, dan aan een ander me
ideburger van den Staat der Neder
landen Voor mij zeiven zeg ik neen,
ik denk er niet aan anijn neven en
achterneven met verzoeken of vragen
lastig te vallen, maar wel ben ik iot
de bittere ervaring gekomen, dat an
dere neven en nichten in Nederland
een geheel verschillend standpunt in
nemen. Was er nu een wet, die uit
maakte, dat de Nederlander de grens
van zijn verplichtingen kan trekken
na zijn ooms en tantes, dan zou
(daaromtrent geen twijfel meer moge
lijk wezen en ik mij niet meer ver
plicht achten, in het voorjaar en in
den zomer gastvrijheid te verleenen
aan deze verre familieleden, die
iemand als hij in Haarlem woont, in
't mooie seizoen op zijn dak plegen
te vallen.
Dat is me verleden jaar nog ge
beurd, toen ik in 't voorjaar bericht
kreeg, dat nicht en neef Wimmeler
met hun kinderen zoo graag de bol
len eens zouden komen zien en bij
ons blijven eten om dan 's avonds
uitgaven vastgesteld, en kwam in be
handeling een adres van de Burger
Sociëteit „Ons Belang" te Velseroord
om vergrooting van den steiger aan
het Noordzee-kanaal.
Op voorstel van B. en W. werd dit
verzoek van de hand gewezen, omdat
het niet uitvoerbaar is, met het oog
op de contracten met de H. IJ. S. M.
Van Ged. Staten wanen eenige be
zwaren ingekomen tegen de vastge
stelde verordening in verband met de
Drankwet, die ook op voorstel van
B. en W. werden ondervangen.
Door B. en W. werd voorgesteld,
om de afdeeling Velseroord Wijk D,
en E, aan te wijzen als 4de stemdis-
trïct voor de verkiezing van leden
van den Gemeenteraad, en als stem
lokaal aan te wijzen een lokaal van
H. E. Veldman, in de Kalverstraat,
aldaar.
Door de belangrijke en snelle uit
breiding der gemeente, en de voort
durende toename van bemoeiingen
door het Rijksgezag op de schouders
der gemeentebesturen gelegd, is oor
zaak, dat de localiteit ten Gemeente
huize onvoldoende ruimte aanbiedt,
zelfs bij zeer bescheiden eischen.
Daarom stelden B. en W. voor aan
de Commissie van Publ. Werken op
te dragen met hen te overwegen op
welke wijze hierin is te voorzien, en
daarvan rapport uit te brengen.
De Raad kon zich hiermede veree
nigen.
De heer C. Klap, hoofd deropenb.
school te Velsen, verzoekt bij adres
van 22 Januari j.l. om het gebruik
van een lokaal dier school, voor het
geven van een cursus in deFransche
taal.
B. en W. stelden voor het verzoek
toe te staan onder de gebruikelijke
voorwaarden datadressant voorziet
in verlichting, verwarming en schoon
houden van het lokaal, en zich
aansprakelijk stelt voor eventueele
schade aan locaal en meubilair.
De Raad keurde dit goed.
Voorts werd op voorstel van B. en
W. in principe besloten een belas
tingcontroleur, tevens bevolkings
agent, te benoemen op een jaarwedde
van ƒ500 met periodieke verhoogin
gen.
Aan den onderwijzer R. Wassenaai
van de openbare school werd met
ingang van 1 Juni eervol ontslag
verleend, wegens zijn benoeming tot
hoofd elders.
Op voorstel van B. en W. werd de
commies der Secretarie K. Atema
benoemd tot loco-secretaris, in ver
band met art. 105 der Gemeentewet
en art. 22 van het reglement van
orde voor de vergadering van den
Gemeenteraad.
Ook werd deze heer benoemd tot
ambtenaar van den Burgerlijken
Stand.
Als leden van de Commissie voor
den voorjaarsschouw voor 1905 wer
den benoemd voor het zuidelijk deel
der gemeentede heeren K. Boekei
en A. Schoorl, het middendeel de
heeren L. Uitendaal en C. P. van
der Does, C. Goedhart en K. Zegel
het noordelijk deel J. van Splunter
en K. J. C. Del court van Krimpen.
Hierna ging de Raad over in ge
heime zitting tot het behandelen
van het kohier en de reclames voor
den hoöfdelijken omslag.
Binnenland
HOFBERICHTEN.
H. M. de Koningin en Z. K. H. de
Prins- gebruikten Dinsdag het mid
dagmaal bij H. M. de Koningin-Moe
der.
weer te vertrekken. Nicht en neef,
zeg ik, niet andersom, want 't was
nicht diie schreef. Vrouwen hebben
bij zulke gelegenheden gewoonlijk de
meeste vrijmoedigheid. Wimmeler
zelf herinnerde ik me nog wel- Hij
was altijd .als jongen een saaie Piet
geweest, zoo een, die niet hard loopen
kon om zijn borst en niet springen
om zijn knieën, die niet durfde varen
omdat je te water kunt raken, kort
om een flauwerik eerste klasse. Na-
iderhand was hij ambtenaar op de
secretarie te Utrecht geworden, had
een vrouw met wat geld getrouwd
en leefde daar nu zoo volkomen bui
ten mijn gezichtskring, dat ik me af
vroeg, hoe ter wereld de menschen
aan ons gedacht hadden. Had ik in
imijn omgeving eenige aanmoediging
gekregen, dan zou ik ze onder een of
ander voorwendsel hebben afge
scheept dat er een geval van pokken
in mijn huis was, of pest of een an
dere ongesteldheid, maar mijn vrouw,
zacht van aard, gelijk het vrouwelijk
geslacht (in den regel) kan zijn, wou
daar niet van liooren en schreef aan
mijn saaien neef en onbekende nicht,
dat we hen met genoegen verbeeld
je zouden ontvangen.
Nu volgde wat correspondentie om
HET ONTSLAG VAN EEN ONDER
WIJZER.
Het hoofdbestuur en het afdeelings-
bestuur van den Bond van Ned. On
derwijzers heeft inzake het door i>.
en W. voorgesteld ontslag van den
onderwijzer M. Barendregt aan den
Raad een adres gericht, waarin zij
zeggen
dat zij op gronden, ontwikkeld in
een nevensgaande memorie van toe
lichting, dit ontslag een te zware en
niet door de omstandigheden nood
zakelijk geworden straf achten
weshalve zij beleefd, doch dringend
verzoeken. de voordracht van B. en
W. niet aan te nemen, maar het
daarheen te leiden, dat Maarten 5a.-
rendregt bij het openbaar lager on
derwijs in Amsterdam kan werkzaam
blijven,
DE HUISZOEKING IN
DE DRIEHOEKSTRAAT.
De politie heeft thans aLle voor
werpen die door de gearresteerden uit
de Driehoekstraat te Amsterdam ir.
verschillende banken van leening wa
ren verpand in beslag genomen en
dit was zulk een massa, dat de ka
mer van den commissaris van poli
tie in de St. Pietershal wel een soort
uitdragerij geleek.
Er waren schragen met planken
geplaatst en daarop lagen de goede
ren, voor het meerendeel manufactu
ren, uitgestald. Dezen voorraad zien
de, vragen wij ons met verbazing af
hoe dat alles kan worden beleend
zonder dat de beambten in de ban
ken van leening argwaan hebben ge
kregen en dit te meer daar steeds
door de politie nauwkeurig wordt op
gegeven, wanneer er iets vermist
wordt.
Talrijk zijn de voorwerpen waar
van de herkomst nog niet is vastge
steld. De politie is echter zoover, dat
behalve van de inbraak bij den goud
smid Noach ook is vastgesteld, dat
zij de daders heeft van de inbraken
bij de firma A. Elsenburg en den heer
L. J. Wijzenbeek, grossier in manu
facturen aan het Singel.
Deze goederen dan ziende liggen,
kwam het ons voor, dat ze voor het
meerendeel afkomstig zijn van straat
roof. En wanneer dat zoo is, dan
rijst het vermoeden, dat men hier te
doen heeft met een wijdvertakte ben
de, waai-van de Driehoekstraat de
stapelplaats is geweest.
Het is toch niet aan te nemen, dat
dezelfde mannen, die een inbraak als
die bij den heer Noach met succes
uitvoerden, zich aan ontdekking zul
len blootstellen door het wegnemen
bijvoorbeeld van een baaien rok of
een rol tapijtgoed.
En het komt ons voor, dat de vrou
wen dit evenmin hebben kunnen
doen, daar, wanneer zij gesnapt
werden, het gevaar voor ontdekking
van de geheime bergplaats al even
groot zou geweest zijn. De kunst is
nu maar om de overige vrienden te
pakken te krijgen.
In ieder geval hebben ook dieze
door de razzia in genoemde straat
een gevoeligen slag gekregenwijl
de politie op een hoeveelheid goede
ren van aanzienlijke waarde de hand
heeft gelegd.
In verband met het bovenstaande
verzoekt de politie ons het volgende
communiqué op te nemen
Aan het bureau van politie O. Z.
Voorburgwal 274 (voormalige St. Pie
tershal^ bevinden zich verschillende
goederenstoffen, lappen katoen,
eenige paren schoenen, binocles, een
den dag te bepalen. Nicht Wimme
ler, zeker van meening, dat ze in
Utrecht heter kon zien wanneer de
bloemen op hun mooist stonden, dan
wij in Haarlem, stelde een dag voor,
waarop de velden nog zoo groen zou
den geweest zijn als gras. Toen mijn
vrouw haar daarop attent maakte,
kwam er een antwoord, waarbij ze
de dagbepaling weliswaar aan ons
overliet, maar in zoo'n zuur zoeten
vorm, alsof ze 't niet recht vertrouw
de en meende dat we "Haar maar wat
wijsmaakten, een vorm enfin, die de
specialiteit is van de vrouw. Ten
slotte was de dag bepaald en versche
nen de bezoekers, vijf man sterk.
Eerst neef Wimmêler, nog precies
als vroeger, saai en slap, alleen maar
ouder geworden sedert ik hem gekend
had. Dan nicht Wimmeler, een vrouw
zooals dien man paste, groot, been-
derig, diet een luide stem. De oudste
dochter, evenbeeld van pa, eenvlas-
hlonde schoonheid zonder wenkbrau
wen en met een onnooze! wipneusje
alsof het in haast uit stopverf was ge
boetseerd, vervolgens de oudste zoon,
moeder uit het gezicht gesneden, met
handen en voeten waar geen einde
aan scheen te komen en ten slotte het
jongste dochtertje prachtig gekleed
zilveren savonet-horloge, een dito re
montoir met vergulde wijzerplaat,
een gouden ring met staalsteen, eene
zilveren dames cyliuder-horloge en
een harmonica, hoogst vermoedelijk
van diefstal afkomstig, waarom be
langhebbenden worden uitgenoodigd
zich Donderdag a. s., 23 dezer, tus-
schen 12 en 1 ure namiddag aan ge
meld bureau te vervoegen tot moge
lijke herkenning.
BRANDSTICHTING.
In verband met den Zondagavond
plaats gehad hebbenden brand aan
de Naarderstraat te Hilversum heeft
de justitie uit Amsterdam ter plaatse
een onderzoek ingesteld. Tal van
voorwerpen wenden in beslag geno
men waarna de bewoner L. Donker
gevankelijk naar Amsterdam is over
gebracht.
BRANDEN.
Maandagnacht is te Berkel de boer
derij met schuur en stal van den
landbouwer A. Mastdijk tot den grond
afgebrand. Het vuur, aangewakkerd
door den feilen wind, greep zóó snel
om zich heen, dat niets kon gered
wonden. Alles is verzekerd.
Door een brigadier van politie wend
Maandagnacht op den N. Z. Voor
burgwal te Amsterdam hulpgeroep
gehoond; hij bemerkte dat brand was
ontstaan in een water- en vuur af
faire in de Wijdes teeg, terwijl de be
woner vergeefsche pogingen deed om
de straatdeur te openen. De brigadier
heeft toen de glasruiten der deur ver
broken en den bewoner dooi* de ope
ning naar buiten getrokken, daarna
de deur met geweld geopend en .met
behulp van een agent den brand ge-
bluscht.
DE HONGERKUNSTENAAR
TE GRONINGEN.
Sakko, de hongerkunstenaar, heeft
zich te Groningen laten opsluiten. De
N. Gron. Ct. maakt volgenderwijs
van het geval melding
„De populairste hongerkunstenares
der wereld" Mile Flora Tosca vertel
de ons, dat er in den laatsteen tijd
heel wat Sakko's waren opgestaan ol
liever opgesloten, maar dat wij hier
Sakko I hadden gekregen, die wel
veel langer dan tien dagen en nach
ten hongeren kan. Groningen was
echter een kleine stad en dus was
deze tijd lang genoeg.
Voor het niet talrijke publiek'hield
de kunstenares, die er alles behalve
verhongerd uitziet, een toespraakje,
waarin zij de verdiensten van haar
collega uiteen zette en vertelde van
groote toekomstplannen, van langer
dan een maand hongeren in Buenos
Aires. En intusschen stond Sakko,
een ietwat nerveus mannetje, donker
van gelaatskleur, met groote Es-ist-
erreicht -snorren, met neergeslagen
o ogen te staren naar de plaats, waar
even te voren een hord soep, een flin
ke biefstuk en aardappelen en groen
te, 4 eieren, een flesch wijn en een
paar bierglazen hadden gestaan
zijn galgemaal.
De voorwerpen in het hongerhok
werden daarna onderzocht, maar
men stelde zooveel vertrouwen in
Sakko, dat men hem zelf niet wilde
onderzoeken.
Met theatraal gebaar nam hij daar
na afscheid van de weinige perso
nen, die hij sedert weinige minuten
had leeren kennen, en stapte om aclit-
tien minuten na middernacht zijn
imet overvloed van strikken, klaarblij
kelijk haar moeders troetelkind.
De begroeting was, zooals de be
groetingen van dien aard gewoonlijk
zijn, van weerskanten overdreven
vriendelijk, omdat niemand wil la
ten blijken, dat die vreemde men
schen hem eigenlijk volmaakt k<nnd
laten. Neef schrikte van de ölectrische
tram op 't Stationsplein en ging een
paar meters achteruit, alsof het een
electrische tijger was, die zijn rails
zou verlaten, om zich op een weer-
loozen prooi te storten. „Zullen we
loopen of trammen?" vroeg ik, met
een stille 'hoop, dat ik nog even zes
maal vijf oenten besparen zou. „Hé
ja, trammen!" zei het jongste doch
tertje en de zoon stond al op de trèe,
zoodat er niet anders op.\it, dan ge
zamenlijk in den wagen ie stappen.
Wimmeler zelf scheen verlegen. Hij
wist met zijn handen geen raad en
verlegde ze ieder oogenblik, alsof hij
ze pas dien morgen had gekregen en
nog niet (recht op de hoogte was van
de goede manier om ze te gebruiken.
Na de gebruikelijke wagen over de
wederzijdsche gezondheden, was de
conversatie uitgeput en hield nicht
zich bezig met het recht schikken van
jurkje, hoed. haar en strikken van
verblijf binneneen vierkant hokje
van hout en glas, met ventilators
van gaas. Het vertrekje is 2 M. 85
lang. 2 M. 30 breed en hoog en zoo
gemaakt, dat de timmerman er van
zei„Al zat mien aigen vrouw d'r
in, dan zou 'k beur nog niks kennen
geven." In dat hokje bevindt zich
een bed, een waschtafeitje, een rust
stoel, een gewone stoel, een tafel,
een orgeltje, 30 volle flesschèn Victo-
riawater en eenige leege flesschen.
De deur en de ventilators werden
daarna met linten en zegels verze
kerd. Sakko maakte het zich wat ge-
makkedijker. trok zijn schoenen en
zijn jasje uit. zette een kalotje op,
hield zijn publiek bezig met groote
haarnaalden door wangen en oogen
te steken en ging daarna zitten le
zen, af en toe een slokje Victoriawa-
ter nemend.
NOG EEN HONGERLIJDER.
In een zaaltje van het Paleis voor
Volksvlijt te Amsterdam, wordt, naar
het N. v. d. D. meldt, thans weer ge
hongerd, n.l. door den Duitschen jon
gen, die met de beroepshongerlijdster
Flora Tosca een weddenschap aan
ging. Hij ontving toen na twaalf da
gen hongerlijden slechts een paar
guldens, die spoedig uitgegeven wa
ren. Door den honger gedreven, gaat
Karei Weber in de Warmoesstraat
heette hij Sacco weer een tijdje
hongeren, thans vijftien dagen. Hij
vertelde nu er zeker van tp zijn iets
te ontvangen, want er was ongeveer
150 gedeponeerd bij een bank.
Maandagavond wend de jongen in
gemetseld. Er was niet veel belang
stelling.
HET SCHIETEN OP MARECHAUS
SEES.
Van de twee stroopers, die in ver
band met het schieten op de mare
chaussee te Arnhem zijn aangehou
den, is Hendricks weer op vrije voe
ten gesteld. De ander, die geschoten
heeft en die aanvankelijk een volle
dige bekentenis aflegde, heeft deze
in zooverre teruggenomen, dat hij nu
verklaart gevallen te zijn, bij welke
gelegenheid het geweer afging. Uit
een onderzoek ter plaatse is evenwel
gebleken dat geschoten is scherp in
de richting der marechaussees, ho-
gelkorrels zitten in de boomstammen,
waarbij zij stonden.
GELEGATEERD.
Wijlen mejuffr. G. Muller heeft ge
legateerd aan de diaconie der Herv.
gemeente te Baarn ƒ11000. aan het
fonds voor een gebouw voor ojiden
van dagen ƒ5000 en aan de Herv.
kerk aldaar 3000.
ONEERLIJKE BEDIENDEN.
Naar men verneemt zijn een aan
tal geëmployeerden aan de coöpera
tieve winkelvereeniging van „Eigen
Hulp" winkel Prinsestraat, te 's-Gra-
venhage, wegens oneerlijkheid ontsla
gen.
SPREEUWENZWERM.
Zondagmiddag ongeveer zes uur
trok een zwerm vogels, vermoedelijk
spreeuwen, over Scheveningen heen.
Het geleek wel een wolk, naars chat
ting minstens 20.000 stuks. Zij kwa
men uit het zuidwesten en vlogen in
noord-oostelijke richting.
haar jongste lieveling, die er bijzat
als een martelares van moederliefde
en mode. „Hij loopt, niet erg hand",
verklaarde 'het zoontje, daarmee de
tram bedoelende. De oudste dochter
zei in 't geheel niets, maar keek door
de ïramruiten met een aar, alsof het
haar automobiel was en wij alle
maal van haar mochten meerijden.
Thuis gingen de eerste oogenblik-
ken in de begroeting en het eerste
kop koffie voorbij. De zoon had bin
nen tien minuten al verklaard, dat
we een klein tuintje hadden, een
minachting, die me des te onbegrij
pelijker voorkwam omdat zijzelf in
Utrecht een bovenhuis bewoonden en
't dus volkomen zonder tuin moesten
doende oudste dochter trok haar
neus nog verder op voor ons ietwat
versleten behangsel en tuurde aan
dachtig naar een zwakke plek in 't
karpet, die mijn brave vrouw dien
zelfden morgen nog in 't zweet haars
aanschijns had trachten te verstellen.
De jongste dochter zei niets, maar
zat, als een stijf geregen afgodsbeeld
je, op een stoel.
Aan de koffietafel werd weinig ge
sproken, maar des te meer gegeten.
Wimmeier zelf at voor twee, zijn zoon
voor drie hij scheen een wolf, wiens