„Natuurlijk bezocht ik de cafés, waar ge slechte chocolade kunt drin ken en tot je tevredenheid kunt dob belen. „Iedereen doet daar beide, en „als men in Rome" u kent 't spreek woord? In zoo'n speelhuis ontmoette ik Don Lanuel Arguello. Hij was niets beter of slechter dan de meer derheid der jonge Nicaraguanen, maar heel wat royaler want hij had meer Spaansch bloed in zijne aderen. Als vergoeding voor 't geld, dat hij van mij gewonnen had, nam hij mij mede naar zijn huis en stelde mij voor aan zijn moeder en het meisje, dat bij hen inwoonde. Daarna bracht ik er eiken dag een bezoek, want ik had Senora Isabel lief gekregen. Ik behoef van haar geen beschrijving te geven u kent haar zeer goed. „De hartstocht mijns levens was teruggekeerd. Maar ik wist niet dat Don Manuel haar eveneens beminde. Ik vernam eerst toen het te laat was, dat hij er lang op gehoopt had zijn verloren fortuin te herwinnen door 't huwelijk met Isabel, die sedert den dood haars vaders, vele jaren gele den, bij zijn moeder, die hare nicht was, inwoonde. Hij vertelde 't mij ik behoef het tooneel dat plaats greep niet te beschrijven en ik weigerde je hebben wilt. Ik zonder natuurlijk hem terzijde te staan. Toen dreigde den Redder uit. hij, mij 't leven te benemen. Ik wil niets hebben, antwoordde „Zooals u weet, is mijn vrouw een ik. Als ge ine wilt vertellen, waarom j uitmuntende paardrijdster en 't was ge zooveel prijs stelt op dat oude onze gewoonte dagelijks op den Los brons, zullen we quite zijn. j Cocos weg te rijden. Paarden zijn Hij keek ernstig. Plotseling zei hij: goedkoop in Nicaragua en ik had Ik zou 't een week geleden nieteene heeie verzameling in mijne hebben kunnen doen om een zekere bouwvallige stallen. Op zekeren mor- reden. Maar de persoon, wien het gen kwam Isabel niet op de afgespro- betrof. is dood. ken plaats. Ik steeg van 't paard af lk merkte op dat mevrouw Norman om te wachten en verliet den weg, in zwaren rouw was. I aangetrokken door een grooten mie- Een oogenblik zat Jack te denken, j renhoop op den zoom van het woud, daarna stond hij op en nam een terwijl ik mijn paard aan Pepe's zorg naakt en vervaarlijk zwaard van den toevertrouwde. Plotseling riep hij muur. mij en toen ik mij omwendde, zag ik Weet ge wat dit is? vroeg hij. hem nauwkeurig de indrukken op De een of andere soort zwaard, den weg onderzoeken, antwoordde ik. j Senor, zei hij op ernstigen toon, Zwaard, kapmes, roostervork, hier is het spoor van senora's mer- slagersmes .spade alles wat je wilt. rie. Het is nog versch. Het is van he- Het is een Nicaragische machete, ge- j denmorgen. Hij boog nogmaals voor dragen door alle mannen en vele over. vrouwen in dat onveilige land. Zie Nu zei ik. gele koorts. Zoodra de dokters ver klaarden, dat hij buiten gevaar was, bracht ik hem een bezoek. Zij kwam in de ontvangsalon naar mij toe. 0, hij is zooveel beter, zei ze, terwijl hare donkere oogen van ge luk straalden. Hij zal spoedig her steld zijn. Hasfca la mauanaAch wat zou ik doen zonder mijn braven, trouwen echtgenoot? Ik geloof dat geene vrouw ooit zoo gelukkig was als ik. En zij wendde zich tot den leelijken Satyr gij gaaft hem mij, jou lief oud dingZij sloeg hare ar men om zijn hals en kuste den gxijn- zenden mond. Twaalf maal drukte zij hare warme lippen op het koude brons. Ik moest onwillekeurig lachen. Gij lacht, zei ze maar 't is waar de Redder gaf mij mijn echt genoot, Jack zal 't je misschien dezer dagen wel vertellen. We spreken er liever niet over. Waarom? Er is een graf onder de zee. Een moeder denkt aan hetzelve, en 't zou haar smart doen, als zij de waarheid kende. Spoedig had ik het geluk Norman een dienst tc bewijzen. Het was slechts een beuzelachtige zaak, doch de edelmoedige man wilde ze vergel den. Ik wil je een geschenk geven, zei hij. Zie om je heen en zeg me, wat Manuel was, wat hij noemde een mala hente, en mij bij de eerste gele genheid zou vermoorden. „Bij 't vallen van den avond strek te ik mij evenwel op het bed uit en viel in slaap, met een revolver onder 't bereik mijner hand. „Ongeveer tegen middernacht ont waakte ik door een slag op 't hoofd, die mij gelukkig niet bedwelmde, an ders ik zou u dit verhaal thans niet mededeelen. lk sprong op, terwijl het bloed mij langs het hoofd liep. De maan wierp een vloed van licht tus- schen het traliewerk van het venster door en ik zag het donkere gelaat van Don Manuel. Hij stond tegen over m!ij met mijn revolver in de eene en een opgeheven machete in de andere hand. Daar is 'de machete." Nu zult ge sterven, rooversiste hij, en deed een tweeden slag, dien ik ontweek. Luid roepende om Pepe, worstelde ik met hem en greep zijn polsen vast. Zoo rolden wij door de kamer. Ik was de sterkere, doch het bloedverlies had mij verzwakt. Hij rukte zijn rechte^ hand los en bracht mij een wonde op de wang toe. De slag verbijsterde mij ik wankelde en viel op het bed. Voor ik op kon staan was zijn knie reeds óp mijne borst gedrukt, de machete op mijn keel .Ik voelde de punt. Met een laatste poging slingerde ik hem van mij weg. Dat zelfde oogenblik werd het bed opgelicht en heen en weer geschud, de muren beefden, de sla pende stad ontwaakte met een gil van schrik. Ontsteld als ik was, wist ik toch wat. er gebeurd was. Mijn vijand ook. De aardbeving zal je niet red den gilde hij en snelde op mij toe op den trillenden vlotr. Nogmaals voelde ik de machete op mijn keel en ik was niet in staat een hand op te heffen. Maar wederom werd het bed onder mij opgelicht. Iets viel van boven. Er volgde een doffe, zwakke bons een gil van woede een geraas als van metaal op steen Don Manuel viel en lag stil, terwijl hij de machete op mijn hals achterliet. O wat was ik daar juist op 't laatste moment ontsnapt. „Toen de schok weer in een heving I wegstierf, sprong ik op en baande tegenwoordigd door 'n zaakwaariv mer, die niet anders doen kan dan z'n i opdracht volvoeren. Let óp nu, menschen, op de gezich ten dor spelenden. Ziet het gelaat der j weduw ze hoopt, ze wacht, ze vréést. Ziet het gezicht van den getogaden man, die het recht spreektik zeg u, dat hij 'n góed man is. met 'n nauw geweten, en ik spreek uit ervdring. Ziet het gelaat van den zaakwaarne mer. die madhinaal z'n zaak behan delt. gelijk z'n plicht, is; 'n vischman maakt zóó, met 'n klein-puntig mes, z'n waar schoon, levende jonge visch- jes op den wagen. Ziet het gelaat van den deurwaarder, die gereed staat het doek te laten zakken, als de zaak uit is. De rechter gelast de ontruiming. De weduw strompelt wèg, het doek valt. j Kleine pauze Wat nu? Een stuk van Stoel en Spree? Onmiddellijk Het doek gaat op. I-Iet Stuk heet„Suppletoire Eed". Een man heeft 'n bestelling ontvan gen, maar kom die niet betalen. Aan gesproken tot kwijting zijner schuld, heeft hij die ontkend. Daarop is hij gedagvaard, er is 'n schijn van waar heid in de toedracht der zaak, gelijk h ij die voorstelt. En de rechter draagt hem op, zijn ontkentenis van de rechtmatigheid der vordering onder eede te bevestigen De man heeft dóarop niet gerekend. Wat weet hij van den gang eener procedure? Maar hij kan niet terug, het is te laat. aller oogén zijn op hem gevestigd, alles staat in dat ondeel baar oogenblik 'voor hem op het spel. En wè,t 'n o o g e n-b lik. De blik van vele oogenvan z'n tegenpartij, van •den magistraat, van de aanwezigen, en van 't alziend Oog, dat hij aanroe pen zal ten bewijze. Het hart klopt hem in de keel. hij steekt twee vin gers op, die beven recht in de lucht, als '11 vraag om genade, om méélij. Z'n gestalte" trilt, alsof er iets p ij n doet van binnen, of hij van koude Dientengevolge geraakte de arme olifantenbaby temidden der schreeu wende en sissende menigte in hevige ontzetting. Met ver voor zich uitge- strekten slurf rende de kolossus door de arena. Tot mijn groote verrasshag ik zag voor de eerste maal een olifant over een groote ruimte loopen bewoog hij zich met een fabelach tige, bijna zwevende gratie. Overal stootte het arme dier echter op de omheining, waarachter zich de gang bevindt, waarheen de torero's voor stieren vluchten. Toen hij in 't geheel geen uitgang zag, ging Antonio een voudig door de barrière, zoo als een clown door een papieren hoepel springt. Het kostte hem werkelijk niet meer moeite. SapperlootDe balken bogen, de houtsplinters vlo gen, en een paniek ontstond in het publiek. Nu verscheen ide oppasser toch weer. Dadelijk was Antonio weer ge rustgesteld, gewillig volgde hij zijn meester, terwijl men ijlings de bres herstelde. Opdat hij geen andere on- noodige streken meer zou uithalen liet men dadelijk den stier uit den toril". Vlak daartegenover stond juist Antonio. Dien ziende en zich op hem stortende was voor den stier het zelfde. Maar tegen de machtige mas sa van Antonio's dij kaatste hij terug als een bal tegen een (muur. Dit verbaasde den stier ten sterk ste. Met uitgespreide beenen keek hij •het ondier als versuft aan. Antonio echter, die heelemaal niet strijdlustig was, zette het op een loopen. De stiet achter 'hem aan. Antonio strek te smeekend zijn slurf uit en liet de jammer!ijkste klaagtonen hooren. En telkens opnieuw stootte de stier zijn •horens in Antonio's dijvleesch, tot bevangen. Nochtans parelt het zweet ^et hem gelukte den olifant ten val "rongen. De dikke massa viel in het stof, zooals een huis ineen stort. in een leuningstoel neer en begon. II. „Eenige Jaren geleden had ik be langen in een Segovische goudmijn. overigens ongedeerd. Wij traden sa men de kamer binnen, waar ik zoo toevallig aan den dood ontsnapt was. ,,Het lij kvan Don Manuel lag met eens naar het einde. Andere paarden hebben hier stil j mij een weg door stofwolken naar Ik keek en bemerkte een donkere 1 gehouden, hebben gastijgerd en zijn de straat, die gevuld was met scbrei- vlek bij de punt. j heengegaan. De merrie van de seno-1 ende, jammerende en biddende men- Jack wees met zijn vinger naar een ra ging met hen mede. Weer kroop schen. Een uur duurde de aardbe- groot wit litteeken opzijn gebruinde hij voort. Ik volgde. j ving; de eene schok volgde op den wang. Ah riep hij plotseling uit, daar j anderen. Niemand nam notitie van Die vlek is bloed. Het kwam hier is de indruk van een lasso ring, die mijne wonden, zoovelen waren in vandaan, lk kreeg een vreeselijken zijn doel heeft gemist. Daar hield de den zelfden toestand. Toen allen slag op 't hoofd. Nu zal ik u de ge- merrie der senora plotseling stil. Die j kalm waren, en het volk opgehou- schiedenis vertellen. j lasso miste niet, en zij is gevallen den had te jammeren en te bidden, Hij iStak een sigaar aan, vleide zich mogelijk j keerde ik naar het paleis terug. Pepe Maar, hemel, waar wil je heen? lag in zijn hangmat, gebonden en riep ik uit. gekneveld. Hij had door den schrik Pepe kroop voort zonder te ant- j verschrikkelijk geleden, maar was woorden totdat wij aan een plaats kwamen, waar ,de weg geheel met Segovie ligt m Nicaragua, tussclien indrukken van hoeven was bedekt. het Groote Meer en Honduras. Het De serara kMrde dan om engaf g wilde leven moede, besloot ik weder- de mdrrie de Sp0ren, zei hij. De an-gespleten schedel naast mijn bed. om voor eene afwisseling Granada te dere paarden volgden in grooten Vlak er bij lag de Redder in den bezoeken. Ik reed dan naar het meer, baast, senor. Zij galoppeerden niet toestand, waarin ge hem thans ziet. ver, zooals we gezien hebben. DaarnaToen begreep ik wat er gebeurd was. ging ze langzaam verder. j Het beeld was in het kritieke oogen- lk begon te beven. blik gevallen, had den would-be Om 's Hemels wil, zeg me watmoordenaar gedood en mij bevrijd, ge weet, riep ik uit. Van zulke kansen hangt soms 't le- -Een n,ijl verder, eener, antwoord- ïen van dea ggggg" af' de de Indiaan ongevoelig, is een pad, dat leidt naar Don Manuel's ha ciënda. Als de senora's merrie daar keert, is 't ook daarheen waar seno ra Isabel zal zijn heengegaan maar niet gewillig, senor. Ge bedoelt, dat ze ontvoerd is door Don Manuel, of door mannen in zijnen dienst? Ja, senor, antwoordde hij. Wij reden hard naar den zij-weg, waarvan wij zooeven spraken. Alle stak het in een canoe over en nam intrek in een zoogenaamd hotel dier stad, welke de zetelplaats der regee ring was tenminste, Leon en Gra nada deelden deze twijfelachtige eer. Een nacht bracht ik in het hotel doordat was me voldoende. Den volgenden dag zocht ik naar een leegstaand huis en werd het met den eigenaar eens. „Granada, dit moet ik u nog zeg gen, was toen eenvoudig een massa vuile hutten, zwart geworden muren en bouwvallige steenen paleizen, die door de Conquistadores gebouwd wa ren geworden. Ik geloof niet, dat 't iets veranderd was. Het huis, dat ik gehuurd had, was een kolossaal ge bouw dat zicli verhief op een marmer „Don Manuel's moeder kende nooit de waarheid omtrent zijn dood. Deze werd toegeschreven aan de aardbe ving. evenals de sneden op mijn hoofd en v. ang. Pepe legde ik het i stilzwijgen op, door hem wijs te ma liën, dat de „god" een verschrikke lijke wraak zou nemen, als hij 't ge- i helm verraadde. Ik verliet Granada zoo spoedig als ik kon en nam mijne bruid met mij mede. Dat is alles. Thans weet ge, waarom wij den Red- vuur gloeien op z'n gezicht. Het móet. hij vermant zich. Hij poogt vastheid, te geven aan z'n stem: ..Zoo waarlijk j Maar nog steeds dacht hij er niet helpe mij God Almachtig." Wie wasaan, den stier eenvoudig samen te de Wijze, die gezegd heeft, dat het 'n drukken, wat hij licht had kunnen rare wereld wordenizou, zoo God geen doen on waarop het puWiek 00k spotternij verdroeg? De man lieeft het k proces gewonnen'n móói, 'n pit- Koortsachtig vlaste. tig stuk. Er ontstond anplaats daarvan een Kóm. de lijn kan niet altijd gespan-wedren ,waar wij tranen bij vergoten nen wezen. Ge wilt wel 'n luchtig van het lachen, zoo onbeschrijflijk nèstukje. Er trede een grappige man komiek waren de dikke Antonio, die op, 'n karakter-komiek. met de achtart,eenen soliopte en de n Man van n zestig jaar, fijn ge- kleed met geschoren felaat. Och, laatk,eine stier> die hem woedend ach- uw grime met rust. zóó kunt ge het, terna holde. Toen zij genoeg geloo- nict. De oogopslag die lezen laat, dat pen hadden, bleven zij een poosje déze Oude door alles heon is, de grijns staan. Nu werd het publiek, dat toch om den mond. die spot beduidt met ,aI in zijn verwachtingen bedrogen een hagel van; spraak, vormen 'n geheel, keurig om sinaasappelen, het meest beleedigen- te aanschouwen. 1-Iij logt z'n verkla- de teeken van 'de diepste verachting, ring af. „Hij doet geen "zaken mot dit in de arena nederdalen. Antonio be- huis; hij heeft niets heëteM maarwèl greep dit echter verkeerd. Hij keek ontvangenmaar de wissel was niet 00genMik naaT bovcn waar correct. Hij heeft betaald, maar geen quitantie ontvangen; hij hééft niet de sinaasappelen vandaan kwamen, betaald, maar het geld ligt tor he dan naar de sinaasappelen zelf, en schikking. Hij w i 1 niet betalen, want begon toen in volmaakte zielsrust de het goed deugde niet." oranjeappeltjes eenvoudig... op te Dit alles zijn achtereenvolgens z'n eten. En hoe meer hij vrat, des te beweringen. Hij noemt den rechter meer g00iden de w06dende Span. „Wel E erwa ar de om van zn onnoozellieid te doen blijken. Jfartel hem toe. Allen, die met „afi- Er is 'n trek van onmiskenbare min- cionado waren, hadden lachkramp. achting op het gelaat der Rechters. De scène was van een overweldigen- Dan beroept de oude man zich op z'n de komiek. Ten slotte kwam de op- onberispelijkereputatie al passer en voerde baby weggeen j weet hi], dat magistraat en balie hem liA geen kwartje zoüden leenen. Er rijst df.'bIoed' bebajv<! wat van den 'n hoorbaar gegrinnik. i ohfant, was gestort en ook geen rug- Met hooge borst, als 'n overwin- gegraat gebroken. Wij waren tevre- naar, gaat de deftige man heen. den. Antonio had ons een onverge- Degetabberde magistraat achter zn telijk vroolijk uurtje bereid groene tafel wacht geduldig op wat volgtnieuwe misère, nieuwe leu- j gens, nieuwe ééden. De jonge advo- caatjes, de grijze zaakwaarnemers, staan wachtend, het gezicht vol wijze trucjes, die zoo délijk zullen be proefd worden. De zon, uit hooge vensters, goudelt néér op de vertoo- IN EEN GROOT HOTEL. Het is niet mogelijk, ire wonderen te beschrijven van den wijnkelder, waar op de rekken duizenden fles- schen wijn lagen; de kameren vooi het zilverwerk, met ontelbare rijen koffie-, thee- en suikerpotten, duizen den messen lepels en vorkenvan de groote hydraulische pijpen, voor waterleiding en liften van de dyna mo's voor het electrisch licht, kort om van al wat dient om den gasten de meest mogelijke gemakken te be zorgen. Zoo'n hotel kan een stad op zichzelf genoemd worden, waar niets ontbreekt, wat de bewoners kunnen, behoeven. In idit reiuzenhotel wordt in een jaar 250.000 kilo vleesch gebruikt, en 100.000 flesschen wijn en likeuren. Het aantal in gebruik zijnde tafella kens is 3 4000, servetten 25000de rekening voor gebroken glas- en aar dewerk beloopt jaarlijks 20 k 24.000 gulden. FRISCO KID. Frisco Kid, dat is het kind uit San Francisco, is een ventje van vijftien jaar. dat door Europa reist om.... de schoenen van de verschillende ko ningen te poetsen. Hoe hij daartoe kwam Dat is een heele geschiede nis. De jongen van San Francisco trok heel tevreden elRen'Üag met z'n taSch op den rug naar school, toen ter ge legenheid van de tentoonstelling te St. Louis, een dagblad honderd kin deren van de stad in de Far West een gratis-reis naar de Worldfair aanbood. Frisco Kid hoorde ervan en met zijn rust was 't gedaan. Hij wil de meetrekken. Doch zijn moeder wou 't niet hebben. Ende commissie, die de honderd kinderen moest aan wijzen, liet hem evenmin toe. De jongen van San Francisco liet zich echter niet ontmoedigen. Hij had 't nu in zijn hoofd gezet naar St Louis te gaan, en hij zou er heen. Hij kocht een kist schoensmeer en twee ferme borstels en ging, al schoe nenpoetsende, op weg. Hij kwam heelhuids en met een aardig duitje op zak te St. Louis aan, wandelde rond op het tentoon- stéJFngsterrein en amuseerde zich. Veel lust om naar San Francisco terug te keeren had hij niet, weshal ve hij, steeds wandelend en schoe nenpoetsend, naar Washington trok. En op een keer, dat president Roose velt in het Witte Huis was, liet hij zich aandienen en vroeg den presi dent diens schoenen te mogen poet sen. Roosevelt, die pret in 't joggie scheen te hebben, liet 'm zijn gang gaan, en Frisco Kid poetste de schoe nen van den president der Vereenig- de Staten. Nu was zijn fortuin ge maakt. De dagbladen gaven zijn por tret. Hij werd' geïnterviewd. En in zijn hoofd ontstond een grootsch plan. Hij wilde een reis om de wereld ma ken, in de eerste plaats door Europa en de schoenen van alle staatshoof den poetsen. Zoo gezegd zoo ged'aan. In Londen heeft hij de bottines van koning Edward blinkend gewreven en nu is hij te Parijs om die van president Loubet een zelfde bewer king te doen ondergaan. Ook te Pa rijs is hij geïnterviewd door een ver slaggever van de Matin", wien hij bovenstaand vermakelijk verhaal op- dischte. Frisco Kid, die in werkelijkheid Fred. Racik heet. is van plan van Parijs naar Berlijn te gaan en daar. na^ naar Rusland om respectievelijk keizer Wilhelm en den Tsaar onder handen te nemen. der zoo hoogschatten en waarom wij geplaveid binnenplein. Er was geen sporen verhelen daar den weg. De gedragen hebben er niet over te enkele glasruit in, doch ijzer tralie- opmerkzame Indiaan had gelijk ge-spreken. werk was er overal genoeg. Het bin nenplein was omgeven door een zui lenrij of warande. In 't midden stond een verbrijzelde fontein, zonder wai ter natuurlijk, en half verborgen on der puinen en struiken, die sinds lang in den wilde waren opgegroeid, een aan iedere zijde van mijne lief- j „Kijker" schrijft in „De Tel." had. Ik had mijne pistolen, hij zijne machete. Wij achtervolgden de ont- i voerders en haalden hen in voor V00r deil KantOnrCOhtef. De Komedie van het Récht. Iemand, wien het vergund werd, j een kiikie ..achter de schermen" tel ning, de zaal blinkt in het heldere ne«ien zooals hij t terecht noemt, in J lichteen der groote Londensche hotels, vertelde daarvan het volgende Ziet, dat is alles om te zien, om jn jlet sousterrain, waar ik met' leven te zien. Het léven, het rnke. het volle, met z'n leed en lach, met ™IJU f '6aior het eersl kwam. w«rkte I z'n veile streken, en hoog noodige machinerie van het reuzen- j eischen. Het bonte leven, dat aan onze hotel met automatische juistheid, j oogen voorbijgaatHonderden gedaanten, koks, helpers, En zoo je d&drvoor geen oogen kellners, jongens, gingen vlug en 'I heM wat doet.S«- aan m den 2wijg€nd op en neer_ elk öjn *,^1 schouwburg, die des levens is? de haciënda bereikt hadden zoo'n j vuile hoeve, als ik ooit gezien heb. Eén reed achter, een vóór Isabel en vervullend, als de deelen van een groot raderwerk „Laten wij eerst een van de keu kens gaan kijken", zei mijn gids. Wij traden binnen in een ruimte als Ik had een groote kamer met stee nen vloer laten maken, een bed ge kocht vier palen, waarover een huid uitgestrekt en mij een thuis gemaakt. „Pepe, mijn Indische dienaar, hing een hanidmat in de warande en slin gerde de meeste uren heen en weer. ,,lk begon me na een dag of twee aardig te vervelen, zoodat ik mij op zekeren morgen aan 't kwerk zette om de puinen te verwijderen, die het basin van de fontein verborgen hiel den. Op den bodem van den puinhoop vond 'ik den Redder. Hoe het daar kwam, kan ik slechts gissen. Het pa leis behoorde aan de GhamorraMa- milie, waarvan een der stamhouders het wellicht uit Spanje zal hebben medegebracht. De verbrijzelde fon tein en marmeren vloer getuigden van de vorige pracht van het paleis. „Ik maakte het beeld zelf schoon. Pepe durfde het eerst niet aanraken. Hij zei dat 't een Caribische god was. Ge zoudt gelachen hebben, als ge gezien had met hoeveel eerbied die brave, oude Indiaan naderde, toen ik hem verzocht mij te willen helpen om 't in huis te dragen. Toen was het niet dn zijn togenwoordigen toestand en ik beschouwd© 't als een groote vondst. Wij zetten het op een plank boven mijn bed en na achten veertig uren had ik het vergeten. U moet weten, dat ik aan iets te den ken had, dat aantrekkelijker en kost baarder was. ste wier handen de schurken hadden Mensche„, menschen, wat gaat ge- gebonden. De \oorziclitige Don Ma- toch voor uw dure geld naar den nuel leidde alles op veiligen afstand, 'schouwburg toe? Om u te vermaken. Zijne mannen begonnen natuurlijk mot de aanschouwing van gevèrfde te vechten, -doch ik slaagde er in bij tranen van geveinsden lach, yannè- w -a-qtp. schot reeds een hunner te gebootslen honger? Dat alles is écht het eerste schot reeds ee hunner te te zl en gratls bovendien, zoo go treffen, waarna z.j allen op den i méégaat mot mij naar do reihtszalü vlucht gingen. Ik bracht mijn aan-;en u néderzet op de bank dea- toe staand vrouwtje terug naar haar schouwers. Er zijn stukken in drie nicht, waar zij geheel veilig was. Don bedrijven en grappige één-acten de Manuel kwam niet meer te voor-f/m 6 df -als ze lang „gezeten' hebben, is éénig. ge- schijn. Hij deed verstandig ima mc Laatmij Uw tooneel-kij- Mevrouw Norman kwam toen juist ker mogen zijn, m'n glazijn zijn binnen en Jack veranderde plotselingschèrp-geslepen, en verstèlbaar ben ik van onderwerp, 't Is onnoodig te ook> voor wie maatschappelijk-bijzien- zeggen, dat ik zijn aardig vrouwtje d€L.zÜn met meer belangstelling beschouwde. Niet dikwijls is 't in deze tijden iemand toegestaan eene dame te zien, die den hoofdrol vervuld heeft in eene ontvoering. Een half uur later ging Jack met zijn verhaal voort. III. „Isabel hield zeer veel van haar nicht en haar geen smart willende aan doen, zeiden wij haar niets van de eerloosheid van haren zoon. Maar toen Pepe en ik in ons bouwvallig paleis terugkeerden, raadde hij mij aan, de deur mijner kamer te bari- cadeeren. Ik oordeelde 't echter de moeite niet waard. Do plaats was nau welijks een steenworp van de Ka thedraal en de Grand Plaza verwij derd en ik meende daar beveiligd te zijn voor eiken persoonlijken aanval. De oude Indiaan drong er echter op aan, terwijl hij verklaarde, dat Don Hebt ge plaats genomen? Welnu, wat verlangt ge? Een drama? Tot uw dienst. Ret doek gaat op. Het stuk heet„Ontruimin g". De hoofdrol speelt 'n weduw, die vier kloine hummels te verzorgen heeft. Vader's ziekte heeft de laatste penning, die met veel ijver was over- gegaard, doen teloor gaan. De klein tjes zijn op school, het duurt j&ren nog, vóór ze in de verdienste komen. De weduw heeft zware zorgen, ze kan d'r huur niet altijd betalen, en huis jes-eigenaar bèn je niet uit pli i 1 a n- t r o p i e. Wij veroordeelen niet. Zoo'n man moet óók leven, heeft óók kos ten. is lang niet altijd rijk genoeg, om gevolg te geven aan de uitspraak van z'n hart. Ziedaar het „gegeven". De uitwerking is kort. De weduw, smalletjes, met het gestreken schortje voor. en het lijd-zaam geplakte haar, der fatsoenlijke armoed, vraagt om wat uitstel. "D'r huisje is 'n week-wo ning, dus ze kan er per week worden uitgezet. Ze pleit om uitstel van exe cutie. ze kijkt den rechter in 't aan gezicht. De man" van 't huisje is ver- OLIFANTENSTREKEN. Onlangs werd uit Parijs bericht, dat een olifant zijn oppasser gedood een zaal, vol etensgeuren een leger- haxl. In verband daarmee schrijft de tje van koks was aan 't werk voor „Voss. Ztg." reusachtige fornuizen met 't gereed- Zoo strijdlustig en vernielzuchtig maken der kostelijke gerechten, die een oude, lange jaren geisoleer.de oli- boven in de zalen werden, genoten, fant as, zoo onschuldig ds een jonge De schotels, die gereed waren, wer- Antonio de jonge olifant uit den den gezet op een rek van verwarm- Madridschen dierentuin is een koste- ;de buizen, een reukenkomfoor, van- lijk voorbeeld 'daarvan. Men wilde waar de bediende ze wegnamen om hem met alle geweld in bloedigen ze aan de kellners te geven, strijd brengen met een stier. Er waren vijf eetzalen in het hotel De Spanjaarden houden van tijd en elke zaal had haar eigen keuken tot tijd wel van zulke grapjes en la- met volledige inrichting van al wat ten ook tijgers met stieren vechten, daarbij behoort, ook afzonderlijk hetgeen een laagheid tegenover den .glas- en aardewerk en tafelgereed- tijger is omdat men .hem zijn voor- schap. naamste voordeel bij een gevecht, de Van de keuken kwamen wij in de ruimte, afsnijdt. Antonio was een slachterij ,waar de geslachte beesten machtige kerel, zoo jong als bij was. vlug en handig verwerkt werden voor maar daarbij zoo schuchter en bleu de verschillende vleeschsoortenin als een baby. En toen men hem in de vischkamer lagen zilverglinsteren- het midden der arena met een stevi- de visschen in lange rijen op blokken gen ketting aan een paal geklonken ijsin de bakkerij werd brood gebak had, liep hij schreeuwend en klagend ken, of een belegerde vesting moest zijn oppasser na, toen deze voort- worden voorzienin de aangrenzen- sloop en met een sprong achter de de banketbakkerij vervaardigden barrière verdween. vlugge vingers allerlei heerlijkheden, Antonio merkte gauw, dat hij vast die zoowel door vorm als smaak de zai, rukte eventjes nerveus met zijn gasten moeten streelen. Zeer merk- achterpoot en hij was los: De dikke waardig was ook de wasscherij, ketting brak als een eindje garen. De waar, met toepassing van de nieuw- oppasser sprong dadelijk toe. En An- ste hulpmiddelen, de geheele wasch tonio vleide zich al tegen hem aan wordt gedaan van het hotel en zijn als een baby tegen zijn voedster. Van talrijke gasten, opgewondenheid was geen sprake Een afzonderlijke meubelmakerij meer. Men nam nu een dik touw en met stoffeerderij zorgt voor het on- hetzelfde herhaalde zich. Nu werd derhoud der meubeleneen andere het publiek ongeduldig. En Antonio's werkplaats is ingericht voor soldee- angstgebrul ten spijt kwam de op-ren en reparceren van metalen voor- passer niet terug. - werpen. DE TIJDEN VERANDEREN. In Frankrijk en in navolging daar van ook 'ii Duitschland en elders heerscht tegenwoordig de liefhebberij voor openluchttheaters. Overal waar maar een paar boomen staan, richt de een of andere ijverige directeur zulk een natuurtooneel in. Natuurlijk ontstaat in verband daarmee een groote voorliefde voor stukken, die „in de openlucht spelen", zooals de thans niet meer te gebruiken term luidt. Een Fransch krantenschrijver pa rodieerde dit verschijnsel onlangs in het volgende schetsje Voorheen. De directeurWel, jongmensch wou je met dit stuk debuteeren Daar behoort moed toe Schrijver: Ik dacht, dat het stuk eenige verdienste had Directeur: Ja, als dat het geval niet was dan zou ik mijn kostbaren tijd niet met je verpraten. SchrijverIk ben u zeer dank baar Directeur Maar waarom moet dat nu alleen buiten spelen, met boomen koeien, eiken, beuken, een kerktoren! dorpshuizen.... Schrijver: Ja, maar zulke land schappen bestaan toch I Directeur Maar weet je dan niet wat zoo iets kost? SchrijverDat gaat mij niet aan. Directeur Maar mij welNee, la ten we zeggen... (bedenkt zich}... al les speelt in een eenvoudige kamer Thans. Directeur (een manuscript lezend) Het tooneei stelt voor een deftig inge- rTCITt salon, artistieke meubels, fraai© schilderijen Zou je dat niet kun nen vervangen door een natuurlijke omgeving, een mooi landschap met boschjes, eiken, beuken, koeien, een dorpstoren, huisjes en zoo Schrijver: Zoudt U denken...? Directeur Ik ben er zeker van dat het gaat en wil onder die voorwaar de het stuk dadelijk spelen. Schrijver: (verrast). U wilt het op voeren.... in uw schouwburg? DirecteurNee, dat niet, maar ik weet ergens een prachtig hoekjeIk sticht een natuurschouwburg. Je zult eens zien wat een prachtige decora tie en alles echt. De schrijver

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1905 | | pagina 8