„Natuurlijk bezocht ik de cafés,
waar ge slechte chocolade kunt drin
ken en tot je tevredenheid kunt dob
belen.
„Iedereen doet daar beide, en „als
men in Rome" u kent 't spreek
woord? In zoo'n speelhuis ontmoette
ik Don Lanuel Arguello. Hij was
niets beter of slechter dan de meer
derheid der jonge Nicaraguanen,
maar heel wat royaler want hij had
meer Spaansch bloed in zijne aderen.
Als vergoeding voor 't geld, dat hij
van mij gewonnen had, nam hij mij
mede naar zijn huis en stelde mij
voor aan zijn moeder en het meisje,
dat bij hen inwoonde. Daarna bracht
ik er eiken dag een bezoek, want ik
had Senora Isabel lief gekregen. Ik
behoef van haar geen beschrijving te
geven u kent haar zeer goed.
„De hartstocht mijns levens was
teruggekeerd. Maar ik wist niet dat
Don Manuel haar eveneens beminde.
Ik vernam eerst toen het te laat was,
dat hij er lang op gehoopt had zijn
verloren fortuin te herwinnen door 't
huwelijk met Isabel, die sedert den
dood haars vaders, vele jaren gele
den, bij zijn moeder, die hare nicht
was, inwoonde. Hij vertelde 't mij
ik behoef het tooneel dat plaats greep
niet te beschrijven en ik weigerde
je hebben wilt. Ik zonder natuurlijk hem terzijde te staan. Toen dreigde
den Redder uit. hij, mij 't leven te benemen.
Ik wil niets hebben, antwoordde „Zooals u weet, is mijn vrouw een
ik. Als ge ine wilt vertellen, waarom j uitmuntende paardrijdster en 't was
ge zooveel prijs stelt op dat oude onze gewoonte dagelijks op den Los
brons, zullen we quite zijn. j Cocos weg te rijden. Paarden zijn
Hij keek ernstig. Plotseling zei hij: goedkoop in Nicaragua en ik had
Ik zou 't een week geleden nieteene heeie verzameling in mijne
hebben kunnen doen om een zekere bouwvallige stallen. Op zekeren mor-
reden. Maar de persoon, wien het gen kwam Isabel niet op de afgespro-
betrof. is dood. ken plaats. Ik steeg van 't paard af
lk merkte op dat mevrouw Norman om te wachten en verliet den weg,
in zwaren rouw was. I aangetrokken door een grooten mie-
Een oogenblik zat Jack te denken, j renhoop op den zoom van het woud,
daarna stond hij op en nam een terwijl ik mijn paard aan Pepe's zorg
naakt en vervaarlijk zwaard van den toevertrouwde. Plotseling riep hij
muur. mij en toen ik mij omwendde, zag ik
Weet ge wat dit is? vroeg hij. hem nauwkeurig de indrukken op
De een of andere soort zwaard, den weg onderzoeken,
antwoordde ik. j Senor, zei hij op ernstigen toon,
Zwaard, kapmes, roostervork, hier is het spoor van senora's mer-
slagersmes .spade alles wat je wilt. rie. Het is nog versch. Het is van he-
Het is een Nicaragische machete, ge- j denmorgen. Hij boog nogmaals voor
dragen door alle mannen en vele over.
vrouwen in dat onveilige land. Zie Nu zei ik.
gele koorts. Zoodra de dokters ver
klaarden, dat hij buiten gevaar was,
bracht ik hem een bezoek. Zij kwam
in de ontvangsalon naar mij toe.
0, hij is zooveel beter, zei ze,
terwijl hare donkere oogen van ge
luk straalden. Hij zal spoedig her
steld zijn. Hasfca la mauanaAch
wat zou ik doen zonder mijn braven,
trouwen echtgenoot? Ik geloof dat
geene vrouw ooit zoo gelukkig was
als ik. En zij wendde zich tot den
leelijken Satyr gij gaaft hem mij,
jou lief oud dingZij sloeg hare ar
men om zijn hals en kuste den gxijn-
zenden mond. Twaalf maal drukte zij
hare warme lippen op het koude
brons. Ik moest onwillekeurig lachen.
Gij lacht, zei ze maar 't is
waar de Redder gaf mij mijn echt
genoot, Jack zal 't je misschien dezer
dagen wel vertellen. We spreken er
liever niet over. Waarom? Er is een
graf onder de zee. Een moeder denkt
aan hetzelve, en 't zou haar smart
doen, als zij de waarheid kende.
Spoedig had ik het geluk Norman
een dienst tc bewijzen. Het was
slechts een beuzelachtige zaak, doch
de edelmoedige man wilde ze vergel
den.
Ik wil je een geschenk geven,
zei hij. Zie om je heen en zeg me, wat
Manuel was, wat hij noemde een
mala hente, en mij bij de eerste gele
genheid zou vermoorden.
„Bij 't vallen van den avond strek
te ik mij evenwel op het bed uit en
viel in slaap, met een revolver onder
't bereik mijner hand.
„Ongeveer tegen middernacht ont
waakte ik door een slag op 't hoofd,
die mij gelukkig niet bedwelmde, an
ders ik zou u dit verhaal thans niet
mededeelen. lk sprong op, terwijl het
bloed mij langs het hoofd liep. De
maan wierp een vloed van licht tus-
schen het traliewerk van het venster
door en ik zag het donkere gelaat
van Don Manuel. Hij stond tegen
over m!ij met mijn revolver in de eene
en een opgeheven machete in de
andere hand. Daar is 'de machete."
Nu zult ge sterven, rooversiste
hij, en deed een tweeden slag, dien
ik ontweek. Luid roepende om Pepe,
worstelde ik met hem en greep zijn
polsen vast. Zoo rolden wij door de
kamer. Ik was de sterkere, doch het
bloedverlies had mij verzwakt. Hij
rukte zijn rechte^ hand los en bracht
mij een wonde op de wang toe. De
slag verbijsterde mij ik wankelde
en viel op het bed. Voor ik op kon
staan was zijn knie reeds óp mijne
borst gedrukt, de machete op mijn
keel .Ik voelde de punt. Met een
laatste poging slingerde ik hem van
mij weg. Dat zelfde oogenblik werd
het bed opgelicht en heen en weer
geschud, de muren beefden, de sla
pende stad ontwaakte met een gil
van schrik. Ontsteld als ik was, wist
ik toch wat. er gebeurd was. Mijn
vijand ook.
De aardbeving zal je niet red
den gilde hij en snelde op mij toe
op den trillenden vlotr. Nogmaals
voelde ik de machete op mijn keel
en ik was niet in staat een hand op
te heffen. Maar wederom werd het
bed onder mij opgelicht. Iets viel
van boven. Er volgde een doffe,
zwakke bons een gil van woede
een geraas als van metaal op steen
Don Manuel viel en lag stil,
terwijl hij de machete op mijn hals
achterliet. O wat was ik daar juist
op 't laatste moment ontsnapt.
„Toen de schok weer in een heving
I wegstierf, sprong ik op en baande
tegenwoordigd door 'n zaakwaariv
mer, die niet anders doen kan dan z'n
i opdracht volvoeren.
Let óp nu, menschen, op de gezich
ten dor spelenden. Ziet het gelaat der
j weduw ze hoopt, ze wacht, ze vréést.
Ziet het gezicht van den getogaden
man, die het recht spreektik zeg u,
dat hij 'n góed man is. met 'n nauw
geweten, en ik spreek uit ervdring.
Ziet het gelaat van den zaakwaarne
mer. die madhinaal z'n zaak behan
delt. gelijk z'n plicht, is; 'n vischman
maakt zóó, met 'n klein-puntig mes,
z'n waar schoon, levende jonge visch-
jes op den wagen. Ziet het gelaat van
den deurwaarder, die gereed staat het
doek te laten zakken, als de zaak
uit is.
De rechter gelast de ontruiming. De
weduw strompelt wèg, het doek
valt.
j Kleine pauze
Wat nu? Een stuk van Stoel en
Spree? Onmiddellijk Het doek gaat
op. I-Iet Stuk heet„Suppletoire
Eed".
Een man heeft 'n bestelling ontvan
gen, maar kom die niet betalen. Aan
gesproken tot kwijting zijner schuld,
heeft hij die ontkend. Daarop is hij
gedagvaard, er is 'n schijn van waar
heid in de toedracht der zaak, gelijk
h ij die voorstelt. En de rechter draagt
hem op, zijn ontkentenis van de
rechtmatigheid der vordering onder
eede te bevestigen
De man heeft dóarop niet gerekend.
Wat weet hij van den gang eener
procedure? Maar hij kan niet terug,
het is te laat. aller oogén zijn op hem
gevestigd, alles staat in dat ondeel
baar oogenblik 'voor hem op het spel.
En wè,t 'n o o g e n-b lik. De blik van
vele oogenvan z'n tegenpartij, van
•den magistraat, van de aanwezigen,
en van 't alziend Oog, dat hij aanroe
pen zal ten bewijze. Het hart klopt
hem in de keel. hij steekt twee vin
gers op, die beven recht in de lucht,
als '11 vraag om genade, om méélij.
Z'n gestalte" trilt, alsof er iets p ij n
doet van binnen, of hij van koude
Dientengevolge geraakte de arme
olifantenbaby temidden der schreeu
wende en sissende menigte in hevige
ontzetting. Met ver voor zich uitge-
strekten slurf rende de kolossus door
de arena. Tot mijn groote verrasshag
ik zag voor de eerste maal een
olifant over een groote ruimte loopen
bewoog hij zich met een fabelach
tige, bijna zwevende gratie. Overal
stootte het arme dier echter op de
omheining, waarachter zich de gang
bevindt, waarheen de torero's voor
stieren vluchten. Toen hij in 't geheel
geen uitgang zag, ging Antonio een
voudig door de barrière, zoo als een
clown door een papieren hoepel
springt. Het kostte hem werkelijk
niet meer moeite. SapperlootDe
balken bogen, de houtsplinters vlo
gen, en een paniek ontstond in het
publiek.
Nu verscheen ide oppasser toch
weer. Dadelijk was Antonio weer ge
rustgesteld, gewillig volgde hij zijn
meester, terwijl men ijlings de bres
herstelde. Opdat hij geen andere on-
noodige streken meer zou uithalen
liet men dadelijk den stier uit den
toril". Vlak daartegenover stond
juist Antonio. Dien ziende en zich op
hem stortende was voor den stier het
zelfde. Maar tegen de machtige mas
sa van Antonio's dij kaatste hij terug
als een bal tegen een (muur.
Dit verbaasde den stier ten sterk
ste. Met uitgespreide beenen keek hij
•het ondier als versuft aan. Antonio
echter, die heelemaal niet strijdlustig
was, zette het op een loopen. De
stiet achter 'hem aan. Antonio strek
te smeekend zijn slurf uit en liet de
jammer!ijkste klaagtonen hooren. En
telkens opnieuw stootte de stier zijn
•horens in Antonio's dijvleesch, tot
bevangen. Nochtans parelt het zweet ^et hem gelukte den olifant ten val
"rongen. De dikke massa viel in
het stof, zooals een huis ineen stort.
in een leuningstoel neer en begon.
II.
„Eenige Jaren geleden had ik be
langen in een Segovische goudmijn.
overigens ongedeerd. Wij traden sa
men de kamer binnen, waar ik zoo
toevallig aan den dood ontsnapt was.
,,Het lij kvan Don Manuel lag met
eens naar het einde. Andere paarden hebben hier stil j mij een weg door stofwolken naar
Ik keek en bemerkte een donkere 1 gehouden, hebben gastijgerd en zijn de straat, die gevuld was met scbrei-
vlek bij de punt. j heengegaan. De merrie van de seno-1 ende, jammerende en biddende men-
Jack wees met zijn vinger naar een ra ging met hen mede. Weer kroop schen. Een uur duurde de aardbe-
groot wit litteeken opzijn gebruinde hij voort. Ik volgde. j ving; de eene schok volgde op den
wang. Ah riep hij plotseling uit, daar j anderen. Niemand nam notitie van
Die vlek is bloed. Het kwam hier is de indruk van een lasso ring, die mijne wonden, zoovelen waren in
vandaan, lk kreeg een vreeselijken zijn doel heeft gemist. Daar hield de den zelfden toestand. Toen allen
slag op 't hoofd. Nu zal ik u de ge- merrie der senora plotseling stil. Die j kalm waren, en het volk opgehou-
schiedenis vertellen. j lasso miste niet, en zij is gevallen den had te jammeren en te bidden,
Hij iStak een sigaar aan, vleide zich mogelijk j keerde ik naar het paleis terug. Pepe
Maar, hemel, waar wil je heen? lag in zijn hangmat, gebonden en
riep ik uit. gekneveld. Hij had door den schrik
Pepe kroop voort zonder te ant- j verschrikkelijk geleden, maar was
woorden totdat wij aan een plaats
kwamen, waar ,de weg geheel met
Segovie ligt m Nicaragua, tussclien indrukken van hoeven was bedekt.
het Groote Meer en Honduras. Het De serara kMrde dan om engaf g
wilde leven moede, besloot ik weder- de mdrrie de Sp0ren, zei hij. De an-gespleten schedel naast mijn bed.
om voor eene afwisseling Granada te dere paarden volgden in grooten Vlak er bij lag de Redder in den
bezoeken. Ik reed dan naar het meer, baast, senor. Zij galoppeerden niet toestand, waarin ge hem thans ziet.
ver, zooals we gezien hebben. DaarnaToen begreep ik wat er gebeurd was.
ging ze langzaam verder. j Het beeld was in het kritieke oogen-
lk begon te beven. blik gevallen, had den would-be
Om 's Hemels wil, zeg me watmoordenaar gedood en mij bevrijd,
ge weet, riep ik uit. Van zulke kansen hangt soms 't le-
-Een n,ijl verder, eener, antwoord- ïen van dea ggggg" af'
de de Indiaan ongevoelig, is een pad,
dat leidt naar Don Manuel's ha
ciënda. Als de senora's merrie daar
keert, is 't ook daarheen waar seno
ra Isabel zal zijn heengegaan maar
niet gewillig, senor.
Ge bedoelt, dat ze ontvoerd is
door Don Manuel, of door mannen
in zijnen dienst?
Ja, senor, antwoordde hij.
Wij reden hard naar den zij-weg,
waarvan wij zooeven spraken. Alle
stak het in een canoe over en nam
intrek in een zoogenaamd hotel dier
stad, welke de zetelplaats der regee
ring was tenminste, Leon en Gra
nada deelden deze twijfelachtige eer.
Een nacht bracht ik in het hotel
doordat was me voldoende. Den
volgenden dag zocht ik naar een
leegstaand huis en werd het met den
eigenaar eens.
„Granada, dit moet ik u nog zeg
gen, was toen eenvoudig een massa
vuile hutten, zwart geworden muren
en bouwvallige steenen paleizen, die
door de Conquistadores gebouwd wa
ren geworden. Ik geloof niet, dat 't
iets veranderd was. Het huis, dat ik
gehuurd had, was een kolossaal ge
bouw dat zicli verhief op een marmer
„Don Manuel's moeder kende nooit
de waarheid omtrent zijn dood. Deze
werd toegeschreven aan de aardbe
ving. evenals de sneden op mijn
hoofd en v. ang. Pepe legde ik het
i stilzwijgen op, door hem wijs te ma
liën, dat de „god" een verschrikke
lijke wraak zou nemen, als hij 't ge-
i helm verraadde. Ik verliet Granada
zoo spoedig als ik kon en nam mijne
bruid met mij mede. Dat is alles.
Thans weet ge, waarom wij den Red-
vuur gloeien op z'n gezicht. Het móet.
hij vermant zich. Hij poogt vastheid,
te geven aan z'n stem: ..Zoo waarlijk j Maar nog steeds dacht hij er niet
helpe mij God Almachtig." Wie wasaan, den stier eenvoudig samen te
de Wijze, die gezegd heeft, dat het 'n drukken, wat hij licht had kunnen
rare wereld wordenizou, zoo God geen doen on waarop het puWiek 00k
spotternij verdroeg? De man lieeft het k
proces gewonnen'n móói, 'n pit- Koortsachtig vlaste.
tig stuk. Er ontstond anplaats daarvan een
Kóm. de lijn kan niet altijd gespan-wedren ,waar wij tranen bij vergoten
nen wezen. Ge wilt wel 'n luchtig van het lachen, zoo onbeschrijflijk
nèstukje. Er trede een grappige man komiek waren de dikke Antonio, die
op, 'n karakter-komiek. met de achtart,eenen soliopte en de
n Man van n zestig jaar, fijn ge-
kleed met geschoren felaat. Och, laatk,eine stier> die hem woedend ach-
uw grime met rust. zóó kunt ge het, terna holde. Toen zij genoeg geloo-
nict. De oogopslag die lezen laat, dat pen hadden, bleven zij een poosje
déze Oude door alles heon is, de grijns staan. Nu werd het publiek, dat toch
om den mond. die spot beduidt met ,aI in zijn verwachtingen bedrogen
een hagel van;
spraak, vormen 'n geheel, keurig om sinaasappelen, het meest beleedigen-
te aanschouwen. 1-Iij logt z'n verkla- de teeken van 'de diepste verachting,
ring af. „Hij doet geen "zaken mot dit in de arena nederdalen. Antonio be-
huis; hij heeft niets heëteM maarwèl greep dit echter verkeerd. Hij keek
ontvangenmaar de wissel was niet 00genMik naaT bovcn waar
correct. Hij heeft betaald, maar geen
quitantie ontvangen; hij hééft niet de sinaasappelen vandaan kwamen,
betaald, maar het geld ligt tor he dan naar de sinaasappelen zelf, en
schikking. Hij w i 1 niet betalen, want begon toen in volmaakte zielsrust de
het goed deugde niet." oranjeappeltjes eenvoudig... op te
Dit alles zijn achtereenvolgens z'n eten. En hoe meer hij vrat, des te
beweringen. Hij noemt den rechter meer g00iden de w06dende Span.
„Wel E erwa ar de om van zn
onnoozellieid te doen blijken. Jfartel hem toe. Allen, die met „afi-
Er is 'n trek van onmiskenbare min- cionado waren, hadden lachkramp.
achting op het gelaat der Rechters. De scène was van een overweldigen-
Dan beroept de oude man zich op z'n de komiek. Ten slotte kwam de op-
onberispelijkereputatie al passer en voerde baby weggeen j
weet hi], dat magistraat en balie hem liA
geen kwartje zoüden leenen. Er rijst df.'bIoed' bebajv<! wat van den
'n hoorbaar gegrinnik. i ohfant, was gestort en ook geen rug-
Met hooge borst, als 'n overwin- gegraat gebroken. Wij waren tevre-
naar, gaat de deftige man heen. den. Antonio had ons een onverge-
Degetabberde magistraat achter zn telijk vroolijk uurtje bereid
groene tafel wacht geduldig op wat
volgtnieuwe misère, nieuwe leu- j
gens, nieuwe ééden. De jonge advo-
caatjes, de grijze zaakwaarnemers,
staan wachtend, het gezicht vol wijze
trucjes, die zoo délijk zullen be
proefd worden. De zon, uit hooge
vensters, goudelt néér op de vertoo-
IN EEN GROOT HOTEL.
Het is niet mogelijk, ire wonderen
te beschrijven van den wijnkelder,
waar op de rekken duizenden fles-
schen wijn lagen; de kameren vooi
het zilverwerk, met ontelbare rijen
koffie-, thee- en suikerpotten, duizen
den messen lepels en vorkenvan
de groote hydraulische pijpen, voor
waterleiding en liften van de dyna
mo's voor het electrisch licht, kort
om van al wat dient om den gasten
de meest mogelijke gemakken te be
zorgen. Zoo'n hotel kan een stad op
zichzelf genoemd worden, waar niets
ontbreekt, wat de bewoners kunnen,
behoeven.
In idit reiuzenhotel wordt in een
jaar 250.000 kilo vleesch gebruikt, en
100.000 flesschen wijn en likeuren.
Het aantal in gebruik zijnde tafella
kens is 3 4000, servetten 25000de
rekening voor gebroken glas- en aar
dewerk beloopt jaarlijks 20 k 24.000
gulden.
FRISCO KID.
Frisco Kid, dat is het kind uit San
Francisco, is een ventje van vijftien
jaar. dat door Europa reist om.... de
schoenen van de verschillende ko
ningen te poetsen. Hoe hij daartoe
kwam Dat is een heele geschiede
nis.
De jongen van San Francisco trok
heel tevreden elRen'Üag met z'n taSch
op den rug naar school, toen ter ge
legenheid van de tentoonstelling te
St. Louis, een dagblad honderd kin
deren van de stad in de Far West
een gratis-reis naar de Worldfair
aanbood. Frisco Kid hoorde ervan en
met zijn rust was 't gedaan. Hij wil
de meetrekken. Doch zijn moeder wou
't niet hebben. Ende commissie,
die de honderd kinderen moest aan
wijzen, liet hem evenmin toe.
De jongen van San Francisco liet
zich echter niet ontmoedigen. Hij had
't nu in zijn hoofd gezet naar St
Louis te gaan, en hij zou er heen.
Hij kocht een kist schoensmeer en
twee ferme borstels en ging, al schoe
nenpoetsende, op weg.
Hij kwam heelhuids en met een
aardig duitje op zak te St. Louis
aan, wandelde rond op het tentoon-
stéJFngsterrein en amuseerde zich.
Veel lust om naar San Francisco
terug te keeren had hij niet, weshal
ve hij, steeds wandelend en schoe
nenpoetsend, naar Washington trok.
En op een keer, dat president Roose
velt in het Witte Huis was, liet hij
zich aandienen en vroeg den presi
dent diens schoenen te mogen poet
sen.
Roosevelt, die pret in 't joggie
scheen te hebben, liet 'm zijn gang
gaan, en Frisco Kid poetste de schoe
nen van den president der Vereenig-
de Staten. Nu was zijn fortuin ge
maakt. De dagbladen gaven zijn por
tret. Hij werd' geïnterviewd. En in
zijn hoofd ontstond een grootsch plan.
Hij wilde een reis om de wereld ma
ken, in de eerste plaats door Europa
en de schoenen van alle staatshoof
den poetsen. Zoo gezegd zoo ged'aan.
In Londen heeft hij de bottines van
koning Edward blinkend gewreven
en nu is hij te Parijs om die van
president Loubet een zelfde bewer
king te doen ondergaan. Ook te Pa
rijs is hij geïnterviewd door een ver
slaggever van de Matin", wien hij
bovenstaand vermakelijk verhaal op-
dischte.
Frisco Kid, die in werkelijkheid
Fred. Racik heet. is van plan van
Parijs naar Berlijn te gaan en daar.
na^ naar Rusland om respectievelijk
keizer Wilhelm en den Tsaar onder
handen te nemen.
der zoo hoogschatten en waarom wij
geplaveid binnenplein. Er was geen sporen verhelen daar den weg. De gedragen hebben er niet over te
enkele glasruit in, doch ijzer tralie- opmerkzame Indiaan had gelijk ge-spreken.
werk was er overal genoeg. Het bin
nenplein was omgeven door een zui
lenrij of warande. In 't midden stond
een verbrijzelde fontein, zonder wai
ter natuurlijk, en half verborgen on
der puinen en struiken, die sinds
lang in den wilde waren opgegroeid, een aan iedere zijde van mijne lief- j „Kijker" schrijft in „De Tel."
had. Ik had mijne pistolen, hij zijne
machete. Wij achtervolgden de ont- i
voerders en haalden hen in voor V00r deil KantOnrCOhtef.
De Komedie van het
Récht.
Iemand, wien het vergund werd, j
een kiikie ..achter de schermen" tel
ning, de zaal blinkt in het heldere ne«ien zooals hij t terecht noemt, in J
lichteen der groote Londensche hotels,
vertelde daarvan het volgende
Ziet, dat is alles om te zien, om jn jlet sousterrain, waar ik met'
leven te zien. Het léven, het rnke.
het volle, met z'n leed en lach, met ™IJU f '6aior het eersl kwam. w«rkte I
z'n veile streken, en hoog noodige machinerie van het reuzen- j
eischen. Het bonte leven, dat aan onze hotel met automatische juistheid, j
oogen voorbijgaatHonderden gedaanten, koks, helpers,
En zoo je d&drvoor geen oogen kellners, jongens, gingen vlug en 'I
heM wat doet.S«- aan m den 2wijg€nd op en neer_ elk öjn *,^1
schouwburg, die des levens is?
de haciënda bereikt hadden zoo'n j
vuile hoeve, als ik ooit gezien heb.
Eén reed achter, een vóór Isabel en
vervullend, als de deelen van een
groot raderwerk
„Laten wij eerst een van de keu
kens gaan kijken", zei mijn gids.
Wij traden binnen in een ruimte als
Ik had een groote kamer met stee
nen vloer laten maken, een bed ge
kocht vier palen, waarover een
huid uitgestrekt en mij een thuis
gemaakt.
„Pepe, mijn Indische dienaar, hing
een hanidmat in de warande en slin
gerde de meeste uren heen en weer.
,,lk begon me na een dag of twee
aardig te vervelen, zoodat ik mij op
zekeren morgen aan 't kwerk zette om
de puinen te verwijderen, die het
basin van de fontein verborgen hiel
den.
Op den bodem van den puinhoop
vond 'ik den Redder. Hoe het daar
kwam, kan ik slechts gissen. Het pa
leis behoorde aan de GhamorraMa-
milie, waarvan een der stamhouders
het wellicht uit Spanje zal hebben
medegebracht. De verbrijzelde fon
tein en marmeren vloer getuigden
van de vorige pracht van het paleis.
„Ik maakte het beeld zelf schoon.
Pepe durfde het eerst niet aanraken.
Hij zei dat 't een Caribische god was.
Ge zoudt gelachen hebben, als ge
gezien had met hoeveel eerbied die
brave, oude Indiaan naderde, toen
ik hem verzocht mij te willen helpen
om 't in huis te dragen. Toen was
het niet dn zijn togenwoordigen
toestand en ik beschouwd© 't als een
groote vondst. Wij zetten het op een
plank boven mijn bed en na achten
veertig uren had ik het vergeten. U
moet weten, dat ik aan iets te den
ken had, dat aantrekkelijker en kost
baarder was.
ste wier handen de schurken hadden Mensche„, menschen, wat gaat ge-
gebonden. De \oorziclitige Don Ma- toch voor uw dure geld naar den
nuel leidde alles op veiligen afstand, 'schouwburg toe? Om u te vermaken.
Zijne mannen begonnen natuurlijk mot de aanschouwing van gevèrfde
te vechten, -doch ik slaagde er in bij tranen van geveinsden lach, yannè-
w -a-qtp. schot reeds een hunner te gebootslen honger? Dat alles is écht
het eerste schot reeds ee hunner te te zl en gratls bovendien, zoo go
treffen, waarna z.j allen op den i méégaat mot mij naar do reihtszalü
vlucht gingen. Ik bracht mijn aan-;en u néderzet op de bank dea- toe
staand vrouwtje terug naar haar schouwers. Er zijn stukken in drie
nicht, waar zij geheel veilig was. Don bedrijven en grappige één-acten de
Manuel kwam niet meer te voor-f/m 6 df -als ze
lang „gezeten' hebben, is éénig. ge-
schijn. Hij deed verstandig ima mc Laatmij Uw tooneel-kij-
Mevrouw Norman kwam toen juist ker mogen zijn, m'n glazijn zijn
binnen en Jack veranderde plotselingschèrp-geslepen, en verstèlbaar ben ik
van onderwerp, 't Is onnoodig te ook> voor wie maatschappelijk-bijzien-
zeggen, dat ik zijn aardig vrouwtje d€L.zÜn
met meer belangstelling beschouwde.
Niet dikwijls is 't in deze tijden
iemand toegestaan eene dame te zien,
die den hoofdrol vervuld heeft in eene
ontvoering.
Een half uur later ging Jack met
zijn verhaal voort.
III.
„Isabel hield zeer veel van haar
nicht en haar geen smart willende
aan doen, zeiden wij haar niets van
de eerloosheid van haren zoon. Maar
toen Pepe en ik in ons bouwvallig
paleis terugkeerden, raadde hij mij
aan, de deur mijner kamer te bari-
cadeeren. Ik oordeelde 't echter de
moeite niet waard. Do plaats was nau
welijks een steenworp van de Ka
thedraal en de Grand Plaza verwij
derd en ik meende daar beveiligd te
zijn voor eiken persoonlijken aanval.
De oude Indiaan drong er echter op
aan, terwijl hij verklaarde, dat Don
Hebt ge plaats genomen? Welnu,
wat verlangt ge? Een drama? Tot uw
dienst. Ret doek gaat op. Het stuk
heet„Ontruimin g".
De hoofdrol speelt 'n weduw, die
vier kloine hummels te verzorgen
heeft. Vader's ziekte heeft de laatste
penning, die met veel ijver was over-
gegaard, doen teloor gaan. De klein
tjes zijn op school, het duurt j&ren
nog, vóór ze in de verdienste komen.
De weduw heeft zware zorgen, ze kan
d'r huur niet altijd betalen, en huis
jes-eigenaar bèn je niet uit pli i 1 a n-
t r o p i e. Wij veroordeelen niet. Zoo'n
man moet óók leven, heeft óók kos
ten. is lang niet altijd rijk genoeg, om
gevolg te geven aan de uitspraak van
z'n hart. Ziedaar het „gegeven".
De uitwerking is kort. De weduw,
smalletjes, met het gestreken schortje
voor. en het lijd-zaam geplakte haar,
der fatsoenlijke armoed, vraagt om
wat uitstel. "D'r huisje is 'n week-wo
ning, dus ze kan er per week worden
uitgezet. Ze pleit om uitstel van exe
cutie. ze kijkt den rechter in 't aan
gezicht. De man" van 't huisje is ver-
OLIFANTENSTREKEN.
Onlangs werd uit Parijs bericht,
dat een olifant zijn oppasser gedood een zaal, vol etensgeuren een leger-
haxl. In verband daarmee schrijft de tje van koks was aan 't werk voor
„Voss. Ztg." reusachtige fornuizen met 't gereed-
Zoo strijdlustig en vernielzuchtig maken der kostelijke gerechten, die
een oude, lange jaren geisoleer.de oli- boven in de zalen werden, genoten,
fant as, zoo onschuldig ds een jonge De schotels, die gereed waren, wer-
Antonio de jonge olifant uit den den gezet op een rek van verwarm-
Madridschen dierentuin is een koste- ;de buizen, een reukenkomfoor, van-
lijk voorbeeld 'daarvan. Men wilde waar de bediende ze wegnamen om
hem met alle geweld in bloedigen ze aan de kellners te geven,
strijd brengen met een stier. Er waren vijf eetzalen in het hotel
De Spanjaarden houden van tijd en elke zaal had haar eigen keuken
tot tijd wel van zulke grapjes en la- met volledige inrichting van al wat
ten ook tijgers met stieren vechten, daarbij behoort, ook afzonderlijk
hetgeen een laagheid tegenover den .glas- en aardewerk en tafelgereed-
tijger is omdat men .hem zijn voor- schap.
naamste voordeel bij een gevecht, de Van de keuken kwamen wij in de
ruimte, afsnijdt. Antonio was een slachterij ,waar de geslachte beesten
machtige kerel, zoo jong als bij was. vlug en handig verwerkt werden voor
maar daarbij zoo schuchter en bleu de verschillende vleeschsoortenin
als een baby. En toen men hem in de vischkamer lagen zilverglinsteren-
het midden der arena met een stevi- de visschen in lange rijen op blokken
gen ketting aan een paal geklonken ijsin de bakkerij werd brood gebak
had, liep hij schreeuwend en klagend ken, of een belegerde vesting moest
zijn oppasser na, toen deze voort- worden voorzienin de aangrenzen-
sloop en met een sprong achter de de banketbakkerij vervaardigden
barrière verdween. vlugge vingers allerlei heerlijkheden,
Antonio merkte gauw, dat hij vast die zoowel door vorm als smaak de
zai, rukte eventjes nerveus met zijn gasten moeten streelen. Zeer merk-
achterpoot en hij was los: De dikke waardig was ook de wasscherij,
ketting brak als een eindje garen. De waar, met toepassing van de nieuw-
oppasser sprong dadelijk toe. En An- ste hulpmiddelen, de geheele wasch
tonio vleide zich al tegen hem aan wordt gedaan van het hotel en zijn
als een baby tegen zijn voedster. Van talrijke gasten,
opgewondenheid was geen sprake Een afzonderlijke meubelmakerij
meer. Men nam nu een dik touw en met stoffeerderij zorgt voor het on-
hetzelfde herhaalde zich. Nu werd derhoud der meubeleneen andere
het publiek ongeduldig. En Antonio's werkplaats is ingericht voor soldee-
angstgebrul ten spijt kwam de op-ren en reparceren van metalen voor-
passer niet terug. - werpen.
DE TIJDEN VERANDEREN.
In Frankrijk en in navolging daar
van ook 'ii Duitschland en elders
heerscht tegenwoordig de liefhebberij
voor openluchttheaters. Overal waar
maar een paar boomen staan, richt
de een of andere ijverige directeur
zulk een natuurtooneel in. Natuurlijk
ontstaat in verband daarmee een
groote voorliefde voor stukken, die
„in de openlucht spelen", zooals de
thans niet meer te gebruiken term
luidt.
Een Fransch krantenschrijver pa
rodieerde dit verschijnsel onlangs in
het volgende schetsje
Voorheen.
De directeurWel, jongmensch
wou je met dit stuk debuteeren Daar
behoort moed toe
Schrijver: Ik dacht, dat het stuk
eenige verdienste had
Directeur: Ja, als dat het geval
niet was dan zou ik mijn kostbaren
tijd niet met je verpraten.
SchrijverIk ben u zeer dank
baar
Directeur Maar waarom moet dat
nu alleen buiten spelen, met boomen
koeien, eiken, beuken, een kerktoren!
dorpshuizen....
Schrijver: Ja, maar zulke land
schappen bestaan toch I
Directeur Maar weet je dan niet
wat zoo iets kost?
SchrijverDat gaat mij niet aan.
Directeur Maar mij welNee, la
ten we zeggen... (bedenkt zich}... al
les speelt in een eenvoudige kamer
Thans.
Directeur (een manuscript lezend)
Het tooneei stelt voor een deftig inge-
rTCITt salon, artistieke meubels, fraai©
schilderijen Zou je dat niet kun
nen vervangen door een natuurlijke
omgeving, een mooi landschap met
boschjes, eiken, beuken, koeien, een
dorpstoren, huisjes en zoo
Schrijver: Zoudt U denken...?
Directeur Ik ben er zeker van dat
het gaat en wil onder die voorwaar
de het stuk dadelijk spelen.
Schrijver: (verrast). U wilt het op
voeren.... in uw schouwburg?
DirecteurNee, dat niet, maar ik
weet ergens een prachtig hoekjeIk
sticht een natuurschouwburg. Je zult
eens zien wat een prachtige decora
tie en alles echt.
De schrijver