Haarlem's Dagblad NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. Vraag en Aanbod Twee Kwartjes te mmm &motte der Adv. hoogstens zes regels 23e Jaargang. No. 6861 VêfschiJfiS dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. WOENSDAG 8 NOVEMBER 1905 B HAARLEM S DAGBLAD ABONNEMENTEN sPS8 Ö'*8B MAANDEN» Voor Haarlem 120 Voor de dorpen in den omtrek waar een Ageni gevestigd is (kom der gemeente) I.3G Franco pe? oost door Nederland 5 1.65 Afzonderlijke nummers 9.02% Geïllustreerd Zondagsblad, vco? -laarlem s 0.37>? s s de omstreken en franco per post n 0.45 Uitgav® der Veno©®t3ehap Lcarens Coster. Directeur J, C. PEEREBOOM. ADVERTENTIcN: Van 1—5 .egels 5C Cts.i iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem van 15 regels ƒ0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel. 3roote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Kleine advertentien 3 maal plaatsen voor 2 «naai betalen. Redactie ec Administratie? Groote Houtstraat 55. .^src^mmunaai Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724 Drukkerij; Zufc*. Suitenspaarne 6. Telefoonnummer 122. Abonnementen en Advertentien worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentie.'. en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G- L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 31bFaubourg Montmartre. pianist dagelijks Advertentien van (geen WirJcd-A nnonces) voor i!en Kwartje per plaatsing DRIEMAAL, mits binner. cm W'*ck, vom Betaling Contant Tweede Kamer, DE STAATSBEGROOTING IN DE AFDEEL1NGEN. Blijkens liet Voorioopig Verslag orver Hoofdstuk 1 dor Staatsbegrooting over 1906 kwamen vele leden bij die alge- meene beschouw,imigen op tegen de wij ze, waarop de tegenstanders van het vorige Kabinet DEN VERKIEZINGSSTRIJD hebben gevoerd. Zij betreurden,, dat men getracht heeft door opwekking van kerkelijke hartstochten dc kie zers tegen dat Ministerie in het har nas te jagen. Niet alleen was dit ge daan ten opzichte vam de Roomsche Kerk maar vooral heeft men zijn voor deel gezocht in een onjuiste voorstel ling der door het vorige Ministerie op den voorgrond geplaatste tegenstel ling tusschen de Christelijke en dc moderne levensbeschouwing. Het is een veivalschinig van de waarheid te beweren, dat hot vorige Ministerie, en i'n -het bijzonder de vo rige Minister van Binnenlandsche Za ken, tot OPWEKKING VAN KERKELIJKE HARTSTOCHTEN aanleiding zouden hebben gegeven. Daarentegen- is dit well geschied dooi de wijze, waarop hij de verkiezingen de antithese tussohen geloof en onge loof is bestreden. Bij die bestrijding heeft men zich vooral gericht tegeai den vorigen Mi nister van Binnenlandsche Zaken en daarmede den strijd van zakelijk op persoonlijk terrein gebracht. Zoo kwam samenwerking tot stand tus schen versc-hitiende groepen, wier po litieke beginselen uiteenloopen. In tusschen zijn niettemin op DE MEDESTANDERS VAN HET VORIGE MINISTERIE 50.000 STEMMEN MEER uitgebracht dan op zijn tegenstanders, zoodat het enkel een gevolg is van de bestaande verdeeling der kiesdistric ten, dat de dat Kabinet steunende meerderheid verloren ging. Een der leden verwonderde zich over het optreden bij de verkiezingen van vrijzinnige zijde tegen de Katholieke Kerk. en nog meer had hot hem be vreemd. dat de Nederlandsch Her vormde Kerk bij die verkiezingen door de vrijzinnige groepen in bescher ming is genomen. Voorts kwam hij op tegen de afkeuring, welke het optre den van predikanten in den verkie zingsstrijd van vrijzinnige zijde heeft gevonden. Vele andere leden konden zich met. deze beschouwingen niet, vereenigen. Huns inziens viel niet te ontkennen, dat liet VORIGE MINISTERIE GELOOFS HAAT GEWEKT heeft, door niet alleen voortdurend het Christelijk karakter van het Kabinet op den voorgrond te stellen, maar het tevens te doen voorkomen, alsof zij, die op politiek gebied1 met het Kabinet tmedeflppeaa. «als voorstanders en zij, die dat niet -deden, aks tegenstan ders van Christus zouden zijn te be schouwen. Dat de oppositie zich vooral richtte tegen de politiek van den vorigen Mi nister van Binnenlandsohe Zaken was het natuurlijke gevolg van de om standigheid dat de politieke gedachte van het vorige Ministerie vooral in chen bewindsman belichaamd was dat hij zeilf zich, zelfs in buitearland- sehe aangelegenheden, telkens op den voorgrond stelde. Velen vreesden,, dat liet aanblijven van dat- Ministerie het lanéTzouterug voeren tot de KERKELIJKE GESCHILLEN van voorheen. Daarbij kwam, dat het bij de vrijzinnigen groote' ergernis had gewekt tc zien, hoe genoemde. Minister hun richting als ten doodle opgeschre ven voorstelde en met de minderhe den weinig of geen rekening hield. Mocht het juist zij,hj dat bit de verkie zingen meer stemmen zijn uitgebracht op de voorstanders dan op de tegen standers van het, afgetreden Ministe rie, zoolang een PROPORTIONEELE VERTEGEN WOORDIGING niet is ingevoerd, is e^enredighei I tusschen het aantal voor elke rich ting uitgebrachte stemmen en het aan tal benoemde leden van die richting niet te verkrijgen en dient men enkel te rekenen met den uitslag der stem mingen in de kiesdistricten. Boven dien is in de groote steden, waar, naar de meening dezer leden, de meer derheid der minvermogenden niet staat aan de zijde van bet vorige Mi nisterie, liet aantal kiezers naar ver houding 'tot die bevolking veel geringer dan ten plattelande, en blijven in vele districten, met name in het Zuiden, vele vrijzinnige kiezers thuis, omdat er geen sprake kan zijn van verkie zing van een geestverwant. Waar hier of daar mocht opgetre den zijn tegen de Katholieke Kerk werd dit door deze leden evenzeer af gekeurd als het voortdurend schermen met het roode spook. Verder werd ontkend, dat men van vrees zou hebben doen blijken, hetzij voor streng-geloovige Protestanten, hetzij voor Katholieken. Ook kon men de wijze, waarop sommige predikan ten optraden, niet goedkeuren. Hier door is ook in den boezem der Kerk ontstemming veroorzaakt. Enkele leden meendendat, had uien zich van vrijzinnige zijde werke lijk van de antithese willen losmaken, men had moeten optreden met een sterk-sprekend democratisch program ma van positieven aard en liet ALGEMEEN STEMRECHT op den voorgrond moeten stellen. Hierop werd geantwoord, dat de vrijzinnigen op het standpunt der ANTITHESE zouden zijn blijven staan, indien zij het openbaringsgeloof hadden bestre den, maai- niet nu zij betoogden, dat noch het geloof noch liet ongeloof grondslag kan zijn voor een stelsel van politiek. Van verschillende zijden werd ge klaagd over het gebruik van ONWAARDIGE EN ONEERLIJKE MIDDELEN IN DEN VERKIE ZINGSSTRIJD. Men wenschtd, dat het publiceeren en verspreiden van ongeteekende ar tikelen zou worden tegengegaan en liet teekenen van aanbevelingen ten gunste van een bepaalden Candida at door burgemeesters, met vermelding iniiet van hun naam, tnaar enkel van hun betrekking, zou worden belet. DE FORMATIE VAN HET NIEUWE KABINET gaf tot uitvoerige besprekingen aanlei ding. Terwijl de groote minderheid in den uitslag der verkiezingen voor liet vorige Kabinet voldoende reden zag, om aanstonds ontslag te vragen, meenden sommigen, dat het had be- hooren te wachten, welke houding de Kamer in haai- nieuwe samenstelling zóu aannemen. De meeiste leden achtten hem, die als formateur van het Kabinet was opgetreden, voor het ontvangen dei- opdracht clen meest aangewezen per soon. Men bleef van oordeel, dat het Kabinet omtrent hetgeen ter zake van de vorming is geschied, inlichting heeft, te geven en zich niet kan ver- schoonen van beantwoording der des betreffends vragen, op grond. dat. het hier persoonlijke daden van H. M. de Koningin zou betreffen. Men vreesde, dat het nieuwe Ministerie zou staan ondier OOGDIJ VAN ZIJN FORMATEUR, vooral niu deze lid der Kamer is. Op een niet-verantwoordelijken formateur heeft, echter de Kamer geen vat. Betwijfeld werd, of het. nieuwe Mi nisterie in staat zal zijn met de noo- dige kracht werkzaam te zijn, daar het telkens zijn meerderheid, zal moe ten zoeken. Ook waren er die meenden, dat, in dien beproefd was een CABINET D' AFFAIRES te vormen, de formatie aan medestan ders van het vorige Ministerie had moeten, zijn overgelaten. Tegen over een en ander werd op gemerkt, dat met name de vraag, of vóór de opdracht aan den Kabinets formateur een ander met de vorming van een Ministerie is SSpasfó een per soonlijke daad der Koningin betreft, waarvoor geen verantwoording ver schuldigd is. Ten aanzien van het niet zitting krijgen van den formateur in het Ka binet werd opgemerkt, dat 'tMiniste rie wèl verantwoordelijk is voor zijn optreden, maar niet voor het niet- optreden van een ander. Of het Kabi net levensvatbaar zal zijn, moet blij ken. Retrospectieve beschouwingen oven- de formatie hebben geen prac- tisch nut. Van de zijde van allen ian het nieu- we Kabinet niet- vertegen wo or d i gde richtingen werd tegenover dat Kabi net, dat voornemens is verzoenend op te treden, ook tegenover de geestver wanten van het vorig Kabinet, eene welwillende houding aangenomen. Door de leden, behoorende tot de richtingen die wel in het Kabinet, ver tegenwoordigd zijn. werd het met sympathie begroet. Enkelen behielden zich uitdrukkelijk hun vrijheid voor ten opzichte der voorgenomen GRONDWETSHERZIENING. Eenige anderen achtten een goeden gang van zaken alleen mogelijk bij het optreden van een Ministerie, dat de BELANGEN DER ARBEIDENDE KLASSE vertegenwoordigt. Waar intusschen hunnerzijds was medegewerkt tot het doen ontstaan van den tegeniwoordi- gen poliitieken toestand dn zij zich daarvoor mede verantwoordelijk re kenden, waren zij niet voornemens hqt Kabinet den voet dwars te zetten. Binnenland EENHEID VAN TIJD. Door het. dag. bestuur van de Ver- eeniging ..'t Koggeschip" te Amster dam is tot de ministers van binnen landsche zaken en van waterstaat een adres gericht, waarin het wijst op de klachten over het gebrek aan eenheid van tijd voor geheel Neder land, en herinnert dat reeds in 1896 door de Regeering een wetsontwerp werd .ingediend tot invoering van den Midden-Europeesohen tijd doch dat ontwerp bereikte het Staatsblad niet. Sedert zijn ongeveer 1ien jarenver- loopen. Niettegenstaande die drang naar een wettelijke regeling van deze materie, zoowel binnen als buiten de Tweede Kamer, eer toe- dan afnam, hetwelk de vorige minister van bin nenlandsche zaken in de Kamer zelf verklaarde, geschiedde tot nu toe van Regeermgsvvege niets meer om de zoo zeer gewenschte regeling tot stand te brengen. Onder den indruk van de noodza kelijkheid om te breken met de stel- sellooze wijze, waarop in Nederland de tijdsbepaling is geregeld, is sedert de laatste twee jaren wederom een beweging op touw gezet om daartoe te geraken". In aansluiting nu met de door ver schillende vereenigingen reeds inge diende adressen, wijzen adressanten ey op, ..dat ook zij, blijkens de rap porten van het Informatiebureau voor vreemdelingen der Vereeniging ,,'t Koggeschap". gevestigd Damrak 95 te Amsterdam, telkens opnieuw de erva ring opdoen tot welke moeilijkheden en verwarringen de verschillende tijdsbepalingen aanleiding geven. ..Redenen waarom zij Uwer Excel lentie beleefd maar met aandrang verzoeken bet daarheen te leiden, dat een uniforme, voor geheel Nederland geldende wettelijke tijdsbepaling worde vastgesteld". EENIGE VRAGEN. E. B. doet in het „Hbld." de volgen de vragen, naar aanleiding van de aanbestedingen voor de marine en vóór de gevangenissen. Uit de cijfers voor het vleesch opgegeven, blijkt dat voor de marine betaald wordt 59.30, bij de gevangenissen f 78 per 100 Kilo. aarom is wat goed geacht wordt voor janmaat, niet goed genoeg voor' ge- angenen en veroordeelden Verder blijkt, dat bij de gevangenis sen voor boter betaald wordt 1.45, dat dus den gevangenen beste natuur boter gegeven wordt. Een arbeider die met hard werken den kost moet ver dienen. kan misschien nu en dan eens natuurboter eten en moet zich verder met margarine behelpen. Moeten het dan gevangenen en ver oordeelden beter hebben dan eerlijke arbeiders Heeft het er niet den schijn van, alsof men de gevangenen nogal ver went en dat er op de begrootingen van Justitie heel wat bezuinigd zou kunnen worden BRANDEN. Op de beide onder de gemeente Nij- kerk is de woning van Aart Polhout in de asch gelegd. Een kostganger, die in het achterhuis sliep, ontwaakte door het geknetter. Hij had nog juist den tijd het gezin te waarschuwen. Aan blusschen was geen denken. Een zeer klein gedeelte van den inboedel is nog met levensgevaar gered. Vier geiten en een 5-tal kippen kwamen in de vlammen om. Het h.uis, dat toebehoorde aan H. v. d. Pol te Nijkerk, was wél en de inboe del niet verzekerd. In den vroegen ochtend is Maandag in de Hertenstraat te Hilversum uit gebrand oen perceel, toebehoorende aan dén er naast wonenden vodden koopman Krant. De oorzaak is onbe kend, daar het huis onl>ewoond was. De heer Krant zou er komen te wonen wijl he.t. door hem bewoonde huis on bewoonbaar is verklaard. Mem bad het afgebrande huis juist schoongemaakt en er reeds eenige meubels iu geplaatst. Met één slang op de waterleiding bluschte de politie het vuur. Aliefe was verzekerd. PERS-OVERZICHT VAN DINSDAG 7 NOVEMBER. NEDERLAND EN BELGIë. De Vrijzinnig-Democraat is van ■oordeel, dat dc gevaarlijke kant van een militair verbond met België af doende in het licht is gesteld door ge. neraal Den Beer Poortugael, voor stander van een verdedigend verbond die onder meer gezegd heeft, dat men met ernst de versterking van Terneu- zen en Ellewoutsdijk ter hand zou moeten nemen. Daar gaan wij heen schrijft het blad. Het plan is zoo mooi, dat wij in Zeeland nog weer eens zouden moeten beginnen met forten te bou wen. Aan de stelling Amsterdam heb ben wij nog niet genoeg Misschien is de heer Baie ook nog naar een ..man van liet vak" der ma rine geweest. Dit zal er allicht een eskadertje uitkloppen voor het open houden van den toegang tot Antwer pen. Dat België thans een bijzonder mi litair belang heeft bij een verbond, komt aan den dag in de behandeling van het wetsontwerp op ,,den groo- ten doorsteek". De wijziging van Antwerpen's ha venwerken eischt levens groote mili taire werken. Het verzet, hierdoor veroorzaakt bij een deel der rechter zijde, heeft de regeering getracht te breken door te waarschuwen, dat de onzijdigverklaring van België door de groote mogendheden in 1839 volstrekt geen waarborg geeft tegen de schen ding der onzijdigheid door een van die mogendheden zelf. Men moet zich dus wapenen, alsof een dergelijke onzijdigverklaring nim mer was afgelegd. Vandaar dat de Belgen thans bezig zijn, zich in een versterking van Antwerpen denzelf den strop om den hals te leggen als wij genieten in de stelling Amster dam. De regeering bezigt, als vroe ger bij ons. dezelfde argumenten om aan te toonen. dat liet niet zoo'n vaart zal loopen, en dat de thans be schikbare troepen voldoende zijn ter verdediging van de nieuwe forten. Voor de schending van de onzijdig heid, te land althans, loopt België meer gevaar dan wij. Uit dien hoof de heeft België dus bij een militair verbond het grootste belang en is het alleszins verklaarbaar, dat het van die zijde wordt gezocht. Een krijgsman als generaal Den Beer schept daarin behagen en stelt al een tweeden strop voor ons in uit zicht in den vorm van nieuwen for- tenbouw in Zeeland. Wie van onze eigen militaire avon turen reeds meer dan genoeg heeft, zal volmaakt onafhankelijk wenschen te blijven en voor den aandrang uit België beleefd bedanken. •Tuist diegenen, die op een goede verhouding met onze zuidelijke nabu ren prijs stellen, zullen nu reeds in den beginne tegen dé beraamde plan nen moeten opkomen. Ofschoon door geen der geïnter viewde Nederlanders, buiten generaal Den Beer. iets posit'efs van beteeke- nis is gezegd, weerklinken in de Bel gische pers reeds juichkreten alsof er heel wat zal gebeuren. Toch is er geen profetische blik noodig om te voorspellen, dat er niets van zal komen. Wie teleurstelling wil vermijden, zal wèl doen, met geen illusies te wek ken. Zoo alleen kan de door allen ge wenschte vriendschappelijke verhou ding worden bevorderd. Kerk en School. EEN KLACHT. Men schrijft uit Schoterland De heer J. de Vries, hoofd der openbare lagere school te Hoomster- zwaag, heeft bij Gedeputeerde Staten van Friesland zijn beklag ingediend over den Raad dezer gemeente, die hem, ofschoon hij no. 1 was van de door B. en W. aangeboden voor dracht. niet benoemde tot hoofd der herhalingsschool in zijn dorp. doch no. 2 van de voordracht, zijn 18-jari- gen onderwijzer. De heer De Vries vraagt aan Ged. Staten deze benoe ming niet goed te keuren. Naar men is ingelicht is eene der gelijke benoeming niet. aan de goed keuring van Gedeputeerde Staten on derworpen en kunnen zij dus ook niet hunne approbatie onthouden. Alleen kan dit college zich tof. de Kroon wenden, met verzoek, het raadsbe sluit te vernietigen. Met het oog op deze kwestie dient nog het volgende vermeld Vóór een paar jaren werd de heer De Vries benoemd tot hoofd der her halingsschool in het nabijgelegen Jubbega hij bedankte toen voor die benoeming. Later gaf de lieer de V. te Hoornsterzwaag één winter gratis herhalingsonderwijs, Verleden jaar adviseerde hij B. en \Y. geen herha- lingsonderwijs te H. te geven. z. i. was de belangstelling te gering en hij wenschte niet voor eene benoe ming in aanmerking te komen. DR. BaHLER. De kerkeraad der Ned. Hervormde Gemeente in den Haag heeft in zijn jongste vergadering met algemeene stemmen de volgende motie aange nomen ..De kerkeraad. gehoord de discus sies spreekt zijn diepen smart uit over den treurigen toestand onzer Ned. Hervormde Kerk, opnieuw ge bleken uit de zaak-Baliler. en ver bindt zicli, om voor 's Heeren heilig aangezicht, met alle kracht te waken Feuilleton. EEN VAN MIJN ZOONS Door ANNA KATHERINE GREEN. 56) Toen ik haar hoofd weer op het kussen wilde leggen, vond ik om haar hals vastgebonden en in haar verkillende hand gedrukt, dit: Onze huwelijksring, fluisterde hij. Zij zou hem voor een dollar hebben kunnen beleenen op een of ander ongelukkig oogenblik in haar ellendig leven. Hij zweeg even, stak de ring weer in zijn borstzak en zei toen nog Toen zij in leven en gezoö» was, vermeed zij mijn tegenwoordigheid en vluchtte voor mijn bescherming. Maar toen de schaduw des doods op •haar viel en alle steun haar-ontviel toen hieven haar armen zich op tot mij uit dankbaarheid voor de liefde, die zij nooit gemist had. Er klonk een onbeschrijfelijke toon van triomf in zijn stem bij die woor den. Zij had behoefte aan mij in haar stervensuurzij glimlachte Hij zweeg en zijn oogen. die op haar gevestigd waren geweest, richt ten zich onwillekeurig naar boven, naar den Hemel- Voor hem was haar geest opwaarts gevlogen. Hoe wij ook over haar mogen denken, voor hem was zij in 't. vervolg een we-zen, dat gezegend en gelouterd was aangeland in een toevluchtsoord, van waar zij nooit meer zou trachten of wenschen le ontsnappen. Het was hard deze kalme gelaten heid te verbreken door woorden van drenge en sombere beteekenis. Maar Mr. Gryce had niet te kiezen. En wat wenscht gij nu te doen vroeg deze. Mr. Gillespie sloeg zijn oogen neer en stond een oogenblik na te denken, toen zei hij Ik moet haar gedachtenis in eere herstellen. Ik zal haar meene men naar mijn eigen huis en haar van daar uit als mijne vrouw be graven. Mr. Gryce keek intusschen den jon gen man met voor hem zeer ongewo ne verlegenheid aan. Het doet mij leed. zei hij. dat ik u moet tegenhouden in uw zeer na tuurlijken wensch om uw vrouw van uit uw eigen huis te begraven. Mr. Gillespie, het is mijn plicht u te be richten. dat wij niet alleen hier zijn om u te bewaken mijn bevelen wa ren u in hechtenis te nemen, beschul digd van moord op uw vader HOOFDSTUK XXIX Het rustige uur. Ik had er wat voor over gehad als het pijnlijke van dat oogenblik mij bespaard had kannen worden. Air. Gïyce had mij beloofd, dat ik niet tegenwoordig behoefde te zijn bij de arrestatie van Mr. Gillespie, maar ik vermoed, dat hij niet alleen zijn be lofte, maar mijn ge he ele bestaan ver gat in zijn belangstelling voor dezen buitengewonen toestand. Op een an deren tijd zou Mr. Gillespie misschien hebben toegegeven aan de emotie, dat hij van de drie broeders juist werd uitgekozen voor de beschuldi ging. waarbij zij eerst alle drie be trokken waren, maar nu was hij al in een te zenuwachitigem toestand, <m zich verontwaardigd te toonen over deze nieuwe vernedering. Ik hoopte op andere uitkomsten, toen ik mijn lange en pijnlijke ge schiedenis begon te vertellen, merkte hij op. Mag ik vragen, welke bijzon dere getuigenis gij meent tegen mij te hebben? Misschien ben ik in staat haar met een enkel woord om ver te gooien. Dit was meer dan Mr. Gryce kon toestaan, en hij zeide dat, ofrvhoon minder uit de hoogte dan gewoon - lijk. Ik heb orders u te brengm :n te genwoordigheid van den distriets-com- missaris, zei hij, die u wel zal vertel len, wat hij zelf noodig oordeel' Wees zoo goed kalm met. mij mee te gaan, dan kan u dc zorg voor uwe vrouw overlaten aan Mr. Outhwado, die, daar ben ik zeker van, uw wen schen zal opvolgen in de keuze v ï.v hulp, die hij mocht noodig hebben. De smeekenden blik dien hij als antwoord hierop kreeg, sprak boek- deelen, maar Mr .Gryce kende geen toegeven, waar zijn plicht hem riep. en dat erkennende, liaan Mr. Gillespie een kloek besluit en zei beslist U heeft ontdekt, dat ik een fleschje met Pruisisch zuur in mijn vader s huis heb gebracht, den dag. vóór dat hij stierf. Zal ik u zeggen, waar dat vandaan kwam Van haar. die hier ligt. Ik vond hot om haar hals gebonden, toen ik ma. maanden vam vruchteloos zoeken er toe kwam haar in het huis van Moedér Vroolijk op te zoeken. Zij sliep toen ik het vond een Slaap, waaruit ik haar on mogelijk kon wekken, en de schok, van haar in 'f. rustig bezit. t.e weten van dit vergift, maakte mij zóó krankzinnig, dat ik het fleschje van haar hals afrukte en in plaats daar van een rolletje bankbiljetten logde. Die zijn haar waarschijnlijk ontsto len, want nooit is gebleken, dat zij ze gebruikt heeft.maar het fleschje nam ik mee en stak ik haastig m mijn broekzak, bij het bericht, dat er oen huiszoeking door de politie in dat huis 7.0u plaats hebben. De verklaring was zóo natuurlijk, en de wijze, waarop zij gedaan werd. zóó overtuigend, dat wij elkaar eens aankeken, waardoor ik den indruk kreeg, dat. Mr. Gryce zoowel als ik vertrouwen in dozen man begon ie stellen. Ik kan u niet zeggen welk ge bruik er van dit vergift werd ge maakt. nadat het in "hot huis van mijn vader was gekomen, ook kan ik niet aanwijzen welke hand het van mijn bureau genomen heeft, waar ik het. had neergezet, na mijn zakken geledigd te hebben. Na dat oogenblik weet ik niets meer van het flesch je af. Dat zou direct, na den moord een wolkome verklaring geweest zijn. voegde Mr. Gryce ter aan too. Uw uit stel lveeft U in moeilijkheden go- bracht Zoo zij het, luidde het korte, maar trotscbe antwoord. Wan neer U bedenkt., dat. terwijl ik mij zelf hielp door te verklaren, dot dit. fleschje verdwenen was van de plaats, waar ik liet had neergezet, ik •daarmee licht een mijner (.wee broe ders in ongelegenheid had kunnen brengen, dan zal u begrijpen waarom ik aarzelde toen te spreken, en hei nu pas doe ondier de macht van een invloed, grooter dan familietrots of toegenegenheid. Intusschen was het onophoudelijk kletteren van den regen op het dfcih wat verminderd. Verlangend om te weten of de storm ook afnam, schoof ik het raam op en koek uit. Wilde wolken met donkere randen doorkruis ten het luchtruim en daaronder trof een spiwneweb van armelijke steegjes ingesloten door verweerde muren, mijn oog. Terugdeinzend voordat somber uit zicht. keerde ik mij oui. om mij van de mogelijke treurspelen achter die vervallen muren weer te wenden lot die. waarin ik mij zelf gedwongen had een rol te spelen. Mr. Gillespie wachtte daarop, om mij iets te zeggen. Men hoeft mij toegestaan u de namen op te geven van hen, die u het best kunnen 1 tel pen bij het ver voer van mijn vrouw, merkte hij op. Hier zijn zij met het adres in New- Jersey, waar ik haan* zoo laat. moge lijk begraven wensch te hebben. Mr. Gryce zal u verder zeggen, wal n noodig heeft te weten - - Hij gaf mij een stuk papier, met een woord van dank, waarop ik ant woordde op die manier, die bij Hope het meest *n don smaak zou vallen. Toen wierp hij een blik op dén dé- tectave. Ik heb Mr. Gillespie beloofd, dat hij het voorrecht mocht hebben een oogenblik alleen en ongezien in deze kamer door te brengen, merkte de be ambte op, terwijl hij naar do deur ging. 'Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1905 | | pagina 5