De Krijgsgevangene.
Van het oogenblik, waarop Walter
Schnaffs met het Pruisische leger
Frankrijk was binnengetrokken, voel
de hij zich de meest beklagenswaar-
danken springt hij vlug uit het rijtuig
en draaft als een kleine held de straat
door. zonder om te zien.
De Namslauor houdt het geldstukje
in de hand., z'n oogen worden voch
tig.
..Braaf kereltje", mompelde hij, en
dan, bijna versmachtend, .,ecn glas dïge man op de wereld.
jjjgrHij was bijzonder gezet, zoodat het
Hij richt zich op en voor het eerst loopen hem moeilijk viel en hij gauw
komt er weer iets als energie, als le- buiten adem raakte. Hij leed veel
vensmoed in z'n moede ziel... PÜn aan zijn voeten en bovendien
.Dat zal mij geluk brengen." was bij goedaardig en vreedzaam
Bij de voorstad Sehweidnitz wenscht van aard en niet m t minst oorlog
hij uit te stappen. Hij kan op z'n bil- zuchtig aangelegd. Hij had thuis
jet nog verder meerijden, vertelt hem vier kleine kleuters, die hij aanbad
de koetsier; maar hij bedenkt zich, en een jonge, blonde vrouw, wier
dat in deze straat jaren geleden z'n zorgende liefde en bewijzen vanaan-
zwager woonde, die hem reeds dik- hankelijkhéid hij iederen avond op-
wijls in slechte tijden uit den brand nieuw wreedaardig moest ontberen,
geholpen had. 't Was hem een genot om vroeg naar
Daarheen zal hij gaan, die zal hem bed te gaan en laat op te staan, om
heden wel eten, drinken en een nacht- op zijn gemak allerlei lekkere din-
verblijf geven, opdat hij morgen ver- gen te verorberen en met de vrienden
der gaan kan om werk te zoeken. Hij potjes bier te drinken en daarom
gaat van luiis tot huis en staart den was zijn gemoed vervuld van een
heinelh oogen, zonnigen muur aan. Al- grooten afkeer tegen kanonnen, ge-
les komt hem vreemd env veranderd weren, revolvers, sabels en bajonet-
voor. Hij schudt z'n hoofd en denkt ten, vooral tegen deze laatste,
na. Hier moet het toch zijn of want hij wist maar al te goed, dat
bier? hij de noodige lenigheid miste, om
Nu vraagt hij het aan de koopvrouw zijn zwaarlijvigheid tegen dat snelle
uit hei potten winkeltje op den hoek wapen te verdedigen,
der straat. Gedurende de eerste gevechten had I
..Neen zegt zij schouderophalend, hij zulk een gevoel van zwakte in de
die ken ik niet. En dan eensklaps, foeenen geluid, dat hij telkens op het
zegbare verlichting, zijne spieren
ontspanden zich in een plotselinge
rust, zijn hart klopte kalmer, zijne
oogen sloten zich Hij viel inslaap.
Toen hij weder wakker werd,
scheen het hem toe. dat de zon op
zijn-hoogst stond het moest dus
ongeveer twaalf uur zijn. Het was
doodstil overal in 't rond en opeen?
bemerkte Walter Schnaffs dat hij
een geweldigen honger had.
Twee. drie uur lang wikte en woog
hij het voor en tegen, veranderde hij
telkens weer van besluit. Een plan
leek hem ten slotte het verstandigst
hij zou uitkijken tot er een man al-
ieen voorbijkwam zonder wapenen of
gereedschappen en dan zou hij op
dien voorbijganger toesnellen en hem
beduiden, dat hij zich overgaf. Toen
nam hij zijn pickel-haube. die hem
zou kunnen verraden van het hoofd
en stak met de grootste behoedzaam
heid zijn hoofd door de opening in
zijn schuilplaats. IP-
Maar er vertoonde zich geen le-1 volbracht,
vend wezen aan den horizon. j De bevolking wachtte in de groot-
Links, aan het einde van een lan-ste spanning en opgewondenheid,
ge laan. verhief zich een groot, metToen de pïckelhaube van den geva.n-
torens voorzien kasteel. i pcn° in bet gezioht kwam,
Zoo wachtte hij den ganschen mid-volk in een woest getier uit
De dikke die zich maar aldoor het dat ze hem doorhaalden, maai* omdat Kon liet vreemder
zweet van het voorhoofd wischte. ze heedemaal geen notitie van hem na-Ik begon verstrooid een mug op te
riep VictorieEn in een klein men. visschen, die zich verdronken bad in
boekje, dat hij uit den zak haalde. - Weet je, waaraan de volken be- een glas water.
noteerde hij ,,Na een hardnekkigen hoeft© hebben? zei hij met een vree- Dat geval bewijst, hoe ij-dol de
tegenstand hebben de Pruisen den selijk geleerd gezicht. Te leeren, zich schrijvers zijn hernam hij, mij aan-
aftocht moeten blazen: zij voerden te laten leiden. Ze zijn het spoor bijs- ziende. Zou liet een grap van hem
hunne dood-en en gekw etsten, die ik ter als een kudde schapen zonder her- geweest zijn Hij had zich zeker ver-
op vijftig schat mede.'Wij maakten der. beeld, dat ik regelrecht naar huis zou
verscheidene krijgsgevangenen." 17~ **-
En dan schreef hij boeken, geti- gaan om dat gezegende boek to lozen!
teld „De oorlog em de oorlogsgeruch- Maar wat bewijst, dat
ten"; „Do geest van tweedtrachb"; ,,Het Weer tuurde hij in 't leege bord.
Nihilisme" „De vivisectie",.Do vac- Dat wij, arme menschelijke we
inatie" „Het alcoholisme" ..Het zen?, ons dikwijls vergissen in 't. be-
Het Egoïme van de>n oordeelen van anderen
I Maai* het was niet mogelijk zich te
Ik hoor hem nog zeggenvergissen in do welsprekende uitdruk-
«„uuuugu.i^ s^b«- Ziet gij de wolken, die nederda- king van zijn oog.
ven Tn de morffenschemerin0* werd over het land Daarachter loeren Ik gaf hem een lvleïnc ondersteu-
voor hrt entoéS to Mongolen „ing in geld, waarvoor hij met. warm.
zette de troep zich weer in bewe- H'l P™*!» ovetr het te bedankte.
gjn<r Gele Gevaar, het socialisme en zulke
Bij het eerste morgengloren kwam
De jongere officier vroeg nu
..Wat zijn verder uw orders, kolo
nel
Deze antwoordde
„Wij zullen terugtrekken om een Socialisme
hernieuwden aanval met artillerieën kapitalist
grootere troepenmacht te verijdelen."
Het bevel werd onmiddellijk gege-
Teleurgesteld.
Zou u zoo goed willen zijn. me-
men'te La Roche aan, de stad. wier 77 Maar, zei hij. weet je wat den
dappere schutterij dit wapenfeit had - «u
dat zeg ik jé met alle bescheidenheid J"ffrouw
Ik kan liet doen. Ik zal hen brongen Hy hield haar een dubbele aman-
in veilige haven, in 't land der recht- del tae en zij nam haar en stak haar
ie,i gevH,.- Yaardigheid voi melk en honing. tusschen do lachende lippen. Haar
barstte liet Zoo gLng het maar gte&ds door. donkerblauwe oogen keken stralend
Toen ik nog een kind was, kleedde tot hem ojx Hoe flink zag hij eruit,
dag en avond. Toen het donker werd; „Zorgt, voor de veiligheid van den mijn moeder mij twee of drie keer per en ll0e edel! dacht ze. Andere meis-
strekte hij zich in zijn hol uit en vielgevangene'' gilde de kolonel. woek netjes aan Dm dien ouden gek ies vonden hem leelijk. maar
hii in een omaistisren door nachtmer- Zoo bereikte men t raadhuis. De i,nnrpr, u,- whnm-j-nam haar was hii schoon de sch-
hij in een onrustigen door nachtmer- j Zoo bereikte men t raadhui? De gaan j10orenen ik, gehoorzaam haarwas hij schoon, de schoonste,
rie verschrikten slaap een echten gevangenis werd ontsloten en Walter afm die gegeven letesen. bleef dan kalm de beste van allen.
■irh lv'Vïnnend - \Varht een? Niseh »c,,uu \"i hongerslaop. i Schnaffs. van zijne boeien ontdaan, zitlen net of ik al den onzin be- Wat hadden ze gedurende dit lange
K rthfwrt wir >,unt wa? Sjeest zich te laten val-j En Voor de tweede maal ging dedaarin geworpen. Tweehonderd ge- gr6ep souper niet reeds allemaal bespro-
zon boven zijn hoofd op. Hij zette wapende mannen hielden de wacht Later, jongeling gewonden, ging 'k ken! Hij had met haar, die pas over
zich weer op den uitkijk, maar 'toni, gebouw nu en dan uit eigen beweging naar haar bakv:schjesjaren was gerede-
bleef even eenzaam als den vorigen kn toen. zonder zich verder te be- mijn oom, zonder eenige bijgedachte ueerd als met een volwassen mensch,
dag, en nu ontlook in het hart van kommeren orn de verschijnselen van over de erfenis. Ik was1 de eenige, die cn ze had hem begrepen en hem we-
W alter Schnaffs een nieuwe angst, indigestie die hem het laatste half jiem bezocht; maai* hij schreef talloo- ten te antwoorden; dat had1 haar bo
ni. om den hongerdood te moeten uur Plagden, begon Walter Schnaffs ze brieven aan. tie staatslieden en vor- ven zich zelve doen verheffen. Toen
sterven. Maar toen de avond was ge- "ek van. blijdschap te dansen; hij sten van Europa, om hen uit te noo- danste hij met haai*,
valler. kroop hij met groote omzich- danste in het rond. hij gooide met digen. met hem te komen spreken Later, in de herinnering, scheen 't
ke. de schoenmaker, ja, die heeft hier jenj maar de wetenschap, dat dan het
twee, drie jaar geleden, gewoond. gebeeie leger over zijn lichaam zou
Maar die is a_ lang buiten bij zijn been storm en had hem opgehouden.
dochter gaan wonen. Wedt ge dat Uet nuiten der kogels dee<i zijne ha-)
n ren te berge rijzenen al maan-;
„VI nar naar toe ver luw van- [Icn ,sng h|j 20„ jn angst „n i
daan?" vraagt hij verslagen.
„Ja. een heel eindje in de graaf
schap.'
Wankelend gaat hij verder. Z'n
awuger - dal was z'n laatste hoop.
Wat nu Hij kijkt rond. Dat is
groote stad, die duizenden voedit
kleedt, duizenden van een onderko
men voorziet. Voor hem geen plekje,
waar hij het moede hoofd neer kan
ontsteltenis.
Zijn legerkorps trok naar Norman- va,„cll. „4J lllcl o-„ -- --
die en op zekeren dag behoorde hij tigheid uit de sloot en begaf hij zich armen en been en hij lachte en juich- over de natiën en de rechtvaardig- haar, alsof hij dien avond haar
tot eene afdeeling, die in opdracht „„.a r,r,,- vte en danste hii danste al maar held. Na.-f.inirii-ik hiAwn ri.ip hrïpvon se dansAr was rawooti
d'^ had een zeker gedeelte van d st-reek
te verkennen en dan weder naar de
hoofdmacht terug te keeren. Overal
lieerschte volkomen rust. er was.
niets te bespeuren van iets, dat opj
leggen, geen hand, die vriendelijk eon ^ora bepaalden tegenstand
naar hem uitgestoken wordt, die hem wees- Pruisen daalden dus ka ni
een laafdronk biedi voor zijne dorsti- °-fn heuvel af naar het dal. dat door
ge lippen, een bad bereidt voor zijn diepe ravijnen was doorsneden toen
doorgeloopen voeten, zijn moede en hevig geweervuur hen plotseling
pijnliike ledematen. Hij kan zich noodzaakte halt te houden. In een
nauwelijks voortslepen op zijn lood- Paar seconden waren twintig hunner,
zware voeten. Waarheen nu ITij weet. mannen neergestort, terwijl uiteen,
het niet. miniatuurbosch je de vijand met ge-,
De vertwijfeling maakt zich van velde bajonet op hen instormde,
hem meester en de honger valt op Walter Schnaffs was in het eerste
hem aan als een begeerig roofdier, oogenblik zóó onthutst, dat hij onbe-
Het stukje brood heeft hij reeds lang wegelijk bleef staan en zelfs de ge-
verslonden. wat is dat voor een uit- dachte aan vluchten niet bij hem op-
gehongerde maagkwam.
Versuft, nauwelijks wetend wat hij Daar ontdekte hij op geen zes pas
doet. treedt hij een bakkerswinkel afstands een breede greppel vol dro-
binnen en legt een geldstukje op de ge bladeren en struikgewas, en zon- j
toonbank. der zich verder te bedenken sprong
..Brood", zegt hij schor en de bak- hij naar beneden, zooals men van
kersvrouw strijkt den bedelpenning op een brug in het water springt. 1
eu schuift hem onverschillig het ver- Als een pijl schoot hij door een dik
langde toe. In een poortje blijft hij bed van kruipplanten en doorn'ge1
Staan oil verslindt het voedsel. Hij braamstruiken, die hem gezicht en
ziet om zich heen en grijpt naai' zijn handen openreten en kwam toen op'
gloeiend hoofd, dat niet meer denken een bodem van steenen te land. Hij I
kim. Wat. wil hij nu nog? Drinken, keek naar boven eu zag door het gat,
ja. hij zucht en denkt aan het geld- dat hij gemaakt had een stukje biau-
stuk, de aalmoes van den smidsjon- we lucht schemeren. Dat gat kon hem'
gen. dat hem geluk zou brengen. Hij verraden en daarom kroop hij voor-
-ast- in zijn zak of hij het nog heeft ziChtig op handen en voeten onder 't
>n plotseling gaat hein een gedachte dak van struiken en bladeren, in de
looi* het hoofd. Ja, drinken wal hij, dïepg greppel voort om zoo snel mo
de laatste laafdronk voor het pen- g6hjk van de plaats waar gevochten
amkskc van het goede i entje, dat hem werd weg te komen.
ioo medelijdend aanzag, en dan, hij Ten laatste meende hij zich voor-
»al tien weg wel terug vanden door de loopi? veüig genoeg en hurkte
oreede. stoffige straten. eon haas tusschen het hooge, droge
Hij staat voor het buffet van een crag neder
deinc. zindelijke herberg iin devoor- Gedurende eenigen tijd hoorde hij
itad en drinkt met nog geknal, geroep, gejammer, maar,
eugei:. De keHnenn. di^j^ mets te al]|n|5 verfl|uvvd£n 8de geluiden en
hielden ten laatste geheel optoen'
teel want als het dan toch moest,
leek 't hem nog minder verschrikke
lijk zich daar binnen te wagen dan
in het dorp te komen, dat voor hem
een groot tijgerhol geleek..
De benedenvensters van het kasteel ^112a' %'a,J slechts zes uren.
door tot hij ten laatste uitgeput te- onbeantwoord en niemand kwam bij Ze hadden op het gastvrije land-
gen den muur van zijn cel viel. hem. goed, waar beiden gelogeerd waren,
Hij was gevangen Gered Den laatsten keer toen ik hem zag, reeds vele vroolijke uren beleefd, Hij
Zoo werd het kasteel Campignie op gaf hij mij een boek. Hii gevoelde was haar van 'het begin af goed be
den vijand veroverd na eene bezet- zich onwelzijn handen beefden. vallen, sinds dezen avond had zij
waren alle verlicht één stond zelfs
openeen sterke geur van gebraden
vleesch kwam hem daaruit tegen-
waaien, een geur, die Walter
Schnaffs plotseling in neus en maag
drong, die hem deed hijgen, krim
pen van verlangen, die hem met bo-
venmenschelijke macht aantrok en
hem met een wanhopigen moed be
zielde.
- Dit is mijn laatste boek, zei hij, hem lief.
De kolonel Batier. lakenkoopman te mijn allerlaatste, beste jongenmijn Weinige dagen ontbraken no°*
La Roche, die aan 't hoofd zijner laatste'woord aan de volken, "die doof over hel heden zweefde de blik
schutterij' 't heldenstuk volbracht zijn en onwillig,
had. werd gedecoreerd.
Een verloren Erfenis.
*-■„., een noS verborgen wondervolle toe-
En ik zag waarlijk een traan drop- komst, een droombeeld than? nog
pelen op zijn perkamenten wang. Hij dat echter toch tot werkelijkheid zou
weende, wijl zijn einde nabij was worden en dat zich als een zalig
en hij had drie-en-yijftig boeken ge- eiland uit zijn wolkenhoogte tot de
schreven over allerlei onderwerpen. gelukkigen op de aarde zou neer-
,fn laten.
Hij was in dezen tijd slechts voor
Misschien ben ik wat bitteü*
Mijn oom, zei de man met het hard geweest jegens dit geslacht. Mis-
glazen oog, was wat men noemen schien had ik wat zachtheid moeten - -
Zonder verder een plan te maken kan een acbtste-millionair. Hij bezat gebruiken om hen te besturen! haar hier, haar partner bij alle
of na te denken, vertoonde luj zich (irCa honderd twintig duizend nond. Hii zuchtte en verloor het bewust- &e P,"aatles- haar begeleider bij
met zijn pickel-haube plotseling voor Ell hij hM.ft mij alles nagelaten. zij„ Voor een oogenblik. Men kon zien, dT|het PV^.' &J
het open venster.... Om een groote ik zag naar de glimmende jasmou- dat hii erg ziek was. Toen Tiii weer ltaddeu a?^aai zooveel te vertellen,
tafel zaten acht bedienden, meiden wen van den spreker. 1 b?jkWL:rfeeïehijW«n rïï?uut\™Z
en knechts, te eten. Alles! tot den laatsten stuiver! denken. Daarna fluisterde hij mét eert [c .^°,01 ,ien beulen ernst en betee-
Opeens liet een der meiden het \orvolgde de man met het glazen oog, zwakke stem Keni&voi was.
glas. dat zij in de hand hield, val- en met het andere oog keek hij mij ik ben dwaas geweest ik heb Dat met de dubbele amandel had
ien en bleef met open mond en groo- aan, half beleedigd, half verwon- mijn gezond verstand niet gebruikt ze 1 ree<is den dag na den bal-
te angstoogen als versuft naar het derd. heel mijn leven lang. Maar Hij, die in avond_ afgewonnen.
vele
venster staren. De blikken der an
deren volgden de hare
Daar ontdekte men den vijand
..De Pruisen!"
Het was één kreet, door acht ver
schillende monden, op acht verschil
lende tonen geuit.. Toen vlogen zij
allen op en vluchtten, duwend en hoeken gemaakt,
dringend, in walde verwarring naar Och kom
de deur. In minder dan twee secon
den was het vertrek ontruimd en de. de zaak.
tafel met al het eten er on in den Hij zweeg, om te zien, welke uitwer-
steek gelaten terwijl WalterSchnaff? king die woorden hadden; doch spoe-
ten toppunt van verbazing. nog dp-ging hij voort:
steeds voor het venster stond. .rr JJ1 in q.om van moediers-
Ik heb nooit zulk een fortuin be- aLle harten leest* woêt**of mijn'daden ,U, moot toestaan, eerst mijn
zeten, zei ik, om hem tegemoet te ko- al of niet door ij delheid werden inge- Plicllt 'e vervullen, als ik naai* de
men. geven, ik weet het niet! God alleen terugkeer, zei hij destijds.
Maar een legaat is met altijd een weet, of ik ijdele en nuttelooze dingen tijdstip kwam weldra. Zijn plicht
zegen, merkte hij diepzinnig op. Jh" Parana«i
Soms nietbevestigde ik.
Hij was schrijver en heeft
heb gedaan.
Telkens zulke woorden herhalend,
hij was referendaris en zat voor
zijn assessorexamen x*iep hem te-
gOJ hij mij het boek. Ik herinner mij de hand
uc" KIJ,n UiuisgekomenTiet herhaald^Die ar' Vluu*wel U krijgt spoedig een
En dal was juist het kwade van m9 mfn ^3"dp'; ile". het aandenken. Zult u mij
de ij delheid hield hem. nog overeind. Zje knikte" opteken kon ze niet.
Heb je 't gelezen? vroeg hij.
Voor de huisgenooten scheen
daarop stralend van vreugde en
loon lieeft. ziet hem aan en lacht.
V cöhiint li mipfl te smaken" zeet nielflen len ia-atsxe geneei op i
t ehijnt u g e hest'bier werd alles weer rustig en doodstil.
'R V. i840 beSt bK1 opeens bewoog shSi iets vlak
Opeens bewoog zich iets vlak bij
„p. hem. Met een schok sprong hij op.
Tlot - - O,,.-. ftei in iriin
:je. dat Namslauer.
..Namslauer". herhaalt de man TT
daohtenloos. „Narnslau. daar kom ik Het ean vogeltje, dat m zyn
inlst van daan vlucht de dorro lakken had doen
..Het' is niet ver met de spoor de ritselen Wel een uur lang bonsde
waard is er ook van daan. Ruim twee het hart van Walter Schnaffs met
uur harile. bange slagen
Twaalf te voet", zegt hij laconiek. Eindelijk begon de avond te val- i
Te voet" vraagt het meisje verwen- len en daalde de schemering op het
derd. en dat op één dag?" ravijn neder. De soldaat begon na te
Ja te voet denken. Wat zou hij beginnen Wat}
Wat zult ge moe zijn." Vriendelijk kon hij doen Het leger weer opzoe-
schuift ze hem een stoel toe. „En waar ken? Maar hoe? Waar? En het le-
ven van angst en ontzetting, van
kommer en vermoeienis, zooals hij
om zij? ge dan hierheen gekomen
zoeken."
Hij zegt het werktuigelijk, zooals hij het sedert het begin van den oorlog
het reeds honderdmaal gezegd heeft, had geleid weer opvatten
dagen en weken lang. Hij kon toch ook niet tot aan't einde
„Werk is er genoeg, wolk soort be- der vijandelijkheden in dien greppel
doelt ge I blijven zitten Neen, dat ging niet.
„Alles", zegt hij treurig maai* kalm. Als 't niet om het eten was, zou dat'
Wat gaf het, nu is het toch te laat, vooruitzicht hem niet hebben be-
hij kan niet verder. Hij legt z'n stui zwaard, maar hij "moest eten en
ver neer. veegt zich de lippen af en iederen dag eten.
staat op. j En hij was alleen, gewapend en in
..Arme man", zegt het meisje op-uniform op vijandelijk grondgebied,
eens. ..neen, wacht nog even." i ver van hen, die hem zouden hebben
Zij laat do glazen staan, die zij juist kunnen verdedigenEr ging een
in het buffet wilde bergen en loopt koude rilling over zijn rug. En plot-
ijlings naar de achterkamer. se]mg flitste het door zijn brein
„Mijnbeer Scholz, komt u eens even. w"as ik maar krijgsgevangene En
Daar is iemand, die werk zoekt, mis- van toen aan kiopte z:jn hart van
schien kunt u dien gebruiken 1 I verlangen om toch door de Fran-
Wolgedaan, met zwaren tred Komt worden gevangen genomen,
de herbergier nader. Gevangen!
„Gij zoekt werk vraagt nij i Waar moe9t hij zich gevangen ge-
aaam, en laat een onderzoekend» N en Hoe? Aan welken kant?
blik langs de bescheiden gestalte ,c j- Ev trokken vreeselijke voorstellin
gen. „Melk vak hebt ge geleerd(gen van dood pijlsnel aan zijn geest
„Kuiper, maar m den laatsten tijd voorbil- s}f,ldp
heb ik van alles geprobeerd, doch ik (lprd
Ik ben den geheelen nacht er voor
opgebleven, fluisterde ik aan zijn oor, .-. - - ---,
ncu., ,i„u ..„O,, i ubvuu. om hpm cranflpffan tp doem 't je j-iot net ook. De geclaciite aan hem
Nog een oogenblik van aarzelen on ^-'de- Hij had bepaald een zwak voor jaatste, maai* het beste en krachtigste>verkte in °P al haar doen en den-
toen stapte hii over het lage kozijn zedelijke literatuur. „Zwak is met m- glimiachte zwak en trachtte mij- ken e,n al haar dagen en uren wer-
naar binnen en liep regelrecht op de 1 aiste woordm auie is'beter. Hy ne handen te streelen als die van een den door een vurige hoop verleven-
horden toe. De onduldbare honger was bl!dl0lfc]^ca"'s vrouw maar zijn kracht begaf hem. dlfd-
deed hem rillen als een koortslijder. !nricMing en nauwelijks "^d hij een Beste en krachtigste! herhaal- zBnt brief moest nu spoedig komen
maar zijn angst weerhield hem nog. beetje &eld, of zijn ee .uc g de ik Ziend€j dat dit hem goed deed. bet aandenken. Ze verheugde er
Hii luisterde. Hot scheen wel, dat het zicn ïf ,F Doch hij antwoordde niet meer. Ik Z10Ï1 ir|. als een echt kind.
geheel e hui? in beweging was: hii mnri LL!ï en der tie iaar nlotse- zag hem aa,n hij had de 00geT1 ge' Nu eens dacht ze aan een portret,
hoorde deuren dichtslaan en boven "iaa z 1 P-. t sloten en scheen te Slapen. aaneen boek. een bloemenkorf of
zijn hoofd haastig heen en weer Ion- W"/* 5 met weet, wat mj met Hy was dood een boilbonnière. Het kon ook iets
pen. Nu vernam hii doffe plonsen. nmikt n inisschien dat hii zich Gestorven met den glimlach van anders zijn. Hij kende haar smaak
als van lichamen, die buiten in het hphnn7.,iik kipfiddp9 r>at' hii zich een voldoening op de lippen. en ze zou zich over alles verheugen,
mulle zand vielen, menschelijke li- dn„iin i0ede nantalons aanschafte? Zo° s,t,ierf ,miIn00111 Gé kunt u wüt van hem kwam. Misschien was
chamen, die uit de eerste verdieping Geen kwestie van 1 Toen hij stierf, liet voorstellen, dat mijn móeder en ik ons er 00k een gedicht bij en m elk ge-
naar beneden waren gesprongen. hii niet eens een sr>ud horloge na- best deden.' om hem een eervolle begra- Val een brief, vóórhaar het aller-
Daarna hield al het geloop en be- „L em schande dat zulke men- fems te bezorgen. liefste,
weeg op... in het groote kasteel schen geld hebben. Hij deed niets an- oogenblik, waarop het testa- De brief liet lang op zich wachten,
lieerschte de stilte van het graf.... ders dan boeken koopen en bestellen: m°nt gezocht,moest woiden, was aan- Had hij misschien een heel bijzon-
Walt er Schnaffs zette zich voor "kocht ook inkt en papier en begon gebroken. \i;n begonnen er aan, eer- dere verrassing voor haar uitgedacht.
1 -■«- biedi- en stil, en eer de dag ten einde waarv00r hij veel tijd nood'g had
was, hadden wij alle kasten en meu- j ^jaar ook de brief met eenige woor-
een onaangeroerd hord en begon te boeken te krabben^over de zede- biedig en stil, en eer de dag ten einde waarvoor hij veel tijd nood;g had
Hij at met groote. gulzige hap- ]ijkheid. Je begrifpt zooiets niet, maar vvas' hadden wy alle k^ton en meu-j ook de brief met eenige w°'
pen, als vreesde hij te vroeg ge- |ocjj was het zoo'. belen onderstboven geli aal dl zonder den van dank aan den gastheer bleef
stoord te zullen worden en zich niet Mijn moeder was zijn eenige bloed- een SP001' van net testament te vin- it ais men als zoodanig ten min-
te kunnen verzadigen. Hoopen voed- verwante, behalve een verre neéf. En den- -1-* -,-*-U4:
eten.
pen.
el verdwenen in zijn maag. deden ik"was cénige zoon. Begrijpt u mij
zijn keel bij bet slikken zwellen. Af üe naef had ook een zoon; maar deze verklaarde dat zij getuige
ste niet de vluchtige briefkaart wilde
rekenen, dte hij onderweg in een
coupé van den trein met potlood had
had geen geluk."
„Hm" dacht do waard, zijn ambacht
heeft hem een weinig" menschenkonnis
bezorgd en hij is snel in zijn oordeel,
bescheiden, eerlijk, een goede vent.
En hardop zegt hij
„Bij mij is vandaag de huisknecht
weggoloopen, een echte dronkaard, en
als ge wilt, zoudt ge dat baantje op
proef kunnen krijgen."
De Namslauer steunt met de beven
de hand op bet buffet.
„Als u het met mij wilt probe eren,
ik wil gaarne..." stamelde hij ver
ward.
„Ja, ja. ga maar zitten, man, ikzie
het wel, ge zijt doodmoe. Laat mij
■uwe papieren eens zien, zoo, goed, al
les is in orde."
Do gedachte zijn nieuwen helper
'wellicht voor weinig loon te krijgen,
'maakt, den goedhartigen man joviaal,
i ..Paulina, nog een glas Namslauer
ivoor den nieuwen huisknecht. En hier
steek je stuivertje maar weer bij je,
misschien brengt het je nog geluk
.aan."
„Dat heeft het reeds gedaan zegt
de zwerveling zacht, en veegt met de
band over zijn vochtige oogen.
Hij stelde zich aan hon-
gevaren bloot wanneer hij met
zijn pickel-haube op het land rond
liep.
Hij kon boeren tegenkomen... Wan
neer die een verdwaalden, weerloo-
zen Pruis voor zich zagen, zouden ze
hein zeker als een hond neerschie
ten.... of ze zouden hem afmaken met
hunne hooivorken en zeisen.
Hij kon ook franc-tircurs tegenko
men.... woestelingen, die zich om wet
noch krijgstucht bekommerden....
Zij zouden hem eenvoudig fusi-
leeren
En hij kon ook het geheele Fran-
sche leger tegenkomen. De voorhoede
zou hem voor een eclaireur houden,
voor een stoutmoedig soldaat, een
vermetelen waaghals, die alleen op
verkenning was uitgegaan, en zij
zouden onmiddellijk op hem vuren,
Het was nu geheel nacht geworden
een stille, dónkere nacht. Hij durf
de zich niet meer verroeren en sid
derde bij elk onbekend geluid, dat hij
in de duisternis waarnam.
Hij spalkte zijne groote. ronde
oogen wijd open. om m het donkerte
kunnen zien. en telkens meende hij.
dat er vlak bij hem geloopen werd.
Na eindelooze uren van onbeschrij
felijke» angst zag hij door zijn bla
derdak de hemel helder worden....
Toen kreeg hij een gevoel van on-
;.'m iici ue iiecx nau uur e«sii wh, iho.cil "..„v,- i uu>upe va.ii
eu toe. als er niets meer door kon. ze brachten tiem te dikwijls bij den s.t ro. bi) 01>n testannmit ^schre-gekrabbeld.
als de pijp vol was tot barstens toe ouden beer. Hij was te lüeinzoodra n, I Had de examendrukto hem direct
en liij wel even moest uitscheiden, hij oom zag, begon hij te huilen en Sl'ioo geheel en al in beslag genomen?
dan greep hij naar de ciderknnk en tegear te spartelen. ?voo„fvw™Sd van ES klnde Of was hij ziek?
spoelde het roedtel weg zooals men - Breng hem weg! breng hom weg j?'d "?0.^ ;tïi, ^fj
een verstopte goot leeg maakt. Dadelijk! riep oom, zoo dikwijls het Mbn moetor d'J?ht mld
Hij ledigde alles, horden, schalen, kind kwam. m-e7 Ehii het soZs EeemEen had
flessclien hij ha d zich volgegeten en Dit was een gunstige omstandigheid ?v« of hij het soms meegenomen had.
volgedronken. Zijne oogen vielen voor mij vindt u niet Mijn moede,- kwam een advocaat voor
dicht, zijne gedachten ontglipten (lacht dat ook. J aTvdpr tH«tamwnit een
hem. hij kruiste do armen op de ta- 't Was een vreemd© snuiter, die dea dag met
teT'en'ii*et"z|rioodzwaar "hoofd ïaar- tSndS to^een'üjtol^rïSe mrt ËTad
°bD71aatste 'inanesikkel stond aai. haar' als Japansche poppon. zwart. V*™
den hemel hoog hoven de hoornen l-den glanzend den zoon lan
meudal. Zijn g*M washui de 2ft.
weer bij hem was gekomen.
van het park,
dageraad doorbreken.
Tusschen "het* kreupelhout gleden grijze oogen flikkerden altijd ernrus- bJdit^e^bi^chge^e^n'g^0^latOT
zwijgend tallooze donkere gedaan- acht<* 3on een Het testament werd geëxecuteerd,
ten van tijd tot tijd was er een flik- altijd ei^oïcLerliik model Gio andere kroeg de orfenis, en zoo-
kering van stalen spitsen m de duis- «r uit Tm lmm een cent te dra hij meerderjarig was, begon hij
ternis. Als een groot schaduwbeeld *«3 »g eruij om _iiem een cwi ev vail tc profite«ren. En hoeHij
lag liet kasteel in volmaakte rust, JJ?™8 ^een zwart muteje dronk, speelde, leende links én rechts,
slechts twee vensters gelijkvloers wa- ^^e^^ Jïïm dan Hü maakte aUes op. en eer hij dertig
t. i. mm- ctlAvf hll
was, begon hij
16Plotseliiu?1 'weerklinkt een donde-
rende stem: „Voorwaarts mannen!..
AttaqueertIn het volgend oogen
blik waren deuren, luiken n ramen
stierf hij.
höord had aan Savage Landor, en Dat is nu drie jaar geleden. U be
twee manuscripten, 't een van Car- grijpt, dat het een slag voor mij was.
lyle, 't ander van Shelley (dat had- Al mijn plannen vielen in duigen.
- den de verkoopers hem tenminste wijs toen mijn oom stierf. Ik heb mijn „ups
bezweken onder den aanval vaneen gemaakD en de volledigste Lijst van and dowris" gehad, en op dit oogen-
drom lieden, die alles intrappende, aUe bjbii0theken van Engeland. blik. Ik zal het u maar eerlijk zeg-
Nooit was hem een woning naar zijn gen: ik heb behoefte aan steun. Er-
drom lieden, die alles intrappende,
rameiende, het huis binnenstormden.
Bliksemsnel sprongen vijftig tot aan
-rongen vijftig tot aan zjn Hij beweerde, dat hij verhuisde, wil ik u liet slot van de geschiedenis
de tanden gewapende soldaten in de 0JY1 de [ucbt. het water, de lastige vertellen
keuken, waar Walter Schnaffs ge- rappen of een dergelijken onzin. Ik zat een poos geledien in mijin
inoedelijk zat te soezen en terwijl Da{. be^ bem |n het hoofd scheelde, kamer na te denken over de middelen
vijftig geladen geweren zich op zijn mevkte hij nietom uit mijn ellendige positie te ge-
borst richtten, werd hij gegrepen, op buurt waar men woont, doet raken. Daar viel mijn oog op de boe
den grond geworpen, gerold, ge- ve&b piacht hij te zeggen, en als hij ken, die mijn oom geschreven had,
schud en van het hoofd1 tot de voeten dan merkte, dat men om hem lachte, en die hij mij had gegeven. Ik kreeg
gekneveld. Hij lag te hijgen van ver- herhaalde hij een aanval van woede en gooide ze
bijstering to versuft om iets te be- oe buurt, doet veel voor een ge- allo op den grond, al die prullen, wel-
gtrijpen, half dol van angst aan alle VOelig mensch. ke voor mij niets waard waren Een
kanten getrapt en gestompt.. En op- Hij schreef niets, wat niet reeds er van viel open, en wat denkt u,
eens zette een groote, dikke man, die door anderen geschreven wasmaar dat er uitkwam Het testament, dat
een jas vol goud aan had een voet dat snapte hij niet. Geen mensch kon hij mij eigenhandig had gegeven in
op zijn maag en bulderde: „Je bent zijne werken lezen. Hij wilde een zijn laatste boek!
mijn gevangene geef je over groot opvoeder zijn, en wist van dé De verteller steunde met de handen
De Pruis verstond niets dan hot dingen, die hij wilde onderwijzen, niet op de tafel en keek met zijn ééne oog
woord gevangene" en hij steunde meer dan een jongen. Hij kletste over in zijn leeg bord. Toen schudde hij
slechts: ...Ja ja, ja"... waarheid, rechtvaardigheid en den bothoofd en zei:
Nu trad oen jongere officier bin- geest der historie. Hij krabbelde het Ik had het nooit gelezen, dat
nen, die zeide „Kolonel, de vijand eene boek na het andere en liet ze alle boek! Ik had het niet ee»ns openge-
is gevlucht er schijnen verscbei= voor eigen rekeniinsr drukken. sneden
done gewonden te zijn geweest. Wij Hij was niet goed bij zijn hoofd En bitter glimlachend voegde hij
.zijn meester van het kasteel." maar raasde tegen de critici, niet om- er bij
Haar vacantietijd liep ondertus-
scben ook ten einde en ze reisde naar
'haar geboorteplaats terug, om daar
verder te droomen te hopen en te
wachten. Hij kende den van te vo
ren vastgesteld-en termijn van haar
vertrek en haar adres thuis, hij kon
haar dus daarheen schrijven en hij
zou het heslist doen ook.
En ze wachtte dag na dag, week
na week. Haar ouders vonden haar
een weinig bleeker dan anders, maar
ze waren gewoon in de dochter het
onschuldige, vroolijke. dikwijls over
moedige kind te zien, da.t ze naar
hun meening steeds moest blijven.
Ze was diis vergenoegd, zooals van
haar werd verwacht. Slechte des
avonds in haar kamer overviel haar
een diepe droefheid en 's nachts lag
ze slapeloos op haar bed en weende
in haar hoofdkussen.
Ze twijfelde ook thans niet aan
hem. De brief moest komen, want hij
had hem beloofd en het goschenk
ook, want ze had het immers met die
dubbele amandel gewonnen. Slechts
(le angst., dat hem oen ongeluk zou
zijn overkomen, kwam in haar op,
en het werd baar te zwaar tegenover
haar ouders de gewone vroolijkheid
te toonen.
Toen ze het niet mee^ kon verdra
gen, schreef ze de vriendin, bij wier
ouders ze met hem tegelijkertijd was
gelogeerd geweest, een langen brief
vol nietigheden en liet ook een kleine
vraag naar hem binnensluipen.
Het antwoord liet aan uitvoerig
heid niets te wenschen over. Op het
landgoed was alles wel, een „.beel
derig" ponywagentje was gekocht en
de nette referendaris had voor kor
ten tijd geschreven, da.t hij met zijn
eerste examen-werk gelukkig klaar
was.
Deze brief, zonder dat ze bet zich
zelf direct bekende, vernietigde al
haar hoop. maar hij verhinderde
haar niet. dag en nacht aan hem te
denken. Ze onderzocht niet het waar
om van zijn handelwijze. Was zijn