Tweede Blad
- behoorende bfj
f „HMPiem'e Oagblad"
Tan
Zaterdag 28 April 1906.
0 Mo. 700S
Stadsnieuws
1908, in drie pare, an in massa. Ra
ming in de 3 j aren perc. 1 3650,
perc. 2 1500, perc. 3 ƒ2120, Massa der
drie perc. ƒ7570.
Ingekomen 39 biljetten. Laagste in
schrijvers perc. 1 de heer K. Hoog
land te P urinerend voor ƒ3180; perc.
2 de heer C. v. d. Meer te Alkmaar
voor 1380, perc. 3 de heer J. Bakker
te Helder voor 1780, en voor de mas
sa de «heeren C. Landzaat, Utrecht eu
A. van Pelt, Helder, ieder voor ƒ6990.
lezingen eva westenberg.
I; Mejuffrouw Eva Westenberg hield
'■Woensdagmiddag in 't Brongebouw
da laatste der reeks interessante le-
I"gjngen over Wagneriaansche Sagen.
I/ja in de vorige lezingen behandelde
tkster eerst de oer-oude Ger-
ïsithft overleveringen, daarna de
jwagnersche opvatting. Ditmaal gaf
;de lezeres de Lohengrin.
Na het opnoemen en uit elkaar
ludeu der verschillende volksover
leveringen, waarbij de oude Duit-
eche en Fransche bronnen werden
[genoemd, en het geheimzinnige van
■den Zwanenridder, naai- wiens af-
komst niet. gevraagd mocht worden,
in 't licht werd gesteld, kwam
spreekster tot Wagners opvatting.
Zij is 'deze
Op een omboomde weide was een
volksverzameling. Koning Hendrik
die Vogelaar zat onder een grooten
eik, om recht te spreiken over Bra-
baaid onder Graaf Van Telramund.
Hij riep de Brabanders ten strijde
op tegen de Hongaren. Maar er was
smart onder hen. Hertog Godfried
was gestorven. Teiramund wasvoogt
over El sa en haar broeder Godfried,
rijn kinderen. Elsa nu werd beschul
digd van broedermoord. Voor den
Koning gebracht en aangeklaagd,
sprak zij van een in een droom ge-
zienen ridder. Bij het Godsoordeel
tusschen Telramund en Elsa van
Brabant kwam plots in een gouden
boot door een zwaan getrokken een
gouden ridder, Lohengrin, die zich in
het strijdperk voor hèèr stelde. Maar
nooit mocht zij vragen naar zijn
herkomst en zijn naamin blinde
onwetendheid moest zij zich aan hem
I toevertrouwen Onmiddellijk over-
won Lohingrin en voerde Elsa als
zijne vrouw mee.
f 'in den nacht zaten Frederik van
j Telramund! en zijne vrouw Ortrud,
dochter van Radbored, op de tin
nen van den Dom. Zij spande met
I hem samen om Elsa argwaan in
te geven en Lohengrin een klein stuk
van z'n lichaam af te nemen.
Elsa komt buiten en Ortrud haar
I smeekiend. en binnen gelaten, wil
Lisa's geloof in haar Godsgezant
schokken.
Lohengrin uitgeroepen tot be
schermer van Brabant, Wil optrek
ken ten strijde. Ter kerke gaande
hoort Ortrud Elsa en Lohengrin, en
■verwijt Elsa diat zij met eens Lohen
grin's adel bewijzen kan.
Ook Telramund wil Lohengrin's
naam weten. Er ontstaat wantrou
wen tegen Lohengrin, maar slechts
voor een oogenblik. Dan vertrouwt
Elsa weer zonder twijfel. Echter, hem
heel liefhebbend, vraagt zijn vrouw
hem toch zijn naam en afkomst als
zij alleen zijn
Lohengrin, later komend voorden
Koning, moet nu vertellen wie hij is.
Hij vertelt dat in een ver land in
een tempel de Graalbokaal staatHij
is een Graaldaenaar, hij is de zoon
(van Parsifal, den Koning van Mon-
safcvat. het Graalrijkhij is dus Lo
hengrin.
De zwaan komt nu weer aangeglo-
dan en wordt veranderd in Godfried
vaai Brabant. Lohengrin ^verdwijnt
langzaam en stervend ziet Elsa dit
aau.
Mej. Westenberg heeft een uitste
kend werk gedaan door de soms duis
tere Wagmer-symboliek zoo' eenvou
dig, zij het dan ook niet zoo heel
mooi wat poëtische taal betreft, in
deze reeks lezingen uiteen te zetten.
conrad kikkert.
A an best eding.
I Donderdagmorgen werd door het
Prov. Bestuur van Noord-Holland
aanbesteed
j Het onderhouden en vernieuwen
van het verfwerk der gebouwen,
kunstwerken, enz. behoorende bij het
i Me rw edekan aal, van het Noordzee-
kanaal tot de grens tusschen de pro-
I vinden Noordholland en Utrecht, en
den zijtak van dat kanaal tot de
Oude Vecht te Nigtevedit, gedurende
de jaren 1906, 1907 en 1908. Raming
in de 3 jaren 4500.
Ingekomen 17 biljetten. Laagste in
schrijver de heer C. Hennipman te
Nigtevedit voor 3839.
Het onderhouden en vernieuwen
van het verfwerk der gehouwen, kust-
werken enz. behoorende tot het Noord
hollandsch kanaal, ged. 1906, 1907 en
Uit de Rechtszaal
HET GEBEURDE AAN DE GAS
FABRIEK TE WORMERVEER.
In ons vorig nummer vermeldden
wij reeds grootendeels de behande
ling van de strafzaak tegen Albert
Rezee.
Dadelijk nadat de wegens pauze
geschorste zitting was heropend kreeg
het Openbaar Ministerie waarge
nomen door Mr. de Vries van Does-
burgh gelegenheid tot het nemen
van zijn requisitoir. Z. E. A. meende,
dat liet bewijs van het ten laste ge
legde wettig en overtuigend was be
wezen. De verklaringen van de getui
gen a charge zijn pertinent en niet
ontzenuwd kunnen worden door die
van de getuigen a décharge, 't Is
waar dat dit niet kan slaan op de
getuigen Kuyt en C. Bakker, waar
van liet kan zijn, dat zij vóór dit ge
ding tegenover kameraden vreemde
uitdrukkingen hebben gebezigd. Nu
zij echter onder eede staan passen ze
wel op deze te herhalen. 'tKomt mij
dan ook voor, dat die uitlatingen als
een soort pocherij of branie-makerij
beschouwd kunnen worden.
Wanneer er iemand is die uit deze
zaak zonder blaam te voorschijn
treedt dan is het de directeur Labrijn.
Uit de behandeling der gebeele zaak
is duidelijk gebleken dat wij hier te
doen hebben met iemand, hoewel van
opvliegend karakter, die als ambte
naar ijverig zijn taak waarneemt
Toch is ook hier toepasselijk de uit
spraak van Mr. Modderman dat de
vervolging van een smaadaandoe-
ning den gesmade geen voldoening
geeft, daar er altijd menschen zijn
die eerder het kwade van iemand ge-
looven dan het goede.
Kenmerkend is volgens het O. M,
dat Labrijn bij Z.E.A. op het parket
•is geweest en daar gezegd heeft„Als
ambtenaar moet ik de zaak vervol
gen, «laar straf de beklaagden niet
zwaar, zoo licht mogelijk."
Met het oog hierop eischte Z. E. A.
slechts 10 gulden boete of 10 dagen
hechtenis.
HET PLEIDOOI.
Mi'. Mendeds ving zijn pleidooi aan
met zijn verwondering uit te spreken
over de beslissing der Rechtbank op
bet door hem opgeworpen incident.
Niet dat ik zoo zeide pleiter de
beide lieden (C. Bakker en Kuyt) zoo
gaarne in de gevangenis zou zien
wegens het afleggen van een mein
eed, maar recht is recht en moet recht
zijn. Deze getuigen van het Openbaar
Ministerie hebben hier staan draaien
op een zonderlinge wijze. Bakker
heeft thans gezegd, dat het niet waar
was, dat hij nog vóór het ontslag van
Koevoets tegen verschillende werklie
den gesproken heeft over de dronnen-
schap van den heer Labrijn. Ook is
het niet waar, dat hij in het schaft
lokaal gezegd heeft„Daar gaat nou
die mooie dronken directeur. Zou Ik
hean niet met dit kruikje den kop in
slaan, of willen wij tezamen hem in
het gloeiende retort werpenwat zou
er een gas uit zijn dik jeneverbuikje
komen." Hij durft dit nu alles heeten
te liegen, niettegenstaande er min
stens zes of zeven getuigen a déchar
ge zijn, die zonder de minste aarze
ling onder eede verklaard hebben, dat
dit alles door hem (Bakker) is ge
zegd.
Nu zegt het Openhaar Ministerie,
dat het wel waar kan zijn, dat Bak
ker deze uitdrukkingen geuit heeft,
.maar het kan gebeurd zijn tegen zijn
kameraads in een soort van bui van
branie-achtigheid of pocherij. Nu nog
schoonerMaar edelachtbare heeren,
waar gaat het nu heen, als een amb
tenaar van ixet Openbaar Ministerie
dergelijke beweringen gaat uitspre
ken Waar gaat dat heen 't Is niet
erg als men zulke uitdrukkingen be
zigt, 't is wat men noemt „onschuldi
ge scheids". Maar als dat zoo is,
waarvoor staat Rezee hier dan in
vredesnaam. Hij moet dan zeker vrij
gesproken worden, want zijn uitingen
zijn lang zoo sterk niet, nog veel on
schuldiger dan van Bakker.
De houding van Kuyt als getuige is
ook vreemd. Eerst was hij tegeu den
directeur, maar na een conferentie bij
den burgemeester, is hij plotseling
een voorstander van dezen geworden.
Het Openbaar Ministerie lieeft zich
er in zijn requisitoir al heel gemak
kelijk afgemaakt. Over de zaak zelf,
althans over de aanleiding heeft Z.
E. A. niets gesproken, niets gespro
ken over de zaak-Koevoets, waar toch
alles om draait. Er is in Wormer-
veer eigenaardig omgesprongen met
het rechter is een Justitia afge
speeld zooals gelukkig geen enkel
rechtscollege zal huldigen. Zonder
vorm van proces is de onderdirecteur
der fabriek, Koevoets, ontslagen. De
ze stelde zijn superieuren in kennis
met het gevaarlijke beheer der fa
briek, hetwelk door Labrijn werd uit
geoefend. Daarbij noemde hij ver
scheidene namen van arbeiders op,
die het door hem beweerde als getui
gen kondén waar maken. Men wilde
evenwel geen getuigenverhooren de
burgemeester heeft daardoor, alsook
door andere feiten, bewezen zich in
deze zaak op hoogst partijdige wijze
bedragen te hebben.
Dit heeft het rechtsgevoel der ar
beiders wakker gemaakt, ook dat van
Rezee. Toen Labrijn tartend tegen
Rezee zeide„Nu is Koevoets toch
ontslagen" heeft Rezee gezegd „Toch
houd ik vol, dat Koevoets onrecht
vaardig ontslagen is, want ik heb U
(Labrijn) in Juli ook dronken gezien."
Dat is nu de smaad Moet men niet
eerder den zedelijken moed van dien
arbeider bewonderen, die tegenover
zijn patroon eerlijk durft te spreken,
zonder beleedigend te zijn.
Hier staat volstrekt geen sluiper of
geen lasteraar, want de waarheid is
hier zeer duidelijk gebleken. De dron
kenschap staat voor mij zoo sprak
Mr. Mendels vast, zoo vast als een
paal boven water.
Ten slotte resumeerende, meende
pleiter te mogen constateeren, dat de
bewijzen voor een veroordeeling we
gens smaad niet aanwezig waren en
drong spr. aan op ontslag van rechts
vervolging.
Het Openbaar Ministerie maakte
geen gebruik van de gelegenheid om
te replaceeren.
EEN TWEEDE SMAAD-ZAAK.
Na behandeling dezer zaak werd
nog een andere berecht, eveneens de
quaestie aan de Wormerveersche gas
fabriek betreffende.
Hier kwamen in als beklaagden
De 20-jarige gasfitter M. Koper, de
27-jarige G. Veken eveneens gasfitter,
•en de 35-jarige lantaarnopsteker J.
Slooten. Ook zij werden beschuldigd
van smaad, de eer en goeden naam
van Lab rijn te hebben aangerand,
door in de „Zaanstreek" een ingezon
den stuk te plaatsen, waarin zij be
weerden, dat genoemde beer hen door
bedreiging met gevangenisstraf en
ontslag gedwongen had om een adres
aan den gemeenteraad te teekenen,
inhoudende dat de onderteekenaars
Labrijn nooit onder den invloed
van sterken drank op de fabriek had
den gezien.
Als reden voor hun handeling ga
ven de beklaagden op, dat zij het in
gezonden stuk geschreven hadden,
omdat zij er spijt van hadden dit
adres geteekend te hebben in strijd
met de waarheid. Op deze wijze
meenden zij hun verkeerde handel
wijze te kunnen herstellen.
Ook in deze zaak werden verschil
lende getuigen gehoord. De directeur
Labrijn verklaarde dat het onwaar
was, dat hij de beklaagden gedwon
gen .had om bet adres te teekenen,
hen bedreigende met gevangenisstraf
en ontslag. De boekhouder Bos, die
ook tegenwoordig was, onderschreef
deze verklaring.
Als getuigen a décharge werden
gehooid nog enkele andere werklie
den der fabriek die ook door Labrijn
gevraagd waren bedoeld adres te tee-
kenen. Allen hadden geweigerd en
enkelen hunner beweerden dat ook zij
eenigszins geprest waren door La
brijn, maar niet hadden toegegeven.
Een hunner K. Wildeboer, gasfitter
oud 27 jaar, zeide ook door den di
recteur gedreigd te zijn met 3 jaar
gevangenisstraf wegens meineed.
Daar de directeur zoowel als de
boekhouder dit ten stelligste ontken
den vroeg het Openbaar Ministerie
op grond van artikel 174 der Straf
verordening tegen Wildeboer instruc
tie wegens meineed met onmiddellijke
gev angenneming.
De Rechtbank vergaderde hierop
nogmaals in raadkamer en besliste
dat er wel termen aanwezig waren
voor een instructie wegens meineed,
evenwel zonder last te geven tot on
middellijke gevangenneming.
Het Openbaar Ministerie achtte het
bewijs geleverd voor eenvoudige be-
leediging en eisebte (ook met het oog
op het feit dat de directeur ook voor
deze beklaagden clementie heeft ge
vraagd) een lichte straf, zijnde drie
gulden of 3 dagen hechtenis.
Mr. Mendels betoogde, dat de hou
ding van den directeur zeer immo
reel is geweest, diep-vuil immoreel
De beklaagden waren door Labrijn
misleid, en wilden door dit ingezon
den stuk hun eer en goeden naam
redden. Beleediging is hier dus niet.
Bovendien heeft het Openbaar Minis
terie slechts en alleen smaad in zijn
dagvaarding ten laste gelegd, dus
kan geen veroordeeling wegens be
leediging volgen.
Het incident van meineed besprak
Mr. Mendels ten slotte en uitte als
zijn overtuiging, dat Wildeboer niet
in strijd met de waarheid getuigd
had, maar dat dit door den directeur
gedaan is.
Pleiter concludeerde ook in deze
zaak tot ontslag van rechtsvervolging
Uitspraak in beide zaken op Maan
dag 7 Mei.
Uit de Omstreken
BLOEMENDAAL.
Uit den Bloemendaalsohen Raad.
L
De Driesprong bij het Raad
huis. Electrische verlich
ting. Uitbreiding perso
neel. Een ve el-begeerd
plekje. Stof bestrijding. -
Bloemendaal's bevolking.
Cafésluiting.
Hedenavond komt de' Raad van de
gemeente Bloemendaal bijeen, om een
12-puntige agenda af te doen.
Er komen een aantal punten voor,
die reeds in vorige vergaderingen een
onderwerp van bespreking hebben
uitgemaakt.
Zoo b.v. de wegverbreeding bij den
Driesprong bij het Raadhuis te O ver
veen.
B. en W. komen nu met een voor
stel om den weg eenigszins te verleg
gen, zóó, dat aan de Oostzijde van
den weg een 2 M. breed voetpad komt.
Het liopkje grond, naast de tolgaar
derswoning, dat na de verbreeding
overblijft, willen zij bestemmen voor
een vluchtheuvel.
Aan de Westzijde van den weg
wordt volgens het voorstel eveneens
een voetpad gelegd, dat bij Belvédère
een breedte krijgt van 31/2 M.
Electrische Verlichting.
Eveneens in een vorige vergadering
besproken was het punt betreffende die
electrische verlichting van de Klever
laan en den weg langs de trambaan
in Aerdenhout.
B. en W. deelen nu mede, dat zij
met de E. N. E. T. en de Binnenland-
sche Exploitatie Maatschappij om
trent deze zaak tot overeenstemming
waren gekomen.
Zij stellen nu voor om 15 gloeilam
pen te doen aanbrengen aan de palen
der E. N. E. T. aan de Kleverlaan en
8 dito aan de palen in den Aerden
hout.
De lampen, die een lichtsterkte heb
ben van 16 N. K., zullen de gemeente
3 per lamp in de 3 maanden kosten.
De gemeente zal tevens de aanlegkos-
ten moeten betalen.
Uitbreiding Personeel.
Voorts komt in behandeling een
voorstel van het Dagelijkscli Bestuur,
om het personeel van de straatver
lichting uit te breiden met 2 lampe
nisten (loon respectievelijk 600 en
ƒ300) en twee lantaarnopstekers, te
vens lantaarnblusschers, ieder op een
loon van 200.
Een veel-begeerd plekje.
De vorige zitting staakten do stem
men over het voorstel-Ter Hoffsteede,
om het stukje grond naast de tolgaar-
derswoning (zie hierboven) voorloopig
niet weder in huur te geven.
De weduwe J. L. Vogels Jansen, die
de weder-irïhurmg gevraagd had,
heeft nu een tweede adres gericht tot
B. en W., waarin zij verzoekt althans
het stukje grond), dat na de verbree
ding van den weg overblijft, te mo
gen inhuren.
De heer J. C. van Schooien, beheer
der van het andere café, verzoekt
evenwel hetzelfde, daar er door de
verbreeding van den weg ge«en rijtui
gen meer vlak voor zijn café kunnen
komen.
Stofbestrijding.
De heer A. Koolhoven stelt voor
om de volgende wegen te doen be
sproeien 1 Nieuwe Hartcnlustlaan.
2 Rustenburgerlaan, 3 Schoollaan, 4
Verlengde Koepellaan, 5 Zomerzorger-
laan tot Eben Haëzer, 6 den
Zandduinsweg tot Eikenheuvel, 7
Mollaan, 8 Kleverlaan tot den
Spoorwegovergang, 9 Duin en Daal-
scheweg tot de villa van den heer
Waller, 10 Tetterodervveg tot liet Sta
tion. Wanneer het materieel dat toe
laat, zou de heer Koolhoven wenschen
dat ook de volgende wegen voor be
sproeiing in aanmerking kwamen1
De wegen in het Bloemendaalsche
Park, 2 het verdere gedeelte van den
Zandduinsweg, 3 de Zuidelijke en
Noordelijke Stationsweg.
Bevolkingscijfers.
Uit het aan den Raad aangeboden
gemeenteverslag ontleenen we de vol
gende cijfers.
De gemeente telde op 31 December
1904 6671 inwoners 2924 m. en 3747
vr.) en op 31 December 1905 6973 in
woners (3091 m. en 3882 vr.) Het be
volkingscijfer vermeerderde aldus met
"12 (167 m. en 135 vr.)
Er werden in 1905 geboren 100 kin
deren (41 ru. en 59 vr.)bovendien
vestigden zich in dat jaar 12T2 perso
nen (518 m. en 754 vr.) in de ge
meente.
Er stierven in 1905156 personen
(111 te Meerenberg) en wel 68 m. en
88 vr. Uit de gemeente vertrokken
914 personen, 324 m. en 590 vr.
Café-sluiting.
Ingekomen is een adres, ondertee
kend door den heer D. de Clercq, na
mens de afd. Bloemendaal van de
Vereen, tot afsch. van Alcoholh.
Dranken, en den predikant Ds. J. A.
van Leeuwen, waarin op gronden
van zedelijkheid, gezondheid en wel
vaart, betoogd wordt, dat het wen-
scihelijk is, de café's enz. van Zater
dagavond 6 uur tot Zondagmiddag
1 uur te doen sluiten, daar in dezen
tijd veel moeilijk verdiend geld ver
loren gaat.
onkosten, ineenden zij daarmede geen
genoegen te moeten nemen. Men heeft
daaromtrent deskundig advies inge
roepen.
Binnenland
HOFBERICHTEN.
H. M. de Koningin-Moeder vertrekt,
volgens nadere regeling, den 3en Mei
a.s. uit Londen, om den volgenden
dag met de nachtboot „Koningin Re
gentes" te Vlissingen aan te komen
en per aansluitenden sneltrein naar
Arasterdam door te reizen.
MILITAIRE MOTOR-ORDONNAN-
SENDIENST.
Ten behoeve vaan het legerbestuur
vraagt het Dagelijkse!) Bestuur van
den A. N. W. B. opgaaf van naam,
lichting, korps en woonplaats van mi-
litieplichtigen, welke hun eersten oefe-
ningstijd hebben volbracht, zoomede
van naam, lichting, wapen, district
en woonplaats van landweerplichti-
gen, die in het bezit zijn van een mo
torrijwiel op twee wielen en het ver-
eischte rijbewijs en die geneigd zou
den zijn, om bij de militaire herha
lingsoefeningen en bij eventueele mo
bilisatie, niet hun motorrijwiel op te
treden als ordonnans.
Bij het legerbestuur is een organi
satie in overweging, waarin onder
meer een dagelijksciie vergoeding voor
het gebruik van liet motorrijwiel, ge
durende het verblijf onder de wape
nen, zal worden opgenomen.
Het Dagelijksciie Bestuur noodigt
alle motorwielrijders, die daarvoor te
de termen vallen, beleefd uit aan deze
oproeping gevolg te willen geven en
de bovenbedoelde opgaven, met ver
melding van liet nummer van bun
rijbewijs, zoo spoedig mogelijk, of al
thans voor 1 Mei a.s., in te zenden
aan den lsten secretaris van den
A. N. W. B., 247 Heeren gracht, te
Amsterdam.
EEN SPELD INGESLIKT.
Te Warmond had het éénjarig
kind van den heer P. van der Weij-
den het ongeluk een open veilig
heidsspeld in te slikken welke speld
achter in de keel bleef zitten.
Den dokter was het onmogelijk de
speld te verwijderen, waarop hij aan
raadde dadelijk met het kind naar
het Ziekenhuis te Leiden te gaan,
hetgeen toen geschiedde.
Daar is men er in geslaagd door
het gebruik van Röntgenstralen, de
speld te zien zitten en te verwijde
ren.
De toestand van het kind is thans
goed. (L- D.)
Z. K. H. PRINS HENDRIK IN HET
CIRCUS CARRé.
Men meldt uit Apeldoorn aan „De
Tel."
Geheel onverwacht verscheenWoens
dagavond Z. K. H. de Prins in het
circus Carré, dat te Apeldoorn in een
tent voorstellingen geeft.
De Prins, die vergezeld was van
zijn adjudant, jhr. Van Suchtelen van
de Haere, nam, eerst zoo goed als
niet opgemerkt, op den eersten rang
plaats, waar wegens het overbezet zijn
der goedkoopere rangen, ook vele per
sonen uit den arbeidersstand hadden
plaats genomen.
In de pauze begaf de Prins zich
naar de stallen, waar de heer Albert
Carré Z. K. H. rondleidde.
Alvorens weder in de zaal plaats te
nemen onderhield de Prins zich eeni-
gen tijd met den stalmeester van het
circus.
Bij zijn vertrek werd den Prins door
den heer Carré uitgeleide gedaan.
TWEEDE KAMER.
Naturalisat ie
Ter naturalisatie is voorgedragen
H. Christoffel. Ie luitenant der infan
terie van het leger in Nederlandsch-
Indië, wonende te 's-Gravenhage.
Aangezien het voor dezen hoogst-
verdienstelijken officier van het leger
in Nederlandsch-Indië van groot be
lang is, dat hij zoo spoedig mogelijk
tot Nederlander wordt genaturali
seerd, is met de indiening van het
desbetreffend wetsontwerp niet ge
wacht totdat die van meerdere wets-j
voordrachten tot naturalisatie gelijk
tijdig zou kunnen geschieden.
DE RAMP TE SAN FRANCISCO.
Uit Den 1-Iaag wondt gemeld
Blijkens bericht uit Washington
bleef de Nederlandsche consul te San
Francisco ongedeerd. Het consulaat
met inboedel is echter geheel ver
nield.
Zoo spoedig mogelijk zullen inlich
tingen omtrent landgenooten volgen.
De consul verblijft thans te Oakland.
DE SERBIA.
Men meldt van Tessel
Het geld van de opbrengst der aan
gebrachte goederen van het s.s. „Ser
bia" is uitbetaald. Enkelen hebben
echter geweigerd het geld in ont
vangst te nemen, wijl zij beweren
recht te hebben op 25 pCt. van de
bruto-opbrengst. Nu het blijkt, dat er
nog 10 pCt. wordt afgetrokken voor
BRANDEN,
Woensdag brak te Viaardingda
•brand uit in het gebouw naast hek
Raadhuis, waar het bureau van den
commissaris van politie gevestigdis-
Na ruim een uur blusschen was men
den brand meester.
Te Scherpenszel, nabij Waubach
(Limburg) zijn de groote boerderijen
van Korfer en Mingers door brand
vernield. Van den grooten veestapel
en inboedel werd bijna niets gered.
Te Ambt Hardenberg is de arbei
derswoning. toebehoorende en be
woond door den arbeider H. van
Goor door brand, Vernield. ,Van dien
inboedel is niets gered. Huis en in
boedel waren niet verzekerd-
De oorzaak van den brand wordt
aan kwaadwilligheid toegeschreven.
Woensdagnacht te één uur brand
de te Purmerend de zoogenaamde
^porseleinfabriek van Gebr. Vèt (vroe
gere cementfabriek van Brantjes
Lankelma), staande in den Over-
meerschen polder, met nog drie daar
bij gelegen woningen tot den grond
af. Het geheel e perceel was eigendom
van den heer P. Brantjes. De fa
briek en één der woningen waren
verzekerd. De brand schijnt, volgens
ooggetuigen, achter in de fabriek
door een tot nog toe onbekende oor
zaak te zijn ontstaan.
NATIONALE VROUWENRAAD.
De algemeene vergadering van den
Nationalen Vrouwenraad werd
Woensdagmorgen te Groningen te
half tien geopend door de voorzit
ster, mevrouw A. E. van DorpVer
dam van 's-Gravenhage.
In haar openingsrede wijdde de
•voorzitster een enkel woord aan de
nagedachtenis van mejuffrouw P.
Heringa, de onlangs overleden di
rectrice van de kweekschool voor
onderwijzeressen, de mede-opricht
ster van de afdeeling Groningen van
den Vrouwenbond.
Daarna werden de verslagen der
aangesloten vereen i gin gen uitge
bracht. Uit hot. verslag van de ver-
eeniging De Vrouwenbond spreekt
een voortdurende bloei ondanks do
tegenkanting van velen Strikte neu
traliteit heeft de vcreeniging doen
besluiten zich af te scheiden van het
comité voor algemeen kiesrecht Zij
heeft zich aangesloten bij den We
reldbond voor Vrouwenkiesrecht
Het verslag van de Vereeniging tok
behartiging van de Belangen der
Vrouw deelt mede, dat de vereeni
ging zonder onderschatting van de
waarde der philantropie de belan
gen der vrouw tracht te behartigen
en staalkundige rechten voor da
vrouw tracht te veroveren en haar
kennis te vermeerderen. Het verslag
vertelt verdei- hoe de vereeniging
werkt. Ten opzichte van den arbeid
Feuilleton.
Een Verborgen Erfenis
(Naar het Engelse h.)
13)
Den volgenden morgen stond zij
vroeg op en wachtte vol verlangen
op de post, die, zooals zij gehoord
had. om half negen daar kwam.
Toen de dienstbode eindelijk aan
haar deur tikte en twee brieven
bracht, was zij zoo opgewonden, dat
zij ze haar bijna uit de hand rukte.
Een gevoel van hevige teleurstel
ling greep haai- aan, toen zij zag, dat
de eene van Nancy en de andere van
Cesar kwam. Anthony had niet ge
schreven, ofschoon hij toch haar brief
ontvangen moest, hebben. Zij begreep
er niets van en de overtuiging, dat er
iets ergs gebeurd moest zijn, beving
haar.
Zij begon de brieven te lezen.
Die van Cesar bevatte totaal geen
goed nieuws. Hij was te Londen aan
gekomen. maar hoe hij ook rondkeek,
het vooruitzicht was niet opwekkond.
Hij hoopte, dat Violet zich goed op
Ryeland zou kunnen schikken, en dat
tij waf. van Nancy en Anthony ge
hoord had.
De brief van Nancy was ook verre
van vroolijk, ofschoon zij alles wat
optimistischer opnam. Hun vader,
was woedend geweest op zijn kinde
ren, omdat zij uit eigen beweging
van het rijtuig gebruik hadden ge
maakt, en hij had verklaard, dat
geen hunner ooit weer zijn drempel
zou overschrijden.
„Als jij niet met Gesar meegegaan
was", zoo schreef Nancy verder, „dan
zou alles zich nog wel ten beste ge
keerd hebben, maar iru je stil bent
heengegaan, nu vrees ik, dat de breuk
tusschen jou en papa onherstelbaar
is, tenzij je belooft Anthony op te
geven. Mama is ook lieel erg teleur
gesteld over je verloving, zij had zoo
bijzonder veel verwachting van je
mooi gezichtje. Zij is vol droefheid
over jou en vergeet bijna, dat Cesar
ook voor goed weg is. Ik vrees, dat
het voor 't oogenblik beter is, dat je
lui geen van beiden terugkomt. Zend
je gesloten brieven in een couvert aan
Miss Wilkins, en sluit er alles bij in,
wat je van Cesar mocht ontvangen.
Het is mij verboden aan je te schrij
ven of brieven van je te ontvangen,
maar dat is natuurlijk belachelijk.
Schrijf dikwijls en vertel mij vooral
alles wat Anthony schrijft."
Beide brieven bevatten de waar
schuwing „Schrijf en vertel mij wat
Anthony zegt". En Anthony had niet
geschreven I
Den gehoelen dag wachtte zij vol
angstige spanning. Zij besloot dat het
beter was, maar in 't geheel niet uit
te gaan, er mocht eens een boodschap
komen, als zij afwezig was. Maar van
morgen werd het middag en van mid
dag avond en nog kwam er niets.
Christal vertoonde zich nog steeds
niet. Mr. Wickham liet zich evenmin
zien, en de stilte en eenzaamheid in
huis werd ondragelijk. Zij kon er niet
toe komen aan Nancy of Cesar te
schrijven en te bekennen, dat zij nog
niets van Anthony gehoord had. Zoo
ging de tijd langzaam voorbij, alsof
iedere minuut een uur was, totdat
eindelijk het uur voor heft diner was
aangebroken.
Tot haar verrassing was Mr. Wick
ham haar gezelschap aan tafel. Hij
zat reeds op zijn plaats, toen zij bin-
hënkwam, en begroette baar kortaf.
Zooals hij tevoren gezegd had, be
moeide hij zicli niet met de plichten
van gastheer, da. bottelier zorgde voor
alles. Violet, die zeer stil was en
weinig at, leek weinig meer op het
knappe, geestige meisje, dat enkele
dagen geleden Ryeland verlaten had.
Toen het maal bijna afgeloopen was
en de bottelier de kamer verlaten had.
trachtte Violet haar gedruktheid op
zij te zetten en te spreken. Ieder ge
zelschap was beter dan geen en zij
mocht Mr. Wickham wel.
Nichtje Christal wil niets met
mij te maken hebben, vertelde zij
hem. Ik heb haar niet gezien, sinds
ik hier kwam.
Zoo? zei hij vragend. U heeft
een zuster, nietwaar? Waarom komt
zij niet en blijft hier met u
O, het is erg genoeg, dat ik hier
moet zijn Ik voel zoo, dat het eigen
lijk onder een verkeerd voorwendsel
is. Ik ben hier niet gekomen zooals
Christal, om naar het geld van Oom
Peter Malincourt te zoeken, maar
eenvoudig zij wachtte even en
lachte toen omdat ik weggestuurd
ben en niet wist, waar ik heengaan
zou.
Zoo zei hij op denzelfden vra-
gend-p e in zen den toon.
Violet keek hem aandachtig aan,
om te zien hoe hij haai' mededeeling
opnam.
U denkt zeker, dat ik onder die
omstandigheden niet hier behoorde te
zijn? vroeg zij angstig.
Daar heb ik mij niet mee te be
moeien. Ik voer alleen de aanwijzin
gen van mijn pleegbroeder uit. Ieder
van de neven en nichten van Mr. Ma
lincourt heelft het recht om, het jaar
na zijn dood hier zoo lang te blijven
als zij of hij verkiest. Er zijn voor
allen vertrekken m orde gebracht,
wanneer zij verkiezen hier te komen.
Het verheugt mij, dat u er niets
tegen heeft, zei Violet verlicht. Ik ben
niet van plan naar het geld te zoe
ken. want ik zou niet het minste idéé
hebben, hoe ik dat moest aanleggen,
en ik hoopte, ik verwachtte
eigenlijk was ik zoo goed ais zeker,
dat ik vandaag een brief zou krij
gen.
Ik meende dat ik het dienstmeis
je vanmorgen bij uw deur gezien had
met een paar brieven.
Ja, ik kreeg er twee, een van
Cesar en een van Nancy, maar niet
den brief, dien ik verwachtte. Laatst
spraken wij over toovergoud, Mr.
Wickham. Ik dacht, dat ik het ware
gevonden had, maar het schijnt mij
weer te ontsnappen.
Zij keek den man tegenover zich
aan en ontmoette zijn bijna afgetrok
ken blik. Iets in zijn gelaat moedigde
haar aan voort te gaan.
Ik hoopte van mijn neef, Antho
ny Egerton te hooren; wij zijn van
plan te een of anderen tijd samen te
trouwen, en ik schreef hem op den
dag, dat ik hier kwam
Schreef u naar zijn eigen huis?
Ja.
Violet voelde haar hart sneller klop
pen,terwijl zij haar metgezel aankeek
die van tafel opstond.
Mr. Egerton is in Londen. Hij
ging daarheen den dag, nadat het
testament was voorgelezen.
Oriep Violet uit, haar handen
ineenklemmend. Dan is dat de reden
van het oponthoud. Maar mijn brief
kon toch worden opgezonden: en zelfs
als hij hem niet kreeg, dan kon hij
toch naar mijn tehuis schrijven Nan
cy zou zijn brieven aan mij doorstu
ren.
Mr. Wickham gaf geen antwoord.
Hij wandelde naar de deur.
Wacht even, riep zij uit, naar
hem toegaande. Kan u mij het adres
van Anthony in Londen zeggen Ik
moet daarheen schrijven. Mijn brief
mooht hem eens niet toegezonde*
zijn.
Mr. Wickham schreef een paar
woorden op en gaf ze haar.
Goedennacht, zei hij, én verliet
de kamer.
Violet besloot te wachten, om te
zien welk nieuws de morgen bracht,
vóór dat zij weer aan Anthony Eger
ton schreef.
Maar ten slotte schreef zij aan
Cesar en Nancy beiden, alles in do
kleinste bijzonderheden vertellend en
verzond de brieven. Toen dit atfgeloo-
pen was, had zij gelegenheid om zich
er over te verwonderen, dat Mr. Wick
ham zooveel van haar zaken afwist.
Hoe was het mogelijk, dat hij meer
van Anthony afwist dan zij zelf?
Den volgenden morgen bracht weer
eene teleurstelling. Dezen keer bracht
de post heelemaal geen briefmaar
onder het licht van hetgeen zij den
vorigen avond gehoord had. was de
schok niet zoo groot. Zij ontbeet haas
tig en ging toen zitten, om weer aan
Anthony te schrijven, naar het adres
in Londen. Toen die plicht volbracht
was, ging zij naar bulten en wandel
de in de richting van het bosch, waar
zij onlangs met Anthony gewandeld
had. Wondt vervolgd