BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD f 1.20 PER 3 MAANDEN 0F 10 CENT PER WEEK. Natuurhistorische Peufiletoss» De Wrekers Thomas Misdaad. 24ste Jaargang MAANDAG 5 NOVEMBER 1906 No. 7166 DE ZATERDAGAVOND HAARLEM'S DAGBLAD KOST ADMINISTRATIE GROOTE HOUTSTRAAT 55. DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6. IN HAARLEM'S DAGBLAD ZUN ADVERTENTIËN DOELTREFFEND. ONZE ANNONCES WORDEN OPGEMERKT. Wandelingen IN EN OM 'HAARLEM. cxxxv. (Bloed!... 'Aangename gedachte, zoo lang idit maar binnen de aderen van ons lichaam besloten 'blijft, zoolang het maar blijft kloppen op zijn ge wone manier, zoolang het maar aan wangen en handen die zoo gewensoh- te tint geeft, als teeken van gezond heid... 'Maar hoe wekt diezelfde vloei stof afkeer op, als ze uit neus of mond of -oor of wel zoo maar door onze huid naar buiten treedt. Afkeer, weerzin, neen, erger nog, ik ken tal va® personen, die op het zien van bloed bezwijmen; dan moet het toch wel sterk op ons gezichtsorgaan inwerken, daarop een prikkel uitoefe nen, groot genoeg, om ineens alle or ganen werkeloos te stellen. Hoe dat (bomt, wel dat ligt voor de hand. •t (Bloed is het levensvocht en als dit het lichaam verlaat, dan loopt het le ven gevaar, d<us vrees doet verder het overige. Welke zijn nu de functies van het Woed, dat het zoo tot levensvocht be stempeld wordt? (Laat eens zien. Onze 'ademhaling zorgt- voor den -aanvoer van versche lucht, en -wel voor de zuurstof. iZal het lichaam kunnen blij ven leven, dan mo-et er voortdurend verbranding in plaats grijpen en 'daarvoor is zuurstof noodig. Maar ook moet er brandstof jzijn om te ver branden. Welnu, die is reeds genoeg (hier en daar in 't lichaam aanwezig, maar spoedig zou er aan brandstof gebrek komen, zoo niet 'de voeding of icte spijsvertering; voor nieuwen aan- jvoer zorgde. En ihet bloed nu neemt in ide-lon gen die .aangevoerde zuurstof op en jvoert die overal door 't lichaam1, waar Idie wezen moet, en langs maag en 'darmkanaal neemt het het aangevoer de voedsel op en transporteert dat' ook naar alle levends deelen. Daar kan Idus, dank zij het bloed, voortdurend verbranding plaats grij- ipen en 'deze verbranding is noodig voor de noodigé warmte, voor-het ar beidsvermogen. enz. 'Het is er mede, als in een fabriek, waar de stoker maar voortdurend zorgt voor brand stof niet alleen, maar ook voor toe voer van lu-clht. -Dit -doet hij door 't openhouden der roosters. (Een derde belangrijk punt is de af voer der verbrandingsproducten. Laten we een9 een oogenbli-k veron derstellen, dat de schoorsteen, de af voerbuis van de verbrandings-produc- van onze kachel wat verstopt is. ïVat trekt 'die kachel dan slecht, wat ift ze weinig warmte, wat worden af en toe vergast op rook en smook ons vertrek. Ja, als er niets aan laan wordt gaat het vuur in onze tadhel u-i-t, want ook de toevoer is Joior de slechte afvoer ook belemmerd-. Ook voor het vervoer der ver-bran- h'ngsproducten is het bloed aangewe- Het brengt die dan naar verschil- en-de organen: longen, nieren, zweet- lieren, die wat meer aan de opiper- 'lakte liggen en verder voor 'den af- 'oer -zorgen.- Dat het bloed dus op zijn weg -door lichaam, (heel wat veranderingen Bdergaat behoeft ons niets te verwon- eren, en nog minder verwondert het ris thans, dat het zoo rusteloos moet oorstroomen en in het lichaam zelve loet blijven. Het pomptoestel, dat Uit (biet Engedsch, wan HEADON HILL. ihi zijÉ schik aan dit alüies- oordriinigefnidie oog te -kunnen ont- oappen, going Leslie naar zijn kamer, 'aar de detective scheen minder aast te hebben om naar, bed' te lan. Een verwikkeling, mompelde hij. ij heeft aan die duivelin van een iss Roumier zijn -geheim duur ver hit en hij houdt den prijs voor mij itborgenHoe krijg ik hem daar- t? Als mijnheer Marconi mij in aat stelt nog tijdig met de Id alia" kunnen spreken, misschien hou ik -U nog gelegenheiid over dlien amen "gen een riem onder hot hart te ste en, Quayne stond vroeg op, en na in ast ontheten- te hebben, liet hij 'ckthorne roepen, den ouden agent, iu hij naar Exm-outh meegenomen d, gaf hem een dik pak met papie- a en verhalen met de noódige in- ucfieis. Daarna, toen de agent ver- voortdurend hu voor het rondpersen zorg draagt is het hart; of wij slapen of waken, of we luieren of hard wer ken, steeds is dat hart in de weer en rusteloos werkt dat door van den vroegen morgen tot -den laten avond, van onze geboorte af tot aan onzen dood'. Zoo'n hart nu bestaat uit twee helften, een linker en een rechter helft. Laten we in onze gedachten eens even den- bloedstroom door het lichaam volgen; daar het één groote kringloop is kan 't eigenlijk niet sche len, waar we in onze gedachten be ginnen. (Beginnen we maar in de lin kerhelft, en wel in -die van de twee afdeelingen, die we nader aanduiden als kamer. ,(De andere wordt boezem genoemd). Daar ontvangt het bloed', dat zich in die kamer bevindt plotseling een krachtige-n stoot, doordat die dikke spierwanden van -die kamer zich sa mentrekken. Het mooi helderroode bloed wordt er uitgeperst en zoekt dus naar -openingen. Den weg naar den boezem sluit het zelf af door de daar- tussch-en geplaatste -klapvliezen te slui ten, nu is er maar een opening meer over, n.l. naar de lichaamsslagader. Met een krachtigen golf zwelt deze op en onderneemt het bloed den weg door 't -lichaam. iSteeds -verdeelt deze slagader zich, voorziet zich verder langs ons darm kanaal van nieuw voedsel, maar geeft tev-ens aan alle weefsels zuurstof en voedsel of en neemt meteen de ver- br a.n dingspro due-ten, in hoofdzaak water -en koolzuur op. Een direct ge volg -is hiervan de kleurverandering van het bloed. 't' -Is niet langer hel derrood, maar meer blauwachtig; het golvend kloppen, als gevolg van den (hartstoot wordt bij /elke nieuwe ver takking al -m-in-der en minder, de.wrij ving langs de wanden van al die fijne •haarbuisjes maakt dat het eindelijk rustig doorstroomt, terwijl de buizen zich telkens -en telkens weer veree nigen om z-iich weer naar het hart te rug te bewegen. Voordat het daar aankomt, krijgt het nog eenmaal wat voedsel' en stort zich dan in het hart ui-t -en wel in de/ andere, de rechter helft. Ook 'die is in tweeën verdeeks, een boezem en een kamer. In de eer ste van deze twee afdeelingen komt het aan, om' dadelijk in de -tweede te gaan als die het bloed weer wegge- stuwd heeft, ©ij -een volgend samen trekken is -het bloed-, dat wij gevolgd zijn, aan de beurt; de wanden van de ze kamer zijn niet zoo dik (vandaar dan ook dat het hart ©enigszins scheef is en aan -den linkerkant wat groo- ter), ide weg, die het bloed: af te leggen heeft, is dan ook lang zoo groot niet, het gaat door /een nieuwe slagader naar de iongen, waar het koolzuur verliest en meteen nieuwe zuurstof ontvangt, natuurlijk -nadat die slag ader zich weer in duizend -en nog eens duizend kleine huisjes heeft vertakt, die izi-ch weldra weer vereenigen om het bloed naar den -rechterboeze-m te rug te voeren, het voorportaal van ons -punt van uitgang. Bij onze kikvorsch nu is het hart en ook de bloedsomloop in hoofdzaak op dezelfde wijze ingericht. Het voor naamste verschil zit eohter hierin, dat -de bei-de kamers, die bij ons volko men gescheiden zijn, daar slechts één afdeeling vormen. Er grijpt dus da delijk -een vermenging plaats van het in -de longen gwuiverd-e bloed en het uit toet lichaam komende onzuivere bloed'. trok, ri'ep hij1 'toean terug Pec-kthorne, ga -als hlet u blieft eens zien op no. 16, de kamer van mijmlteer Armüage, en zeg hemof vraag hem uit mijn naam, of ge iets v-oor hem kunt doen Twee minuten later kwam Feck- th-orne terug. Mijnbeer Armiitage heeft zijn trteke- nliing betaald eni edn uur geleden bet hotel verlaten'. Quayne heat zich op -die lippen. 't Is goed!, zei hij, ina ©enige oogen-blikken. Bewaak die lieden- in Hiolroydstreet, ie(n stel me vanmiddag per telegram van -al hun bewegingen op de hoogte. Om twaalf uur te Pold- huMaar dk kan eerder tij ding heb ben Ik ga over Exeter. Laat me te Exet-er weten of zie nog hiea* zijn. Om dat Armitage vertrokken is, kan het zijn dat ze ook weggaan. Eenige minuten later zat Quayne ;h zijn trein, die hem naar het verste oostelijke punt van het koninkrijk bracht, en tamelijk ontevreden op zich zelf,, dat hij Leslie had laten ontglip pen. Hij wias er zeker van, dat diens voorgewende vrees slechts een sluier ■was om hem* te verblinden/, eu hij ge-1 loofde zelfs zoo weinig aan diens vlucht, diat hij zelfs de voorzorg niet genomen had om- Pecktboroe op den uitkijk te zetten. Bit verweet hij zich nu levendig. Wat te /dloen om die® misslag te her stellen Een dirèct gevolg hiervan is, dat de longen bloed ontvangen, dat (maar half onzuiver is, het werk van de lon gen behoeft dus lang zoo krachtig niet te zijn, terwijl de samenstelling •der longen zelve veel minder kan zijn. 'Het, bloed, dat naar 't lichaam gaat heeft veel minder zuurstof en kan dus o-o k veel minder afgeven, wat zoo als van zelf spreekt, in 't lichaam zelve minder verbranding ten gevolge heeft-, dus lagere temperatuur van het lichaam, een verklaring tevens voor het feit, dat de kikvorsch betiteld wordt als een koudbloedig dier. Waar minder verbranding is, is nok -minder brandstof noodig, dus de voeding kan bij dit dier voel minder zijn, ja zelfs 'een geheelen tijd ophouden, zonder dat het leven in gevaar komt. Geen wonder dus ook, dat de behoef te aan zuurstof bevredigd kan worden, wanneer het dier door de huid moet ademen. J. STURING. O -e n iH e e r v. L. te H. De door U bedoelde heester is de „Bloedroode Kornoelje," die in den winter altijd gemakkelijk te herkennen is aan de bloedrood gekleurde takken. D e n H ie e r K. te A. Lijmhanden of rupsenhanden 'zijn stro-oken papier, die men rondom de hoornen spant, om' daar de naar boven kruipende wijfjes van den wintervlinder op te vangen. IZe worden besmeerd met eene soort- lijm, die niet spoedig opdroogt. Deze wintervlinder komt in October uit den poptoestand te voorschijn, om dan eie ren te leggen aan de knoppen onzer vruchtboom-en. Daar de wijfjes vleu gelloos zijn, moeten ze die wel krui pende bereiken. ■Aan mej. Z. te O. Het behoeft U volstrekt niet te verwonderen, dat er nu reeds meikevers gevonden zijn. De in 't voorjaar door de meikevers gelegde eieren geven spoedig het aan zijn aan -jonge larven, -die al groeien de, spoedig als engerlingen te herken nen zijn. Lang duurt hare jeugd, wel drie jaar zetten ize onder den grond haar vernielingswerk voort, om tegen Ihe-t eind van -dien der-den, soms vierden zomer te verpoppen en hetzelfde -na jaar nog te veranderen in het volwas sen insect, dat in den grond blijft tot het volgende -voorjaar. Aan velen. Liefhebbers van mooie planten en mooie bloemen, in 't bijzonder van Orchideeën, traden we aan eens even een kijkje te nemen op .„Orcihidophilia" van den Heer J. H. van Vloten te Aerdenhout, -die op Zondag, Maandag en Dinsdag, 4, 5 en 6 November een tentoonstelling houd-t van bloeiende Orchideeën. (Geopend van 1-14 uur). J. 'STURING. Ees „vreemd" land. Hollandórs kunnen moeilijk raden, hoeveel vreiemd9 er in hun land ié zien is. Dat moet je eigenlijk van vreemden hooreni, die er geweest zijn. Voor velen schijnt ons lieve landje maar ©en ver vooruitgeschoven ne derzetting Eskimo's en vo.or -al die doorgereisde mensehen blijft liet min of meer beneden zijn waarde. Dikwijls wordt de beleefdheid en zelfverlooche ning -niet eens beseft of gegist, waar mede een Hollander zijn nationalen trots onderdrukt alleen om het reis genot te verhoogen van den man, die Terwijl zijn helder verstand met die vraag bezig w-as, berledkte de trein Exeter. Dadelijk begaf de detective zich naar 2/ -teQiegraaf, waar juist o-p 'dit mo ment een telegram van Peckthorne aankwam „De Amerikanen zijni nog ste'eds „in Hiolroydistreet. Geen der drie heelt ook maar bewijs gegeven „van te -willen heengaan." Dit scheen op het eerste gericht ge ruststellend, tenminste waren ze niet op vervolging van Leslie u-i-t. Maar weer in zijn wiaggon tetrug, en de zaak van alle kanten beschouwende, vond die detective het geval minder .gun stig. De werkloosheid van miss Rou mier en Co. kon -heel goed het gevolg zijn van een overeenkomst met Les lie overeenkomst die h-et dus niet noodzakelijk maakte -dat ze heengin gen. Maar per slot was het lot van de „Id-alia" vooreerst belangrijker dan dat van Leslie, en naarmate hij b/et doel zijner reis naderde, werd' Quiayne ongeduldiger. Tegen den- middag kwam hij aan het station Poldhuzonder een- oogenblik te verloe-zen nam hij een rijtuig, en de koetsier een goed drinkgeld belovende, liet hij zich snel naar het Marconi - bureau brengen, waarvan in de verte de reusachtige- mast zichtbaar was, in eeta vreemd land reist. Als bijdra ge tot vermakelijke aardrijkskunde mogen ©en paar passages dienst doen uit een reeks artikelen, verschenen m Juli 1905 van liet „Rozary Magazine" onder den titel vanDe oude wereld gezien door Amerikaans ch© oogen. Ons reisje -van Keulen naar Amster dam was zeer interessant. De streek was vruchtbaar en vlak. Bij het be reiken 'van Holland is die verandering zeer merkbaar. Het land is laag, dij ken en kanalen zijn talloos. Dat is 't algemeen gevolgd systeem om die moerassen tot bewoonbaar land te maken- en 't geschiedt met succès, want de oogst scheen overal veelbe lovend. Water is er overal en over vloedig, op zij van -den weg, in de hooivelden, naast de huizen en in do tuinen, op het gezicht afgaande zoudt ge meen en, dat Holland geen zeer gezonde iStreek kan zijn, want het wa ter is overal met vuil groen schuim bedekt. Toch werd ons verzekerd', dat het sterftecijfer zeer laag as. Het is een land van verrassingen. Wij hebben groote -zeilschepen lang zaam door de nergens ontbrekende kanalen zien gaan, op de -ouderwet- sche manier. Geen sleepboot, maar 'eenvoudig de oude bruine zeilen. Op een -afstand -zien ze er -uit als groote roofvogels met wijd uitgeslagen vleu gels, en gereed om een ongelukkige te verscheuren. Benevens de groote scherpen zijn er kleine vaartuigen van -allen vorm en kleur met allerlei producten bela den. Ook het hooi wordt in bootjes naar de schuren gebracht, -due op hoo- ger gelegen land daarvoor aangelegd zijn. Dat is nog n-iet het vreemdst ge zicht -in dit vreemd, wolkig land. Daar zijn andere -vreemdigheden, die het winnen. B.v. het ved wordt per boot naar de wei. gebracht em'teurggehaald, tegen een bepaalden prijs. De kleine boe ren sluiten- -daarvoor -een contract met den' openbaren transport-dienst. Dat maakt weer zooveel op de rekening, .want de mwte-ni twee maal daags een bootreisje maken. Lm den tijd, dat 'het w-ater hoog- -staat, moe ten de 'huisdieren zoowel als andere levende wezens een veilig verblijf vin den op de bovengedeelten en zolders Van d'e bo-erenhuilrioge®. De windmolens zijn zeer schilder achtig.. Ze worden benuttigd tot ver schillende doeleindenom w-ater uit te pompen, kóren, te malen, boter te kamen, enz. Ze breken idle eentonigheid van die grenzelooze, doodelijke nare effen heid!. De trein bracht ons1 ten laatste aan het perron binnen de stadsgrenzen. Amsterdam ds een vreemde stad, ge bouwd in halve maa-nsvorm't Is een ander Veruetië, zonder de kleuren liefelijkhedd van dat aan de Adri-ati- scbe Zee. Het is een wonderbare stad met haar ontzaglijk systeem van dij ken, die de gramstorige -zeie voortdu rend afweren, daar het zeópeil meer dere voeten hooger is dan d© s'trate-n. Het volk dis graag op straat en gaal goed gekleed-. Volgens het zeggen zou ieder kiind de edigen taal kunnen lezen er schrijven. Wij -bemerkten bij het vrouwelijk gedeelte der bevolking een ruwheid, die zeer onaangenaam was voor oog en oor. E-en van die grootste en schoonste katholieke kerken in. -de stad werd gebouwd door een Joodschetti bekeer ling. Ze diraagt den naam van Mozes 'en Aaron. D-e schilderij era en- het houtsnijwerk zijn prachtig. De alta ren zijn van goud en onyx, met heer lijke basreliëfs. De zitplaatsen zijn ge maakt van eikenhout uit het II. land dn met rijk fluweel overdekt. Het vreemdste aangaande die kerk ■is, dat ze voor een groot gedeelte be zocht en gesteund werd door Joden, waaronder maar- weinig Rahtolieken zijn. De -dracht dier boeren is een uit stapje naar Amsterdam waard. Het die op geheimzinnige wij'ze de gedach ten der metaschen over bergen en zeeën heenvoerde, zond-er -diat een 'zichtbare draad noodig was. Daar hij reeds gelegenheid had ge had om dour middel dier draadlooze telegraaf aan boord van een trans- latlantischen stoomer eten diamanten- d-Lef te dóen aanhouden; kende d'e di recteur hemhij werd met ontzag ont vangen en- onmiddellijk -in het bijizon- -dere kantoor -toegelaten. Hier is mijnheer Quayne, dien wij het geluk gehad hebben tel kun nen helpen, om die juweelkist van lady 'Onnathwoyte terug te krijgen; zei-dia hij aan dlèn -telegrafist. Hij wil zich thans in verbinding -stellen met het jacht „Malia", dat op onze kust kruiist zeker wel bonderdvijftig mijlen af stand. Laten we h-open, dat de boos doeners, indien ze er zijn; even spoe dig ingerekend zijn als de juweelen, voegde hij er tot dein detective bij. Er zijn ar zeker, 'antwoordde Quayne, maar ze zijn niet aan boord. Als ik u mijn boodschap dicteer, zult u begrijpen-, waar het om gaat. Zoudt ge als het u blieft da „Idalia" zonder dralen willen oproepen? De telegrafist zette zich diadelijkmet een glimlach .aan het werk: daarna het oog o-p bet ontvangtoestel gericht, wachtte hij den uitslag'. Een- -diepe stil te was er in het lokaalbuiten hoorde man slechts de melancholische gelui- j den van dien wind;, die in dien -mast en1 kostuum is wonderbaar van maaksel, bijzonder is diaar echt-er da haartooi der vrouwen. Aam het opmaken van het haar kan men- de vrouwen van een plaats of gewest onderscheiden. Een Hollandsch boerenmeisje draagt haar bruidschat op haar hoofd en fh haar ooren. Zilveren platen- zijn- op belt haar vastgedrukt, of ze met een operatie in het hoofd wanen vastge zet. Aan den buitenkant d-er huizen zijn spiegeltjes aangebracht, om de bewo ners te waarschuwieiu voor het nade ren van bezoek. Bo-ven de winkels zijn allerlei uithangborden, bekend aan de inwoners, maai' voor vreemden een diep geheim. Zoo zou geen1 Ameri kaan die ondersobeidingsteekenen van een barbierswinkel kunnen verkla ren. Daar is nog een curióuse /instelling, waarvan- ik spreken moet. Het is een verbeterhuis voor fa-milietucht. Jonge dames van nette of zelfs v-an voorna me familie worden -er heen- gezonden wegens onbehoorlijk gedrag of tekort komingen binnenshuis. Mannen stu ren er hun lastige vrouwen heen, om hier meer voie-gzame manier-eh télee- ren. Van den anderen kant kan een vrouw ook haar man wegens bewezen wangedrag daar laten opnemen-. Een petitie ns, naar ik vernam, inge diend -door een groot getal mannen, om die inrichting op te heffen, m-aar de wethouder vond beter niets -te ver anderen aan 'die oude gebruiken. De gevangenis moet op barbaar- sche manier zijn ingericht. Als d'e ar me gevangene geen hout wil zagen (dat schijnt er het diagelijks werk! dan wordt hij opgesloten in een cel, die -ondier water loo-pt, zoodat hij-hard moet pompen-, -als hij niet ver-drinken wil. Ik hoorde, dat die straf pas af geschaft werd. - De zoölogische tuin wordt druk be zocht. Op den kroningsdag van Ko ningin Wilhekaina moeten- er 20 dui zend! tonnen bier gebruikt zijn. De -kanalen van Amsterdam worden niet benutti-gidl voor personenvervoer. Dat is een groote teleurstelling voor vreemdelingen, maar het schijnt, dat de stank van het stilstaand water zóó groot is, dat niemand van een gondel- tochtje zou kunnen genieten. De fameuze Haag. Die plaats wordt beschou-wd -als een der aangenaamste in Holland, De winkels zijn er mooi, de straten breed en zindelijk -en afge zet ntet boomeu-. Den Haag is vol bloemtuinen, met den mooi-sten aan leg. Het is een -algemeen gezegde, dat Holland1 -een boom, een bloem en een vogel -heeft voor ieder bewoner. De kanalen zijn talrijk en versierd mep boomen en steenen kaden met- orna mentatie van boven. De stank is ver schrikkelijk. Hoe de menschen het uithouden, is een m-ysterie. Het voorbijgaan -alleen is onver draaglijk. Daarom reist -die schrijver direct -door naar Antwerpen. De reis van Den Haag naar Antwer pen gaat over eeni-gszi-ns golvend ter rein-, bediekt met villa's en bloemen tuinen. Duinen of zandheuvels loopen langs heel de kust. 't Zijn de eenige Iteuv-els in Holland, ze zijn opgewor pen -dloor den- wind. Het zeewater wordt door de duinen als door een filter gezuiverd ten zoet en drinkbaar, t Wordt in tonnen naar de verschil lende plaatsen gebracht en in putten bewaard1 voor /algemeen gebruik. Haarlem heeft een treurige geschie denis. Die is geschreven in bloed en oorlog en hongersnood. De geheale bevolking leeft van bollencultuur. De bloemen worden dagelijks het heele jaar door bij trein ladingen naar ai-Ie markten van Euro-pa gezonden. Fabel achtige prijzen worden- betaald, voor één bol soms duizend pond Jammer dat de schrijver na dat ge zicht op Haarlem's bloemvelden in eens nat ons vaderlandje ontsnapt. Hij w-as al zoo goed op de hoogte Niet Den 2den November 1875 bevond ik mij aan de kust -van Bretagne. Ik was op een rots gaan zitten en volgde met d'e oogen de zeilen op het water. Toen ik dón blik van de zee -afwendde, be merkte ik niet -ver van mij verwijderd een man, gekleed' als een visscher. Met een knie lag hij op dien grond en zijn elleboog rustte op de andere, zijn ge laat in zijn hand verborgen. De man bad en toen hij zijn g-ebed geëindigd had, maakte hij aen groot kruisteeken daarna maakte -hij ook een kruis over -die zed -en volgde toen het voet pad, dat naar de rots leidde, waa-r ik gezeten w-as. Gij hebt. voor de dooden gebeden, ,die de zee niet be-eft terug gegeven? -vroeg ik hem, toen -hij mij genaderd was.' De man keeik verschrikt op nu eerst bemerkte hij mij. J-a, mijnheer, zei hij daarna, voor al voor den ouden Thomas. Hij keek mij opnieuw aan. Gij zijt niet van deize streek, ge loof ik Gij kent dus de geschiedenis niet Hij aarzelde opnieuw en hernam Dó oude Thomas is dood, en in dien gij de -aalmoes van een gebed aanzijn -ziel wilt schenken, zal ik mijn tijd n-iet verloren hebbenIk word weldra zestig jaar, mijnheer; met mijn tiende jaar was ik reeds wees en werd toevertrouwd aan de zorgen 'mijmer grootouders, die in het dorp Penhara woonden, dat gij daaT ginds jkunt zien liggen. Mijn grootvader hield veel v-an mij, het w;as een brave, "dlappere zeeman, die in zijn sloep even goed als in-zijn huis woonde. Hij waa l.door iedereen bemind'-en men noemde 'hem deii"ouden Thomas. Ik werd zijn J trouwe metgezel, en samen- gingen wij j op de vtfechvangst, die in omiz© beschei- den behoefte voorzag. Het jaar 18... w-as echter verschrik kelijk, dd oogst was -geheel mislukt, en door het aanhoudend slechte weer Waren wij slechts zelden in -staat onze netten nit te werpen. De booten, die llzich in zee waagden, werden tegen die •rotsen verbrijzeld. De ellende werd I-groot, want de zee had ons tot nog !toe gevoed. Ik was toen nog in de zor- ],gelooze jaren, maar toch herinner ik iuij nog, honger geleden te hebben en mijn grootvader «dikwijls te hebben j.izien beven, -als wij om -den middag- 1 disch vereeni-gd zaten, onze borden voor de helft met water en oude aard appelen gevuld. Hij weende, als hij, mij aanzag, en de wanhoop stond' op zijn gelaat- te lezen. Ook grootmoeder weende, maar zij sloeg godvruchtig de oogen -ten hemel. Zoo gingen wij den winter in en' ionze geringe voorraad levensmiddelen geraakte geheel uitgeput. De zee was. nog -altijd in woede ontstoken, geen boot durfde er zich op wagen. Op zekeren dag was -er een schip in. zicht, de wind was plotseling omge slagen en het vaartuig was daardoor uit zijn koers geraakt. Het streed te gen -don istorm, om zioh van d^ klip pen verwijderd te houden, maar tel kens dreef de onstuimige zee -het vaar tuig naar de rotsen. Wij zagen de bemanning haar best do-en, om het schip van de kust verwijderd te -hou den, nu eens werden de zeilen gestre ken, -clan wieter geheschen. Tegen den avond bleef het in die na bijheid dier -kust zeilen-, wellicht ver wachtte het signalen om te weten, waar het de kust kon naderen en een toevluchtsoord vinden. Onze zeelieden waren aan het strand; te midden van hun ellende stelden zij nog belang in het lot dier onig-elukkigeu. De avond viel. Na liet sobere avond maal verliet grootvader het huis en ik begaf mij te bedi, maar sliep niet. Wel dra zag ik hem terugkeeretn-dk ver schrok hevig, nooit had -ik zoo'n som bere uitdrukking op het gelaat van' den -ouden Thomas gezi-en. Hij nam ijzeren draden blies. Tien minuten verliepen. Zijn. ze te ver weg. Is er te veel wand vroeg idle detective eendgiszins zenuwachtig. De directeur glimlachtemaar Quayne was erg ongerusthij moest geduld gebruiken-. Beproef het nog eens, verzocht hij. De vlugge vingers begonnein- op nieuw, de radiator werd ten tweeden male belast om -dón oproep over te brengen; -daarna richtten zich- d-e oogen weer op den ontvanger. Stilte. Quayne wachtte onbeweeglijk, maar zijn hoop w-as weg. Da telegrafist, zich tot zijn chef koe rende, schuddie zonder te spreken het hoofd. Gij moet een „afgedwaald1 be richt" ontvangen hebben, sprak de di recteur het jacht bevindt zich noen op den gezegden afstand), noch in dó buurt, aangenomen, diat het op liet water is. Quayne deed' een stap terugoeh koud zweet parelde op zijn voorhoofd. Naar alle waar.schijiiüijkiheid had de helsch-e machine, die tégen vier uur 's middags springen moest-, reedis haar werk gedaan. Ja, ja, de toestond ds heel ern stig, antwoordde hij op de vragen-, die hem werden gedaan. Maar ik he'o geen' seconde te verliezen, ik moet da delijk miet /dón trein terug Aan het station vond hij een nieuw telegram van zijn bediende, hem mei- diende, dat de 'lieden no. 47, Holiro-yd- «streiet nog niet veriaten haddieuu Maar wat kon hem dat scltelen De depêches, idle hij niet ontving, veront rustten hem meer. Ddenzelfdton mor gen hadi hij door- -tussclnenikomst van. Pêckthorne aan «alle havens van de oostelijke kust laten teüegirafeeren, om hem dadelijk de aankomst der „Ida lia" te melden. En niemand seinde een woord. Allen, evenals de marco- nigraaf, bewaarden een oriheislpel- leudi stilzwijgen-. XXXI. Ja, hij is nog altijd' daarzeidé Scorrier Voules, in antwoord o-p een vraag van Bertha Roumier. Hij heeft nog niet opgehouden- mot komen on gaan, ie® het huis in- het oog te hou den. Reeds «gedurende vele uren hadden de saanwerbo-n-dene® den ouden Peck thorne dn hun straat bemerkt, en ze begrepen «heel goed, diat zij bet voor werp van zijn opmerkzaamheid waren.- Maar terwijl ze -alten hierin overeen kwamen, dat ze ©en agent van Quayne in hem zagen, verschilden de meenin gen, met welk doel hij daar liep. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1906 | | pagina 9