Winter in de Bergen kamer, een achterkamer, deze twee gescheiden door ieen_ienkele of dub bele lalkoof, een Ovlein_zijvoorkamertje en een ^keuken, ziedaar, het meest voorkomende type van do woningen van een goeden werkman en den klei nen ambtenaar en neringdoende; ze is voor öiem die tusschen f 17b en f 3.50 aan huishuur kunnen besteden. Daar is meer Tucht, meer uitzicht, meer zonneschijn. Daar zijn woon- en felaap en kookvertrek gescheiden en ademt men, voorzoover dat in een etad, waar dagelijks honderden fabrieksschoor- steenen rooken en tallooze booten en locomotieven met hun zwarten walm de zonnestralen temperen, nog frls- sche lucht in huis. Maai- ook daar is maar al te dikwijls de speelplaats van het jonge kind binnen de kamerwan den begrensd. Moeder vertrouwt het niet, dat 't zijn kleine speelmaakertjes op straat zoekt. En terecht! Het gera tel der karren en wagens, 'dat in dui zendvoudige (herhaling 'davert over de stad, is geen moment in -rust, fiet sen bellen onophoudelijk heen en weer, automobielen, brandweer, elec- trische tram, evenveel gevaren, die den kleinen onvoorzichtige de jeugd'kan niet anders dan onvoorzich tig zijn met den dood bedreigen. En waar ©een (dienstmeisje of groote dochter groote dochter!? welke groote dodhter blijïTêr tegenwoordig nog in de 'huishouding'? de moeder in haar huïswerkzaamheden steunt, daar blijft er voor deze moeders ook al geen oogenblikje over, om haar 'kind wat meer vrijheid van beweging toe te staan. En hls moeder w-èl hulp heeft? Dan kan ze met haar kind gaan wandelen. Wandelen! Een jonge wil debras van vijf of zes jaar. Mee langs de straat aan leen (handje, als een Schoothondje aan een zijden koord. .Wij hebben onze plantsoenen, maar. op de paden blijven asjeblieft. Als de kleine het waagt, zich de vrijheid te veroorlovenvan losloopende honden en óók eens heerlijk in het gras wil gaan rollen, dan komt er onmiddellijk een boschwachter met een stok en een zuur 'geaidTfl aangestevend, om zijn heiligdom, een smetteloos plantsoen, te verdedigen 'en moeder trekt al gauw haar kinct~veer aan het handje met zich voort. Op straat is 'het natuurlijk nog erger. Het smalle trottoir is de ©enige plaats, waar (het kind, mits ■onder moeders oogen, een eindje af én toe op eigen beenen mag gaan. Doch nauwelijks stapt 'hij van den grijs-blauwen trottoirband af, of móe der .melt toe: de fietsen, de wagens, de tram, de brandweer! Er komt ge lukkig verbetering in dezen toestand. In epkele grootere plantsoenen zijn reeds 'gedeelten aan de spelende jeugd .afgestaan. De gemeente heeft er. zand laten brengen voor de kleintjes, groo tere grasvelden geresolveerd voor de groot eren. Deze laatste de grasvel den worden nu ingenomen meestal (door voetballende jongens. Dat ech- ■ter, bij zoon natuurgenot, ook de kin- ideren van den gewonen burgerman ■to gezondheid niet kunnen wedijve- ren met die van buiten, zal wel nie mand verwonderen Als de kinideren met hun vijfde of zesde levensjaar voor het eerst over den drempel 'van (het 'schoolgebouw treden, is het dan ook een groot aan tal van hen aan te zien, welk een ge brek aan zuurstof zij reeds hebben ge leden. Menig kwaaltje, dat bij goede frissdhe lucht in de kiem gestikt zou 'Zijn, heeft zich nu in het jonge li chaampje genesteld, nog onzichtbaar voor 'den leek vaak zich voor hem schuil houdend, om, wanneer het, oo-1 genblik daar is, het jonge mensch- tgebouwlje te ondergraven, izoo, da.t toet in moet storten of slechts ge-* schikt is, om een kommervol bestaan rond te sleepen. Sedert verscheidene jaren drongen daarom de onderwij zers hier ter stede aan op een oordeel kundig toezicht op de kinderen die op school komen, maar (het heeft lan gen tijd igeduurd, voor ze hun pogin gen met succès zagen bekroond. In het vorige jaar evenwel nam de ge meenteraad Ihet besluit, een proef te ««men, en 'deze maand is nu het in stituut „Schoolartsen" geïnstalleerd. -Voorloopig als proef. Een eigenaardi ge en onvermakelijke strijd ging er 'aan vooraf. Die strijd werd gevoerd in de Commissie van toezicht op het L. O., waarin specialiteiten van diverse plumage zitting .ihebben, en waarin twee artsen liet over het vraagstuk aan den stok kregen. Een van hen •ging zoo ver, een dikke brochure te schrijven, welke (hij in leen oplage van waarschijnlijk wèT2 a 3 duizend exem plaren aan de Amsterdamsche "auto riteiten en onderwijzers gratis toe zond. Het mocht 'hem niet baten hij was tegenstander de raad be sloot, op advies van de Commissie v. Toezicht, waarin hij het ook tegen •zijn tegenstander (had moeten afleg gen, tot'het nemen van een proef. Het toezicht zal nu tweeledig zijn: het is verdeeld in een hygiënisch en in een •geneeskundig deel. Het Hygiënisch toezicht is opgedra gen aan den Gemeentelijken Gezond heidsdienst, waartoe aan dezen dienst nog twee artsen zijn verbonden, d'at zal moeten toezien op het gebruik der stóhoollokalen (schoonhouden, ver warming, ventilatie, verlichting, enz.) en middelen moet beramen tot voor koming der verspreiding van besmet telijke ziekten onder de schoolkinde ren. Tn 't kórt zal dus dit toezicht er 2ooveel mogelijk Voor hebben te wa ken ,dat de plaats, waar het kind zijn tweede levensperiode slijten zal, zoo veel idoenlijk alle invloeden mist, waardoor de reeds verborgen ziekte kiemen tot verdere ontwikkeling zou den komen, of nieuwe kwalen het jon ge lichaam zouden veroveren. Hei geneeskundig toezicht behoort nu tot de competentie van den gemeentelij ken geneeskundigen dienst, waartoe aan dezen dienst een twaalftal school artsen zijn aangesteld, (Amsterdam telt een paar honderd openbare lagere scholen), (die tot taaie hebben gekre gen, erin do eerste plaats voor te wa ken, dat geen kinderen tot de school •worden toegelaten, die wegens licha melijk© gesteldheid of 'geestelijke ei genschappen gevolgen maar >al te vaak van genoten levensvreugd tus- schen de vier wanden van "h bedompt vertrek, soms ook van de „zonden der ouders" ongesdhikt zijn voor klas sikaal onderwijs, en in wier belang .hét verkieselijk te achten is, dat zij van den aanvang af worden opgeleid in (een voor (hen meer passende inrich ting ik volg hier de circulaire van den nieuwen wethouder aan de on derwijzers lover het desbetreffende punt op den voet. (Bedoeld worden (hier scholen voor achterlijke kinde ren). 'In «3e (tweede plaats is het Ge neeskundig toezicht ingesteld, om het onderwijzend personeel ten alle tijde van medische voorlichting te dienen in gevallen, waarbij het vermoeden rijst, dat een kind wegens lichamelij ke of (geestelijke afwijkingen, die voor iandere kinderen hinderlijk of gevaar lijk zijn of^het kind zelf voor onder wijs ongeschikt maken, van de school •moeten worden verwijderd; in de der de plaats, om te letten op al derge lijke afwijkingen bij de kinderen, wel ke op de resultaten van liet onder wijs een nad'eeligen invloed kunnen hebben, als adenoïde vegetaties ■men zal zich het brochuretje hierover van onzen vorigen premier herinne ren, cruggegraatsverkrommingk ge breken, van gezicht of gehoor, enz. Zoo (heeft Amsterdam dan nn look schoolartsen. Ik wil hopen, dat het tenminste van eenigen invloed mag zijn op de gelaatskleur van onze jeugd. (Groote-Stads-lucht kan door •den geneesheer wel niet worden ver wijderd de censor zou het hoog stens van het repertoire van den schouwburg kunnen schrappen, waar „Groote 'Stadslucht" tegenwoordig nog al eens wordt gespeeld tmaai de ervaren medicus zal menig vonkje kunnen ontdekken, dat nu nog smeult onder de asch, maar straks het wrak ke omhulsel' misschien zou verteren, doch 'nu door zijn medewerking zal kunnen woTden verstikt. Dat deze proefneming moge slagen. Nu nog even iheel iets anders. U p to date! zijn wij. De Amerikanen zijn ons in het reclamarmaken de baas, maar leerzame volgelingen, zijn we zeker. Bet „non1 plus ultra",, het „noch nicht dagewèsene" mochten we deze week aanschouwen. Al sedert langen tijd bestraalde de reclame ons op 't Rembrandtplein en den Dam des avonds uit een kunstig samenstel van hondenden electrische gloeilampjes, hoog Gn dé lucht. Nu heeft ook_een vernuftig rijwielhande laar de oogen maar boven getrokken, achter de Beurs. Daar staat nu, den geheelen dag, een luchtballon hoog-in-Jucht, waar onder, bij wijze van schuitje, een fietsband bengelt, om den mens elven te verkondigen, dat zijn fabrikaat nu toch waarlijk 'het allerbeste is. Des avonds wordt 'de ballon lekker weer „ingehaald", want zij verschilt hier in alleen van een rechtgeaarden lucht ballon, dat ze .aan een touwtje ligt, terwijl de .andere zich vroolijk op de vleugelen des gesanges naar de Gan ges mag laten drijven. Honderden voorbijgangers blijven nu even staan, werpen het hoofd in den nek, mompe len 'een opmerking en gaan vonder. Maar ik weet wel, dat 'ik daar geen banden voor mijn fiets koop, hoorde •ik een wijs boertje zeggen, diat van den kamt van het (Centraal- S-t at ion kwam, met zijn zwart fluweelen bood- schappenzak op den rug. „Die heele mooie luchtballon kunnen de koopers met elkaar betalen. Al die reclames is •toch maar dak. De fabrikant denkt er blijkbaar anders over... De correspondent dier „N. R. Grt. te Weemen schrijft van 5 Februari „Tot die voordleielen van Weemen hoort dat menntet naar Davos hoeft te gaan, om zich met wintersport te Ver maken, maar dla.t men er slechts naai den Sommering heeft te trekken, den belcenddn bergpas tusscbem Neder- Oostenrijk en Stiermarken. In 21/2 uur is men boven op den 900 mieters hoogeoi nek, een kleinig heid, of, zooals mdm hier zegt, een „Katzensprung", in dit groote land, waar 8 of 10 uur sporens iets heel ge woons is, Daariiéeu stro omen nu in de laatste jaren de sportlievende memschen uit clo groote stad vooral als er twee feestdagen zijn, zooals de jongste Zaterdag, die wegens Maria Lichtmis een heilige dag was. D© aan drang is dan. even groot als zomers. De Zuiderspoorwieg moet extra trei nen laten, loopen. om. de menschen met hum ski's en Rodels (sieedjes)' naar boven, te brengen, en voomiit.be>- stelilen viam kamers in een der drie groote hotels is noodzakelijk. Trou wens, welke „Grosstaidt" heeft zoo- iéits moois in de buurt, ads de Somme ring, die 's winters vol blanke sneeuw is en waar zuivere berglucht het stadsvuil en stof in d;e longen edn tijdje Tanig wegveegt. De Engelscden steken in de Kerst dagen over- hot Kanaalom vliegens- vlug naar Davos to rij dein tn daarbij heerlijke winterzon: blauwen hémel, sneeuwwitte bergen en berijpte hoo rnen van echt© winterpret te genie- een. Nu, wij hebben dit ndet hoódlig, wij hebben zoo iets naast do deur, en te ooi-dëeten naur die honderden menschien, dié van Zaterdag c*p Zon dag aaai hun lichaam een beurt wil len geven, zal fliat niet lang moer du- rm, of in de sportbladen zal do Som- mertng een vaste rubriek krijgen. Ben vast publiek is er al. Want hij kaai rekenen op die bevolking' ééarerr millioenstad, die gewoon is veel naar buiten 1d gaan. De liefde' voor de na- tuur, voor liet klauteren op de bergen, biet. maken van groote voettoeren zit de menschein an het bloed. Vroeger haalde men alleen des zo- 'm-eirs zijn hart op in de bergen; te genwoordig geschiledt 'dit ook des win ters. En deze winter met veel sneeuw as er bijzonder goéd voor. Aldus profiteerde ik ook van de feestdagen om dé noordsrlue speten op den sètnimering te gaan zien. Sinds de laatste jaren konten onderwijzers uit Noorwegen om de Werners met dé geheimen van de wintersport be leend te makeit- Hoever hunne teeiten- een 't, in die kunst- gebracht hébben., zou nu uit de wedstrijden moeten blijken, die op de hellingen en de bergen achter het mooie' hotel Erzher- zog"Johiamn waren uitgeschreven. Overal zag men heeren eat dames, jongens en meisjes zich op de blanke sneeuw oefenen, om op den dag var don wedstrijd met de „Bobstee 15du meters naar beneden te glijden, of van den Sornnienwemdsteintoerg ineen Rodel (steetje) 3000 meters naar bene den te vliegen De pret van heeren en -dames en hun gegil, toen tn dijen wedren de groote Bobslee met den stuurman voorop em met de vaart van .ccin sneltrein, de bochten nam, op ge.va.aa-. 'diat de minste verkeerde beweging het. voertuigje zou do.e-mtui- melen, is in hooge mat© aanstekelijk. De vrouwen warén er niet het. manst- fel opzij zagen er voor de gelegen- ■beid uit als Eskimo's, het hoofd, yn ©en witten kap, dito borstrok, slob kousen. Het Skeletourreninen is ook geen kleinigheid, en het maakt een indruk van waaghalzerij den man met zijn buik op het sleetje te zien liggen en zoo haar beneden te ko men. De weg was 1300 mëtetr lang en te lui, die eerst alls een zwarte stip hoog uit het bosch te voorschijn kwamen, om dan over een steil sneeuwveld h.un doei: te berdikem, schenen mij wel hakvC heiden te zijn. En als ik de meuschein op de Ski's zoo'n berg zie. afvliegen, of, waar het noodliig is, met. een vervaarlijken zet over ieen gat of een holten weg zie springen, dan wordt het mij duidelijk, hoe sport ©en midden-ding is tusschan spel an verstand, hoe lichaam en geest geoe fend worden en hoe noodzakelijk daarhij kracht, tegenwoordigheid van geiest en behendigheid zijn. Achter mijn hotel, waar door de; Sportclub de velschillende banen voor liet rodelen .en voor do ski's in orde gebracht waren, had men natuurlijk ook een speciaal nummer voor de dames gearrangeerd, die voor den prijs van een gouden medaille 3000 meters in eon stec-üje naar beneden moesten glijden. Aan liefhebsters geen gebrek en ook niet aan bólamigstelteu- r!en. die naar het hoornsignaal luis terden, dat als toeken va.n aankomst gegeven wierd. Eigenlijk was dit .niet eens nooldiig, want nauwelijks werden zij tusschen de dennen van den bosohsrand zicht baar, of die moedige w.ouwen suis-, den, juichend .en jubelend', in. vlie gende vaart naar beneidén. Soms tui melde er wel eens 'een in de zachte sneeuw en werd er een half onder be- graven, maar dit deed er niet toe. Want ide handigheid vei'ei.sch.t, om zioo'n dong met de beenen en dioor Ll- cliaamsliouding te besturen, als het pijlsnel over de krakend© sneeuw vliegt en ide opgeworpen sneeuw als een stofwolk liet lijf bedéktde kunst om die draaien te berekenen en met de voet-en te remmen, is niet gering, en do meisjes' die met een sierlijken bocht den eindpaal bereikten, wanen dan ook rood van inspanning on de oogen gloeidlen Van levenslust. Wat een fliimke mama's zullen die later worden -en hoeveel sterker zul len zij zijn dan. hare zusters, die te huis bekleen. En. aardig hoe goiedJ de winferkleedi'ng, 'dief wollen „Sweaters" (truien) -en dito mutsen, doen bij de door die sermrpe lucht -rood gewordlen koonen, bij den heldérdn hemel, de ernstige groene dennen en den be sneeuwd en grond. De vrooiijkheid en ongedwongeteieicldie in Holland'op 't ijs heersch'en en die 't land dan op zijn aardigst maken, Adn-den wij hier ook ieoi' zij kwamen bij de prijsudtdleé- ling in idle groote hal Aian liet hotel geheel tot haar recht. Komt er dian 's avonds nog een dansje bij met muziek of een- voor stel ling van een cabaret, dan willen de jongelui, trots d© vermoeienissen van den dag, Aian geen uitscheiden weten. Want d© wedsta-ijd .op dén Semme ring, waaraan door Veile g.asfcen van do date groote hotels was deelgeno men, wea-d idien volgenden dlag in hét stadje Mürzzuschlag voortgezet. De Ro-del post" of arpartij daarheen, doofl- liet laesneeuiwdle dal Anan deMürz, was prachtig en bijzonder vrooflijk, crnd'at do sportLievende heeren en da mes hunne sleetjes aam de aaren lié ten vastbinden of zie Ir op hunne sk'is lieten voorttrekken. Vooral het laat ste, -waarbij de enkels em d© liand- palmien het aan idle ar gelaonden touw moestem vasthouden en daardoor steeds gespannen waren, scheen mij bijzonder vermoeiend toe. Maar juist ilidt vallen- en andere klein© ongelukjes, die bij zoo'n gele genheid plaats hebben, behoort- even als bij het schaatsenrijden tot cte grap pige dingen, mats daarbij geen ar men of been en uit hlet 3M a-akem wa.t ook wefl. gebeurt. Tn Mürzzuschlag zou door beroeps- loopers een ski-wedloop vertoond wo-rden em daarna hét springen.. Ik zag ze van dietn S-tuhleck koanen, een berg van 1778 meters, zag ze voortglijden óver greppel en weg langs besneeuwde bossohon, tot zi,;j. diem ramd bereikten en toiem' met uitgesttekte ar men naar beneden vlogen., om, even- aUs de schaatsenrijders, hun vaarten een sterlijken boog, of zooals het eigenlijk 'heet, een ToJemalrk te ein digen. Achter de mooie prote&tantsche kerk, waarvoor Rose^er door lezin gen zooveel he' .ft bi i gedragen-, zag ik dé rnenschén voor het edrst met de ski's sprtngen, éen allervreemdst ge zicht, en al waren het ook geen. sprongen A\an 40 meters, zoo als in Skanddna.vië, toch scheen mij die oef fening ook zoo reeids zeer waaghalzlg. Maar hét blijft iets indrukwekkend-s zoo'n man vliegensvlug over --do sneeirw naaa- b'en/edSeai te zien glijden en het verschil im terrein, door eem koénen sprong' te zien. overwinnen. Eaa 's avonds weer een amdea- too- neeieem van plechtige stilte. Do maan, haar licht gietende oVer dé besneeuwde hoornen en toppen en d© witte helling in een zee. -Vaan zilver doopearde. Daarbij de zuivere. Alpen- lucht, koud, maar toch niet kil, eaa vrij van stof, 'dé plechfiighéiid i.n de matuur en van de smeeuAvhergem, die ah ei'nstigc waoiliten's om ons heen stoaai, In één woord een weelde, waarop Weenen, trotsch mag zijn." 'n GARDE-CHAMPëTRE IN DEN VLEUTENSCHEN POLDER. De Vléu-temsche coiTéspondent van T „Hbld." sdhriift In onBen, poldc-r kken we rustig. Er zijn .géien moordienaars, geen oplich ters, geeai kabaalmakende dronkaards langs den weg en geen voorhijganget-s m.O'lesteeirenjd.e straatjongens. We gooien, élkaairs ruiten niet. in, we eer biedigen het erf van onzem buurman, we maken, geen ruzie, want we héb ben éükanider lief. Onze ©en.ige politie man ,is 'n mam des vnedes. In .groot tenue is hij 'n gewapend .symbool des vredes. Maar je ziet 'm weinig met sabel of Mm waai-voior ook? en bij haalt 't schoolgeld op. Hij draagt ook de peilstok, als 't dinjgmiet, anders heet, wanneer er schouw is op de wetering ©n bij gctegenheid sluU ie 'n, dakloozen lanclloopëa- in den to-" icu en brengt hieni notr koffie em écu boterham bovendienOok veaa-icht hij nu en idlan nog andere Werlizaamhé- dteri'. Onze véüidjwtachtéir kan zeggen,, dot ic 'n prins .'is in Arcadië. 7x<lfs is die eéne veldwachter nog te \'eel voor onlzle gem.eent© ear daarom dieieJien we 'm broédierlijk roet het naburige Haarzualens. Haa.rzuil.ons en Vleuten staan ondier één bnrgemeesteir ©m vA-or- den bewaakt dioor ééa Aield-wachtoi'. Deedeao, doen, we 'm eigenlijk niét. On- 7..' veldwachter is een. em onverdeeld, 't Is juister te zeggen, dait idle gerneem te Haa.raiilens aam.déél en in onzen veüd\va.chit«r hoeft elm daarvoor het récht .heeft op 'n gedoefl.t© dor werk- zaamhedéin Aia.il' onizen heielen a«e«l«T- wachlter. Mot kennis bijvoiorbeéid en bij nog ©enige andbire gelegenh.odein begeeft ie zich daa.rh.eien. Dat i,s aio!-- doOnd'e, Avarnt do Haarzuiléhaairs zijn net als wij ord'c-iliike mfeamschém. We krjjigém. ech-i -r 1 omgza/mierhiand gi-ootschipopschie mengingen in dem pol-' tier. We kunnen nog wel niet teder 'o eigen! burgemóesfer h.efl>ben, dloch in iedic.ro gemeefnte 'n oi.gpin a'é'ldwacli ter, dat is in die tAvimtigste eouAv al we*tr 't mimstet, wat je döem kunt. B. em W. van Haarzudléiius beg-öu- n«n er dus oVer te demken 'n eigen voldwaohter aan te stellen. Vleuten zou zijn Hermandad vijftig gulden mjeient geven, want die' raam kon er. toch' niét het. loodie bij leggen, en Haarzuilens zou eéms diiep in den zak taston voor 'n eigen manaiietje. Doodeé/nvoudige Zaak. Maar zóó c-éiia'-oudiig was 'tnu niet. 'n Gowone veldwachiteir, zooafls do onze, nu ja, die was gemakkelijk genoeg te krij gen, doch 't moest iets aparts zijn. Iets moderns. Ha,ar zuil cms heeft in. 't seizoen we hebben óók „our sea son", wat dacht ge? 'n zeer mon daine, zeer cosmopollete en dus zeer polyglotte bevolking. In dé zomer avonden is 't. I-Iuis tór Ha-ar bewoond, on die- monschon spreken, allo talon mot hun gasten', die Aian. allo oorden der aardie komen. Wij polder-bewoners 7.ijn van. mature eentalig. Br zijn >n dén polder memschien, -diie de modern© taliën machtig zijn, zelfs hebben we raadsleden die Fr.ansch spreken, doch dat zijn uitzonderingen. Voor den pol- eter in 't algemeen is dus 'n gewon© eentalige veldwachter a'oldoemde. Maar B. en W. A-aai Haarzuilens oor deelden, dat de nieuwe a-eldwachte.r Fra.nsch moest kunnen spreken, met biet oog op 't kastoefl. Niet dat di© k astee 1 menschen de geAvoonte hebben om den amdea-en dag- in handen van den veldAvach'teir te) valteinJHe'ele-maa.l niet. 't Zijn óók brave menschen. Het zou echter netjes zijn als de Veld wachter niet altijd mot 'n mond' vol tonden behoefde, te stajam, wanneea- hij soms ems 'n boodschap op t kas teel had. Dan kon-ie mot den heer zelf spreken en was ndlei zoo afhankélijk vaai 'n tolk, die je bovendien in don polder maar ndet zoo a'oor 't oprapen hebt. De Gomleenteraad vond het goéd, de twee Fransch sprekende loden, -Ie eentalige leden en ook do ©emitetter- giiepi'ge ledieai. Ze voeldéaa, blijkbaar allen, dat je in 't klein moet beginnen om wat groots tot stand te brengen. Amsterdam is 'n Avegeldlstad en was toch eens 'n gehucht van Adsschers. M:aarom zou onze polder ook niet 'n Avereldpolder kunnen worden, m;et n gardeschnmpêtre -als' wegwijzer naar 't ideaal Stel je eens voor: hij zou'tschoolgeld al vast in 't Framsch kunnen ophalen e-n de poldjerbewonérs, die nu togen d-en veldwachter ze<ggen „daag" of „mooi weert te", zou én tegen hèm, den garde-charmpêtro, wel moetein zegren '..beizoior mes'eu". Sommigen kunnen dat nu al zeggen, doch er ontbreekt nog 'n lcleinighéi d aan de uitspraak. Helaas, 't Werelduoflder-id'eiaa.l za.l moeilijk te bereiken zijn. De garde- champëtro is voorloonte tén,minste a,l We)er Apan dé baan. 'n Tweetalige vcld- Avachtér Avas duur on or was géén huis om 'm in te laten wpnon. B. on W. namen toon het liéfle veldlwachiersvoorstei maar wéér te rug. Heeleimaa.1 geen véldavachter dus. Er waren er echter in ddn Haarzui- lensohen Gemeenteraad, die luet Avnt mal vonden eerst-te besluiten 'nga.rdé- champêtre aan to stellen, om dan eindelijk nnet eens 'n veldwachter te be noemen. Misschien komt er nu toch nog wel wat van., als en- maar eerst eens 'n huis gebouwd wordt. Voorloopig gaat de Vteutensch© po litieman weer op aandeden. UIT HET SCHEVENINGSCHE VISSCHERSLEVEN. 't Is de keurbende der vissdhers, die 's Winters de Noordzee bevaart om den hongerenden naar vischspijs d-e ka beljauw, sdhelviscih- en tarbot te gaan halen met, groot gevaar voor eigen le ven, met buitengewone vermoeienis va.n lichaam, in "Koude en gebrek. Want als de Oostenwind, die onze vaaTten stollen doet, de ooren bijna af snijdt en IdooTdringt tot merg en been, staan 'de vissdheTS op het kleine scheepje in donkere nachten slechts door een tweeduiims plankje van de eeuwigdieid gescfliëiden. En ais na dagen zvvervens de vangst verkocht is en de besomming ver deeld, dan nog komt het vaak voor, dat Ihet naar huis gaan even zorgelijk was als het heengaan, want de 'kost, is niet verdiend ivoor het gezin, dat hunkert naar vaders komst. Daif.heeft de reeder oveneens eleeïhté zaak gemaakt en veel verlies geleden en daarom is het, dat zoovele schepen 's winters „afgesneden" liggen en tal looze visschers slenteren in het dorp, allerlei karweitjes verrichtende en maar hopend weer op het voorjaar wanneer de Adoot zich opmaakt om uit te gaan ter haringvangst.. De enkele reeders, die hun volk ,aan den gang 'houden door de uitoefening der win ter vussoherij, zien hun onderneimiings- geest slecht beloond en 't zijn hoofd zakelijk stoom trawlers en de beugers uit Pernis en .Middelhamis, tzij het ook vooral voor laatstgenoemden, met onbevredigend resultaat welke de wintervisscherij nog aandurven. Enkele loggens probeeren Ihet ook •nog .met de tnawl-vissdherij en maken reisjes van 6—13 dagen met afwisse lend geluk. Doch er was er nu een die veel lan ger wegbleef, waar fin en niets van hoorde, en w.aarov-er men zich ernstig •ongerust 'miaiakte. Reeds 20 dagen geleden Avas het schip uitgegaan, bemand imet Sche- veningers en nog; (altijd1 vernam men •niets Denkt u den .angst der betrekkin gen, de lange dagen van wachten en hopen en vreezen! Zaterdagmiddag .krengt de trein van Haarlem onder de vele passagiers die in Den Haag uitstappen, eenige mannen .met blauwe truien, harige jekkers en kleine ipetjes, met in sehotsch-bonite zakken gepakte uitrus tingsstukken. Ze kwamen pas van zee en zagen er mismoedig uit. Een -jongen -van een jaar of zestien is de eerste die de controle door is. Wel jo? was 't koud op de Noordzee? Een bietsje, meneer. Wanneer ben je binnengekomen? Vanmiddag 'om 3 uur en nou gaen we naer 'uis toe tot 'Maendagochtend vroeg. .Hoe (heet je schip? Dat weet ik iet... .hoe ihiet ie ok? De „Nico en flDdrk"? O ja! Hoe lang -ben je weg geweest? V.ierd' halve week, meneer. Zoo, .en hoe was de vissc.her.ij? Slecht imeneer, niks als tegenspoed, dagen lang niet kennen visschen van stormweer dat we alleen op de kleine fok „bij de wiind" zeilden. Dan kan je je gemak hou'en zeker, nietwaar? Wel neenik, dan staen avo allemael an dek, dan Willen we weten wat er gebeurt. En kreeg je veel water over? Verscheiden buizen, die je sliknat gooiden, en dia.n 'la.et je dat maer in 't Oostenwindje opdrogen. •To meneer, valfrde Oudere er op in, die- jongen ken er beter tegen a-s ik, want ik eb 't kwaed 'ad met de kou. Nou, imaar nou ga je naar moeder de vrouw en is alles weer vergeten? Zegt 'dat maer, meneer, -maer Ave gaen met leege handen. Zoo? Was de reds 'zoo sledht? Ja, 't was bedroefd, we besomden 120. En w.as je idaar vierd'halve week voor weg? en wat heb jij daar nu van verdiend? Mijn portie is f 4.50 aroor de ï-eis en daer mot nou nog twie gulden spoor- geld af. Ja, roept de jongen, ik heb net voor een kwartsje die reis gémaek't, f 2.25 verdiend en twie gulden spoorgeld er of; nee 'oor, da's niks 'edaen! •En haastig gingen -ze naar de tram die hen brengen zou naar hun huis. Nog eenige oogenhlikken zag ik hen na, .en lang nog dacht ik aan dien jon- geu, die varen ging a-oor niets. <N. Ct.) HET EINDE VAN DEN RADJA VAN GOA. Van de achtervolging van den radja, vaini Goa geeft het „Soerah. HacrwMs- biafd" de volgende beschrijving „Do troep bleief doorspeuren en in den loop a'an den 24ste.n December liep rnien een inlander tegen h'et lijf die, dioor Christoffel persoonlijk on- dervraagd, heim Aérteldo, dat de radja te Booloe Waroë zat. Dit punt werd nu het doel van den tocht. Maar vrelk een weer was h'etHet regende voort durend, de wég was geacciden teerd en giibberig, het ging ravijn- m ravijn uit, aldoor over terreinen van die heerlijke Colebes-formotio (Cele bes mélange) klei ear steen. Slechts met een Idem deel van zijn geslonken brigades bereikte de onAétrmoeide aanvoerder Boeloe Waroë; de radja was natuurlijk al weer wég, maar hij as-as' er kort te a'oron werkelijk ge weest. De inlander, die den weg ge wezen had, AToeg heen te gaan. Een 'anldére inlander, op het a*eld opgewat (niet in dé kampong dus) Werd ge prest om verrder den weg te Avijzen. En toen al maar door av'eer vooruit. De trein bleef achter. Da.t was min- didr. Voortsteeds a-oort. Daar kwam men aan een. ladiang- huisje de radja, was er geweesthij had er gekookt, het vuur was nog aan. Aldoor Aveer Vooruit, weer of geen weer. De nacht viel 'in. De -regen viel in \dagen striemend neer. Mad- jo'öcomimiandeerde Christoffel. Het werd drie uur. Daar zagen de voorste marechaus sees cienige hutten. Een er va.n was hel verlicht. Zou daar de radja zijn? Langzaam slopen de a-ervolgers na der. Daar zag ChristofM twee man nen op de trap zfijttenenkel© passen vendor stonden een dozijn •mannen hardop te delibereer en. Eén toeken van den commandant ieh de maire- ohaussees. sprongen naar voren ChristofM Stond bij dén radja Daar wa>s don het gi-ooto oagenblik. dooa- den radja met. groot© vreeze ge vreesd, door 'dei onzen met zoo innig verlangen varbeid1. Luide riop Clms- toffel dlten vorst en .dén zijnen to©niet te vn-cazenihun zou geen leed! ge schieden. Of dé ATeeB' er te sterk in zat, of dat men den officier niét geloofde de geboete troep stoof uiteien, weg inde duisternis. De> afgrond vlak in de na bij beid Avas in den zwarteto nacht on zichtbaar; de ongélulckiige radja ©n zijn zoouv Datoe Soeppa en zeven vol- gel!ngen Lagen -enkele seconden na. do woorden van Ghrristoffel Aérplet- terd op den bodetm A-an den zes hon derd meter diepen afgrond Do s-udk©rm akers moeten in den naclit sluipen, dei-wijze de wanden va,n bet ravijn onderzocht en daarbij hét lijk van den vorst gevonden heli- ben, Avnnt de gouverneur, die zich to&A'aüldg te Paree Paree ojphiéiM', wist eerder dan Chilstoffel v/aar het lijk moest liggen. De Sidenreawers luidden hef. aan dieai c-iAiol gezaghebber Mul ler -en 'dieze had het weer aan den gou verneur médégedeeld. De tolk Bams©, di© bij Baro'epoe zul ke buitengewone diensten bewezen had, werd' met Muller en. enkele in- landsclnei hoofdeai, die allen dep radja gekend iraddlen, naar het ravijn ge zonden om 'hem te herkennen. Het uerd t.ijd, Ava.nt idé dood© lag cr al A-ier dagen. Van Paree Pa.re© daar heen was 5 uur loopen. Het lijk werd gevon-dtm in oen gat van een uitste kend gedeelte van den navijiiwanid lag met do beenen geklemd tusschen steenou, met het hoofd naar beneden; ah de dood© niet wus blijven haken, zou hij diéper in 'het gat zijn gevallen en n immer zou eiesn sterveling gewe ten hebben, hoe en wat er van dein. radja geworden was. De. hemel weet cd dan -dé jacht -op dein radja niet zou zijn voortgezet." BRIEVENVERVOER LANGS ELECTRISCH'EN WEG. Door het dag-elij-ksdh beistuur rail Berlijn is besloten, onide«r zekere Voor- waaiden. goedkeuring te verleen en voor den aanleg van een electrische innldhtilig tot a-dCvoer d'elr boüeven- l>ost van liet Potsdammer Station naar heit. hoofdpostkantoor in de Spandauer-Heiligegeeststraat. De tun nels voor de locomotievien. en wag gons komen boven elkaar te liggen en moeten weggeruimd .wordfen, Avan- neen- ze stedelijke inrichtingen sn den weg komen-, zooals gas- en watetrlei- di.nig,) rioolstelsel, tramaanleg enz. Aan den Gemeenteraad wordt a-oor- gesteld de concessie Voor 90 jaar te verlieenen. Voldoet de zaak, dan komen er, be halve deize tunnel van 3.6 kilometer lengte, nog andere tunnels samen A'an 13 kilometer. EEN 'GESCHIEDENIS VAN EEN VE TERAAN EN HET PLANTENRIJK. Een van de Californische reuzenboo- men, de Wellington!a~~gigantea is de zer dagen geveld en bij dat werk bleek het een exemplaar te zijn van meer dan twee duizend jaar oud. Niet alleen veel stormen, maar het vuur had hem ook dikwijls will-en vernie tigen, zooals >het onderzoek aantoon de. •De -boom was zwaar door het vuur aangetast aan ©ene zijde, tien meter hoog en zes meter in omtrek, in het jaar 1797 en langer dan oen eeuw is noodig geweest om deze diep geslagen „wonde" te herstellen. Volgens de jaarringen is deze reus in 271 voor 'Christus geboren en 'had de eerste brand aan zijn body plaats in het jaar 245 van onze jaartelling, zoodat dé boom toen in zijn 517en jaar was. De brandwonde had een doorsnede van een meter en honderd en vijf jaren waren noodig om1 de sta.m weer onder normale omstandig heden te brengen. Ruim een ©etuw ging daarna vooi-' onze reus kalm en zonder stoornis voorbij toen in 1167 de reus wederom een strijd tegen het vuur te voeren had. Twee groote brandwonden wa ren het gevolg. Nog eens in 1580 toen de veteraan 1851 zomers achter zich had, trachtte het Amur Ihem te vernielen, maar •bracht hem alleen ©en- brandwonde toe van 60 c.M. in doorsnede. 56 jaren waren noodig om die brandplek on zichtbaar te maken. Ten slotte had hij erg te lijden van -den Jrrand in 1797. ~%en ziet liet: ook boomen weten te A-ertellen wa.t er in hun leven ge beurd is, al -schrijven zij niet alles op IIOE EEN MILLIARDAIR ZICH WREEKT. In Monte-Carlo vormt het nieuwe Casino 't gesprek van den dag. Het ge bouw, idat thans reeds meer dan 4 militoen francs Afarslonden heeft, dankt zijn bestaan aan de volgende gebeurtenis Ongeveer een jaar geleden hield voor 't Casino 'n auto stil. De eige naar stapte uit on betrad de vestibule van de speelbank, waar 'die -portier hem a-ertelde, dot (hij deze „heilige hall©" in auto-kostuum, niet betreden mocht. De automobilist gilde één der meest bekende Amerikaansche na men, en 'haalde tevens zijn goed ge vulde portefeuille voor den dag. Het hielp niet," de poorten bleven geslo ten. Vloekend en schreeuwend verliet de dollarvorst 't Casino. In zijn eerste woede wou hij Casino, 'Monte-Carlo, Monaco en de geh:eele_Riviera... op koop en. „What is the price?"' klonk het woedend, maiar 't bleek, dat 't speelgoed niet te Koop was. Dan maar 'n andere manier probee ren. ,,Als men -mij daar niet ontvan gen vul, zal ik eenvoudig mijn eigen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1907 | | pagina 12