BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD
FEUILLETON
)M MILLIOENEM
Eene Verras?ing
24e Jaargang
MAANDAG 3 JUNI 1907
No. 7340
DE ZATERDAGAVOND
HAARLEM'S DAGBLAD KOST
f 120 PER 3 MAANDEN
SF É0 CENT PER WEEK,
ADMINISTRATIE QROOTE HOUTSTRAAT 55.
DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6.
IN HAARLEM'S DAGBLAD ZIJN
ADVERTENTIËN DOELTREFFEND,
ONZE ANNONCES
WORDEN OPGEMERKT.
ubrisk voor Vrouwen
Moderne hoeden. Garnee-
ringen, Kapsels.
Vian de veile nïodellendie er in de
aderne zomerhoeden gebracht wor-
>n, is liet y,iM;olflm,odiei", met naar
pden geslagen rand, het overheer-
hende. Gelukkig kunnen wie die
uze niet noemen; daar dit model dte
!ijWen!hiar>mioniiei schaadt en weinig'
acieus is. H)et valt dan ook moeilijk
zeggen of id!e®e nouveauté zich lan-
a tijid! zal weten te handhaven en
die zich niet elk seizoen d'e kosten
nieuiwe hoeden kunnen veroorlo-
doen vooTaicöiWger d:e kleine ano-
,en met hoog opgeslagen rand te
;en; welke vooral op een goed ver
fde coiffure zéér chic kietelden.
Als wiji dit onderwerp Meermalen
r sprake (brengen, is het omidat er
tijd iéts nieuws van te vertellen
tlt; want niet alleen (bréngt men
lortdurend nieuw© modellen., maar
wijze om' ze te garmeeren varieert
het oneindige.
rouwen van snuaak gaan met het
neer en barer h.oeden met de na
ar te rade en zuilen de bloemen- en
udbtien van dien dag al;s versiering
epassen; ze' zullen deithnlv© niet de
at beigaan om een voorjaarshoed
iet na.jaansvruch,ten of een izoxruer-
led met najaai'Sbloemèn te garnee-
Ied&reen kan zich hiervoor tot
ikere hoogte in acht nemen. Bloe-
en hebben oiver het algemeen veel
m de zonnestralen en bet stof te
lien, zooidat men verplicht is, ze-
eermalen gedurende een seizoen te
>rnieuwen; het konnt er dan slechts
aan niet in Iberfhalinig t'e treden.
M'en garneert dit jaar buitengewoon
iel li'nt op de hoeden, die bij wijze
m draper! ën, of kleine dicht op el-
inder vallende lussen worden toe-
ipasi.
De klobmodellen worden vaak_met
in_iguirlalT)de van lintlussen en groo-
hiSbearveeren of kostbare struisvDe
in verStend'; teTwljl anderen met
oemien en lint en wieken in de kleri-
van het stroo; want zoowel als
en struisvoeren in twee Meuren verft
zulks ook op de wieken toegepast.
Set succes van de hoeden, hangt
er veel af van het kapsel waarop
gedragen Worden; terwijl men met
keuze' van zijn coiffure zéér voor-
moet zijn, alleen aan (haar
aan de nOodige zelfkennis goeden
<a/K paren zal het gelukken te- de-
opziohte een harmonisch geheel1
bereiken.
kan nielt zeggen, ik neem deze
gene coiffure, wijl ze modern is,
men moet het moderne in over
stemming met d'eh vorm en de
r Van het gelaat weten te hren-
wfant niet alls en heit moderne,
ih ook de modekleuren kunnen
ir sommiilge vrouwen het tegenover
stelde van flatteus zijn.
De élélgante Plarisiennes, makeai
zich te dien opzichte zeer gemak-
ijk, daar ze voor niets terug dein-
i als het er op aan komt, haar toi-
te volmaken.-
He Parijs reiken hoedenmiodisten
kapper© elkaar de hand; en- wel
dat, (Wanneer de eerste bruin als
deOdeur d'ecreteert, de laatste reeds
middel bij de hand heeft om d'e
^n in de veredschte nuance te
ven!
(Naar het Duifcsch van Balduin
Möllhausen),
'0)
Men heeft niet onderzocht, zeido
h hem.
Sr volgde' een korte beraadslaging,
it vermoeden kwam bij Raimund
dlat die vreemde mianuen hem
iinltrouwden, vreesden, dfat hij op
t oratiete© oogenblik uiit zucht naar
Tbehoud niet voor verraad zo-u terug
ïnzen.
lij wist in elk geval, dat hij Omringd
as van menlscluen, Van wier fana-
nie het. ergste te vreezen. wa.s. Maar
1 zou de laatste wezen zich tot eene
bezonnenheid te laten verleiden, diie
tlfour in het verderf zou kunnen
faten. Wat ier ook gebeuren mocht,
j was besloten met hom te vluchten
I [ta vallen.
HEiiirwMijk gingen die vrileiniden. één
ei' één a.cniter elka.ar het 'sm'alle
uigetje dioor; ratten hadden biet niet
iller kunnen dben. Vlak bij d'e uit
ingsdeur bleven zij (staan.
Duidelijk konden' zij d'e bewegingen
in den schildwacht onderfschei-
h-
Hoeder(die op ïio'oge bandeaux
rusten, -welke door dikke 'bouffen tule
of lint bedekt worden-, vragen sterk
igecomduleerde of met rollen en krul
len ingerichte kapsels. Het behoeft
'voorzeker geen betoog, dat hierin
slechts bij uitzondering, de eigen haar
dos toereikend Is, izo_odat uien tegen
wil ten dank Ide hulp van den posti-
dheur -(kappeir) onioet inroepen. iMiodis-
ten, klii© .een klapper <?z.aak aian bare
ateliers vertoonden hébben, toonen u
de mtodelhoeiden, waaraan d'e noodige
lokken reeds bdvesbigd zijn, zoadat
men niet de hoed éoik een deel vat?
zijn kapsel opzet. Voor deze nouveauté
behoeft men echter niet naar Frank
rijk s hoofdstad te reizen want ook ;n
lonze treigiidenffiiie Ibeétiaan dergelijke
magazijnen; hier (is het echter do
coiffeur die U die 'bloeden verkoopt.
■D'e (hoeden izijn op prachtige wasnbus-
ites geëtaleerd. waarvan de coiffures
•niets te wenschen overlaten.
Wij twijfelen 'echter niet of onze
Hollandsche vrouwen zullen /in dit
opzicht eenvoudiger zijn, Idan de
Fransche en (haair zal 'he't staaltje
van koketterie dat -ik 'dezer dagen in
een Frans'ch blad las, en u hier
•verhalen wil lals 'Ongelooflijk voor
komen.
Madame Réjiaua de vermaarde ito.'o-
neelspeelster, ootcT luidt het, igaat in
een van bare nieuwste rollen zóóver,
dat izij iden hoed afzet in welker crand
Iziilch een (touffe Hokken bevindt; zij
•maakt de lokken !los en 'verzoekt e'en
hare.r aanbidders haar 'behulpzaam te
willen zijn bij1 het uitkammen en op
nieuw (krullen kier 'lokken! om ze
daarna rustig aan haar kapsel te- be
vestigen.-
Voorwaar, aven vermakelijk 'als on
gegeneerd! Doch het iooneel .stelt de
dingen iin overdreven vorm voor, .zoo-
d.at we gaarne iaannemen dat d-e ge
distingeerde 'Franoaise, hoe kok-et
ook, 'zich laan -ieen dergelijike- kokette-
(Hie wel 'even anin. schuldig zal maken
is een onzer.
-Om mijne causerie te voltooien moet
dik hier nog aan .toevoegen, dat de
(hoeden der bejaarde dames zonder
uitzondering van brides voorzien zijn
die van tule, crêpe da chine, of mous
seline Ide sole vervaardigd worden.
Ook deze boedc-n worden voornamelijk
met (bloemen en struisvoeren gegar
neerd.
iMlAiRIiE VAN AMSTEL.
Natuurhistorische
Wandelmgefi
IN EN OM HAARLEM.
CLXVI.
Wié. bevinden ons aan het Spaarne
/en wel daar, waar een der schilder
achtigste plekjes: oude brug, molen,
ienz'. hebben plaats1 gemaakt voor een
nCeuwen overgang, terwijl' de breed e
ruimte, die wel een weinig aan ver-
waarloozing leed', thans heel wat op
geknapt is.
D!e glo'e^r der nieuwheid ligt nog
(over allies, over de straat, over de
beschoeiing, over de boomen zelfs-.
Die iepen daar, beibben op een twee
tal uitzonderingen na, dé verplanting
goed doorstaan.
We gaan de nieuwe brug over, om
'üenls een andere zijkie naar buiten
te trekken. Langs de ,,'groote koepel"
koni'en we spoedig bij de Amsterda.m-
sche poort, om daarna de werkplaat-
In hevige spanning kropen, de-mirau-
fon om, Meüi hoopte op een gelegen
heid, dat de wacht zou heengaan en
begreep toich niet, hoe dat met moge
lijkheid zou kunnen gebeuren. Er was
gc-on mensch meer op (Straat.
Plotseling hoorden de vluchtelingen
daarbuiten enkele .menschen miet
kaar spreken. Zij schenein bij dien
Schildwacht te blijven stilsta an.
Niiet9 niieuwis vroieg er een,
Alles stil als het gra.f. Een door
gang voor ratten e.n vuil water, Maar
niet voor volwalssien mc-nJschën, ant
woordde de .aangesprokene.
M>en, zal wiel wöer te veel geloof
hebben, gebiecht aan valsche berichten,
antwoordde do leider der patrouille,
en vierder ging hij met zijn manschap
pen..
De schildwacht vloekte voor zich
litemmoede van het lange staan,
leunde hij met den rug .tegen de deur.
Tij diens dit gefeprek had de voorste der
vluchtelingen- gelegenheid gevonden,
zonder eeuiig gerucht den. grenidleil van
de poort te schuiven en den .sleutel om
te draaien. En weier ging er een mi
nuut in bange verwachting voorbij.
De laatste grendel wend losgesoho-
viem elni meteen rolde dlo niets kwaads
veTmoedènde schildwacht achterover
in liet smalle gangetje, dlaar werd hij
dadlelijk door tw.ee ijzeren vuisten
on (klomd die hem beletten op te staan.
Meteen voelde hij de punt van ©en
mes op zijn keel gericht, eii hoard.
sen aan onize rechterhand te houden
en bij die spoorlijn gekomon ons wel-
dira geïieel buiten te gevoelen. Wel
hlouden de terreinen Van die gasfa
briek ons nog even nader bezig, maar
spoedig verdwijnen de laatste sporen
van d'e stad. 't Is een echt landelijke
•weg, tot aan den molen bij PenUin-gs-
veer, maar enkele woningen en dat
dan nog wel in 't begin. Dé oude
Molen, dte geheel draiaib'aar is op zijn
onderstel, brengt nog wat afwisseling.
O'ns oog rust echter meer op dl© wef-
delanldlen', thans volop bevolkt met
runderen en paarden. •Eigenaardig,
in 't oog vallend, is de bruine kleur,
diie domineert, zelfs boven dat onid'er-
'bed. van goudgeel.
't Ts de gewone zuring, die met. zijn
rooide bloempluknien zelfs dat geel der
boterbloemen wéét te overstemmen.
Daten wie die pluimen eens waf nader
(bezien, dan rnlerkeu we spoedig op,
dat er nog twee soorten, zijn, n.l.
mannelijke en vrouwelijke. De laat
ste zijn gemakkelijk te herkennen
aan de reeds- .zwellienide driehoekige
vrucfnitbeginsels, de eerste hebben
kleine bloempjes met een los bloeni-
de-k miet zes loshangende meeOdraad-
jes. Kijlken we tlhians naar die boter
bloemen, dan kunnen we van verre
wél vaststellien, welke 'dat wezen kan,
n.l. de kruipende. De scherpe boter
bloem is veel hooger, de gulden bo
terbloem al uitgebloeid en die komt
ook meer in boschrijke streken voor;
de knoldiragiftud© met haar terugge
slagen kelk meer in de duinen
Eb. d'e blaartrekkende met di'e dik
kere gezwollen1 stengels, die kl&in'e
IMoieuipaes en den sterk u itz'eftemden
bloembodem) om plaats te geven aan
al de rijpende vruohfcjies, vinden we
hier en daair aan den slootkant.
'Eendgen tijd: geleden zagen de wei
landen hier geheel lila door de vele
pinksterbloemen: thans weer zoo, om
spoedig daarna weer een andere kleur
te krijgen- door de vele grassen.
Daar aan den linkerkant, hoe ver-
schalt daar de flora van rechts. Voor
den leek bestaat dat verschil haast
alleen in de kleur, wij herkennen aan
de talrijke planten spoedig, dat dat
deel veel waterrijker, moerassig zelfs
mioet zijn, en zoo is 't ook. Dat mooie
rood is afkomstig van de echte koe
koeksbloem; van nabij beschouwd
zien we spoedig, dat in die bloem.,
stampers en meeldraden bedde aan-
weiailg zijn, wat bij de roode d.a.gkoe-
koeksibioeml, zoowel als bij d'e witte
avomdko©koeksbloem niet het gevat
is. Die zijn beide twaehuiizdg, deize
niet. Bovendien zijn ook hier de
Ibliopymblaadjes vjeel nnooier ingelsne-
den. Haiast daarmieid'e in kleur oiver-
eenstemmiend zien we enkele orchi-
deën, en wel de breedbladige én de
Vleesclhkl euxige, beiilde met handivor-
mtge knolletjes onder den grond', waf
hief volk aanleiding gaf tot den naam
handekenskru'id. Hoe nietig ook in
vergelijkiing hij hare grootere zusters,
is ook hier de samenstelling der bloem
dezelfde, ook hier die stempelzuil met
die stuifm'eelkiompjies. Even met de
punt van liet potlood de bloem' bin
nengedrongen zooalis een insect dat
Zou doen naai- de spoor, die gevuld
met honig, en die bei-de Mompjies zit
ten vast.
Het geel daar is afkomstig van den
huiven parasiet., den ratelaar, die de
tioch al niet te best groeiende grassen
nog heel wat voedsel onttrekt
hij de nii'et onduidelijke woorden
Als je oen geluid göeft, ijs liet miet
je gedaan
Niet lang daarina had -men den bi j
na onim.achtigeai' schildwacht oen doek
a.ls prop In, dcai mond geduwd, die
door m-iidldei van een tweede om hief
achlleihoof'l vaisitgebonidien-, tlegemge-
h.ouden, werd. Tegelijkertijd wierdem
hem de Wanden en voeten samenige-
bc-nden, zoodat bij geen lid meer bc-
wieigen' kon.
Terwijl daarop twee den- bondgehoo-
tefti den onschadelijk gemaakt en
séhiiTdlwiaiOM het gangetje trokken,
ion hem daar unlet het gezichlt naanden
gronidl igeikielard meerlegdieni, stalk Bal
four aan den buitenkant den sleutel
in bet slot. Een blik over de straat
geworpen, zei de hem, dat zij nog niiet
dadelijk voor verrassing te vreezen
hadden, en op eien teekeii van hem
verlieten allen den .smallen doorgang.
Teen deed hij behoedzaam de deur op
slot. Hij; stak dien sleutel bij zich en
heiel stalletjes scheidde men van el-
kaaa\ Twee van het gezelschap sloegen
de richting in, waarbij zij zéker de pa
trouille zouden outmoetein-. De derde
ging dien .anderen kant op, weldra
gevoilgd door Raimund e>n Balfour.
Zij kwamien enkële menischen tegen,
die echter in 't minst niet op hen let
ten. Ieder, diiie die zoo zorgeloos met
elkander pratende menschen zag, kon
hier niet .andlers daim voor argelooze
buirgiefliiedem houden), die op weg wa-
'Wat verder naa-r achteren is 't hoo-i-
liand haast onbegaanbaar; de over
gang tot het water der breede en ze
ker ook diepe tochtsloot beeft onge
merkt plaats; d'e grens wordt aange
geven door 'het zich krachtig ontwik
kelende riet.
Een blik op de landen links cn
reclits doét ons duidelijk het groot©
verschil in waterstand zien, de oor-
izaak van hlet verschil in de flora. De
weg is hier^ meteen dijk.
'Wat verder worden ook de lauden
links in den polder opgenomen, droog-
lemalen do'or de molen te Pennings-
veer. Enkele huisjes maken hier een
(zoo écht landelijke omgeving.
Jammer maar, dat de lage grond
niet veel gelegenheid biedt voor be
bouwing, want bij. zulke huisjes- be-
hooren meteen wat tuintjes, een
bljoetetuintjie er voor en een moes
tuintje met Wat boontjies en aardop-
ipteten er .achter. 'f Is hier echter
nonflioim Mies waiter. Geen wonder
dan ook de duizenden vliegjes, dêe
(dartelend langs den weg zich verlus
tigen in hare wedergeboorte; lang ge
noeg leefden ze in de plas, waaraan
ize sitraks weer de eieren zullen toe
vertrouwen, opdat de jongen als lar
ven weer in. 't water leven. Geen won
der o!ok, dat de zwaluwen voor zich
ter ruste te begeven zich nog even te
goed d'oen en in de vlucht niets an-
Cdlars te dlo en hebben', dan d'e-n bek
te openen, 't is voor die vogels hier
wel luilekkerland.
Daar in het niet aan den waterkant
windt zich de winds in de hoogte,
nog zijn de witte kelkjes niet geopend,
maar toch beginnen de knoppen reeds
zichtbaar .te worden. Ook vinden we
dlaar de heestiervormige nachtschade,
het bitterzoet, ook nog niet in bloei,
maar toch duidelijk t© herkennen aan
de. eigen aardige aian den- voet geoorde
bladeren. Hier bij de opslagplaat.:
vinden we bal van planten: kamille,
knoopfcruid', enz. die ons er aan her
inneren, dat hlier zeker wel eens wat
aarde gemorst is, of zaaïd is neerge-
vadlen van de vettere kleigro-rhn af
komstig.
En het fluitekrudid of wilde kerVcO
begint bier wel den boventoon te krij
gen. De massa's witte schermpjes
•overstemmen op 't oogenblik bet on
langs nog zoo mooie groen, dat ver
der te loer .gaat in een mengeling
van hoofdzakelijk geel en rood: ge el-
van de boterbloemen, rood van d'e
klaver. Hier en daar beginnen ook de
grassen zich te verheffen en de bloem-
-pluimen uit den verlengden stengel
op te heften.
Op dit oogenbl'ik is het aantal nog
gemakkelijk te overzien, 't zijn voor
namelijk het wollig zorggras, aan d'e
wollige bladeren gemakkelijk te her
kennen, de zachte draverik met zijn
dikke aartjes tot pluimen vereenigd.
die ai dadelijk na dien bloei den sten-
gei 'doen buigen,~~de kropaar, enkele
beemdgrassen, Fransch raa?gras enz.
-De wilgen rechts van den "weg hou
den zeker verband met 's lands ver
dediging; hun groei is, hoe waterrijk
het hier oak is^ slecht; een wilg wil
dus behalve water ook nog wel een
vetten grond. Het kerkje met de en
kele woningen langs den weg hebben
die vlakte wNt afwisseling bezorgd
door aanplanting van wat boomen en-
struiken. t Is hier thans vrij rustig
en stil, geen scharrelende of kakelen
de kippen; geen spelende eenden,
slechte hier en daar wat steeds in d'e
weer zijnde musschen.
Het riet begint al tamelijk lang te
worden en ons er aaai te herinneren,
dat de tijid al weer Mooi opschiet,
(hier en daar komt het geel A-an een
iris reed's te voorschijn, zelfs al een
enkele zwaneblO'em, en ook de smal
bladige duikelaar zal spoedig in bloei
zijn.
Daar zijn w© terug bij de Amster
dams ch© vaart; heerlijk Irelbben we
genoten van die landelijke wandeling
ien het rechte eiinid weg langs de- vaart
snéllen we af Met belhulp van de tram
die ons spoedig weer terug brengt in
Onze veste.
J. STURING.
VRAGEN1BUS.
Den Heer v. O. te H. Het mij ge
brachte vreemde dier is een veenmol.
Dit insect is wel een Van de schade
lijkste. De voorpooten met de scherpe
.randen, die het dier den naam mol
d'eden toekomen, gebruikt het. dier
toon de planten onder den grond te
vernielen1, Avaarivan de. stukken" dan
worden opgepeuzeld. Eigenaardig is
(het nestjie, dat dit dier in den grond
maakt; daarin Worden dan tal van
eieren gelegd!, die vrij' spoedig het
aanzijn geven aan jongen', die ha de
verschillende verveningen steeds meeT
op het volwassen dier gaan gelijken-,
zonder dat een poptoestand intreedt,
J. STURING.
ren naar huis.
Zoo kwamen zij ook zondter ©enigen
lalst dein man voorhij, die den ingang
van de straalt moest bewaken. Toen
arog eien eindje veader &n zij badder
•geen verraad meter te vre/etzen.
.Langs beur koifsten wieg bereikten
zij den Misteisippi, waar" zij een
stoomboot opzochten, die dadelijk na
hef aianhreken van den dag naar de
stad GalveMon ih Texajs zou stoo-
me-h. De pas, die Raimuard den. kapi
tein liet zien, Averd belschouwd als ook
A-oor Balfour 'te geiden, ear spoedig
daarop lagen, zij, in hun kooien, om
daaruit niet Weer op te staan, vóór
dat de dag al lang was aangebroken.
Toten zij eindelijk op'dek versche
nen, was New-Orleans nog juist in
een nevel aan den gezichtseinder te
zien. Zoo nu en dan kwamen zij en
kele stoomboot-en tegen, die echter
geen van allen letten op het onbedir-
deaide kustvaartuig, dat den berucli-
ten Grimbhy met zich voerde. Eerst
toen laat tegen dien avond de golf van
Mexico zichtbaar werd en hun boot
-eene Westelijk© ricMing aannam,
kwam er een uitdrukking van triomf
op het gelaat van Balfo-ur.
Nu kunnen wij onjs als gered, be
schouwen, zei hij tot Raimund; in
Galveston A'raagt ons niemand naar
het vanwaar en waarheen. Daar kun
nen wij zonder overhaasting onze toe
bereidselen maken voor die roils dloor
Arkansas ji aar Texas. Do lange rit
Uit h'et Duitsch door S. BARINKAY.
Die tafel wia.s ree dis lang geruimd en
nog zaten, tot diep in den nacht, die
heer en mievrouw Ellers te beraadsla
gen over den vorm en die wijze van
het groöte diner, dat zij in den loop
dier A"olgeu!de week aan hunne talrijke
vrienden vwilden geven.
'Oyer Net arrangement in 't algemeen
en het menu waren zij- het eens. Maar
er motest den gasten iets bijzonders
worden aangeboden. Zij hechtten veel
aan hun goeden naam en aanzien, en
wiifdien indruk malcen. Een diner zon
der de eene of andere afwisseling, dat
was te Arervelend. Alice, hunne docli-
tr kon. wel door een paar walsen en
een paar litedteren tot het welslagen
bijdragen., ze zong vrij goed en men
hoorde haar graag, maar dat was te
(weinig en een bij allen, bekende zaak.
Wij. kunnen toch geen komiek en
Belfs een zanger of zangeres engagee-
ren-, zooats 't in heel A'oomame huizen
de gewoonte ~ïsT knorde meneer Eller,
het type van .een rijteen rentenier met
behagen en tevredenheid in elke be
weging.
Zijne ega Avas nog een bevallige
vrouw en hoewel zij den norma,alnom-
vang verre overschreden' had, in T be
zit van een onberispelijke taille1, een
bewijs, dat zij' mieer om de openbare
meeniing dan wiel om haar eigeln ge
zondheid gaf.
Geërgerd over de lange vergeefschie
zitting, zei: zij kort:
Domheid past in otnzen kring
Niet. Iedereen zou zich gegeneerd ge-
Voelen. Wij zijn allen gewoonweg en
goed burgerlijk. Maai' jij wenxMe
zij zich weinig Ari'en'clelijk tot het jon
ge meisje, dat miee aantal zat en ih
boelï ibladerdie, kondt je hersens ook
wel eens 'n. beetje laten werken. Je
bent oud en Avijs genoeg.
dcor de groente prairiën, waar wij
ovieral bij dte kolonisten gastvrij zul
len worden opgeniomein, za.l oms nla die
moeilijke dagen verkwikken en stev-
keni, zooidat wij Met veamieuwde
krachiien. en f ri's'Schen moed aan het
A-cor de deur liggende werk kunnen
gaan.
Gaarne zou Raimund Weiten, Avaar-
0 de laatste toespeling betrekking
had, maar oen. eigenaardige Ateiiegen-
1 eid hield hem daarvan terug. Hij
had nu reeds zoo veel bewijizten, dat
hij in Balfour een vurend gewonden
had-, waarop in mioeilijkte omistandig-
hed'en te rekenien vie-l.
HOOFDSTUK XXII.
Het najaarsweirk wais' .grootenideels
achter den rug. De schuren achter het
met een nevengebouw vergrootte
blokhuis van dominé Dixon Avaren
gced gevuld. Op de weiden graasden
paarden en runderen en liet avooii-
'huis zelf lag daar stiljuffrouw
Pearson en Nelly Avaren in den tuin
bezig met het plukken van het rijpe
ooft.
Geen windje deed het- gebladerte
bewegen, alles ademde vrede en geluk.
Zelfs de plaats, waar eenjs de Bloody
Kabin" had gestaan, A\"as dOor den
zorgzamen predikant netjieis met den
gi'ond gelijk gemaakt om zijn kleine
beschermeling eten aanblik van puin-
hoopeni en. asch t:e l>esparen. Nu A\-ais
Alice hief het boiofid op. Zij glim
lachte spottend-:
Stel een- dansje voor, manna., dat
vult den tijd.
Haar moeder keek haar boos aan..
Spaar je grappen. Onze kennis-
in zijn louter bejaarde menschen,
die 't rondspringen op de maat geen
genoegen meer vinden. Wie zou dus
dansen?
Ik, met dein apotheker Julius
Hoffmann, antwoordde Alice en- kee'k
daarbij ter sluiks haar ouders iaan.
Zoo vangt men muizen. Door List
Ja wél, meisje. De apotheker Julius
Hoffmann wordt uitganoodigd. Lees
de lijst maar. Reedg daarom, dat
een 'heer hébben zoudit.
Het hleéke gelaat van Alice kleurde.
Doe om mij: geen moieite. Ik ver
lang er helemaal niet bij- te zijn. Zeg
maar, dat ik niet goed in orde hem
Ik ga liever slapen.
'Mevrouw Ellers snelde toornig naar
het jonge meisje toe.
Niet verder. Wel, wel! Zoolang
diie dirutetemakerigö muzikant uitge-
moódigd werd', heb ik zoo iets nooit
van je gehoord-. O, als' wij vermoed!
.hadden wat e'en last en ergernis wij
ohs top dien hals haalden, dloor dat
mensch ih huis te halen, d!an hadder»
wij het wel gelaten. Wie had ook kun
nen denken, dat een A-erstandlig moni
een op een bergtop gedane uitnoodi-
ging dadelijk voor ernst opnemen en
er gebruik van maken iztou.
De dtochter dies huizes had grootö
hartstochtelijke oogen, die nu wild!
'opvlamden.
Nu, meneer Olaf HaldiNger, dte
overigens goeidbe'taiald leer aar aan het
conservatorium; en geen kale muzi
kant is, ihelbt gij; gelukkig Weggeschol-
den. Hij beibréedlt ons huis niet meer.
De onaangenaamheden echter, miama,
komen daaruit voort, dat gij er op
aandringt in den- apotheker mijn toe
komst igen echtgenoot te zion. Ik mag
hem niet, hij is mij te arrogant. Da,t'
zeg ik steeds weer. Dat zon ik ook ge
zegd' hebben als ik OJiaif Had-ingea* niet
had leeren kennen'.
Toen sloeg meneer Ellers, die tot nu
toe gezwegen had toornig met de
Vuist op de tafel.
Wat scheelt jelui_ non? Zitten Aviji
nu hier om maar in 't Avilde weg te
vechten. Je bent eon d!om kind, Alice.-
We hebben 't goed met je voor mefi
Hoffmenn. I-Iij is in alle opzichten een
-goéde partij. Heeft geld, is jong en
gezond en houd van je. Als je hem nu
In 't geheel niet wilt, goéd, gedwon
gen zul je nilet Avordien, miaar d/ien anL
dlere. dlien mnzikantkerel, dien moet je
jou uit 't hoofd zetten. Die wordt mijn
schoonzoon niét..
In mevrouw EIlers_ trekken kAvam
bij de woorden „gedwongen zul je niet
warden'1 een merkwaardige uitdruk
king van energie. Haar man wendde
zich tot haar en zeide:
Luister eens, ik~hefb een idee..
Geen van ons heeftaan- de gram.o-
phoon gedacht, die ik onla/n gg gekocht
heb. Weinigen onzer kennissen weten
er A'an af. Wij schaffen ons nog e'endge
mooie platen aan en1 kunnen, dan een'
concert in optima fonma orgauiseeren.-
T'ierscheiidien h-umioristische nummers
en ettelijke stukben van- bekend© zan
gers en zangeressen- voaimien- een uit-
netménJd pro<graimma. Wat zeg jij-
daarvan?
Mevrouw Ellers was onder zijn©
woorden kalm gewonden. De kAVest.i©
due plek met weelderige struiken be
groeid, w.aartusisc-hten zich een neton-
dcirlnouden pad slinigéPdte.
Langzaam wandoldle een klein ge
zelschap, welkp dtetel die bijna tot. oen
sage geworden. „Bloody Kabin" was,
midden over do weiden.
Vóórop litepen George Bradidon en
Raimund' DamerOiw, met Roosje tus-
schen lion in, die de lileK'teiling van al
len AAiar?. Braddon horkendie na zihie
lange afwezigheid ternauwernood d©
kinderlijk-Ateirstandig babbelend© klei-
ne ou Raimund kon niet genoeg naar
baar kijken. Telkens weer zocht hij-
i i het liev© gezichtje naa.r gelijkeni'b
met de te vroeg giewtoirveni zuster, die
liiem zoowel als Braddon Aveor l-e\Vin-
dig aan Monika heriunieilden.
Btedden hadden hét echter druk om
di A-ragen van hiet vroolijke, vertrou-
welijke kind te bea.nt\A-oorden en het
te helpen als het hier en d/aar ©ene
1/ te herfstbloem wilde plukteen om
die bij den door Raimund medege-
brachten lerains te voegen.
En toch haddén de beid© jeugdige,
krachtige marmen, die met hun lie
veling zoo'n vriendelijker» groep
vormden, elkaar zooA'eel tie ATagemeh
te verklaren'. Want \Arat zij elkaar
vf-rttelden na d© eerste ketonilsmiateinig.
die den dlag t© voren, toen Balfour en
Raimund onverwacht aankAvamén;
had plaats gehad, kon niet anders
c'an oppervlakkig gewed-t zijn.
(Woédt verwolgdk