BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD Wandelingen FEUILLETON Over den Oceaan 25e Jaargang MAANDAG 4 NOVEMBER 1907 No. 7472 DE ZATERDAGAVOND HAARLEM'S dagblad KOST 11.20 PER 3 MAANDEN OF SO CENT PER WEEK. adminiït'ratie GROOTE HOUTSTRAAT 55. DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6. IN HAARLEM'S DAGBLAD ZUN ADVERTENTIËN DOELTREFFEND. ONZE ANNONCES WORDEN OPGEMERKT. Rubriek voor Vrouwen Hoe men de meisjes moet op voeden, opdiat zij. 'later wan neer zij' voor zdicthiZedf moeten zorgen. hun brood kunnen verdienen. iMiein ie er tégenlwooa-djig. bijna alge meen v;an overtuigd;, dat men de vrouw zóó moet opvoeden, diat zij in den. strijd om Let bestaan niet ten onder behoeft te' gaan. Het grootste geidfelelte van de vrouwen moet dezen strijd, mede maken, hetzij' ze onge trouwd btiijfvem, of weduwe worden en voor haar k/indienen moeiten zor gen, öf als getrouwde wouw zij' aan zij met ihaar mian, öf om een wellicht taieikeiLijiken man te vervangen, den strdjld tegen het noodlot te aanvaar den. Maar ook voior. dei vrouwen, die in. gélukkige omstandigheden verkeeren, ®al het een groote weldaad hliijiken te zijn, indien zij een goedie opvoe ding, grondig onderricht, hébben ge noten. Men is het algemeen eens, dat men een meisje, zelfstandigheid en een gevoel van zelfverantwoordelijk heid moet inprenten.. Zij moeten evenzeer als de jon gens geschikt zijn voor een bef rek king zoodra zij: de.n volwassen, leef tijd hébben bereikt. Daarom moet men al wat oppervlakkig is uit. haar' opvoeding, verbannen. Niet dat men. haar alle vroolijikbeid en genoegens moet ontnemen, maar het ondier richt en de ontwikkeling moeten ernstig worden aangepakt. Men moet hij de opvoeding van de meisjes zorg dragen, dat zij later be kwaam zijn, zich zelve door die we reld te helpen, want de grenzen, waar binnen biet meisje zich den laatsten tijd beweegt., zijn oneindig verder uitgestrekt dan vroeger en wereischen een beslist kennen en we ten.- Vóór alles behoort men na te gaan en te besttudieeren, waarvoor zijl lief best is aangelegd en welke talenten zij- hiet meest bezit, om daarnaar de opleiding voort te zetten in, de. in richting, die haar later in staat zal stellen, haar eigen brood te verdie nen. Meisjes, die van hare moeder een goed; voorbeeld ontvangen, heb ben' natuurlijk veel vóór, maar een goed voorbeeld is toch niet altijd vol doende. Zij, moeten evenals, de jon gens goede scholen bezoeken. Van welken omvang dit zijn zal, hangt' veel af van den, aanleg van het meis je en van die financieel e omstandig heden der ouders. Ook moet men stadskinderen van zelf ainders opvoeden, dan degenen 'die op het land wionen. De eersten missen, wat de andieren volop heb ben: vrijheid1 van beweging in die Open lucht. De lichamelijke ontwik keling raag niet verwaarloosd wor den, ten koste van de. geestelijke. Wanneer men de laatste jaren op de scholen, in verband hiermede, de meisjes ook gymnastiek laat onder wijzen dienen de> ouders zoo ver standig, té zijn, dat ze haar daar a/an laten dieelmemen, omdat deze oefe ningen van groot gewicht zijn voor de gezonde lichamelijke ontwikke ling. Gymnastiek staalt de- spieren, ma.afct handig en: lenig. Het meisje dat den levensstrijd wil aanvaarden, behoort deze eogescha.p pen te bezatten, dié de jongens al se dert eeuiwen, spelende leerden. 'In één woord, het meisj.e moet zóó wor den opgevoed, dat zij' zichzelf be schermen, kan en dat kan alleen ie mand, wier verstand en. lichaams kracht geoefend en gestaald) is. Alge- oneen is men van oordeeil dat een meisje, wanneer de schooljaren voor bij zijn, in het huishouden behoort te worden opgeleid. Sommigen oorideeten, dat bij het onderricht op school ook onderricht in het koken moet gegeven worden, eveneens in het wassdhm, strijken, versfieMen en japonnen maken,, want het is hioogst nuttig voor iedere ge trouwde vrouw, dat zij dit in bare jeugd gelieerd heeft en ook \oor jon ge meisjes die in betrekking moeten gaan. Wanneer zij dit allies gelieerd' heeft kan het meisje zich meer be paald op een of ander beroep of be trekking gaan toeleggen, altijd liefst een van die vakken kiezende, diie speciaal voor vronwen geschikt zijn,. Sommige beitrekktrugen, zooials huishoudster, juffrouw' van gezel schap, enz. kunnen ook vervuld wor den door vrouwen die na getrouwd te zijn geweest wedjer gedwongen worden, voor ziohjzelve te zorgen. Dan ook de beirekking, wnaraian ■pensioen verbon,dien i's, zoo.als onder wijzeres, telepihioniste, ambtenaar bij de posterijen, enz. Niet alleen de meisjes van buiten, maar' ook die uit de stad, gevoelen dn den laatsten tijd soms lust een be trekking op landlhudshoudkunddg ge bied te vervullen. Die daarvoor lief hebberij' heeft behoort een landbouw school te bezoeken; ook bedrijven op het gebied1 van zuivelbereiding bieden •goeide vooruitzichten. Voor meii/sjes, die in den handel willen gaan, als kantoorklerk of in. een magazijn is het zeer goed een handelsschool af te loopen, en zich op vreemde talen toé te leggen. Bij alle beroepen en betrekkingen het echter een eerste vereriScihfte dat het kind van zijne jeugd af aan. lust tot den arbeid en geduld worde ingeprent.. De hoofdzaak in alias is, flinke, degelijke karakters te vormen: meisjes, die zich in elke positie kun nen schikken. Dat zij bovendien ze dig en ems tig van karakter moeten izijn, begrijpt men ook zondier (d(a.tj men daartoe veel woorden bezigt,. MARIE VAN AMSTE'L. Natuurhistorische IN EN OM HAARLEM. CLXxxvnr. Wie heeft niet vaak aan' zoo'n afge storven berken talkj e, die halfcirkeL- vormlge, soms dakpansgewijze boeven elkaar staande, eenigszins leerachti ge zwammen getzaien? Hoé mooi lo.o- peni daar als concentrische kringen eigenaardli'g gevlamde streëpen over dien hoed De platen aan' de onder zijde. zijn minder duidelijk, vooral in dé jeugd. !t Is eén overgang tot de btiiszwlammeu, dié we ook in onze dennebosschen bij honderden kun nen vindeinBij vale van deze buis- Zwammen vinden we eveneens den ge wonen hoedvorm terug, maar aan dé onderzijde zien we heel wat verschil, in1 plaats van platen kleine poirdën, ■wiaarin, de sporen (worden voortgé- bna'cht. Enkele er van zijn eetbaar eekhor emtjesbroo d'andere zeer gif tig. Een gansche groep, soms leerach tige zwammen, vinden we in het ge slacht polyporus, dat een grooten- voirménrijkdom aanbiedt, waalrom somm,ig.en h:et nioodii'g oordeel en, dit geslacht weer in talrijke ondenge- slaclhten te vetdeelen. Ook beho'ort hiertoe de bekëndé liuisaiWam, die i'n vochtige huizen heel wat hout vernielen kain. Dan volgt de familie der st/ekal- zwammen met haast nog igrootea- rijk- doan aan verschillende vormen, ver- dér die bo rstzïw.anim ende knotsziwiam- meaa met vruchtlichiamen, die ons soms aan koraal doen denken. Op doiode takken ontwikkelt zich bij overvloedige herfstregens vaak een eigenaardige gelei-ach.tige masse), met allerlei windiinigen en bochten', Öie wet ééns aan hea'senwindihgeni d'o,en dienken ,'t Zijn tirilzwammen, Hóe veranderlijk al deze zwammen ook mogen zijn, bij allé Ligt het kiem vlies of hymendnm over het ge hoede vrhcjht'liich a am of Oiver een deel er van verspreid bij de zooge naamde buikzwammlen is diit iin het lichaam 'opgesloten. Deze wat minder grootte groep wordt weer in e enige fami'li'ën verdeeldstinkzwammen, nostzwammen. stuifzwammen, enz. Zoo'n stinkzwam laat nooit nia, in druk te maken. Wandel op een mooin en herfstdag ih den Hout, verlustig u i'n den aanblik dier heerlijke riajaars- fintfëiï. volg met u'we oogen de omL laagdlv'nrrélenide bladeren hoe kain soms plotseling de aangenaamste stemming worden verstoord: dolor eeul walgelijke pestlucht, die uit gihds'ch boschje tot u doordringt. 't Is' die stinkzwam. Treed Wat naderbij,, en liefst boven den windtussdh'en hiet gras ziet ge een vuile, geM-aabtdge massa, door een 'taai vlies omgeven; daadbintneh verheft zich e/en twee tiot drie d.M. cylindtervormigcii steel, di'e van boven wat dunner Wondt en waar van de wanden zeefachtig doorboord zijn. Op den top ziet. men een kegel- vojrnigen hoed, waarvan' de kuiltjes met een zwart-groenachtige massa', die sporen zijn bedekt. Deze stof is de oorzaak va.n dén dien omtrek ver pestenden stank. Later spoelt eed'ooir regen af, en dan vertoont de hoed e enige overeenkomst met de groefjes bij de morieljes. Geen- wonder dus, dat het volk dit voortbrengsel der natuur met. den na aan giftige mori'elje bestempelde en geen wonder ook de naam duivelsei, all's héb gëhéel nog in e'itotestaud verkeert. Dat juist, die kwolijkriëkendle sfofL fen tul van vliegen aantrekken, be hoeft oris niets te verwonidieréndat zé de verspreiding dér zwam in de hand werken, is zeker. De nestziwammen vertoonen ovar't ailgemeen kleinte bekertjes met lens vormige lichaampjesmen vindt zé vaak op rottend hout. Meter in 't oog vallend zijn, weer dé stuifzwammen die lycoperdons. m'o.oie peervormige •zwammen, die bij rijpheid een bruin poeder, voor 't grootste dteel sporen, aan_ den fop laten ontsnappendé bovisften, soms tot ghoofe malssa's aangroeiend maar vooral opmerke lijk zijn dé aardsterren, waarvah de 'buitenste wand in sectolren édh.euirt en achterover buigt, om dan Ihëtbin- nl&nSte zachtere bolvorm,ige lichaam gelegenheid' tie geven, de sporen door een opening a'an den Itop naar bui ten .te stuiven. Een grootte groep vormen nog een geheel andere serie van zwammen waar de, 'sporen opgesloten zijn in blazen of sporezakken, t'en getale van mletestal acht. Velen er van vertoonen heel wat overeenkomst met de vorige, door steel, hóed, enz., anderen zijn weer geheel afwijkend gevormd. Kent ge niet de morieljes, die in liet voorjaar voornamelijk zoo algtemeen voorkomen en nog wel in een drietal soorten, die korte steel met den knots- vormigen' hoed met groeven en gro'ef- jes aan d,e buiten,oppervlakte. Dat ze veel gegeten wordten, weet ge mis schien, ten minste m'en kan ze elk jaar weer bij tat van fruitwinkels voor de ramen zi,en liggen. Hoe ver gankelijk de meeste andere zwammen ook zijn', deze zijn zelfs' te dtrogen, en dan nog voor gebruik later gepchikt. Eten daar wel «enigszins op gelijken de paddestoel met een eigenaardigep, In 't middén ingedieulktein hoed, die diatn van twee zijkanten tevens weer samengedirukt is, is de helvella, die tegenwoordig reeds hier en daar weer te vinden is. Wie nu eenis met. deze producten uit hef plantenrijk nader wal kennis ma ken 1, talme daarmede niet langer, maar ga er zoo spoedig mogelijk op uit. In 't Blolemen,daailsclie Bosch en Park vindt mem er bij honderden, langs den weg door de Zanderij even eens, in Aerdenhout niet minder, ja, eigenlijk overal. Vergeet daarbij voor al ook niet pnzen Hout. Meent men, dat er anders tegenwoordig niets te vinden is, dan heeft mem het waar lijk mis, want naast deze lagere orga nismen uit de plantenwereld vindt mén van de zaadplanten er vele nog, an dere reeds in bloei. Zoo merkten we den vorige® Zondag in bloei In het Haarlemmerhiotutpa.rk op boterbloe men, kropaiar, rooide klaver, sterre- muur, koek.oiekeblo.emen, knoopkruid, doovenletel, madeliefje, voorjaarsv.ro - geding, melkdiiistel, ooievaarsbek, ak- Qcenkoöl, paardebloemenliavikskruid, enz. Dus etr mi'aar op uit, om hier en daar nog wat te vinden, en het af scheid van den zomer mede te Weren. Spoedig genoeg staat da natte, vu1'le winter voor de d'eur. J. STURING. VRAGENBUS. Den Heer v. L. te H. Het bij me thuis bezorgde vogeltje is toch een roodborstje. Hoe het gestorven te, is moeilijk uit te maken; 't lieve diertje met het spitse bekje en de dunne pooltjes maakt dood zijnde nog een niet onaiamgiehiamen i'mdiruk. Den Heer K. te S. U doet het ver standigst uwe knolbegoJiiia's uit den grond te nemen, de stengels af te snij den en voorzichtig de meeste aanhan gende aarde te verwijderen. Als gij ze nu in een mondjé of bakje op zoldér plaatst, behoeft er niét meer naar worden omgezien, dan dat strenge vorst zulks noodig maakt. J. STURING Het Feest. Ze voelde 't heel goed. Daar ging iets in het huis om. Al drie dagen wa ren de oudebs onder elkaar aan het fluisteren, als zij in de nabijhe'd lcwam. En al drte dagen kwam de te legrambesteller verscheidene malen dagelijks in buds, en papa, man van de klok andiers, kwiatm soms uren na diner-tijd thuis, en ging te avondls tot diep in den nacht uit. De motdis,te, die in den vroegen och tend de beste toiletten voor hét tuin feest, dat den volgenden avorud hij graaf Zehringen zou worden gehou den, kwam brengen, schrok over de onvriendelijke woorden van mevrouw, en Elsa zelf zat heel angstig-vérlegen boven op haai' kamer, en keek mét koortsachtig glinsterende oogen naar het kantwerk van haai' feest-toilet, dat in heerlijke schoonheid voor haar lag uitgespreid. Luitenant Von Roden hield van witte kant, hij had dit Elsa vaak ge zégd. En daarbij witte margrieten: in het donkere, haar, juffrouw Else. Waar om draagt u dte niet? Rozen zijn mooizekermaar voor 'n meis jeskopje zijn ze te trot'schte over laden.... He zou u wel eens met die fijne, eenvoudige bloemen, getooid willen zien.... Als 'n aureool liggen ze om het blanke voorhoofd en men heeft het ge voel of men dicht hij ,dem hemel is.... Toen had Elsa hoofdschuddend ge lachen..... - Bosch- en weidebloemen passen niet in een balzaal, mijnheer Von Ro den, hoe bent u in eens zoo besclrei- den) geworden En ziji moetat er met e.en soort van smart aan denken, dat hij, de ernsti ge, blonde man,, dien zij, liefhad, even als de vele anderen, haar slechts om haar geld wilde hebbendat hij zelfs met haar papa heel koel en zakelijk over dit geld gesproken..,, en nauw keurig naar haar bruidschat had ge ïnformeerd'. To|en wou ze niet. Zij had haar lief dé, verzwegen en trotsch had ze ge antwoord Zeg hem, paipa, dat hij mij eerst zelf moet vragen, of ik hem wil. Er is nog tijd genoeg. En papa had lachend op z'n gewone ironische manier geknikt. Zooals je wilt, kindlief. Hoewel ik hem gaarne als schoonzoon had, Elsa. Oude adel, soiïde familie en alle kanis op 'n schitterende carrière. M'n- hie-er Von R oden staat heel goed bij het hof aangeschreven. En dat 'hij je bruidschat noodig heeft, hindert niets, Elsa, daar heeft hij in zijn po sitie volkomen het recht toe. Je zult toch niét neen zeggen, meisje Ze lachte een vreemde lach D....dat weet ik nog niet, papa! Elsa boog haar hoofd diep, als zij aan dit igjesprek dacht. Tien dagen waren sedert dien tijd heengegaan. Tien lange, toaooigë dagen. Heinz von Roden was op manoeu vre, ver weg. In tien dagen had hij hun huis niet bezocht Maar sinds gisteren was zijn regi ment weer terug. Vanavond vond de tuin-Boirée bij graaf Zehringen plaats, waarhij de aristocratie van gansch den omtrek was ui'tgenoodigd. Vandaag zou zij hem zien, en hij zou vandaag haar vragen, of zij' zijn vrouw wilde wor den,. In haar meisjesziel juichte het van groote, oneindige weelde. Ze vergat, dat iets donkers, onverklaarbaars zoo- évén nog haar ziel had~bevangen. Ik zeg niet neten.... dacht zij sid derend van geluk, ik zeg niet neen, Al ziet li ij ook misschien nu nog mleer naar mijn geld, ééns zal het oogenbliik kornlen, dat hij het zal ver geten, door mijn liefde, vergeten mo,et.... Elsa kromp' inleen, tóen, de deur openging. Haar moeder trad binnen. Zij zag er bleek uit in haar donker zijden kleed, en er was een zonderlinge on rust in haar koele, anders zoo onver schillige oogen. In een bedwelming van verlangen te trek te zij de armen uit. Ik bën zoo blij, mama 1 De nog altijd mooie en jeugdige vrouw zag dit verlangen' in het ge heel niet. Een oogenbliik wel hield zij haar opgewonden kind valst, maar liet toen in nerveuse haast de handen zinken. Mijnheer Von Roden zal van avond zeker op het feest zijn, Elsa. Hij was zooeven hij ons, en heeft zijn kaartje afgegeven, waarop met pot lood geschreven stond „Tot weerziens vanavond bij graaf Zehringen''. Elsa bloosde. Heeft u hem niet ontvangen, mama Neen Ik was niet in de stem ming. Het is voldoen'de, als wij elkan der vanavond zien. De slanke vrouw ademde diep. Het heerlijke, groote park van den graaf is alte geschapen voor jullie tweeënje zult toch niet neen zeg- gear, kind? In Elsa stormde plots de koppige wil van 'n verwend meisje. - Ik weet het nog niet, lachte zij misschien toch wel. Zij. schrok na deze wfförden. De moeder had krampachtig haar bij den arm gegrepen. Je zegt ja, Elsa. Je moet ,,ja" zeggen. He wit dat, en ik beveel het je! Ze trok haar aim terug. Het zon- derlinge gedrag van haar ouders viel haar ih. - Wat is er gebeurd', mama Waarom moet..... waarom beveelt u mij.... dat i!k mijnheer Von Raden.... De slanke vrouw begon te fluiste ren Omdat je er anders niét veel tijd meer voor hebt, Elsa. Nu ben je nog eene goede, benijdenswaardige partij, heel gauw niét meer. Ik wou het je eigenlijk nog niet zeggen, maar vóór je onverstandig en dwaals 'handelt, is 't misschien beter zoo. Papa heeft zich iai speculatieve on dernemingen gestoken,. Zijn vermo gen is verloren gegaan, ook dat van mij bijna .geheel.' Dat weet er(a1jert nog niemand hier in de stad. In den eersten tijd mag het nog niemand1 weten,, begrijp je wel, Elsa? De dame, een geboren Aimerikaansche h-aalde even de schouders op. Hc neem hét niet zoo zwaar. Papa, gelukkig ook niet. We zullen naar Amerika gaan-, naar oom Fred, misschien dat papa in OMcago weer nieuwe verbindingen kan aanknoopen. In ieder geval... maar mijn God! Kijk me toch niet zoo angstig aan, wat is er dan? Vindit je 't zoo verschrikkelijk? De dame lachte even en streek haar dochter met de blanke, koele ringers, zachtjes over 't angstig gezichtje. Jij komt er nog het beste af, EK sa. Je zult je vanavond mot m'niheér Von Roden verloven, die reeds twee maal, om de kwestie te bepraten, bij papa was. Hij heeft zijai vooruitzich ten natuurlijk dadelijk papa duide lijk gemaakt. Hij hoeft niet alleen op 'zljin i ui tenantedna c.lement te trou wen. Zijn moeder was- zoo rijk, dat hij juist naar zijn stand met niet ai te, groote pretenties kan leven. En dan is hij door en door een man van eer. Een officieel-gemaakte verloving zal hij nooit om zuiver matérieele beweegredenen terugnemen. Je be grijpt me, nietwaar kind? Het zal voo rans beiden een groote rust zijn, je in een verzekerde positie bier ach ter te la-teai. Tot October zal papa de zaak geheim houden. Dan kunnen jullie getrouwd zijn. Je zult doen, kind, wat wij' vian je verwachten? Hiet bruine hoofdje boog zich dieper en dieper. Ja mama. Het park van den graaf Zéliringen lag aan een meertje, ndet ver van de stad,, in de voorname villawijk. Het feest begon vroeg in den avond.. Kleine tafels waren in den tuin ge zet, waaraan enkelen plaats namen om gezellig en genoeglijk te praten.- Toen het donker begon te worden, schitterden in de priëelen en in de grootten bonte vlammen roode en blauwe groene en witte. Elsa ging in haar witte kleeding naast de ouders, verward door alle vreugde en heer! ijikiheid. Zij begreep niet, hoe haar vader schertsen kon, begreep niet, hoe haar moeder net als anders aan al de vreugde kon deelnemen. Ze ging den heer Von Roden uit den weg. zoolang zij kon. De heeren, die haar omringden en die naar on verschillig waren, wist ze naast zich te houden, tot de dans begon. Te mid den van de bonte lichten werd er ge danst. De heer Von Roden vroeg, haar. te middten van een kring men- scihen, dadelijk ten dans en ze wals ten jiie zamen je enige toog«nlblaklkie®ï op de klanken van een zoete vvols- mélodie. Zwaar lag z-ij in zijn arm en hij had moeite haar op dien' ongewonen, Naar het Duitsch vail Arthur Zapp, Dadelijk daarop staat consul Ha- bermlann op en .antwoordt óp zijne eenvoudige, ongekunstelde en, luimige wijze het volgende Geëerde kapitein I U wate zoo vriendelijk ons bij de aanstaande scheiding ih!e,t beste te weaischen. Hartelijk dank daarvoor, uit naam van ons allen. U heeft op de goede verstandhouding gewezen, die tijdiens de geheete reiis tusschen de bemanning en de paasagier9 hééft be staan. Wij allen bedanken u en uwe officieren' en' manschappen,, dat u door uwe vriendelijke, tegemoetkomende hotudinig de basis tot die goede ver houding gelegd heeft. Wi j danken uw maatschappij', in wier dienjst ge staat, dat zij door haar model-inrichting, door de .grootst mogelijke veiligheid en door een onovertroffen comfort geborgd heeft, dat ,wij ons hier goed en behaaglijk konden voelen, dat wij onls als 't wane als in Abram's schoot verplaatst zagen. Mijnheer Müller, u behoeft, volstrekt niet zoo'n zuur gezicht te zetten., ik bom' daar vanzelf ook op in weerwil van al die zorgen, onn ons het leven zoo aangenaam mogelijk te miaken, hebben wij allen toch zeer droevige uren aan 'boord doorgebracht, uren, waarin men, onr zoo te zeggen, meer een uitbarstende vulkaan- dan een mens eb was. En, htet hielp niet, of wij naar recept van den een cognac-, wijn en andere lékkere, opwekkende middélen ge bruikten, of naar dat van eén atnder boven' oip helt dek gingen, zoolang dint maar eemjiigszims mogelijk was. Tegen zeeziekte is evenals tegen den dood geeni kruid gawalssien. Maar wij, ziul- len daarover irn niét méér mopperen, deze moeilijke uren liggen achter ons en vol moed gaan wij een nieuwe we reld en velen een nieuw leven te ge- moet- U heeft ons- kapitein, vriende lijke wenischen meegegeven. Ook ik wietajsch van harte, dat voor iéder de wenischen, dié hij mee over de zee genomen heeft, in vervulling mogen gaain ih de nieuwe wereld, date wij nu zoo nabij komen. Ons altijd vrool'ijk vogeltje, me vrouw G'schiwinder, moge niets dan vreugde ehi geluk vinden in de artnen van "haar vol verlangen wachtenden echtgenoot. U, waarde heer Kalluweit,, wenscli ik voordleelige, zaken toe, zo'odat, als ge het volgend jaar van uw Ameri- kaamsche handelsreis naar Konings bergen terugkeert, ge vol vreugde uit- dcept„Wat een rijk land, welk een koopkrachtig volk En' u, juffrouw Blechlsmiib, wat zial iflc u toéwenschen, zonder te onbe scheiden te worden, Verder wénsc-h ik den hieér Ema nuel1 Martini toe, dat hij: op zijn tour- née evenveel applaus zal behalen als onlangs wie herinnert het zich niet op onzen voordrachtavond. Batrnes en heeren, Ui zal het kort maken, ik werisch u allen datgene, wat u zichzelf taewerischt. Alleen voor U', kapitein, wil ik niog een bij'zondie- ren Wensch jidfsprekennamelijk da.t uw aanstaande reizen even, gelukkig miogen. verioopen als onze reis tot nu toé- En hieraan wil Ik dén dlank vast- knooperi, döen wij u allen pehuldSg zijn. Het water is een gevaarlijk ele ment, dat den mensehen dikwijls par ten speelt. Als wij in weerwil daar van toch veilig den Oceaan zijn over gestoken, dan, danken wij dat aan uw zorgen;, kapitein, uw consdJentieuse Leiding en het plichtsgevoel en d'en ijver van uw bemanning. En daarom verzoek ik u, geachte dames en hee ren, op te staan en met mij te drinken op onzen hooggeachten kapitein en zijn manschappenLang zullen, zij leven hoera hoera Vol geestdrift stemmen allen hier mee in en iedereen wil mét den vrien- délijken gezagvoerder klinken. Tegen, den avond wordt het weer. helaas, somberder. De zee wordt weer onrustig. Daarbij komt een zware mist, die maakt, dat men geen tien poesen voor zich uit kan zien. Alle passagiers ga,an daarom vroegtijdig naar bed1, maar de misthoorn met zijn onheilspellend en oorverscheurend ge toeter inaakfTiet slapen voor de mees te. passagiers totaal onmogelijk. Al len weten, dat de mist, dé grootste vijand van den zeeman, des te ge vaarlijker is, naarmate men het land meer nadert. Plotseling middernacht is allang voorhij klinkt vlak achter de „Cha- m^i|steo,, het schelle, laniggeirechte gie ren Van een stóbtafluit. De kapitein, die naast den wachthebbenden der den officier op de commandobrug staat, kee-rt zich met een rule om. Hij ziet eeni groen licht, dat met groote tenelihleid de bakboordzijde van de „Chamisso" nadert. Om, Godswilroept de oude zee man, tot in merg en been schrik kend. Juist wil hij het hevel geven hiet roer naar stuurboordzijde om te wenden, als een heftige schok van, het schip Item bijna op den grond gooit- Ont steld richt hij zich weer op. Nu ziet hij ook een rood licht en hoort de machine van een vreemde boot. Geen twijfel méér mogelijk, het vreemde schip heeft de „Chamisso" aangevaren. Met geweldige wilskracht dringt hij het gevoel van schrik, dat hem dreigt te bevangen, terug, en geeft den of- ficiter naast zich het hevel te gaan boor en h'oe groot dte schade iis, die er i's aangéri/chit. De derde officier snelt de trap af naar bakboordzijde, waar die lichten van het vreemde «chip, dlat niet mee r te zien is, en dat met volle kracht verder gestoomd schijnt te zijn, op gedoken zijn. Hij buigt zich ver over boord, en ziet een lichtschijnsel o,p het water vallen. Dus (hier, vlak achter de ma chinekamer, is het lek. Daar gaat de „Ghiamissó" ook al naar links over hellen. Schotten1 sluiten'! commandeert de kapitein op de brug. Eh dadelijk daarop Alles aan boord De manschap pen op hnxu post Terwijl de de.nd.e officier naar de kajuit snelt, om te zorgen, dat de schotten gesloten worden, beveelt de kapitein noodsignalen te geven. Het gebod wordt dadelijk opgevolgd. Officieren en manschappen doen koelbloedig en met bewonderenswaar dige accuratesse hun plicht. Ben- gaalsch vuur en vuurpijlen worden afgestoken, en voortdurend met korte tuEschenpoozen laiat de stoomfluit zich hooren. Ondier de passagiers onfetaat eene onbetschrijflijke verwarring. Allen hél len de meesten slechts half ge kleed naar het dek, .ieder wil liet eerst hoven zijn. Het aangeboren ge voel voor lijfsbehoud te zorgen, dringt alle andere gedachten op zijde. Vergeefs krij,scht miss Bleolvsmitb in den groots ten angst Mr. Rasch, ik smeek u, red mij I Mi". Rasch, ik heb u lief De krachtige inan uit Pommeren niet zijn reuzengestalte is dé eerste, die de trap opstormt. Alle anderen volgen hem, elkander stootenddrin gend en duwend. Houd je mond, Kittyschreeuwt Mr. Blechismdith woedend. De kerel hoort je niet. Maalc toch voort- Hij pakt dé half bewiustelooze met zijne gespierde rechterhand beet en weet zo,o mét haar boven, te komen Mr. Hillyard Legt zijn arm o-m de schouders van zijn zuster en kalm en bedaard, hoewel doodsbleek, haasten beiden zich voort. Consul Habermiann spréékt zijne klagende vrouw moed in. haar bij de eene hand nemend., terwijl hij met de andere zijn dochter v&stlhoudt. Met knikkende 'knieën, zich kramp achtig aan dé leuning vasthoudend, gaat de heer Müller naar boven. Zijn' tanden slaan hoorbaar tegen eilkaar, koortsachtige doodsangst spreekt, uit zijn dwalende oogen (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1907 | | pagina 1