Verschijnt dagelijks, behalve op Zoo* en Feestdagen.
NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
Haarlemsche
andelsvereeniging
PARIJ3CHE BRIEVEN.
HET TOONEEL
0nz9 Lachhoek.
25e Jaargang.
No. 7583
MAANDAG 18 MAABT 1908 B
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN
PER DRIE MAANDEN*
Haarlet»1.20
•^©r de dorpea in des omtrek waar een Agent gevestigd is (kom dsr
gemeente) 1.30
5 per post door Nederlands 1.65
z nummers0.02H
I Zondagsblad, voor Haarlem037J4
o, de omstreken en franco per post 0.45
ügav« der Vennootschap Lonrens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM.
ADVEF mmSNi
Van 15 regels 50 Cts.: Iedere regwi meer 10 Os. Buiten het Arrondissement
Haarlem van 1—5 regels 1.—elke regel meer/OJO. Reclames 30 Cent per regfiL
Bij Abonnement aanzienlijk rabat
AdvertentiSn van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing;
50 Cts. voor 3 plaatsingen k contant
Redactie en Administratie! Groote Hoots treat 55.
ktfercommnnaal Telefoonnummer der Redactie 600 ei der Administratie724
Drukkerij: Zolder Buitenspaarae 6, T "•oonmimiiier 122.
Tot de plaatsing van advertentiên en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA,
Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229.
TWEEDE BLAD.
r.adgek. bij Kon. Beal. van 12 Nov. 1899
De Haarlemsche Handelsvereeiii-
ng hier ter "stede, opgericht 10 Mei
heeft in den loop van den tijd
el haar recht van bestaan bewezen,
zeer vele gevallen, zaken van ver-
ihillenden aard betreffende, is zij
igetreden en dikwijls met groot
ïcces. Jammer echter, dat men alge
een niet meer blijkt geeft, dit te
aardeeren, dool" als lid der Vereeni-
toe te oreden. Er zijn wel meer
ia 600 leden, maar dat is niet vol-
oende. Elk handelaar, neringdoen-
ja zelfs particulieren, moesten lid
orden, om tenminste te laten gevoe-
n, dat men het werk op prijs stelt,
it de Haarlemsche Handelsvereeni-
ng steeds upneemt, als doende, wat
ire hand vindt om te doen.
De voordeeien, die de Vereeniging
ïiten hare bemoeiingen van ver-
hillenden aard, haren leden aan-
edt, zijn zeer vele en zeer groote
genover de geringe jaarlijksche
ntributie van ƒ3.50, die gevraagd
ordt.
De Haarlemsche Handelsvereeni-
Qg bemoeit zich in de eerste plaats
mede, de belangen van hare leden
bevorderen door onwillige beta-
voor hen tot betaling aan te
men en informatiën voor hen in te
nnen. Bovendien hebben de leden
recht, het hun gratis te verstrek-
advies van den rechtsgeleerden
'iseur der Vereeniging te vragen,
ook in proceduren en faiïlisse-
nten gratis voor hen optreedt, na-
ïrlijk alleen voor zaken betreffende
handel en het bedrijf der leden.
Rechtsgeleerde adviseurs der Ver-
liging' zijn de lieeren Mrs. Th. de
lan Hugennoltz en A. H. J. Merens,
aarne 94, alhier, die voor de leden
;en werkdag van 24 uur des na-
ddags ziin te spreken,
ïïet bureau der Vereeniging is ge-
tigd Jansweg 11.
'oor incasso's door bemiddeling
Vereeniging wordt een vast.
:ht van 5 pet. der vordering bere-
■a-
tovendien moet 10 cent voor port.
eds worden bijgevoegd, bij Lnzen-
van vorderingen door bemidde-
der advocaten te innen1.
)e kosten van :nfoa-miatiën waar
tea de stad woonachtige personen-.
Iragen GO cte. per informatie, plus
cents porto-vei'goediijng. Informa-
mar binnen de stad won-endo
sonen wonden .gratis venst-reikt.
'retentien rp buiten de stad wo-
de personen worden niet behan-
warmeer niet 10 cts voor porto-
ftoedimg is toegevoegd
tfiini 1748 informatiën en reohts-
•eid» adviezen werden in het af ge
ien jaar gegeven
oor het vereenigmgsjaar 1908/0
'*sn nu reeds nieuwe leden toetre-
dle alsdan tot 1 Mei a_s. alle
hechten genieten als gewoon li<L
December 1907 en Januari 1908
53 vorderingen tot een bedrag
ƒ1022.89 betaald, 8 vorderingen
dea afbetaald, 18 vorderingen zijn
esteld,
sn wordt geraden alvorens te le-'
t> aan. A. L. Corver, Kennemer-
ii No. 3, J. van. Kammen, Leid
splein 47 rood, ook wel adres op
aode Van Kranenburg, Schouw -
laan 25, N. Wiebes, vrachtrijder,
anendaoiscke Weg 209, Bloemen-
1, Mejuffrouw De Rooij, Lange
aastraat 7, zich om inlichtingen
«voegen aan het kantoor.
Jlgens art. 7 dient het geheim der
au van wanbetalers ongeschon-
te blijven.
la brieven, aanvragen, reclames
?ot ook, moeten worden, geadres-
d aan het bureau, dat geopend
ogfelijkia van 's morgens 9 tot 1 uur,
'snamiddags van 2 tot 4 uur,
tr dan ook. verdere inlichtingen
te bekomen1.
otBestuur heeft bemerkt, dat men
i? meent, dal men, hoewel geen
lor H. H. V., toch van haar infor-
'ën. kan bekomen en brengt nu
«aals en uitdrukkelijk ter kennis,
alleen aan leden der Vereeniging
Jriatiën door haar worden ver-
U er dot voor informatiëD op.-
^ter stede woonachtige personen
tbetaling mag worden gevorderd.
HET BESTUUR
XX.
In de hoofdstad van een zeker rijk
in Europa was een speelbank, die
zich niet als zoodanig uitgaf, doch'
zich bij den burgerlijken stand had
laten inschrijven als weldadigheids
inrichting. Dit deed ze voor alle vei
ligheid, nad^maal in bedoeld rijk het
grof-spelen uitsluitend geoorloofd is
aan de Beurs. Wat ik vreemd vind,
maar wat toch waar is.
In diezelfde hoofdstad was een veel
schrijvende journalist, die de ge
woonte had, uit vijf krantenartikelen
een zesde saam te prutsen, door mid
del van een chemisch sausje, dat
door ongeletterde en naïeve lezers
nogal smakelijk werd gevonden. Op
zekeren dag gevoelde onze penny-a-
liner grooten lust om van programma
te veranderen en eens ,,naar het le
ven" te schrijven. Als hij eens de
speelbank bezocht... Ze eischte daar
toe wel vreemdelingschap en lidmaat
schap maar, enfin, daar was waar
lijk wel iets op te vinden. De artike
len zouden er zelfs des te belangrij
ker en geruchtmakender om worden.
Inderdaad verschenen er artikelen
over de speelbank in kwestie, artike
len in den trant der romans van Pon-
son du Terrail en Emile Gaboriau.
Tevens trad onze journalist die er
intusschen niet tegen opgezien zou
hebben, aan een buitenlandsche
speelbank te Monte-Carlo bijvoorbeeld
een kansje te wagen bij deze gele
genheid als moralist op; dat kon al
licht zijn prestige als schrijver ver-
lioogen. Die speelbank was een schan
de voor ons land van noesten arbeid,
enz. enz.! Ze moest door ons volk in
getrapt worden! Op, mannen! Hetche
mische sausje hield ditmaal ook vi
triool in. De naïeve lezers vonden on
zen journalist een goed vaderlander,
nazaat van Helmers.
Vrij langen tijd daarna kwam de
zaak van de „bewuste" speelbank
voor het "erecht. Onze broodschrijver
was een der getuigen. En bij het ver
hoor bleek, dat Roepie Frazenmaker..
de speelbank heelemaal niet had be
zocht. Hij was teruggeschrikt voor
de entréegelden 20.waarvan hij
niet wist, zoo verklaarde hij, of hij ze
van zijn blad zou vergoed krijgen!
Scherpe kritiek, tusschen twee haak
jes, op bedoelde krant, nog wel van
de zijde van een medewerker. Roepie,
en met hem de krant, sloeg op die te
rechtzitting een poover, pieterig en
jammerlijk figuur. Zelfs de galgenhu
mor, dien hij zich bij die gelegenheid
veroorloofde te debiteeren, was van
min allooi.
Ernstige moraal: Journalisten, in
sommige gevallen is fantasie geoor
loofd. Fantaseert dan vrij, vooral als
ge het mooi of geestig kunt doen.
Maar houdt in élk geval den laster en
de opruiing buiten spel. Anders zijt
ge een ellendig scribent. Richt dan
het zoeklicht op eigen geweten.
Den 3d en dezer was het hier Mar-
di-gras. Biina had ik dien Parijschen
vreugdedag belasterd.
Het regende 's ochtends, het regen
de 's middags De wereld doet heel
dikwijls erg raar met feestdagen.
Kiest er gemeenlijk triestige dagen
voor uit.
Wat zou er van den jubelavond
worden? Het feest zou in het water
vallen, meende ik vast. Wrevelig
scherpte ik bij voorbaat mijn pen en
schreef een hoongedicht van 800 re
gels, waarvan ik, met auteurs-ijdel-
heid, de eerste 16 hieronder aan de
vergetelheid ontruk:
Heden is het Mardi-gras,
Dag van vreugd' en van jolijt...
Morgen brengen, olala!
't Regent, 't regent heel den tijd.
Regen klatert, regen stroomt,
En de hemel kijkt ontroerd.
't Feest is nu al afgeroomd.
Sjonge, sjong'. wat is 't beroerd!
'k Ga vanavond niet van huis,
't Wordt toch vast een feest van niks.
'k Ga niet uit, blijf liever thuis;
Doe geen stap, zelfs voor geen riks.
'k Wed, dat op de boulevards
Niemand te bekennen is.
Let maar op, of het niet waar is.
Lamme regen brrr! 't is frisch!
Nadat ik evenwel de 800 Danteske
regels voleindigd had, dacht ik plot
seling aan Roepie's optreden. Het
schaamrood steeg me naar de bruine
wangen, waardoor een mixtum-com-
positum-kleurtje ontstond. Ik besloot
mijn plicht te doen en, ten spijt van
allen regen, 's avonds tóch naar de
boulevards te gaan.
Ik heb er geen spijt van gehad.
Mooi weêr" of klaterregen als de
Parij zenaar feest wil vieren, laat hij
zich door niets weerhouden. „On n'a
pas idéé de ga en province", zegt de
rechtgeaarde Parij zenaar dikwijls.
Met- „province' bedoelt hij niet slechts
de provincie, doch ook IJsland, Hol
land, Patagonië, Australië, kortom,
alle mogelijke oorden en werelddee-
len, die hij voor zeer achterlijk houdt.
's Avonds was de regen wat be
daard. Het druppelde alleen nog
maar, zoo nu en dan. Pluvius scheen
het zelf ook wel wat erg te vinden, als
de feestvierenden natte confetti in 't
gedicht zouden krijgen. Droge confet
ti, zoo dacht de regengod, kittelen
hoogstens: natte doen pijn en plak
ken.
De groote boulevards waren vol
menschen. In de meeste café's was
het een heksentoer, zich een plaatsje
te vex*overen. Er waren actieve en er
waren passieve voetgangers. Actieve,
die lachten en joelden, en holden en
stilstonden, en naar. rechts, links,
voor en achter met confetti gooiden,
vroolijke toespraken hielden. Passie
ve^ die, zoolang er geen gedrang of
stremming was, regelmatig heen en
terug wandelden, belangstellend om
zich heen keken en stillen schik had
den. Het spreekt vanzelf, dat de pas
sieven het allermeest actieve worpen
confetti in het gezicht kregen.
Gecostumeerden en gemaskerden
haalden malle fratsen uit en slaakten
af en toe kreten van pleizier, die,
dunkt mij ook ten tijde van de Baby
lonische spraakverwarring moeten
zijn gehoord Een der gekostumeer
den stelde Abd-el-Kadèr voor. Ik hield
hem staande en riep hem, zonder zin
noch slot. een dertigtal Arabische
woorden toe, 'geestelijke restantjes uit
mijn Indischen tijd. De man stond
een oogenblik perplex; op een landge
nootelij k avontuur had hij dien
avond klaarblijkelijk niet gerekend.
Daarop vermande hij zich, stootte et
telijke simili-Arabische keelklanken
moeizaam uit en eindigde zijn weder
woord met de niét-Arabische, woor
den- .FieViü-mni-la. pais;!" Waaibp hij
'm zelf ficheerde.
In weinig tijd lagen de confetti dui
men dik op de breede boulevards. Wij
liepen als op rozen, ook ten opzichte
van de kleurschakeeringen. Geen rij
tuigen, omnibussen, automobielen
dwongen ons tot snelle uitwijkingen
en haastige zijsprongen. Slechts te
gen de tijden van theatergang en -uit
gang kregen de vehikels vrije passa
ge.
Een zee van geluiden. Allerwegen
brouhaha. Op tallooze plaatsen brach
ten camelots van allerlei leeftijd en
van beide geslachten zakken confetti
aan den man en riepen om
het hardst: Le véritable kilo a cin-
quante centimes!" Er schijnen, tus
schen twee haakjes, ook onechte ki
lo's te ziin, zooals de vele, die een
krachtpatser omhoog heft, en de wei
nige, die een gezette dame weegt.
Kermis-vocalisten en -instrumenta
listen overal. Gelukkig, dat ik niet als
muziekrecensent fungeerde en in een
stemming was om de stemvork van
mijn gehoor een zalige rust te gun
nen. Want uitteraard lieten zich de
zen avond ook de grootste stumpers
hooren, wel wetende, dat men in feest
stemming «ewoonlijk goedgeefsch is
en zich noch om K-kruis noch om Q-
mol bekommert. Een grijsaard was er
bij,.wien de kommer en de zorg op het
magere, rimpelige gezicht te lezen
stonden en die een lied van wel tien
coupletten zong, waarin telkenmale
voorkwam, dat „la vie est joyeuse".
Arme 'stakkerd! liet huiverde mij.
Dien avond haalde hij gelukkig zoo
veel op, dat hij er wel een week op
kon teren. Aldus: vive Mardi-gras.
De dames, met wie ik uitging j
eigenlijk gingen zij met mij. uit, maar
uit galanterie moet je de wereld wei
eens omkeeren die dames muakten
de juiste opmerking, dat het Fran-
sche volk zelfs in de grootste uitgela
tenheid niet grof wordt, en verheug
den er zich over, dat er, anders dun
bij ons te lande, geen aangeschoten en
hossende mmschen waren, die joden
doorgang- versperden of je in hun
vulgaire, ongebreidelde vaart mee
sleepten- Hoe verrukt, dacht ik, zou
den mijn geleidsters niet zijn over de
allororcLeljjkste Javanen, daar in het
verre., ventte lend, waar wij de zege
ningen der christelijke beschaving
heeten te brengen.
Een mijner geleidsters lachte op
een gegeven oogenbtók luidkeels.
Rrrpp een. volle laag confetti vloog
baar in den mond. „Fermez voire
bouchezei de gooier glimlachend.
Dat was de eerste maal in mijn leven,
dat ik een Franschman in het pu
bliek een dame hoorde beduiden, dat
zij haar mond moest houden.
'n Stuk of twintig studenten, met
zwarte baretten op, waaromheen roo
ds bandjes met bijbehoorende in
signes, hadden hun klassiek Quaxtier
Latin ook mijn kwartier, asje
blieft verlaten en waren in een der
café's van den Boulevard Monfmartre
neèrgestreken, Het café voer er wel
bij. Talloozen wenschtem hun grap
pen bij te wonen een naar hun geor
dend studentengezang te luisteren.
Niiet één was er dronken, en er wer
den geen glazen gebroken.
Summa summarumer was zéér
veel „Levensgang", zonder aanstelle
righeid van .Menschenwee".
Leve Mardi-gras 1
Ik heb zoopas mijn....hm... Dantesk
gedicht levend verbrand.
Van gedichten (1) naar dichters 'S
maar één stap. Eigenlijk minder nog.
De open fauteuils aan de Académie
Frangaliee, vacant gekomen door den
dood van André Theuriet, Marcel in
Berth elot en Sully-Prudhomme, zajn
den 5den dezer weêr.... hoe zal ik het
zoggen.... vergeven geworden.
Voor den fauteuil van wijlen
romanschrijver André Theuriet had
den zich drie dichters candidaat
steLd, met name Jean Richepin, Henri
de Rógnier en Edmooid Haraucourt,
alle drie dichters van groote beteeke-
.hils. Bij de derdie herstemming Jcwam
Jean Riclieplin, de beroemdste van het
drietal, ial6 gekozene uit.
Voor den fauteuil van Berth elot had
zich slechte één candiidaat aange
meld 'de journalist Frame-its Char
mes, opvolger van Ferdinand Brune-
tüère als directeur van de gewichtige
„Revue das Deux Mandes". Het is mij
glad ombekend, welk charme het jour
nalistiek werk van den, heer Charmes
heeft om het te zijnen opzichte uitge
sproken dignus est imtrare te recht
vaardigen.
Voor don fauteuil van wijlen den
inderdaad onsterrfelijkem dichter Sul
ly-Prudhomme haddon zich vier
letterkundigen Jean AioaaxB, Emile
Per,gerat, Auguste Dorchain en Char
les de Pomairolö en de mathema
ticus Henri Poimcarré candidaat ge
steld. Dorchain trok zich op het
laatste oogenblik terug. Men ver
wachtte algemeen, dat óf Jean Aicard
óf Emile Berg eraf. zou worden geko
zen. MisDe wiskundige zal" op
Suiily-Prudhomme's plaste gaan zit-
teriTm W ru -r>,
dat üetmamid, die Poim(t)carré, is: Viem-
kant-pumit heet, voorbeschikt, te, om
mathematicus te worden of te zijn
•Maar te drommel, hoe kam een dfich-
terszi&M met^.uccès bekampt worden
door een man van punten, vierkanten
enz., mis zijn concurrenten dichters
i zijn Waarom belegerde hij niet den
zeitefl van wijlen, dan wetenschapsman
Perth elot Francis Charmes' ver
diensten zouden dan wel erg verblee-
kem bij die der drrie anderen. Maar
moesten Charmes en Poincarré er
perse in gedraè-id worden
De receptie der nieuwgekozenen- zal
waarschijnlijk eerst tegen den herfst
plaats hebben.
Waarom eerst dim zal menigeen
vragen.
Wel, het gebruik, de heilige tradi
tie, brengt mede, dat de nieuweling
eene lofrede uitspreekt op zijn voor
ganger, en eon der veteranen van het.
0 nisterfel i jfcheidshuis den nieuweling
antwoordt met een rede, waarin des
rieuwelimigs werken ter sprake wor
den- gebracht.
De eerste onsterfelijke, die zoo'n
„discours dJe néception" heeft gehou
den, was de advocaat natuur
lijk een advocaatOlivier Par
tru. die in 16-40 de poorten van Riche
lieu's stichting voor zich ontsluiten
zag. Zijn balie-welsprekendheid is,
om zoo te zeggen, de moeder der nxal-
1 traditie in kwestie.
Mal. Ja, waarachtigmal. Als, bij
voorbeeld, de nieuweling de werken
van zijn voorganger verre van mooi
of goed vindt? Als hij tot e.em gansch
andere, een tegengestelde richting
behoort Als het oeuvre van zijn voor
ganger buten zijn bevattingsvermo
gen of zijn studieveld ligt? Om bij
do jongste verkiezingen te blijven
hoe kan de journalist Charmes den
door Berthelöt, den grooten weten
schapsman, verrichten arbeid naar
behooren upprecieerem Eu wat be
grijpt de mathematicus Poincarré
van Sul 1 y-Pr.udhamme's fijne poèzie.
Het is, welbeschouwd, één-en-al pop
penkasten j.
Zoo'n nieuwe „immortel" verklaart
altijd, dat zijn benoeming hem een
onverwacht geluk of een ongedachte
eer was. Saperl'ipofpette 1 er zijn er
ibijk die zich vijf tot toen jaar candi
daat hebben gestold, met onverdro
ten ijver en onverzwakte eerzucht.
En dan de antwoorden der recepi-
eerende veteranenDaar loopt ge
meenlijk een aardig» dosis borelllsme
door.
Wat borellisme is?
Borellismo is afgeleid van Boret
(Iïenri) en beteekenthet xiitsluitend
melden van dat minimale gedeelte
der waarheid, hetwelk te stade komt,
en het verzwijgen van de gevaar
lijke rest der waarheid.
Voorbeeldin een van zijn zooge
naamde „replieken" schreef do heer
Borel, dat hij ziin inlichtingen, niét
had; van de geïncrimineerde heeren
S. en H. Maar hij verzwéég „pour lo
besoin de la cause", dat hij ze wél
had van den bróéder van S., tevens
ondergeschikte en zendbriefschrijver
van beide eerstgenoemden.
Tweede voorbeeldin dezelfde „re
pliek" schreef hij, dat hij zijn benoe
ming niet aan een zékeren persoon te
donken bad. HIik zag hem pas, toen
de heer H. me al benoemd had'." De
lieverd verzwéég, dat zijne tweede
echtgenoot» tevoren als zijn zendelim
ge bij bedoelden persoon was geweest
zonder wiens voorspraak en aandrang
hii niét ware benoemd geworden.
Verdere voorbeeldendo geïdeali
seerde autobiographieën ,,Het recht
der liefde", „De leugen der eer", enz.
Zie, dat te borellisme. Welnu, ik
heb in de laatste dagen gesnuffeld in
d- hoop „discours de réception", en,
het is mij gebleken, dat in de ant
woorden der wel k om-heetende ouwe-
lingen het borellisme dikwijls hoogtij
viert. De waarheid wordt gemeenlijk
derwijze gekort-, geplodid, geschikt,
verminkt en dus, ,,en soirane", verlen
gend, dat het portret van- den nieu
wen broedei- vrij onherkenbaar is.
Och, de homo1 n o v u s moet vooral
niet denken-, dat hij zoo malar dade
lijk de cvenboor-tige is van zijn oudere
collega's. Dies wordt hem d'e lof ka
rig toegemeten en worden: hem hate-
lijkheid'jes niet bespaard.
De nieuweling heeft niet het recht
om op zoo'n altijd min of meer ver
nederende welkomstrede te antwoor
den „Fiche-moii la padx
Om op Rüchepin terug te komen
deze man, die zich in de republiek
der letteren hoogelijk heeft onder
scheiden als dichter, romanschrij
ver, tooneelschrijver, conférencier en
tooneelcriticus, en die indertijd, in
ziin „Nana-Sahib", met groot succès
als t-ooneelspeler is opgetreden de-
z? literator van den eersten rang is
in vroegere jaren óók geweest: ma
troos, sjouwerman en schoorsteen
veger.
Een veelbewogen leven, wat En
een formidabele kraan
OTTO KNAAP.
Stadsnieuws
HET JUBILEUM VAN MEVROUW
ELLENBERGER.
Het orkest in onzen schouwburg is
bij tooneeluitvoeringen gewoonlijk
een leege zwarte verlaten diepte,
die gapend de hoogere rangen aan
kijkt.
Maar branden er lichtjes, piept het
geziegezaag van violen er uit, en... is
de zaal slecht bezet, dan is er iets bij
zonders te doen.
En Donderdagavond brandden er
de lichtjes in het orkest, uit de diepte
klonken in de pauze wat hippel- en
trippeldeuntjes, de zaal was slecht be
zet; dus er was iets bijzonders gaande.
En dat was zoo: mevrouw Ellenber
ger was hier gekomen om haar veer
tigjarige tooneelloopbaan te vieren.
Maar voor de mager bezette zaal
was een exams te vinden: mevrouw
Ellenberger moge in de gloriedagen
van Veltman en andere beroemdhe
den van vroeger tijden als artiste van
het tweede plan haar verdiensten en
ook in Haarlem haar vrienden geteld
hebben, het geslacht van heden kent
haar bijna niet en dan nog hoofdza
kelijk uit gesprekken van ouderen.
Ook het stuk was niet gelukkig
gekozen. .Zwarte Griet" was, evenals
verscheiden andere stukken van Ro
sier Fa assen, geschreven om hem
zelf en mevrouw Beersmans aan een
paar „mooie" rollen te helpen.
Trinette Beersmans als Zwarte
Griet en Faassen als de pastoor heb
ben in dit stuk dan ook menigen
triomf gevierd. Maar deze romanti
sche draak pakt nu niet meer.
De valsche sentimentaliteit, het te
koop loopen met allerlei goedkoope
braafheid 't werken op een succes bij
het, schellinkje, de overbluffende on
waarheid der teekening van men
schen uit het volk dit alles maakt
dit zoogenaamde „volksstuk" tot een
narig, sentimentalig ding. dat korze
lig maakt om naar te kijken als men
dénkt, aan den verloren tijd.
Mevrouw Ellenberger had gisteren
in de rol van Zwarte Griet, die zij
met behoorlijke verdiehste speelde,
maar één oogenblik, waarop zij 'm
nog eens op ouderwetsche manier
,van Jetje geven kon".
Dat was in de slotscène.
Het publiek was heel lief vóórhaar;
het applaudisseerde telkens en ten
slotte kreeg ze drie bloemstukken:
een van Cremer", een van den eige
naar, en een van den directeur van
den schouwburg, waarvoor zij harte
lijk met eenige woorden bedankte.
FRANS NETSCHER.
Li aderen u vond.
Het programma van den Liederen-
avomd, te gevx-n door Joh-arma van
Linden v. d. Heuvell en Hendrik C.
van Oort op Dinsdag a.s., bevatlie
deren van Rossi, Bac-hi, Yon Hauseg-
ger. Van- Tussenbroek, v. Bracken
Focic en Schumann (DichterlLebe)
duetten van H&ndek Henschel!, Cor
nelius, v. Ren Ti os en Hilda ch. Het
lijdt geen twijfel, of velen zullen dteze
hier zoo geliefde zangeres met haar
heerlijke steanmidAelen willen hoo
ren.
Cliënt. Zou u me even het oor
willen 1 oen en?
Bankier iverstrooid)Jawel,
maar tegen zes procent en met twee
borgen.
Onderwijzer. Waarom zijn de vis
schen stom?
Keesje. Ook 'n vraag, meester]
probeer u eens om onder water to
praten I
MISPLAATSTE FANTASIE.
Arthur heeft bijzonder veel fan
tasie, niet waar? vroeg Arthurs ma
ma aan zijnen onderwijzer.
Ja, mevrouw, en wel voorat hf
aardrijkskunde en geschiedenis.
Student A. Ik had wel trek er
gens een potje bier te gaan drinken.
Student B. Welnu, doe wat je
niet laten kunt.
Student A. Jawel, amice, maar ife
heb geen cent op zak.
Student B. O zoo, laat dan wat
je niet doen kunt.
WAT HET FEUILLETON TE
LEZEN GAF.
Terwijl de gezworenen onder
doodelijke stilte hunne zetels haddea.'
ingenomen, stond de voorzittter op eri
met een plechtig gebaar op den met
bloed bevlekten dolk, die op de tafel
vóór hem lag, wijzend, riep hij den
beschuldigde toe:
(Wordt vervolgd).
ARMOEDE IS GEEN SCHANDE.
Mijn gelaat is miin fortuin, zei
zij.
Nu, antwoordde hij, armoede is
geen schande, doch het is dikwijls
lastig en minder aangenaam.
OOK EEN ARTIKEL.
Aristokraat (uit de hoogte). Ja,
mijn naam is eigenlijk niet Hubers,
ik reis namelijk incognito.
Reiziger. Zoo, zoo, in conjito,
zegt u? 'n Nieuw artikel?.. Ik reis In
leder.
EENE NIEUWE LOONREGELING.
De vereeniging van Boek- en Steen
drukkerspatroons te Haarlem heeft in
hare vergadering van 12 dezer beslo
ten de navolgende loonregeling voor
het personeel der zetterijen, met In
gang van 1 April a.s. in te voeren.
1. Een maand na de invoering der
regeling wordt het minimum uurloon
voor een zetter bepaald op 19 cent, en
op 1 Januari 1909 op 20 cent.
2. Het in sub 1 genoemd loon geldt
voor personen boven de 25 jaar. Voor
elk jaar daar beneden wordt het mi
nimum 1 cent lager gesteld.
3. Om in bovenstaande regeling te
vallen wordt de 20-jarige leeftijd ver-
eischt.
4. Deze regeling geldt voor 7/10 van
het personeel.
5. Tot het personeel worden niet
gerekend de jeugdige personen die
minder dan 3 cent per uur verdie
nen.
De navolgende drukkerijen hebbe*
zich bereid verklaard deze loonrege
ling in te voeren:
De Erven F. Bohn; J. A. Boom,
Joh. Enschedé Zonen, HaarL Druk
kers- en Uitgevers-Maatschappij v.h.
Gebr. Nobels, P. L. M. Ketting, J. L.
E. I. Kleynenberg, De Erven Loosjes,
Vennootschap Lourens Coster; Met
Meylink, H. A. van Olphen, Ruygrok
en Co.
HOE 'T MISLOOPT.
E-nxlelijk en t«n laatste had Jan ge-
teéketmd, hij was gekeurd, was naar
Harderwijk geweest, liep nou in zijn.
mooie pakje rand en in z'n zak ram
melde 't handgeld... Hij kan toch
geen werk meer krijgen door die ka
meraads van achter de balie -in de
Rechtszaal... En nou kon-ie ze thuis
uit de brand helpen, en zichzelf een
paar goede weken bezorgen, en dan
trok-ie zich, eenmaal op de boot, ver-
dei" van. den, rommel niks aan.
Zóó uit Harderwijk liep-ie de stad
i\ te flaneer en met een dure sigaar
een van 2 1/2 in "t hoofd. jongens
kop nog, vooral nu onder 't kinder
achtige mutsje; in de spiegelruiten be-
kedk-ie zichzelf en vond, dat 't hem.
toch kranig stond, 't grijze pakje met
de oranje-biezen....
En in een koffiehuis, niet al te def
tig, want daar zouen ze 'm niet dul
den. nam-ie op z'n gemak een coa-
jakje.... dat kon d'r nou óók af... en
toon 't zoo lekker smaakte nog een.
Opgewekt en monter wandelde hij
dan weer langs de straten, liep toen
- - in een vlaag van nieuwsgierigheid,
hoe ze 'm vinden zouën de Jans
straat in, waar-ia alle kameraads van
oud» verwachten kon nu "t -tegen half
twee- ging, heropen"ings-uur van. de
zitting.
't Was een heel hoeraatje toen ze