m
RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD
t«!
E-
uv
WW
Raadseloplossingen
Dagboek vao Cesar.
Brievenbus
DAMRUBRIEK.
a a
b-bW
Raadsels
(Bezo ra-acteelfc behooran niet
!bij den wed'strij.cL, jnaaji' zijn
aüe ingezondieoi clioor jori-
gens e»n mei'sjés, die „Voor
Onase Jeugd" lezen. De ma-
;aiön der kinderen, die mij
vóór Donderdagmorgen op-
(tosslugén zenden, worden
ixi het volgend nummer be
is-end' gemaakt).
1. (ingezonden door Si'ctse Bei-
'Zoek uit onderslaandein zin een be-
isven plaats
Da edelman gebood zijn knecht, liet
>aard ie halen.
(Ingezonden door Frans van
anohd).
Ik ben eau plaats in Nederland en
,-SO uit 14 letters.
12 3 4 5 is een plaats in Noord-
oüancl
8 7 8 9 is een hemellichaam.
10 12 13 14 is een werktuig.
3 9 4a een dier.
(Eogezotnden door Jan Sou-
a'ein).
IVtlKkö sp-reekiwij.ze leest gij Meruit
XI.
(Ingezonden door Bona
d.
ï&y
MeS een k ben ik een regeerend
srsooB.
Met een h ben ik zeer zoet.
5. (toge&indfen door Rdka W i j|kihui-
Wai vindt ge müdden in Amsier-
sm
6. (Mgöbondeai dom1 Zus Duursma).
Wie kan. het onderstaande zegjgnu 1
.,Ik heb iets, dat niemand uwer
raag zou willen hebben, maar hüdt
s het dan zoudt ge liet evenals -1'
jor geen geld willen missen.
(Ingezonden door Annie e>n Ma-
ia van Zutphen).
Mijn eerste is de stam van een
rerkwoord.
Mijn tweede is een persoonlijk voor-
aamwoord.
Mijn geheel is een land Ln Europa.
8.
In i
ten
Goede oplossingen ontving ük deze
vloek, Van
Dina Redlefcar 10.
An/tora Kooxaen 6.
Nanne Na/ut a 8.
GorneJia Rieden 6.
I. Kil'oos 4.
Rram van Niet 10.
Heaidricus Nek 10.
Hariti Rdensta'a 10.
Juris je Valthuizen: 2.
CoameDs- Sluimere 9.
Adriaan Bol ierman 9.
-Johanna ReyeT 3.
M. van Wijngaarden 3.
Frans en Piet Bolle 10.
Dirk Bruinier 10.
Anna Ploeg'4.
Eduard Boe>ré 6.
Anton de Kam 10.
Henri Ackermnrtn 8.
Dirkje ModLema 5.
Grada em Anton v. cL Bogaar&t 8.
Nico TWisterling 5.
Jo ear Betsy Ploeg 8.
Sieger en Tmus Banke 9.
Anton de Wit 9.
Grietje Kwantes 8.
Dirk Boeré 10.
Marie em Annie van Zutphen 6.
Jahan Wamimds 7.
Gerard en Beppie Meyer 6.
Cornell's en Alberdiiena Emmer 8.
Marie Kolk 6.
Arie van Westei'hofven 9.
J'ansje Emmer 9.
Jan en Gerard Noë 8.
Martina Bruyn 7.
Constant Poppo 5.
9. (Ingezonden door Betsy
amp),
Zet onder elkaar
Een stad in Rusland.
Beu igabergte in Frankrijk.
Een rivier in .Frankrijlk.
Ben land in Europa.
Een rivier in Nederland.
Ben wvareiddeel.
De beginletters moeten dan vor-
dan naam van earn land in E.u-
opa.
10. (Ingezonden door Hubertus
lanik).
Welke voet .heeft geen temern?
De oplossingen van de raadsels
orig-e week zijn
1. Kantoor.
2. Vergeven.
3. Aden.
i. Twee. (Katten hebben geen voe
ten).
Bovmk-arspel.
6. Watt Staat er Wat er staat.
Staat er wat? Br staat wat.
De echo.
Tol lot.
9. Trompet Haarlem Edam
Emma Pan Over Teen
Theepot.
10. Palmstraat.
door Daniël Bauer).
woord van tien lettere ko-
medeklimkera achter elkaar
Doil«
vergeten, te vermelden. Nog wei „Ben je boos op me? 'k Was daar-
een, da© dagelijks terugkomt. Meestal evenwel wat ruw tegen je, hè?"
WEDSTRIJDINZENDINGEN.
Wedstrijdiinzendingem ontving ik
deze wéék al van
Job-ammes van der Bilt.
Hu-go Reerink van Cherihon.
Arie van Rijn.
Johanimes van Rijn.
Willam van der Vlerk.
door Suzanna, S. de Lange,
oud 16 jaar. i
17 Januari, 'k Ben nu niets in een
stemming om te schrijven. Louis heeft
mie tóch gevonden, 'k Lag 's middags,
veilig en wel-, naar meende, in m'n
mandje., en jawel, daar (kwam hij
nam HÏj trok -kisten en manden en
koffers weg. en vond: me. 'k Dacht
nog wed zoohi rustig plaatsje te heb
ben gevonden!
22 Januari. DM- (kcimit nu al van
dat wasschen-Voelde me de laat-
istëi dagen- .zoo riek en naar Op
morgén, toen Sitien kwam, wou
héélema-al ai/iet na-ar bui-ton. Do baas
zei
„1-Ié, Wat zou Ceas schelen, hij wil
in z'n mandje blijven, jankt zoo, Qr"
•schor ook!"
'k Wilde niets hebben, zelfs delduif
niet, dlie de vrouw me voorhield.
•Toen kwam 'er 'n. man-dié nam m'n!
ipootje en spalkte m'n bek o-pen, en
veridaarde toen- met wijsheid, dait
't igevaitte kou was, anders niet; m'n
keel was gezwollen en deed waar
schijnlijk pijndat k nieits dan d'un
gekookte kannemelksche pap mocht
hebben. Wat w.ois 'k hem dankbaar
Dat is immers m'n lieveüiingsko.st
(Behalve soep met kluifjes).
Deze- dagen kreeg 'k dus niiets
klers, en. had 'k maar It liefst, dat ze
■me met, rust lieten. Stlen en Suze
verwenden me naar hartelust, iets,
dat anders niet mag, en zelfs de baas,
vrouw en Louis deden- mee. 'k Kreeg
sneedjes koek, of ut beschuitje in
lauwe .melk geweekt. Nee, als je er
np'iet zoo naar bij was, zou je je hee-le
leven wel ziek -willen, zijn
23 Januari. Eén (kweü'limg heb 'knog
's avonds om 'n uur of vijf. Dan gaat
Louis viool-oefenen. Zoo gauiw 'k
maar zie, dat hij 'tmiuziekgered voor
den dag haalt, -tracht ik de plaat te
poetsen, wat me niet aiitijd gelukt,
n.1. als de deur dicht is niet. Dan
kruip 'k, in een -hoekje en lig zacht te
kreunen, totdat "k voel, dat rik het on
mogelijk langer kan ui thouden. Dan
spring liik pilots op, steek m'n neus in.
de lucht-, cn hef 'n jammerlijk gehuil
aan. En dan mag ik naar m'n mand
je gaan. Louis zegt, dat ik -er maar
aan moet wennen.
24 Januari. Vandaag is er weer wat
mest me gesold't Was géén ■wandel
weer, izoodait Suzie's vriendinnetjes Jo
en Kitty bij haar waren. Ook was
er visite. Dan moet ik toonen, wat ik
kan. Pootjes geven, mooi zitten-, dito
dito mest een klontje suiker op mijn
neus, m'n „onderwerping aanbieden",
doodüiggen, en weetrik-wat-al-meer
Tcesn namen ze, Kitty, Jo, en. Suze,
ine mee naar 'a andere kamer en de
den me kleerea aan van Suve's groota
pop, en 'n mntimensmutsje, volgens
Kitty „op drie haartjeis" op m'n kop.
Jo en Ki-tty namen me ieder bij 'n
voorpoot, zóó, dat 'k wel mee móést
loo-pen, Suzie liep achter me en hield
rn'n -muts vast, -en zoo toegetakeld
brachten ze me binnen. Ailen keken
ine ,aan en lachten, 'k Werd er verle-
onder (hum,, ik verlegen!),
gaf teen igalletjé. De vrouw kreeg mei-
del ij den met me en trok roe de klee-
renuit. Toen kreeg 'k een koekje. Met
-een koekje van- Suze in m'n bedt
holde i'k -de (tame -ruit, maar mijne
mand. Pea- slot van rekening voel je
je daar nog maar hot veiligst.
25 Jannari. Louis en Suze hebben
vandaag 'n beetje mét elkaar
wa&ïd om mij. Louis vilde inetz'n
vriendjes gaan wandelen en me mee
nemen. Suze zei, da-t 't eigenlijk, be
ter was, dat 'k thuis bleef, want het
was zoon modder. Waar gingen ze
dan heen Naar 't Bankenbosch. (Zoo
heet het bo9ch, geloof ik, omdat
;een banken staan). „Dan baggert hij
weer' door moddéiüooten en rost
door 't kreupelhout en dan komt Mj
-thuis en ziet er uit als 'n als 'n...."
Ze. wSfst zeker geen vergolijlring,
die erg genoeg was.
„Nou, wat zou dat, daar zal-ie tóch
niet dóód van gaan", zeride Louis
nuchter. „Eai jij hebt ook trouwens
niets over henï te zeggen-kam,
Ce&s
„Dat 's wel Waar, 'k kreeg hem
toen -op m'n verjaardag, dat weet je
héél goed."
„Houd hem -dan maar hier, ik ben
niet om -dien hiond verlegen 1"
En boo-s wilde hij weggaan. Suize
pakte hein bij z'n- mouw.
..Nu, Loupi, dan weet 'k waf» laten
we hem dan zelf laten beslissen-.''
Ze zetten mij in 't midden, en gin-
gen ieder aain 't .eind van de gang
sta ain. Louis telde één twee
drie -eai toen -begonnen beiden te
.roepen-,,Cösar, Cesar 1"
Eerst - liep 'k eeai eindje n'aa-r Louis,
g!ing toen terug maar Suze, en bleef
toen besluiteloos staan.
„Neem 'm ook maar mee, hij zal er
ook niet dood van gaan!"
En Suze ging snel de kamer bin
nen. Louis 9tond verbluft over dit on
verwacht besluit, en ging haar toon
na. Suze stond voor 't raam. Louis
scharrelde onrustig dooi- de kamer,
schuins naar Suze kijkend-. Toen
ging hij naast haai- staan en zed
„Ja, houdt hem maar thuis, 't is
ook erg modderig."
„Och nee, neem 'm maar gerust
mee, hij vil zelf ook liever", zei ze,
naar mij wijzend.
Beiden barstten in lachen uit. Ik
was op m'n eentje „mooi" gaan zitten
en daar m'n snurit jeiukte, wreef 'k er
met m'n voorpoot langis. Of dat nu
zoo grappig wae? Louis zeil nog te
gen Suze
„Bèn je, tie allang vergeten, ga
nu- maar gauw. anders wordt het zoo
laat."
En zoo gingen we op morscli.
26 Januari. OvermorgenDan is 't
mijn verjaardag, m'n derde. Als die
dan maar niet zoo onprettig voor me
is als verleden jaar. .Toen kreeg 'k
een nieuwe, vrij brseedé halsband,
diie. volgens -Suze, héél mood was,
donkerbruin leer, met nikkel gemon
teerd. Nu heb ik 'n korte, dikke nek,
zoodat ik, wanneer 'k dien halsband
om heb, net Lijk op 'n menbch met
een erg hooge boord om. Toen waren
de kennisjes van Louis en Suze er
ook, en zongen toen in koor op 'k-
weei-niet-wat-voor 'n wijsje
„Cees draagt hooge boorden
Om z'n korten nek.
Hij heeft ze niet in soorten,
Want 't staat hem zoo koddig gek!"
De laatsie regel werd dan nog eens
herhaald.
'k Vind het vreeselijk, wanneer ik
hem (dien halsband) om moet hebben.
N-u behoef 'k hem alleen, maar om,
wanneer 'k -met den baas en de vrouw
aan- 't touw'ga wandelen.
(Wordt vervolgd).
Zoo, heb je wol eeais meer iets over
-dlïenetnbesüherma-ng gelezen? Dat is
flink, hoor Jo houdt zeker véél van
dieren, is 't niet
DIRK B. Dank je wel voor de
mooie verzameling raadsels. Ik wil ze
graag gebruriken. 't Kan misschien
nog wel een poosje duren, ma-ar in
ieder geval komen ze toch ih de ru
briek te staan
ANNIE E. Ik vind het niets erg,
dat je het boek een beetje lang gehou
den hebt, Annie, en ik kan mij wel
begrijpen, dat je het druk hebt "Wil
je Moeder wel voor mij bedanken
voor het briefje?
PIET en FRANS B. Prettig, dat
Frans zijn prijs mooi vindt. Ja, nu
moet jij maar eens maken, dat je een
prijs verdient, PietHeb je al een
vcorwerp om te teekenen uitgekozen?
Het raadsel is goed.
J. G. VAN N. Je raadsels zijn
heel geschikt om te plaatsen. Ik heb
er wel nieit dadelijk ruimte voor,
maar je zult ook zeker nog wed een
poosje geduld willen hebben. Het was
heel goed, dat je me nu de- raadsels
van twee heer stuurde. En wait waren
ze keurig geschreven
ARIE VAN W. Ook van jou kreeg
ik deze keer een goed- raadsel. Zoodra
hét aan- de beurt is, wordt het opge
nomen.
(Brieven aan de Redactie van
de K' rider- Afdeel 'ng moeten
gezonden -worden aan Mej.
M. C. van Doom, Wagen
weg 88, Haarlem).
JAN en GERARD N. De vorige
week -kon i'k jullie briefje niet
beantwoorden, en daarom kom tk je
nu maar vertellen, dat ik het heel
goed vind, dat jullie beidjes ook aam
•onze rubriek mee gaat doen. Zijn
juüie al aam een teekening begon
nen
ZUS D. Ik hen blij, dat je ook
weer aain dien wedstrijd mee doet. Ja,
310 namen was een heeleboeler is
wel een heeileboel geduld voor moo-
<±ïg, oom -er zooveel bij elkaar te krij
gen lit Inreeg de-ze week nog geen
brief van je, dus heb ik alleen dien
van da vorige week beantwoord.
Veel groeten
JOHAN DE R. Hoe is het mét de
jonge konijntjes? Groeien ze goed"?
Ja dat is lustig, dat de 'kippen -die
eieren- opeten. Is daa-r niets aan- te
doen? Jij bent zeker wel blij, dat de
zomer zoo langzamerhand weier fcomt.
Er is 's zomers zeker altijd eiem heele
boel rne-er te doe-n dan 's winters, is
't niet De nieuwe wedstrijd- i® zeker
wel naar je zinik hoop, dat je er-
iets moois van zult kamn-eai makem
NËELTJE VAN O. Dunk je wel
voor de twee raadsels.; ze ziij-n mooi,
hoor, en ik zal ze rin de courant zet
ten. Dat raadsels oplossen zal lang
zamerhand wel beter gaan» in 't be
gin is het altijd een- beetje moeilijk,
maar dut' went wel.
EDUARD B. Ja zeker, heb ik een
boek voor je te leenje weet denk ik
al wel, dat ik Woensdagmiddag -tus-
schen 1 en 2 uur ailiijd thuis ben, dus
dam moet je maar eens een boek ko
men uitzoeken. Een dak boek) of wat
wil je hebben?
ANTON DE \V. .Vis je een bepaald
boek graag wilt hebben, moet je er
altijd maar om vragen, want. er zijn
zooveel boeken en zooveel jongens en
measjes dïe boeken lezen, dat ik niet
precies kam on-thouden voor wie-
wat bewaren zou en voor Wie niet.
LENA B. Het nieuwie boek was
zéker beter, is 't niet? Ik geloof ten
minste dat je dat nog niet gehad hebt.
Heb je de vorige courant nog gekre>-
geai?''t Was wel een beetje laat. hè?
BRAM VAN N. Ik wil best ge-
1 ooven, dat je alle boaken niet even
mooi vindtdat kam ook moeilijk, hè?
Hoe gaat het op school Schiet je
goed op em worden de cijfers mom
Tot de volgende week
ANTON en GltADA v. d. B. lk
heb jullie -ook nog niet bedankt voor
lé twee raadsels, die je me gestuurd
hebt. Ei wil ze graag plaatsen. Doem
jullie allebei mee aan den teeken-
wedslrijd
HARR1 R. Welneen, het hindert
niets, dat je een poosje niet me
d-aam- hebt-. Je zult het zeker wel al
druk genoeg gehad hebban met het
examen. Gelukkig maar, dat je
door bent, hè En later krijg ik dan
wel weer geregeld brieven van je.
Dank je wel voor de raadsels, ze zijn
heel goed.
ANNIE DE Z. Zeker, mag je
zusje ook aan dien wedstrijd mee
doen Hoe ilxeet ze. en kan ze ol flink
teek enen? Je mag ook wel twee klei
ne teokeniingen op het papier zetten
als het maar -netjes wordt, dat is het
voornaamste.
NANNE N. Als je Woensdag
middag tusschen 1 en 2 uur even komt
zal ik je een boek te leen geven. Ik
denk wel, dat ik nog een boek zal
COIIRY M. Ik vind hot heel bést
dat jo voortaan ook meedoet aan de
raadsel oplossingenComy Wat leuk,
dat Pa je geholpen heeft mét het be
denken van een raadsel 1 Ik vind het
heel mooi. Wat heb je prachtig post
papier, zeg
HENRI A. Ook liet raadsel, dat
ik van jou kiéeg is goed. maar uit
du briefjes mérk je wel. dat ik vam de
week zóó met raadsels wordt overla
den, dat er van ecai -vlugge plaatsing
wel niet voel komen zalLeuk, dat
wo elkaar mi ook eens gezien heb
ben, vind je biet? Vond je het boek
mooi?
MARIE K. Natuurlijk mocht je
het boek nog wel een week houden.
Vind jo het mooi? Houd het maar
nee zoo lang tot je hét uit hebt,
hoor
ANTON K. Of je ook een briefje
i onzé rubriek krijgt? Ja, zaken'! Ja
hebt vroeger immers ook meegedaan,
of vengiis ik me daarin De raadjsels
zijn goed.
DIRKJE M. Wek zijn de boeken
naar jullie zin? En helpt Froukje je
ook iq-I wal eens bij het raadsels op
lassen? Je hebt een prachtig raadsel
-bedacht', hoor. Ik zal het in de cou
rant zetten.
CORNELLS S. Die wvlgordo kwam
er zoo heel -erg niet op aam. Jo heiat
de raadsels keurig opgelost, hoor
.1. C. v. d. B. Het is heel goed,
dat je ook aan den wedstrijd hebt
meegedaan. De inzending ziet er goed
HUBERTUS B Wel, als Moeder
en je zuster tevreden zijn over da
studie, dam zal hot ook wel in orde
zijr.Hoe vreeselijk dom vam me, om
Wceitödug heolemaul te vergeten, je
do beloofde zwartjes to geven Waar-
Iom heb je er niet om gevraagd, zeg
Ik heb ze je nu nog maar gauw ge
stuurd', zijn ze goed aangekomen.
Wat heb jo me weer bedorven met
die mooie doosBij het gebruiken
zal ik aam je d-emkem. vind je dat
goed? En dun die leuke noten! Heb
jij er wel ecuis een gekraakt, om te
zien hoe ze er van binnen uitzien
Wat is dat een aardige mevrouw
daar op den- KoninginnewegIk kan
me begrijpen, dat je daar graag naar
toe giantOf Lk liet leuik vind, als jo
komt? Ja, ik vind het altijd erg ge
zellig, hoorDut zal Woensdag weer
een piéttligen dag zijn Tot slot
v ensoh ik jo heel veel pleizler I Wat
zeg je nu w.el van z-oo'n langen
brief
ANNA P. Het boek mag' je hou
den tot je bét uitgelezen hebt. Je raad
sel is wel goed, maar ïk weet nog
heelemaal niet, of Ik het wel gauw
plaatsen- kan. Ja, ik heb gemerkt, dat
Mina ook meedoet. Zitten jullie in
dezelfde Was?
HUGO R. VAN CH. Natuurlijk
jvi-nd 'ük het lieel goed, dat je ook c
hebben, datje zal bevallen. Je nieuwe do wedstrijden mee gaat doen. Da
raadsels zijn mooi, maar ik kan je (inzending is in goede orde aangeko-
nie.t beloven, dat ze gauw geplaatst nven.
worden. Leuk, dat je ook een teeke
ning voor den wedstrijd maakt,
groeten voor Cor om voor jou
NICO T. Ja. als het.nieuwe- raad
sel, dat je me wilt sturen, goed is,
wil ik het piet pleizier in do courant
zetten. Vind je het 1-euk om iedere
week een briefje in de courant te
vinden
DE BRIEVEN, die ik verder deze
week nog kreeg, komen do volgende
week het eerst aan de beurt. Vee!
groeten voor jullie allemaal
M. C. VAN DOORN.
ia and-en niets van d!e zijnen1 bad ge-
oord.
De laatste brief had hem een fcre-u-
ige -tijding gebracht, zijn moeder,
e zooveel van hem bad gehouden,
as gestorven Ze bad niet gewild,
at Mj wg zou .gaan en altijd ge-
- Je zult mij' niet weer zien, mijn
tod.
Ze baid) gelijk gehad, hij zou haar
let meer thuis vinden, ze rustte op
et kerkhof.
De oogen van den matroos werden
;-chtig, hij hield op met zingen en
ap nog wat harder, alsof hij niet
ceg gemoeg thuis kon komen.
Nu komt hij op een punt, van
aaruit hij zijn dorp kan zien liggen,
aar ligt het voor hem, in den herfst-
oi. Tusschen het bruin en groen der
x-men blinken de roode daken der
mzen. op den slanken kerktoren
chifctort het gouden kruis tegen den
aroel, een zacht gevoel maakt zach
leester raai het hart van den jongen
lanvermoeid van de lange wande-
ng gaat hij even zitten en kijkt naar
dorp, dat hem alle wonderen, die
ij op zijn reis heeft gezien, doet ver-
eten.
Daar klinkt klokgelui m dJe verte,
H staat op en luistert.
Morgen is het 't oogstfeest, denkt
ij. En in gedachten ziet hij reeds de
roolijke beweging voor zich.
Of zijn Anna mee zal doen aan het
lest? Natuurlijk, als dochter van den
urbergter kan ze zich daar niet aan
uitrekkenwat zou haar vade-r an-
6T-s wel zeggen, die niets wil weten
an haar verloving met Frits
En toch is Anna zdjn verloofde,
wee jaar geleden hebben ze elkaar
j het oogstfeest liefde en trouw ge-
woren. Wat hielp het of de, rijke
erbergier zich er tegen vei'zetté, zij
:iden bleven hun-woord gestand. En-
Ie dagen later moest Frits afscheid
emem onder bittere tranen van het
eis ja Tot haar groot verdriet zag
i haar minnaar vertrekken, gevaren
gemoet gaan, waarvan ze zelfs geen
irmoeden had, en met een door tra-
ra verstikte stem vroeg ze hem
Vergeet me met en blijf me
cuw."
Hij had haar niet vergeten, was
tör trouw gebleven en keerde nu
te? hnte terug, vol verlangen naar
haar. Vandaag zou hij zijn meisje
nog in do aim en kunnen sluiten
Hij komit onverwacht thuis» daar
hij ziidh geen tijd heeft gegund, om
uit de -stad te schrijven. Hij had in
zoolang' niets van huis gehoord. Zijn
vader -schrijft rii'öt graag, het (gaat
den ouden man niet gemakkelijk af,
en Anna mocht hem niets laten hoo-
r.-nwel had ze vroeger in de brie
ven zijner moeder een woordje inge
voegd, maar toen die was gestorven,
kon. ze hem niets meer schrijven.
Toen werd Frit® half riek van verlan
gen, het word tijd, dat zijn schip de
haven aandeed, want hij had die on
zekerheid niet lang meer kunnen dra
gen. Zou haar vader zich nog altijd
togen hun verloving verzetten, of zou
hij hebben toegegeven? Zou hij het
goedvinden, dat. Frits do man zijner
dochter werd, of zou deze nog voor 't
bezit van zijn meisje moeten strij
den? Hij staat haastig op en begrijpt
zelf niet, da't hij hier, zoo dicht bij
heit doel, nog heeift willen uitrusten.
Hij kijkt op zijn horloge. Een groot,
ouderwetsch uurwerk, dart. a-1 lang in
de familie is geweest.
Het is reedes acht uur.
Als hij nu flink vrarfcgaat, komt-Mj
nog vroeg genoeg om mee te dansen.
De oude Jam zal wol weer op de
harmonika spelen en de jongen® en
meisjes zullen vol opgewektheid dan
sen op de maat der muziek in de voor
pret van het feest voor morgen.
Wait lijkt Inert Frits heerlijk, zijn
meisje daarbij te verrassen Hij zal
zuchtje® achter haar sluipen en haar
vragen.
Anni8, ken je Frits nog?
De dansers, die geheel in hun edg
pleiziler opgaan, zullen niet op hem
letten en hij zal het meisje meenemen
naar het prieeltje in den tuin, waar
hij eens afscheid van haar nam.
Met haastige stappen snelt de ma
troos voort. Even blijft hij staan om
ie luisteren I Het is hem alsof de to
nen der harmonika door den avond
wind tot hem gevoerd worden. Ze
ztim dus reeds aan het dansen em hij
moet zoo spoedig mogelijk bij zijne
Ar na rien te komen.
Als een juichkreet komt de naam
van het geliefde meisje over zijn lip
pen, en voort gaat hij, zoo snel mo
gelijk.
Hij i® nu nog maar op korten af
stand van -den ingang van het dorp,
daar doet do aanblik van de wijd
geopende kePkhofpoort 'hem een
oogenblik 'stilstaan. De donkere cy-
pressen verheffen hun stammen naar
den hemel;, als donkere wegwijzers
naar boven. Getroffen riet de ma
troos voor Zich uit. Hij schaamt zich
bijna. Tot nu toe heeft Mj slechts aan
de levenden gedacht -terwijl zijn ge
storven moeder het eerste recht heeft
op den groet van haar zoon.
In berouwvolle stemming gaat hij
he;, kerkhof op. Hij weet wel, waar
bij z'n moeder moet zoeken. Niet on
der de rijken en voornamen, haar
plaats is ver van de marmeren graf-
steenen. Zooals in haar leven, be
heert de arme vrouw in den dood
onder de behoeftigem.
Toch ziiet de zoon als Mj bij haar
graf komt., waarop een zwart kruis
haar naam draagt, dat trouwe liefde
haar rustplaats verzorgt- Een vlier
boompje, dat do bladeren al heeft
verloren, staat op eenigen afstand van
het krui®, het graf is bedekt door
klimopranken, waai* tusschen witte
asters bloeien. Zijn gedachten zijn
bézig met zijn moeder en haar, die
ongetwijfeld uit liefde tot hem het
graf heeft versierd.
Anna, fluistert hij dankbaar,
mijn Anna
Zij heeft natuurlijk het graf zijner
moeder verzorgd, zijn vader zou aan
zoo iets niet denken. Hij moet dus
naar haar gaan I In zijn warme woor
den van liefde, zal zich het gevoel
van dank mengen, hij zal haar om-
armen^en kussen en do geest zijner
moeder zal gezegend op hen neerzien.
Hij breekt een takje af van den klim
op, steekt dat bij zich en keert zich
om, om heen te gaan.
Onwillekeurig leest de matroos de
namen o-p de andere graven, waar
hij langs gaat. Daar riet hij een
vexsch graf, met een groot aantal
kransen bedekt, die nog niet geheel
verwelkt zijn. Het graf ligt bij die der
rijken, maar toch staat er slechts een
eenvoudig gedenkteeken op.
Nieuwsgierig buigt Frits rich voor
over, om het opschrift te kunnen le
zen; bij het flauwe licht onderscheidt
hij de woorden „Hier rust Anna
Meijer, gestorven 25 September I960."
Met een luiden kreet valt de jonge
man ter aarde, Mj heeft het bewust
zijn verloren. De nachtwind' ruischt
in de takken, zachtjes vallen de bla
deren van de boomen en van het
dorp uit klinkt de dansmuziek tot de
ze stille plaats door.
UIT DE OUDHEID.
..Tusschen Vlieland en Terschel
ling ligt het eilandje „De Grind", dat
vroeger door de Hollanders „Griend"
en door de Friezen „Grijn" werd ge-
heeten. Ziin naam ontleent het aan de
vele vuur- en grindsteenen, die er
vroeger gevonden werden en die er
ook nu n02 wel te vinden zijn.
„Aan den Noordelijksten Rijn-arm,
Fliernond geheeten, ontstond in het
begin der 13e eeuw eene stad, die
van grachten en wallen werd voor
zien door Siarduh van Mariëndal en
eenige edelen uit het geslacht Ger-
branda. In die gescMedenis is bekend
geworden de Grijndsche Parochie
school met haar kranig hoofd, de
Friesche Magister Ubbo van Wans-
werd. Machtige kloosters brachten
welvaart en beschaving aan het uit
gestrekte landschap. De Grijndsche
kazen werden nog later tot de beste
van Holland gerekend. Maar in 1287
kwam de booze zee een groot gedeelte
van het landschap en van de stad
wegnemen zoodnt slechts enkele hui
zen gespaard bleven. En telkens
moest het meer van zijn grond af
staan aan de zee, en het eiland, dat
in 1398 nog 200 morgen groot was, be
slaat thans niet meer dan 30 hecta
ren grasland.
„In 1611 stonden er nog enkele wo
ningen, zeer sober geconditioneerd en
daarbij houdende 25 ofte 26 hoorn
beesten ende omtrent 300 schapen.
Lang heeft ook deze toestand niet
kunnen voortbestaan, en zoo
„Grijn" langzamerhand een verlaten
plekje geworden. Lang werden er nog
konijnen op het eiland gevonden, doch
in het begin der 19e eeuw moet een'
geweldige storm het geheel hebben
doen onderloopen, zoodat de laatste
konijnen verdronken zijn."
Aldus J. Daalder in het weekblad
„Buiten" over een door hem bezocht
planten- en vogelparadijs.
Verantwoordelijke redacteuren H.
E. LamtiTuga, C. E. Visse, C. H. B.
Tollenaar.
Oplos/singfcini in. to zonden, aan. <len
heer H, E. Lantinga, Barend®osh\ 41.
PROBLEEM No. 45,
0
16
2?
86 t,
i-S
46 47 48 49 60
Wit
van den lieer R. C. Broekmeijer.
Wit. Schijven op21 29 34 37 39 43
-15 46 50.
Zwart. Schijven op2 6 7 8 9 16 19
20 35.
EEN OUDE MUNT GEVONDEN.
Bij een vertimmering aan eene boe-
renbehuizinge op Flansum (Fr.) onder
Rauwerd. is door een der huisgenoo-
rten gevonden een zeldzaam' Frankisch
muntstukje blijkens het opschrift uit
den tijd der Merovingische koningen
der 7e of Se eeuw. Het omschrift komt
tot in bijzonderheden overeen meteen
dergelijk muntje, door win. den heer
Dirks beschreven in de „Vrije Fries"
(4e deel, 4e stuk).
Aan do eene zijde staatDRESTAT
FIT. (te Dorestad geslagen?) (Dore-
stad de oude naam voor Wijk bij
Diiurstede) aan de andere zijde staat:
MADELINVS M. (Madellnus Munt
meester)
Het muntje Is nog volkomen gaaf
en heeft do grootte van een halve
centstuk. Eigenaardig is het, dat men
op dergelijke stukken alleen den naam
van den muntmeester, maar niet dien
aer toen regeerende vorsten vindt.
HET ONDERWIJS.
Het vakblad „De Volksschool", nam
het volgende versje, uit het Engelsch
vertaald, in zijp kolommen op.
Pomp het er in, stomp het er in
't Kinderhoofd is hol;
Duw het er in, stuw het er in,
't Is noe lang niet vol.
Hygiëne, anatomie,
Zoölogie en botanie.
Geschiedenis, geographie,
Allo soorten van chemie,
Cosmographie, geologie,
Moderne talen, alle drie,
Pomp het er ln, stomp het er in,
't Kinderhoofd is hol.
Boek het er in, vloek het er in,
Maak zo desnoods dol.
Vouw het er in, houw het er in
't Kinderhoofd is hol.
Op heel het bleek, armzalig wezen
Staat het droef verhaal te lezen
Van uren. aan den slaap ontrukt,
Van kind'ren al door zorg gebukt,
\an knapen opgeleid voor „bol".
Onbekend alleen met „lolt',
Leeraar! kom, stamp maar weer in,
Pomp het er in, stomp het er in
Duw het er in, stuw het er in,
Strooi het er in, gooi het er in,
Stop hot er in, klop het er in,
Kan 't niet anders schop het er in,
Hoofd is immer hol.
HARRY ORCHARD,
de rnan, die de hand heeft gehad in
den moord op Steunenberg, den gou
verneur van Idahoe, is te Caldwel ter
dood veroordeeld.
Het hof sprak als zijne overtuiging
uit ,dat het verhaal van Orchard aan
gaande de samenspanning, die tus
schen de beambten van het westelijke
mijnwerkersverbond gesloten was, om
Steunenberg te vermoorden, waar was
en beval hem in de goedertierenheid
van den Raad van Gratie aan, opdat
zijn vonnis in levenslange gevangenis
straf veranderd mocht worden.