m RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD t«! E- uv WW Raadseloplossingen Dagboek vao Cesar. Brievenbus DAMRUBRIEK. a a b-bW Raadsels (Bezo ra-acteelfc behooran niet !bij den wed'strij.cL, jnaaji' zijn aüe ingezondieoi clioor jori- gens e»n mei'sjés, die „Voor Onase Jeugd" lezen. De ma- ;aiön der kinderen, die mij vóór Donderdagmorgen op- (tosslugén zenden, worden ixi het volgend nummer be is-end' gemaakt). 1. (ingezonden door Si'ctse Bei- 'Zoek uit onderslaandein zin een be- isven plaats Da edelman gebood zijn knecht, liet >aard ie halen. (Ingezonden door Frans van anohd). Ik ben eau plaats in Nederland en ,-SO uit 14 letters. 12 3 4 5 is een plaats in Noord- oüancl 8 7 8 9 is een hemellichaam. 10 12 13 14 is een werktuig. 3 9 4a een dier. (Eogezotnden door Jan Sou- a'ein). IVtlKkö sp-reekiwij.ze leest gij Meruit XI. (Ingezonden door Bona d. ï&y MeS een k ben ik een regeerend srsooB. Met een h ben ik zeer zoet. 5. (toge&indfen door Rdka W i j|kihui- Wai vindt ge müdden in Amsier- sm 6. (Mgöbondeai dom1 Zus Duursma). Wie kan. het onderstaande zegjgnu 1 .,Ik heb iets, dat niemand uwer raag zou willen hebben, maar hüdt s het dan zoudt ge liet evenals -1' jor geen geld willen missen. (Ingezonden door Annie e>n Ma- ia van Zutphen). Mijn eerste is de stam van een rerkwoord. Mijn tweede is een persoonlijk voor- aamwoord. Mijn geheel is een land Ln Europa. 8. In i ten Goede oplossingen ontving ük deze vloek, Van Dina Redlefcar 10. An/tora Kooxaen 6. Nanne Na/ut a 8. GorneJia Rieden 6. I. Kil'oos 4. Rram van Niet 10. Heaidricus Nek 10. Hariti Rdensta'a 10. Juris je Valthuizen: 2. CoameDs- Sluimere 9. Adriaan Bol ierman 9. -Johanna ReyeT 3. M. van Wijngaarden 3. Frans en Piet Bolle 10. Dirk Bruinier 10. Anna Ploeg'4. Eduard Boe>ré 6. Anton de Kam 10. Henri Ackermnrtn 8. Dirkje ModLema 5. Grada em Anton v. cL Bogaar&t 8. Nico TWisterling 5. Jo ear Betsy Ploeg 8. Sieger en Tmus Banke 9. Anton de Wit 9. Grietje Kwantes 8. Dirk Boeré 10. Marie em Annie van Zutphen 6. Jahan Wamimds 7. Gerard en Beppie Meyer 6. Cornell's en Alberdiiena Emmer 8. Marie Kolk 6. Arie van Westei'hofven 9. J'ansje Emmer 9. Jan en Gerard Noë 8. Martina Bruyn 7. Constant Poppo 5. 9. (Ingezonden door Betsy amp), Zet onder elkaar Een stad in Rusland. Beu igabergte in Frankrijk. Een rivier in .Frankrijlk. Ben land in Europa. Een rivier in Nederland. Ben wvareiddeel. De beginletters moeten dan vor- dan naam van earn land in E.u- opa. 10. (Ingezonden door Hubertus lanik). Welke voet .heeft geen temern? De oplossingen van de raadsels orig-e week zijn 1. Kantoor. 2. Vergeven. 3. Aden. i. Twee. (Katten hebben geen voe ten). Bovmk-arspel. 6. Watt Staat er Wat er staat. Staat er wat? Br staat wat. De echo. Tol lot. 9. Trompet Haarlem Edam Emma Pan Over Teen Theepot. 10. Palmstraat. door Daniël Bauer). woord van tien lettere ko- medeklimkera achter elkaar Doil« vergeten, te vermelden. Nog wei „Ben je boos op me? 'k Was daar- een, da© dagelijks terugkomt. Meestal evenwel wat ruw tegen je, hè?" WEDSTRIJDINZENDINGEN. Wedstrijdiinzendingem ontving ik deze wéék al van Job-ammes van der Bilt. Hu-go Reerink van Cherihon. Arie van Rijn. Johanimes van Rijn. Willam van der Vlerk. door Suzanna, S. de Lange, oud 16 jaar. i 17 Januari, 'k Ben nu niets in een stemming om te schrijven. Louis heeft mie tóch gevonden, 'k Lag 's middags, veilig en wel-, naar meende, in m'n mandje., en jawel, daar (kwam hij nam HÏj trok -kisten en manden en koffers weg. en vond: me. 'k Dacht nog wed zoohi rustig plaatsje te heb ben gevonden! 22 Januari. DM- (kcimit nu al van dat wasschen-Voelde me de laat- istëi dagen- .zoo riek en naar Op morgén, toen Sitien kwam, wou héélema-al ai/iet na-ar bui-ton. Do baas zei „1-Ié, Wat zou Ceas schelen, hij wil in z'n mandje blijven, jankt zoo, Qr" •schor ook!" 'k Wilde niets hebben, zelfs delduif niet, dlie de vrouw me voorhield. •Toen kwam 'er 'n. man-dié nam m'n! ipootje en spalkte m'n bek o-pen, en veridaarde toen- met wijsheid, dait 't igevaitte kou was, anders niet; m'n keel was gezwollen en deed waar schijnlijk pijndat k nieits dan d'un gekookte kannemelksche pap mocht hebben. Wat w.ois 'k hem dankbaar Dat is immers m'n lieveüiingsko.st (Behalve soep met kluifjes). Deze- dagen kreeg 'k dus niiets klers, en. had 'k maar It liefst, dat ze ■me met, rust lieten. Stlen en Suze verwenden me naar hartelust, iets, dat anders niet mag, en zelfs de baas, vrouw en Louis deden- mee. 'k Kreeg sneedjes koek, of ut beschuitje in lauwe .melk geweekt. Nee, als je er np'iet zoo naar bij was, zou je je hee-le leven wel ziek -willen, zijn 23 Januari. Eén (kweü'limg heb 'knog 's avonds om 'n uur of vijf. Dan gaat Louis viool-oefenen. Zoo gauiw 'k maar zie, dat hij 'tmiuziekgered voor den dag haalt, -tracht ik de plaat te poetsen, wat me niet aiitijd gelukt, n.1. als de deur dicht is niet. Dan kruip 'k, in een -hoekje en lig zacht te kreunen, totdat "k voel, dat rik het on mogelijk langer kan ui thouden. Dan spring liik pilots op, steek m'n neus in. de lucht-, cn hef 'n jammerlijk gehuil aan. En dan mag ik naar m'n mand je gaan. Louis zegt, dat ik -er maar aan moet wennen. 24 Januari. Vandaag is er weer wat mest me gesold't Was géén ■wandel weer, izoodait Suzie's vriendinnetjes Jo en Kitty bij haar waren. Ook was er visite. Dan moet ik toonen, wat ik kan. Pootjes geven, mooi zitten-, dito dito mest een klontje suiker op mijn neus, m'n „onderwerping aanbieden", doodüiggen, en weetrik-wat-al-meer Tcesn namen ze, Kitty, Jo, en. Suze, ine mee naar 'a andere kamer en de den me kleerea aan van Suve's groota pop, en 'n mntimensmutsje, volgens Kitty „op drie haartjeis" op m'n kop. Jo en Ki-tty namen me ieder bij 'n voorpoot, zóó, dat 'k wel mee móést loo-pen, Suzie liep achter me en hield rn'n -muts vast, -en zoo toegetakeld brachten ze me binnen. Ailen keken ine ,aan en lachten, 'k Werd er verle- onder (hum,, ik verlegen!), gaf teen igalletjé. De vrouw kreeg mei- del ij den met me en trok roe de klee- renuit. Toen kreeg 'k een koekje. Met -een koekje van- Suze in m'n bedt holde i'k -de (tame -ruit, maar mijne mand. Pea- slot van rekening voel je je daar nog maar hot veiligst. 25 Jannari. Louis en Suze hebben vandaag 'n beetje mét elkaar wa&ïd om mij. Louis vilde inetz'n vriendjes gaan wandelen en me mee nemen. Suze zei, da-t 't eigenlijk, be ter was, dat 'k thuis bleef, want het was zoon modder. Waar gingen ze dan heen Naar 't Bankenbosch. (Zoo heet het bo9ch, geloof ik, omdat ;een banken staan). „Dan baggert hij weer' door moddéiüooten en rost door 't kreupelhout en dan komt Mj -thuis en ziet er uit als 'n als 'n...." Ze. wSfst zeker geen vergolijlring, die erg genoeg was. „Nou, wat zou dat, daar zal-ie tóch niet dóód van gaan", zeride Louis nuchter. „Eai jij hebt ook trouwens niets over henï te zeggen-kam, Ce&s „Dat 's wel Waar, 'k kreeg hem toen -op m'n verjaardag, dat weet je héél goed." „Houd hem -dan maar hier, ik ben niet om -dien hiond verlegen 1" En boo-s wilde hij weggaan. Suize pakte hein bij z'n- mouw. ..Nu, Loupi, dan weet 'k waf» laten we hem dan zelf laten beslissen-.'' Ze zetten mij in 't midden, en gin- gen ieder aain 't .eind van de gang sta ain. Louis telde één twee drie -eai toen -begonnen beiden te .roepen-,,Cösar, Cesar 1" Eerst - liep 'k eeai eindje n'aa-r Louis, g!ing toen terug maar Suze, en bleef toen besluiteloos staan. „Neem 'm ook maar mee, hij zal er ook niet dood van gaan!" En Suze ging snel de kamer bin nen. Louis 9tond verbluft over dit on verwacht besluit, en ging haar toon na. Suze stond voor 't raam. Louis scharrelde onrustig dooi- de kamer, schuins naar Suze kijkend-. Toen ging hij naast haai- staan en zed „Ja, houdt hem maar thuis, 't is ook erg modderig." „Och nee, neem 'm maar gerust mee, hij vil zelf ook liever", zei ze, naar mij wijzend. Beiden barstten in lachen uit. Ik was op m'n eentje „mooi" gaan zitten en daar m'n snurit jeiukte, wreef 'k er met m'n voorpoot langis. Of dat nu zoo grappig wae? Louis zeil nog te gen Suze „Bèn je, tie allang vergeten, ga nu- maar gauw. anders wordt het zoo laat." En zoo gingen we op morscli. 26 Januari. OvermorgenDan is 't mijn verjaardag, m'n derde. Als die dan maar niet zoo onprettig voor me is als verleden jaar. .Toen kreeg 'k een nieuwe, vrij brseedé halsband, diie. volgens -Suze, héél mood was, donkerbruin leer, met nikkel gemon teerd. Nu heb ik 'n korte, dikke nek, zoodat ik, wanneer 'k dien halsband om heb, net Lijk op 'n menbch met een erg hooge boord om. Toen waren de kennisjes van Louis en Suze er ook, en zongen toen in koor op 'k- weei-niet-wat-voor 'n wijsje „Cees draagt hooge boorden Om z'n korten nek. Hij heeft ze niet in soorten, Want 't staat hem zoo koddig gek!" De laatsie regel werd dan nog eens herhaald. 'k Vind het vreeselijk, wanneer ik hem (dien halsband) om moet hebben. N-u behoef 'k hem alleen, maar om, wanneer 'k -met den baas en de vrouw aan- 't touw'ga wandelen. (Wordt vervolgd). Zoo, heb je wol eeais meer iets over -dlïenetnbesüherma-ng gelezen? Dat is flink, hoor Jo houdt zeker véél van dieren, is 't niet DIRK B. Dank je wel voor de mooie verzameling raadsels. Ik wil ze graag gebruriken. 't Kan misschien nog wel een poosje duren, ma-ar in ieder geval komen ze toch ih de ru briek te staan ANNIE E. Ik vind het niets erg, dat je het boek een beetje lang gehou den hebt, Annie, en ik kan mij wel begrijpen, dat je het druk hebt "Wil je Moeder wel voor mij bedanken voor het briefje? PIET en FRANS B. Prettig, dat Frans zijn prijs mooi vindt. Ja, nu moet jij maar eens maken, dat je een prijs verdient, PietHeb je al een vcorwerp om te teekenen uitgekozen? Het raadsel is goed. J. G. VAN N. Je raadsels zijn heel geschikt om te plaatsen. Ik heb er wel nieit dadelijk ruimte voor, maar je zult ook zeker nog wed een poosje geduld willen hebben. Het was heel goed, dat je me nu de- raadsels van twee heer stuurde. En wait waren ze keurig geschreven ARIE VAN W. Ook van jou kreeg ik deze keer een goed- raadsel. Zoodra hét aan- de beurt is, wordt het opge nomen. (Brieven aan de Redactie van de K' rider- Afdeel 'ng moeten gezonden -worden aan Mej. M. C. van Doom, Wagen weg 88, Haarlem). JAN en GERARD N. De vorige week -kon i'k jullie briefje niet beantwoorden, en daarom kom tk je nu maar vertellen, dat ik het heel goed vind, dat jullie beidjes ook aam •onze rubriek mee gaat doen. Zijn juüie al aam een teekening begon nen ZUS D. Ik hen blij, dat je ook weer aain dien wedstrijd mee doet. Ja, 310 namen was een heeleboeler is wel een heeileboel geduld voor moo- <±ïg, oom -er zooveel bij elkaar te krij gen lit Inreeg de-ze week nog geen brief van je, dus heb ik alleen dien van da vorige week beantwoord. Veel groeten JOHAN DE R. Hoe is het mét de jonge konijntjes? Groeien ze goed"? Ja dat is lustig, dat de 'kippen -die eieren- opeten. Is daa-r niets aan- te doen? Jij bent zeker wel blij, dat de zomer zoo langzamerhand weier fcomt. Er is 's zomers zeker altijd eiem heele boel rne-er te doe-n dan 's winters, is 't niet De nieuwe wedstrijd- i® zeker wel naar je zinik hoop, dat je er- iets moois van zult kamn-eai makem NËELTJE VAN O. Dunk je wel voor de twee raadsels.; ze ziij-n mooi, hoor, en ik zal ze rin de courant zet ten. Dat raadsels oplossen zal lang zamerhand wel beter gaan» in 't be gin is het altijd een- beetje moeilijk, maar dut' went wel. EDUARD B. Ja zeker, heb ik een boek voor je te leenje weet denk ik al wel, dat ik Woensdagmiddag -tus- schen 1 en 2 uur ailiijd thuis ben, dus dam moet je maar eens een boek ko men uitzoeken. Een dak boek) of wat wil je hebben? ANTON DE \V. .Vis je een bepaald boek graag wilt hebben, moet je er altijd maar om vragen, want. er zijn zooveel boeken en zooveel jongens en measjes dïe boeken lezen, dat ik niet precies kam on-thouden voor wie- wat bewaren zou en voor Wie niet. LENA B. Het nieuwie boek was zéker beter, is 't niet? Ik geloof ten minste dat je dat nog niet gehad hebt. Heb je de vorige courant nog gekre>- geai?''t Was wel een beetje laat. hè? BRAM VAN N. Ik wil best ge- 1 ooven, dat je alle boaken niet even mooi vindtdat kam ook moeilijk, hè? Hoe gaat het op school Schiet je goed op em worden de cijfers mom Tot de volgende week ANTON en GltADA v. d. B. lk heb jullie -ook nog niet bedankt voor lé twee raadsels, die je me gestuurd hebt. Ei wil ze graag plaatsen. Doem jullie allebei mee aan den teeken- wedslrijd HARR1 R. Welneen, het hindert niets, dat je een poosje niet me d-aam- hebt-. Je zult het zeker wel al druk genoeg gehad hebban met het examen. Gelukkig maar, dat je door bent, hè En later krijg ik dan wel weer geregeld brieven van je. Dank je wel voor de raadsels, ze zijn heel goed. ANNIE DE Z. Zeker, mag je zusje ook aan dien wedstrijd mee doen Hoe ilxeet ze. en kan ze ol flink teek enen? Je mag ook wel twee klei ne teokeniingen op het papier zetten als het maar -netjes wordt, dat is het voornaamste. NANNE N. Als je Woensdag middag tusschen 1 en 2 uur even komt zal ik je een boek te leen geven. Ik denk wel, dat ik nog een boek zal COIIRY M. Ik vind hot heel bést dat jo voortaan ook meedoet aan de raadsel oplossingenComy Wat leuk, dat Pa je geholpen heeft mét het be denken van een raadsel 1 Ik vind het heel mooi. Wat heb je prachtig post papier, zeg HENRI A. Ook liet raadsel, dat ik van jou kiéeg is goed. maar uit du briefjes mérk je wel. dat ik vam de week zóó met raadsels wordt overla den, dat er van ecai -vlugge plaatsing wel niet voel komen zalLeuk, dat wo elkaar mi ook eens gezien heb ben, vind je biet? Vond je het boek mooi? MARIE K. Natuurlijk mocht je het boek nog wel een week houden. Vind jo het mooi? Houd het maar nee zoo lang tot je hét uit hebt, hoor ANTON K. Of je ook een briefje i onzé rubriek krijgt? Ja, zaken'! Ja hebt vroeger immers ook meegedaan, of vengiis ik me daarin De raadjsels zijn goed. DIRKJE M. Wek zijn de boeken naar jullie zin? En helpt Froukje je ook iq-I wal eens bij het raadsels op lassen? Je hebt een prachtig raadsel -bedacht', hoor. Ik zal het in de cou rant zetten. CORNELLS S. Die wvlgordo kwam er zoo heel -erg niet op aam. Jo heiat de raadsels keurig opgelost, hoor .1. C. v. d. B. Het is heel goed, dat je ook aan den wedstrijd hebt meegedaan. De inzending ziet er goed HUBERTUS B Wel, als Moeder en je zuster tevreden zijn over da studie, dam zal hot ook wel in orde zijr.Hoe vreeselijk dom vam me, om Wceitödug heolemaul te vergeten, je do beloofde zwartjes to geven Waar- Iom heb je er niet om gevraagd, zeg Ik heb ze je nu nog maar gauw ge stuurd', zijn ze goed aangekomen. Wat heb jo me weer bedorven met die mooie doosBij het gebruiken zal ik aam je d-emkem. vind je dat goed? En dun die leuke noten! Heb jij er wel ecuis een gekraakt, om te zien hoe ze er van binnen uitzien Wat is dat een aardige mevrouw daar op den- KoninginnewegIk kan me begrijpen, dat je daar graag naar toe giantOf Lk liet leuik vind, als jo komt? Ja, ik vind het altijd erg ge zellig, hoorDut zal Woensdag weer een piéttligen dag zijn Tot slot v ensoh ik jo heel veel pleizler I Wat zeg je nu w.el van z-oo'n langen brief ANNA P. Het boek mag' je hou den tot je bét uitgelezen hebt. Je raad sel is wel goed, maar ïk weet nog heelemaal niet, of Ik het wel gauw plaatsen- kan. Ja, ik heb gemerkt, dat Mina ook meedoet. Zitten jullie in dezelfde Was? HUGO R. VAN CH. Natuurlijk jvi-nd 'ük het lieel goed, dat je ook c hebben, datje zal bevallen. Je nieuwe do wedstrijden mee gaat doen. Da raadsels zijn mooi, maar ik kan je (inzending is in goede orde aangeko- nie.t beloven, dat ze gauw geplaatst nven. worden. Leuk, dat je ook een teeke ning voor den wedstrijd maakt, groeten voor Cor om voor jou NICO T. Ja. als het.nieuwe- raad sel, dat je me wilt sturen, goed is, wil ik het piet pleizier in do courant zetten. Vind je het 1-euk om iedere week een briefje in de courant te vinden DE BRIEVEN, die ik verder deze week nog kreeg, komen do volgende week het eerst aan de beurt. Vee! groeten voor jullie allemaal M. C. VAN DOORN. ia and-en niets van d!e zijnen1 bad ge- oord. De laatste brief had hem een fcre-u- ige -tijding gebracht, zijn moeder, e zooveel van hem bad gehouden, as gestorven Ze bad niet gewild, at Mj wg zou .gaan en altijd ge- - Je zult mij' niet weer zien, mijn tod. Ze baid) gelijk gehad, hij zou haar let meer thuis vinden, ze rustte op et kerkhof. De oogen van den matroos werden ;-chtig, hij hield op met zingen en ap nog wat harder, alsof hij niet ceg gemoeg thuis kon komen. Nu komt hij op een punt, van aaruit hij zijn dorp kan zien liggen, aar ligt het voor hem, in den herfst- oi. Tusschen het bruin en groen der x-men blinken de roode daken der mzen. op den slanken kerktoren chifctort het gouden kruis tegen den aroel, een zacht gevoel maakt zach leester raai het hart van den jongen lanvermoeid van de lange wande- ng gaat hij even zitten en kijkt naar dorp, dat hem alle wonderen, die ij op zijn reis heeft gezien, doet ver- eten. Daar klinkt klokgelui m dJe verte, H staat op en luistert. Morgen is het 't oogstfeest, denkt ij. En in gedachten ziet hij reeds de roolijke beweging voor zich. Of zijn Anna mee zal doen aan het lest? Natuurlijk, als dochter van den urbergter kan ze zich daar niet aan uitrekkenwat zou haar vade-r an- 6T-s wel zeggen, die niets wil weten an haar verloving met Frits En toch is Anna zdjn verloofde, wee jaar geleden hebben ze elkaar j het oogstfeest liefde en trouw ge- woren. Wat hielp het of de, rijke erbergier zich er tegen vei'zetté, zij :iden bleven hun-woord gestand. En- Ie dagen later moest Frits afscheid emem onder bittere tranen van het eis ja Tot haar groot verdriet zag i haar minnaar vertrekken, gevaren gemoet gaan, waarvan ze zelfs geen irmoeden had, en met een door tra- ra verstikte stem vroeg ze hem Vergeet me met en blijf me cuw." Hij had haar niet vergeten, was tör trouw gebleven en keerde nu te? hnte terug, vol verlangen naar haar. Vandaag zou hij zijn meisje nog in do aim en kunnen sluiten Hij komit onverwacht thuis» daar hij ziidh geen tijd heeft gegund, om uit de -stad te schrijven. Hij had in zoolang' niets van huis gehoord. Zijn vader -schrijft rii'öt graag, het (gaat den ouden man niet gemakkelijk af, en Anna mocht hem niets laten hoo- r.-nwel had ze vroeger in de brie ven zijner moeder een woordje inge voegd, maar toen die was gestorven, kon. ze hem niets meer schrijven. Toen werd Frit® half riek van verlan gen, het word tijd, dat zijn schip de haven aandeed, want hij had die on zekerheid niet lang meer kunnen dra gen. Zou haar vader zich nog altijd togen hun verloving verzetten, of zou hij hebben toegegeven? Zou hij het goedvinden, dat. Frits do man zijner dochter werd, of zou deze nog voor 't bezit van zijn meisje moeten strij den? Hij staat haastig op en begrijpt zelf niet, da't hij hier, zoo dicht bij heit doel, nog heeift willen uitrusten. Hij kijkt op zijn horloge. Een groot, ouderwetsch uurwerk, dart. a-1 lang in de familie is geweest. Het is reedes acht uur. Als hij nu flink vrarfcgaat, komt-Mj nog vroeg genoeg om mee te dansen. De oude Jam zal wol weer op de harmonika spelen en de jongen® en meisjes zullen vol opgewektheid dan sen op de maat der muziek in de voor pret van het feest voor morgen. Wait lijkt Inert Frits heerlijk, zijn meisje daarbij te verrassen Hij zal zuchtje® achter haar sluipen en haar vragen. Anni8, ken je Frits nog? De dansers, die geheel in hun edg pleiziler opgaan, zullen niet op hem letten en hij zal het meisje meenemen naar het prieeltje in den tuin, waar hij eens afscheid van haar nam. Met haastige stappen snelt de ma troos voort. Even blijft hij staan om ie luisteren I Het is hem alsof de to nen der harmonika door den avond wind tot hem gevoerd worden. Ze ztim dus reeds aan het dansen em hij moet zoo spoedig mogelijk bij zijne Ar na rien te komen. Als een juichkreet komt de naam van het geliefde meisje over zijn lip pen, en voort gaat hij, zoo snel mo gelijk. Hij i® nu nog maar op korten af stand van -den ingang van het dorp, daar doet do aanblik van de wijd geopende kePkhofpoort 'hem een oogenblik 'stilstaan. De donkere cy- pressen verheffen hun stammen naar den hemel;, als donkere wegwijzers naar boven. Getroffen riet de ma troos voor Zich uit. Hij schaamt zich bijna. Tot nu toe heeft Mj slechts aan de levenden gedacht -terwijl zijn ge storven moeder het eerste recht heeft op den groet van haar zoon. In berouwvolle stemming gaat hij he;, kerkhof op. Hij weet wel, waar bij z'n moeder moet zoeken. Niet on der de rijken en voornamen, haar plaats is ver van de marmeren graf- steenen. Zooals in haar leven, be heert de arme vrouw in den dood onder de behoeftigem. Toch ziiet de zoon als Mj bij haar graf komt., waarop een zwart kruis haar naam draagt, dat trouwe liefde haar rustplaats verzorgt- Een vlier boompje, dat do bladeren al heeft verloren, staat op eenigen afstand van het krui®, het graf is bedekt door klimopranken, waai* tusschen witte asters bloeien. Zijn gedachten zijn bézig met zijn moeder en haar, die ongetwijfeld uit liefde tot hem het graf heeft versierd. Anna, fluistert hij dankbaar, mijn Anna Zij heeft natuurlijk het graf zijner moeder verzorgd, zijn vader zou aan zoo iets niet denken. Hij moet dus naar haar gaan I In zijn warme woor den van liefde, zal zich het gevoel van dank mengen, hij zal haar om- armen^en kussen en do geest zijner moeder zal gezegend op hen neerzien. Hij breekt een takje af van den klim op, steekt dat bij zich en keert zich om, om heen te gaan. Onwillekeurig leest de matroos de namen o-p de andere graven, waar hij langs gaat. Daar riet hij een vexsch graf, met een groot aantal kransen bedekt, die nog niet geheel verwelkt zijn. Het graf ligt bij die der rijken, maar toch staat er slechts een eenvoudig gedenkteeken op. Nieuwsgierig buigt Frits rich voor over, om het opschrift te kunnen le zen; bij het flauwe licht onderscheidt hij de woorden „Hier rust Anna Meijer, gestorven 25 September I960." Met een luiden kreet valt de jonge man ter aarde, Mj heeft het bewust zijn verloren. De nachtwind' ruischt in de takken, zachtjes vallen de bla deren van de boomen en van het dorp uit klinkt de dansmuziek tot de ze stille plaats door. UIT DE OUDHEID. ..Tusschen Vlieland en Terschel ling ligt het eilandje „De Grind", dat vroeger door de Hollanders „Griend" en door de Friezen „Grijn" werd ge- heeten. Ziin naam ontleent het aan de vele vuur- en grindsteenen, die er vroeger gevonden werden en die er ook nu n02 wel te vinden zijn. „Aan den Noordelijksten Rijn-arm, Fliernond geheeten, ontstond in het begin der 13e eeuw eene stad, die van grachten en wallen werd voor zien door Siarduh van Mariëndal en eenige edelen uit het geslacht Ger- branda. In die gescMedenis is bekend geworden de Grijndsche Parochie school met haar kranig hoofd, de Friesche Magister Ubbo van Wans- werd. Machtige kloosters brachten welvaart en beschaving aan het uit gestrekte landschap. De Grijndsche kazen werden nog later tot de beste van Holland gerekend. Maar in 1287 kwam de booze zee een groot gedeelte van het landschap en van de stad wegnemen zoodnt slechts enkele hui zen gespaard bleven. En telkens moest het meer van zijn grond af staan aan de zee, en het eiland, dat in 1398 nog 200 morgen groot was, be slaat thans niet meer dan 30 hecta ren grasland. „In 1611 stonden er nog enkele wo ningen, zeer sober geconditioneerd en daarbij houdende 25 ofte 26 hoorn beesten ende omtrent 300 schapen. Lang heeft ook deze toestand niet kunnen voortbestaan, en zoo „Grijn" langzamerhand een verlaten plekje geworden. Lang werden er nog konijnen op het eiland gevonden, doch in het begin der 19e eeuw moet een' geweldige storm het geheel hebben doen onderloopen, zoodat de laatste konijnen verdronken zijn." Aldus J. Daalder in het weekblad „Buiten" over een door hem bezocht planten- en vogelparadijs. Verantwoordelijke redacteuren H. E. LamtiTuga, C. E. Visse, C. H. B. Tollenaar. Oplos/singfcini in. to zonden, aan. <len heer H, E. Lantinga, Barend®osh\ 41. PROBLEEM No. 45, 0 16 2? 86 t, i-S 46 47 48 49 60 Wit van den lieer R. C. Broekmeijer. Wit. Schijven op21 29 34 37 39 43 -15 46 50. Zwart. Schijven op2 6 7 8 9 16 19 20 35. EEN OUDE MUNT GEVONDEN. Bij een vertimmering aan eene boe- renbehuizinge op Flansum (Fr.) onder Rauwerd. is door een der huisgenoo- rten gevonden een zeldzaam' Frankisch muntstukje blijkens het opschrift uit den tijd der Merovingische koningen der 7e of Se eeuw. Het omschrift komt tot in bijzonderheden overeen meteen dergelijk muntje, door win. den heer Dirks beschreven in de „Vrije Fries" (4e deel, 4e stuk). Aan do eene zijde staatDRESTAT FIT. (te Dorestad geslagen?) (Dore- stad de oude naam voor Wijk bij Diiurstede) aan de andere zijde staat: MADELINVS M. (Madellnus Munt meester) Het muntje Is nog volkomen gaaf en heeft do grootte van een halve centstuk. Eigenaardig is het, dat men op dergelijke stukken alleen den naam van den muntmeester, maar niet dien aer toen regeerende vorsten vindt. HET ONDERWIJS. Het vakblad „De Volksschool", nam het volgende versje, uit het Engelsch vertaald, in zijp kolommen op. Pomp het er in, stomp het er in 't Kinderhoofd is hol; Duw het er in, stuw het er in, 't Is noe lang niet vol. Hygiëne, anatomie, Zoölogie en botanie. Geschiedenis, geographie, Allo soorten van chemie, Cosmographie, geologie, Moderne talen, alle drie, Pomp het er ln, stomp het er in, 't Kinderhoofd is hol. Boek het er in, vloek het er in, Maak zo desnoods dol. Vouw het er in, houw het er in 't Kinderhoofd is hol. Op heel het bleek, armzalig wezen Staat het droef verhaal te lezen Van uren. aan den slaap ontrukt, Van kind'ren al door zorg gebukt, \an knapen opgeleid voor „bol". Onbekend alleen met „lolt', Leeraar! kom, stamp maar weer in, Pomp het er in, stomp het er in Duw het er in, stuw het er in, Strooi het er in, gooi het er in, Stop hot er in, klop het er in, Kan 't niet anders schop het er in, Hoofd is immer hol. HARRY ORCHARD, de rnan, die de hand heeft gehad in den moord op Steunenberg, den gou verneur van Idahoe, is te Caldwel ter dood veroordeeld. Het hof sprak als zijne overtuiging uit ,dat het verhaal van Orchard aan gaande de samenspanning, die tus schen de beambten van het westelijke mijnwerkersverbond gesloten was, om Steunenberg te vermoorden, waar was en beval hem in de goedertierenheid van den Raad van Gratie aan, opdat zijn vonnis in levenslange gevangenis straf veranderd mocht worden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 21