HAARLEM'S DAGBLAD. TWEED?„S^,..
Haarlemsche
Handel svereeniging
PARIJSCHE BRIEVEN.
Binnenland
Onze Lachhoek.
FEUILLETON
Eindelijk gewonnen
tïoÖUgölL. tój Kon. Befii. "an 12 Nov. IUBV
De Haarlemsche Handelsvereeni
ging kier ter stede, opgericht 10 Mei
1892, heeft in den loop van den tijd
wel haar recht van bestaan bewezen.
In zeer vele gevallen, zaken van ver
schillenden aard betreffende, is zij
opgetreden en dikwijls met groot
succès. Jammer echter, dat men alge
meen niet meer blijk geeft, dit te
waardeeren, door als lid der Vereeni-
ging toe te treden. Er zijn wel meer
dan 600 leden, maar dat is niet vol
doende. Elk handelaar, neringdoen
de, ja zelfs particulieren, moesten lid
worden, om tenminste te laten gevoe
len, dat men het werk op prijs stelt,
dat de Haarlemsche Handelsvereeni
ging steeds opneemt, als doende, wat
hare hand vindt om te doen.
De voordeelen, die de Vereeniging
buiten hare bemoeiingen van ver
schillenden aard, haren leden aan
biedt, zijn zeer vele en zeer groote
tegenover de geringe jaarlijksche
contributie van f 3.50, die gevraagd
wordt.
De Haarlemsche Handelsvareent-
ging bemoeit zich in de eerste plaats
er mede, de belangen van hare leden
te bevorderen, door onwillige beta
lers voor hen tot betaling aan te
manen en information voor hen in te
winnen. Bovendien hebben de leden
het recht, het hun gratis te verstrek
ken advies van den rechtsgeleerden
adviseur der Vereeniging te vragen,
die ook in proceduren en faillisse
menten gratis voor hen optreedt, na
tuurlijk alleen voor zaken betreffende
den handel en het bedrijf der leden.
Rechtsgeleerde adviseurs der Ver
eeniging zij xi de heeren Mrs. Th. de
Haan Hugenholtz en A. H. J. Merens,
Spaarne 94, alhier, die voor de leden
eiken werkdag van 24 uur des na
middags zijn te spreken.
Het bureau der Vereeniging is ge
vestigd Jansweg 4*1.
Voor incasso's door bemiddeling
der Vereeniging wordt een vast
recbt van 5 x>ct. der vordering bere
kend.
Bovendien moet 10 cent voor port
steeds worden bijgevoegd, bij inzen
ding van vorderingen door bemidde
ling der advocaten te innen.
De kosten van inforrnatiën nair
buiten de stad woonachtige personen
bedragen 60 ets. per informatie, plus
vijf cents porto-vergoeding. Inforrna
tiën naar binnen de stad wonende
personen worden gratis verstrekt.
Pretentiën op buiten de stad wo
nende personen worden niet behan
deld, wanneer niet 10 ets. voor porto
vergoeding is toegevoegd.
Ruim 1748 inforrnatiën en rechts
geleerde adviezen werden in het afge-
loopen jaar gegeven.
Voor het vereenigingsjaar 1908/9
kunnen nu reeds nieuwe leden toetre
den, die alsdan tot 1 Mei a.s. alle
voorrechten genieten als gewoon lid.
In Februari en Maart 1908 zijn 57
vorderingen tot een bedrag van
f 2579.33 betaald 12 vorderingen wor
den afbetaald, 16 vorderingen zijn ult-
Men wordt geraden alvorens te le
veren aan A. L. Corver, Kenneim?-
plein No. 3, J. van Kammen, Leid-
scheplein 47 rood, ook wel adres op
gevende Van Kranenburg, Schouw
tjeslaan 25, N. Wiebes, vrachtrijder,
Bloemendaalsche Weg 209, Bloemen-
daal, Mejuffrouw De Rooij, Lange
Lakenstraat 7, D. J. Beltaar, hoofd
commies der Posterijen, Johan van
Vlietstraat, zich om inlichtingen te
vervoegen aan het kantoor.
Volgens art. 7 dient het geheim der
lijsten van wanbetalers ongeschon
den te blijven.
Alle brieven, aanvragen, reclames
of wat ook, moeten worden geadres
seerd aan het bureau, dat geopend
is dagelijks van 's morgens 9 tot 1 uur
en 's namiddags van 2 tot 4 uur.
waar dan ook verdere inlichtingen
zijn te bekomen.
Het Bestuur heeft bemerkt, dat men
soms meent, dat men, hoewel geen
lid der H. H. V., toch van haar infor
rnatiën kan bekomen, en brengt nu
nogmaals en uitdrukkelijk ter kennis,
dat alleen aan leden der Vereeniging
inforrnatiën door haar worden ver
strekt, en dat voor inforrnatiën op
hier ter stede woonachtige personen
nooit betaling mag worden gevor
derd.
HET BESTUUR.
xxvn.
Deze week heb ik wederom een
oVerwipje naar het land der Bataven
gemaakt.
Ik heb waargenomen, dat genoemd
land nog altijd even laag ligt, de
boomen nog altijd boompjes en
kaalgeknipt zijn en de menschen
nog altijd lanterfantend lpopen. Het
bomt me voor, dat elke vreemdeling,
die ons land bezoekt, den Indruk
krijgt van een sluimerende lamd-
streek en een dommelig volk.
Toch heb ik niet zonder verwonde
ring een teeken van internationalis
tische aspiratie bespeurd.
Onze Koningin was te Amsterdam.
Om drie uur 's middags wandelde ik
toevallig over den Dam, waar 11c
onwillekeurig keek naar de éénarmi-
ge Naatje, het pronkjuweel der da
len. Plotseling troffen valsche gelui
den mijn ingeslapen gehoor. Het
klokkenspel van het Paleis daverde
door de lucht, terwijl een tamelijk
groote menigte met aandoenlijk ge
duld voor genoemd gebouw-op-13659-
palen stond te wachten op de din
gen, dio stonden te gebeuren of mis
schien zouden kunnen gebeuren.
Wat beierden de klokken zoo valsch?
Welke verwelkomende melodie Welk
nationaal lied? Welk volkslied Het
vrije, franke en vrome „Wilhelmus"?
Het slappe pedante „Wien Neêr-
landsch bloed" De vrijbuitershym
ne omtrent Piet Hein? Een gods-
dienstig-vaderlandslievend wijsje van
Valerius
Niets van dat al, waarde landge-
nooten. De melodie, die ik doör voor
noemd klokkenspel hoorde vermin
ken, strompelde uit.... het intermezzo
van de „Cavalleria Rusticana"
Mijn vaderlandslievend hart bloed
de. Gelukkig, dat ik eenige minuten
later het lcinderliedeke op onzen zee
held De Ruyter hoorde tjingelen op
een draaiorgel....
Lang niet gehoord, zoo'n draai
orgel.
Te Parijs is nu onlangs het orgel-
draaien op den publieken weg voor
goed verboden, waarmede aan een
paar honderdtallen straatorganisten
een verre van fleurig en niet al te
winstgevend bestaan is ontnomen.
Want de tijd is al lang voorbij, dat
danspartijtjes door een orgeldraaier
aan den gang werden gehouden. De
hedendaagsche speelman is meereen
draaierig dan een draaiend artiest.
Hetgeen op vooruitgang in bescha
ving wijst.
„Ach, meneer", zei mij een om
streeks zestigjarige orgeldraaier. „de
menschen gaan hoe langer zoo minder
van de groote muziek houden. Vroe
ger, in den goeden tijd, luisterden ze
met plezier, met zichtbaar enthou
siasme paar een aria uit „Guillaume
Teil of uit „La Juive" of uit „Zam-
pa" enz. Maar nouVieze, vuile
chansonettes uit cafë-conecrts moe
ten ze hebbendingetjes, die een
paar weken leven en dan vervangen
worden door andere „succes du
j jour". Op die wisselvalligheid is de
fabricatie van orgels niet berekend,
i Ah die goede oude tijd, toen de men
schen nog van ware muziek hielden...
Ik heb dagen gekend, dat ik wel 10
francs verdiende.... Én waarom nu
dat verbod van de politie? Wat mis
doen wij Wat moet ik nu in 's he
mels naam met mijn instrument doen?
Op huisfeestjes worden we tegen
woordig hoogst zelden gevraagd. En
bedelen k&n ik niet. Nooit gedaan..."
Toen, met driftige handbewegin
gen, gaf hij ettelijke draaizetten van
zijn versleten instrument en galmde
meê
Beni celui qui vient. sauver lemon-
on-on-on-onde.
Arme stakekrd or klonk weemoed
in zijn stem, waarmede hij bijna
even valsch zong als het klokkenspel
van het Paleis op den Dam klepelt.
Hij is een jonge man van 'n jaar
of zes-en-twintig, de Rus, van wien
ik Russisch leer. Hij krijgt les van
mij in het Engelsch.
Zijn stem is welluidend, en hij
heeft een uitdrukking van zachtheid
in zijn gelaatstrekken. Hij spreekt
rustig, kalm en langzaam, in gebro
ken Fransch.
Hij is op end' op revolutionnair.
Bijna alle échte revolutionnairen
hebben zachte wezenstrekken. Waar
schijnlijk omdat bijna ellce échte re
volutionnair min of meer een dich
terlijke natuur heeft.
Hij heeft in Rusland gestreden en
geleden voor „de groote zaak". Hij
heeft er gevangen gezeten. Nu werkt
hij in Parijs voor de zaak.
In zijn vrijen tijd is hij „rapin",
leerling-schilder, op het beroemde
atelier- van Julian.
Er zijn eenige honderden revolutio
naire Russen te Parijs, mannen en
vrouwen. De politie bespiedt hun gan
gen. Die Russen hebben maling aan
de Franco-Russische broederschap.
Mijn belangstelling in zijn „groote
zaak" maakt hem week.
Wat ben ik gelukkig, dat u er
zoo veel voor voelt. Onder de Fran-
schen, dio ik ken, zijn er maar een
paai', die belang stellen in het streven
van Jong-Rusland. Hun revolutie heeft
al meer dan een eeuw geleden plaats
gehad. Zij staan als vergrijsden te
genover ons.
Wanneer denkt u, dat de groote,
algemeene revolutie in Rusland zal
uitbreken?
Dat is niet met zekerheid te zeg
gen. Een algemeene revolutie is een
toevalstreffer. Er kunnen duizend on
gerechtigheden plaats hebben, zonder
dat het gekwetste rechtsgevoel heftig
in opstand komt. En één enkele, klei
ne daad kan de lont in het buskruit
zijn. Vergeet niet, dat het aanscha
kelen van gevoelens in Rusland ont
zaggelijk moeielijk is, door de merk
waardige grootte van het rijk.
Verwacht u veel heil van de re
volutie?
Op den duur zeker. Maar in den
eersten tijd... Jong-Rusland is socia
listisch. Bij een uitbreking van de
revolutie zou de lang getergde bour
geoisie stellig met ons meedoen. Maar
daarna... daarna vrees ik, dat de
overtalrijke bourgeoisie de betrekke
lijk weinige socialisten zal verplette
ren. O, daarin licht to zienOnze
zaak is zeer ingewikkeld... Als wij
met onze propaganda maar de min
dere militairen konden bereiken. Die
zijn al, door afstamming, opvoeding
en jeugd, onbewust revolutionair.
Maar ze worden met Argusoogen be
waakt door de in den dienst vergrijs
den, die belang hebben bij de besten
diging der tegenwoordige misstanden.
Bij een revolutie zouden zij hun baan
tje verliezen. En aangezien ze door
gaans zeer dom zijn, zouden zij in hel
nieuwe rijk niet te gebruiken zijn.
Mag u naar Rusland terug?
Ja. Ik heb mijn tijd in de gevan
genis uitgediend.
Wanneer keert u in uw land te
rug?
Op het eerste teeken van de par
tij. Er werken tallooze Russen in den
vreemde, in alle stilte. Anders zou
onze partij spoedig gedecimeerd wor
den. Men maakt in ons land, ons
rampzalig land, korte metten met ge-
signaleerden. Van een behoorlijk on
derzoek, een ernstig verhoor en goed
recht is bijna nooit de minste sprake.
Wat een ellende!...
Daarop liet hij mij verscheidene do-
kumenten zien, die zijn mededeel Ln-
gen bevestigden.
Warm en zacht klinkt zijn stem.
Uit zijn oogen straalde goedheid.
Een zijner beste vrienden uit het
atelier Julian is een... Japannëes. Wa
re menschenmin kent geen landgren
zen.'
A propos, vaderlandsliefde, liefde
voor den geboortegrond is, welbe
schouwd, toch een eigenaardig begrip
Piet, van het rijk Germania, vestigt
zich metterwoon in het rijk Romania,
verdient er zijn brood, krijgt zijn
tweede vaderland lief en laat zich ten
slotte als Romaan naturaliseeren. De
twee rijken komen met elkander in
oorlog. Piet moet de wapens opvatten
tegen zijn oorspronkelijk vaderland.
Niemand ziet er iets in; Piet is nu
rechtens Romaan. Maar hadde hij,
hoezeer ook van Romania houdende,
verzuimd zich te laten naturalisee
ren, dan zou hij zich in dien krijg aan
hoogverraad schuldig maken?... Zit
het 'm dus in die papieren van natu
ralisatie?
OTTO KNAAP.
TWEEDE KAMER.
ONVERWIJLDE BESTRIJDING VAN
DEN ACHTERSTAND BIJ
SOMMIGE GERECHTEN.
Op dit oogenblik zijn bij de Tweede
Kamer aanhangig eenige wetsont
werpen, die losgemaakt van de ad
ministratieve rechtspraak, de onver
wijlde voorziening in don achterstand
beoogen.
Maar aangezien het buiten kijf nog
eenige maanden zou duren alvorens
die ontwerpen wet kunnen worden,
kan, naar het oordeel van den Minis
ter van Justitie, de voorziening daar
op niet. wachten. Er moet, zegt hij,
zonder uitstel worden ingegrepen.
Het middel daartoe vindt hij in par-
tieele herziening a. van de wet van
9 April 1877b. van de wet op de
rechterlijke organisatie c. van het
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvor
dering, bij welke regelingen zich dan
aansluit, eene aanvullingsbegrooting
van Justitie voor 1908, waarin opge
nomen wordt eon post van f28,800
voor traktementen van nieuw te be
noemen en verhoogde traktementen
van te verplaatsen of te verhoogen
rechterlijke ambtenaren.
Het eerste der genoemde ontwerpen
strekt, tot verhooging van het maxi
maal getal benoembare ambtenaren
bij overladen Gerechten. Het aantal
benoembare vice-presidenten, rech
ters enz. wordt, verhoogd. Terwijl de
Regeering tegelijkertijd de bevoegd
heid erlangt, rechterlijke ambtena
ren, die hier of daar gemist kunnen
worden en van standplaats willen
veranderen, naar de bedreigde pun
ten te dirigeeren. Alzoo kan de maxi
male bezetting der overbelaste colle
ges tot de vereischte hoogte worden
opgevoerd, zondér, in verband met de
aanhangig blijvende algemeene re
geling ook maar het minst op de toe
komst vooruit te loopen.
Maar juist om de in die algemeene
regeling nc-dergelegde grondgedachte
onverlet te laten, wordt naast de
openstelling van nieuwe rechtevs-
plaatsen, tegelijkertijd reeds nu aan
gestuurd op spaarzaamheid in het
gebruik van rechterlijke krachten.
Nu de gelegenheid wordt geopend
in 's-Gravenhage, in Amsterdam en
in Rotterdam meer rechterlijke amb
tenaren te benoemen, wordt ook te
vens beperking van het aan te stel
len aantal nagestreefd. Dit zal ge
schieden in de eerste plaats door af
schaffing, behalve in cassatie, van de
onvoorwaardelijke verplichting van
het Openbaar Ministerie tot concln-
deeren. Voorgesteld wordt deze con-
clusiën te behouden alleen, als in de
gevallen, waarin het huidig recht 't
hobren van het Openbaar Ministerie
voorschrijft, óf de rechters, óf eene
der partijen op de voorlichting van
het parket verklaart prijs te stellen.
In detwc-ede plaats door voorwaar
delijke alleenrechtspraak voor bur
gerlijke zaken in de rechtbanken.
Ook hier zal do wensch van ééne of
meer der partijen geëerbiedigd wor
den zij hebben zich slechts van al
leenrechtspraak niet gediend te ver
klaren, om zich de berechting hunner
zaak door een drieleden-kamer te
verzekeren.
Het tweede ontwerp, eene wijziging
van art. 50 der wet op de rechterlij
ke organisatie beoogende, opent de
gelegenheid voor de berechting van
burgerlijke zaken, kamers van een
lid te formeeren.
Het besluit waarbij dit geschiedt
zal aan de goedkeuring van de Kroon
worden onderworpen.
Daarenboven zal het een paar an
dere voorschriften bevatten, bestemd
om aan de bezetting der enkelvoudi
ge kamers de noodige vastheid en re
gelmaat te geven. Overleg met de
rechterlijke colleges (vertrouwelijk
en voorloopig reeds over het tegen
woordige ontwerp gevoerd) zal daar
bij plaats hebben. Eenige wijzigingen
achter art. 288 Wetboek van Burger
lijke Rechtsvordering sluiten zich
hier bij aan on het derde wetsont
werp bevat, in verband hiermede,
nog enkele speciale wijzigingen.
Het vierde wetsontwerp eindelijk
(de aanvulling van de begrooting van
justitie) beoogt eene vermeerdering
van personeel, voor zoover zich op 't
oogenblik becijferen laat vandrie
vice-prcsidenten (een Amsterdam, een
Rotterdam, een 's-Gravenhage) geza
menlijke kosten per jaar 12,500; vijf
rechters (twee Amsterdam, twee Rot-
terdam, een 's-Gravenhage) samen
f19,000; drie A vier substituut-grif
fiers (twee drie Amsterdam, een
's-Gravenhage) samen f 6900totaal
f38,400 voor het volle jaar; 28,800
voor de nog looper.de negen maan
den. Misschien kunnen echter hier of
daar overbodige rechterlijke ambte
naren naar Amsterdam, 's-Gravenha
ge of Rotterdam worden verplaatst.
In zijn toelichting zegt de Minister
nog, dat indien tegen de verwach
ting de afschaffing der conclusies
yan Openbaar Ministerie geene
krac. "Tijmaken, dan zou ten
slotte au.. het Amsterdamsche Par
ket een zevende substituut-officier
worden gegeven.
VERGADERING VAN MODERNE
THEOLOGEN.
Dinsdagavond te 7 uur werd de ver
gadering in het Gebouw van den Wer
kenden Stand te Amsterdam door den
voorzitter, prof. dr. P. H. Ritter, ge
opend met eene toespraak.
De heer Van den Berg van Eijsinga
geeft in eene schoone improvisatie,
die door de vergadering luid wordt
toegejuicht, eene beschrijving van het
ontstaan van het historisch-materiu-
lisme, uit Duitschlund tot ons overge
komen, en verklaart zich er een be
slist tegenstander van.
Dr. H. T. do Graaf leidt nu het
vraagpunt in „De waarde der nieu
we clu-istologische beweging".
Hierop verkreeg de heer A. H. van
der Hoeve het woord tot inleiding van
het vraagpunt: „Is bij eene historisch-
materialistische levens- en wereldbe
schouwing moraal mogelijk Spre
ker ontwikkelde daarbij eenige stel
lingen.
TIMME RL IEDENBOND.
De uitslag der hoofdbestuursveikic-
zing was als volgt
Herkozen bij acclamatie J. Goed
hard en P. M. Yerdaris, respectieve
lijk voorzitter en penningmeester, en
de heeren J. van der Wal, secretaris
te Amsterdam, met 57, A. Heroel, te
Amsterdam, met 42, B. R. Dijkhuizen,
te Haarlem, met. 50, J. Ktihn, te
Rotterdam, met 32 en H. Ilijkman, te
Utrecht, met 43 van de 62 uitgebrach
te stemmen.
De vergadering hield zich vervol
gens nog bezig met de huishoudelijke
reglementsbehandeling. Na afloop
hiervan werd de vergadering geslo
ten. De overige vele punten van den
beschrijvingsbrief kwamen derhalve
niet. in behandeling.
A. F. SMULDERS.
Wij vernemen, dat de lieer A. F.
Smulders, die gedurende de zomer
maanden, te Nijmegen woont, ie Nice
op zijn villa „Augusta" is overleden
De heer Smulders is een der voor
naamste industrieelen van ons land
en vestigde als zoodanig zijn naam in
binnen- en buitenland met d<"> stich
ting van de vroegere Utrechtsche Ma
chinefabriek, en van de bekende werf
„Gusto", te Schiedam.
Door groote werkkracht, een helder
verstand, een scherp oog en een be
nijdenswaardig genie, heeft de heer
Smulders in de industrieele wereld in
ons land en ver daarbuiten zich een
grooten naam verworven, en menig
eereblijk, o. a. de Nassau-orde, ver
sierde als blijk van welverdiende
waardeering, zijn borst.
(Pr. G. en N. Ct.)
LUIS VLIEGEN.
S. Leefinans vertelt in do Levende
Natuur van April over luisvliegen
parasieten op vogels. Hij schrijft
„Doelmatig toegerust zijn de dier
tjes, waarvan ik ga vertellen wel
de natuur heeft het vergulden van
de leelijke pil bij het dier nagelaten,
het is niet schitterend uitgedost als
een goudwesp, die nijvere graafbijen
beparasïieert, het is een bruinig plat
monster, met grijppooten en houvast-
klauwen, gestoken in een hoornig,
spaarzaam behaard pantser. De vorm
is wigvormig, de kop het kleinste, het
heeft kleine vleugels die neiging ver-
toonen om rudimentair te worden en
het dier is geheel gebouwd om ge
makkelijk tusschen de veeren van het
arme woondier in te dringen en zich
daar uiterst stevig vast te houden.
Arme gierzwaluw, die tegen wil en
dank een 2-5-tal van deze le rangs pa
rasieten den kost gaf. Zij was op
straat gevallen. Van uitputting Jon
ge gierzwaluwen kunnen niet van den
grond opvliegen als zij daar per on
geluk terechtkomen, zelfs oude, sterke
vogels kunnen dit moeilijk. Zeker is
dus in dit geval niet, dat de vogel
door uitputting was neergevallen,
stellig was dit wel het geval met een
jonge wielewaal, die ik eens teBloe-
mendaal vond.
Deze vogel lag nog lavend op den
grond, 'k nam hem op en zocht naar
de oorzaak van zijn vreemde doen.
Toen ik daarmede bezig was, stierf
de vogel in mijne handen on daar
kwamen ze te voorschijn de parasie
ten. Ze vlogen van de wielewaal af
mij regelrecht in het gezicht. Dat- is
zoo hunne gewoonteze zoeken iets
warnis en levends. Ik stopte een vier
tal in mijn buisje en trapte de rest
uit afkeer dood, wat onzin was,want
de voorraad van Moeder Natuur, die
zoo „allerliefst" voor elk van haar
kinderkens zorgt, zal er niet merk
baar door geminderd zijn."
EEN KLAPLOOPER!
Kan ik het genoegen hebben dat
u morgen bij me komt eten?
Overmorgen is dat ook goed.' Ik'
heb m'n woord al gegeven.
Wel ja... Bij wie bent u morgei
geïnviteerd, als ik vragen raag?
Mevrouw uw echtgenoote wa«
zoo vriendelijk.
ZIJNE GEVOLGTREKKING.
A.: Laatst heeft die jonge dokter
hij heeft drie maanden geleden zich
hier gevestigd nota bene mij verze
kerd, dat hij al vijftig patiënten
heeft.
B.: Olie mij vertelde hij van
ruim honderd!
A.: Nu, dan heeft hij jou eenvou
dig voor dubbel zoo dom aangezien'
als mij.
ONDER TOONEELSPELERS.
Tooneelspelers zijn in den regel nog
al grappige menschen, en als ze kun
nen nemen ze elkaar nog al eens ge
ducht beet. Zoo speelde eens een ze
kere Numès, een Parijsch tooneelspe-
ler, zijn vriend Roumain een leelijkë
poets.
In het derde bedrijf van een too-
neelstuk moest Roumain optreden in
doffe wanhoop met de handen voor
het gelaat om zich daarna plotseling
tot het publiek te wenden met een"
bleek vertrokken gezicht.
Om werkelijk „bleek" te wordent
placht Roumain zich vlug en onbe
merkt met een op tafel gereed liggen
de poederkwast over het gezicht te
strijken. Nu had zijn collega Numès
het kwastje in een zwart poeder ge
doopt en men kan zich de uitwer
king voorstelle ntoen Roumain zich*
daarmee het gelaat inwreef en zijn
gezicht aan het publiek toonde. De
toeschouwers vielen bijna om van 't
lachen, maar Roumain heeft wraak
gezworen, vreeselijke wraak, en
het publiek kan er op rekenen nog
eens weer hartelijk te lachen in een
heel roerend drama, ditmaal échter
ten koste van Numès.
KINDERTENTOONSTELLING.
De vereeniging Koninklijk Zoolo
gisch Botanisch Genootschap in Den
Haag zal op den 3en, 4den en 5den
Juli in de groote zaal van 't Genoot
schap, een kinderwedstrijd houden, in
denzelfden geest als de kindertentooc-
steLlingen, die in Engeland, Amerika,
Zuid-Afrika en Frankrijk reeds lang
een machtig middel zijn, om te wed
ijveren voor hygiënische en estheti
sche propaganda.
Voor de eerste maal zal een derge
lijke wedstrijd in Nederland plaats
vinden. Hebben in het buitenland doc
toren en artisten zich altijd gunstig
voor baby-wedstrijden verklaart, de
samenstelling der jury voor dezen
wedstrijd wijst er op, dat geneeskun
digen en artisten hun steun en mede
werking willen verleenen,
De wedstrijd zal verdeeld zijn ia
twee klassen A. voor gezondheid
B. voor schoonheid.
De deelnemende kinderen kunne»
hetzij voor een der beide klassen, het
zij voor beide klassen worden inge
schreven.
Uitgeloofd worden voor beide klas
sen te zamen
Een eereprijs met een spaarbank
boekje -van 100.
Voor elk der beide klassen le prijs
met een spaarbankboekje van /50, 2a
prijzen met een spaarbankboekje too.
f25, 3e. prijzen met een spaarbank
boekje van 10.
Aan den wedstrijd kunnen deeiiie-
men kinderen uit geheel Nederland
{uit Nederlandsche ouders geboren),
die op 1 Juli 1908 den leeftijd van twee
jaar hebben bereikt en dien van zaa
jaar niet hebben overschreden, dus
van twee tot en met zes jaar.
Voor kinderen van 2 tot en met i
jaar heeft de wedstrijd plaats op 3 en
5 Juli, voor kinderen van 5 tot en mes
6 jaar op 4 en 5 Juli, dagelijks van
10—12 uur des morgens en des mid
dags van 24 uur. De uitspraak der
jury zal den 5den Juli in den namicf-
de- worden bekend gemaakt.
Van 12—2 uur zullen de kinderen in
den tuin van het Genootschap en op
de speelplaats zich kunnen verpooze*
Uit het Engelsch.
33) 1
Kan er nog twijfel bestaan
vroeg Fournier, toen Miranda den
gordel weer van zijn polsen los
maakte.
Hoe is u op dat idéé gekomen
vroeg zij.
Dat zal ik u vertellen, zei Four
nier. Laten wij met het begin begin
nen.
Bentham, zoo noemt Warriner
zich tegenwoordig, Jeremy Bentham,
naar den bekenden Engelschen poli
ticus, zooals hij mij vertelde. Welnu,
hij en ik dus dreven samen een klei
nen handel, waarmee wij veel geld
verdiend hebben. Toen Bentham nu
een week geleden uit Bemin Sooar
naar Tanger terug kwam, gaf ik aan
eenige vrienden bij mij aan huis een
diner, gevolgd door bal. Wij waren
in 't geheel misschien met ons tienen
of elven en Bentham. Hij kwam en
danste en was de laatste, die heen
ging. Hij woonde niet bij mij in huis
voor onze kleine zaak was het
Voordeeliger, als men ons slechts voor
goede bekenden hield. Hij had in de
stad een woning, maar mijn huis ligt
buiten tegen den heuvel aan. Hij reed
op zijn muilezel alleen weg, want hij
was in avondtoilet, en met dans
schoenen aan kan men niet over het
marktplein gaan, mevrouw. Zijn wo
ning heeft hij echter niet bereikt, hij
was verdwenen. Ik heb tot gisteren
niets van hem gehoord toen bracht
een Arabier tegen den middag dit
blad papier in mijn winkel.
Maar de Arabier heeft u toch
wel verteld, hoe en waar het papier
hem in handen gekomen is vroeg
Miranda.
Ja zeker, hij behoorde tot ,een
„duar", een Arabisch tentendorp,
moet u weten. Het dorp ligt drie da
gen van Tanger af, aan den straat
weg van Alequiner. Een week gele
den, toen de Arabier 's morgens zijn
geiten voortdreef, om te gaan drin
ken, kwamen er op een afstand zes
mannen voorbij. Zij gingen naar de
binnenlanden en zij hadden een
muilezel bij zich. De Arabier keek
naar hen en zag, dat een hunner tel
kens wat achterbleef en dan kwamen
de anderen en sloegen met stokken
op hem los en dreven hem voort, en
hij bood heelemaal geen weerstand.
Mevrouw, ik vrees, dat wij weten,
waarom hij geen weerstand bood.
Miranda drukte de hand tegen het
voorhoofd.
Genoeg, zei ze met moeite, en
haar stem daalde tot een fluisteren,
ga voort I
Fournier, wiens onrust een beetje
bedaard scheen, toen hij de levendige
belangstelling van Miranda opmerk
te, ging voort
Het kwam den Arabier voor, als
of de ongelukkige teekens tegen hem
maakte, en toen de groep voorbij was
zag hij, dat er op den bruinen grond,
dien zij zooeven gepasseerd waren,
iets wits schemerde. Hij liep er heen
en raapte het op het was dit stuk
papier. Hjj las de teekens er op.
Fournier draaide het blad om en
wees op het Arabische schrift. Daar
staat
„Breng dit aan Fournier in
„Tanger en je zijlt er geld voor
„krijgen."
De Arabier vouwde het papier
open. Hij kon niet lezen, wat er in
stond, toen hij echter zag, dat het
in een Europeesche taal geschreven
was, dacht hij, dat er van de belofte
misschien wel iets waar kon zijn. Zoo
bracht hij gisteren het blad in Tan
ger en ik breng het u hier.
Fournier trok zijn bril op zijn neus
recht, en zich voorover buigend,
wachtte hij vol spanning op een ant
woord.
Miranda zat daar met saamgetrok
ken wenkbrauwen, en keek strak
naar de donkere bergen.
Fournier dacht er niet aan, haar te
storen. Hij veronderstelde, dat zij
overlegde, hoe Warriner het best te
helpen zou zijn en toch was dat het
niet, wat haar gedachten bezig hield.
Miranda had een bijzonder leven
dige verbeeldingskracht.. Zakelijk
overleg te plegen, kalme besluiten te
nemen, was haar sterke zijde niet.
Maar dikwijls kon een enkele zin,
ja, zelfs een enkel woord, zoo'n leveu-
digen indruk bij haar teweeg bren
gen, dat er plotseling voor haar
geest een gordijn scheen te worden
weggetrokken, c*r. dan zag zij alles
voor zich gebeuren als op een helder
verlicht tooneel.
Dergelijke beelden brachten haar
tot nadenken en tot het nemen van
besluiten met zóö'n spontanen drang,
datzij dadelijk óf groot meêgevoel, óf
stérken tegenzin opwekten. Zoo stond
nu voor haar oogen het beeld van
een man, die in elegant avondtoilet
's nachts den heuvel van Tanger af
reed, en daarop smolt dat beeld sa
men met een_ander zij zag denzelf
den man, hoe hij in ellendige lompen
gehuld en met gebonden handen on
der de brandende zon met zweepsla
gen naar de woeste binnenlanden van
Marokko gedreven werd. Zij zag de
vijf ruwe ipannen met hun gevange
ne het tentendorp voorbij trekken, zij
zag den wanhopigen blik van Ralph,
dien zij voelde, alsof hij direct op
haar gericht was, en zij zag tegen de
donkere aarde het stuk papier wit af
steken.
En terwijl zij dit vizioen nog dui
delijk voor zich had, bemerkte zij,
dat de heer Fournier weer tot haar
sprak. Maar de klank van zijn stem
was veranderd hij vertelde nu niet
meer, maar hij smeekte met eene
warmte, die voor haar iets ontzet
tends had, als zij bedacht, wie de
gene was, voor wien hij zich beijver
de. Zijn vreemd accent was duide
lijker merkbaar dan anders, en hij
viel letterlijk over zijn eigen woor
den.
Dus de heer Warriner wil geen
geld van u dat begrijpt u nu wel,
nietwaar Hij verlangt niet eens uw
hulp, geloof mij, mevrouw Leest u
deze regels nog maar eens over. Hij
zou niet bij u om hulp komen bede
len Daar is hij veel te trotsch voor.
En omdat mevrouw Warriner bij
die woorden een bitteren glimlach
niet kon onderdrukken, ging Four
nier, die dat lachje wel opmerkte, nog
ijveriger aan het verdedigen.
Hij heeft uw geld genomen j*a,
dat weet ik zoo lang hij nog bij u
was maar daarvoor had u ook aan
deel in zijn zaken dat weegt tegen
elkaar op. nietwaar Maar toen hij
eenmaal bij u vandaan was, is hij
ook niet meer om geld of hulp bij u
gekomen. Hij is ie trotsch. O, neen.
Hij neemt het liever van den eersten
den besten, dien hij op zijn weg ont
moet, van mij of van een anderhij
is zoo trotsch Neen, ik kom uit-
mijzelf tot uhij heeft mij dikwijl»
over u gesproken o, mevrouw,
maar alleen in woorden van de hoog
ste vereoring En ik zei tot mijzelf
Het is niet gemakkelijk om met mij»
vriend Ralph om te gaan, dat weten
wij, mevrouw Warriner, maar
mogen hem allebei heel graag lij
den
Neen, ik niet.
Deze heftige verklaring bracht de»
heer Fournier niet weinig in de war.
Miranda was van haar stoel opge
staan en stond nu tegenover hem.
Nooit had hij gedacht, dat zoo'n zacht
gelaat zulk een besliste uitdrukking
kon aannemen.
Hij probeerde even een zwakke te
genwerping te maken, maar Miraa-
da herhaalde heftig wat zij zooeven
gezegd had
Neen, neen en nog eens neen
riep zij. Laten wij toch eerlijk zijn i
Zij wendde zich van hem af, en de
armen op de borstwering van de»
ouden mnuur leggend, keek zij over
liet dal heen langs de rotsen, waar
over een steile weg zigzags-gewijze
naar beneden in de vlakte liep.
(Wordt vervolgd).