HAARLEM'S DAGBLAD. TWEED?..?^-.
Stadsnieuws
SimieulaiHi
Onze Lachhoek.
FEUILLETON
Eindelijk gewonnen
D' e S ix e 1 v 1 i e g e r.
De Haarlemsclie Postduiven Veree
niging ,,De Snelvlieger'', .opgericht
1875, hield Zondag 10 Mei haai" eer
ste wedvlucht in dit seizoen, van
Roozendaal af, afstand 05 K.M.
Door de welwillendheid van den
heer Francois Schul, voorzitter van
den Zuider Postduivenbond, werden
de duiven om 8 uur in vrijheid ge
steld, met Westenwind en licht be
wolkte lucht.
Aan deze wedvlucht namen deel 10
leden mat 115 duiven.
De prijzen werden als volgt bp-
.haald
1 G. K. Stouten 921—59
2 P J. van Daalen 9—21—28
8 .1. Lornans 9—2147
•4 P. J. van Daalen 9—22—00
5 Dezelfde 9—23—34
6 Dezelfde 9—2353
7 G. H. Stouten 9—2521
8 J. J. Doeglas 9—26—02
9 C. Heijligers 9—2547
10 Dezelfde 92550
11 P. J. van Daalen 92614
12 C. Heijligers 9—26—45
13 P. J. van Daalen 9—27—31
14 P. Hölsken 9—28—58
15 Chr. hielen 93018
'16 G. H. Stouten 9—3054
17 P. J. van Daalen 9—30—21
18 Dezelfde 9—30—35
19 Chr. Nielen 9—3123
20 A. C. W. van Niel 93228
Ten slotte vermelden wij nog, dat
de heer N. H. Andriesseai mèj. Schoon
begeleidde, en beiden door het pu
bliek hartelijk werden toegejuicht..
Nu nog lest best een woord van
hulde aan mej. A. Noordea', van Be
verwijk, eerelid der vereeniging. Zij
toch kweet zich met succes van haar
moeilijke taak.
Met „Een kind van Holland" sloot
het koor dit welgeslaagd concert.
PRINS HENDRIK.
Z. K. H. de Prius der Nederlanden
komt Vrijdagavond van Schwerin op
het Loo terug.
MINISTER IDENBURG
wordt heden in Den Haag- verwacht.
Aanstaanden Maandag zal hij op Het
Loo door de Koningin worden be-
eedigcl en Woensdag de portefeuille
van koloniën overnemen.
OUD-GOUVERNEUR VAN DAALEN.
„Het Vad." meent reden te hebben
om te twijfelen aan de juistheid van
het bericht der „Nieuwe Ct.", dat ge
neraal Van Daalen, de oud-gouver
neur van Atjeb, dezen zomer met
verlof maar Nederland zou komen,
Bij de familie te 's-Gravenhage is ml.
bericht ontvangen, dat het 13-jarig
Poule II le en 3e prijs G. H. Stou-dochtertje van den generaal onder ge
ien, 2e prijs P. J. van Daalen 4de i leide van een ander familielid naar
prijs P. Hölsken. i Holland komt. Kwam de generaal
Aangewezen duif G. H. Stouten ze.lf' dan zou dit laatste niet noodig
92521. zijn. De familie beschouwt dit dan
De snelheid der duiven bedroegook als e€n aanwijzing, dat de oud-
1166 M. per minuut. j gouverneur niet voornemens is de-
Zilveren beker, weiken vijf maal zen zomei' naar Holland te komen,
achter elkaar oftien maal in het j
geheel behaald moet worden, om de
finitief eigenaar te zijn, werd voor
de eerste maal behaald door G. H.
Stouten, om 9—2521.
BEVERWIJK's GEMENGD KOOR.
Men schrijft ons: t
Bovengenoemd koor, Dir. de heer
N Gonlag. gaf op Dinsdag 12 Mei in
de zaal Maison Stroucken te Bever-
wijk haar tweede concert, waarvoor
zij zich van de medewerking had ver
zekerd van mej. Dorothea H. C.
Schoon, sopraan te Haarlem; den hr.
B. W. Langendijk, bariton, Bever-
wijk en mej. A. Noorder, begeleiding,
Beverwijk.
Hét programma bevatte een 6-tal
mimmeirs.
Als nummer één van het program
ma vermelden wij: Schön Ellen, van
Max. Bruc-b, voor koor en soli, waar
in onze stadgenoote de sopraan-solo
zeer schoon vertolkte, zoodat het pu
bliek al spoedig onder den indruk
kwam.
Ook in de volgende nummers Hym-
nus, van Ferd. Hummel, Die Bekehr.-
te, van Max. Sta/nge, woekerde zij met
haar talenten en had een algemeen
en hartelijk applaus in ontvangst te
nemen.
Na de pauze werd nog door mej.
Schoon gegeven: Aria uit de opera
Albrecht Beiling, van Brandts Buijs,
Moederke Alleen en Adesta, beiden
van W. Andriessen.
Ook deze nummers werden zeer
mooi ten gehoore gebracht en vonden
bij het publiek een dankbaar ont
haal.
Vooral de Aria uit de Opera Al
brecht Beiling, welke zoo eenvoudig
en gevoelvol werd voorgedragen,
bracht ieder in verrukking.
Het publiek verlangde na Adesta
van W. Andriessen, nog een toegiftje
wat bereidwillig werd gegeven en
stormachtig werd toegejuicht.
Psalm 42 voor koor en soli van
Mendelssohn Bartholdy, waarin veel
van het koor en soliste gevergd wordt
en waarvoor dan ook vele groote ko
ren en zeer terecht terugschrikken
werd over het geheel zeer verdien
stelijk gezongen, de soli waren over
het geheel mooi te noemen, het koor
daarentegen nog al eens onzuiver.
Van den baryton hoorden wij Pro
loog uit Paljas van R. Leoncavallo
en Die Meistersinger van Neuren
berg van Richard Wagner.
Wij mogen niet dan met zeer veel
waardeering spreken over dezen
heer, welke het publiek deed genie
ten van zijn schoone stem en mooie
voordracht
NED. JURISTEN VEREENIGING.
De algemeene vergadering derju-
ristenvereenïging wordt gehouden te
Amsterdam Vrijdag en Zaterdag 3 en
4 Juli.
DE ZEISTER MOORDZAAK.
Naar wij vernemen zal bij de be
rechting van de Zeister moordzaak
op 21 Mei en volgende dagen mr. J.
J. de Vries als verdediger van den
verdachte Van Ee wegens familie
omstandigheden worden vervangen
door mr. E. W. H. Duijzings.
(U. D.)
EEN KOGELWERENDE STOF.
Door den heer Lorjé, fabrikant in
parapluies, Nieuwendijk te Amster
dam, is den Minister van Oorlog me
degedeeld, dat hij meent de zekerheid
l,e hebben, dat door hem een stof is
uitgevonden, die het doordringen van
een kogel, afgeschoten uit een geweer
in het menschelijk lichaam zou be
letten.
In verband hiermede is bepaald,
dat bij het 7e regiment infanterie met
die stof cene proef zal worden geno
men, door met het geweer M. 95 op
een doos, gevuld met vorengenoemde
stof, te doen vuren.
INBREKERS GESNAPT.
Dinsdagnacht is het ten slotte mo
gen gelukken te Rotterdam een drie
tal inbrekers op heeterdaad te be
trappen. Een nader onderzoek zal
hebben uit te maken of zij behooren
tot de bende die 't deze gemeente in
den laatsten tijd zoo moeilijk heeft
gemaakt.
Te ongeveer half een des nachts ont
dekte de huishoudster van mr. P.
D. Kley, lid der Provinciale Staten,
wonende aan het Haringvliet 34, dat
zich mannen bevonden op een plat
aan de derde verdieping, waaraan
haar kamer grenst. Zij telefoneerde
onmiddellijk aan de politie, terwijl
een waker van den particulieren
nachtveiligheidsdienst alarm sloeg.
Een inspecteur en enkele agenten wa
ren daarop spoedig aanwezig, die 't
huis omsingelden.
Maar ook de inbrekers hadden ont
dekt dat zij in de val waren geloo-
pen. Zij trachtten zich nu eerst met
geweld toegang te verschaffen in
het huis van mr. Kley door het in
slaan van een glazen deur, doch toen
dit niet gelukte lieten zij zich door
een luchtkoker afglijden van een plat
op de tweede verdieping van pand
32, een pakhuis in koloniale waren
der firma J. H. Verstegen. Nadat een
lid der firma was geroepen om de
deur aan de Haringvl ietzij de te ope
nen, trad de politie binnen. Het bleek
dat de inbrekers het kantoortje en 't
pakhuis al hadden doorsnuffeld en
geen uitweg ziende, weer naai* de
verdieping waren gegaan om zich te
verschuilen. Daar werden zij door
politie en veiligheidsdienst gegrepen.
Het zijn drie nog jeugdige' person?!),
antwoordende op de namen Thom-
sen, Kouwen en Tydeman. Het par
ket stelde des morgens een onder
zoek in. Twee en een half uur was
men bezig geweest d e inbrekers te
wangen.
Het onderzoek heeft uitgewezen,
dat de inbrekers blijkbaar het
hebben gehad op het pand der firma
Verstegen, dat des nachts onbewoond
is en waarna zij na het uitsnijden
van een drietal ruiten in het ach
terhuis zijn gekomen zonder evenwel
veel van hun gading te vinden. Toen
zij dus aan het huis van den heer
Kley ontdekt werden, waren zij reeds
op hun terugweg dien zij zich door
de waakzaamheid van de huishoud
ster zagen afgesneden.
BEVORDERING DER VISSCHERIJ.
De twee-en-twintigste jaarlijksche
algemeene vergadering van de veree-
ninging ter bevordering van de Ne-
derlandsche visscherij, zal te Vlaar-
dingen worden gehouden, op Don
derdag den 4den .Juni, des voormid
dags te half elf uur precies, in de
zaai „Harmonie" aan den Schiedam-
schen weg.
Uit de rekening en verantwoording
blijkt, dat ook het afgeloopen verêe-
nigingsjaar wederom sluit met een
nadeeiïg saldo.
De totale schold der vereeniging op
1 Januari 1908 was 545.
Het ledental verminderde met 22
r.n bedroeg 564.
EEN TOL-QUAESTIE.
Aan den tol op den straatweg Hil
versum—Laren, bij het Sint .Jans
kerkhof, is een quaestie ontstaan, die
door den bekenden eigenaardigen
toestand in het Gooi nauw verband
houdt met de erfgooiersquaestie en
althans zoo goed als een uitvloeisel
is. Van dezen drukken tol werd tot
voor korten tijd een veelvuldig ge
bruik gemaakt door melkboeren uit
Laren en Hilversum met hunne lich
te melkkarretjes. Het tolgeld, zijnde
16 cent voor heen en terug, altijd
zonder morren betaald, kwam hun
nu plotseling te hoog voor en werd
door hen bij den tolgaarder Splint op
vermindering aangedrongen. Deze
kon daaraan niets doen, doch gaf
hun den raad zich te wenden tot de
administratie van den Laarder grint
weg (nu straatweg) waaraan de tol
is gelegen.
Dit schijnt niet gebeurd te zijn en
de melkboeren hebben zich zelf nu
maar geholpen door eenvoudig den
tol te negeeren en er omheen te rij
den, zoodoende den tol eeri belang
rijke schade berokkenende. Dat om
rijden kon allsen geschieden door het
huren van een akker van een Laar
der-boer. Over dien akker kon de
heide worden bereikt, en daar had
den de boeren, als zijnde erfgooiers,
natuurlijk vrij spel.
Do tolgaarder is echter ook erf-
gooier en deze kon dus eveneens op
de heide zJjn gang gaan en doen wat
des erfgooiers is. Op advies van het
bestuur van den grintweg heeft deze
nu getracht den boeren den toegang
tot de heide te beletten door op ver
schillende.plaatsen aan de grens van
genoemden akker diepe kuilen te
graven en op vele plaatsen den door
de boeren genomen weg door hoopen
zand onmogelijk te maken.
Tot dusver is het den tolgaardei
nog niet gelukt den doortocht te -je-
lelten, daar, wanneer hij den ee" -n
dag een greppel gegraven heeft, den
anderen dag deze door de boeren w^-
öer is gedicht. Zelfs is het reeds voor
gekomen, dat beide partijen aan een
zelfde gat bezig waren de een met
graven, de ander met dichtgooien.
Dat daarbij de onderlinge verhou
ding minder aangenaam was, ligt
voor de hand. Om te winnen komt
het hierbij dus nu maar aan op liet
uithoudingsvermogen. Dit zijn de
heerlijke Gooische toestanden
Dinsdagochtend werd echter aan
gifte gedaan, dat uit een aangetee-
kend pakket, verzonden uit Schiedam
en beltemd voor Nunspeet, gelds
waarden werden vermist, terwijl het
pakket in geschonden toestand arri
veerde.
De politie wachtte nu Dinsdag
avond den Leidschen trein af, waar
op F. dienst deed. Bij fouilleering
werd het geld, dat uit het pakket
werd vermist, op hem bevonden.
(„U. D.")
NEDERL. GYMNASTIEK-
VERBOND.
Bondsfeest 1908 te Amsterdam.
Het is nu bepaald, dat de groote
wedstrijden en de uitvoeringen, zoo
wel van de turners als de aspiranten
en de schoolkinderen, ter gelegen
heid van de feesten van het Neder-
landsch Gymnastiek-Verbond gedu
rende de a. s. Pinksterdagen, alle ge
houden zullen worden op het sport
terrein achter het Rijksmuseum. Het
Gemeentebestuur, zoowel als hel be
stuur van de Amsterdamsche IJsclub
en de Arnster'damsche Bond voor Li
chamelijke Opvoeding, welker terrei
nen hier liggen, hebben na velerlei
besprekingen en onderhandelingen in
dezen nu allen steun verleend. De
vele werkzaamheden, die ter ge-
schiktmaking van het terrein voor de
betooging van het Verbond noodza
kelijk zijn, worden voor het grootste
gedeelte van Gemeentewege uitge
voerd. Om de gewenschte oppervlak
tes te verkrijgen, moeien de binnen-
liggende dijken worden afgegraven
en naderhand weer neergelegd, ter
wijl drie groote tribunes worden ge
bouwd. Ten ontvangst van autoritei
ten en ter beschikking van de pers, de
jury, het inlichtingen-bureau, de am
bulance, enz., heeft het bureau van
de Regelings-Commissie het vrije
billik van de mooie lokalen van de
IJsclub weten te verkrijgen. Zoo na
dert alles langzamerhand zijn vol
tooiing. Maar er moet in een kleine
maand nog zeer veel geschieden en
aan contanten binnenkomen.
EEN ONTROUWE POST
BEAMBTE.
Dinsdagavond is door de recherche
aan het Centraalstation te Utrecht
bij aankomst van den laatsten trein
Leiden gearresteerd de conduc
teur der posterijen J. H. F., oud 44
jaar. Op dezen beambte rustte reeds
langen tijd de verdenking, dat hij
zich schuldig maakte aan diefstal
van gelden uit aangeteekende pak
ketten, doch het mocht niet geluk-
ken eenig bewijs tegen hem aan te
voeren.
DE MIDDENSTAND.
De Middenstandsbond bevat een
Uitvoerig verslag van de audiëntie bij
den Minister van Landbouw, ver
leend aan het. dagelijksch bestuur
van den Middenstandsbond, op 21
Maart, waaraan het volgende ont
leend is
Het dag. bestuur wees den Minis
ter op den tegenwoordigen stand dier
Midd en standsorganisatie, waaruit
bleek, dat het verwijt, hetwelk dv. A.
Kuyper in 1901 had uitgesproken en
waarin hij deed uitkomen het gemis
aan activiteit en initiatief bij den
middenstand, thans zijn kracht ver
leren had. Met vertrouwen zou het
dag. bestuur zich nu dan ook tot de
regeering wenden, om zich op de ge
dane belofte van steun en medewer
king "der regeering, wanneer in den
toestand verandering mocht zijn ge
komen, te beroepen.
De Minister gaf zijne instemming
te kennen met het denkbeeld, eeaT in
stelling te vestigen, ten doel hebben
de den middenstand voor te lichten
e)i in het belang van zijn economi
sche ontwikkeling werkzaam te zijn.
De Minister meende echter, dat
rle tijd daarvoor nog niet gekomen
was, maar zal indien daarvoor te
zijner tijd een geschikt persoon ge
vonden zou kunnen worden, de uit
voering hiervaji gaarne bevorderen.
Ook de plannen omtrent de oprich
ting van een bedrijfsmuseum hadden
de belangstelling van den Minister,
die in verband hiermede te kennen
gaf, dat de totstandkoming van eene
Octrooiwet wenschelijk was.
Wat de te houden enquête betreft.,
deelde de Minister mede, dat deze
zoowel mondeling als schriftelijk zal
plaats hebben. Daar het Rijksbureau
te Leiden voor een categorie midden
standers nl. voor de verkoopers
van veevoeder niet toegankelijk is
werd den Minister in overweging ge
geven ook in de toekomst voor hen
de gelegenheid tot kosteloos onder
zoek open te stellen. De Minister
wenschte gaarne aan het verzoek te
gemoet te komen, wanneer bij onder
zoek de behoefte daartoe blijkt on
meende, dat wellicht het op te rich
ten station voor de maalderij en bak
kerij hierin zou kunnen voorzien.
Voorts betuigde de Minister zijne
instemming met de maatregelen tot
verbetering van het kredietwezen, be
loofde met zijn ambtgenoot van Jus
titie, bij- herziening van het Wetboek
van Strafrecht, over het noodige tot
het tegengaan van oneerlijke concur
rentie en flesschentrekkerij in over
leg te treden en verklaarde zich be
reid eveneens met de Ministers van
Binnenlandscha Zaken en van Finan
ciën over de wijziging van de Ge
meentewet te spreken.
De Minister beloofde dat, mocht hij
door omstandigheden verhinderd zijn
zelf het congres te Dordrecht den
29sten en 30sten .Juli te houden, bij
te wonen, in allen gevalle een verte
genwoordiger te zenden.
Aan het slot van het verslag wordt
de meening uitgesproken, dat de be
langen van den middenstand bij de
zen Minister van Landbouw, steeds
de noodige aandacht zullen vinden
en dat hij zijnerzijds steeds zal me
dewerken om het middenstands-
vraagstuk tot. goede oplossing te
brengen.
ARCHITECTEN.
De Bond van Nederlandsche Archi
tecten, wiens statuten den 2den Mei
werden vastgesteld en Zaterdag in
bouwkundige bladen medegedeeld;
heeft thans een bestuur gekozen be
staande uitde heeren K. P. C. de Ba
zel, voorzitter, te Bussum; H. P. Ber-
lage Nzn. en Joseph Cuypers te Am
sterdam; C. N. van Goor te Rotter
dam; P. Houtzagers te Utrecht; Jus.
Ingenohl te Amsterdam; J. van Nieu-
kerken te 's-Gravenhage, terwijl in
de commissie van onderzoek voor toe
lating der leden gekozen werden dr.
P. J. H. Cuypers te Roermond; Jac.
F. Klinkhamer, professor aan de
Technische Hoogeschool te Delft; W.
Kromhout Czn., voorzitter van het
Genootschap „Architectura Amicitia";
A. Salm C.B.zn., voorzitter van de
Maatschappij tot Bevordering dei-
Bouwkunst, beiden te Amsterdam, en
A. W. Weismann, architect te Haar
lem. Het huishoudelijk reglement
werd in dezelfde vergadering vastge
steld.
STATION TE MAASTRICHT.
De Hbld.-correspondent uit Maas
tricht schrijft
Onze stad zal eindelijk in het bezit
komen van iets waarnaar zij reeds
lang uitgezien en gehunkerd heeft.
Het bestuur der Staatsspoorwegen
heeft besloten het spoorwegstation
alhier te vergrooten en het doelmati
ger aan alle eischen des tijds vol
doende in ie richten. De kosten hier
van zijn geraamd op 1,200,000, ter
wijl voorts is bepaald, dat het ge
restaureerde stationsgebouw vóór
den winterdienst van 1909 opgeleverd
zal moeten zijn.
SMOKKELGESCHIEDENIS.
De heer S. Menko, firma Traut-
man Menko, te Enschedé, heeft bij
de justitie een klacht ingediend naar
aanleiding van het dezer dagen in
verschillende bladen voorkomende
bericht, behelzende een smokkelge-
sehiedenis, welke geheel uit den duim
gezogen is. De bladen tegen welke
een klacht is ingesteld zijn de Prov.
Ov. en Zwolsche Courant. Dagblad
van Rotterdam, Het Centrum en Het
Volk".
KINDERMOORD.
De politie te Groningen heeft een
dienstbode aangehouden, die ver
dacht wordt van kindermoord. Ze
moet de moeder zijn van het kind,
welks lijkje eenige weken geleden in
de Butjesstraat aldaar is gevonden
en dat zij vier maanden in eenen kof
fer moet hebben bewaard.
EEN SCHENKING.
De heer H. A. Insinger te Parijs,
wiens landgoederen zijn gelegen aan
de Lage Vuursche, heeft aan de dia
conie der Hervormde Gemeente al
daar f 10.000 geschonken.
HUISVREDEBREUK.
Tegen den inspecteur der directe
belastingen te Tiel is een klacht we
gens huisvredebreuk ingesteld door
den ambtenaar der belastingen J., al
daar.
RAAD VAN DEFENSIE.
Tot secretaris van den Raad van
Defensie vanwege de Koninklijke Ma
rine is aangewezen luitenant ter zee
lste klasse R. van Leent, werkzaam
aan het Departement van Marine.
Door den Minister van Oorlog is
tot secretaris van den Raad van De
fensie, voor de landmacht, aangewe
zen cle kapitein van den generalen
staf P. Huizer.
MOOI UITZICHT.
Student (die bij 't zoeken naar ka
mers ergens uit het venster kijkt en
aan den overkant het naambord van
een deurwaarder ontdekt). En
noemt ge dat nu een kamer met een
prachtig uitzicht
EEN VRIENDELIJKE VERONDER
STELLING.
A. Zeg, wat vind je van advo
caat X.
B. Nu, voor civiele zaken betee-
kent hij niet veel, maar als je eens
een moord hebt begaan, of zoo iets,
dan kan ik hem sterk aanbevelen
ZEVEN REDENEN.
Ik heb zeven redenen, waarom
ik niet aan de werkstaking deel
neem, verklaart Jan.
En die zijn vraagt Kees.
Een vrouw en zes kinderen
EEN ZEKER TEEKEN.
Wel, heeft uw schilderij succès
gehad op de tentoonstelling
O ja, 't trok verbazend de aan
dacht. Ga maar eens na acht keeren
zijn bij verschillende lui vóór mijn
schilderij de zakken gerold.
IN DE MACHT.
Het volgende aandoenlijke stukje
menschenwee lazen wij in het N. v.
d. Dag:
De heer, die bescheiden aan het
bureau voor het publiek" geklopt
had, drukte behoedzaam aarzelend de
dieur open, nam beleefd groetend den
hoed af en veegde toen met den zach-
ten zijden doek, langzaam, vermoeid
de zweetdroppels van het hooge voor
hoofd.
„Kan ik den commissaris zelf even
spreken'?'' vroeg de heer, met iets zoe-
kends in de oogen.
Waarvoor is 't?" vroeg kort-af de
brigadier.
„Een particuliere aangelegenheid,"
antwoordde de ander, ontwijkend,
monsterend de politieman aan de an
dere zijde van het hek, als wilde hij
weten of hij 't dien man wel kon toe
vertrouwen. Met licht bevende hand
haalde hij een keurig lederen porte
feuille te voorschijn, bekeek de ver
schillende visitekaartjes een voor een
en vond toen onder die met Fransche
namen, zijn eigen, dat in ferme
schrijfletters vermeldde een flinken
Hollandschen naam.
Terwijl de brigadier zijn chef het
kaartje bracht, borg de ander zorg
vuldig zijn taschje in den binnen
zak, na nog even heel vluchtig den
inhoud van de bankbiljetten-afdeeling
te hebben geschat. Toen verscheen
weer scherper die pijnlijke, vermoei
de kommertrek op 's mans gelaat en
schitterden de oogen heviger van
koortsachtige gejaagdheid.
„Wilt u maar binnenkomen." Met
neergeslagen oogen nam hij plaats
op den stoel tegenover den commis
saris, zwijgend, onbeweeglijk, als wil
de hij den man van ondervinding die
hem aandachtig bestudeerde, de volle
gelegenheid laten zich te denken in
zijn onuitgesproken ellende. Ellende
waarvan hij zelf thans verhalen zou.
Bij horten en stooten kwam het er
eindelijk uit. Hij was procuratiehou
der op een der grootste kantoren van
Amsterdam, prachtvolle positie, na
jaren lang ijverig en nauwgezet wer
ken verworven, geholpen door een
smetteloozen naam en goede familie.
Hij was getrouwd, had kinderen; neen
en nu barstte hij los, terwijl hij
het moede hoofd op de hand liet rus
ten gestolen had hij nog niet, god
dank, zoover was het nog niet geko
men, maar. het zou er van komen.
Men had het reeds bij geruchte op 'ti
kantoor verteld, men wist reeds, dat
hij... aan het spel verslaafd was, dat
hij tot laat in den nacht, de „acade
mie" bezocht, dat hij... En in eefi
koortsachtige, uitgebarsten, zenuw-
ontspannende bekentenis vertelde hij
hoe hij wist, dat het werk hem reeds
onmogelijk werd dat het» hoofd hem
onder zijn werk in den steek liet, dat
zoo niet vandaag, dan morgen of...
in elk geval spoedig de débacle ko
men zou, dat...
Uit het Engelsch.
43)
Maar juist deze tegenstelling tus-
schen zijn gedrag op het bal van
lady Donnisthorpe en zijn koel terug
getrokken houding van de laatste
dagen zou haar op dit oogenblik, als
zij lot rustig nadenken in staat was
geweest, hebben moeten openbaren,
wat hij dacht en hoe hij gestemd
was. Want Charnoclc was niet zwij
gend en terughoudend, als men op
recht er» natuurlijk met hem omging;
alleen als er vergissingen, onbegrij
pelijke toestanden en oneerlijkheden
in het spel kwamen, werd zijn ge
laat een gesloten boek.
Zij stalden hun paarden bij eene
Uitspanning en klommen de steile
helling tot den top op, waarop eens
de oud-Romeinsche stad gebouwd
was geweest. Een poosje zaten zij op
de sleenen van den ouden muur en
keken naar beneden over de uitge
strekte vlakte, v, aar olijfboomen, po-
Pulieren en witte dorpen in het zon-
jiicht schitterden.
Nu was, naar Charnock's meening,
het beste oogenblik voor haar ver
haal gekomen, en hij wachtte, tot zij
zou beginnen maar hij zag alleen,
hoe Miranda hem onderzoekend aan
keek, terwijl zij gedachtenloos over
de onverschilligste dingen babbelde.
En zijn gelaat verried minder dan
ooit, wat hij dacht en gevoelde.
Zie ik u morgen weer vroeg
Miranda, toen zij dien middag bij de
deur afscheid van elkaar namen.
Ik kom na den lunch een oogen
blik, antwoordde Charnoclc, en zij
stiet zachtjes een zucht van verlich
ting uit, die Charnoclc zóó ongeduldig
maakte, dat hij zijn paard haastig
liet omlceeren, en snel wegreed.
Zijn eerste opwelling, om dadelijk
te vertrekken, was vervlogen. Hij zag
zich door zijn woord en oolc omdat
hij 't zelf wenschte, verplicht Miran
da te dienen, en hij was voornemens
zijne belofte nauwgezet te vervullen.
Hij begon echter een gewaarwor
ding te krijgen, dat hij een vrouw
zou dienen, op wie hij in het binnen
ste van zijn ziel met verachting neer
zag. De boodschap van den spiegel
werd nu een sprookje voor hem het
viel hem in, Eoè Miranda zelf dat
uitgelegd had.
Dat de blik van vertwijfeling, dien
hij op haar gelaat meende te hebben
opgemerkt, in waarheid hem uit de
trekken van lady Macbeth in herin
nering was gebleven. En weer klonk
hem een opmerking in de ooren, die
hij in de balzaal van lady Donnis
thorpe uit den mond van die dame
van middelbaren leeftijd gehoord
had
Zoo'n coquette
Daaraan moest hij telkens en tel
kens weer denken.
Den volgenden morgen klopte hij
echter weer aan het huis tegen de
helling aan, en ioen hij door de
dienstbode door de galerij in den
tuin geleid werd, zag hij Miranda
voor zich, die zijn komst niet had op
gemerkt.
Zij was juist bezig om van haar
bloemen de mooiste af te snijden en
ze in een mand te rangschikken.
Charnock verheugde zich er over
haar onbemerkt te kunnen gadeslaan,
want zooals zij daar tusschen de bloe
men doorliep, herkende hij in de
stille bevalligheid van haar bewegin
gen weer iets van de oude Miranda,
zooals hij haar op het balcon gezien
had.
De Octoberzon zond haar gouden
stralen naar beneden, haar gloed
werd door een zoel windje verzacht,
en deze wind voerde gedempt het ge
roep der landbouwers in de vlakte
tot Charnock's ooren door. Zoo nu en
dan zag hij het gelaat van Miranda,
als zij zich even bukte en weer op
richtte. en hij nam er dan een aller-1
liefste, natuurlijke uitdrukking op
waar, die het, sinds Charnock in
Ronda gekomen was, volkomen
vreemd scheen te zijn geworden.
Maar deze uitdrukking veranderde
weer, zoodra zij Charnock in het
oog lcreeg.
Voor wien, denkt u, dat Ik deze
bloemen pluk vroeg zij met eene
schelmsche uitdrukking op het ge
laat, die een pijnlijke uitwerking
had. Ik wed, dat u het niet kan
raden.
Charnock lcwam naast haar staan.
Mevrouw Warriner, wil u mij
een van die bloemen geven vroeg
hij zacht.
Zij keek hem onzeker van ter zijde
aan.
Die bloemen zijn voor Gibraltar
bestemd, zei ze, terwijl zij liefkoozend
over de bouquet, die zij in haar han
den hield, heenstreek.
Zij sprak nu aarzelend en van de
schelmsche uitdrukking op haar ge
laat was niets meer te zienhaar
stem beefde, terwijl zij dc laatste
woorden sprak.
Voor Gibraltar? riep hij vragend
en hij zag weer dezelfde weeke
uitdrukking op haar gelaat, die er
even te voren op geweest was. Wie
in Gibraltar krijgt die bloemen
wie
Hij keek haar vast in de oogen en
haakte naar antwoord.
Zij week schuw achteruitalle
kleur was uit haar gelaat verdwenen,
de woorden, die zij wilde uitspreken,
schenen te willen verstikken. Haar
opgewondenheid duurde maar een
oogenblik, maar zij was ongetwijfeld
echt.
Charnock ging ontroerd naar haar
toe. Maar op dat oogenblik had zij
haar kalmte al weer teruggekregen.
Ik geef u er met genoegen eene,
zei ze haastig. Ik zal u zelf de bloem
in het knoopsgat steken. Weet dat
wel op waarde te schatten Zal u
heel heel dankbaar daarvoor zijn
Charnock bewoog zich niet en gaf
ook geen antwoord. Met eigenaardig
starenden blik stond hij daar, Mi
randa's handen waren ijverig bezig
de bloem in zijn jas te steken en
terwijl hij de aanraking van haar
vingers voelde, hield hij den adem
in, terwijl zijn geheele lichaam beef
de.
Hoe het gekomen was, dat wist
geen van beiden, maar plotseling la
gen de bloemen op den grond, zij had
hem met beide handen bij de schou
ders gegrepen, en hij zag een harts
tochtelijk smeeken in haar oogen, die
nu openhartig in de zijne keken.
U weet immers niet... schreeuw
de zij, als buiten bezinning. U weet
immers niets
Maar ik zou willen weten, riep
hij, zeg hei mij
Neen, riep zij, neen, nu niet
Zij hoorde, hoe er een deur geopend
werd, Charnock hoorde het ook.
Wanneer dus vroeg hij, terwijl
hij een paar stappen achteruit ging.
Daar ging de deur open, en majoor
Wilbraham, met den hoed tegen zijn
hart gedrukt, maakte hij op den
drempel een plechtige buiging.
Miranda was niet op haar gemak,
zij keek van Charnock naar Wilbra
ham en van Wilbraham naar Char
nock.
Hij behoort dus tot uw vrien
den zei Charnock.
Heeft u het recht mijn vrienden
Uit te kiezen vroeg zij, en begroette
toen Wilbraham zeer hartelijk.
De majoor scheen zich in., dezen
toestand zeer behaaglijk te voelen.
Het. was voor het eerst, dat hij de
brutaliteit gehad had, zich eigen
machtig hier binnen te dringen,
maar uit zijn gedrag zou rnen kun
nen opmaken, dat hij de dagelijksche
gast des huizes was. Hij wuifde
Charnock een vertrouwelijke wel
komstgroet toe.
Zoo, vind ik je hier ook al, ami
ce riep hij uit.
Bij iedere nieuwe ontmoeting met
Charnock werd zijn familiariteit
grooter.
(Wordt vervolgd).