BLJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD -i! -!S8 55. Ifro Ja.rifjJMg MAANDAB 8 JUKI 1908 WO VOOS DE ZATERDAGAVOND HAftRLEK/yS DAGBLAD KOST fUO PES S 1AANDEH Of 18 CENT FEB WEEK. ADMIMST RAT1E GROOTE HOUTSTRAAT DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6, IN HAARLEM'S DAGBLAD KM ADVERTENTIÊN DOELTREFFEND. ONZE ANNONCES WORDEN OPGEMERKT. ttoÊiriek voor Vrotswsa Nieuwe modellen, Eenvou dige wandeltoiletten, Meteje®- jurken, r— Kinderhoeden. iVam de varaoliilLende nieuws <en, die de mode cms dit kracht, Stijn,er twèe welka het meest gijn x,togeslageh'V- Ten aerate, de feauwsluitende keursrok met les jao- gust an de rokken met Griekaohe.dra- ^sering, waarbij galons en- franjes .Won&sa toegepast». Do open Jacquetten matsous-westen .of kanten jabots kunnen van/de- étof dec japon of Van een aparte stof. ver vaardigd worden. Ze kteeden bijzone Éter ehic- en men draagt ze zooweiop sleepjaponnen1 als op den voetvrijen rok* Mochten, we ons verleden jaar zo mer ergeren aan deongevoerde blou ses, en transparente kant9tuklten, thans gaat de mode nog verder en. schrijft ze het décolleté, voor,-zonder kant of tule inzetstuk. De-mousselinen, éoharpen-bedekken hals en. Behouders yopr. temperatuur-wisselingen., to Hete behoeft zeker geen betoog,^ dait de écharpen thans het. troetelkind der modénzijn, nu ze daarin aulk een..gé" wichtige rol vervullen. Men ziet zelfs twéé écharpen, die In fichu-vorm aan elkander genaaid, In een punt op den rug vallen. Het „Grieksche genre" wordt. op verschillende manieren in toepassing, gebracht. Allereerst door .een oyerrok, die: voor en achter vierkant; Is uitge knipt, vervolgens dooi' het aanbren gen" van de randen., galons cxf entire-' deus. Hoofdzakelijk komt het er op aan,; 'dat de figuur haar slankheid niet ver liest;- alles moet daarom, slap neer hangen enniet zooala. vroeger door sen zwaar .gegannearden onderrok.ge steund worden. De weefsels, die voor de moderne toiletten in aanmerking komen, zijn buitengewoon .slap, als: voile, éolien-, ne,'zijden linnen, tussor en shantung. 'Als men een mantel costuum van tnsr sor of shantung' vervaardigt, wordt de .mantel, slechts gedeeltelijk .uitge voerd. -i l<i .Voor eenvoudige wandelcosiuums brengt men het wollen mousselinie, dat onder het, bereik vap. bescheiden beurzen valt. De dessins zijn zeer ver-, Bchilleoid: men.brengt zoowel 'bloein- pjes en ruitjes,, als. streepjes .en, móe§-, jes. Vooral, moesjes geldt alslaatste nouveauté. Man hoeft op^ deze japon netjes uiterst .-weinig, game.ering noo-, dig; een weinig; witte of. zwarte, kant voor,.de.: taille is ree.ds voidoenda. Als de. stof. e^n aangewev.en rand hepft, garneertmen daarmededen rokrand, zoowel als de taille. Wat de kindermode betreft, valt hierin weinig nieuws op te marken-.' ,Vqar kleine' meipjjes,brengt mëh op-, Bieuw _de Amerik.aansc;he jgep^ss,eeïvd6 jurk,1 es,, voor. grootere..'meisjes-.de |)fs-. quiéij ui:|jgn.; ,m%tjujmQj-ofi .jg^ó<$$eai rok.- Een, liefi:;|yandélt,c>li.et -v$dr .mè$%7 jes.; van ;z£4tgti Z négen jaar,vepa.ar-, dig4;;n?en;;vun .gecnité, .'stpf,;; Hét rokje, woi^i; in platte Plooien.gelqgjiï;' blouse vain" wit batist "wordt^ey^ri,- cm-0 'der-taille pp;-#?» voeringrto^ 4^ vesHgtpéh „do. ^dgidi^g jLojx^ %en- rui-, mei; RÏjdén;,ë4^^-')^?(1éPy 'E'é& koert 'opgn'.': manteltje imet J.omhggfudén, Sbi^w.l-k)[aag ...ypitoojt-i het gehéél. Men" kuipt dit; manteltje met dé.mmuwen uit 'efen stuk, zqodat de sphoubewiaad vuj;mé|e;n jyit se-éis voorzien van een kanten passé Bn^tö.. h§lsb.Qor'dj,e.,( Vo.or kji^ne. mèfe', je^ 'worden, de jurkjes vaak, zón der- halsboord ..hfgevyerkt;Rat hatoêtuk kan dan van kant of wel vgn de stof 'der; jurk zijii.,,,..:.In het Jaatste--geyal naait men liet stuk in fijne Ungerie- pl0pjtjes,.; .difi dan met .een, hangende, kant of brpderie 'galon bij ywijze-van berthe gegarneerd wordt. Ónzê lange mouwen zijn nóg niet tot do "kinder- mode doorgedrongen; De jurkjes héb ben nog korte of half lange hallon- m op wen met sluiteed boords.of smalle kantaf ge werkt.-. -■ y De lengte der rokjes bepaalt zich tot even over de kple. ïto'.ktodériioieden-.; vindt. men een ruime keuze:1- Allereerst de kleine klokhoed van slap stroo, die gegar- neerd-is ;mfetveen krans van 'kleine bloempjes of den'breed geranden hoed meLhpogehjIljpl, _'dié..blj; voórkéur-met strikken .van lint gegarneerd wordt. Dan' gele en witte :panama*hoeden met een garnituur van zijde in dé kleur van het strdoj-'en e^ndéiijik de charlot1 iee. wan mouswline, kapt pf hrdderte, gégarnèerd met" 'strikken vim -|nt' .lh,- de kleur der jurk, waaahij ae gedra- dragen worden. Voor scliooljurkon worden nog veel wit kateenenmatrozenpakjes ge dragen, dte al naaa' gelang van het wedur met een serge, rokje:verwisseld kunnen worden. CORRESPONDENTIE. Mevr. 'd. B. -^.Het voile-toiletje van uw dochter kunt u moderniseeren door aan de taille een kimono-ceintuur tóe te voegen.Deze kan zoowel-van de stof als van kant of zijde vervaar digd .worden»' .;*v MARIE VAN AMSTEL,- Nsteurbistorlaciie Waodelh^S IN EN OM ÖAARLEM. CCXIX. 'Hoé dichter' de. zon dén;.keerkring nadëH',' hpe .meer''hare y^wairaeafe, rlévènWékkende kracht 'in 'de 'gansche .natuur;inerkbaar Is" en ook, hoërklei- linër' wijónze wandeling moeten .rna,- ;:kë.n, wiïléh Wij .:.niet.al;'te oppérvla-k- kig Flpra's, ..ki^^p^orB^gaep, 'Dd^Lenlm^ie o'^iyéén .Raar, wéken, •weer'tofhet' véimUc^,.'behóórt,,is hog to volle kracht. In het begin piet vrij gevig, schijnt zij nu te willen vergoe den/wat zij pns eerst onthield, want hu, tenvjjl wij bijna wanhopig zouden worden, herschept zij plotseling ge heel-de plantenwereld In "éen bloe menzee.. Bulten is allés in feestge waad. - Herinnert gij u nog, hoe wij, bij eenë wandeling 'door het Blo-emén- daalscbe bosch, enkele maanden gele dén, onze .fantasie den. vrijen teugel •lieten en - ohs v-o órst él den, -hoe-die - aave- mones zouden Moeten, die viooltjes zoude ngeuren, de nachtegaal zou slaan. Nu da dit alles werkelijkheid geworden; nu is het, zooals 'Dé Genes- tet het ons schilderde; :„Alles juicht, alles zingt, Alles bloeit, alles.blinkt, .Weer zoo. lieflijk als .immer te vóréiii." Wetou, begève-n lij 'óns naar" den Wég „bij 'Wildhóef, oni' aah den'; noordSaint'' .gehOémd bosch in^lgaan. •I Zié.t',gij daar. dat 'rustieke brugje? ICij'k, het schijnt.de toegang,tot een bloemenpaleis, het middel, om de ge- fantaseerde, heerlijkheid te bereiken. Wij gaan er nóg niet over, - of liever, - wij kunnen er hog nietovergaan, zoo .machtig isde indruk, dien de 'omge- .ying yan dit brugje, op ons' maakt' Ziet,, hoe té midden.van het frissche gras, .het Nachtegaalskruidj de dikke, -witgeschermde stengels verheft. i Hoé mooi komt-dezé plant hit,'tegen .den frisch-groeneri achtergrond, ge- .-vonhd door elk én haagdoorn, es.chen ;bëuk. (GijVkénit ^iès. m^nfe";toch? - Ais-jóngens,dachten wij hepl.naïef, - dat het iluitetohid alleen maar. groéi- •dio- óm .ons wat goëdkoop. speelgoed te 'leveren. In een oogwenk 'was een för- ,sche steng-ei afgesneden, een yérdéré -/bewerking niet hét niets ontziende .mes,, deed bloemtop .en blad aren op .dem grond yallén, eeQi speetje 'over langs aangebracht em wij waren to lt. -bezit -van het groene ihstrunrent^dat, .door de eentonigheid van het geluid,- weèi* "éven' spoedig 'éljn Waarde voor i-ons.y^riörën hadë' V'. - i Nifpch^flatèp, )fii het scjiendehde .-.Wapph; ïyistèn. ©nize. emaak"heeft,"zich gewijzigd. Door veel bekijken hebben wjj' oög voor het schoone gekrögen en -wij genieten téh vólle, alleen bij den- aapblik.'- Daar staat nog een vriend uit onze jeugd.' Wij' beoefenden 'de botanie op' een- zeer bedenkelijke wijze. Zöo be nutten wij dit: plantje heel vaak om onze tochtgenooten,. .zonder- toestem ming wat. op te .sieren. Ik bedoel het Kleefkruid. De sla-ppe, windende Of kruipende stengels" braken zóó gemakkelijk af en in een ommezien prijkten groene guirlandes op den rug van onze arge- - looze slaclrtoffors. Watwelkten wij da- natuur toch mooi in die hand,voor al, wanneer het wat laat inderi tijd was en de. vruchtjes rijpten. Wij wis ten nog'niét dat dat gemakkelijk vast hechten een middel was ter versprei ding: De haren bij ons plantje 'dienen na melijk om zich lh het haar yan die ren en de kleederen dar menschen vast te zetten, waardoor de zoden ge: makkelijker wordéin verspreid. Alvorens wij het sterk oploopende, zeer. smalls pad betrédeii, dat tpegahg geeft .fjot ifjei -ipwendige^y-p-y d-vé .f„5,L. hof,, moeten wij eerst nog langs dien schildwacht in feestdos, den met klim op begroeiden Meidoorn. Ziet, do bijen zijn druk in de weer. ;Hiet is, alsof zij niet moe worden, zpo regelmatig vliegen zij van bloem tot bloem. Het is een onverstoorde op eenvolging-van neerzitten, een kijkje nemen, ruilhandel, waarhij wisseling vanstuifmeel en honing en wegvlie gen, .om,: dit alles In een volgend bloempje te herhalen.- Langzaam wandelen wij verder, Welk een verscheidenheid to, kl-eur en. vorm, j Koekoeksbloiemen en ooiev-aorsbak- ïcen, viooltjes en veronica's, zij alle 'schijnen te wedijveren to pracht,alle vullen de warm-zoele lucht met hare geuren. Het is hier dicht begroeid, als in een tropisch wöud. Hoort dat gezoem vahi de spelende vliegen, ziet, hoe vlug zij wandm en keeren,. stijgeai en dalen. Zij hebben het heel wat gemakke lijker dan de bijen, die zoo ijverig bezig waren. Het zijn de gelukskinde ren onder het zoemende volkje. Zorgeloos, slijten zijn hun kort vlle- gonlovenitje en. vullen dit met stoeten, dhrtëteo en gonzen. Ook de meest bekende vlinders als .witje, zandoogje ;en,- pauwoog vieren hoogtij. Ais kleine feeën zweven, of Il'eyer klapwieken zij door de lucht en gèvep liet geheel een waavn zomersch ■aanzien. Kijk, hier links is, men" aan 't hak ken geweest. Do korte .eikesfcronken zijn, bezet mot uitloopers. Snijdt nog eens die bekende galappels doorl Ziet gij hoe. spoedig, uw. mes-zwart wordt? Het is het looizuur, dat zoo spoedig op uw staal inwerkt en juist door dit zuur is de boom door de galwespen uitverkoren, p-m drager- te zijn van de kleihe broedplaateen der eitjes-, van de woonplaats der onaanzienlijke ma den.- Nu toch, zijn de gallen voor vogels en andere dieren ongenietbaar, waardoor uitroeiing wordt voorko men. ,,Zou dat. zoo jammer zijn?" hoor ik al vragen. Hierop, is niet zoo gemoli- kolljk te antwoorden. Wij weten van zöo .heel yeel in de natnur het doel nog niet. Of de eik, die die wesp .zoo .aardig steunt, daarvoor .niets temg ontvangt? D,it is nog. met zoo beslist, te ontkennen, maar evengoed als de vijg, die een gedeelte barer bloempjes er op. inricht, oni den galwespen een 'geschikte legplaats voor de eitjes, te verschaffen, daarvoor, bij .het eigen bovruchtingsproce8, steun dezer in secten ondervindt, evengoed zou -. de. eik op de een of andere wijze door zijn gastvrijheid gebaat kunnen zijn. Vindt ge het niet practisqh, dat de mensch al zoo. spoedig de door het hakken opengekonien ruimte, benut. De aardappel is niét véiele is chemici, do jonge èiketokjes beiemmeren de verwarmlng en da belichting -nog niet, waarom zoü cte grónd dan niet pro ductief .worden gemaakt! Hier qechts is het- Mkeho-ut- hog' in vollen groei, -Aan den voetkunnen wij Zéepkruid--en purperen Sedum al aan de blaadjes herkenaien. Nagelkruid bloeit reeds,. Herinnert ge u nogy dat deze'plant,- dié wij zoo "op het eerste gezicht bij de boterbloe men zoudeh. rang8C'hikkeiu, tot die roosachtigeu behóórt? Bekijk, om u te "vergéwisséhy nog maar eehs even di'en dubbelen'-kelk- en het zak u duidelijk wordén waarom "ons lëlêHdhtj'é bij dié familie Is Ingedeeld. Als de vruchtjes rijp zijn;.zulten wö nog ééns gaan kijken, wat er van de stijlen is geworden. Nu wandelen wij door en gaan schuin door het Bloemendaalsche bosch ridwaarts. J. STURING. .VRAGENBUS. DenHeerJ. P.T.teH. De door u bedoelde rozen zijn .zeker niet ge schikt voor perkrozen, die door don snoei steeds kort gehouden worden. Plant ze dit najaar eens uit tegen een muur of schutting en snoei er zoo wei nig mogelijk aan. U zult don wel zien, dat ze bloemen voortbrengen. Dat ge het opnemen en het opnieuw planten zoo voorzichtig mogelijk moet verrich ten, spreekt van zelf. J. STURING. Een slnw overlegd plao De personentrein van Ostende naar Brussel was na ©en kort oponthoud weer van het tusschenstation 3L ver trokken'.- Gedurende he.t - oponthoud had men den laatsten waggon ervan, een gewonen met ijlgoéderen geladen wagen, die op een zijspoor moest ge bracht worden, afgehaakt. Een ar beider van het station en de remmer, die den wagen vergezelden, schoven hem, met den rug tegen de buffers steunend, op het zijspoor en gingen toen met eikaar In een loods in de nabijheid. De stationsarbeider zette zich te genover den remmer, legde de ar men op tafel en keek den ander een heele poos opmerkzaam aan. Ten slotte zei hij Je bent nog.niet lang bij ons.- Neen. - Je rijdt zeker nog niet lang mee. Nog niet heel lang. Hoe bevalt het je'f Bevallen Ook een vraag 't Is een hondeleven, dat weet je evengoed als ik, Waarom ben je dan gaan rijden? Om een paar centen, die ik meer verdien.- De dienst to Ostende Is al niet beter. Ja, met den stationsdienst ia. het ook niets gedaan. Nergens .is 't hier wat bijzon ders, zei de remmer na een poosje en keek den ander Loerend aan. Hier Wat.-wil je daarmee zeg- Ik was drie jaar in Amerika.- jo bent in Amerika geweest? Zooals je hoort, drie jaar. Vroeger als mijnwerker ook een jaar inEngeland.. Daarom"zte je er ook anders uit. Ik heb dadelijk gemerkt, dat er iets aparts aan je is. Den remmer - scheen deze qualifica- tie van zijn persoon in het geheel niet te bevallen. Wat is er dan aan mij? vroe0 hij^geraa wees niet boos Ik meende niets ergs. Integendeel... Dus jo was in Engeland En zelfs in Amerika Waarom bon Je daar dan niet gebleven Omdat een arbeider, die geen vak hééft geleerd,- het claar! zonder geld niet Bé-ter heeft dan bi] ons. Geld is daarginds alles. Wie daar van watheeft, als hij begint, ja die.,.. Hij is dadelijk een groot man I Hij begon met de oogen te knippen. En daarbij geeft men ex geen drommel om, boe men aan geld komt.... Hm, geld....- De remmer boog - zich naar den ander. Ben Je getrouwd.? vroeg hij met gedempte stem,... De andere keek "hem Van terzijde aan. Neen Zou je daar ginder biet graag de groóte man worden 1 Natuurlijk zou ik dat graag.- Niet zoo hard -— Wie zal ons hooren? En. boven dien., wat. "dan 'nóg? Goed. góed; zoi de remmer, ging weer rechtop 'zitten en bewoog het hoofd heen en - weer. -Plotseling be gon hij weer, zonder samenhang .met zijn vroegere - woorden .Eergisteren reed ik met den.trein 112, omdat hij aan denDu itschên expreswerd aan- gehaakt tot aan Brussel. Den expres zal ik nóg wel vaker als reserve-rem mer begeleiden. Hij glimlachte. De statiónsarbeide-r Begreep 'hog niet. De remmer:-werd duidelijker. Ik bedoel dqn waggon die in de week twee- of 'viermaal met een kost bare lading naar Berlijn gaat. Ah, de goudwaggon 1 Juist. Als men"daai- eens in kon ko men Zou het goud los er in liggen Domkop 1 het is „in vaatjes ver pakt» in mooie, kleine vaatjes. Ik heb er dikwijls aan.de kade naar gekeken bij dé verpakking" uit de schepen. In zoo'n vaatje, hoe klein het is, be vindt zich ongeveer Voor een kwart miliioen ongemunt goud. Versta je, goud .zuiver goud Hij boog zich weer naar den an der, stiet dien met den elleboog aan en herhaalde Goud 1 Goud I Hm Wie zoo'n vaatje had! 't Lijkt mij niet zoo moeilijk toe een vaatje te gappen van den wa gen. In weerwil van den detective, die er met arendsblikken op toekijkt, dat er geen wegloopt! Haha Jij bent goed Buiten klonk een signaal. Ik moet „weg" ora te rangeeren". Maar ik kom terug, voordat je trein vertrekt-, zei de arbeider.- Goud is een artikel voor den we reldhandel., Boven andere handelsar tikelen heeft het dit voor, dat het met zich zelf wordt betaald.. Dus weer met goud. Nu zou men denken, dat op die manter de goudhandel niet veel opbracht Daarin vergist men zich echter. De waarde van het goud wisselt heel vaak en is dikwijls in afzonder lijke landen verschillend. Wordt nu goud uit een land, waar 't wat goed- kooper is, sneil gebracht naar een land, waar hot diiurder is, zoo kan daarmee een groot© som worden ver diend. Daarvan leven honderden han delaars in Londen; Deze stad is trou wens de hoofdplaats voor den goud handel van Europa. En ontzaglijk veel goud wordt verzonden van Lon den naai* groote Europeescbe steden. De spoorwegmaatschappijen bieh- ben echter bepaalde voorwaarden ge stold voor deze kostbare verzendin gen. Goud, hetzij gemunt of onge munt, mag slechts in gesloten vaat jes of kistjes worden verzonden, welke "niet zvvaarde-r mogen wegen dan vijf en twintig kilogram, 't Goud moet geladen worden to. bijaondene goederenwagens en de verzender rrgjet er minstens één bewaker bij aanstel len. De Lo-ndensch'e verzenders bedienen zich steeds van bepaalde deteótieves. Gedurende het transport door de stra ten van Londen is er een. heele reeks van öp de been. Tot aan de haven op het vasteland gaan er twee mee om aanwezig te zijn hij het ln- en uitla den. Van de havenplaats af als de trein to den regel doorgaat naar zijn bestemming, gaat er een detective mee.: hr-i Alles to orde, Giles? •v. Altes in orde, Hugh! Geef me dan je bewijs.- Giles Mixton- schreef naam, 'dag, unir," en minuut achter de hem door zijn collega-detective Hugh Banks over handigde gedrukte verklaring, Goeden dag, Giles! Bonjour, Hugh! Tot Zondag in Londen! Beiden schudden elkaar hartelijk de hand. Daarna sprong Hugh Banks uit d&n goederenwagen op de kade. Aan de kade van Ostende lag de „Swallow" gereed om naar Dover te rug te keeren. Zij had de zending, goud, voor Berlijn bestemd en waar voor Giles "Mixten nu alleen moest waken, meegebracht. Giles zag Hugh..nog eenigc oogen- blikken na, schoof daarna dë op nol len loopende 'deur dicht, vouwde ecu veldstoel uiteen en zette dien zoo neer dat hij zijn schatten kon overzien.' Er waren dertig vaartjes ongemunt goud. Giles voelde to de linkenborstzak van zijn overjas. Ja. de revolver was nog op zijn plaats. Nu trok hij uit een anderen zak een rechte lcorte pijp, stopte haar langzaam en stak ha or aan. De ellebogen op de knieën steu nende, keek hij nu voor zich. Buiten klonken stemmen. Drie wagenlengten,.. Een lengte, een halve... Een rangeerlooomotiel drukte zich tegen den wagon aan en schoof hem naar den personentrein, die voor het vertrek naar Aken gereed stond. Ér werd meteen hamer geslagen.te gen de wielen. Dat moet elke maal voor 't vertrek gedaan worden door het spoorwegpersoneel om te onder zoeken of de banden nog goed zijn. Een remmer deed het nu, die al eend- gen tijd gewacht had op het nadeaien van den trein. Het was dezelfde man, die met den stationsarbeider verschil lende geheime gesprekken had gehad. Nadat hij den laatsten slag had ge daan,, goot hij. in gaatjes van de assen der wielen olié. Daarbij keek hij schuw om zich heen. Van de locomotief weer klonk een gefluit, het toeken .voor t vertrek. Toen de trein zich reeds in bewe ging zette, sprong hij er 'op en nam zijn plaats ln, in het remmershokje. Daar het: een doorgaande personen trein was, hield men aan de - kleine tusschenstations niet stil. Ook reed de trein met tamelijk groote snelheid. Men kon ongeveer een half uur ge reden hebben, toen de remmer zich boog uit zijn hokje. Hij legde de hand dan het oor en luisterde mot gespan nen aandacht naar het geratel der wielen. Zijn oogen begonnen te schit teren. Voldaan trok hij zich weer te rug. t Is in orde, mompelde hfj. 't Zand, dat ik door de olie gedaan heb, doet zijn plicht. Voordat we L. berei ken is 't zoover. Een eigenaardig geluid aan do wie len werd al sterker. Ten slotte klonk hot als een schel gefluit. Giles in zijn waggon hoorde het ook. Wat kon dat wezèn? Was'er iets in zijn waggon niet in orde? Juist was hij opgestaan van zijn stoeltje met het doel om de deur open te sluiten toen hij bemerkte, dat de trein hevig geremd werd. Hij haalde zijn horloge voor den dag en bij het schemerachtig licht zag hij, dat men onmogelijk reeds in Gent, bet eea station, waar stil gehouden werd kon wezen. Er moest hier tets bijzonders gebeurd zijn. Stemmen, die opgewonden door eeh praatten, klonken nu naast den wag gon met 't goud. Giles schoof de deu<* open. Men bevond zioh op een kteid'; station. Maar men was ntet dicht aan!' 't perron geilden. Wat was er té; doen? Hij zou spoedig opheldering frrijgeaiy; Afkoppelen! gelastte een etemvj De wagen blijft achter. Spoedig daarop klonk' hett Verder rij eten! De trein zette zich to bawagmgy. maar de achterste waggon bleef staartl; Giles, een Engelschirian van top toÊ. teen, die niet zoo gauw zijn kalmte verloor, was dit toch een beetje te ergë Hij begon te schelden op zijn Franse^ dat hij niet al te goed kende en raaak^ te nadrukkelijk de epoorwegadmtoiéé traite verantwoordelijk voor al hot na deel, dat hij daardoor zou krijgen, - De ohef von het kleine station', &l^ de straks genoemde bevelen had f ven en die blijkbaar zeer opgewoj was, snelde nu naar Giles en b onder levendigegebarentegen herb; uit te varen. Giles verstond volstrek# niet alles. Maa rzooveel begreep hi|; wel; de assen van zijn waggon wan ren warm geloopen, de olie in de buk sen kookte. Het was een gel-uk, dot; de remmer het had gemerkt, en derf! trein tot staan had gebracht. Andea\«' was er onfeilbaar to' ongeluk gebeurdy, Giles beet zich van ergernis 'op ctë'j Up. Wat moet er nu gebeuren? Ik bev j geleid 'n zeer kostbare zending. Eertöi enkele dag en zelfs maar een deel] van' een' dag verzuim brengt verltezexU van duizenden guldens. En bovendien; breekt de nacht reeds aan.- Wij moeten den waggon överló». den, meneer. De volgende exprestretoi naar Brussel gaat nog vóór middori' nacht. Dan zal, willen we hopen, eb: les in orde zijn. De remmer, die,; 'in overeenstem- min gmet' zijn voorschriften bij don7 waggon was achtergebleven, en eerf! stations arbeider en wel de nieuwe, vriend van den -remmer r— etondeb: links en rechts van den stationschef en keken to den wag-gon. --- D|e paar vaatjes zijn, meenden' ze, gauw genoeg in een anderen wag'-: gon gerold. Hebben we een geschikten eigen- waggon bij de hand, wendde dé chef zich tot zijn ondergeschikte, den o$) heider. Er staat er ginds een op het déav de spoor.1 Wij behoeven den woggody 'door den'wissel, hier slechts heen tb schuiven, tot hij op gelijke hoogtij sta at met dezen. Dan leggen we eeb; plank van den eenen to den ömde-rerii waggon' en in een kwartter «ijn Wé; klaar.- Vooruit don maar! D-e beide waggons stonden' Wèldró.; naast elkaar, en de overlading had1; vlug plaats. De stationschef en de air?; helder rolden de kleine vaatjes vato- dei een in den ónderen wagen en d!ó remmer zette, ze daar rechtop naast elkaar. Giles stond,, de handen in dëi zakton, naast de plank, Zijn oogeri waren hard als staal. Geen spier ito! zijn gezicht bewoog. Toen 't gebeurd was, keek Giles zijiüi schatten in den nieuwen waggon na* Het was een dier Belgische goederen^ wagens bestemd voor 't vervoer vaatf ijlgoederen in twee afdeelingen-, dié- door een schuifdeur verbonden zijmy1 Men doet dit, omdat men zekere ijïy goederen, sooals versche. vlsch, -nië-l met andere goederen, melk of botea$ in dezelfde afdeeiing wü veiwoeren. -' Bovendien hebben deze waggons dÉ ©lgenaardigheid, dat de remmerslvoK-l jes niét aaneen gebouwd zijn in den' vorm van een erkea-, maar ze zijn to den w-aggon gemaakt als een apariJÓ afdeeiing, schoon niet daarmee ven*' bonden. Giles was niet erg tevreden, dat zito schatten in twee afdeelingenworden gebracht, hij had ar op deze wijze zeer slecht een overzicht over. Hij trok' de schuifdeur, in den scheidswand geheel open. en zette haar vast. De deur naar buiten deed hij dicht tot op een'klein gedeelte na, daarna ging hij staan. De remmer en de arbeider plaatsten! zich beneden bij den waggon en' ke lten hem aan. Ah, ja, die willen een: fooi heb ben, dat 2e geholpen hebben, dacht Giles, en haalde zijn beurs voor den: dag. Zij namen den franc, die hij ieder hunner gaf, in ontvangst met een- dankbetuiging. De remmer zei nog i Dat komt goed van pas. Door 't onverwachte oponthoud kom ik veel later thuis. Ik moet hier wat warmfJ koopen. Hij ging,. Maar plotseling keerdé hij terug.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 13