BLJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD -i!
-!S8
55.
Ifro Ja.rifjJMg
MAANDAB 8 JUKI 1908
WO VOOS
DE ZATERDAGAVOND
HAftRLEK/yS DAGBLAD KOST
fUO PES S 1AANDEH
Of 18 CENT FEB WEEK.
ADMIMST RAT1E GROOTE HOUTSTRAAT
DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6,
IN HAARLEM'S DAGBLAD KM
ADVERTENTIÊN DOELTREFFEND.
ONZE ANNONCES
WORDEN OPGEMERKT.
ttoÊiriek voor Vrotswsa
Nieuwe modellen, Eenvou
dige wandeltoiletten, Meteje®-
jurken, r— Kinderhoeden.
iVam de varaoliilLende nieuws
<en, die de mode cms dit
kracht, Stijn,er twèe welka het meest
gijn x,togeslageh'V- Ten aerate, de
feauwsluitende keursrok met les jao-
gust an de rokken met Griekaohe.dra-
^sering, waarbij galons en- franjes
.Won&sa toegepast».
Do open Jacquetten matsous-westen
.of kanten jabots kunnen van/de- étof
dec japon of Van een aparte stof. ver
vaardigd worden. Ze kteeden bijzone
Éter ehic- en men draagt ze zooweiop
sleepjaponnen1 als op den voetvrijen
rok*
Mochten, we ons verleden jaar zo
mer ergeren aan deongevoerde blou
ses, en transparente kant9tuklten,
thans gaat de mode nog verder en.
schrijft ze het décolleté, voor,-zonder
kant of tule inzetstuk. De-mousselinen,
éoharpen-bedekken hals en. Behouders
yopr. temperatuur-wisselingen., to
Hete behoeft zeker geen betoog,^ dait
de écharpen thans het. troetelkind der
modénzijn, nu ze daarin aulk een..gé"
wichtige rol vervullen. Men ziet zelfs
twéé écharpen, die In fichu-vorm aan
elkander genaaid, In een punt op den
rug vallen.
Het „Grieksche genre" wordt. op
verschillende manieren in toepassing,
gebracht. Allereerst door .een oyerrok,
die: voor en achter vierkant; Is uitge
knipt, vervolgens dooi' het aanbren
gen" van de randen., galons cxf entire-'
deus.
Hoofdzakelijk komt het er op aan,;
'dat de figuur haar slankheid niet ver
liest;- alles moet daarom, slap neer
hangen enniet zooala. vroeger door
sen zwaar .gegannearden onderrok.ge
steund worden.
De weefsels, die voor de moderne
toiletten in aanmerking komen, zijn
buitengewoon .slap, als: voile, éolien-,
ne,'zijden linnen, tussor en shantung.
'Als men een mantel costuum van tnsr
sor of shantung' vervaardigt, wordt
de .mantel, slechts gedeeltelijk .uitge
voerd. -i l<i
.Voor eenvoudige wandelcosiuums
brengt men het wollen mousselinie,
dat onder het, bereik vap. bescheiden
beurzen valt. De dessins zijn zeer ver-,
Bchilleoid: men.brengt zoowel 'bloein-
pjes en ruitjes,, als. streepjes .en, móe§-,
jes. Vooral, moesjes geldt alslaatste
nouveauté. Man hoeft op^ deze japon
netjes uiterst .-weinig, game.ering noo-,
dig; een weinig; witte of. zwarte, kant
voor,.de.: taille is ree.ds voidoenda.
Als de. stof. e^n aangewev.en rand
hepft, garneertmen daarmededen
rokrand, zoowel als de taille.
Wat de kindermode betreft, valt
hierin weinig nieuws op te marken-.'
,Vqar kleine' meipjjes,brengt mëh op-,
Bieuw _de Amerik.aansc;he jgep^ss,eeïvd6
jurk,1 es,, voor. grootere..'meisjes-.de |)fs-.
quiéij ui:|jgn.; ,m%tjujmQj-ofi .jg^ó<$$eai
rok.- Een, liefi:;|yandélt,c>li.et -v$dr .mè$%7
jes.; van ;z£4tgti Z négen jaar,vepa.ar-,
dig4;;n?en;;vun .gecnité, .'stpf,;; Hét rokje,
woi^i; in platte Plooien.gelqgjiï;'
blouse vain" wit batist "wordt^ey^ri,- cm-0
'der-taille pp;-#?» voeringrto^ 4^
vesHgtpéh „do. ^dgidi^g jLojx^ %en- rui-,
mei; RÏjdén;,ë4^^-')^?(1éPy 'E'é& koert
'opgn'.': manteltje imet J.omhggfudén,
Sbi^w.l-k)[aag ...ypitoojt-i het gehéél. Men"
kuipt dit; manteltje met dé.mmuwen
uit 'efen stuk, zqodat de sphoubewiaad
vuj;mé|e;n jyit
se-éis voorzien van een kanten passé
Bn^tö.. h§lsb.Qor'dj,e.,( Vo.or kji^ne. mèfe',
je^ 'worden, de jurkjes vaak, zón der-
halsboord ..hfgevyerkt;Rat hatoêtuk
kan dan van kant of wel vgn de stof
'der; jurk zijii.,,,..:.In het Jaatste--geyal
naait men liet stuk in fijne Ungerie-
pl0pjtjes,.; .difi dan met .een, hangende,
kant of brpderie 'galon bij ywijze-van
berthe gegarneerd wordt. Ónzê lange
mouwen zijn nóg niet tot do "kinder-
mode doorgedrongen; De jurkjes héb
ben nog korte of half lange hallon-
m op wen met sluiteed boords.of smalle
kantaf ge werkt.-. -■ y
De lengte der rokjes bepaalt zich tot
even over de kple.
ïto'.ktodériioieden-.; vindt. men een
ruime keuze:1- Allereerst de kleine
klokhoed van slap stroo, die gegar-
neerd-is ;mfetveen krans van 'kleine
bloempjes of den'breed geranden hoed
meLhpogehjIljpl, _'dié..blj; voórkéur-met
strikken .van lint gegarneerd wordt.
Dan' gele en witte :panama*hoeden met
een garnituur van zijde in dé kleur
van het strdoj-'en e^ndéiijik de charlot1
iee. wan mouswline, kapt pf hrdderte,
gégarnèerd met" 'strikken vim -|nt' .lh,-
de kleur der jurk, waaahij ae gedra-
dragen worden.
Voor scliooljurkon worden nog
veel wit kateenenmatrozenpakjes ge
dragen, dte al naaa' gelang van het
wedur met een serge, rokje:verwisseld
kunnen worden.
CORRESPONDENTIE.
Mevr. 'd. B. -^.Het voile-toiletje van
uw dochter kunt u moderniseeren
door aan de taille een kimono-ceintuur
tóe te voegen.Deze kan zoowel-van
de stof als van kant of zijde vervaar
digd .worden»' .;*v
MARIE VAN AMSTEL,-
Nsteurbistorlaciie
Waodelh^S
IN EN OM ÖAARLEM.
CCXIX.
'Hoé dichter' de. zon dén;.keerkring
nadëH',' hpe .meer''hare y^wairaeafe,
rlévènWékkende kracht 'in 'de 'gansche
.natuur;inerkbaar Is" en ook, hoërklei-
linër' wijónze wandeling moeten .rna,-
;:kë.n, wiïléh Wij .:.niet.al;'te oppérvla-k-
kig Flpra's, ..ki^^p^orB^gaep,
'Dd^Lenlm^ie o'^iyéén .Raar, wéken,
•weer'tofhet' véimUc^,.'behóórt,,is hog
to volle kracht. In het begin piet vrij
gevig, schijnt zij nu te willen vergoe
den/wat zij pns eerst onthield, want
hu, tenvjjl wij bijna wanhopig zouden
worden, herschept zij plotseling ge
heel-de plantenwereld In "éen bloe
menzee.. Bulten is allés in feestge
waad. -
Herinnert gij u nog, hoe wij, bij
eenë wandeling 'door het Blo-emén-
daalscbe bosch, enkele maanden gele
dén, onze .fantasie den. vrijen teugel
•lieten en - ohs v-o órst él den, -hoe-die - aave-
mones zouden Moeten, die viooltjes
zoude ngeuren, de nachtegaal zou
slaan. Nu da dit alles werkelijkheid
geworden; nu is het, zooals 'Dé Genes-
tet het ons schilderde;
:„Alles juicht, alles zingt,
Alles bloeit, alles.blinkt,
.Weer zoo. lieflijk als .immer te vóréiii."
Wetou, begève-n lij 'óns naar" den Wég
„bij 'Wildhóef, oni' aah den'; noordSaint''
.gehOémd bosch in^lgaan.
•I Zié.t',gij daar. dat 'rustieke brugje?
ICij'k, het schijnt.de toegang,tot een
bloemenpaleis, het middel, om de ge-
fantaseerde, heerlijkheid te bereiken.
Wij gaan er nóg niet over, - of liever,
- wij kunnen er hog nietovergaan, zoo
.machtig isde indruk, dien de 'omge-
.ying yan dit brugje, op ons' maakt'
Ziet,, hoe té midden.van het frissche
gras, .het Nachtegaalskruidj de dikke,
-witgeschermde stengels verheft.
i Hoé mooi komt-dezé plant hit,'tegen
.den frisch-groeneri achtergrond, ge-
.-vonhd door elk én haagdoorn, es.chen
;bëuk. (GijVkénit ^iès. m^nfe";toch?
- Ais-jóngens,dachten wij hepl.naïef,
- dat het iluitetohid alleen maar. groéi-
•dio- óm .ons wat goëdkoop. speelgoed te
'leveren. In een oogwenk 'was een för-
,sche steng-ei afgesneden, een yérdéré
-/bewerking niet hét niets ontziende
.mes,, deed bloemtop .en blad aren op
.dem grond yallén, eeQi speetje 'over
langs aangebracht em wij waren to lt.
-bezit -van het groene ihstrunrent^dat,
.door de eentonigheid van het geluid,-
weèi* "éven' spoedig 'éljn Waarde voor
i-ons.y^riörën hadë' V'.
- i Nifpch^flatèp, )fii het scjiendehde
.-.Wapph; ïyistèn. ©nize. emaak"heeft,"zich
gewijzigd. Door veel bekijken hebben
wjj' oög voor het schoone gekrögen en
-wij genieten téh vólle, alleen bij den-
aapblik.'-
Daar staat nog een vriend uit onze
jeugd.' Wij' beoefenden 'de botanie op'
een- zeer bedenkelijke wijze. Zöo be
nutten wij dit: plantje heel vaak om
onze tochtgenooten,. .zonder- toestem
ming wat. op te .sieren. Ik bedoel het
Kleefkruid.
De sla-ppe, windende Of kruipende
stengels" braken zóó gemakkelijk af
en in een ommezien prijkten groene
guirlandes op den rug van onze arge-
- looze slaclrtoffors. Watwelkten wij
da- natuur toch mooi in die hand,voor
al, wanneer het wat laat inderi tijd
was en de. vruchtjes rijpten. Wij wis
ten nog'niét dat dat gemakkelijk vast
hechten een middel was ter versprei
ding:
De haren bij ons plantje 'dienen na
melijk om zich lh het haar yan die
ren en de kleederen dar menschen
vast te zetten, waardoor de zoden ge:
makkelijker wordéin verspreid.
Alvorens wij het sterk oploopende,
zeer. smalls pad betrédeii, dat tpegahg
geeft .fjot ifjei -ipwendige^y-p-y d-vé .f„5,L.
hof,, moeten wij eerst nog langs dien
schildwacht in feestdos, den met klim
op begroeiden Meidoorn.
Ziet, do bijen zijn druk in de weer.
;Hiet is, alsof zij niet moe worden,
zpo regelmatig vliegen zij van bloem
tot bloem. Het is een onverstoorde op
eenvolging-van neerzitten, een kijkje
nemen, ruilhandel, waarhij wisseling
vanstuifmeel en honing en wegvlie
gen, .om,: dit alles In een volgend
bloempje te herhalen.-
Langzaam wandelen wij verder,
Welk een verscheidenheid to, kl-eur
en. vorm,
j Koekoeksbloiemen en ooiev-aorsbak-
ïcen, viooltjes en veronica's, zij alle
'schijnen te wedijveren to pracht,alle
vullen de warm-zoele lucht met hare
geuren.
Het is hier dicht begroeid, als in
een tropisch wöud.
Hoort dat gezoem vahi de spelende
vliegen, ziet, hoe vlug zij wandm en
keeren,. stijgeai en dalen.
Zij hebben het heel wat gemakke
lijker dan de bijen, die zoo ijverig
bezig waren. Het zijn de gelukskinde
ren onder het zoemende volkje.
Zorgeloos, slijten zijn hun kort vlle-
gonlovenitje en. vullen dit met stoeten,
dhrtëteo en gonzen.
Ook de meest bekende vlinders als
.witje, zandoogje ;en,- pauwoog vieren
hoogtij. Ais kleine feeën zweven, of
Il'eyer klapwieken zij door de lucht en
gèvep liet geheel een waavn zomersch
■aanzien.
Kijk, hier links is, men" aan 't hak
ken geweest. Do korte .eikesfcronken
zijn, bezet mot uitloopers. Snijdt nog
eens die bekende galappels doorl Ziet
gij hoe. spoedig, uw. mes-zwart wordt?
Het is het looizuur, dat zoo spoedig
op uw staal inwerkt en juist door dit
zuur is de boom door de galwespen
uitverkoren, p-m drager- te zijn van de
kleihe broedplaateen der eitjes-, van
de woonplaats der onaanzienlijke ma
den.-
Nu toch, zijn de gallen voor vogels
en andere dieren ongenietbaar,
waardoor uitroeiing wordt voorko
men.
,,Zou dat. zoo jammer zijn?" hoor ik
al vragen. Hierop, is niet zoo gemoli-
kolljk te antwoorden. Wij weten van
zöo .heel yeel in de natnur het doel
nog niet. Of de eik, die die wesp .zoo
.aardig steunt, daarvoor .niets temg
ontvangt? D,it is nog. met zoo beslist,
te ontkennen, maar evengoed als de
vijg, die een gedeelte barer bloempjes
er op. inricht, oni den galwespen een
'geschikte legplaats voor de eitjes, te
verschaffen, daarvoor, bij .het eigen
bovruchtingsproce8, steun dezer in
secten ondervindt, evengoed zou -. de.
eik op de een of andere wijze door zijn
gastvrijheid gebaat kunnen zijn.
Vindt ge het niet practisqh, dat de
mensch al zoo. spoedig de door het
hakken opengekonien ruimte, benut.
De aardappel is niét véiele is chemici,
do jonge èiketokjes beiemmeren de
verwarmlng en da belichting -nog niet,
waarom zoü cte grónd dan niet pro
ductief .worden gemaakt!
Hier qechts is het- Mkeho-ut- hog' in
vollen groei, -Aan den voetkunnen
wij Zéepkruid--en purperen Sedum al
aan de blaadjes herkenaien.
Nagelkruid bloeit reeds,. Herinnert
ge u nogy dat deze'plant,- dié wij zoo
"op het eerste gezicht bij de boterbloe
men zoudeh. rang8C'hikkeiu, tot die
roosachtigeu behóórt? Bekijk, om u te
"vergéwisséhy nog maar eehs even di'en
dubbelen'-kelk- en het zak u duidelijk
wordén waarom "ons lëlêHdhtj'é bij
dié familie Is Ingedeeld. Als de
vruchtjes rijp zijn;.zulten wö nog ééns
gaan kijken, wat er van de stijlen is
geworden.
Nu wandelen wij door en gaan
schuin door het Bloemendaalsche
bosch ridwaarts.
J. STURING.
.VRAGENBUS.
DenHeerJ. P.T.teH. De door
u bedoelde rozen zijn .zeker niet ge
schikt voor perkrozen, die door don
snoei steeds kort gehouden worden.
Plant ze dit najaar eens uit tegen een
muur of schutting en snoei er zoo wei
nig mogelijk aan. U zult don wel zien,
dat ze bloemen voortbrengen. Dat ge
het opnemen en het opnieuw planten
zoo voorzichtig mogelijk moet verrich
ten, spreekt van zelf.
J. STURING.
Een slnw overlegd plao
De personentrein van Ostende naar
Brussel was na ©en kort oponthoud
weer van het tusschenstation 3L ver
trokken'.- Gedurende he.t - oponthoud
had men den laatsten waggon ervan,
een gewonen met ijlgoéderen geladen
wagen, die op een zijspoor moest ge
bracht worden, afgehaakt. Een ar
beider van het station en de remmer,
die den wagen vergezelden, schoven
hem, met den rug tegen de buffers
steunend, op het zijspoor en gingen
toen met eikaar In een loods in de
nabijheid.
De stationsarbeider zette zich te
genover den remmer, legde de ar
men op tafel en keek den ander een
heele poos opmerkzaam aan.
Ten slotte zei hij
Je bent nog.niet lang bij ons.-
Neen.
- Je rijdt zeker nog niet lang mee.
Nog niet heel lang.
Hoe bevalt het je'f
Bevallen Ook een vraag 't Is
een hondeleven, dat weet je evengoed
als ik,
Waarom ben je dan gaan rijden?
Om een paar centen, die ik meer
verdien.- De dienst to Ostende Is al
niet beter.
Ja, met den stationsdienst ia. het
ook niets gedaan.
Nergens .is 't hier wat bijzon
ders, zei de remmer na een poosje en
keek den ander Loerend aan.
Hier Wat.-wil je daarmee zeg-
Ik was drie jaar in Amerika.-
jo bent in Amerika geweest?
Zooals je hoort, drie jaar.
Vroeger als mijnwerker ook een jaar
inEngeland..
Daarom"zte je er ook anders uit.
Ik heb dadelijk gemerkt, dat er iets
aparts aan je is.
Den remmer - scheen deze qualifica-
tie van zijn persoon in het geheel
niet te bevallen.
Wat is er dan aan mij? vroe0
hij^geraa wees niet boos Ik
meende niets ergs. Integendeel... Dus
jo was in Engeland En zelfs in
Amerika Waarom bon Je daar dan
niet gebleven
Omdat een arbeider, die geen
vak hééft geleerd,- het claar! zonder
geld niet Bé-ter heeft dan bi] ons.
Geld is daarginds alles. Wie daar
van watheeft, als hij begint, ja
die.,.. Hij is dadelijk een groot man I
Hij begon met de oogen te knippen.
En daarbij geeft men ex geen
drommel om, boe men aan geld
komt....
Hm, geld....-
De remmer boog - zich naar den
ander.
Ben Je getrouwd.? vroeg hij met
gedempte stem,...
De andere keek "hem Van terzijde
aan.
Neen
Zou je daar ginder biet graag de
groóte man worden 1
Natuurlijk zou ik dat graag.-
Niet zoo hard
-— Wie zal ons hooren? En. boven
dien., wat. "dan 'nóg?
Goed. góed; zoi de remmer, ging
weer rechtop 'zitten en bewoog het
hoofd heen en - weer. -Plotseling be
gon hij weer, zonder samenhang .met
zijn vroegere - woorden .Eergisteren
reed ik met den.trein 112, omdat hij
aan denDu itschên expreswerd aan-
gehaakt tot aan Brussel. Den expres
zal ik nóg wel vaker als reserve-rem
mer begeleiden.
Hij glimlachte.
De statiónsarbeide-r Begreep 'hog
niet. De remmer:-werd duidelijker.
Ik bedoel dqn waggon die in de
week twee- of 'viermaal met een kost
bare lading naar Berlijn gaat.
Ah, de goudwaggon 1
Juist.
Als men"daai- eens in kon ko
men Zou het goud los er in liggen
Domkop 1 het is „in vaatjes ver
pakt» in mooie, kleine vaatjes. Ik heb
er dikwijls aan.de kade naar gekeken
bij dé verpakking" uit de schepen. In
zoo'n vaatje, hoe klein het is, be
vindt zich ongeveer Voor een kwart
miliioen ongemunt goud. Versta je,
goud .zuiver goud
Hij boog zich weer naar den an
der, stiet dien met den elleboog aan
en herhaalde Goud 1 Goud I
Hm Wie zoo'n vaatje had!
't Lijkt mij niet zoo moeilijk toe
een vaatje te gappen van den wa
gen. In weerwil van den detective,
die er met arendsblikken op toekijkt,
dat er geen wegloopt!
Haha Jij bent goed
Buiten klonk een signaal.
Ik moet „weg" ora te rangeeren".
Maar ik kom terug, voordat je trein
vertrekt-, zei de arbeider.-
Goud is een artikel voor den we
reldhandel., Boven andere handelsar
tikelen heeft het dit voor, dat het met
zich zelf wordt betaald.. Dus weer
met goud. Nu zou men denken, dat
op die manter de goudhandel niet
veel opbracht
Daarin vergist men zich echter.
De waarde van het goud wisselt
heel vaak en is dikwijls in afzonder
lijke landen verschillend. Wordt nu
goud uit een land, waar 't wat goed-
kooper is, sneil gebracht naar een
land, waar hot diiurder is, zoo kan
daarmee een groot© som worden ver
diend. Daarvan leven honderden han
delaars in Londen; Deze stad is trou
wens de hoofdplaats voor den goud
handel van Europa. En ontzaglijk
veel goud wordt verzonden van Lon
den naai* groote Europeescbe steden.
De spoorwegmaatschappijen bieh-
ben echter bepaalde voorwaarden ge
stold voor deze kostbare verzendin
gen. Goud, hetzij gemunt of onge
munt, mag slechts in gesloten vaat
jes of kistjes worden verzonden,
welke "niet zvvaarde-r mogen wegen
dan vijf en twintig kilogram, 't Goud
moet geladen worden to. bijaondene
goederenwagens en de verzender rrgjet
er minstens één bewaker bij aanstel
len.
De Lo-ndensch'e verzenders bedienen
zich steeds van bepaalde deteótieves.
Gedurende het transport door de stra
ten van Londen is er een. heele reeks
van öp de been. Tot aan de haven op
het vasteland gaan er twee mee om
aanwezig te zijn hij het ln- en uitla
den. Van de havenplaats af als de
trein to den regel doorgaat naar zijn
bestemming, gaat er een detective
mee.:
hr-i Alles to orde, Giles?
•v. Altes in orde, Hugh!
Geef me dan je bewijs.-
Giles Mixton- schreef naam, 'dag, unir,"
en minuut achter de hem door zijn
collega-detective Hugh Banks over
handigde gedrukte verklaring,
Goeden dag, Giles!
Bonjour, Hugh! Tot Zondag in
Londen!
Beiden schudden elkaar hartelijk de
hand. Daarna sprong Hugh Banks uit
d&n goederenwagen op de kade.
Aan de kade van Ostende lag de
„Swallow" gereed om naar Dover te
rug te keeren. Zij had de zending,
goud, voor Berlijn bestemd en waar
voor Giles "Mixten nu alleen moest
waken, meegebracht.
Giles zag Hugh..nog eenigc oogen-
blikken na, schoof daarna dë op nol
len loopende 'deur dicht, vouwde ecu
veldstoel uiteen en zette dien zoo neer
dat hij zijn schatten kon overzien.' Er
waren dertig vaartjes ongemunt goud.
Giles voelde to de linkenborstzak
van zijn overjas. Ja. de revolver was
nog op zijn plaats. Nu trok hij uit een
anderen zak een rechte lcorte pijp,
stopte haar langzaam en stak ha or
aan. De ellebogen op de knieën steu
nende, keek hij nu voor zich.
Buiten klonken stemmen.
Drie wagenlengten,.. Een lengte,
een halve...
Een rangeerlooomotiel drukte zich
tegen den wagon aan en schoof hem
naar den personentrein, die voor het
vertrek naar Aken gereed stond.
Ér werd meteen hamer geslagen.te
gen de wielen. Dat moet elke maal
voor 't vertrek gedaan worden door
het spoorwegpersoneel om te onder
zoeken of de banden nog goed zijn.
Een remmer deed het nu, die al eend-
gen tijd gewacht had op het nadeaien
van den trein. Het was dezelfde man,
die met den stationsarbeider verschil
lende geheime gesprekken had gehad.
Nadat hij den laatsten slag had ge
daan,, goot hij. in gaatjes van de assen
der wielen olié. Daarbij keek hij schuw
om zich heen. Van de locomotief weer
klonk een gefluit, het toeken .voor t
vertrek.
Toen de trein zich reeds in bewe
ging zette, sprong hij er 'op en nam
zijn plaats ln, in het remmershokje.
Daar het: een doorgaande personen
trein was, hield men aan de - kleine
tusschenstations niet stil. Ook reed de
trein met tamelijk groote snelheid.
Men kon ongeveer een half uur ge
reden hebben, toen de remmer zich
boog uit zijn hokje. Hij legde de hand
dan het oor en luisterde mot gespan
nen aandacht naar het geratel der
wielen. Zijn oogen begonnen te schit
teren. Voldaan trok hij zich weer te
rug.
t Is in orde, mompelde hfj. 't
Zand, dat ik door de olie gedaan heb,
doet zijn plicht. Voordat we L. berei
ken is 't zoover.
Een eigenaardig geluid aan do wie
len werd al sterker. Ten slotte klonk
hot als een schel gefluit.
Giles in zijn waggon hoorde het
ook. Wat kon dat wezèn? Was'er iets
in zijn waggon niet in orde?
Juist was hij opgestaan van zijn
stoeltje met het doel om de deur open
te sluiten toen hij bemerkte, dat de
trein hevig geremd werd. Hij haalde
zijn horloge voor den dag en bij het
schemerachtig licht zag hij, dat men
onmogelijk reeds in Gent, bet eea
station, waar stil gehouden werd kon
wezen. Er moest hier tets bijzonders
gebeurd zijn.
Stemmen, die opgewonden door eeh
praatten, klonken nu naast den wag
gon met 't goud. Giles schoof de deu<*
open. Men bevond zioh op een kteid';
station. Maar men was ntet dicht aan!'
't perron geilden. Wat was er té;
doen?
Hij zou spoedig opheldering frrijgeaiy;
Afkoppelen! gelastte een etemvj
De wagen blijft achter.
Spoedig daarop klonk' hett
Verder rij eten!
De trein zette zich to bawagmgy.
maar de achterste waggon bleef staartl;
Giles, een Engelschirian van top toÊ.
teen, die niet zoo gauw zijn kalmte
verloor, was dit toch een beetje te ergë
Hij begon te schelden op zijn Franse^
dat hij niet al te goed kende en raaak^
te nadrukkelijk de epoorwegadmtoiéé
traite verantwoordelijk voor al hot na
deel, dat hij daardoor zou krijgen,
- De ohef von het kleine station', &l^
de straks genoemde bevelen had f
ven en die blijkbaar zeer opgewoj
was, snelde nu naar Giles en b
onder levendigegebarentegen herb;
uit te varen. Giles verstond volstrek#
niet alles. Maa rzooveel begreep hi|;
wel; de assen van zijn waggon wan
ren warm geloopen, de olie in de buk
sen kookte. Het was een gel-uk, dot;
de remmer het had gemerkt, en derf!
trein tot staan had gebracht. Andea\«'
was er onfeilbaar to' ongeluk gebeurdy,
Giles beet zich van ergernis 'op ctë'j
Up.
Wat moet er nu gebeuren? Ik bev j
geleid 'n zeer kostbare zending. Eertöi
enkele dag en zelfs maar een deel]
van' een' dag verzuim brengt verltezexU
van duizenden guldens. En bovendien;
breekt de nacht reeds aan.-
Wij moeten den waggon överló».
den, meneer. De volgende exprestretoi
naar Brussel gaat nog vóór middori'
nacht. Dan zal, willen we hopen, eb:
les in orde zijn.
De remmer, die,; 'in overeenstem-
min gmet' zijn voorschriften bij don7
waggon was achtergebleven, en eerf!
stations arbeider en wel de nieuwe,
vriend van den -remmer r— etondeb:
links en rechts van den stationschef
en keken to den wag-gon.
--- D|e paar vaatjes zijn, meenden'
ze, gauw genoeg in een anderen wag'-:
gon gerold.
Hebben we een geschikten eigen-
waggon bij de hand, wendde dé chef
zich tot zijn ondergeschikte, den o$)
heider.
Er staat er ginds een op het déav
de spoor.1 Wij behoeven den woggody
'door den'wissel, hier slechts heen tb
schuiven, tot hij op gelijke hoogtij
sta at met dezen. Dan leggen we eeb;
plank van den eenen to den ömde-rerii
waggon' en in een kwartter «ijn Wé;
klaar.-
Vooruit don maar!
D-e beide waggons stonden' Wèldró.;
naast elkaar, en de overlading had1;
vlug plaats. De stationschef en de air?;
helder rolden de kleine vaatjes vato-
dei een in den ónderen wagen en d!ó
remmer zette, ze daar rechtop naast
elkaar. Giles stond,, de handen in dëi
zakton, naast de plank, Zijn oogeri
waren hard als staal. Geen spier ito!
zijn gezicht bewoog.
Toen 't gebeurd was, keek Giles zijiüi
schatten in den nieuwen waggon na*
Het was een dier Belgische goederen^
wagens bestemd voor 't vervoer vaatf
ijlgoederen in twee afdeelingen-, dié-
door een schuifdeur verbonden zijmy1
Men doet dit, omdat men zekere ijïy
goederen, sooals versche. vlsch, -nië-l
met andere goederen, melk of botea$
in dezelfde afdeeiing wü veiwoeren. -'
Bovendien hebben deze waggons dÉ
©lgenaardigheid, dat de remmerslvoK-l
jes niét aaneen gebouwd zijn in den'
vorm van een erkea-, maar ze zijn to
den w-aggon gemaakt als een apariJÓ
afdeeiing, schoon niet daarmee ven*'
bonden.
Giles was niet erg tevreden, dat zito
schatten in twee afdeelingenworden
gebracht, hij had ar op deze wijze zeer
slecht een overzicht over.
Hij trok' de schuifdeur, in den
scheidswand geheel open. en zette
haar vast. De deur naar buiten deed
hij dicht tot op een'klein gedeelte na,
daarna ging hij staan.
De remmer en de arbeider plaatsten!
zich beneden bij den waggon en' ke
lten hem aan.
Ah, ja, die willen een: fooi heb
ben, dat 2e geholpen hebben, dacht
Giles, en haalde zijn beurs voor den:
dag.
Zij namen den franc, die hij ieder
hunner gaf, in ontvangst met een-
dankbetuiging. De remmer zei nog i
Dat komt goed van pas. Door 't
onverwachte oponthoud kom ik veel
later thuis. Ik moet hier wat warmfJ
koopen.
Hij ging,. Maar plotseling keerdé
hij terug.