HAARLEM'S DAGBLAD. K11RTJ ES ADVERTENTIEN flM- fffv; ADVERTENTIEN: 3 PLAATSINGEN f0.50 TWEEDE BLAD 1 HilüilÉÉlB! Stadsnieuws Uit de Omstrekea Binnenland Onze Lachhoek, FEUILLETON MAANDAG 7 SEPTBMBEB 1908 EN JACHT OP FRANS ROSIER. >Vaar zou Frans zijn Seri vraag aller vragen, nog ls opgelost, ook al houdt ons •ds orde-bewaarders en veilig- i .as-verzekeraars, mitsgaaerfj het p h e e 1 o Nederlandsche volk» zich I sinds 00 uur mei de oplossing faig I !t Is weer eon ware Frans Rosier- lorts 1 Er is geen hoekje van ons land, men denkt dat de Haarlem- he Frans daar wel eens kon zijn en spreekt er over.... en 'i wordt in ook weldra een feit, cat hij is! pok onze goede stadgenooten zijn n beetje door deze koorts bevangen, i erg ongerust, dat Frans naar z'n ide vaderstad is weergekeerd. Dit 't best van de handelaars in wa ns te vernemen, die ongewoon lukke dagen hebben, en niets doen, in revolvers verkoopen, revolvers hoonmaken en patronen leveren... Natuurlijk is de politie druk in de per, vooral de omstreken van Aer- jnhout en Bloomendaal worden peng bewaakt. frljdagavond kwam een jongmensch ra liet politiebureau vertellen, dat jj Fraais even te voren op de Leid- he Vaart had gezien jDadelijk werd de telefoon in wer- M gesteld, en toog de Bloemen- [alsche politie op weg om in alle peken en gaten" te zoeken..... pok wij zijn eens op 't pad ge- jan. J)e toebereidselen waren gauw ge- imen 't stalen ros nagezien, de irbid lantaarn nieuw voedsel gege- (ii en.... ook de zesloops revolver in ireedheid gebracht I Op jacbt naar den Haarlemschen rans jDit was echter niet in de aliereer- e plaats het doel van den tocht, wij Uden voornamelijk eens het politie- 'izicht nagaan. liet het stalen ros hebben we bijna Ie wegen in Aerdenhout en Over- »n doorkruist. aarlemsche Frans hebben we imer genoeg niet gezien ar.... hier hebben we lotgenooten. Is ook aan de politie nog niet rao- jn gelukken, iets van hem te ont- "iken, niettegenstaande er toch el- 1 dag en nacht heel nauwkeurig >rd gezocht. "en kent het vertelseltje, dat Frans ;ens in den Aerdenhout een schat -aven heeft. Wat daar van aan weten we niet. Wel durft iemand, met de Rosier-zaak nauwkeurig de hoogte is, verzekeren, dat het koffer met zilverwerk is, die Ro- l' bij een inbraak is machtig ge n-den, en dat die schat „daar en r" in den grond zit. Hij noemde den weg, maar dezen zullen we tar verzwijgen, om de in tien om- ik wonende burgers niet al te onge- ist te maken. Is 't verhaal inder- ,d waar, dan zal Frans toch een ilen toer hebben, om den koffer ier te vinden, want sinds dien tijd de weg veel veranderd, zijn er ;en gebouwd ,enz. Maar.... Frans nu eenmaal een geslepen scha- tui lie bewuste weg wordt door de jlitie vooral goed in het oog gehou- }n, daar het begrijpelijk is, dat •ans dien schat o 1 zoo gaarne in iden zou hebben I Velen hebben al „plan de campagne" voor hem laakt dat geld halen en naar lerika gaan 1 lat surveilleeren bii nacht is voor I politie natuurlijk geen aangenaam erkje. De wegen zijn bii na alle door jomen beschaduwd, zoodat er eene gyptisehe duisternis heerseht. Onze foemendaalsche politie is echter let bang uitgevalien 't is reeds (enigen keer gebleken en is ook haar hoede i ie bewoners behoeven zich dus :sch niet ongerust te maken, 't Is lereerst de vraag, of Frans hier in buurt is, of komen zal, en is hij nu, dan zal hij veel moeite iben om de Bloemendaalsche poli- te verschalken. bewoners kunnen dus gerust in hoofd neerleggen, politie waakt I.... Men meldt aan de N. R. Ct., dat er ra premie van f 350 is uitgeloofd op et terugvinden van den ontvluchte. ;Ult Utrecht meldt men: Zaterdagmiddag heeft een boer in de Bilt (Utr.), vó6r hij wist, dat Frans Rosier weer ontvlucht was, een kerel in het bosoh gezien mot bebloed gezicht. De boer zeide bij zich zeiven: „Als ik niet wist, dat Rosier in Medemblik zat, dan zou ik zeg gen: hij ls het." De kerel vluchtte, toen de boer naar hem keek, onmiddellijk het kreupelhout in. Toen de boer ver nam, dat Roslor werkelijk ontvlucht was, waarschuwde hij de politie. He dennacht heeft de politie het bosch afgezet en hedenmorgen van halfzes lot halfnogen afgezocht Niets gevon den. ïs hfj het geweest en dit is moge lijk, Rosier heeft hier ni. een zuster wonen in de buurt dan is hij mis schien bij de Bilt uit een goederen- üein gesprongen, waarmede hij kan aangekomen zijn. Men blijft speu ren. HOLLANDSCHK MAATSCHAPPIJ VAN LANDBOUW. Vrijdagavond vergaderde de afdee- ling Haarlem en omstreken van de Hollandsche Maatschappij vein Land bouw in 't café Neuf. De voorzitter, de heer Fr. Lieftinck, opende de vergadering, het betreu rende, dat de secretaris, de heer Loeff, wegens een ernstige ongesteld heid, niet tegenwoordig kon zijn. Zijn functie werd waargenomen door den heer De Kanter. Nadat eenigo ingekomen stukken voor kennisgeving waren aangeno men, deed de penningmeester, Mr. Everwijn Lange rekening en verant woording over het boekjaar 1907 10U8. De rekening wijst aan als op brengst 2393, als uitgaaf 2343, zoo dat bet batig saldo 50 bedraagt. De stukken werden door een com missie, bestaande uit da heeren Sterk, Heil en Van Amstel, nagezien, en, na gunstig advies, door de verga dering goedgekeurd. De heer Heil bracht als afgevaar digde verslag uit van de algemeeno vergadering op 26 Februari j.l. te Amsterdam gehouden. Spreker verwees daarbij naar de stenografische verslagen, in het or gaan opgenomen. De afgevaardigde merkte -voorts op, dat de macht van het Hoofdbestuur in de vergadering nogal sterk is ge bleken. Daarop wees de voorzitter op de wenschelijkheid, om vóór de alge- meene vergadering een voor-vergade ring te houden, opdat de afdeellngen onderling de zaken eens kunqen be spreken, en zich zoodoende wan neer dit in sommige gevallen wen- schelijk is partij te kunnen stellen tegenover het hoofdbestuur en tegen voorstellen te doen. De beteekenis der vergadering zou er zeker door win nen. Besloten werd, dat het bestuur deze zaak met de andere aideelingen zal j bespreken. Voor de algemeens vergadering, die op Woensdag 9 September te Den Burg gehouden zal worden, werden als afgevaardigden benoemd de hee ren I-leil en Sterk, en als plaatsver vangers de heeren Kranenburg en Verdel. De gekozenen namen de benoeming aan. Hierna kwam de behandeling van den beschrijvingsbrief voor deze ver gadering aan de orde. Tenslotte werd overgegaan tot de kostelooze verloting van de onafge haalde prijzen* van de Paardenloterij. Rubriek voor Vragen. VRAAG: Heeft elke inwoner van Heemstede recht op gas? Zoo niet, is hij dan van gasbelasting ontheven? Ik had gaarne gas, maar de buis komt niet langs mijn huis. ANTWOORD: De gemeenteraad be slist, waar buizen gelegd worden en waar niet. Wie met die beslissing niet tevreden is, kan liefst met perso nen, die in hetzelfde geval verkeeren hij den Raad een request indie nen. Andere „rechten" kan hij niet doen gelden. Een afzonderlijke „gasbelasting" is door de gemeente Heemstede niet ingevoerd. Do vrager bedoelt waar schijnlijk rente en aflossing van het kapitaal, dat voor de gasfabriek moet worden geleend. Die rente en aflossing komen op de gemeentebe- grooting onder de uitgaven voor en kunnen dus, wanneer in den eersten tijd de Inkomsten niet toereikend mochten zijn om alle uitgaven te dekken, aanleiding geven tot een ver hooging der belasting. Daaraan zou dan ook de vrager het zijne hebben bij te dragen; maar. hij zal niet de ©enige zijn, die helpt betalen aan dab gene, waarvan hij zelf niet profi teert. Dai doen bijvoorbeeld ook kin- derlooze menscheai voor het open baar onderwijs. HET REDDINGSWEZEN TE IJMUIDEN. De berichtgever van het „Hbld." te IJmuiden schrijft van gisteren „Evenals het voor een leger nooöig is af en toe manoeuvres te houden en zich voor te stellen dat een vijan delijk leger ons land bestormt, even zoo is het voor eene reddingsbrigade noodig nu en dan te doen alsof een schip strandt en zich te oefenen in het verbinden en vervoeren van ge wonden, opdat men niet hulpeloos staat bij het werkelijk voorkomen van eene ramp. Vrijdagmiddag half vijf had zulk eene oefening bij de Noordpier plaats onder leiding ven dokter A. van der Horst, met medewerking van de wijk verpleegster zuster Mai'ia van den Hoek- Behalve de leden van de reddings brigade was ook een aantal belang stellenden naar het strand gekomen om de oefening bij te wonen. Onder dezen behoorden de doctoren uit Velsen en IJmuiden, het afdee- lingsbestuur van Het Witte Kruis en dr. Barnouw, algemeen secretaris van het hoofdbestuur van Het Witte Kruis. Het bleek dat eene oefening gelijk deze veel practisch nut heeft. De leerlingen van den cursus in eerste huip bij ongelukken, dio even eens onder leiding staat van dr. Van der Horst en zuster Van den Hoek, sloten zich bijna allen aan bij de reddingsbrigade. Er werd aangenomen, dat een schip was gestrand dat vele schipbreuke lingen zwaar gewond van boord wer den gehaald en dat ook drenkelingen aanspoelden. Een paar kleine jon gens moesten deze personen voorstel len en werden door de dames en heeren verbonden, nadat op hen wa- - ren toegepast de middelen tot herstel van de ademhaling. De aanwezige deskundigen roem den de oefening zeer, en spraken hun tevredenheid uit. Zooals wij reeds vroeger meldden, heeft het bestuur van Het Witte Kruis thans van de Regeering de beschik king gekregen over een terrein aan de visschershaven, om daarop het tweede wijkgébouw te plaatsen, waarvan Z. K. II. de Prins den eer sten steen zal leggen. Dit gebouw zal niet alleen dienen tot bergplaats van de verplegingsmiddelen van Het Wit te Kruis, maar ook tot toevlucht voor gewonde schipbreukelingen. Daarom stelde de Staatscommissie vcor het Reddingswezen ook eischen in verband met de inrichting van het gebouw, waaraan is voldaan door het ontwerp van de heeren D. Kramer Czn. en J. C. Cramer, architecten te Velsen en te IJmuiden. Het front is met opzet naar het Oosten geplaatst met liet oog op de meestal voorkomende Zuidwester en N oorderstormen. Wanneer men het gebouw binnen treedt, komt men in eene luchtige vestibule, welke niet alleen door een vóór-ingang, maar ook door twee zij gangen is te bereiken, eveneens met het oog op de NoordersLormen. Aan do linkerzijde van deze vesti bule vindt men een W. C. voor het publiek, aan den rechterkant is eene wachtkamer ingericht. Voortloopend komt men door dub bele deuren in een breede gang. Aan de rechteT-zijde daarvan bevindt zich het magazijn, dat in verbinding staat aan de ééne zijde met de wachtkamer en aan de andere zijde niet de dok- Ierskamer. Ter linkerzijde van de gang treft men de kamer voor vrouwelijke pa tiënten aan, welke ingericht is met vier bedden en in verbinding staat met eene badkamer en een W. C. Achter deze kamer is de afdeeling voor mannelijke patiënten, eveneens in verbinding staande met een W. C. en een badkamer. Achter in de gang vindt men de operatiezaal, welke met ziekenwagen- tj.es en brancards te bereiken is. Deze operatiezaal staat- weer in ver binding met de mannenzaal met bij beboerende badkamer en de dokters kamer, die rechts daarvan ligt. Keeren we door de gong terug, dan zien we naast de vestibule een tra.p, welke naar den koelkelder leidt. Bo ven deze gaat men langs een trap naar boven, waar zich ter weerszijden van eene breede gang de kamers Yoor den huisbewaarder en de wijkzuster bevinden, alsook do badkamers en W. C.'s. Een ruime zolder kan in tijd van nood ook worden ingericht tot magazijn, zoodat desgevvenscht het mo.gazijn benoden kan worden vrij gehouden om te worden ingericht tot ziekenzaal. De zalen, waarin de vrouwelijke en de mannelijke patiënten worden ver pleegd, worden uit de benedengang verwarmd, zoodat in en buiten deze zalen eene zelfde temperatuur heerseht. SCHOTEN. Da siorm. Gedurende den laatsten storm is een gedeelte van de onlangs onbe woonbaar verklaarde boerderij inge stort aan den Vergierden weg. Zou het nu geen tijd worden, dat het ge meentebestuur maatregelen neemt, om deze ruïne op te laten ruimen, alvorens er ongelukken door ont staan LISSE. Zaterdagnacht is te Lisse aange houden, in het bezit van een revol ver en inbr-akerswerktulgen, de in breker Van K., uit Haarlem, die op een Vrijdagavond ontvreemd rijwiel reed. DE OPENING DER STATEN- GENERAAL. Een opening van de gewone ver gadering der Staten-Generaal door de ministers, als commissie vanwege Hare Majesteit de Koningin, gelijk 15 dezer zal plaats hebben, is sedert 1890 niet meer voorgekomen. In dat jaar verrichtte het toenma lige ministerie de plechtigheid we gens de ziekte van Koning Willem III. Na 1S90 heeft Koningin Emma als Regentes van het Koninkrijk telken jare de Troonrede gehouden tot het jaar 1898, sedert wanneer TI. M. Ko ningin Wilhelmina zich van die giond wettige taak kweet. De gewone stoet, welke de Ko ningin op haar weg naar het Binnen hof en terug omgeeft, zal dit jaar achterwege blijven. De ministers zullen zich in gala rijtuigen van het Hof, voorafgegaan en gesloten door pelotons huzaren, van het Koninklijk Paleis naar het gebouw der Tweede Kamer begeven door de Hoogstraat en langs liet Bui tenhof en terug over. den Vijverberg. EEN TEGENVALLER. Naar het N. v. d. D. verneemt, heeft de raad van administratie der TI. JJ. j S. AI. het personeel bij aanschrij- ving kennis gegeven, dat voortaan j slechts diegenen tot leerling-klerk. kunnen worden benoemd, die in het bezit zijn van het einddiploma II. B. I S. of Gymnasium. Deze bepaling heeft j vooral bij het. lagere personeel onte- vredenheid verwekt, aangezien vele ouders hierdoor in hun verwachting 1 teleurgesteld zijn, hun kinderen zon- i der deze schoolopleiding tot ambte- 9 naar te zien opleiden. Door den minister van koloniën is mejuffrouw G. H. M. Cramer ge steld ter beschikking van den gou verneur-generaal van Nederlandsch- Indiê, vom te worden benoemd tot verpleegster bij het krankzinnigenge sticht te Buitenzorg. (St.-Ct. VALSCHE BANKBILJETTEN: Te Leiden blijken uitgegeven te zijn twee valsche bankbiljetten van CO, lveide gemerkt J. R. 2934. Zij zijn in beslag genomen door de politie, die naar den uitgever een ijverig onder zoek instelt. Deze moet zijn een man van middelbaren leeftijd, groot en breed, met rossigen knevel. Vermoe delijk draagt hij nu en dan een lorgnet. De valsche bankbiljetten zijn gemakkelijk van echte te onderschei den door het ontbreken van het wa termerk, aan de gladheid van het papier, dat aan de achterzijde een kleur heeft alsof het in olie gedrenkt is bovendien zijn de biljetten aan vier zijden afgesneden, terwijl van de echte bankbiljetten het papier aan twee zijden geschept is. („L. D.") DE NIEUWE KOERS VAN DEN BOSPORUS. De Sultan van Turkije esa zijn hof maarschalk zijn in gespfek Ik wil nu de nieuwe voorschriften' uitwerken. Roep Said Pacha, mijn grootvizier. Grootmachtige Podlschah, Said Pacha is door u afgezet. Ik bedoel ook niet Said Pacha, maar Izzet Pacha, Zoon van den Profeet, Izzet PachA is op de vlucht. Dan niet Izzet Pacha, als die juist op de vlucht is. Fund Paoba moet ko men. Hooge Heer, Fuad Pacha is in H geheel niet benoemd. Nu, hoe heet hij dan ook weer, mijn grootvizier Fehim Pacha. Zend Fehim Pacha hier. Koning der koningen, Fehim Pa cha is toevallig vermoord. Wie heeft hem dan vermoord en' waarom Ik moet toch een grootvi zier hebben, gisteren had ik er nog een. Roep dadelijk Mastapha Pacha. Groot© Khalif, Mastapha Pacha, is ln ongenade, het volk heeft op hem gespuwd en hem op straat van kaait gemaakt. Ik verlang den niet van kant ge- maakten grootvizier t© zien. Roe." Rutschuk Pacha hier. Ster des hemels, Rutschuk Pacha is op dit oogenblik in ballingschap. Als hij vea-banneoi is, kan hij geen grootvizier zijn, breng mij dan einde lijk Renif Pacha hier, ik moet met mijn grootvizier overleggen. Waar blijft dan toch Renif Pacha Hoog© stadhouder van Mahomet, Renif Pacha is In Smyrna als gezant, wanneer hij. tenminste nog Ln leven is. Om kort te gaan, dan zal iemand komen, die nog in leven en grootvi zier is, Djamil Pacha of Moukhtor Po eha, of Osmau Pacha of Tewfik Po eha, e e n v a n a 1 Ten z a 1 h e t. t e h welz i j n OOK GEEN SCHOONHEID. In KonsLantinopel heerseht groote opschudding Ln een van de hoofdstra ten. De menschen vluchten naar alle kanten hesn. Vreemdeling: Wat is hier aan de hand Turk ontsteld De vrouw van Jussuf Eff-eoidi gaat naar de nieuwe gewoon- te voor de eerste maai zonder sluier uit NEDERLAND EN VENEZUELA. Het Haagsche Correspondentiebu reau meldt Naax wij vernemen, is thans de tweede nota onzer regeering aan die vanVenezuela verzonden, inhouden de een antwoord op het schrijven van den minister van buitenlandsche zaken te Caracas, van 28 Juli aan den minister van buitenlandsche za ken te 's-Gravennage. De strekking van het antwoord der Nederlandsche regeering is om, met betrachting van groote inschikkelijkheid, den weg tot vreedzame bijlegging der bestaande wederzijdsche grieven open te hou den. Wij meenden te weten, dat eene openbaarmaking der gewisselde no ta's op dit oogenblik niet in de bedoe ling der regeering ligteene mede- deeling daarvan aan de Staten-Gene- raal, onmiddellijk na aanvang der gewone zitting, daarentegen wèl. In het Londensch avondblad „The Globe" komt een telegram voor uit New-York, d.d. 4 September, waar van hier de vertaling volgt „Men meldt uit Washington, dat de Nederlandsche regeerïug Sn antwoord op de ingediende klachten van het Venezolaansche departement van Buitenlandsche Zaken is ge reed gekomen met haar onderzoek van de klachten, door de Venezolaan sche regeering ingebracht tegen den Nederlandse beu gezant (De Reus) en die ongegrond heeft bevonden. Men houdt het er voor, dat de eerstvol gende stap, die van Den Haag uit zal worden gedaan, zal bestaan in het zenden van iets dat het karakter heeft van een ultimatum, en waarin genoegdoening wordt gevraagd voor de beieedigingen, der Nederlandsche vlag aangedaan, in de personen van den Nederlandschen gezant en de Ne derlandsche consuls, en voldoening van de vorderingen van Nederland sche onderdanen Te Washington gelooft men geen oogenblik, dat Castro de gevraagde genoogdoening zal schenken. V aar- schijnlijk zal hij met tegen-eischen Naar het Engelsch, door [rthur W. M archm'ofit. 54) En toen kwam het idéé hij haar i, dat dit vertoon van autoriteit a zijn kant met een bepaald doel ird uitgevoerd, en dat zijn doel is indruk op haar te maken met n voorproefje van zijn macht, om lar vrees aan te jagen. Maar dit had precies de tegenover stelde uitwerking. Het was precies at zij wilde weten. En zoo hielp het tstel, dat bedoeld was om haar in war te brengen, haar om tot kalm te komen en nieuwe kracht te ver melen. Nu, zei Merridew eindelijk, on- veer op denzelfden toon als dien I tegen den ongelukkige Perigord d aangeslagen en hij ging recht- in zijn stoel zitten en keek Olive 'lerzoekend aan. Zij doorstond dien blik kalm, èh elde een tinteling van genoegen, m zij bemerkte, dat hij haar niet reende. Geen spoor van wantrou wen kwam er op zijn gelaat. Wenscht u mij te ondervragen vroeg zij in 't Duitschomdat het haar het best voorkwam, dat hij haar stem voor 't eerst in die taal zou hooren. U moet er aan denkon, dat u Engelsch moet spreken, antwoordde hij. Wij verstaan niet allemaal de Duitsche taal. Ja, er zijn eenige vra gen, die beantwoord moeten worden, en eenige zaken, die duidelijker ge maakt moeten worden, dan zij op dit oogenblik zijn. Zij wendde zich tot Karl. Wil je hun uitleggen, dat ik heel gebrekkig Engelsch spreek Dat begrijp ik, zeide Merridew, daardoor tonnend, dat hij zelf het Duitsch wel verstond. Ik zal mijn vragen langzaam stellen. Welnu, waarom denkt u in Cromwell Gar dens verdenking te hebben opge wekt Dat heb ik al verteld. Maai' vertel het MIJ. Dat „mij" werd gezegd op een toon alsof hij zeggen wilde ik ben het middelpunt van alles. In gebroken Engelsch, zorgvuldig doorspekt met enkele Duitsche woor den, als zij uitdrukkingen gebruikte, die haar veronderstelde begrensde kennis van het Engelsch niet zou be dekken, beschreef zij heel langzaam en wel overdacht haar ontmoeting met Jack op de trap en de daarop gevolgde getuigenis van mevrouw Grimston, dat zij door den minister zelf ondervraagd zou worden. Ja, ja. Maar waarom denkt u, dat mijnheer Fenton juist tegenover u verdenking opvatte vroeg hij met gefronste wenkbrauwen. Ik deed dwaas, geloof ik. Hij probeerde mij aan te spreken en dat wou ik niettoen snelde ik de trap af en hij riep ik zal je wel dwingen. Nu begrijp ik alles beter. Maar hoe wist u, dat hij u wan trouwde Dat wist ik toen nog niet zeker, maar ik was bang, dat mij iets ge vraagd zou worden. Toen mevrouw Grimston het mij later vertelde, wist ik dat ik gelijk had gehad. Allo dienstboden verkeerden in hetzelfde geval als ik. Wat bedoelt u daarmee „in hetzelfde geval" Verdacht. Maar waarvan Olive haalde haar schouders op. Dat weet ik niet De huishoud ster vertelde mij, dat zij alles om trent mij wilden weten. Ik kon dat niet doen. Daarom liep ik weg. Weer fronste hij de wenkbrauwen. Wil u mij vertellen, dat u geen idéé had, hoe de menschen te weten kwamen, dat u niet was, voor wie gij u hadt uitgegeven Hoe zou ik dat kunnen riep Olive, weer schouderophalend. Dat is nu juist wat ik wensch ie weten te komen, antwoordde hij scherp en zweeg even om naar eeni ge aanteekeuingen te kijken, die voor hem - lagen. Het is volkomen duidelijk, zeide Karl numaar Merridew gaf hem door een gebaar te kennen, dat hij zijn mond moest Iiouden. Weer een nieuw bewijs van zijn volkomen autoriteit. Wie is u Merridew schoot als t ware die vraag op Olive los, vergezeld van een onderzoekenden,, bijna dreigenden blik. Maar Olive glimlachte slechts. Ik begrijp niet, wat u bedoelt. Natuurlijk wil ik alles omtrent u en uw verleden weten, antwoordde hij streng. Dat weet Karl. Ik heb hém alles verteld, zei ze eenvoudig. Hij weet, wat u hem verteld heeft. Dat is alles. Vertel het mij. Zeer vlot en zonder een oogenblik te aarzelen, vertelde Oiïve 't sprook je van haar zoogenaamde levensge schiedenis, precies zooals zij dat in haar gedachten had vastgesteld als antwoord op een dergelijke vraag. Zij luisterden allemaal aandach tig en heel bedaard, met uitzonde ring van Karl, die zich maar weinig op zijn gemak scheen te voelen. Is dat hetzelfde dat ze jou ver teld heeft, Hartmaan vroeg Merri dew plotseling. Woordelijk, zei hij, en voegde er bij Mij dunkt, dat dit zaakje nu ver genoeg gedreven is. Daar heb ik over te oordeelen, jij niet, antwoordde Merridew boos! En Olive betreurde het, dat haar zoogenaamde minnaar zich er mede bemoeid had. Ik trek mij er niets van aan, Karl, zei ze. Hoe kan ik weten, dat alles wat u zegt, waar is zeide Merridew daarop. Ik weet het niet. Helaas, zou de politie van New-York van een ge deelte de waarheid kunnen bevesti gen, maar wat het overige betreft en zij haalde onverschillig de schou ders op. Merridew was scherpzinnig genoeg, om het zwakke punt ln het verhaal op te merken, hetgeen uit zijn vol gende vraag bleek. Wie waren die menschen op de stoomboot, die met u over da Hart- manns spraken O, zij vroegen mij hun naafii niet te noemen. Zij waren heel vrien delijk en ik houd mi] daaraan. Hij begon ironisch te lachen. Dat ia het eenige punt in de ge- heele. geschiedenis* waaraan wij hou vast gehad zouden hebben. U is bij de hand genoeg, om dat in te zien, denk ik. U moet het ons vertellen. Neen. Dat doe ik niet, en zii schudde besiist met het hoofd. U deed beter het wel te doen, of wij zullen u niet kunnen gelooven. Het is een heel ernstige zaak voor u, ik zou u raden, dat wat beter in het oog te houden, verklaarde hij ruw. Maar hierop vatte Karl vuur. Ik begrijp niet, waarom u dat zegten ik ben niet van plan dat zwijgend aan te hooren. Merridew zweeg en keek Karl door dringend aan. Wees niet dwaas, Hartmaan, omdat je nu op dat meisje verliefd bent. Wat weet je van haar Niets. Absoluut niets. Jij komt haar dicht bij je huis togen zij ziet er onge lukkig en verlaten uiten haar ver haal maakt indruk op je. Jij neemt haar mee naar je huis en je zuster geeft haar huisvesting. Zij windt jo ora den vinger staar mij zoo niet aan, man, ik vertel je alleen maar hoe de zaak mij toeschijnt, in de ver onderstelling, dat Rosenstein gelijk heeft. Welnu, zij blijft in je huls, zon der dat je ook niaar iets zekers van haar af weetjij brengt haar bij ons Dat was het idéé van Rosenstein zelf, zei Karl. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 5