NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. 26a Jaargang. No. 7759 .1.." I M»J I'lMMPa.'. HI «SEHBHKJaK* Versehljató degelijk», feahahfis ep gem- en Feestdagen, VaiJDAG 9 OCTOBER X9G8 A ,iÉétk ABONNEMENTEN PSR DRIB MAANDBNl Voor Haarlem 1.23 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd Is (kom der gemeente)s 1-39 Franco per post door Nederland 1.65 Afzonderlijke nummers0.02 H Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37M de omstreken en franco per post s 0.45 üitgave der Vennootschap Lonreos Coster. DlrecSsa? J« PESRE8ÖÖHL ADVERTENTIÊNi Van 1—5 regels 50 Cts.: Iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem van 1—5 regels /t—, elke regei meer/afi Reclames 30 Cent per regel BI] Abonnement aanzienlijk rabat Adverteren van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing 50 Cts. voo? 3 plaatsingen contant Redactie ec Administraties Groote öontstraaÉ 55. Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 ec der Administratie 724. Drukkerij! Zufdsr Buftenspaarce 6. Telefoonnammer 122. Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten hst Arrondissement Haarlem ïn dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA, Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229. DIT NUMMER BESTAAT UIT ZES BLADZIJDEN. EERSTE BLAD. AGENDA ZATERDAG 10 OCTOBER. Schouwburg: 1-Iet Rotterd. Tooneel- goz.; „De Sabijusche Maagdenroof", uur. OM ONS HEEN No. 81«. Be mens li «j-tLr water. Nu er van alle kanton pogingen gedaan worden om <Le lucht te beva ren is loet misschien niet te onpas om eens de aandacht te vestigen op een. ander gedeelte van de wereld, diat de menech nog lang niet „aan zich on derworpen" heeft, namelijk de we reld onder zee. Ia het niet vreemd, dat nu er onderzeesche booten voor militaire doeleinden zijn uitgevon den, het menschelijk vernuft op dit gebied ziich niet meer schijnt in te spannen om nog wat meer en wat be ters te bereiken? Toch is het denk beeld om onder zee naar Engeland te varen, volstrekt niet dwazer, dan om er per bestuurbaar luchtschip heen te gaan. En wie de gedachte aan een groote, oaKterzeeschö mailboot voor krankzinnigheid houdt, moet zich eens goed voorstellen, hoe honderd jaar geleden do menschen zouden hebben gedacht over iemand, die toen de mailbootan van onze dagen zou hebben voorspeld. Het is wel jammer, dat nieuwe uit vindingen op verkeersgebied dadelijk in do handen vallen van militairen, die daaraan uit den aard van de zaak ge«en grooter uitbreiding geven, dan de belangen van hot leger naar hun inzicht veredschen. Het algemeien maatschappelijk belang gaat buiten hun werkkring om en het ongelukki ge is, dat bij <Le regeeringen, voor mi litaire nieuwigheden het gemakke lijkst steun te krijgen is. Wanneer zelfs in een weinig militair land als het onze een nieuwe, oaxderzieesche oorlogsboot wordt uitgevonden, zal de uitvinder officieelen steun kunnen vindon. Maar aan welk ministerie moet hij aankloppen, wanneer hij een onderzeeecho passagiersboot heeft samengesteld Bij geen enkel zal hij troost vinden. Treffend is het, om vooral in de groote rijken op te mer ken, dat men zich gedraagt alsof de oorlog hoofdzaak was en niet de staat van vrede. Nauwelijks had GTaaf Zeppelin zijn vermaarde vlieg tochten gehouden, of „das Militör" edschte onmiddellijk de beteekenis van deze proefnemingen voor zich op en de naburige landen wedijverden, of ze ook niet hetzelfde resultaat kon den bereiken, ter wille van de verde diging van het land. Niet om het on derlinge, vredelievende verkeer tus schen de volkeren. Deze toestand is zeer onnatuurlijk, maar tegelijkertijd zóo gewoon, dat wie er niet eens een oogenblikje die per over denkt, er het vreemde zelfs niet meer van opmerkt. Evenwel ga ik daarop nu niet ver der in. Mijn bedoeling voor vandaag Is alleen, een en ander ta ontleen en aan een artikel van Feldhaus in de Gartenlaube over proefnemingen, die in vroeger jaren zijn genomen betref fende het verblijf onder zee. Herodo tus, zoo vertelt hij, wist al 450 jaar Vóór Christus te vertollen van zeke ren S k y 11 i a 8. die bij Aphetae in zee gegaan en pas bij Artemision weer voor den dag gekomen was. Hoe hij diat deed wist cLe geschiedschrijver evenwel niet te zeggen. Deze water hun stenaar werd beroemd, doordat hij veel goud en zilver, dat de Perzen £ij hun schipbreuk bij Pylae verloren hadden, wear boven water bracht. En i»g hedan tan dago lijn de Grieksche parelduikers vermaard. Dat Herodotus de waarheid schreef is mogelijk, want Aristoteles verhaalt honderd jaar later van toestellen, die da Grieken gebruikten om daarmee imdetr water to werken.. Het schijnt een ketel te zijn geweest, die niet mieft water volliep, maar lucht voor den duiker bevatte. Uitdrukkelijk voegt Aristoteiles daarbij, dat deze ketel loodrecht moet blijven. Waarschijn lijk kunnen we dezen het best verge lijken mot een omgekeerd waterglas, dat in water gedompeld de lucht niet verliest, zoolang het recht wordt gehouden, maar waarin onmiddellijk water dringt, zoodra die richting Ver anderd wordt. Is het Grieksche ap paraat iets dergelijks geweest, dan is het merkwaardig hoe de menschen daarmee hebben kunnen duiken. Een weinig water dringt toch altijd in zoo'n ketel door, de lucht wordt er dus in samengeperst en hoe dieper de duiker daalt, des te grooter zal de druk worden, totdat deze op een diep te van 40 M. zoo is gestegen, dat zelfs het sterkste materiaal het niet meer uithoudt, veel minder nog onze teêre long. Na die pogingen Ln die oudheid komt er in de geschiedenis der duik- toe&lellen een groote gaping. Ia de twaalfde eeuw vindt men een versje, waarin verhaald wordt, diat zekere MoTölff In een lederen schuitje, dat met pelt was dichtgemaakt, op zee ging varen en daar zoo luid een spotlied zong^ dat de koning een Vloot uitzond om hean te vangen. Daarop dook Morolff onder water. Er det in sin® liiste kunt an ir aller ange&icht senckt er slch aider üff den grunt. Eyn róre ln daz schlffelin ging, dó mot Morolff den Mem ving. Hieruit blijkt, dat Morolff de iucht- slang toepaste. De dichter beweert zelfs, dat de man daarmee veertien dagen ondier water kon blijven, daar hij immers altijd weer frissche lucht kreeg 1 Dit is zeker, dat eerst In 1716 de EttgeJechman Halley weer deze slang invoerde. Niettemin werd dit hulpmiddel door het volk beschouwd als een van de geheime kunsten door oorlogs-bouwmeesters, die reeds in het jaar 1196 als „encignerii" (inge nieurs) worden aangeduid In de meeste handschriften van deze ingenieurs vinden wij beschrij vingen van toestellen om onder water te duiken, o. a. bevat het oorlogs boek van Roberto Baiturio (1472) af- beteildingen van apparaten, om onder water te veohten. Daarbij zijn naïve prentjes, waarop een soldaat staat afgebeeld, die ln een lederen rusting tegen een zee bewoner vecht, benevens een paar reuzen.laarz.an, die een lans knecht aantrok, wanneer hij te wa ter strljdvoeren moest. Zoo kwam het water hem niet verder, dan tot aan de knieën. Een derde afbeelding uit dien tijd stelt een duiker voor zoet een gesloten toeren pak en een helm met glazen kijkgaten. Waarschijnlijk werd dit op dezelfde manier gebruikt als een z wemkussen, dat op den rug werd vastgebonden en waarin lucht geblazen werd. Wie dat aanhad, dreef in H water en kon zich laten zinken door lucht uit het kussen te laten ontsnappen. Op een prentje staat dat wel aardig, maar in werkelijkheid moet het een gevaarlijke zaak zijn geweest Even als het duiktoeetel(?) dat Leonardo da Vinei uitvond en dat uit een grroo- ten bamboestok bestaat met boven aan een groot stuk kurk, dat den stok belet te zinken, terwijl de duiker beneden aan den stok een stuk leer vond, waardoor hij gemakkelijk (1) ademen kon. Rudolf van Erna moet omstreeks 1250 onder wafer zijn geweest in een mot ijzer beslagen en met gezalfde- ossenhuiden overtrokken kast, die aan een ijzeren ketting werd neerge laten. De eerste poging om met werktui gen onder de zee te arbeiden ge schiedde la 1535 door Francesco di Malchi, dïe eten gezonken Romeinsch praalvaartuig wou trachten te lich ten. De duikerklok, die daarbij ge bruikt werd en dte denken- doet aan den omgekeerden ketel yah Aristote- ies. waa ontworpen door GuglMmo dl Lotena'. De duiker hangt daarbij Jö de .kleine, van onder open klok, met ijzeren beugels aan armen en beenen, heeft glasruiten voor hef ge zicht en kan de handen uit hef open ondergedeelte van de klok vrij bewe gen. De ijzeren beugels moesten blijkbaar dienen om te beletten, dat de klok omslaan en het water de Lucht verdringen zou. Een soortgelijke proef namen twee Grieksche duikers in 1538 bij Toledo. Zij lieten zich op een balk gezeten, die in 't midden van een omgekeer den ketel was aangebracht, langzaam onder water zinken en namen zelfs vuur mee. Toen ze weer opge haald werden, waren de menschen kurkdroog gebleven en brandde het vuur nog. De eerste evenwel, die e»en ondei'aee- sche boot beproefd heeft, is een Ne derlander, Cornelia Dnebbed, die in 1624 op de Theoins een proefvaart on der water van twee mijlen- (33S0 mo tor) gehouden moef hebben. Do be weging geschiedde door roeien,, hef zinken door inlaten van water in be paalde ruimten, het stijgen door uit werpen van ballast Ook Drebbel was hef om een ooriogsboot te doen. Fulton in 1801, Johnson in 1805, vooral de Zweed Nordenfelt in 1882 hebben veel tot de oplossing van t vraagstuk bijgedragen. Hoe vernie lend de onderzeesche boot wel zijn zal weet niemand, omdat ze tot dus ver in em zee-oorlog nog weinig of niet gebruikt is. Naar vervolmaking in deze richting behoeven wij waar lijk niet te verlangen. Voor vreedza me doeleinden heeft zij zeker nog een giroote toekomst. Wie weef of straks, wanneer het luchtschip definitief zal zijn tofs tand gekomen, de uitvinders niet met dezelfde eenparigheid hef vraagstuk van de onderzeevaart zul len trachten op te lossen I J. C. P. Jaitenlandsch Overzicht DE CRISIS IN DEN BALKAN. Duitschland's ijzeren staatskanse lier Bismarck heeft het voorzegd ,,er komt eens een oorlog om de ge schillen in den Balkan" Toen de staatsman dit zei, trokken velen de schouders op en vroegen „wat bazelt di6 nu weer Toch men behoefde geen diplomaat 1ste klasse te zijn, om in de toekomst ern stige verwikkelingen te voorzien. Het in den laatsten tijd vaak be sproken Berlijnsche verdrag van 1878 is een onvervalscht „prul", het zit zóó ellendig in elkaar, dat het doet denken aanja, waaraan aan een dierentuin, waar het hok van den leeuw naast dat van de geit is ge bouwd, zonder dat voor voldoende afsluiting is gezorgd.... De gebeurtenissen van heden zijn niet verrassend althans niet als men de feiten op zichzelf beschouwt!.. Bulgarije en Roemelië, met hun eigen regeering hun sterk leger, hun roemzuchtigen vorstwie had de onafhankelijkheidverklaring niet ver wacht Bosnië en Herzegovina, dertig jaar door Oostenrijk militair bezet en ad- xninistratief bestuurd.... wie had ge dacht, dat het O.-H. rijk nooit de hand tot vol bezit zou uitstrekken Kreta, met zijn Grteksch sprekende en -.denkende bevolking.... wie had gedacht, dat de bewoners altijd de Turksche heerschappij widen ver dragen Immers niemand, die wèl denkt I... Maar hei Ye'rrassend© van hei nu gebeurde is, dat ALLE VERRASSINGEN GELIJKTIJDIG komen I Daaraan heeft meii vroeger nooit kuinnen denken en vandaar, dat Europa beeft Turkije, inzonderheid de Jong-Turk- sche partij, wordt wel zwaar be proefd Nauw is de revolutie-strijd gestreden die vreedzame omkee ring, zonder bloedvergieten en zonder veel marktgeschreeuw, .waardoor de Jong-Turken zich de sympathie van velen hebben verzekerd of... zwa re beproevingen komen 1 De nieuwe Turken, de constitutloneele Turken, worden van eiken kant bedreigd. Bulgarije..., Roemelië.... Kreta.... Bosnië.... Herzegovina.... alles wordt hun ontnomen, en van elkeh kant klinkt het„kom op, als je oorlog voeren wil 1",.., Maar de Jong-Turk wil dien krijg niet I Hij weet, dat een oorlog ^lle nauw verkregen zegeningen zal roo- ven. De Oud-Turken, zij aturen &an op een grijpen naar de wapenen, om door den oorlog weer de reactie m het land van de halve maan te doen zegevieren De Oud-Turk en verwijten den Jong- Turken, dat zij de verwikkelingen hebben uitgelokt, maar de Jong-Tur ken gooien alle schuld op het oude regime. Wie gelijk heeft Onge twijfeld is, wat nu in Bulgarije, Roe melië en Kreta gebeurt, iets, dat ge dreven wordt door denzelfden drang naar vrijheid, die den Jong-Turken heeft bezield, maardie drang, dat nieuwe beginsel, is uitgelokt door d e Oud-Turken, hun despotisme en hun hofkliek-regeering Zoo is er óók nog een strijd bin nen Turkije strijd van binnen, strijd van buiten Arm, zwaar beproefd Turkije Gelukkig blijkt u:t alles, dat de JONG-TURKEN nog de overhand hebben. Zullen ze er in slagen, om steeds het roer van staat ln handen te houden? Laten we hopen, al zou het alleen zijn om het welzijn van Europa Turkije heeft voorloopig nog geen oorlogsverklaring gezonden, zelfs zijn nog geen bevelen tot mobilisatie ge geven. Jong-Turkije wil allen schijn van oorlog voorloopig vermijden, en trachten de geschlilm langs diploma- tieken weg geregeld te krijgen. We schreven gisteren al, dat de Turksche regeering aan de mogend heden een nota gezonden- heeft, waarin staat, dat men de toevlucht had kunnen nemen tot geweld, maar uit eerbied voor de tractaten en uit hoofde van de algemeen© behoefte naarvrede in Europa een dergelijk uiterste wil vermijden. Bravo, Turken, dit Is een stand punt, allesbehalve Turksch...... oud- Turksch I - Voorloopig is dus het oorlogsgevaar wat geweken dat het nog niet ge heel verdwenen is, zullen we straks aantoonen 1 en vijst alles op een CONFERENTIE, die door Ru si and zal worden saam- geroepen. Bij nadere beoordeeling der toestanden moet worden toegege ven, dat er wel werk is voor zoo'n congres yan mogendheden. Helaas!... te véél werk zelfs i.... Helaas te zwaar en te moeilijk werk 1.... Het is zoo'n onvergeeflijke warboel in den Balkan, dat het heel wat hoofdbreken zal kosten, om dit zaakje weer in *t reine te brengen. Turkije stemt in een conferentie toe, in de vei'wach- ting natuurlijk I dat zijne be langen behartigd, zullen worden. Het Turksche blad „Ikdam" komt er eer lijk voor uit en schrijft Op die wijze kunnen we ons doel bereiken, namelijk vorst Ferdinand verdrijven en onze rechten herkrij gen Zoo, Turk, verwacht ge dit Nu, we hebben weinig hoop, dat de mo- gendheden daartoe zullen besluiten. Bulgarije en Roemelië waren in prac- tijk reeds onafhankelijk en hoewel de Turksche Sultan in theorie er de baas was, achten we het niet aannemelijk, dat de mogendheden vorst Ferdinand zullen afzetten, of hem weer onder directe heerschappij van Turkije brengen. Deed men diteen oorlog was daar Het eenige is, dat de mogendheden de zaak van den Oosterspoorweg re gelen in dier voege, dat Bulgarije schadevergoeding moet betalen, en voorts, dat Bulgarije een vaste som moet betalen voor het afkoopen van de schatplichtigheid ais vazalstaat. Dit zal wel alles zijn. Wat men met Oostenrijk-Hongarije wil doen De mogendheden (enkele althans) mogen wat mopperen, maar wie zal er aan denken, Oostenrijk- Hongarije te dwingen om de gean nexeerde provincies weer aan Turkije over te geven We hooren de ka nonnen al bulderen I.... Kre-ta.... ja misschien, dat de mo gendheden daar iets aan kunnen doen, misschien dat dit eiland weer aan Turksche heerschappij is over te geven misschien.... Zonder op stand zal het evenwel niet gaan, want de Kretensera toonen, dat het hun ernst is met de inlijving bij Grieken land. Alle Turksche ambtenaren zijn reeds door Grieksn vervangen, de haJve-maan-vlag la neergehaald „Weg met Turkije 1" is geroepen.... De conferentie der mogendheden zal dus weinig anders kunnen doen, dan de nu gebeurde staatsgrepen wetti gen, en het verdrag van 1878 in dien zin wijzigen. Maar.... daar wint Tur kije niets mee I.... Bovendien DREIGEN NOG" ANDERE QUAESTIES. Rusland eischt bij het bijeenroepen der conferentie een nadere regeling van het Dardanellen-verdrag, in de zen zin, dat het vrijheid verkrijgt om met oorlogsschepen door dit zeege deelte te varen, Italië heeft vee) lust in Albanië nog gisteren liet de Italiaansche minister Tlttma zich in 'dien geest tilt 1 enfin, de geschiede nis doet denken aan een heelen vet ten kluif, waarvan elke mogendheid een stukje wil hebben I Inderdaad in den Balkan gebeuren thans ernstige dingen nóg ernsti ger zaken worden verwachtwei- licht heeft een en ander zoo geen oorlog, dan toch geheel andere groepeeringen van mogendheden ten gevolge De teekenen der tijden zijn ern stig I Engeland speelt een eigenaardige rol. Het doet zich voor als een waar achtig VRIEND VAN TURKIJE. De rooi-nek wil niets van den kluif hebben, dat nemen van een zwakke ren broeder is immoreel (hoe ver kreeg Engeland de koloniën in Zuid- Afrika wij wachten antwoord I...) en speelt echt de schijnheilige in het land van de halve maan. Weer een echt staaltje van de wispelturige staatkunde van koning Eduard (on langs wezen we daar in een uitvoe rige beschouwing op), dat weer schro melijke gevolgen kan hebben. Turkije, gesteund door Engeland, zal zich machtig gevoelen.... en dit is in de tegenwoordige omstandighe den hoogst gevaarlijk. Zoo kon de conferentie van nu wel eens gevaar lijker worden, dat het beruchte Alge- ciras-geknoei De hemel beware ons daarvoor Dan komt de hooge politiek weer op 't tapijt. Hiervan hebben we geen hooge gedachten. Dat dit niet on rechtvaardig is, wordt nu Weer bewe zen met de annexatie van BOSNIë EN HERZEGOWINA. De „Times" gunt ons een kijkje achter de schermen, en vertelt, dat in 1878 een geheim verdrag tusschen Turkije en OostenrijkHongarije geslo ten is. Bij de vaststelling van het be wuste Berlijnsche verdrag werd be paald, dat het O.-H. rijk Bosnië en Herzegowina zou bezetten. De Turk sche gedelegeerden maakten hier veel bezwaren tegen. Zij stonden op het punt het teekenen van het trac- taat te weigeren en naar hun land terug te keeren. Onder deze omstan digheden en als laatste redmiddel ontwierpen zij een verklaring, die zij ter goedkeuring en onderteeke- ning voorlegden aan den minister van Oostenrijk, tevens eersten gevol machtigde van dat rijk, luidend „Op verlangen der Ottomaan- sche gevolmachtigden namens hunne Regeering, verklaren de Oostenrijk-Hongaarsche gevol machtigden namens de Regee ring van Z. M. den Keizer, dat de souvereiniteits-rechten van Z. AL den Sultan op de provinciën Bosnië en Herzegowina in het minst niet zullen worden verkort door het feit van bezetting, waar van sprake Is 1n het betreffend artikel aangaande deze provin ciën in het tractaat, dat heden ter teekening is voorgelegd dat de bezetting zal worden be schouwd te zijn tijdelijk, en dat een bepaalde overeenkomst over de bijzonderheden der bezetting dadelijk zal gemaakt worden tus- schen beide Regeeringen, na de sluiting van het congres." Eerst weigerde Oostenrijk', maar tenslotte werd het verdrag geteekend, onder voorwaarde, dat het geheim zou blijven. Oostenrijk-Hongarije heeft dus niet alleen het tractaat van Berlijn ge schonden, maar ook een geheim ver drag Quo Vadis Als de mogendheden zoo roekeloos spotten met gesloten verdragen... Op deze wijze gaat alle invloed van ver dragen verloren, wordt het arbitrage- beginsel in een hoek gedrongen, en geldt als in den oer-tijd 1 aileen weer het recht van den sterke 1.... Quo Vadis ?.„.r Zal er een OORLOQ komen Gelijk we reeds schreven voorloopig ia de kans op oorlog veel verminderd. De Engelsche minister Grey een staatsman van gezag heeft ver klaard „dat er geen reden is om aan te nemen, dat het nu gebeurde den Yrede zou kunnen verstoren." De Russische minister Iswolskl een staatsman met nog meer invloed, vooral wat de Balkan-quaestie be treft I verklaarde „ik Yenvacht, dat de tegenwoordige crisis tot een vreedzame en rechtvaardige ontknoo ping zal komen." Zulke verklaringen geven hoop Toch SERVIê nog altüd een kwade kans. De bevol- 'king r- dpor de annexatie van Bosnië en Herzegowina en het tegenwerken der Groot-Servische ideeën ln den hoek gedrongen, is zeer opgewonden en oefent op de regeering veel pressie uit, om Oostenrijk den oorlog te ver klaren. De Servische regeering is vredelie vender gezind, maar zal 't den volks wil kunnen bedwingen Een opstand is genoeg om de zaak aan het rollen te brengen, en valt in den Balkan het eerste geweerscbot... dan is er veel kanst dat het geheele kruithuis ontploft MAROKKO-1NC1DENT. Omtrent het nieuwe Fransch-Dult- sche incident, dezen keer te Rabat, waarvan we dezer dagen melding maakten, wordt uit officieuss Duit- sche bron vernomen, dat men hier aan te Berlijn geen groote waarde hecht. Noch de kabinetten, noch da gezantschappen le Tanger, houden er aich speciaal mede bezig het is eenvoudig een quaestie tusschen den Franschen politle-officier te Rabat en den Duitschen \lce-consul. DEENSCHE MINISTER-CRISIS. De minister van financiën Neer- gaard, door den Koning met de vor ming van eer! nieuw kabinet balast, heeft die opdracht aanvaard. Hij heeft onderhandeld met de beide groepen der regeer ingsp art ij, de linker reform partij en de gematigden, die hem hun steun toezegden. Stadsnieuws Werkloosheid. In verband met do steeds toenemen de werkloosheid in onze gemeen te, zal de heer C. Sorgdrager met mede werking van de besturen der Timmer- 1 iedenvere enig-in gen alhier, Maandag 12 Oct. des namiddags van 24 ln do Arbeidsbeurs eene telling houden van warklooze timmerlieden, om te gera-' ken tot de vaststelling van het juiste aantal werklieden, die in het timmer vak zonder werk zijn. Het komt cms voor, dat dit een goede gedachte ls. Op dit oogenblik weet niemand, hoe groot de werkloos heid in het timmervak wel is, zelfs naar wij vernemen de besturen der yereenigingen niet. Wij hopen dan ook, dat de werkloozen niet zullen verzuimen, zich aan de Arbeidsbeurs te laten inschrijven. In verband hiermede plaatsen wij een ons toegezonden oproep aan de werklooze timmerlieden. Waarde kameiadeail In dezen tijd van werkloosheid moet er wat gedaan worden, want bij dezen crisis stil te staan, gaat niet, daar deze zooveel ellende en na righeid met zich sleept. Zoodoende is er dan werk van ge maakt en worden hiermedo alle werklooze timmerlieden opgeroepen om op Maandag a.s., des middags tusschen 2 en 4 uur aan liet gebouw Weten en Werken te komen en daar hunne handteekenlng te stellen en den tijd van werkloosheid op te gei ven, om een goede statistiek te krij gen voor onzen heer Burgemeester. Dringend wordt verzocht daar te komen. Het is in uw aller belang. Uw Kameraden, J. SWIER. H. BOEREE. J. SMIT. Aanbesteding. Donderdagmiddag werd <foor d.ea architect J. H. Wedsenaar, alhier aanbesteed Het amoveeren der perceelen no«. 25 en 27 aan de Korte Heereostraai en het weder opbouwen van een paJfc. huis. Ingeschreven werd als volgt Haari. Coöp. Bouwersbopd G090s C. Groot Czn. 7340. \V. Saeijs 6757. G. L. Zantvoort f6100. J. Kroon van Diest 6525. Louw en Lubbers f 6890. J. Vink f 6288. J, en 8. Winnubst f 6595. Th. M. van Deursen f 6684. J, Turkenburg 7077. '-f. Qornelissen en Kreuger 6680. Alle inschrijvers wonen alhier*. 25 J ar en O ff I c I er. 12 December a. s. zal het 25 joregO geleden zijn, dat de kapiteins dei- Ixi* fanterie, alhier in garnizoen, B. m' J. de Witt Huberts en W. C, $chöru stodt aangesteld werden in dett offt*, ciersrang. Beide officieren komeU spoedig in aanmerking voor bQYordöfc ring tot hoofdofficier.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 1