HAARLEM'S DAGBLAD. TWEEDE BLAD, ta ilMÉslidir Stadsoïeuws Onze Lachhoek, Binnenland FEUILLETON VBIJDAG 16 OCTOBER 1908 OM ONS HEEN No. 815. Bevordering van Vreemdelingenverkeer. 't Lijkt vreemd, over vreemdelin genverkeer te gaan schrijven wan neer het relsseizoen zoo goed als af- gc-loopen is. Toch is dat in werkelijkheid zoo zonderling niet. Richt een ijsclub op in den zomer, bonw een zwemschool iu den winter, maak in 't gure jaar getijde plannen voor dien reistijd. In Den Haag is een Centraal Bu- .reau voor Vreemdelingenverkeer. Zijn diiiecteur is de heer Knoote ein zijn adres Lange Voorhout 45. Meer weet ik er niet van tn er zou dan ook geen aanleiding bestaan om er hier melding van te maken, wanneer niet 'dit bureau een circulaire had ver spreid, waarin over vreemdelingen verkeer goede dingen worden gezegd. Die circulaire is gericht aan de Ver- eenigingen tot bevordering van het Vreemdelingenverkeer in Neder land. Wanneer ik zeg, dat er goede din gen in deze circulaire staan, dan bedoel ik daarmee niet, wat we er in lezen over reisbureaus 'lm het buiten land. Wat die doen kunnen wij toch. ia d8 verste verte niet benaderen. Als jj ik lees van het grootsch ingerichte bureau te Berlijn, van het zeer be- 1 langrijke bureau te Leipzig, van de .vereeniging te Keulen, dan denk ik zoo waar dient het voor, om ons met hare hooge cijfers en grootschia programma's in de oogen te schitte- r sn Daarvoor is en blijft ons land toch te klein. Iets anders is liet beginsel na te gaan, waarnaar deze buitenlandsche vereienigingen werken en te overwe gen, of wij die misschien kunnen overnemen. En daaromtrent zegt de circulaire „De leden van de vereenigingen Vragen niet zoozeer, wat de vereeni- ging in de stad zelf, maar wat zij daarbuiten doet om den vreemdeling te trekken." Deze opmerking is juist en ik ge loof, dat de oorzaak daarvan wel kan worden nagegaan. Een Nederlander wil wel lid worden van een algemee- ne vereieniging, wanneer hij daar voor iets werkelijks terug krijgt. Het is bijvoorbeeld van de Vereeniging tot verfraaiing van Haarlem en om liggende gemeenten en tot bevorde ring van het vreemdelingenverkeer altijd een groote attractie geweest, dat de leden op vertoon van hun di ploma vrijelijk op sommige buitens mochten wandelen. Dat is natuurlijk voor de ingezetenen ook heel aardig, maar liet vreemdelingenverkeer heeft er niet veel aan. Nu wil ik niet zeggen, dat de bui tenlanders in dat opzicht geheel en al zonder egoïstische bedoelingen zijn, maar op dit punt hebben zij toch dikwijls een ruimer blik, dat wat nut tig is voor 't geheel, ook goed is voor den enkeling. Irt Haarlem hij voorbeeld was vele jaren lang de verfraaiing hoofdzaak en het vreemdelingenverkeer bijzaak, maar het bestuur had altijd te wor stelen met de moeilijkheid, op welke manier het Haarlem en zijn omstre ken nu wel verfraaien kon. Zelf iets grootsch tot stand brengen ging niet, omdat daartoe de geldmiddelen niet voldoende waren. Een monumentale fontein in den Hout bijvoorbeeld is menigmaal besproken, maar altijd weter mislukt op de groote kosten. Het was gemakkelijk genoeg, het ge meentebestuur attent te maken op het wenschelijke van allerlei verbete- ringen, maar daarmee werd de ge meentekas op allerlei uitgaven ge jaagd en den naam \an een dure vereeniging te wezen wou de veree niging ook niet hebben. Wanneer er iets moois dreigde te' verdwijnen, kon met den.besten wil der wereld de vereeniging dat niet altijd verhin deren. Wat 'is er niet een moeite ge daan om de typische huisjes op het Heiligland te behouden, en toch zijn ze gevallen, omdat de uitbreiding van het St. Elisabeths-gasthuis dat noo- dig maakte. Zoo blijft er dan weinig anders over, dan hier en daar een bank ie plaatsen. De rest van den arbeid der vereeniging is allengs "in vreemdelin genverkeer overgegaan. Kwam er ooit een aanleiding toe, bijvoorbeeld bij oen hersienitng van de statu.tien, dan zou men, dunkt me, veilig de verfraaiing uit haar naam en haar werkkring kunnen lichten en alleen het streven naar vreemdelingenver keer laten bestaan. Te meer omdat moer on meer de gemeentebesturen zich aan de fr&afiïng gelegen laten liggen, veel Is er in de laatste jaren niet in onze plantsoenen verfraaid, zooveel zelfs, dat telkens bij de behandeling van de begrooting «een enkele klagen lcomt over de groote sommen, die deze afdeel™g van gemeentezorg ver- eischt. En wanneer al de vereeniging het gemeentebestuur op een mogelij ke verfraaiing opmerkzaam maakt, zooals onlangs op het dempen van den leelijken hoek bij het Kenaupark den Schotersingei, dan blijkt, dat 3. en W. wei het oog op gevestigd hebben, maar dot er geen geld voor in de kas is, dat de \ereieniging ten slotte ook niet verschaffen lean. Zoo gaat het hier, zoo gaat het in de kleinere gemeenten om Haarlem heen. Wij behoeven van hier uit waarlijk Blo emend aal niet attent te maken op verfraaiingen, die deze gemeente zou kunnen aanbrengen. Zij kan dat zelf, zij bezit een eigen vereeniging, en een wenk van de Haarlemsche vereeniging in dezen geest zou, zoo niet als een aanmati ging, dan toch "als een overbodigheid worden beschouwd, Let in Haarlem op de Maatschappij voor Bouwkunst, die bekroningen uitreikt voor mooie gevels, op de ver eeniging Haerlem, die gespitst is op het behoud van wat merkwaardig is in de stad I Neen waarlijk, onze Haarlemsche. vereeniging heeft wei nig'meer aan verfraaiing te doen. Ik bedoel daarmee allerminst cri- tiiek op haar bestuur. De toestand is allengs zoo geworden, zij kan dien ook niet veranderen. Maar moge zij de verfraaiing uit haar vaandel kun nen verwijderen, voor het vreemde lingenverkeer kan nog veel worden gedaan. Want wat schrijft de heer Knoote „,11c deel de vereenigingen ten slotte mede, dat bij alle bureaus, die ik be zocht heb, zoowel te Duitschland ale in Zwitserland, gevraagd werd naar materiaal uit Holland, vooral naar de Noordzeeba.den en onze sanatoria. In geen der bureaus was materiaal aanwezig, uitgezonderd (over) Zamd- voort." Een pluim op den hoed van de Zandvoortsche vereeniging. En toch stelt men in het buitonland belang In ons land. „Ook schriftelijk kreeg ik reeds verschillende aanvra gen hiernaar", zegt de heer Knoote. Hij maakt er nog een opmerking bij die ook voor hc-t Haarlemsche bureau voor vreemdelingenverkeer wel overweging verdient. „Over het algemeen genomen zijn de gidsen der vereenigingen veel te uitgebreid veer dien buitenlander, terwijl zij als reclame absoluut niet aan het doel beantwoorden. Een vreemdeling, die een of twee dagen in een onzer ste den doorbrengt, heeft geen behoefte aan .een dergelijken, uitgobreMen gids, die te veel voor den Hollander of voor de bewoners der stad is in gericht." Onze Haarlemsche gids, waaraan overigens lofwaardige zorg wordt be steed, is bijna vier vel druks, 64 blad zijden, groot. Veel daarvan wordt in genomen door advertentiën, maar vrijwat is ook voor den vreemdeling van minder belang. Ik geloof dan ook, dat de heer Knoote gelijk heeft wanneer hij voor den buitenlander vraagt een klein, zakelijk overzicht, liefst zonder advertenties en in het langwerpig smalle formaat, dat ge makkelijk in den zak gestoken kan worden, met een duidelijke situatie- kaart op de achterzijde, waarin een overzicht gegeven wordt van de ma nier, hoe de stad, ook uit de voor naamste steden van Europa, kan worden bereikt. Daarnaast kan een groote gids tegen betaling verkrijgbaar worden ge steld. Ik denk, dat men nu wel zal toe geven, dat half October wel de tijd is VOf"|ora over vreemdelingenverkeer te Hoe- overleggen. Vooral in Haarlem. We krijgen zoo'n duur nieuw schilderijen-mu seum (ik hoor het bedrag van een half milliioen noemen), dat een ver groot vreemdelingenverkeer waarlijk wel een 1 ge stoffelijke vergoeding brengen mag. Zoo niet aan de ge meentekas, dan toch aan de belas tingbetalers direct. J. C. P. ORGELBESPELING in de Groote of St. Bavokerk te Haar lem op Dinsdag 20 October 1908, des middags van 1 tot 2 uur, door den heer W. Ezemian. Programma No. 1. Fuga op den naam Bach, R. Schumann. No. 2. Recodare uit 't Requiem, Mozart. No. 3. Sonate No. 2. Ch. Fink. a. Maestoso. b. Adagio. C. Allegro nssai. No. 4. Largo, H&ndel. fro. 5. Scherzo, A. Guilmant. Rubriek voor Vragen. Geabonlieerden hebben het voorrecht, vragen op verschillend gebied, mils voor beantwoording vatbaar, in te zeadon bij de Redactie van Ha&rlem's Dagblad, Groote Kontstraat 63. Alle antwoorden worden geheel kosteloos gegeven en, voor zooveel mogelijk is, den dag na de inzending. VRAAG (van verschillenden). Wat is het adres van de Vereeniging, die zich emigratie naar Ruhrort ten doel stelt. ANTWOORD: Dr. Klap, predikant ta Amsterdam. VRAAG: Wat zijn de kosten van overboeking van een stuk bouwgrond van f 1500? ANTWOORD: 2\ procent. VRAAG: Wij zijn met zeven broers, do eerste en derde hebben gediend, maakt nu de derde den vierden vrij? ANTWOORD: Ja, de vijfde is weer dienstplichtig. Uit 'ie Ctetrekeo BLOEMENDAAL. Raadsvergad erlng. De vergadering begon Donderdag middag met een vermakelijk debat. Door den Voorzitter werd meege deeld, dat de Commissaris der Ko ningin Dinsdagmorgen te 11 uur een bezoek aan de gemeente zal brengen en dan op 't raadhuis te spreken is. De heer Koolhoven Loopt die aar digheid zoo maar droog af De Voorzitter Wat bedoelt u De heer Bispinck Een vorigen keer hebben We dien Commissaris een de jeuner aangeboden.... De lieer Tideman maar hebben nog geien contra-dejeuner gekregen (Gelach). Do heer Koolhoven 't Gaat mis schien twee tegen één l De Voorzitter Ik wist niet, dat dit de gewoonte is. De Commissars komt nu bij my dejeuneeren. Van de schietvereeniging Generaal Joubert was een subsidie-aanvraag ingekomen voor haar schietoefenin gen tot verhooging -van 's lands weer- baarheid. Dit werd gesteld in handen van B. en W. om advies. De. heer Tideman Ik hoop, dat B. en W. de zaak goed zullen onderzoe ker. Bloemendaal's Commando ont vangt van de gemeente een subsidie, omdat zij werkelijk schietoefeningen houdt. Als deze vereeniging nu maar ra'-L flobert-patroontjes schiet, ben ik er niet voor om een subsidie te ge ven, wijl 't dan een vereeniging voor vermaak is. DieVoorzitter zei zoo'n onderzoek toe. j Voor eenigen tijd stelde de Gezond heidscommissie voor, de woning van dei. boschwachter in 't Schapendute onbewoonbaar te verklaren. 13. en W. vroegen liet advies van den gemeente architect, diie in tegenstelling met de deskundigen der Gezondheids commissie meende, dat de woning wel verbeterd kon worden. Deze tegenstrijdigheid deed B. en W. besluiten, een rapport van oen onpartijdig deskundige te vragen, en stelden als zoodanig den heer Ma- chielse, hoofd-opzichter bij liet Bouw en Woningtoezicht te Haarlem, aan. Deze heeft thans zijn rapport inge zonden en komt daarin tot de conclu sie, dat de woning niet meer te ver beteren is. B. en W. stelden nu voor de wo ning onbewoonbaar te verklaren. De heer Tideman had tegen dit voorstel geen bezwaar, alleen vond hij liet niet goed, dat B. en W. dezen deskundige hebben aangesteld, zon der daartoe door den Raad gemach tigd te zijn. Is het college van B. en W. voornemens, bij elk advies dei- Gezondheidscommissie tot onbewoon baarverklaring het advies van zoo'n deskundige te vragen Dit zal wat duur worden, omdat er wel eens veel voorstellen tot onbewoonbaarheid va«i de Gezondheidscommissie kun nen komen. Als men te Vogelenzang gaat werken, mogen er wel honderd woningen afgekeurd worden. De heer De Waal Malefijt wilde een systeem invoeren. Als de Gezond-' heidscommissie een. voorstel doet tot onbewoonbaarverklaring, moet de ge meente-architect advies uitbrengen. Luidt dit advies eensluidend, dan is de zaak in orde en wordt geen ver der onderzoek gedaan. Is dit advies echter anders, dan moet een derde de beslissing geven. Dit vond de neer Tideman rationeel. Niet geheel in den haak is echter, dat B. en W. in dit geval gelden uitge geven hebben zonder machtiging van den Raad. De Voorzitter Is 't dan uw bedoe ling, dat wij die gelden uit onze privé portemonnaiie betalen O, zooveel zal 't niet zijn. De heer Tideman Neen, volstrekt niet Het gaat hier niet om het geld, maar om het recht, en met het recht moeten we in de toekomst rekening houden. De Raad zal zeker een sup- pletoire rekening, waarop die nu ge maakte kosten staan, goedkeuren. Het slot der discussie was, dat het voorstel tot onbewoonbaarverklaring werd aangenomen. De Bloemendaalsche Bond voor Li chamelijke Ontwikkeling verzocht dim vijver van Duin en Daal te mogen huren. B. en W. adviseerden goed gunstig, onder bepaling, dat de ver eeniging alleen in tijd van ijs recht heie-fi op 't gebruik van den vijver. De heer Bispinck kon niet met het voorstel meegaan, omdat de vijver dan alleen toegankelijk zal zijn voor leden van den Bond. Andere leden voelden dit bezwaar niet, wijl het lidmaatschap van den Bond slechts een kwartje bedraagt. De heer Koolhoven Ik ben er voor al voor, omdat de -"ijver anders maar verwaarloosd en voor 3/4 door Haar lemmers gebruikt wordt. Da heer Tideman Ik heb gehóördi, dat Haarlem het voornemen heeft de Bloemendaalsche kinderen op zijn scholen slechts toe te laten tegen hoog schoolgeld. Als we nu de Haar lemsche kinderen op deze ijsbaan we ren. is dit.... een soort wraakne ming (gelach). Na dit grapje stelde de heer Tide man voor, om de voorwaarden te re gelen, maar, op voorstel van den heer Bispinck, werd besloten, aan den Bond eerst eenreglement te vragen, om de voorwaarden voor het lidmaat schap te weten. Ds zaak komt dus later weer ter sprake. To* onderwijzer aan de openbare lagere school te Overveen werd met algemeene stemmen de heer J. C. de Vries benoemd. In de vorige vergade ring was deze benoeming aangehou den, omdat het niet recht duidelijk was, of deze heer (eerste van de voor- dracht) in het bezit der hoofdacts is. De Raad besloot met algemeene stemmen, om B. en W. een crediet van f 5000 te verleenen voor een ver beterden aanleg^van 't Koninginne- duin. Om stuiven cn geregelde ver laging te voorkomen, is het noodig de hellingen te neschutten, hetzij door basaltsteenen of door veld keien. Het duin wordt bovendien verhoogd door twee plateaux van tien meter hoogte, en op advies van de Heide- Maatschappij beplant. 't Zal zoo aldus lichtten de Voor zitter en de heer De Waal Malefijt toe een mooi stukje natuur wor den l Door de vereeniging Bloemendaal's Bloei is aan de gemeente een oriën- teertafel aangeboden, die op een der plateaux geplaatst zal worden. Op deze tafel wordt aangegeven, welke tor eins en dorpen men aan eiken kant kan zien. Welke soort steen ba salt of veldkeien voor de bedek king gekozen zal worden, zal de Raad later beslissen, na ter plaatse te zijn voorgelicht. De reeds vroeger besproken veror dening tot regeling van het verkeer op den Koumginaieduinweg, werd vastgesteld. Door den heer Koolhoven werd voorgesteld, om den bewoners liet recht te geven den weg per fiets te be rijden, omdat het in de practijk ge bleken is, dat alleen onbekenden op de wegen ongelukken maken. Dit voorstel werd echter niet aan genomen, daar alleen de heer Boreel er iets voor gevoelde. Voor de gronden aan de Klève'rlaan en de Korte Kleverlaan werd een plan van bebouwing vastgesteld. Dit punt lokte een discussie uit tusschen den heer Tideman en den Voorzitter. De heer Tideman wees er op, dat verschillende personen groote stuk ken grond moeten afstaan voor we gen, ook al is liet maximum der Wo ningwet nog wel niet bereikt. De ge meente heeft met de wetten in de hand het recht, om die gronden met bouwverbod te belasten en te ont eigenen, zonder de eigenaars schade loos te stellen. Dit kan toch evenwel niet da bedoeling van de gemeente zijn, daar de billijkheid eischt, dat den éigenaars door do gemeente een vergoeding wordt gegeven. De Voorzitter zei, dat dit ook in de bedoialirig van B. en W. ligt, en de heer Bispinck meende, namens de andere raadsleden te spreken, door ta zeggen, dat in de toekomst deze gedragslijn zeker gevolgd zal wor den. B. en W. stelden voor stappen te doen om de Boschlaan te onteigenen. We weten 't allen zoo zei de Voor zitter de toestand is zoo niet lan ger te bestendigen, de eigenares oefent daar een soort vrijbuiterij op kleine schaal uit. De heer Tideman protesteerde te gen deze voorstelling van de zaak. Onlangs besloot de Raad de Bosch- laan te verbeteren, maar nu wordt de gemeente daarin belemmerd dooi de eigenares de wed. Maas. Deze heeft evenwel volkomen het. recht. Zij kan met- stukken toonen, dat de laan haar eigendom is, en dat zij aan het publiek alleen het recht gegeven heeft om de laan als voetpad te gebruiken. Daarom stond de gemeente toe, dat in de laan eentge palen geplaatst, werden. Nu is niet de eigenares, maar het dagelijksch bestuur der gemeente als vrijbuiter opgetreden. Er is een veldwachter gekomen, en die heeft de palen gewoonweg uit den grond ge nomen en in het. pakhuis van den op zichter geborgen. Dat is vrijbuiterij I De beer De Waal Malefijt De we duwe Maas ging raar met dien paal om t Nu eens stond hij recht in den grond, dan weer schuin of tegen den muur, kortom bij avond was het passeeren erg gevaarlijk. Daarom is aan den veldwachter opdracht gege ven -de palen te verwijderen. De heer Koolhoven Ik heb die ge vaarlijke standen van de palen ook wel opgemerkt. De heer Tideman Toch is het col lege van B. en W. vorkeerd opgetre den. De wed. Maas is volkomen in haar recht. Laten B. en W. nog met deze eigenaresse over het overnemen van de laan onderhandelen. (Ap plaus). De Voorzitter kan de verkeerde houding van B. en W. niet inzien, maar verklaarde aan het verlangen van den heer Tideman te zullen vol doen. Hierna werd de openbare vergade ring gesloten, eD ging de Raad in comité. LOGICA. Frits, zei de de vader, toon hij* eindelijk begon in te zien, dat zijn, zoon niot studeerde en veel geld ver kwistte, Frits, wait heb je in bet laat ste kwartaal nu geteerd Logica, vader, gaf Frits teen ant woord. Ik kan bijvoorbeeld u bewij zen, dat u niet hier is. Zoo, zoo. Laat eens hoonen, Zie, vaderu moet óf irn Rome, óf ergens anders, zijn, niet waar' Zeer zeker. U is niet in Rome. Nooit geweest zelfs. Dan moet u ergens anders we zen, en als u ergens anders 'b. kan u •niet hier zijn. In plaats van to antwoorden, greep die onwetenschappelijke vader naar den wandelstok, die naast hem opta fel lag, on. liet dien etanige malen neerdalen op -den rug van zijn logi- schen zoon. Vaderriep Frits, waarom doet u diat u doet me pijn Onmogelijk, sprak de oude hoer. Je hebt zooevan mij bewezen, dat ik niet hier bon hoe kan ik je 'dan pijn dioen Ook Frits begreep nu, dat er aan zijn logica iets haperde. EEN UNICUM? ZijWat zou je nu eens gaarne voor je verjaardag hebben. Hij: Geef me liever het geld, dat je daarvoor wilt beschikbaar stellen? ZijMaar, Arthur, dat kwam ik jou juist vragen I DE PRULPOëET. Zeg, amice, ik zoek naar een ti tel voor mijn bundel gedichten. Noem ze maar „Stemmen uit do papiermand". VLUG KLAAR. Gommis-voyageur (die lang heeft moeten wachten e.er hij aan de beurt komt)Nu, d-Jft heeft tijd gekost om u te spreken te krijgen I KoopmanIk zal het weer goed maken. (Een deur openend). Mot de ze deur ben je onmiddellijk op straat. STEMMENDE LANDWEER MANNEN. Een eigenaardig geval deed zich, naar de Midd. Ct. weet te vertellen, dezer dagen te Zwolle voor. Bij eon aldaar gehouden stemming voor een lid van den Raad werden door het stembureau oen paar in uniform gekleede landweerplichtigecn van dé stembus geweerd. Deze perso nen, die om negen uur aan don trein moesten zijn, haddon geen tijd gehad zich nog even te gaan verkloeden. De betrokken personen hebben echter buiten het lokaal even een jas en pet van den concierge der school, waarin de stemming gehouden word, geleend en konden toen toch van hun stem recht gebruik maken. Zou het stembureau rechtens gelijk hebben? vraagt de schrijver, „Eerst zal dienen te worden uitge maakt of hier ook in strijd is gehan deld met de bestaande voorschriften der Kieswet en of deze militairen zich in 't openbaar mogen vertoonen in politiek. De groote vraag is dus of zulke landweermannen vallen onder de bepalingen van art. 5 der Kieswet. In elk geval mag die quaeslie wel eens goed bekeken worden en de vraag overwogen of het geen tijd wordt om mot het oog daarop die fraaie kieswet eens te herzien." APOTHEKERS-ADSISTENTEN. Door het hoofdbestuur van den AI- gemeenen Apothelcers-adsisten ten- Bond is een request aan den minister van Binnen!andsche Zaken gezonden om te verzoeken den grootcn toevoer van het aantal adsistenten, waarvan nu reeds ruim 3000 overcompleet zijn, eenigszins te stuiten, door het exa men voor adsistent-apotheker één maal in plaats van tweemaal per jaar te doen afnemen. BALDADIGHEID. Eenige jongens uit Tiel drukten aam liet station die sponning in van een vat met vitriool, bestemd voor de aizijnfabrielt. De uitspattende vloed- Naar het Eiigelsch, door A r t li u r W. M a rc h m o n t. 89) Den derden nacht echter besloot ztj partij te trekken van een kans, die haar gegeven werd, Merridew was den heelen dag afwezig geweest, en kwam dronken thuis de knecht, was naar de stad gezonden, en mevrouw Merridew ging zenuwachtig en onge steld naar bed als gevolg van een twist met haar zoon, na een slaap middel te hebben ingenomen. Midden in den nacht ging Olive haar beneden naar d« zitkamer van mevrouw Merridew, om haar parti culiere papieren door te zoeken. Zij wist waar zij ze bewaarde, en de sleutels, die zij gevonden had, maak ten het heel gemakkelijk. Zij vond niet veel belangrijks, dat haar zou kunnen helpen, terwijl een ontdekking haar teleurstelde en haar niet gelooven aan het huwelijk groo- ter schok gaf dan iets anders nog ge daan had. Het was een portret van haar va der als jongen man, en op den achter kant was geschreven „Aan mijn liefste Rachel,, die mijn vrouw zal worden met in nige liefde. - GREGORY PARMENTER." Zij trilde over al haar,leden, teven zij naar die woorden keek. „Die mijn vrouw zal worden". Het was als een doodvonnis van al haar hopen. Terwijl zij een zware zucht onder drukte, legde zij het portret neer en ging voort liet pakje te onderzoeken, waaruit zij het genomen had. Er za.t ook nog een portret in van een on deren man van denzelfden leeftijd ongeveer. In den boek stonden de initialen ,,G. P." Zeker was het een souvenir aan een of ander avontuur van mevrouw Merridew mam' het beteekende voor Olive niets, omdat er verder geen enkele aanteekening bij was. Die ontdekking van liet portret van haar vader met zoo'n opdracht had. zóóveel indruk op haar gemaakt, dat zij onwillekeurig nog eens keek naar not papter, waarin het gevouwen was. Het was niets dan een stuk van een courant, maar zij zag den naam ..Purvis" er op'staan en toen werd haar belangstelling weer opgewekt. Het was het verslag van de terecht zitting van George Purvis, beschul digd van valschheid in geschrifte, en terwijl zij liet las, herinnerde zij zich, dat Purvis de naam was van de klerk, die volgens mijnheer Ringrose de oorzaak was van de ellende van haar vader. De initialen waren de zelfde als die van het portret. Zij las het verslag. Hat was een leelijke zaak en het vonnis verschrikkelijk twintig jaar dwangarbeid Onder aan het stukje papier stond geschreven „Goddank Dat was met een vrouwenhand geschreven, en Olive herkende het als van mevrouw Merridew. Zij keek naar den datum van de conrant en zag, dat zij juist vijftien jaar oud was. Toen viel haar iets in. Zij had ergens gehoord of gelezen, dat gevangenen ontslagen worden a.ls zij drie kwart van hun straftijd heb ben doorgemaakt en als zij zich goed gedragen hebben, en in dat ge val zou deze man op liet punt staan, zijn vrijheid terug te krijgen. Nadat zij de papieren weer zoo ge legd had, als zij ze had gevonden, snelde zij naar haar eigen kamer te rug. om over de resultaten van deze ontdekking na te denken. Dat „Goddank aon het eind van het verslag was werkelijk welspre kend. Het beteekende, dat mevrouw Merridew reden bad, dien man to vreezen en dadelijk besloot Olive. dat deze man haar weer moest komen bezoeken. Hoe kon zij dat gedaan krijgen Zij dacht aan mijnheer Ca sement. Hij zou misschien te weten kunnen komen, in welke gevangenis Purvis zijn werk moest doen en wan neer hij zou worden losgelaten. Dan zou men middelen kunnen vinden om hem te berichten, waar hij bij zijne loslating mevrouw Merridew kon vinden. Zi.i schreef een langen brief aan den notaris, waarin zij alles uitlegde, hem vertelde wat zij wenschte, en er op aandrong, dat hii zijn uiterste best zou doen om het plan, dat bij haar was opgekomen, uit te voeren. Het overige van den nacht en den geheelen volgenden dag kon zij bijna over niets meer denken dan de nood lottige ontdekking, die zij gedaan had bij het doorzoeken van de pa pieren van mevrouw Merridew. Dat portret van haar vader achtervolgde haar en de woorden „Die mijn vrouw zal worden 1" klonken im haar ooien als onheilskreten, zoodat het haar de grootste moeite kostte, haar rol als Iorsch meisje te blijven door spelen. 's Middags zoricl juffrouw Cooper haar naar het dorp, om een bood schap te doen. Het was voor 't eerst, dat zij daar kwam, sinds zij haar fortuin had verloren; cn het terugzien van al die bekende gezichten en hui zen stemde haar in haar toch al ge drukte stemming des te weemoedi ger. Had zij alle moeilijkheden en ge varen onder de oogen gezien alleen om ten slotte toch te ontdekken, dat het huwelijk had plaats gehad en dat zij met recht onterfd was Was het mogelijk, dat haar dierbare vader, dien zij had vereerd en bemind als d3 verpersoonlijking van eer, haar moeder zoo kon hebben bedrogen Zij riep zich de hartelijke liefde en tee- derbelid in het geheugen terug, waar van zij in haar jeugd getuige was ge weest. En iedere handel'ng scheen in strijd met die nieuwe verdenking. Als dit vreeselijke waar was, dan moest die hartelijkheid meer door berouw dan door liefde geïnspireerd zijn. Neen, neen, duizend maal neen. Maar wat beteekenden dan die woor den „Die mijn vrouw zal worden" Zij kon tot geen besluit komen en de twijfel bezorgde Kaar een bijna on draaglijke angst. Zij herinnerde zich haar oude idéé dat hij een of ander geheim voor haar verborgen hield, ook te hunne gelukkige dagen op Silverbeech en hoe zij ook tegen dat gevoel streed, telkens kwam die herinnering terug en bedreigde haar met moedeloos heid.' Misschien was liet niets meer ge weest dan zijn tegenzin, om baar met het geheim van die oude dagen te Sheffield bekend te maken. En Olive kreeg weer wat meer moed, toen zij bedacht, dat mevrouw Merridew ge logen had, toen zïi haar vader van een misdaad beschuldigde. Maar het was niet meer dan een kruimpje hoop. En toen zij op haar terugkeer weer dicht bij het land goed kwam, was zij al begonnen zich voor te stellen, dat haar zoo met zorg in elkaar gezet plan zou mislukken. In dat geval zou zij het land verla^ ten. Dat zou het eenige zijn, wat haar overbleef. In deze gedachten verdiept, wandel de zij de laan door, toen zij iemand snel achter zich hoorde aankomen. Zij draaide zich om ln de verwach ting, dat het een van de andere dienstboden zou zijn Dawleigh waarschijnlijk, als hij terug was maar toen keek zij ontsteld op en hield haar adem in. Het was Jack l Een oogemblik, als 't u belieft, riep hij, voortsnellend. Er was geen ontsnappen mogelijk'. Zij dacht over vluchten maar daar was geen kwestie van. Ilij zou haar in een paar seconden hebben inge haald. Het eenige was hem gewoon af te wachten en te vertrouwen, dat hij haar in de schemering niet zou her kennen. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 5