NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. Z6a Jaargang, No. 7788 Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. DONDERDAG 12 NOVEMBER 1908 A HAARLEM S DAGBLAD ABONNEMENTEN PER DRIB MAANDEN, Voor Haarlem 1-28 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd Is (kom der gemeente).130 Franco per post door Nederland1.65 Afzonderlijke nummers 0.02 H Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem037H .de omstreken en franco per post 0.45 tJItgave der Vennootschap Lonrens Coster. Directeur J. tl. PEESEBOOM. ADVERTENTIËNi Van 1—5 regels 50 Cts.: Iedere regel meer 10 Cts. Bulten het Arrondissement Haarlem van 1—5 regels i—elke regel meer ƒ0.10 Reclames 30 Cent per regeL Bij Abonnement aanzienlijk rabat Advertentien van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts, per plaatsing! 50 Cts. voor 3 plaatsingen k contant Redactie es Administratie; Groote Houtstraat 55. Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724. Drukkerij: Zolder Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122. Tcrê de plaatsing van advertentiën en reclames vail buiten het Arrondissement Haarlem In dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA, Warmoesstraat 76—78, Amsterdam. Telephoon interc. 6229. DIT NUMMER BESTAAT UIT ZES BLADZIJDEN- EERSTE BLAD. AGENDA VRIJDAG 13 NOVEMBER. Schouwburg: Berliner Operette: Die Dollar-Prinzessin, 8 uur. Soc. Vereeniging: Concert Zang en Vriendschap, 8 uur. Weten en Werken: Algemeene Ver gadering, 8 1/2 uur. JONGENSSPELEN. Een van onze medewerkers schrijft: De kinderspelen zijn ten huidigeu dage onderwerpen, die in hooge mate belangstelling wekken en studie uit lokken van paedagogen en niet-paeda- gogen, van deskundigen en leeken. Er zijn daarvoor velerlei oorzaken, als physieke ontwikkeling, karaktervor ming, de weerbaarheid van ons volk, enz. Ten platten lande zal men zich met deze materie niet zóó veel be moeien als in onze steden, omdat bui ten alles medewerkt: de vrije natuur, de ruimte, terwijl het in onze steden echier aan alles ontbreekt, vooral aan terreinen, waarop de jeugd naar har telust en ongedwongen kan spelen. En Juist dit laatste geeft aanleiding tot de verregaande balddadigheden, die da gelijks voorvallen. Denkt nu niet, lezers, dat er vroeger geen balddadigheid bestond al was er wel ruimte in onze steden. We hebben de keuren en geboden van onze Haarlemsche regeering in den loop der tijden maar eens door te snuffelen om te zien hoeveel hoofdbre kens de lieve Haarlemsche Jeugd aan onze vroede vaderen heeft gekost. Voor den opmerkzamen lezer is er echter wel verschil in het kwaad der Jeugd van nu en oudtijds. Van het ge niepige, gemeene en verfoeielijke le zen we weinig, althans de autoriteiten waarschuwen er niet tegen. De straat schenderij bestond hoofdzakelijk in rumoer, steenen gooien, vechten, keientrekken met zuigers, dobbelen, bloemen plukken, nestjes uithalen enz. Zeker geen zaken om te verdedi gen, maar minder slecht dan wat we tegenwoordig veelal te aanschouwen krijgen. Het is daarom niet te ver wonderen, dat onze voorouders de kinderspelen aanmoedigden, vooral 't openluchtspel, al ontbrak het ook aan de noodige leiding. Heeft ons voorgeslacht nadeel ge had van het ontbreken van deze noo dige leiding? Waren ze er minder om dat de- kinderspelen niet reglementair en onder toezicht plaats vonden? Aan de hand der geschiedenis moeten we hierop volmondig ,,neen" antwoorden. Trouwens ieder kan verhalen van de volharding, lichamelijke gesteldheid n wilskracht der oude Hollanders. Ds. Heldring maakte reeds in 1840 deze opmerking, toen hij schreef, dat het kinderspel in weinige landen zoo ontwikkeld was als in het onze en hij schreef dit toe aan het spelen op stra ten en pleinen. Het openluchtspel dus, waut dit was gezond voor lichaam en geest, 't vormde het karakter en zet te longen en spieren kracht bij. Later kwam de Jan Salietijd. Het was niet netjes om de kinderen op straat te zenden. Natuurlijk alles ten nadeele voor de jeugd en voor het opkomend geslacht in zijn geheel. Laat ons enkele dier oud-vaderland- eche spelen bekend inaken. Het „op straat spelen' was oudtijds volstrekt niet ordinair. Het was een algemeene regel, een eeuwenoude ge woonte. Ter Gouw verhaalt dat de zo nen van prinsen en patriciërs het Jedeu. Toen Frederik Hendrik „bin- ne Leyden ter Schoole lach", speelde hij met de jongens op het Rapen burg. En de meesten kennen wel het verhaal, dat, toen zijn bal In het wa ter lag, hij een schuitje van den wal nam om er heen te roeien. Zeer te gen den zin der eigenares, die hem be loofde, dat zij hem „afklouwen sou als hij te lande quam"l Trouwens er zijn dergelijke voorbeelden te over, evenals bewijzen dat te midden van het openbare leven In de harten der aanstaande burgers al vroeg die wak kerheid en vaderlandscbe zin ontkiem den, die wij zoo bewonderen Ln het voorgeslacht. We willen hier eanige soorten spe len opnoemen. Of beter we nemen het woordenboek der Zamenleving ter hand (dit berust In onze Stadsbiblio theek) en zien dat er een kalender van kinderspelen bestond, zooals hoofdzakelijk nog, want enkele spelen keeren op gezette tijden terug. We lezen in genoemd werk: Half Januari: SLeedje- en schaatsen rijden, sneeuwballen. Half Februari: Duitje pletsen, kun- zeren. Half Maait: Soldaatje spelen, hoe pelen. Half April: Tollen, potje spelen, stuiteren. Begin Mei: Koekelemeien, meiboom, meikevers, molentje. Half Mei: Lederen bal kaatsen en ln 't hoedje. Half Juni: Knikkeren. Half Juli: Klappers. Half Augustus: Vliegers oplaten. Half September: Vogels op de kruk. Half October: Zweepklappen, touw tje springen, hoepelen. Half November: Kooten, Begin December: Pijl en boog. Half December: Kolf en bal, munt in 't potje. Men ziet er zijn vele spelen bij die niet meer bekend zijn, zelfs van naam. Voor hen die zich Intereaseeren voor de spelen der jeugd is het der moeite waard deze te onderzoeken. Oude lexi cons of woordenboeken zullen ln deze wel helpen. Niemand minder dan Erasmus heeft over jongensspelen geschreven en wie deze zeer geestige verhandelingen Ln bet Nederlandsch wil lezen, raadplege de Geidersche Volksalmanak van 1842. Alleen willen we er uit aanhalen dat in Erasmus tijd de Leerlingen der kostscholen zóó hongerig waren, dat ze reeds naar het avondeten verlang den, vóór dat zij het middagmaal ge ëindigd hadden. Gaan we de kinderspelen na, dan blijkt het dat de meeste spelen niet al leen wijd verspreid, maar ook zeer oud zijn. Van geslacht tot geslacht zijn ze overgeleverd, natuurlijk met wijzigingen en veranderingen van na men. Geliefkoosde spelen waren krijger tje, paardjespelen, schuilhoekje, haas- je-over, bok, bok, sta vastl de beer, de wolf, de kat en de muls, blindeman netje enz. enz., spelen zonder speel goed, in tegenstelling van hoepelen, knikkeren, tollen enz., doch die alle heilzaam werken tot ontwikkeling van het lichaam. Ook de keuze van het speelgoed is uit den aard der zaak van het hoogste belang en zelfs wijdden de Grieken en Romeinen hieraan reeds hun aan dacht. In de Heidensche oudheid had zelfs het speelgoed, als 't symbool der gelukkige kinderjaren, Iets heiligs, een gevoel dat onze voorouders van de Romeinen hebben overgeëerfd. Stierf een kind, dan plaatsten de Ou den zijn speelgoed in een mandje ln of op het graf; en men heeft ln hunne graven zeer veel antiek speelgoed ge vonden, waar nu de oudheidkundi gen... op hun beurt mee spelen. Waren knapen en meisjes de kin derjaren ontwassen, dan wierpen ze hun speelgoed niet weg, doch wijd den het plechtig aan een of andere godheid, dikwijls met een epigram er bij. Zoo plechtig handelt men nu wel met die kinderlijke zaken niet meer, maar toch nog bewaren velen het speelgoed hunner jeugd als een aan gename herinnering en beschouwen vele ouders van vroeg gestorven lie velingen het als een bezit, dat zij voor alle schatten der aarde niet zouden willen missen". Tot zoover onze medewerker, aan wiens stuk wij de eereplaats geven, omdat het onderwerp juist bijzonder actueel is. Een paar dagen geleden is hier immers een afdeeling opgericht van dan Bond voor Lichamelijke op voeding, die zeker wel het openlucht spel als een van de groote middelen tot bereiking van zijn doel bevorderen zal. Voor den meed, waarmee deze nieu we vereenlging is opgericht, heb Ik inderdaad allen eerbied. De stichters hadden alle reden om zwaartillend te zijn na de ervaring, dat nog maar zeer kort geleden een vereeniging d> hetzelfde beoogde, te gronde is ge gaan. Te gronde gegaan door gebrek aan medewerking van het gemeente bestuur. Onze medewerker vestigt er zeer te recht de aandacht op, dat in de ste den het spel op straat vroeger geduld kon worden, omdat daarvoor ruimte was. Tegenwoordig ls die ruimte er niet meer. Het intense verkeer in onze steden van voetgangers, maar vooral van wielrijders, auto's en trams maakt een onbelemmerd spel voor de kinderen op straat onmogelijk en voor ben zelf levensgevaarlijk. Wij mogen dat betreuren, maar dienen het feit te aanvaarden als een onafwijsbaar gevolg van de uitbreiding der steden en de snelheid der moderne vervoer middelen, Intusschen zijn we er niet van af met te erkennen, dat dus de overheid terecht het spelen op straat verbiedt. Zoodra de veranderde omstandighe den dit noodig maakten, hadden de gemeentebesturen de vraag w a t n u? niet alleen moeten stellen, maar ook oplossen. Tot mijn leedwezen is dat in Haarlem nog niet geMchied. Wel heeft de Raad Ingezien, dat nu het spelen op straat niet langer kon wor den geduld, zoowel de orde als de noodzakelijkheid van openluchtspel meebrachten dat er publieke speelter reinen werden beschikbaar gesteld, maar de manier waarop hij aan die behoefte heeft trachten te voldoen, is geweest bekrompen en beperkt. Het mocht vooral geen geld kosten. Hier en daar is een klein lapje grond, waarop hoogstens één voetbalclub spe len kon, beschikbaar gesteld, maar toen de terreinen van t voormalige Lakenkoopersgild vrij kwamen, heeft de Raad, om de waarde daarvan als bouwterrein, afgewezen een verzoek om dit voor openbare speelplaats te bestemmen. Dat zou anders een af doende maatregel zijn geweest. DèAr had klein en groot rustig naast elkaar kunnen spelen, ten voordeele van de orde op straat, tot het tegengaan van baldadigheid eu het bevorderen der openbare gezondheid. Treffend is het, dat diezelfde Raad wel te vinden was voor 't stichten van een nieuw mu seum, dat licht een half millioen zal kosten. Ik ben waarlijk geen tegen stander van dat plan, maar ik be treur het, dat hier de natuur zoo schromelijk wordt achtergesteld bij de kunst. B .en W. zijn inmiddels gestadig aan 't overwegen van wat er voor het openluchtspel kan worden gedaan. Het zal bij overwegen blijven wanneer men niet leert inzien, dat deze zaak een der eerste punten ls geworden van' gemeentezorg en daarom op fi nancieels overwegingen niet afstuiten mag. Laat ons hopen, dat de nieuw gestichte vereeniging gelukkiger dan haar voorgangster, dit ons gemeente bestuur duidelijk zal kunnen maken. Anders zouden wij, ziende wat onze medewerker hierboven over het open luchtspel ln vroeger dagen schrijft, dezen keer alle aanleiding vinden tot de verzuchting, dat het ln den ouden tijd beter ls geweest. J. C. P. Saitenlandsch Overzicht De Bestraffing van Keizer Wilhelm Gisteren schreven we reeds't Ls Dinsdag Ln Óen Rijkedag warm, heel warm, toegegaan 1 Alle partijen van dé conservatieven tot <ie sociaal democratenhebben tegen den Kei zer getoornd, in veie en heftige woor den. Zóó erg is 't geweest, dat men, als 't gebeurde in een ander land stel Portugal of Servië zeker een revolutie en uitroeping Tan de repu bliek zou verwachten... Alleen in Duitscbland denkt mem hier niet aan 1 In ons vorig O verzacht Leverden we reads ean critiek op do REDE VAN DEN RIJKSKANSELIER en konden 't niet verder brengen, dan te zeggen, dat die speech al een heel zwakke verdediging was. Nu ooir- ueeLendie met meer feitenmateriaal voor oogen blijven we bij dit von nis. Van Bülow heeft velen teleurge steld, en leverde een rede die zoo „slap" was, dat ze minstens... arnti- Bülowsch genoemd mag worden. Neon, dit was niet de gewone Vom Bülow, de man met 't scherpe woord, die den Rijksdag zoo lekkertjes om kan praten. Neen Maar... hoe kon men nu ook $en zaak, die verloren is, nog red den?... Ook Von Bülow kon het niet I... Helaas heeft hij 't getracht en daardoor de slechte zaak nóg slechter gemaaktHij begon met de schijnbaar handige verklaring, dat alles van t interview wel niet juist zal zijn weergegeven. Om dliie uitspraak te wettigen, moet meege deeld worden, wat onjuist is. En, als ar iets onjuist, ls, waarom heeft men dsn twee weken 't Duitsche volk geërgerd en geblameerd dtoor officieel te erkennen., dat de feiten juist wa pen Wie zwijgt stemt immers boe, en bovendien hebben de regeeringsbla- dan die juistheid erkend. Nu lijkt die tegenspraak erg ge zocht Dit komt nog sterker uit, als men de „Daily Telegraph" leest. Dit blad, het deed van Bülow's speech bespre kende, waarin deze zei de te betwijfe len of aJle bijzonderheden van het in terview wel juist waren weergege ven, zegtHet interview werd eerst gepubliceerd, nadat Iedere mogelijke stap was gedaan, om zekerheid te verkrijgen, dat das publicatie Ln over. eanstea riming was met den w e n s c h van den Duitschen Keizer en dat de ondier werpen in het inter view besproken, de meeningen waren van dien Keizer zelf. Von Bülow heeft ln zonderheéd ge sproken over het beruchte OORLOGSPLAN. Voor Holland Ls deze zaak wel het meest van belang, zoodat een uitvoe rige behandeling daarvan gewet tigd is. Het interview wat vooraf dooi den Keizer gelezen en goedgekeurd was zegt „In de zwarte week van De cember 1899, toen de rampen lin snaLLeu gang elkander opvolgden, ontving ik (Keizer Wilhelm) eeiu brief van Koningin Victoria, mijn geëerde grootmoeder, geschreven ln zorg en droefheid, die vele sporen droeg van de smarten, waaronder haar gemoed en haar gezondheid gebukt gingen. Ik zond dadelijk een hartelijk ant woord. „Neen, Ik deed meer. Ik ver zocht een van mijn officieren mij ean zoo nauwkeurig mogelijken opgaaf te verschaffen van 't aan bal der strijdenden ln Zuid-Afri ka aan beide zijden em van de po sitie dar tegenover elkander staande strijdmachten op dit oogenblik. „Met de cijfers voor mij, werk te ik een veldtochtplan uit. dat mij het beste leek In die bestaan de omstandigheden, en ik onder wierp dut aan het oordeel vian mijn generaleri" staf. Toen zond ik het plan naar Engeland en ook dit stuk bevindt zich onder de staatsstukken op het kasteel Windsor, ln afwachting van die cwipartijdJigie uitspraak der ge schiedenis. Een merkwaardige samenloop van amstandighediem heeft gewild, dat het plan, door mij opgemaakt, op vrijwel dezelf de grondslagen berustte, als dat, hetwelk lord iToberts heeft ge volgd, en door hem succesvod werd ten einde gebracht. „Was dat een daad van iemand die Engeland ziek wilde zien Laten de Engelschen rechtvaar dig zijn en oordeelen 1" En wat zei Von Bülow nu „Er is geen sprake geweest van het uitwerken van een veldtochts plan; er warden slecht3 eendge aca demische gedachten uitgesproken, diiie naar ik geloof, als „Aphoriamen" werden aangegeven „over die oor logvoering in het algemeen", etn die de Keizer in een brief aan mij en Koningin Victoria heeft uitgespro ken. Het waren theoretische beschou wingen zonder e enige practische be- teekeaais voor den loop der operaties en voor den uitslag van den oorlog. De chef van den general en staf, Von Molike, en zijn voorganger Von Schieffen, hebben beiden verklaard, dat de generale staf over dien Zuid- Atrikaanschen oorlog, evenals over eiken anderen grooten of kleiner, oorlog, die sedert jaren in de wereld plaats had, aan Z. M. heeft gerap porteerd. Zij hebben mij echter bed den verzekerd, dat de generale staf nooit ean veldtochtsplan of een der gelijke op den Zuid-Afrikaans cheai veldtocht betrekking hebbenden ar beid van den Keizer onderzocht of naar Engeland doorgezonden heeft Ia er grooter tegenstrijdigheid dankbaar Do Pilatus-vraag klinkt ook bier Wat ia waarheid Wij kunnen niet anders dan twee mogelijkheden veronderstellen Ofolies is gebeurd zooals de Kei zer 1 ln zijn interview heeft weerge geven, en dan heeft Von Bülow den Rijksdag wat voorgejokt.... Ofalles is gebeurd zooale Von Bü low h heeft verteld, maar dan heeft de Keizer tegen den Engelschman braaf opgesneden.... In beide gevallen Is de daad na tuurlijk sterk af te keuren. Oók ai waren het slechts academische stu diën, in elk geval een oorlogs plan tegen de eerst geprezen Boeren. Zoo ls 't geheele antwoord van Von Bülow. Maar met dit al heeft hij niet kun nen bewerken, dat de Rijksdagledecn van gedachten veranderd zijn de>- zen toornen nog even sterk tegen het persoonlijke regeeringsstelsel van den Keizer. Dit ls Woensdag duidelijk gebleken toen er weer Rijksdagzitting was, en de debatten over de interpellaties ge houden werden. De eer site spreker, de anti-semiet Zimmerman, beg-on al dadelijk met grof geschut te werken. Hij zeidat ds Jongste aanhoudende aardbevin gen in Middel-DuLtscbland daaraan toe te schrijven, waren, dat de oude Bismarck zich over het huidige politieke huishouden, van ontzetting in zijn graf had omgekeerd. De Kei zer aldua die spreker heeft alle voeling met het Duitsche volk verlo ren hij luistert alleen naar hoof- schie eunuchen en kenschetsend is vt, dat zelfs ln het oogeinbLik, waarop ln het volk en ln den Rijsdag zulk een opgewonden stemming jegens hem heerscht, hij zich op jacht en andere hioofscbe feesten buiten bevindt. Ook die vrijzinnige afgevaardigde Schrader een man, die bij wijlen Keizer ecu Keizerin Friedrich In hoo ge gunst stond, dus een goed monar chist hield zijn ergernis over 's Keizers lust tot reizen niet in, waar hij o. a. zeide Wij wenschten. dat- de Keizer deze dagen in Berlijn was zijn bezichtiging van den luchtbod vun Zeppeim was van minder belang dan zijn. tegenwoordigheid ln Berlijn om zich door dm Rijkskan&elfLer on middellijk over de beraadslagingen in het parlement te kunnen Laten voorlichten. Wait in dm laatsfen tijd geschiedde, Ls wel ia waar slechts een nieuwe schakel in een oude ket ting, maar dos niettegenstaande was het toch het gekste van wat tot dus ver voorviel (mm riep zeer juist 1 zeer waar I) Er werden van verschil lende zijden luide uitroepen ge hoord, terwijl de voorzitter zich van zijn zetel verhief, om tot de orde te vermanen m von Bülow wat zenuw- S schoof. Ook Konrad Haussmanm van de Zutddültsche Volkspartij zeide het scherp, dat die rijkskanselier sprak van moeilijke dagen, die wij dborle- van. Waren het ook moeilijke dagen voor den Keizer Het was meer ln dm haak ge weest als de Keizer ln deze dagen zich in het middelpunt der rege ringszaken ophield en als von BüLow voor den Rijksdag uit naam desKed- zers de bepaalde verklaring afgelegd had, dat in de toekomst zulke dingen als geschied zijn, niet weder zouden voorkomen (stormachtige bijvalsbe tuiging. (Groote beweging). De sociaal-democraat Haine met de hoofdwerking van de huidige voor vallen en van de Rij ksdagdebatten niet op den Keizer neerkomen, maar op het volk. De so ci aal-democratie ondervindt er heelemaal geen nadeel of vreugde van, maar alleen smaakt zij de voldoening, dat zij niet meer alleen staat in den strijd tegen het persoonlijke stelsel. Als hekkeshiiter der sprekers ont popte zich geheel onverwacht de mat cüe vervanging van den zieken minis ter von Schön belaste gezant te Boe karest von K itLetr 1 en- W achterHij poogde in opdracht van von Bülow, die zelf niet meer 't woord nam, de verdediging van het departement van ouitmlandsche zaken als een model geleide instelling te leveren. Daar mede prikkelde von Kidarleu echter het reeds niet in al te besten luim zijnde Huis slechts tot een Ironisch gelach, dat nog sterker werd, toen hij de Duitsche diplomatie een loflied wilde toezingen. Kiderlm's optreden was zoozeer een mislukking, dat hij rijn recie maar gauw eindigde... Ufscnoon van verschillende bonken geroepen werd, dat von Bülow nog una het woord moest voeren, pakte ue rijkskanselier zwijgend, zijnbrie- venitasch en ging heen. Hij hoorde nog bij bet weggaan, dut het anti semitische voorstel om naar aanlei ding cLer gebeurtenissen tot den Kei zer een adres te richten door da ineeidarhedd werd varworpen. Voor liet adres stemden de anti-semieten, de vrijzinnigen, die Polen en de socia list en. Daarmede eindigde de parlemen taire medede3lingen over de particu liere politiek van den Keizer... 't Resultaat der besprekingen? Ie. een afstraffing van den Keia 2e. e>an verzwakking van de posit id van den rijkskanselier. 3e. een propaganda voor de repu bliek. En ten slotte blijft de hoop over, dat <ie Keizer zich zal houden aart zijn belofte tegenover Von Bülow af gelegd dat hij ook in gesprekken wat meer terughoudendheid zal betrach ten.... Na t gebeurde wel een heel schra le troost De Crisis ln den Balkan. Nog altijdde vrede blijft gehand* haafd. Of 't oorlogsgevaar voor goed ge weken is, volt nog te betwijfelen, hoewel de kans daarvoor steeds groo ter wordt. Belangrijk is de HOUDING VAN SERVIë. In de Oostenrijksche Kamer van afgevaardigden richtte Rakovskyeenl inteipellatie tot den minister-presi dent over de houding van Servië. Hiji vroeg of de minister-president ken nis draagt van de oorlogstoerustin gen van Servië en of hij hét niet nut tig oordeelt de Servische regeering ernstig onder het oog te brengen, dat als zii haar oorlogstoerustingen niet staakt. Hongarije zich genoodzaakt zou zien krachtige maatregelen te nemen. Wekerle antwoordde, dat hij hoop te, dat de incorrecte en dreigende houding van Servië plaats zou ma- kan voor ean wijzere beoordeeling van den toestand en dat Hongarije niet genoodzaakt zou zijn geweld ta gebruiken tegen dat land en het uit te noodigen kalm te blijven. Wij ge- looven aldus de minister-president niet alleen te kunnen rekenen op onze bondgenooten maar ook op den steun van alle mogendheden. Wat do oischen van Servië betreft, deze wer den niet geformuleerd en Ik ken ia niet. Aangaande de vraag of Oosten. rijk-Hangiarije te zijnen lasite een deel van de Tuirksche openbare schuld zal nemen, deelde de m Luister-president medei, dat de toestand van Turkije aanmerkelijk verlicht weid dioor het feu/t der bezetting, terwijl de monar chie zich opofferingen getroostte. De correspondent van don „Matia" te Belgrado handhaaft, ondanks de ambtelijke Oostenrijksche. tegen, spraak, zijn bericht, dat een bende van Bosnische Serviërs te Konitza een kazerne door middel van dyna miet in de lucht heeft laten vliegen. De onderhandelingen over de con ferentie, alsook over een oplossing der twistende landen onderling, du ren voort. Voor heden zijn geen be paalde feiten te vermelden. NOG EEN KEIZER-TELEGRAM. Do Petersburgsche „Nowaja Rusz'1 vertelt Id een interessant artikeltje, hoe de Harnburgsche firma B=1 oh ro und Vo&z, die ettelijke maanden ga- leden een bostel Ling kreeg voor den bouw van vier Russische pantser- schepen zich op het laatste oogenblik dat reusachtige fortuintje door tua- sc bonheide komen van Franse he zij de zag ontglippen. De firma te Hamburg zou namelijk onmiddellijk na de bestelling een fe licitatie-telegram van Keizer Wil helm hebben ontvangen, waarop zich onverwijld een intrige ontspon. De Fransche gezant te Petersburg, admi raal Touchard, zoo bericht de „Nowaja Rusz", begreep dadelijk het gewicht van het oogenblik en ontving op zijn aanvraag nauwkeurige in structies uit Parijs, volgens welke hij de bestelling dér slagschepen tot Lediëran. prijs aan Frankrijk moest verzekeren. Dientengevolge greep ad, uiiraal Touchard isn, ofschoon eu- geen diplomatieke aangelegenheid voor handen was. Men gaf Rusland na breedvoerige conferenties met de Parijsche bonk en handeiswareid te verstaan, dafc Frankrijk de aanstaande, zeer aan zienlijke Russische leening onder geen enkele voorwaarde zou realisea- ren, als het Fransche geld weer in handen van Duitaoba fabrikanten zou vloeien. Op die manier had de firma Blohm und Vooz op 't Laatste nippertje haar nederlaag te danken in die eerste plaats aan het voorbarige keizer-tele- grarn, en vervolgens aan het ener gieke optreden van den Franschen gezant Touchard. Aan. de Harnburg sche firma werd medegedeeld, dat zij da bestelling niet kreeg, maar dat haar do uitgaven voor het ontwerpen der plannen zouden worden vergoed. ZOELOE-OPSTAND. Het Zoeloe-opperhoofd Kate I Jana ls in verband met den laatsten op stand, schuldig bevonden aan hoog verraad en deewege veroordeeld tot 7 Jaar dwangarbeid.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 1