HAARLEM S DAGBLAD.
TWEEDE BLAD.
OM ONS HEEN
Stadsnieuws
HET TOONEEL
Van 't Kantongerecht
Rubriek voor Vragen.
Onze Lachhoek.
Uit de Omstreken
Binnenland
FEUILLETON
De Roode Pimpernel
DONDERDAG 19 NOVEMBER 1908
No. 837.
Nabetrachting van den
Gemeenteraad.
Zoodra een gemeenteraad over eon
aangelegenheid van kunst moet be
slissen en daartoe deskundige voor
lichting inroept, doot zich vanzelf een
eigenaardige moeilijkheid op. De des
kundigen houden alleen liet oog ge
vestigd op de eischen van de kunst
en bekommeren zich niet ooi de kos
ten. Hot antwoord, dat Jhr. van de
Poll Maandag gaf op de vraag, of het
kabinetsysteem niet grootere kosten
van bewaking zou teweeg brengen
„het is wel mogelijk, maar daarmee
heeft de commissie zich niet bezig
gehouden", is dan ook volkomen ver
klaarbaar.
De gemeenteraad evenwel, die als
uoodanig geen verstand van kunst
heeft, voor wie zelfs de terminologie
der kunst onbekend Is, verdiept zich
uit den aard van de zaak zoogoed als
geheel in de onderdeelen, die hij be-
oordeelen kan en die betrekking heb
ben op de kosten.
Zal dus als vanzelf een beraadsla
ging van de museumcommissie bij
uitstek idealistisch wezen, de gedach
ten wisseling van den Raad kan niet
anders, dan 111 hoofdzaak practisch
zijn. Do voorzitter constateerde mot
een zucht, dat de debatten laag bij
den grond waren geweest, maar hoe
was dat anders te verwachten En
ik zou er wel bij willen voegen hoe
zou men dat anders wenschen
Het is nu eenmaal zoo, dat ieder ln
de wereld zijn eigen taak heeft te ver
vullen. Die van de commissie is, ar
naar te streven, dat het nieuwe mu
seum aan hooge, ja aan de hoogste
eischen voldoet, die van den Raad om
ha te gaan, i'n hoever de gemeente-
fin ancien in staat zijn, die eischen te
verwezenlijken. Beide colleges vullen
hier elkaar aan Evenmin als het
raadzaam zou zijn, do deskundigen
zander comtróie hun gang te Laten
gaan, evenmin zou het goed zijn,
wanneer de Raad alléén besliste over
flo nieuwe huisvesting van onze schil
derijen.
Voor de klacht van onzen burge
meester was dus m. i. geen reden. Nu
in de Raadsvergadering gebleken is,
dat tegen het voorstel van B. en W.
zóóveel bezwaren werden geopperd,
dat het College zelf besloot met een
nader voorstel te komen, is de taaie
van liet dagelijksch bestuur duidelijk
aangewezen: namelijk om als trait
"d'u n i 0 n, als verbindingslijn te furu
geeren tusschen poëzie en proza, tus-
Bchen kunst en geld, zoodat er een
plan ontsta, dat tegelijkertijd do
goedkeuring van de kunstenaars en
de instemming va;n den geldgever kan
verweiven. Een samenwerking trou
wens, die elkea dag voorkomt en
waarbij geen der partijen iets van
haar rechten behoeft in tè boeten.
Wat van deze oppositie tegen het
plan van B. en W. de hoofdoorzaak
was, is in de bijeenkomst van Maan
dag al gebleken. Vooreerst zekere
wrevel, dat niet voldaan was aan 't
verzoek, om ook het z.g. plan-Rinke-
ma in beeld te brengen, een tactische
fout, die de positie van het College
zeer verzwakken moest, Ln de tweede
plaats de omstandigheid, dat terwijl
aanvankelijk gemeend was, dat de
schilderijen in het aangekochte wees
huis konden hangen, daarvan nu
geen sprake meer bleek te zijn en in
de derde plaats de onzekerheid over
de som, die het plan bij de emdreke-
ning zou blijken te kosten.
Voor dat laatste bestaat inderdaad
wel eenige reden. Toen de gebouwen
voor 120,000 waren aangekocht, heb
ben de meeste leden van den Raad
niet gedacht, dat er nog eon som van
ƒ210.000 zou worden gevraagd voor
da kosten van don. nieuwen bijbouw.
Feitelijk is er maar één, die dat voor
speld heeft, namelijk de heer Van de
Kamp, die in do vergadering van 24
Januari 1906 zeide ,,Ook zal er nog
meer geld noodig zijn, de een zegt:
reken op 3 ton, een ander zegt't
wordt wel 31/2 ton." Eïn het was de
heer Rinkema, die bij deze gelegen
heid die cijfers bestreed. „De heer
Van do Kamp zegt wel", zoo zei hij
toen, „dat de kosten een halve ton
hooger zullen zijn, maar men kan
evengoed zeggen, dat het een half
millioen duurder zal worden, als men
het maar op zijn tong wil nemen."
Zoo sprak hij toen. En nu? Men
behoeft hot Raadsverslag maar na te
lezen om te zien, hoe de voorstander
van 1906, die toen zelfs B. en W. be
dankte voor hun aandeel ln den ar
beid, in een tegenstander is veran
derd. Niet van den aankoop trou
wens, maar van het bouwplan. En
inderdaad, de stijgende kosten manen
tot voorzichtigheid aan. Nu reels
wordt er 80.000 meer gevraagd, dan
aanvankelijk het geval was, en nóg
heeft de directeur van openbare wer
ken er voor gewaarschuwd, dat ook de
hoogere becijfering nog maar een
globale was. De Raad weet wat dat
zeggen wildat er nog wel wat bij
zal komen. Hoeveel? Niemand wist
het te zeggen. En dat juist maakte
den Raad huiverig. Niet ten onrechte
herinnerde dé heer Modoo aan het
slachthuis, waarvan de voorberei
ding ook zoo lang heeft geduurd en
waarvan de kosten ten slotte tonnen
gouds hooger zijn geworden, dan
aanvankelijk was geraamd.
In den Raad zijn nu Woensdag
twee denkbeelden geopperd, die hou
vast gavendat van Mr. Spoor, om
een prijsvraag uit te schrijven en dat
van Mr. Tjeenk Willink, om de vraag
aldus te stellen wat kunnen we voor
ƒ240.000 krijgen? Over geen van bei
den is een besluit genomen, ze zijn
met het voorstel van B. en W. aan
gehouden en we zullen moeten af
wachten, in hoeverre B. en W. er van
gebruik zullen maken.
Wat van deze gedachtenwisseling
het groote nut is geweest, mag intus-
schen hier nog wel eens gezegd wor
den. Het is dit dat we nu een voor
stel kunnen verwachten, waarbij be
slister cijfers zullen worden genoemd,
waarbij voor g 1 b a 1 e berekenin
gen geen plaats meer wezen zal. Aan
de kunstwaarde van het nieuwe mu
seum behoeft dit niet te schaden. Al
leen zal de vraag zijn, of het Heilig
land het gebouw zal zien verrijzen,
dan wel of het ten slotte zal wonden
gebouwd op een open terrein, bijvoor
beeld op het Lakenkoopersveld of op
de gronden van het fonds-de Haas
aan den Wagenweg, waarvan ook al
sprake is geweest.
Onder het publiek heb ik een derde
mogelijkheid hooren opperen, name
lijk, dat er in t geheel geen nieuw
museum zou worden gebouwd, dat de
schilderijen dus zouden blijven, waar
ze zijn. Uit een artistiek oogpunt zou
daar tegen niets kunnen worden in.
gebrachtln de bijeenkomst van
Maandag toch is door een van de
deskundigen uitdrukkelijk verklaard,
dat de Halsan op het stadhuis uitste
kend tot hun recht komen. Maar de
practijk verjaagt ze van daar. De
kantoren op 't stadhuis hebben meer
ruimte noodig, er moet een nieuwe
Raadzaal worden gebouwd. Die derde
mogelijkheid dus bLijkt een onmoge
lijkheid te zijn.
Behalve dit punt leverde de agenda
weinig belangrijks op. De derde oplei
dingsschool voor jongens en meisjes
tot middelbaar en hooger onderwijs
werd goedgekeurd en het voorstel tot
het sluiten van verschillende straten,
geheel of van éen kant, voor auto's,
motorfietsen en rijwielen, werd aan
gehouden, toen verschillende leden
daartegen bezwaren hadden en o. a.
de heer Levert het verbod niet op
fietsen toegepast wou zien. Hij vond
wielrijders minder, bezwaarlijk voor
't verkeer, dan handwagens.
't Hangt er maar van af, welko
wielrijders hij bedoelt. De heer Le
vert en andere bedaarde menschem
zijn op een fiets even ongevaarlijk,
als op hun voeten, maar woestelin
gen zijn er ook, het verbod is uit den
aard van de zaak tegen hen gericht.
Uit de discussie bleek, dat de com
missaris van politie een groote reeks
van straten had opgegeven, die voor
deze maatregelen in aanmerking ko
men. Wat B. en W. den Raad aanbo
den, was derhalve niet meer dan een
bloemlezing. En wel een, zooals el
ders in dit blad is betoogd, van ver
dorde bloemen. In den herfst is welis
waar een frisscher tuiltjo kwalijk te
verwachten.
J. C. P.
„ZENUWACHTIGE VROUWEN",
DOOR HET GEZELSCHAP
VAN ROIJAARDS.
De boog kan niet altijd gespannen
zijn, heeft Roijaards zeker gedacht.
En terecht. Op de wijze, waarop
Roijaards en de spelers instudeeren,
waarbij zij zich heelemaal geven, kan
't niet anders, of op een tijd van groo
te inspanning moet een tijd van ver
moeidheid volgen. En geen wonder,
dat die er nu misschien al is. Bijna
avond aan avond hebben zij „Adam
im Ballingschap" of Mevrouw War
ren's Bedrijf gegeven, en eenige nieu
we stukken (0. a. Balzac's „Merca
det") zijn door hem in studie geno
men. Zij hebben dan ook schoon ge
lijk, dat zij er tusschen door eens
„Zenuwachtige Vrouwen" op het ré
pertoire hébben gezet. Niet alleen,
dat het hun eemige ontspanning geeft,
maai- voor het publiek is het mis
schien ook wel goed, dat anders licht
den indruk zou kunnen krijgen, dat
't het gezelschap van Roijaards al
leen maar kan zien, wanneer 't zich
bij „moealiike" stukken moet inspan
nen.
En zulk een stuk is „Zenuwachtige
Vrouwen" niet.
W'ïlen Willem van Zuylen heefter
als Chapeloux, de komieke koekebak-
ker, die door de schuld van allerlei
zenuwachtige vrouwen in de meest
potsierlijke moeilijkheden en verwik
kelingen komt, jaren lang vaste
triomfen in beleefd. Zijn grime als de
buigende, knippende, beleefde, slap
pe, in liefdesavontuurtjes verwikkel
de confiseur, was uitnemendhij
sprong, trappelde en lispelde in een
mal pakje als een echte modegek en
hij maakte lederen avond zelf iets
bij zijn rol, totdat hij er eindelijk een
clownerie van had gemaakt.
Roijaards, die zelf niet meespeelde,
om eens wat rust te hebben, had de
rol van Chapeloux aan Rienk Brou
wer gegeven, die, 't dient gezegd te
worden, ook een aardig typetje van
de© koekebakker had gemaakt. Hij
smaakte dan ook veel pleizier van
ziin spel, dat niet zoo overdreven en
clownerig was ais da.t van Van Zuy-
len hii hield het publiek gedurende
het geheele tweede en derde bedrijf
Ln een goedlachsche stemming, en
droeg veel tot het succes van den
avond bij. Maar niet minder aardig
was mevrouw Kerckhoven als de mo
diste, half-weduwe Sidonïe, die tel
kens van hoed verandert, en zelfs
zóó'n bom op had, dat zij werkelijk
de deur niet in kon. Haar tooneeltjes
met Chapeloux waren soms kostelijk
en dedeai de menschen huilen van 't
lachen.
De heer Van Kerckhoven en mevr.
Anna Sablaïrolles vormden een leuk,
kibbelend ouderpaar, Bertus Smith
was een beschaafde echtgenoot, die
de dupe wordt van de malle zenuw
achtigheid van zijn vrouw, als hoe
danig mej. Pb. Beider speelde.
Het stuk liep vlug van stapel, en er
zat gang en vroolijkheid inmen
amuseerde zich dan ook best.
We zün zoo gelukkig met een goed,
een buitengewoon goed nieuws te
kunnen eindigen, dat den liefhebbers
en fijnproevers van iets bijzonders en
moois aangenaam in de ooren zal
klinken. En dat is, dat Roijaards hier
Zondagmiddag met „Adam in Bal
lingschap" komt. Of liever tóch komt.
Want reeds vroeger had hij willen
komen, ware 't niet, dat technische
moeilijkheden zich tegen zijn optre
den alhief hadden verzet. Deze zijn
nu overwonnen en met opoffering
van veel kosten komt hij nu op aan
dringen van verscheidene kunstlief
hebbers hier en geeft hii den Zondag
middag aan Haarlem, daar hij geen
enkelen avond meer vrij heeft.
In Rotterdam is de „Adam" al voor
de negende maal voor een uitver
kocht huls gegaan.
FRANS NETSCHER.
ELECTR. SPOORWEG-MAAT-
SCHAPPIJ.
Gedurende de maand Oct. 1908 be
droeg het aantal vervoerde passagiers
op de verschillende lijnen:
AmsterdamHaarlem—Zandvoort
136.122.
Ceintuurbaan te Haarlem 103.850.
Haarlem-Bloemendaal 35.840.
Totaal 275.812.
De ontvangsten per dagkilometer
bedroegen:
Lijn Amsterdam—HaarlemZand
voort 83.85 1/2.
Ceintuurbaan te Haarlem 29.41.
Lijn Haarlem-Bloemendaal 39.94^.
Het R. K. Parochiaal Arm
bestuur van Haarlem deelt ons me
de dat de opbrengst der Woensdag ge
houden Turfcollecte bedraagt de som
van 700.09
Voor het lighalfonds,
Een dankbare week was de week
van 8—14 November j.l. voor het lig
halfonds. Ingekomen zijn de volgende
giften: Collecte concert Harmonie H.
IJ.S M. 30.49 1/2, Volksconcert Hrl.
Zanggenot 11.49, postwissel ten be
hoeve van het lighalfonds van mevr.
F. G. S. 0.50, uit de kas v. d. Alg.
Ned. Typ. Bond, afd Haarlem, 10,
van mej. Hoekstra, hoofd van de
school, Ged. Oudegracht 129rood, uit
naam der kinderen uit het busje van
de naaischool 2, collecte 2de Séance
van den heer Joh. Steenman 50.214,
Zang en Vriendschap 40.904, de helft
van de gehouden collecte ln eene open
hare vergadering der Geref. Jong. ver
oen lging „Nathanaël", waar ds. Wis
se van Driebergen als spreker optrad,
12.59 en een postwissel van 10, af
zender ds. Johs. Wijs, Santpoort, voor
de lighal van zijne 2 dienstboden en
andere belangstellenden.
Oprechten dank brengt het 4ighal-
fondsbestuur aan allen, die zoo dege
lijk en welwillend medewerken aan
de redding van den nijpenden toe
stand van het lighalfonds, dat reeds
aan vele gezinnen zijn zegenenden
steun verleende.
UITSPRAKEN:
Heden werden de navolgende uit
spraken gedaan:
A. A. A. en T. E. v. S., te Velsen,
overtreding jachtwet, 6 boete of 4
dagen hechtenis en vrijgesproken.
J. B. en D. V., te Haarlem, overtre
ding Drankwet, 6 boete of 6 dagen
hechtenis en 5 boete of 3 dagen hech
tenis.
P. G. K., te Haarlem, overtreding
Wapenwet, 3 boete of 2 dagen hech
tenis.
P. H. te Velsen en 4 anderen, over
treding Arbeidswet, 5 maal 2 boete
of 5 maal 2 dagen hechtenis, 5 boete
of 8 dagen hechtenis, 3 boete of 2
dagen hechtenis, 1 boete of 1 dag
hechtenis en 2 maal 1 boete of 2
maal 1 dag hechtenis.
P. II. H., te Haarlem, en L. D. B.,
te Bloemendaal, overtreding Woning
wet, 1 boete of 1 dag hechtenis en
5 boete of 2 dagen hechtenis.
A. de V., te Velseroord, overtreding
Leerplichtwet, 2 boete of 2 dagen
hechtenis.
W. D., te Schoten en P. S., te Vel
sen, overtreding spoorwet, 1 boete
of 1 dag hechtenis.
J. R., te IJmuiden en 12 anderen,
overtreding Wetboek van Strafrecht,
1 boete of 1 dag hechtenis, 2 boete
of 2 dagen hechtenis, 3 boete of 2
dagen hechtenis, 3 boete of 3 dagen
hechtenis en 5 boete of 3 dagen hech
tenis.
J. M., te Haarlem, overtreding A. P.
V., Haarlem, 1 boete of 1 dag hech
tenis.
J. A. K. en 2 anderen, overtreding
A. P. V. Velsen, vrijgesproken, 3
boete of 2 dagen hechtenis en 1 boe
te of 1 dag hechtenis.
D .de R., te Heemskerk, A. P. V.
Heemskerk, 1 boete of 1 dag hecht.
P .G., te Beverwijk, overtreding A.
P. V. Beverwijk, 1 boete of 1 d. h.
J. H. S. M, te 's-Hage. en J. B., te
Velsen, overtreding A. P. V. Zand
voort, 2 boete of 2 dagen hechtenis
en ƒ1 boete of 1 dag hechtenis.
J II. A. K., te Bloemendaal en 12 an
deren, overtreding M. en R. Regle
ment, 2 maal 10 boete of 2 maal 3
dagen hecht., 5 boete of 3 d. hechte
nis, 2 boete of 1 dag hechtenis, 2
maal 1 boete of 2 maal 1 dag hechte
nis, 2 boete of 2 dagen hechtenis, 1
boete of 1 dag hechtenis en 0.50 boe
te of 1 dag hechtenis.
Voorts werden er nog 26 personen
veroordeeld wegens openbare dron-
knschap tot 3 weken, 7 dagen en 3 da
gen hechtenis, 5 boete ef 3 dagen
hechtenis, 3 boete of 3 dagen hecht,
en 2 boete of 2 dagen hechtenis.
Geabonneerden hebben het voorrecht
vragen op verschillend gebied, mits voor
beantwoording vatbaar, in te zenden by de
Redactie van Haarlem's Dagblad. Groote
Houtstraat 63.
Allo antwoorden worden geheel kosteloos
gegeven en, voor zooveel mogelijk is, den
dag na de inzending.
VRAAG: Bij wien kan men inlich
tingen inwinnen omtrent de keuze
tusschen viermaander en reserve-ka
der en omtrent de eischen, die aan de
examens voor verkorten diensttijd 'ge
steld worden?
ANTWOORD: Ten bureele van den
commandeerenden officier van 't 10de
reg. inf. alhier, hoofdwacht, Groote
Markt, bijv. des morgens tusschen 10
en 12 uur.
VRAAG: Waar en hoe kan men een
officieele trekkingslijst bekomen van
de Weerbaarheidsloten en wat kost
die?
ANTWOORD: Wanneer u een lot
heeft, ziet men dat op elk effectenkan
toor voor een kleinigheid voor u na.
VRAAG: Als mén ln de maand Juni
een horloge wat accuraat loopt met
onze klokken gelijk zet, en verder ge
regeld laat loopen, zal men bemer
ken, dat het in half November onge
veer drie kwartier is-vóór geloopen
op onze klokken en in half Februari
weer drie kwartier achter. Volgens
den werkelijken zonnetijd is het na
tuurlijk steeds precies gelijk. De klok
ken moeten dus van Juni tot Novern
ber steeds achteruit gezet worden en
van November tot Februari zet de
overheid ze steeds voor. Wat kan de
oorzaak zijn van deze zonderlinge
tvjdsport.
ANTWOORD: Zeer duidelijk is uw
vraag niet gesteld. We veronderstel-
len, dat u met „onze" klokken de tijd-
wijzers van officieele gebouwen be-'j
doeld. Deze worden gelijk ons bij
onderzoek gebleken is steeds gelijk
gezet naar den zonnetijd, zoodat hier j
van een geregeld voor- of achteruit j
zetten geen sprake is. Zelf zegt ut dat
do zonnetijd altijd precies gelijk is
zoodat dan ook „onze" klokken be
houdens misschien eenige minuten
ten gevolge van minder secuur loopen
altijd den juisten tijd aangeven.
VRAAG. Wij zijn in de kerkelij
ke belasting aangeslagen voor 1.70;
maar daar de man wel gedoopt, maat
niet aangenomen 1s, en dus geen lid
maat va%- de kerk is, en de vrouw is
Katholiek, zijn wij nu toch verplicht
te betalen
ANTVV OORD. Verschillende pro
cedures, over die quaestie gevoerd,
zijn in verschillenden zin gewezen.
Volgens de kerkelijke reglementen
wordt u wèl gerekend tot de gemeen
te te behooren maar het staat u vrij,
j niet te betalen en eene vervolging af
i te wachten. Sterk aanraden kunnen
wij dat echter niet.
VRAAG. Ik verneem, dat ik in
het maandblad sta als wanbetalig
huurder, terwijl ik niets schuldig ben
en de -uitan,ties kan toonen. Heb ik
nu recht den huiseigenaar te vervol-
jgen
I AN IWOORD. Als u geen cent
schuldig zijt, dan moet die huiseige-
I' naar gek wezen, en is dan niet toe
rekenbaar. Denk daar nog eens over
dp vóór u een strafproces wegens
laster begint, en doe dat vooral niet
zonder een heel bekwaam advocaat
te raadplegen. Meer kunnen wij be
zwaarlijk er van zeggen, zonder de
zaak van twee kanten te hooren.
EEN PAREL IN DEN MOND.
Door allo kranten ging voor eenige
jaren een vraagstuk dat voor de Pa-
rijsche rechtbank werd behandeld. In
een boulevardrestaurant van den eer
sten rang had een heer oesters besteld
en vond in een daarvan een parel. Ilij
kon, jammer voor zich zelf, niet zwij
gen, maar hij was over zijn vondst
zoo luidruchtig, dat de hotelhouder
er bij te pas kwam en van zijn kant
aanspraak liet gelden op de parel.
Hij verklaarde: „Ik heb u wel de oes
ters maar niet de parel verkocht. De
zaak werd ten slotte zoo uitgelegd dat
beiden de helft van de parel kregen,
zoodat ieder eenige duizenden francs
ten deel viel.
Kort geleden kwam er weder een
fijn gekleede heer in een restaurant
en bestelde een dozijn oesters. Nauwe
lijks was hij begonnen te eten, toen
hij een luiden schreeuw gaf, zoodat
de bedienden kwamen aanloopen om
hem te vragen, wat hem scheelde.
De gast hield de hand voor den
rnond alsof hij veel pijn had en stotr
terde: „Au, ik heb op Iets hards ge
beten. Au, ik heb mij een tand stuk
gebeten het doet mij verschrikkelijk
zeer.
Meteen opende hij den mond ert
viel er in plaats van een tand een
groote parol in zijn hand.
De eigenaar der zaak, gedachtig
pan het bovengenoemde geval, tracht
te zijn cliënt gerust te stellen en stel
de hem voor hem de parel te laten.
Daarvan wilde de heer echter niets
weten. Hij had vreeselijke tandpijn en
de parel kwam hem dus toe als smar-
tegeld. Na langdurige onderhandelin
gen kwamen zij ten slotte overeen dat
de restaurateur de parel zou krijgen
voor een biljet van duizend francs.
De man was ten hoogste verblijd,
met zijn koop, snelde naar den dichtst
t>ij zijneten juwelier, om van dezen to
hooren... dat de parel een heel gewo
ne glasparel was en geen twintig
centimes waard. Zoo hard hij loopen
kon ijlde de arme man terug, maar
de heer was met zijn duizendfrancs-
biljet al verdwenen.
BLOEMENDAAL.
Men meldt ons uit Bloemendaal:
Door den Bloemendaalschen Bond
voor Lichamelijke Ontwikkeling is in
begin October een gratis-cursus in do
gymnastiek geopend, die door 25 jon
gens van Bloemendaal met buitenge
wone animo wordt gevolgd. Door den
gymnastiekleraar, den heer Meije»
rinlï van Haarlem, wordt Dinsdag- en
Donderdagavond van 7—8 uur in de
gymnastiekzaal van de Bloemendaal-
sche Schoolvereeniging les gegeven.
Dat die lessen het gewenschte resul
taat hebben, bleek den ouders van do
jongens, die door het Bestuur uitgc-
noodigd waren Dinsdag eens een les
te komen bijwonen.
De jongens, hoewel nog geen 2
maanden geoefend, bleken al aardige
vorderingen te hebben gemaakt. Aan
het eind van den cursus, in het vol
gend voorjaar, worden de ouders nog
eens uitgenoodigd, om dan de resul
taten van de gymnastieklessen te kun
nen zien. Voor het bestuur was het
een aardige voldoening van de ouders
te hooren, hoe die het op prijs stel
len, dat er wat gedaan wordt voor
hun jongen, die daardoor van do
straat wordt gehouden en waardoor
zijn lichamelijke ontwikkeling wordt
bevorderd.
TWEEDE KAMER.
Uit den Haag werd ons gisteren ge
seind:
De algemeene beschouwingen over
de Staatsbegrooting werden geopend
met een lange rede van den heer Bor-
gosius, die de regeering verwijt in
Maart een ander standpunt te hebben
Naar het Engelsch door
Barones Orczy.
Sstzei hij veelbefceckenend, en
Instinctmatig wierp hij weer eon
blik op do vreemdelingen.
O Maak u niet ongerust, dat Is
goed volk, Mylord, antwoordde Jelly-
band. Ik zou zoo niet gesproken hob-
ben, als ik niet wist, dat wij onder
vrienden waren. Die gentleman daar
is eeai even trouw en loyaal onder
daan van Koning George al3 uzelf.
Mylord. Ilij Is pas onlangs in Dover
aangekomen en is van plan hlea: in
den omtrek zaken te doen.
Zaken Nu, dan is hij zieker lijk
bezorger, want op mijn woord, ik
heb nooit in mijn leven zoo'n somber
gelaat meer gezien.
Noen, Mylord, ik geloof dat die
gentleman weduwnaar is. daarom
heeft hij ongetwijfeld zoo'n melancho
liek gezicht maar In elk geval is
hij een der onzen, daar sta ik voor
in en u zal moeten toestemmen,
Mylord, dat niemand beter ootrdeelen J
kan over iemands gelaat dan de her
bergier van een druk bezochte her
berg....
O, nu dan is 't goed, als wij
onder vrienden zijn, zei Lord Antony,
die er blijkbaar niet op gesteld was
met zijn gastheer in een twistge
sprek te treden over dat onderwerp.
Maar, wat ik zeggen wil, er logeeren
hier toch zeker geen andere gasten?
Geen enkele, Mylord, en er
komt ook geen een, ten minste....
Ten minste?
Geen enkele, waar u iets tegen
zou hebben, voor zoover ik weet.
Wie is het dan
Sir Percy Blakeney en mevrouw
zullen dadelijk komen, maar zij zijn
niet van plan te blijven logeeren
Lady Blakeney vroeg Lord An
tony, niet zonder schrik.
Juist, Mylord. De schipper van
Sir Percy was hier zooeven. Hij zegt
dat de broeder van Mylady vandaag"
naar Frankrijk gaat in de Day-
Draam, dat is hert jacht van Sir Per
cy, en Sir Peircy en mevrouw komen1
tot hier met hem mee om zoo lang
mogelijk van zijn gezelschap te ge
nieten. Dat zal 11 toch niet wegjagen,
niet waar, Mylord
Neen. neen, ik word err niet door
weggejaagd, beste vriend j niets zal
mij wegjagen, tenzij het souper niet
hot allerbeste Is. wat juffr. Sallly ko
ken kan, en dat ooit in „Visscber»-'
rust" ls opgediend.
Daar behoeft u niet bang voor te
zijn, Mylord, zei Sally, düe in diem
tijd bezig was de tafel voor het sou
per in orde te hrengen. En heel vroo-
lijk en uitnoodigend zag het er uit,
met. een grooten ruiker schitterende
dahlia's in het midden en de schitte
rende tinnen bekers en het blauw por-
Voor hoeveel personen zal ik
dekken, Mylord?
Voor vijf, Sally, maar reken-met
de hoeveelheid maar op minstens
tien onze vrienden zullen ver
moeid en, naar ik hoop. hongerig
zijn. Wat mijzelf betreft, ik zou op
dit oogenblilt wel vier biefstukken
kunnen gebruiken.
Daar zijn ze, geloof ik, zei Sally
opgewonden, en een verwijderd ge.
kletter van paardenhoeven en gerol
van wielen deed zich telkens duide
lijker hoonen.
Er was een algemeene opschudd/ing
in da gelagkamer. Iedereen was
nieuwsgierig om de elegante vrien
den van Lord Antony van over het
Kanaal te zien.
Juffr. Sally wierp een paar keer
snel een blik ln het kleine spiegeltje,
dat aan den wand hing, en de defti
ge herbergier ging met groot,e druk
te naar buiten om zijn gedistingueer-
de giasten het eerst te kunnen verwel
komen. Alleen de twee vreemdelin
gen in dfen hoek namen geen deel
in de algemeene opgewondenheid.
Zij speelden kalm hun spel domino
uit, en keken zelfs niet eens naar do
deur.
Vlak voor u uit, Gravin, de deur
aan uw rechterhand, zei een vriende
lijke stem buiten.
O 1 daar zijn zij, mooi zoo, zei
Lord Antony opgewektvlug nu,
mooie Sally, en laat eens kijken hoe
gouw je het avondeten kunt opdie
nen.
De deur werd wijd opengegooid, en
voorafgegaan door mijnheer Jelly-
band, die boog als een knipmos,
kwam een gezelschap van vier perso
nen twee dames en twee hoeren
de gelagkamer binnen.
Welkom Welkom in oud-Enge-
landzei Lord Antony met warmte,
terwijl hij haastig naar voren kwam
en met beide handen uitgestrekt de
nieuwaangekomenen welkom heette.
Aha., u is zeker Lord Antony
Dewhurst, vermoed ik, zei ee<n van
do dames met een zeer vreemd ac
cent.
Tot uw dienst, Madame, ant
woordde hij, terwijl hij hoffelijk de
beide dames de hand kuste, toon
wendde hij zich tot de heenen en
drukte hen heiden hartelijk de hand.
Sally was ai bezig de beide dames
t>a helpen haar reismantels uit te
trekken en allebei wendden zich nu
huiverend naar d$nvrooiljk. vlam-
nienden haard
Er was een algemeene opschudding
in do koffiekamer. Sally was naar de
keu kon teruggosnold, terwijl Jelly-
band nog steeds vol eerbied buigen
de, twee stoelen bij het vuur zette.
Mijnheer Hempseed met zijn vinger
tegen het voorhoofd slaande, stond
kalm van zijn plaats bij den haard
op .Iedereen koek vol nieuwsgierig
heid en toch mot eerbied naar die
vreemdelingen.
Och, hoaron wat zal ik zeggen?
zei do oudste der beide dames, terwijl,
zij haar mooi, aristocratisch gevorm
de handen voor het vuur uitspreidde,
e-i eerst Lord Antony en daarna eon
der jonge mannen, die haar gezel
schap begeleid had, en die zich nu
van zijn zwaren cape ontdeed, met
onuitsprekelijke dankbaarheid aan
keek.
Alleen maai', dat u er zich over
verliougt in Engeland te zijn, Gra
vin, antwoordde Lord Antony, eoi dat
u niet te veel geleden heeft 'door uw
vermoei onde reis.
Zeiver, natuurlijk verheugt het
ons ln Engeland te zijn, zei ze, terwijl
haar oogen zich met tranen vulden,
a:i wij hebben al vergeten alios, wat
wij geleden hebben.
Zij had een zachte, muzikale stem
en er sprak veel kalme waardigheid
■eïn hl waardige stilte gedragen leed
uit haar vriendelijk- aristocratisch
gelaat, dat omringd was door een
overvloed van sneeuwwit haar. naar
de mode van die dagen hoog boven
het voorhoofd opgemaakt.
Ik hoop, dat mijn vriend, Sir
Andrew Ffoulkes een aangenaam
reiscompagnon bleek te zijn, me
vrouw
O. zeker, Sir Andrew was de
vriendelijkheid zelf. Hoe zullen ntijfl
kinderen en ik u allen ooit genoog
onze dankbaarheid kunnen toonen.
Haar metgezellin, een bekoorlijke,
meisjesachtige gestalte met iets kin.
derlijks en pathetisch in haar ver
moeid, droevig gelaat, had tot nu toe
nog niets gezegd, maar haar groote,
bruine oogen vol tranen keken op van
het vuur en zochten die van Sir An
drew Ffoulkes, die vlak naast haar
bij den haard was komen staan, en
toen zijn oogen waarin een blik van
onverholen bewondering lag op haar
lief gelaat bleven rusten, toen steeg
ear een warme kleur in haar bleeke
wangen.
Dus dit is nu Engeland, zei ze,
terwijl zij met kinderlijke nieuwsgie
righeid naar den grooten open haard
de eikenhouten bolken en do vis-
schors met hun eigenaardige lUeedear-
dracht en joviale, rondborstige aan
gezichten keek.,
j(Wordt .vervolgd)*