HAARLEM'S DAGBLAD. DERDE BLAD. Stadsnieuws Onze Lachhoek. FEUILLETON De Roode Pimpernel ZATERDAG 12 DECEMBER 1908 Haarlemsche Handelsvereeniging uoeage*. bfl Let». Beul. van 12 Boy. 1899 De Haarlemsche Handelsvereeni ging hier ter slede, opgericht lü Mei ibya, heeft in den loup van den tijd wei haar recht van bestaan bewezen. In zeer vele gevallen, zaken van ver schillenden aard betreffende, ia zij opgetreden en dikwijls met grooi succes. Jammer echter, dat men alge meen niet meer blijk geeft, dit te waardeeren, door als lid der Vereern- ging toe te treden. Er zijn wei meer dan 606 leden, maar dat is niet vol doende. Elk handelaar, neringdoen de, ja zelfs particulieren, moesten lid worden, om tenminste te laten gevoe len, dat men het werk op prijs stelt, dat de Haarlemsche Handelsvereeni ging steeds opneemt, als doende, wat hare hand vindt om te doen. De vuordeelen, die de Yereeniging buiten hare bemoeiingen van ver schillenden aard, haren leden aan biedt, zijn zeer vele en zeer groote tegenover de geringe jaarlijksche contributie van ƒ3.50, die gevraagd wordt. De Haarlemsche Handelsvereeni ging bemoeit zich in de eerste plaats er mede, de belangen van hare leden te bevorderen, door onwillige beta lers voor hen tot betaling aan te manen en iuformatiën voor hen in'te winnen. Bovendien hebben de leden het recht, het hun gratis te verstrek ken advies van den rechtsgeleerden adviseur der Vereeuiging te vragen, die ook in proceduren en faillisse menten gratis voor hen optreedt, na tuurlijk alleen voor zaken betreffende den handel en het bedrijf der leden. Met blijkt in den AaatsUa lyd dat men üeze oeiangry&e ruordee Len begint te waardeeren wam sedert Jtloi méldden Ziek ö7 nieuwe ieden aan. Als proef kunnen voortaan nieuwe leden voor een half jaar worden aan genomen, doch slechts het 2e halfjaar (van 1 November tot en met 30 April) ad f 1.75 de halve contributie. Rechtsgeleerde adviseurs der Ver eeuiging zijn de heeren Mrs. Th. de Haan Hugenholtz en A. H. J. Merens, Spaarue 04, alhier, die voor de leden eiken werkdag van 24 uur des na middags zijn te spreken. Het bureau der Y'ereeniging is ge vestigd Junsweg 11. - Voor incasso s door bemiddeling der Vereeuiging wordt een vast recht van 5 pet. der vordering bere kend. Bovendien moet 10 cent voor port steeds worden bijgevoegd, bij inzen ding van vorderingen door bemidde ling der advocaten te innen. De kosten van iuformatiën naar buiten de stad woonachtige personen bedragen (30 ets. per informatie, plus vijf cents porto-vergoeding. Informa tion naar binnen de stad wonende personen worden gratis verstrekt. Pretentiën op buiten de stad wo nende personeu worden niet behan deld, wanneer uiet 10 ets. Yoor porto- vergoeding is toegevoegd. Ruim 1748 iuformatiën en rechts geleerde adviezen werden in het afge- loopen jaar gegeven. In Augustus en September 1908 zijn 5i vorderingen tot een bedrag van 1266.53 1/2 betaald 11 vorderingen worden afbetaald, 12 vorderingen zijn uitgesteld. Men wordt geraden alvorens te le veren aan N. Wiebes, vrachtrijder, Bloemendaalsche Weg 209, Bloemen- daal, W. F. F. van Engelen, Bakenes- sergracht 98, mejuffrouw A. Derni- son, Prinsen Bolwerk 12, die goede ren koopt op naam van eene Van der Reep, C. Tack, sigarenhandel, Spaarnwouderstraat 49, zich om in lichtingen te vervoegen aan het kan toor. Volgens art. 7 dient het geheim der lijsten van wanbetalers ongeschon den te blijven. Alle brieven, aanvragen, reclames of wat ook, moeten worden geadres seerd aan het bureau, dat geopend is dagelijks van 's morgens 9 tot 1 uur en 's namiddags van 2 tot 4 uur, Tvaar dan ook verdere inlichtingen zijn te bekomen. Het Bestuur heeft bemerkt, dat men soms meent, dat men, hoewel geen lid der II. H. V„ toch van haar irifor- matiën kan bekomen, en brengt nu nogmaals en uitdrukkelijk ter kennis dat alleen aan leden der Vereeniging tnformatiën door haar worden ver strekt, en dat voor informatiën op hier ter stede woonachtige personen nooit betaling mag worden gevor derd. HET BESTUUR. PARIJSCHE BRIEVEN. LIX. Do Groote Opera, „l'Académio Na tionale cle Musique", de formidabele nationale instelling, in welker heilage hallen elke vreemaeiing het een voor recht acht, zijn buitenmiKlsche schre den te mogen zetten de Grand Opé ra is weer in nood. Nood voorname lijk wegens passez-moi le mot herrie tusschen de beide directeuren, de heeren André Messager en Brous- san. André Messager heeft officieel zijn ontslag genomen. Doch voor het ge val dat dit aftreden niet slechts de ontbinding der gemeenschap tus schen hem en den heer Broussan, maar ook het ontslag van dezen laat ste ten gevolge mocht hebben, stelt hij zich wederom candidaat voor het di recteurschap, alléén, wel-te-verstaan, dus zonder Broussan.... ja, desnoods met een ander, maar niet met Brous san. dat is het essentieel©. Ondertus- schen zal hij, als gentleman, noch zijn dirigeerstok noch zijn directeur- scepter ter zijde leggen, voordat zijn vervanger is aangewezen, in welke quaesu© de Staat, die de Groote Upe ra rijkelijk subsidieert, heeft te be slissen. Laat de Regeering de zaak „hlauw- blauw", in dezer voege, dat zij zich eenvoudig neerlegt bij het. ontslag van André Messager en den heer Brous san alléén het directeur schap, in han den laat. dan zal Messager zich ver der uitsluitend wijden aan de compo sitie, aan zijn dirigentschap en aan de directie van „la Société des Con certs du Conservatoire". In geen ge val wil hij met zijn ex-associé meer samenwerken „Dan liever in de lucht1', zooals Van Speyk zei. Nu luidt artikel 2 van bestek en voorwaarden der Groote Opera,,In geval van overlijden, aangenomen ontslag, lichamelijke of wettelijke verhindering van een der beide direc teuren zal de verleening van dit pri vilegie ongeschonden blijven - en de andere directeur er de eenige titula ris van blijven." Voorshands blijft de heer Broussan derhalve nog op het kussen. En hij gevoelt niet den minsten lust, mede zijn matten op te rollen. Want nu André Messager het kamp verlaat, wordt, volgens de overeenkomst, het salaris van den overgebleven direc teur verhoogd tot 720U0 francs per jaar, terwijl deze nu bovendien voor zich alleen de opbrengst geniet van de scène-loges, dat is ongeveer 400ÜU francs jaarlijks. Ais uien nagaat, dat Pedro Gaühard, de vorige directeur, 4U0Ü0 francs en Vaucorbeil en Ritt elk niet meer dan 25ÜUU francs salaris per jaar ontvingen.... Broussan is dus alleszins geneigd om het klassieke woord .,J'y suis, j'y reste" uit te spreken. En hij vindt daarin veel steun van den heer Dou- iherguè, minister van Openbaar On derwijs, die een gewezen schoolkame raad van hem is... Ik heb meermalen opgemerkt, dat er tusschen sommige ex-schoolmakkers een zonderlinge vriendschap kan bestaan. Daarentegen wordt André Messa ger door den minister Briand be schermd. Wat zal er nu in den ministerraad besloten worden? De heer Doumergue verwacht voor zijn ex-schoolvriend hulp van de zij de der aandeelhouders, in verband met de interpretatie van een ingewik keld artikel der overeenkomst. Zet zijn collega Briand zich daartegen schrap, dan is het mogelijk, dat de ministerraad,'het geharrewar moede, zal besluiten tot de ontbinding van de- vennootschap, waartoe hij het recht heeft, alweder krachtens een der arti kelen van de overeenkomst. Eu dan 1/estaat er groote kans,, dat men ten opzichte van Messager en Broussan het berijmd spreekwoord bewaarheid zal zien Twee honden vechten om een been, De derde loopt er gauw meè heen. Want het behoeft niet gezegd te worden, dat er nu reeds ettelijke sol licitanten i n s p e zijn, die ongedul dig wachten op vertroebeling van het water, dat wil zeggen op den val van beide directeuren. Do candi- daatschappen worden al duchtig voorbereid. Wat André Messager aanleiding tot zijn ontslagneming, na nog geen jaar dienst, heeft gegeven De voornaamste grieven van dien musicus-directeur tegen zijn aanmer kelijk minder muzikalen ex-collega zijn lo. "het engageeren door dezen aan wien Messager, die ook als diri. gent werkzaam was, veel scheen over te laten van tallooze artiesten, die de Groote Opera geenszins noodig had, en waarvan buitendien ettelijken bleken niet voor bun taak berekend te zijn 2o. het feit, dat de heer Broussan er zich alom op beroemd heeft, de mu zikale instudeering van Wagner's „Götterdammerung" geleid te heb ben, terwijl toch in werkelijkheid Messager ter zake in allen, deeie de beweegkracht is geweest aan ra- zend-knappe Wagnerianen zij overi gens het oordeel overgelaten, of de opvoering al dan niet van kunde en piëteit, enz., enz., getuigde 3o. daf'de heer Broussan veel werk maakte van journalistieken en poli- tieken steun voor zichzelf, zoo o. a. vele woningen en bureau's plat liep, ,ten einde een lintje te bemachtigen. Voeg daarbij, dat de Groote Opera in dit, nog met afgsJoopen jaar reeds een verlies moet hebben geleden van ongeveer 600.000 francs, die Messager wijt aan de onkundige gestie van Broussan. Het groote publiek is meerendeels op de hand van Messager, in wien n-.en althans den dirigent heeft leeren waardeeren, eerst aan de Opéra-Comi- que, daarna aan de Gröote Opera. Ook als componist acht men hem vrij hoog. Doch de heer Broussan.... wat heeft die ooit geproeste er d Als hij, tot overmaat van ramp, niet eens be hoorlijk op de dubbeltjes kan pas sen „Door den heer André Messager", schreef oen heetgebakerde, „duldden wij den neer Broussan. Uit zich zelf heeft de heer Broussan geen enkele reden, geen enkele goede eigenschap, geen enkele bekwaamheid om aan de Opera te blijven. Ik dring op zijne ontscheping aan In verschillende kringen heb ik be reids het plan ho'oren opperen, om, mocht het ontslag van André Messa ger aanvaard worden, zonder meer, en da heer Broussan gehandhaafd blijven, de Groote Opera te boycot ten. 1-Iet is mijn overtuiging, dat de heer Broussan ten eenenmale ongeschikt is voor het belangrijke en veelomvatten de ambt van directeur der „Académie Nationale de Musique". Middelerwijl geloof ik niet, dat André Messager als zoodanig de rechte man zou zijn, ook al is het feit, dat hij een goed musicus is, een „titre" ter zake. In dien althans de gelaatkunde geen on ding ,is en Lavater geen charlatan was, mist Messager de eigenschappen om een groote instelling naaf belmo ren te betieeren, zóó dat liet geldelijk succes geëveiwedigd is -aan de artis tieke uitkomsten. Aan het hoofd van een. dergelijke instelling dient in de eerste plaats een krachtige persoon lijkheid te staan, iemand, die met ijzeren hand regeert.. Aanschouw nu de gelaatstrekken van onzen musi cus. Wel. schijnen de zware, opgestreken knevels „les moustaches cosaques", spot Willy (Henry Gauthier—Villars) getuigenis te willen afleggen van een heerschersnatuur; doch daar naast spreken de fletse oogen, de.wee- ke neusvleugels on de kleine kin van slapheid en besluiteloosheid: Ondertusschen lacht Albert Carré, de energieke directeur van de Opéra- Comique, in zijn vuistje. Hém gaat het bij voortduring goed. Had hij vroeger weinig hinder van de concur renten van den goedigen Pedro Gail- hard een ex-basse chantante uit Toulouse, die niet voldoende het ver schil tusschen muziek- en banknoten scheen te kennen in 1908, in dit jaar haarde de directie van Messager en Broussan hem evenmin zorg. Het is trouwens geen wonder, dat de Grand Opéra het gruwelijk aflegt tegen de Opéra-Comique. Albert Car ré heeft een groot répertoire, vol af wisseling; moedigt componisten aan tot het schrijven van nieuwe opera's; zorgt voortdurend voor goede krach ten, enz. enz. terwijl je in de Groo te Opera jaren achtereen doodgegooid wordt met „Faust", „Les Huguenots" „Le Trouvère", „Rigoletto1., „Aida", „Samson et Dalila", en niet weinig krachten er halfsleet zijn. En wordt er eindelijk eens iets nieuws ingestu deerd-, dan is het in de meeste geval len een werk van een buitenland- schen componist, voor hetwelk de ge middelde Franschman weinig gevoelt. Nu o.a. „Le CrépuscuLe des Dieux" het groote publiek te Parijs, tuk op de dingen der realiteit, heeft uiter aard geen smaak in de Germaansche mythologie en de moeielijk verteer bare muziek van Wagner. De tijd der germanophobie op het. gebied der toonkunst is, gelukkig, hier al voor bij; doch niettemin zai Wagner's mu ziek zich in de eerste vijftig jaar in Frankrijk stellig niet inburgeren. En van enkele musici en kenners kan een opera-instelling nu eenmaal niet. bestaan. Het valt niet te betwijfelen: de Groote Opera is „en décadence". En wellicht is Albert Carré de eenige rnan te Parijs of zelfs in geheel Frankrijk, die in staat zou zijn, ge noemde instelling weder tot bloei te brengen. Doch hij zit warmpjes aan de Opéra-Comique, en zou denkelijk zijn positie alleen willen verruilen met die van administrateur généval van de Comédie Frangaise, wachten de als hij is op het aftreden van Jules Claretie, die maar aanblijft, maar aanblijft, vooral nu niet hij, doch Thurau—Dangin, na den dood van Gaston Boissier, secrétaire perpétuel van de Académie Frangaise is gewor den... OTTO KNAAP. T o o n e e 1 w e d s t r ij d. In den door het Brongebouw uitge schreven tooneelwedstrijd heeft de jury de navolgende prijzen toege kend. le prijs: Frytomya, Den Haag, met Onder Óns, 81 punten. 2e prijs: Inter Nos, Rotterdam, met Het Kamerschut, 76 punten. 3e prijs: Mutua Amicitia, Rotter dam, inet Een huis met Commen saals, 71 punten. 4e prijs: Wie wil, die kan, Den Haag met Taalfouten, 70 punten. 5e prijs: Justus v. Maurik, Amster dam, met Haar tweede man, 69 pun ten; verder: Personeele prijs voor den besten tooneelspeler: de heer A. J. Driest van Frytomya. Personeele prijs voor de beste too- neelspeelster: mejuffrouw G. Koster, van de Enschedésche Tooneel vereen. De publieksprijs werd toegekend aan de Enschedésche Tooneel vereeui ging, terwijl diezelfde vereeniging ook nog een medaille ontvangt als de verstli o mende vereeniging, uitgeloofd door de Verg. tot bevordering van Vreemdelingenverkeer te Haarlem. AANGIFTE VOOR DE NATIONALE MILITIE. B. en W. brengen ter kennis, dat ieder mannelijk Nederlander, zoo hij op den lsten Januari het 19de levens jaar is iingetreden, zich moet laten in schrijven voor de Nationale Militie. Dientengevolge worden zij, die in Januari a. s. behooren te worden in geschreven en dus geboren zijn in het jaar 1890 opgeroepen, ten einde zich (voor zoover zij niet binnen deze gemeente zijn geboren, onder overleg, ging van een uittreksel uit loet ge boorte-register, hetgeen bij het ge meente-bestuur der geboorteplaats gratis is te bekomen), te doen in schrijven, waartoe zitting zal worden gehouden op het raadhuis "dezer ge meente (2e afdeeling), te weten Op Maandag, den 4en Januari, voor hen, wier namen aanvangen met een der letters A en B Op Dinsdag, den 5eii Januari, voor letters C, D, E en F; Op Woensdag den 6en Januari, voor letters G. H, I en J Op Donderdag, den 7en Januari, voor letters K en L; Op Vrijdag, den 8en Januari, voor letters M, N, O en P Op Zaterdag den 9en Januari voor letters Q, R c-n S; Op Maandag den. Hen Januari, voor letters T, U en Ven Op Dinsdag den 12en Januari voor letters W, X, IJ en Z telkens -van des voormiddags 9 tot des middags 12 uur. Eindelijk brengen B. en W. nog ter kennis van de belanghebbenden, dat het register van inschrijving voorloo- pig wordt gesloten op den 31 en Janua ri 1909, des namiddags te 4 uur, en dat, zij, die mochten hebben verzuim3, zich in de maand Januari te doen in schrijven, alsnog zullen worden Inge- schreven tot den 31sten Augustus 1909, mede des namiddags te 4 uur, doch dat dezen volgens voren gemeld art. 166 der wet zullen worden ge straft. Opgehaald. Vrijdagmorgen om half negen is te Weesp uit de Smal-Weesp Siammer- dijk, bij het molentje „De Haan", op gehaald het lijk van 1-Iendrika Waal- lowijn, geboren te Haarlem op 1 No vember 1885. Zij was dienstbode en werd vermist sinds 15 November. Óp het lijk werden gevonden een zilve ren horloge, een porteinonnaie, een armband, een biljet H. IJ. S. M., en eenige ansichten uit Weesp. Het arme meisje is., zooals uit alles blijkt, geheel bij ongeluk te water ge- ioopên en aldus rampzalig omgeko men. Uit gebrek. Heden werden door den rechter commissaris moeder eu zoon ver hoord, die zich briketten van een stoomgemaal hebben toegeëigend. Mede werd door den rechter-com- rnissaris instructie gehouden tegen drie jagers, die na een onbezoldigd rijksveldwachter te Heemskerk te heb ben beleedigd, later achter dezen schoten losten. Uit de Omstreken HAARLEMMERMEER. Aan den Ringdijk bij Halfweg, stel de zich zekere W., die in staat van dronkenschap verkeerde, zich zeer woest aan. O.a. drong hij den winkel van den winkelier D. binnen en mis handelde aldaar zekeren v. O., die toevallig aldaar aanwezig was en die hém, volgens zijn voorgeven, nog een som geld verschuldigd was. Ook ver nielde hij enkele ruiten en andere aldaar aanwezige voorwerpen. De inmiddels verschenen politie maakte _aan een en ander een einde, door hem van daar te verwijderen. Ten huize van B., wonende aan den Ringdijk, nabij Sloten, ontstond brand, door het onvoorzichtig om gaan met petroleum. Het liet zich aanvankelijk ernstig aanzien, doch met de uiterste krachts inspanning gelukte liet aan de inmid dels toegeschoten buren, de brand te blusschen. Een groot gedeelte van 't huisraad is verbrand, terwijl ook de woning nog al eenige brandschade be kwam. Alles is verzekerd. BIJ HET. HUWELIJKSAANZOEK. Mijne dochter kan ook piano» spelen. O, dat is niets; ik neem haar tóch 1 IN DE RECHTZAAL. Verdediger van den hoef (pathe tisch). Eene omstandigheid, dio zeer zeker voor beklaagde pleit, is dat hij ongehuwd bleef. Stelt u eens voor, hoé diep ongelukkig hij vrouw en kinderen zou gemaakt hebben door zijn laakbaar bedrijf maar hij deed het niethij bleef ongehuwd. Ik beveel hem dus aan in de clementie van het Hof 1 Uw echtgenoot was een flinke man, verklaarde de vriendin tot de jonge weduwe. Dat was ie I bevestigde de we duwe. Geen twee politieagenten kondon hem overmeesteren. INGEBONDEN. Zij. Vandaag zorg je, dat je om negen uur thuis bent. Hij. Neen, om tien.... Zij (zeor veelzeggend). Hè Hij. om tien minuten vóór' negenen al 1 De kellner was boos geworden, om dat cle gast hem riep, door met de vingers tc knippen. Roept u de kat, mijnheer? vroeg hij. Och, kun jij ook al gedachten lezen was het antwoord. Hoe zoo, m'nheer vroeg de kellner. Omdat ik juist van plan was om hazepeper te vragen. Waarom zou P. op klaarlichten dag zijii huis zoo illuimneereu Kijk eens, lü alle kamers is 't gas op. O, dat doet hij om zijn gusreke- ning nooger te krijgen. Zijn wouwf aomi morgen van de reis terug. ILj had haar Leloufd, dat hij voortdurend s avonds thuis zou blijven, en ai» zi;n vrouw nu de gas reive uing inkeek, zou zij dadelijk zien, dat er geen en kelen avond een lanio in 't hu's ge brand had. Binnenland NIEUW PORTRET VAN DE KONINGIN. Uit Amsterdam wordt bericht, dat door de firma Guy de Coral en Co. in den handel zal worden gebracht een nieuw portret van H. M. de Koningin. Dit portret geeft li. M. te zien staan de ten voeten uit. De portretten zul len met Kerstmis ^verschijnen. VOGELBESCHERMING. Vanwege de Natuurhistorische Ver eeniging komt cone commissie 'op Texel een onderzoek doen naar de mogelijkheid, om een uitgestrekt ter rein in te richten voor vogelbescher ming. Men wil de in zee gelegen bui tenschorren, nabij den polder „Een dracht", indijken en dit geheel© ut gestrekte terrein bestommen als broedplaats voor ettelijke vogelsoor ten. Het oord is zeker uitstekend gele gen en zal ook gemakkelijker zijn te bewaken dan andere terreinen, doch de kosten voor inrichting zullen stel lig vel© duizenden beloopen. INBRAKEN. Donderdagnacht is een inbraak ge pleegd bij den heer J. Cohen, collec teur van de Staatsloterij op het Oran jeplein in Den Haag. Door het over- klimmen eener schutting in de Spino- sastraat hebben de dreven zich toe gang verschaft tot den tuin, vandaar zijn zij in de gang gekomen waar zij de ruiten insloegen en vervolgens door openbreking van het slot het kantoor bereikten. Daar hebben zij. ten eind© het geluid t© dempen, den grond met boeken belegd, vervolgens een zware brandkast gekanteld en van achter opengehakt. Een aanzien lijk bedrag aan geld en bankpapier, benevens eon hoeveelheid loterijbrief jes, werd ontvreemd. liet juiste be drag van het ontvreemde kon nog niet worden opgegeven. HET KAMERLID VAN DER ZWAAG. De heer G. L. van der Zwaag* te Gorredijk, lid der Tweede Kamer eu van Gedeputeerde Staten vuil Fries land, is nagenoeg hersteld en ver toont zich weder buitenshuis. Komt er niets tusschenbeide, dan zal bij in d© volgende week de z. Hingen vun Kamer en Staten weder bijwonen. Tij dens zijne ziekte heeft de heer Van der Zwaag talrijke blijken van deel neming ontvangen van autoriteiten en collega's. BELOONING VOOR REDDING. De bemanning van den Nederland- schon loodskotter No. 11 is door de Committee of Lloyd's beloond voorde hulp, die ze verleend heefl aan de be manning van liet op 31 Augustus bij Dungenesg gezonken Engelsche stoomschop „Sydney". De loodsleer- ling Jacob Don kreeg een zilveren gesp, te dragen bij de hem reeds vroe ger verleende zilveren medaille, en- de matroos Emanuel Frederik Voge. laar ontving een zilveren medaille. Voorts krijgen zij ieder f 36. Aan den schipper van den loodskot- ter J. Ph. Plovey, werd een zeekijker vereerd. CLANDESTIENE DRANKVERKOOP. De politie te Zaandam heeft Don derdag een inval gedaan bij een twee tal verlofhouders, die onder verden king stonden clandestien sterken drank te verkoopen. Er werd niet minder dan ruim 300 liter van dit vocht in beslag genomen, Tegen beiden is proces-verbaal opge maakt. (Tel.) DE STUKKEN VAN EEN KINDER LIJKJE. Men heeft te Rotterdam geen frag menten meer van een kinderlijkje ge vonden, noch in den Boezemsingel, dien men afdregde, noch in de riolen in de omgeving van den Spiegel nis- serkade, die opnieuw grondig onder zocht zijn. Donderdagmiddag heeft in het Ziekenhuis de gerechtelijke schouwing van het gevondene plaats gehad. Naar het Engelsch door Barones Orczy. 27) Een oogenblik dwaalden haar ge dachten van den beminden broeder, die ri-n gevaar was, naar dien ande ren man, die ook aanspraak kon ma ken op haar vertrouwen ©n liefde. Zij voelde zich eenzaam, angstig, ter wille van Arm and zij verlangde door iemand gerust gesteld te wor den, of van iemand raad te .krijgen, iemand Jie haar zou kunnen helpen en troosten. Sir Percy Blakeney had haar eens bemind, hij was haar echt genoot waarom zou zij heel alleen dit alles doormaken Hij had heel weinig hersenen, dat is waar, maar hij had veel spierkrachtals zij nu eens een plan maakte en hij voerde het met zijn mannelijke energie en moed uit, zouden zij dan samen den geslepen diplomaat niet om den tuin kunnen leiden en den gijzelaar uit «iin wreede handen kunnen redden, zonder het leven van den nobelen leider van dien dapperen bond van helden in gevaar te brengen. Sir Percy kende SL Just coed hij scheen hem wel te mogen lijden zij was overtuigd, dat hij zou kun nen helpen. Chauvelin nam verder geen notitie meer van haar. Hij had haar wreed aardig duidelijk gemaakt, wat haar te wachten stond, nu moest zij zelf maar beslissen. H'i scheen nu op zijn beurt geheel op te gaan in de zielroerende melo die» van Orpheus, en wiegde zijn vossekop op cle maat van de muziek heen en weer. Een bescheiden tikje tegen de deur wekte Marguerite ui't haar gepeins. Het was Sir Percy Blakeney, lang, slaperig, goed gehumeurd, mot zijn eigenaardig verlegen, on n oiozei en glimlach, <'ien haar nu meer dan ooit scheen te hinderen. Hm.... Je draagstoel stoot, te wachten.... lieve,'zei hij op uiterst 'gerekten toonje bent toch im mers van plan om naar dat ver- wenschte bal te gaan Pardon hm mijnheer Chauvelin ik had u niet opgemerkt Hij stak twee slanke, witte vingers naar Chauvelin uit, die opgestaan was, toen Sir Percy de loge binnen kwam. Kom je nu, lieve SstSstklonk meer of minder boos uit verschillende hoeken van het theatergebouw. Wat oen onbeschaamdheid, zeide Sir Percy rroedhartic glimlachend. Marguerite zuchtte ongeduldig. Haar laatste hoop scheen plotseling verdwenen. Zij wikkelde zich in haar mantel en zonder haai' echtgenoot aan te kijken, zei ze Ik ben klaar om te gaan, waar op zij zijn arm aannam. Bij de deur van de loge keerde zij zich om en keek Chauvelin aan, dio met zijn dichtgeslagen hoed onder den arm en een merkwaardiger glim lach om de lippen, van plan was het vreemde bij elkaar komende paar te volgen. Tót ziens, Chauvelin, zeide zij vriendelijk, wij ontmoeten elkaar straks weer op het bal van Lord Grenville. En in haar oogen las de slimme Franschman ongetwijfeld iets, dat hem groote voldoening gaf, want hij nam met een sarcastischen glimlach een heerlijk snuifje, waarna hij zijn mooie kanten jabot afstofte en zich tevreden in de magere handen wreef. HOOFDSTUK XL Het Bal. Het historische bal, gegeven door 'Lord Grenville, die op dat oogenblik secretaris van Staat van BuitenJand- sche Zaken was, was het schitterend ste feest van het jaar. Ofschoon het herfstseizoen pas begonnen was, had ieder, die zich respecteerde, zijn best gedaan om intijds voor dat feest in Londen te zijn en daar zooveel moge- li^ te schitteren. Zijn Koninklijke Hoogheid de Prins van Wales had beloofd tegenwoordig te zullen zijn. Hij zou dadelijk uit da opera komen. Lord Grenville zelf had naar de twee eerste actes van Orpheus geluis terd, vóór dat hij zich ging voorberei den op de ontvangst van zijn gasten. Om tien uur een ongewoon laat uur in die dagen waren de groote kamers van het prachtige huis bij zonder mooi gedécoreerd met palmen en bloemen, gevuld met een menigte gasten. Eéai kamer was voor den dans be stemd, en de mooie tonen van de mu ziek vormden een zacht accompagne ment bij het vroolijk lachen en praten van het talrijke en schitterende gezel schap. In een kleinere kamer, vlak boven aan de mooie trap gelegen, stond de gastheer, om zijn gasten té ontvan gen. Voorname mannen, mooie vrou wen, bekende personeu uit alle lan den van Europa, hadden hem hun compliment aJ gemaakt op de over dreven wijze, waaraan men in die da gen gewoon was en al lachende en pratende hadden zij zich in de bal-, receptie- en speelzalen verspreid. Niet ver van Lord Grenville af, leunende tegen een van de console tafels. stond Chauvelin in zijn onbe rispelijk zwart costuum kalm het schitterend gezelschap op te nemen. H:; merkte op, dat Sir Percy en Lady Blakeney nog niet aangekomen wa ren, en zijn scherpe, bleeke oogen keken vlug naar de deur, zoodra er weer iemand anders verscheen. Hii stond ietwat afgezonderdde afgezant van de Revolutionaire Re geering van Frankrijk was natuurlijk niet zeer populair in Engeland, in een tüd, waarop het nieuws van de afschuwelijke September-moorden en van het Schrikbewind en de anarchie, ju'ist aan den overkant van het Ka naal bekend begon te worden. Als officieel persoon was hij hoffe lijk door zijn Engelsche collega's ont vangen Mr. Pitt had- hem de hand gedruktLord Grenville had zich meer dan eens met Item onderhouden; maar de intiemere kringen uit de Londenscho groot© wereld negeerden hem volkomen de vrouwen draaiden hem openlijk den rug toe; de mannen, die geen officleele positie bekleedden weigerden hem de hand te drukken. Maar Chauvelin was de man niet, om zich daarvan iets aan te trekken hij noemde dat eeuvoudig incidenten in zijn diplomatieke loopbaan. Hij was vol blindellngschen geestdrift voor de zaak der revolutie, hij min achtte alle maatschappelijke ongelijk heid, en hij had een gloeiende liefde voor zijn eigen land deze drie ge voelens maakten hem volkomen on verschillig voor de speldeprikken, die hij in dit mistige, koningsgezinde, ouderwetsche Engeland ontving. Maar vóór alles bezielde Chauvelin één doel. Hij was vast overtuigd, dat de Fransche aristocraat de meest ver bitterde vijand van. Frankrijk was; hii zou hen allen vernietigd willen zien hij was een van dogenen, dio tijdens het afschuwelijke Schrikbe wind, het eerst de historische en wreedaardige begeerte geuit had dat de aristocraten met elkaar maar één hoofd bezeten hadden, dat niet eeu enkelen slag van de guillotine kon worden afgeslagen. En daarom be schouwde hij lederen Franschen aris tocraat, diem het gelukt was, uit Frankrijk te ontsnappen, als eon prooi, die aan de guillotine ontno men was. Ongetwijfeld deden deze konings gezinde uitgewekenen hun uiterste best, om in het vreemde land veront waardiging tegen Frankrijk op te wekken. Voortdurend werden in En geland, België en Holland intrigues op touw gezet om een groote macht te bewegen, troepen te zenden naar het revolutionaire Parijs, om Koning Lodewijk te bevrijden en al die bloed dorstige leiders van die monsterach tige reoubliek op te hangen. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 9