HAARLEM'S DAGBLAD.
DERDE BLAD.
Stadsnieuws
Onze Lachhoek.
FEUILLETON
De Roode Pimpernel
ZATERDAG 12 DECEMBER 1908
Haarlemsche
Handelsvereeniging
uoeage*. bfl Let». Beul. van 12 Boy. 1899
De Haarlemsche Handelsvereeni
ging hier ter slede, opgericht lü Mei
ibya, heeft in den loup van den tijd
wei haar recht van bestaan bewezen.
In zeer vele gevallen, zaken van ver
schillenden aard betreffende, ia zij
opgetreden en dikwijls met grooi
succes. Jammer echter, dat men alge
meen niet meer blijk geeft, dit te
waardeeren, door als lid der Vereern-
ging toe te treden. Er zijn wei meer
dan 606 leden, maar dat is niet vol
doende. Elk handelaar, neringdoen
de, ja zelfs particulieren, moesten lid
worden, om tenminste te laten gevoe
len, dat men het werk op prijs stelt,
dat de Haarlemsche Handelsvereeni
ging steeds opneemt, als doende, wat
hare hand vindt om te doen.
De vuordeelen, die de Yereeniging
buiten hare bemoeiingen van ver
schillenden aard, haren leden aan
biedt, zijn zeer vele en zeer groote
tegenover de geringe jaarlijksche
contributie van ƒ3.50, die gevraagd
wordt.
De Haarlemsche Handelsvereeni
ging bemoeit zich in de eerste plaats
er mede, de belangen van hare leden
te bevorderen, door onwillige beta
lers voor hen tot betaling aan te
manen en iuformatiën voor hen in'te
winnen. Bovendien hebben de leden
het recht, het hun gratis te verstrek
ken advies van den rechtsgeleerden
adviseur der Vereeuiging te vragen,
die ook in proceduren en faillisse
menten gratis voor hen optreedt, na
tuurlijk alleen voor zaken betreffende
den handel en het bedrijf der leden.
Met blijkt in den AaatsUa lyd
dat men üeze oeiangry&e ruordee
Len begint te waardeeren wam
sedert Jtloi méldden Ziek ö7 nieuwe
ieden aan.
Als proef kunnen voortaan nieuwe
leden voor een half jaar worden aan
genomen, doch slechts het 2e halfjaar
(van 1 November tot en met 30 April)
ad f 1.75 de halve contributie.
Rechtsgeleerde adviseurs der Ver
eeuiging zijn de heeren Mrs. Th. de
Haan Hugenholtz en A. H. J. Merens,
Spaarue 04, alhier, die voor de leden
eiken werkdag van 24 uur des na
middags zijn te spreken.
Het bureau der Y'ereeniging is ge
vestigd Junsweg 11. -
Voor incasso s door bemiddeling
der Vereeuiging wordt een vast
recht van 5 pet. der vordering bere
kend.
Bovendien moet 10 cent voor port
steeds worden bijgevoegd, bij inzen
ding van vorderingen door bemidde
ling der advocaten te innen.
De kosten van iuformatiën naar
buiten de stad woonachtige personen
bedragen (30 ets. per informatie, plus
vijf cents porto-vergoeding. Informa
tion naar binnen de stad wonende
personen worden gratis verstrekt.
Pretentiën op buiten de stad wo
nende personeu worden niet behan
deld, wanneer uiet 10 ets. Yoor porto-
vergoeding is toegevoegd.
Ruim 1748 iuformatiën en rechts
geleerde adviezen werden in het afge-
loopen jaar gegeven.
In Augustus en September 1908 zijn
5i vorderingen tot een bedrag van
1266.53 1/2 betaald 11 vorderingen
worden afbetaald, 12 vorderingen
zijn uitgesteld.
Men wordt geraden alvorens te le
veren aan N. Wiebes, vrachtrijder,
Bloemendaalsche Weg 209, Bloemen-
daal, W. F. F. van Engelen, Bakenes-
sergracht 98, mejuffrouw A. Derni-
son, Prinsen Bolwerk 12, die goede
ren koopt op naam van eene Van
der Reep, C. Tack, sigarenhandel,
Spaarnwouderstraat 49, zich om in
lichtingen te vervoegen aan het kan
toor.
Volgens art. 7 dient het geheim der
lijsten van wanbetalers ongeschon
den te blijven.
Alle brieven, aanvragen, reclames
of wat ook, moeten worden geadres
seerd aan het bureau, dat geopend
is dagelijks van 's morgens 9 tot 1 uur
en 's namiddags van 2 tot 4 uur,
Tvaar dan ook verdere inlichtingen
zijn te bekomen.
Het Bestuur heeft bemerkt, dat men
soms meent, dat men, hoewel geen
lid der II. H. V„ toch van haar irifor-
matiën kan bekomen, en brengt nu
nogmaals en uitdrukkelijk ter kennis
dat alleen aan leden der Vereeniging
tnformatiën door haar worden ver
strekt, en dat voor informatiën op
hier ter stede woonachtige personen
nooit betaling mag worden gevor
derd.
HET BESTUUR.
PARIJSCHE BRIEVEN.
LIX.
Do Groote Opera, „l'Académio Na
tionale cle Musique", de formidabele
nationale instelling, in welker heilage
hallen elke vreemaeiing het een voor
recht acht, zijn buitenmiKlsche schre
den te mogen zetten de Grand Opé
ra is weer in nood. Nood voorname
lijk wegens passez-moi le mot
herrie tusschen de beide directeuren,
de heeren André Messager en Brous-
san.
André Messager heeft officieel zijn
ontslag genomen. Doch voor het ge
val dat dit aftreden niet slechts de
ontbinding der gemeenschap tus
schen hem en den heer Broussan,
maar ook het ontslag van dezen laat
ste ten gevolge mocht hebben, stelt hij
zich wederom candidaat voor het di
recteurschap, alléén, wel-te-verstaan,
dus zonder Broussan.... ja, desnoods
met een ander, maar niet met Brous
san. dat is het essentieel©. Ondertus-
schen zal hij, als gentleman, noch
zijn dirigeerstok noch zijn directeur-
scepter ter zijde leggen, voordat zijn
vervanger is aangewezen, in welke
quaesu© de Staat, die de Groote Upe
ra rijkelijk subsidieert, heeft te be
slissen.
Laat de Regeering de zaak „hlauw-
blauw", in dezer voege, dat zij zich
eenvoudig neerlegt bij het. ontslag van
André Messager en den heer Brous
san alléén het directeur schap, in han
den laat. dan zal Messager zich ver
der uitsluitend wijden aan de compo
sitie, aan zijn dirigentschap en aan
de directie van „la Société des Con
certs du Conservatoire". In geen ge
val wil hij met zijn ex-associé meer
samenwerken „Dan liever in de
lucht1', zooals Van Speyk zei.
Nu luidt artikel 2 van bestek en
voorwaarden der Groote Opera,,In
geval van overlijden, aangenomen
ontslag, lichamelijke of wettelijke
verhindering van een der beide direc
teuren zal de verleening van dit pri
vilegie ongeschonden blijven - en de
andere directeur er de eenige titula
ris van blijven."
Voorshands blijft de heer Broussan
derhalve nog op het kussen. En hij
gevoelt niet den minsten lust, mede
zijn matten op te rollen. Want nu
André Messager het kamp verlaat,
wordt, volgens de overeenkomst, het
salaris van den overgebleven direc
teur verhoogd tot 720U0 francs per
jaar, terwijl deze nu bovendien voor
zich alleen de opbrengst geniet van de
scène-loges, dat is ongeveer 400ÜU
francs jaarlijks. Ais uien nagaat, dat
Pedro Gaühard, de vorige directeur,
4U0Ü0 francs en Vaucorbeil en Ritt elk
niet meer dan 25ÜUU francs salaris per
jaar ontvingen....
Broussan is dus alleszins geneigd
om het klassieke woord .,J'y suis, j'y
reste" uit te spreken. En hij vindt
daarin veel steun van den heer Dou-
iherguè, minister van Openbaar On
derwijs, die een gewezen schoolkame
raad van hem is... Ik heb meermalen
opgemerkt, dat er tusschen sommige
ex-schoolmakkers een zonderlinge
vriendschap kan bestaan.
Daarentegen wordt André Messa
ger door den minister Briand be
schermd.
Wat zal er nu in den ministerraad
besloten worden?
De heer Doumergue verwacht voor
zijn ex-schoolvriend hulp van de zij
de der aandeelhouders, in verband
met de interpretatie van een ingewik
keld artikel der overeenkomst. Zet
zijn collega Briand zich daartegen
schrap, dan is het mogelijk, dat de
ministerraad,'het geharrewar moede,
zal besluiten tot de ontbinding van de-
vennootschap, waartoe hij het recht
heeft, alweder krachtens een der arti
kelen van de overeenkomst.
Eu dan 1/estaat er groote kans,, dat
men ten opzichte van Messager en
Broussan het berijmd spreekwoord
bewaarheid zal zien
Twee honden vechten om een been,
De derde loopt er gauw meè heen.
Want het behoeft niet gezegd te
worden, dat er nu reeds ettelijke sol
licitanten i n s p e zijn, die ongedul
dig wachten op vertroebeling van het
water, dat wil zeggen op den val
van beide directeuren. Do candi-
daatschappen worden al duchtig
voorbereid.
Wat André Messager aanleiding tot
zijn ontslagneming, na nog geen jaar
dienst, heeft gegeven
De voornaamste grieven van dien
musicus-directeur tegen zijn aanmer
kelijk minder muzikalen ex-collega
zijn
lo. "het engageeren door dezen
aan wien Messager, die ook als diri.
gent werkzaam was, veel scheen over
te laten van tallooze artiesten, die
de Groote Opera geenszins noodig
had, en waarvan buitendien ettelijken
bleken niet voor bun taak berekend te
zijn
2o. het feit, dat de heer Broussan er
zich alom op beroemd heeft, de mu
zikale instudeering van Wagner's
„Götterdammerung" geleid te heb
ben, terwijl toch in werkelijkheid
Messager ter zake in allen, deeie de
beweegkracht is geweest aan ra-
zend-knappe Wagnerianen zij overi
gens het oordeel overgelaten, of de
opvoering al dan niet van kunde en
piëteit, enz., enz., getuigde
3o. daf'de heer Broussan veel werk
maakte van journalistieken en poli-
tieken steun voor zichzelf, zoo o. a.
vele woningen en bureau's plat liep,
,ten einde een lintje te bemachtigen.
Voeg daarbij, dat de Groote Opera
in dit, nog met afgsJoopen jaar reeds
een verlies moet hebben geleden van
ongeveer 600.000 francs, die Messager
wijt aan de onkundige gestie van
Broussan.
Het groote publiek is meerendeels
op de hand van Messager, in wien
n-.en althans den dirigent heeft leeren
waardeeren, eerst aan de Opéra-Comi-
que, daarna aan de Gröote Opera.
Ook als componist acht men hem vrij
hoog. Doch de heer Broussan.... wat
heeft die ooit geproeste er d Als hij,
tot overmaat van ramp, niet eens be
hoorlijk op de dubbeltjes kan pas
sen
„Door den heer André Messager",
schreef oen heetgebakerde, „duldden
wij den neer Broussan. Uit zich zelf
heeft de heer Broussan geen enkele
reden, geen enkele goede eigenschap,
geen enkele bekwaamheid om aan de
Opera te blijven. Ik dring op zijne
ontscheping aan
In verschillende kringen heb ik be
reids het plan ho'oren opperen, om,
mocht het ontslag van André Messa
ger aanvaard worden, zonder meer,
en da heer Broussan gehandhaafd
blijven, de Groote Opera te boycot
ten.
1-Iet is mijn overtuiging, dat de heer
Broussan ten eenenmale ongeschikt is
voor het belangrijke en veelomvatten
de ambt van directeur der „Académie
Nationale de Musique". Middelerwijl
geloof ik niet, dat André Messager
als zoodanig de rechte man zou zijn,
ook al is het feit, dat hij een goed
musicus is, een „titre" ter zake. In
dien althans de gelaatkunde geen on
ding ,is en Lavater geen charlatan
was, mist Messager de eigenschappen
om een groote instelling naaf belmo
ren te betieeren, zóó dat liet geldelijk
succes geëveiwedigd is -aan de artis
tieke uitkomsten. Aan het hoofd van
een. dergelijke instelling dient in de
eerste plaats een krachtige persoon
lijkheid te staan, iemand, die met
ijzeren hand regeert.. Aanschouw nu
de gelaatstrekken van onzen musi
cus.
Wel. schijnen de zware, opgestreken
knevels „les moustaches cosaques",
spot Willy (Henry Gauthier—Villars)
getuigenis te willen afleggen van
een heerschersnatuur; doch daar
naast spreken de fletse oogen, de.wee-
ke neusvleugels on de kleine kin van
slapheid en besluiteloosheid:
Ondertusschen lacht Albert Carré,
de energieke directeur van de Opéra-
Comique, in zijn vuistje. Hém gaat
het bij voortduring goed. Had hij
vroeger weinig hinder van de concur
renten van den goedigen Pedro Gail-
hard een ex-basse chantante uit
Toulouse, die niet voldoende het ver
schil tusschen muziek- en banknoten
scheen te kennen in 1908, in dit
jaar haarde de directie van Messager
en Broussan hem evenmin zorg.
Het is trouwens geen wonder, dat
de Grand Opéra het gruwelijk aflegt
tegen de Opéra-Comique. Albert Car
ré heeft een groot répertoire, vol af
wisseling; moedigt componisten aan
tot het schrijven van nieuwe opera's;
zorgt voortdurend voor goede krach
ten, enz. enz. terwijl je in de Groo
te Opera jaren achtereen doodgegooid
wordt met „Faust", „Les Huguenots"
„Le Trouvère", „Rigoletto1., „Aida",
„Samson et Dalila", en niet weinig
krachten er halfsleet zijn. En wordt
er eindelijk eens iets nieuws ingestu
deerd-, dan is het in de meeste geval
len een werk van een buitenland-
schen componist, voor hetwelk de ge
middelde Franschman weinig gevoelt.
Nu o.a. „Le CrépuscuLe des Dieux"
het groote publiek te Parijs, tuk op
de dingen der realiteit, heeft uiter
aard geen smaak in de Germaansche
mythologie en de moeielijk verteer
bare muziek van Wagner. De tijd
der germanophobie op het. gebied der
toonkunst is, gelukkig, hier al voor
bij; doch niettemin zai Wagner's mu
ziek zich in de eerste vijftig jaar in
Frankrijk stellig niet inburgeren. En
van enkele musici en kenners kan
een opera-instelling nu eenmaal niet.
bestaan.
Het valt niet te betwijfelen: de
Groote Opera is „en décadence". En
wellicht is Albert Carré de eenige
rnan te Parijs of zelfs in geheel
Frankrijk, die in staat zou zijn, ge
noemde instelling weder tot bloei te
brengen. Doch hij zit warmpjes aan
de Opéra-Comique, en zou denkelijk
zijn positie alleen willen verruilen
met die van administrateur généval
van de Comédie Frangaise, wachten
de als hij is op het aftreden van Jules
Claretie, die maar aanblijft, maar
aanblijft, vooral nu niet hij, doch
Thurau—Dangin, na den dood van
Gaston Boissier, secrétaire perpétuel
van de Académie Frangaise is gewor
den...
OTTO KNAAP.
T o o n e e 1 w e d s t r ij d.
In den door het Brongebouw uitge
schreven tooneelwedstrijd heeft de
jury de navolgende prijzen toege
kend.
le prijs: Frytomya, Den Haag, met
Onder Óns, 81 punten.
2e prijs: Inter Nos, Rotterdam, met
Het Kamerschut, 76 punten.
3e prijs: Mutua Amicitia, Rotter
dam, inet Een huis met Commen
saals, 71 punten.
4e prijs: Wie wil, die kan, Den Haag
met Taalfouten, 70 punten.
5e prijs: Justus v. Maurik, Amster
dam, met Haar tweede man, 69 pun
ten; verder:
Personeele prijs voor den besten
tooneelspeler: de heer A. J. Driest van
Frytomya.
Personeele prijs voor de beste too-
neelspeelster: mejuffrouw G. Koster,
van de Enschedésche Tooneel vereen.
De publieksprijs werd toegekend
aan de Enschedésche Tooneel vereeui
ging, terwijl diezelfde vereeniging
ook nog een medaille ontvangt als de
verstli o mende vereeniging, uitgeloofd
door de Verg. tot bevordering van
Vreemdelingenverkeer te Haarlem.
AANGIFTE VOOR DE NATIONALE
MILITIE.
B. en W. brengen ter kennis, dat
ieder mannelijk Nederlander, zoo hij
op den lsten Januari het 19de levens
jaar is iingetreden, zich moet laten in
schrijven voor de Nationale Militie.
Dientengevolge worden zij, die in
Januari a. s. behooren te worden in
geschreven en dus geboren zijn in
het jaar 1890 opgeroepen, ten einde
zich (voor zoover zij niet binnen deze
gemeente zijn geboren, onder overleg,
ging van een uittreksel uit loet ge
boorte-register, hetgeen bij het ge
meente-bestuur der geboorteplaats
gratis is te bekomen), te doen in
schrijven, waartoe zitting zal worden
gehouden op het raadhuis "dezer ge
meente (2e afdeeling), te weten
Op Maandag, den 4en Januari, voor
hen, wier namen aanvangen met een
der letters A en B
Op Dinsdag, den 5eii Januari, voor
letters C, D, E en F;
Op Woensdag den 6en Januari, voor
letters G. H, I en J
Op Donderdag, den 7en Januari,
voor letters K en L;
Op Vrijdag, den 8en Januari, voor
letters M, N, O en P
Op Zaterdag den 9en Januari voor
letters Q, R c-n S;
Op Maandag den. Hen Januari,
voor letters T, U en Ven
Op Dinsdag den 12en Januari voor
letters W, X, IJ en Z
telkens -van des voormiddags 9 tot
des middags 12 uur.
Eindelijk brengen B. en W. nog ter
kennis van de belanghebbenden, dat
het register van inschrijving voorloo-
pig wordt gesloten op den 31 en Janua
ri 1909, des namiddags te 4 uur, en
dat, zij, die mochten hebben verzuim3,
zich in de maand Januari te doen in
schrijven, alsnog zullen worden Inge-
schreven tot den 31sten Augustus
1909, mede des namiddags te 4 uur,
doch dat dezen volgens voren gemeld
art. 166 der wet zullen worden ge
straft.
Opgehaald.
Vrijdagmorgen om half negen is te
Weesp uit de Smal-Weesp Siammer-
dijk, bij het molentje „De Haan", op
gehaald het lijk van 1-Iendrika Waal-
lowijn, geboren te Haarlem op 1 No
vember 1885. Zij was dienstbode en
werd vermist sinds 15 November. Óp
het lijk werden gevonden een zilve
ren horloge, een porteinonnaie, een
armband, een biljet H. IJ. S. M., en
eenige ansichten uit Weesp.
Het arme meisje is., zooals uit alles
blijkt, geheel bij ongeluk te water ge-
ioopên en aldus rampzalig omgeko
men.
Uit gebrek.
Heden werden door den rechter
commissaris moeder eu zoon ver
hoord, die zich briketten van een
stoomgemaal hebben toegeëigend.
Mede werd door den rechter-com-
rnissaris instructie gehouden tegen
drie jagers, die na een onbezoldigd
rijksveldwachter te Heemskerk te heb
ben beleedigd, later achter dezen
schoten losten.
Uit de Omstreken
HAARLEMMERMEER.
Aan den Ringdijk bij Halfweg, stel
de zich zekere W., die in staat van
dronkenschap verkeerde, zich zeer
woest aan. O.a. drong hij den winkel
van den winkelier D. binnen en mis
handelde aldaar zekeren v. O., die
toevallig aldaar aanwezig was en die
hém, volgens zijn voorgeven, nog een
som geld verschuldigd was. Ook ver
nielde hij enkele ruiten en andere
aldaar aanwezige voorwerpen.
De inmiddels verschenen politie
maakte _aan een en ander een einde,
door hem van daar te verwijderen.
Ten huize van B., wonende aan den
Ringdijk, nabij Sloten, ontstond
brand, door het onvoorzichtig om
gaan met petroleum.
Het liet zich aanvankelijk ernstig
aanzien, doch met de uiterste krachts
inspanning gelukte liet aan de inmid
dels toegeschoten buren, de brand te
blusschen. Een groot gedeelte van 't
huisraad is verbrand, terwijl ook de
woning nog al eenige brandschade be
kwam.
Alles is verzekerd.
BIJ HET. HUWELIJKSAANZOEK.
Mijne dochter kan ook piano»
spelen.
O, dat is niets; ik neem haar
tóch 1
IN DE RECHTZAAL.
Verdediger van den hoef (pathe
tisch). Eene omstandigheid, dio
zeer zeker voor beklaagde pleit, is
dat hij ongehuwd bleef. Stelt u eens
voor, hoé diep ongelukkig hij vrouw
en kinderen zou gemaakt hebben
door zijn laakbaar bedrijf maar hij
deed het niethij bleef ongehuwd. Ik
beveel hem dus aan in de clementie
van het Hof 1
Uw echtgenoot was een flinke
man, verklaarde de vriendin tot de
jonge weduwe.
Dat was ie I bevestigde de we
duwe. Geen twee politieagenten
kondon hem overmeesteren.
INGEBONDEN.
Zij. Vandaag zorg je, dat je om
negen uur thuis bent.
Hij. Neen, om tien....
Zij (zeor veelzeggend). Hè
Hij. om tien minuten vóór'
negenen al 1
De kellner was boos geworden, om
dat cle gast hem riep, door met de
vingers tc knippen.
Roept u de kat, mijnheer?
vroeg hij.
Och, kun jij ook al gedachten
lezen was het antwoord.
Hoe zoo, m'nheer vroeg de
kellner.
Omdat ik juist van plan was om
hazepeper te vragen.
Waarom zou P. op klaarlichten
dag zijii huis zoo illuimneereu Kijk
eens, lü alle kamers is 't gas op.
O, dat doet hij om zijn gusreke-
ning nooger te krijgen. Zijn wouwf
aomi morgen van de reis terug. ILj
had haar Leloufd, dat hij voortdurend
s avonds thuis zou blijven, en ai»
zi;n vrouw nu de gas reive uing inkeek,
zou zij dadelijk zien, dat er geen en
kelen avond een lanio in 't hu's ge
brand had.
Binnenland
NIEUW PORTRET VAN DE
KONINGIN.
Uit Amsterdam wordt bericht, dat
door de firma Guy de Coral en Co. in
den handel zal worden gebracht een
nieuw portret van H. M. de Koningin.
Dit portret geeft li. M. te zien staan
de ten voeten uit. De portretten zul
len met Kerstmis ^verschijnen.
VOGELBESCHERMING.
Vanwege de Natuurhistorische Ver
eeniging komt cone commissie 'op
Texel een onderzoek doen naar de
mogelijkheid, om een uitgestrekt ter
rein in te richten voor vogelbescher
ming. Men wil de in zee gelegen bui
tenschorren, nabij den polder „Een
dracht", indijken en dit geheel© ut
gestrekte terrein bestommen als
broedplaats voor ettelijke vogelsoor
ten.
Het oord is zeker uitstekend gele
gen en zal ook gemakkelijker zijn te
bewaken dan andere terreinen, doch
de kosten voor inrichting zullen stel
lig vel© duizenden beloopen.
INBRAKEN.
Donderdagnacht is een inbraak ge
pleegd bij den heer J. Cohen, collec
teur van de Staatsloterij op het Oran
jeplein in Den Haag. Door het over-
klimmen eener schutting in de Spino-
sastraat hebben de dreven zich toe
gang verschaft tot den tuin, vandaar
zijn zij in de gang gekomen waar zij
de ruiten insloegen en vervolgens
door openbreking van het slot het
kantoor bereikten. Daar hebben zij.
ten eind© het geluid t© dempen, den
grond met boeken belegd, vervolgens
een zware brandkast gekanteld en
van achter opengehakt. Een aanzien
lijk bedrag aan geld en bankpapier,
benevens eon hoeveelheid loterijbrief
jes, werd ontvreemd. liet juiste be
drag van het ontvreemde kon nog
niet worden opgegeven.
HET KAMERLID VAN DER
ZWAAG.
De heer G. L. van der Zwaag* te
Gorredijk, lid der Tweede Kamer eu
van Gedeputeerde Staten vuil Fries
land, is nagenoeg hersteld en ver
toont zich weder buitenshuis. Komt
er niets tusschenbeide, dan zal bij in
d© volgende week de z. Hingen vun
Kamer en Staten weder bijwonen. Tij
dens zijne ziekte heeft de heer Van
der Zwaag talrijke blijken van deel
neming ontvangen van autoriteiten
en collega's.
BELOONING VOOR REDDING.
De bemanning van den Nederland-
schon loodskotter No. 11 is door de
Committee of Lloyd's beloond voorde
hulp, die ze verleend heefl aan de be
manning van liet op 31 Augustus bij
Dungenesg gezonken Engelsche
stoomschop „Sydney". De loodsleer-
ling Jacob Don kreeg een zilveren
gesp, te dragen bij de hem reeds vroe
ger verleende zilveren medaille, en-
de matroos Emanuel Frederik Voge.
laar ontving een zilveren medaille.
Voorts krijgen zij ieder f 36.
Aan den schipper van den loodskot-
ter J. Ph. Plovey, werd een zeekijker
vereerd.
CLANDESTIENE DRANKVERKOOP.
De politie te Zaandam heeft Don
derdag een inval gedaan bij een twee
tal verlofhouders, die onder verden
king stonden clandestien sterken
drank te verkoopen.
Er werd niet minder dan ruim 300
liter van dit vocht in beslag genomen,
Tegen beiden is proces-verbaal opge
maakt.
(Tel.)
DE STUKKEN VAN EEN KINDER
LIJKJE.
Men heeft te Rotterdam geen frag
menten meer van een kinderlijkje ge
vonden, noch in den Boezemsingel,
dien men afdregde, noch in de riolen
in de omgeving van den Spiegel nis-
serkade, die opnieuw grondig onder
zocht zijn. Donderdagmiddag heeft
in het Ziekenhuis de gerechtelijke
schouwing van het gevondene plaats
gehad.
Naar het Engelsch door
Barones Orczy.
27)
Een oogenblik dwaalden haar ge
dachten van den beminden broeder,
die ri-n gevaar was, naar dien ande
ren man, die ook aanspraak kon ma
ken op haar vertrouwen ©n liefde.
Zij voelde zich eenzaam, angstig,
ter wille van Arm and zij verlangde
door iemand gerust gesteld te wor
den, of van iemand raad te .krijgen,
iemand Jie haar zou kunnen helpen
en troosten. Sir Percy Blakeney had
haar eens bemind, hij was haar echt
genoot waarom zou zij heel alleen
dit alles doormaken Hij had heel
weinig hersenen, dat is waar, maar
hij had veel spierkrachtals zij nu
eens een plan maakte en hij voerde
het met zijn mannelijke energie en
moed uit, zouden zij dan samen den
geslepen diplomaat niet om den tuin
kunnen leiden en den gijzelaar uit
«iin wreede handen kunnen redden,
zonder het leven van den nobelen
leider van dien dapperen bond van
helden in gevaar te brengen.
Sir Percy kende SL Just coed
hij scheen hem wel te mogen lijden
zij was overtuigd, dat hij zou kun
nen helpen.
Chauvelin nam verder geen notitie
meer van haar. Hij had haar wreed
aardig duidelijk gemaakt, wat haar
te wachten stond, nu moest zij zelf
maar beslissen.
H'i scheen nu op zijn beurt geheel
op te gaan in de zielroerende melo
die» van Orpheus, en wiegde zijn
vossekop op cle maat van de muziek
heen en weer.
Een bescheiden tikje tegen de deur
wekte Marguerite ui't haar gepeins.
Het was Sir Percy Blakeney, lang,
slaperig, goed gehumeurd, mot zijn
eigenaardig verlegen, on n oiozei en
glimlach, <'ien haar nu meer dan ooit
scheen te hinderen.
Hm.... Je draagstoel stoot, te
wachten.... lieve,'zei hij op uiterst
'gerekten toonje bent toch im
mers van plan om naar dat ver-
wenschte bal te gaan Pardon
hm mijnheer Chauvelin ik had
u niet opgemerkt
Hij stak twee slanke, witte vingers
naar Chauvelin uit, die opgestaan
was, toen Sir Percy de loge binnen
kwam.
Kom je nu, lieve
SstSstklonk meer of minder
boos uit verschillende hoeken van het
theatergebouw.
Wat oen onbeschaamdheid, zeide
Sir Percy rroedhartic glimlachend.
Marguerite zuchtte ongeduldig.
Haar laatste hoop scheen plotseling
verdwenen. Zij wikkelde zich in haar
mantel en zonder haai' echtgenoot
aan te kijken, zei ze
Ik ben klaar om te gaan, waar
op zij zijn arm aannam.
Bij de deur van de loge keerde zij
zich om en keek Chauvelin aan, dio
met zijn dichtgeslagen hoed onder
den arm en een merkwaardiger glim
lach om de lippen, van plan was het
vreemde bij elkaar komende paar te
volgen.
Tót ziens, Chauvelin, zeide zij
vriendelijk, wij ontmoeten elkaar
straks weer op het bal van Lord
Grenville.
En in haar oogen las de slimme
Franschman ongetwijfeld iets, dat
hem groote voldoening gaf, want hij
nam met een sarcastischen glimlach
een heerlijk snuifje, waarna hij zijn
mooie kanten jabot afstofte en zich
tevreden in de magere handen wreef.
HOOFDSTUK XL
Het Bal.
Het historische bal, gegeven door
'Lord Grenville, die op dat oogenblik
secretaris van Staat van BuitenJand-
sche Zaken was, was het schitterend
ste feest van het jaar. Ofschoon het
herfstseizoen pas begonnen was, had
ieder, die zich respecteerde, zijn best
gedaan om intijds voor dat feest in
Londen te zijn en daar zooveel moge-
li^ te schitteren.
Zijn Koninklijke Hoogheid de Prins
van Wales had beloofd tegenwoordig
te zullen zijn. Hij zou dadelijk uit da
opera komen.
Lord Grenville zelf had naar de
twee eerste actes van Orpheus geluis
terd, vóór dat hij zich ging voorberei
den op de ontvangst van zijn gasten.
Om tien uur een ongewoon laat
uur in die dagen waren de groote
kamers van het prachtige huis bij
zonder mooi gedécoreerd met palmen
en bloemen, gevuld met een menigte
gasten.
Eéai kamer was voor den dans be
stemd, en de mooie tonen van de mu
ziek vormden een zacht accompagne
ment bij het vroolijk lachen en praten
van het talrijke en schitterende gezel
schap.
In een kleinere kamer, vlak boven
aan de mooie trap gelegen, stond de
gastheer, om zijn gasten té ontvan
gen. Voorname mannen, mooie vrou
wen, bekende personeu uit alle lan
den van Europa, hadden hem hun
compliment aJ gemaakt op de over
dreven wijze, waaraan men in die da
gen gewoon was en al lachende en
pratende hadden zij zich in de bal-,
receptie- en speelzalen verspreid.
Niet ver van Lord Grenville af,
leunende tegen een van de console
tafels. stond Chauvelin in zijn onbe
rispelijk zwart costuum kalm het
schitterend gezelschap op te nemen.
H:; merkte op, dat Sir Percy en Lady
Blakeney nog niet aangekomen wa
ren, en zijn scherpe, bleeke oogen
keken vlug naar de deur, zoodra er
weer iemand anders verscheen.
Hii stond ietwat afgezonderdde
afgezant van de Revolutionaire Re
geering van Frankrijk was natuurlijk
niet zeer populair in Engeland, in
een tüd, waarop het nieuws van de
afschuwelijke September-moorden en
van het Schrikbewind en de anarchie,
ju'ist aan den overkant van het Ka
naal bekend begon te worden.
Als officieel persoon was hij hoffe
lijk door zijn Engelsche collega's ont
vangen Mr. Pitt had- hem de hand
gedruktLord Grenville had zich
meer dan eens met Item onderhouden;
maar de intiemere kringen uit de
Londenscho groot© wereld negeerden
hem volkomen de vrouwen draaiden
hem openlijk den rug toe; de mannen,
die geen officleele positie bekleedden
weigerden hem de hand te drukken.
Maar Chauvelin was de man niet,
om zich daarvan iets aan te trekken
hij noemde dat eeuvoudig incidenten
in zijn diplomatieke loopbaan. Hij
was vol blindellngschen geestdrift
voor de zaak der revolutie, hij min
achtte alle maatschappelijke ongelijk
heid, en hij had een gloeiende liefde
voor zijn eigen land deze drie ge
voelens maakten hem volkomen on
verschillig voor de speldeprikken, die
hij in dit mistige, koningsgezinde,
ouderwetsche Engeland ontving.
Maar vóór alles bezielde Chauvelin
één doel. Hij was vast overtuigd, dat
de Fransche aristocraat de meest ver
bitterde vijand van. Frankrijk was;
hii zou hen allen vernietigd willen
zien hij was een van dogenen, dio
tijdens het afschuwelijke Schrikbe
wind, het eerst de historische en
wreedaardige begeerte geuit had dat
de aristocraten met elkaar maar één
hoofd bezeten hadden, dat niet eeu
enkelen slag van de guillotine kon
worden afgeslagen. En daarom be
schouwde hij lederen Franschen aris
tocraat, diem het gelukt was, uit
Frankrijk te ontsnappen, als eon
prooi, die aan de guillotine ontno
men was.
Ongetwijfeld deden deze konings
gezinde uitgewekenen hun uiterste
best, om in het vreemde land veront
waardiging tegen Frankrijk op te
wekken. Voortdurend werden in En
geland, België en Holland intrigues
op touw gezet om een groote macht
te bewegen, troepen te zenden naar
het revolutionaire Parijs, om Koning
Lodewijk te bevrijden en al die bloed
dorstige leiders van die monsterach
tige reoubliek op te hangen.
(Wordt vervolgd).