HAARLEM'S DAGBLAD.
TWEEDE BLAD.
Onze Lachhoek.
FEUILLETON
De Roode Pimpernel
DONDERDAG 7 JANUARI 1909
OM ONS HEEN
No. 863.
Nabetrachting van den
Gemeenteraad.
Meer dan eene heb ik er in dit
blad op gewezen, dat het materiaal,
waaruit de journalist te Haarlem zijn
kmn'is moet putten van de vooretel
len, die In den gemeenteraad in be-
ppreking komen, totaal onvoldoende
ie om hem een goed overzicht daar
van te geven. De agenda van Woens
dag, hoe klein en onaanzienlijk ze
ook waa, hoeft weer twee bewijzen
opgeleverd van de waarheid dezer
klacht. Aan de orde was een verzoek
om vergoeding van de schade, die
aangericht was door den val van een
boom der gemeente op eon huis, dat
in aanbouw was. Uit de discusslën
bleek, dat de heer Springer hierover
eon rapport heeft uitgebracht. Som
mige raadsleden haalden er iets uit
aan, maar wij, journalisten, hebben
het rapport niet onder de oogan ge
had. t Heeft gelegen bij de stukken,
die alleen door de Raadsleden kun
nen worden ingezien.
Een tweede punt was het voorstel
.Van de firma Goetisch, te Utrecht,
om de schilderijen van Hals tegen
brand, diefstal, licht en lucht te be
schermen, door hen buiten de uren,
dat het museum geopend is, weg te
fluiten in brandkasten.
De heer Middelkoop bracht daarbij
«en rapport van de Commissie van
toezicht op het museum ter sprake,
en gaf daarover zijn critiek.
Wat er in dat rapport staat, is voor
ons verborgen gebleven. Het lag, met
dat van den heer Springer, voor de
leden van den Raad ter lezing.
En nu weet ik wei, dat wanneer
een persman aandringt op meer open
baarheid, de menschen de schouders
ophalen en zeggen „nu ja, die wil
natuurlijk alles weten", alsof wij
menschen van de courant ongeveer
op de lijn staan van het wijfje uit de
buurt, dat 's morgens bij de kennis
sen rondgaat om het laatste nieuws
Op te halen en dat, uit pure praat
zucht, dan weer over te babbelen In
di-ï straat. Ik behoef hier het vak niet
in do hoogte te steken, maar zeggen
mag ik toch wel, dat ons streven naar
bijzonderheden met banale nieuwsgie
righeid niets heeft uit te staan. Zelfs
zou ik durven beweren, dat de jour
nalist al.s particulier, door het voort
durend in zijn bedrijf omgaan met
nieuws en nieuwtjes, een van de
minst nieuwsgierige menschen is, die
men zich voorstellen kan.
Het is heel iets anders, dat hij van
de openbare aangelegenheden de bij
zonderheden verlangt te kenn-n.
Voor zijn gemak ware het eenvoudig
ste, dat hij zich zoo min mogelijk
moeite gafwanneer hij zich inspant
om een volledig beeld te verkrüc-an
van de zaken, waarover hij schrijven
wil, dan is dat eenvoudig uit liefde
tot zijn.vak, om namelijk het publiek
zoo goed rnogefijk voor te lichten. Mij
dunkt, dat dit streven iets beters ver
dient, dan de schampere sneer,
„dat d'ie menschen van de krant na
tuurlijk overal hun neus in moeben
steken".
Als de lezer mij nu vraagt, hoe dat
met dien boom nu precies in elkaar
zit, dan erken ik, dat ik het niet weet.
Da Coöp. Bouwersbond, die de scha
de geleden heeft, beweert dat de boom
rot was, ja zelfs vier jaar geleden al
geteekend was om gerooid te worden,
en van andere zijde wordt aange
voeld, da.t de gemeente hoegenaamd
geen schuld in deze zaak kon worden
aangewreven. De spil waar alles om
draait, is het rapport van den heer
Springer. Zooals ik u zei, is het mij
onbekend wat daar in staat.
Het kan wel wezen, dat iemand
zegt„wij kunnen uw voorlichting
wel missen. Wanneer de Raad bij
meerderheid van stemmen uitmaakt,
dat de gemeente niet aansprakelijk
kan worden gesteld, dan is dit on-
zentwege voldoende. Méér vragen wij
niet." En a1 wil ik bij hem, die zoo
6preekt, in eerbied voor 's Raads be
slissingen niet achterstaan, dat hij
met zoodanige redeneering de moge
lijkheid voorbijziet, dat ook een min-,
derheid gelijk kan hebben, spreekt
van zelf*
Er zijn van die onderwerpen, die
een heele mag lk zeggen wetge
vende periode door, voortdurend
aan de orde komen. Dat is rneft het
museum van schilderijen het geval.
Terwijl we er vroeger nooit wat van
hoorden, is het museum nu voortdu
rend op de praat. Het nieuwe gebouw,
het halve millioen van Jhr. Jan Druij-
vestein, de veiligheid van de tegen
woordige lokalen, ziedaar even zoo
vele onderwerpen van gedachtenwis-
seliug in en buiten den Raad. Over
dat nieuwe gebouw behoeven we ons
op dit oogenblik het hoofd niet warm
te denken, de tonnen gouds uit Pa
rijs liggen, vrees ik, op een heel win
derig hoekje en de veiligheid van de
tegenwoordige lokalen wordt heel
bedenkelijk genoemd. Er is een raam,
waar de schilderijen in tijd van nood
niet door heen kunnen en er is een
paar jaar geleden ee" balconnetje
getimmerd, dat te klein is. Toen men
daarop een poos geleden aan het
exerceeren is gegaan, liepen de men
schen gevaar naar beneden te tui
melen.
Waarom dat bale mietje hoogst on
eerbiedig schavot genoemd, nu
niet vergroot wordt, is een geheim
van openbare werken, dat wij leeken
wel nimmer zullen doorgronden. Is
er, zou ;k met gepaste bescheidenheid
willen vragen, niet tets overdrevens in
de vrees voor brandgevaar van onze
schilderijen Er zijn extincteurs in
de lokalen, er zijn brandslangen, er
mag niet gerookt worden, overdag'is
er geregeld toezicht en wanneer de
zalen voor 't publiek zijn gesloten,
doet een brandwacht er zijn ronde.
Kans voor brand, nu ja, die i3 er al
tijd maar met al deze voorzorgen is
ze toch waarlijk zóó groot niet, of de
leden dier commissie kunnen 's avonds
rustig het hoofd neerleggen, omdat er
gedaan is wat mogelijk is. Alles voor
zien en alles voorkomen is eenmaal
den knapsten mensch niet gegeven.
Zoo kort was de agenda niet, of de
Raad heeft een paar maal heel har
telijk gelachen .over opmerkingen van
de tafel van B. en W. Toen op voor
stel van den heer Van Styruin f 2500
van een suppletoire begrooting was
genomen, die daarop niet behoorden,
bracht Dr. H. D. Krusemam groot ple
zier in de vergadering met de mede-
deeling, dat nera uit informatie was
gebleken, dat het aandeel in de per-
soneeie belasting voor de gemeente
f 2500 meert el I Wat een opluchting I
Nu behoefde de begrooting niet met
ceu nadeelig saldo te sluiten 1 't Stad
huis zou daarvan op zijn hoofd heb
ben gestaan I
De tweede opmerking was van den
voorzitter zelf, die naar aanleiding
van de boomquaestie zei„Mijnbeer
Schram ztet de zaak niet goed in en
dat is hem niet kwalijk te nemen,
want ze is vrij gecompliceerd."
De Raad proestte het uit en de bur
gemeester, die het natuurlijk niet zóó
bedoeld had, gaf spoedig een verdui
delijking aan zijn woorden.
Aan 't sici van de vergadering
klaagde de heer Visser over de plaats
vervangende leden in de stembureaus,
die zoo vaak verhinderd zijn, zitting
te némen, zoodat anderen acht of
tien uur dienst moeten doen.
_Dat is, ik ben bet eens, geen
menschw aardig bestaan voor een
stembureau-lid. En de heer Visser
had gelijk, toen hij meer plaatsver
vangers vroeg. Licht zijn er onder
een grooter gezelschap een paar, die
hun werk doen.
J. C. P.
Stadsnieuws
V ereeniging Haerlem.
liet bestuur vun deze vereeniging
houdt in Januari en Februari weel
een paar kunstbeschouwingen uit
den stodolijkeu atlas in de Schnee-
yoogtkamer op het Prinsenhof.
DE GENEESKUNDIGE BEHANDE
LING VAN DIENSTBODEN.
De Haarkmsche vereeniglng van
geneesheer en en apothekers heeft
eenige verga deringen gewijd aan de
behandeling van de vraag, hoe men
na de invoering van het Arbeidscon
tract (1 Februari) zal hebben "te han
delen ten opzichte van 't inwonend
dienstpersoneel.
Dr. N. J. M. Fagee Schaeffer leidde
de bespreking in en herinnerde
volgens een verslag in het Tijdschrift
voor geneeskunde aan de uitspraak
van den minister bij de behandeling
van het Arbeidscontract In de Tweede
Kamer, dat de geneesheeren zouden
hebben te rekenen naar het tarief
volgens don stand van de werkgevers.
De bedoeling is om inwonende dienst
boden particuliere behandeling te
doen ten deel vallen. De dienstboden
zullen na de invoering der wet ge
neigd zijn uit hun ziekenfondsen te
gaan, maar vele dames-werkgeefsters
zullen neiging verlootten haar dienst
boden voor haar rekening in een zie
kenfonds te doen opnemen. Dan zijn
echter de dienstboden geen minver
mogende ziekenfondsleden, maar heb
ben de dames zich tegen veel te gerin
ge premie voor geneeskundige hulp
en geneesmiddelen verzekerd voor
haar dienstboden. „Verzekering" is
echter niet de bedoeling van het sie-
kenfondswèzën.
De inleider wees er voorts op, dat
de mevrouwen van de geneesheeren
voor haai- dienstboden meer eischen,
dan gewone fondspatiënten. Het zou
wellicht aanbeveling verdienen voor
de dienstboden de tarieven der Rijks
verzekeringsbank als voorbeeld te ne
men.
De vereeniging benoemde een com
missie, die over deze aangelegenheid
rapport uitbracht en tot de volgende
conclusies kwam
le. Na liet in werking treden van
de wet op het Arbeidscontract, be
hoort de tot nu toe geldende wijze
van ziekenfondsbehandeling van in
wonend dienstpersoneel niet te blij
ven bestaan.
2e. Bindende besluiten, omtrent dit
vraagstuk zullen alleen gelden bij een
meerderiieid van minstens drie vterde
der uitgebrachte stemmen.
3e. De maatschappijen, -die werk
gevers zullen gaan verzekeren tegen
schade, ten gevolge van ziekte van
inwonend dienstpersoneel, en zich
inlaten met de zorg voor geneeskun
dige en pharmaceutische hulp, moe
ten voldoen aan de volgende voor
waarden
a. Vrije artsen- en apothekers-
ketize
b. de voorwaarden voor deelnemen
de geneeskundigen en apothekers
moeten zijn goedgekeurd door don
afdeellngsraad van den geneeskundi
gen kring en door de maatschappij
ter bevordering dei' pharmacie
c. controleerende geneesheeren
eener maatschappij mogen geen be
handelend geneesheer voor dte maat
schappij zijn en mogen zich alleen be
moeien met de vraag der invaliditeit
der patiënten.
4e. de leden verschaffen geen ge
neeskundige hufp of geneesmiddelen
aan inwonend dienstpersoneel als zie
kenfondspatiënt, zoolang de werkge
vers, volgons de wet op het Arbeids
contract moeten zorg dragen voor ge
neeskundige hulp en geneesmiddelen.
Deze conclusies werden op een later
belegde vergadering met algemeene
stemmen aangenomen.
Rubriek voor Vragen
Geabouneerden hebban bet voorrecht
vragen op verschillend gebied, mits voor
beantwoording vatbaar, in te fceaden bij de
Redactie van Haarlem's Dagblad, Groote
Houtstraat 63.
Alle antwoorden worden geheel kosteloos
gegeven en, yoor zooveel mogelijk is, den
dag na de inzending.
VRAAG. Kunt u mij ook zeggen,
waar ik mij vervoegen moet om als
leerling-verpleegster geplaatst te
worden Ik zou gaarne een klein
salaris wenschen. Reeds eenige malen
solliciteerde ik, doch zonder resul
taat.
ANTWOORD. Om als leerling-
verpleegster te worden geplaatst moet
men zich wenden tot de directie van
het Ziekenhuis, waai' de opleiding
gewenscht wordt. Aan leerling-ver
pleegsters wordt een aanvangssalaris
van f 100 toegekend. Dat u eenige ma
len vergeefs solliciteerde, ligt aan
den leeftijd, die 22 A 23 jaar moet
zijn, zoodat u nog te jong is.
VRAAG. Ik heb dumaardappe-
len, die met de strenge vorst gedeel
telijk bevroren zijn. Zijn de bevroren
nog eetbaar en kan ik ze er nu uitha
len, zonder de anderen te beschadi
gen
ANTWOORD. Zijn ze slechts aan
gevroren, dat wil zeggen, niet door
en door bevroren, zoodat ze voos wor
den en bet water laten loopen, dan
moet u ze laten liggen tot ze gaan
spruiten, daarmede gaat tegelijker
tijd de zoete smaak verloren.
Zijn ze echter voos, dan ze er uit
zoeken en wegwerpen.
VRAAG. Valt een inkomen van
f 450 's jaars in de termen voor de be
lasting voor Rijk of gemeente
Doet de huur eener woning van
f 2.75 per week daar nog aan toe
ANTWOORD. Bij de personeele
belasting begint de Belastingplicht bij
f 101) jaarlijksche huurwaarde, bij de
bedrijfsbelasting met f 650 inkomen,
en bij gemeentebelasting met 500.
VRAAG- Moeten quitantiën, die
aangeboden worden door een post
bode, en waarvan de vervaldag valt
op een Zondag of feestdag, den dag
vóór of na den vervaldag worden
aangeboden
ANTWOORD. Vervalt een qui-
tantie op Zondag, dan den dag daar
opvolgende, en op een eersten feest
dag, dan den tweeden feestdag.
Tweede feestdagen, tenzij deze val
len op Zondagen, tellen bij de post
niet voor rustdagen, doch als gewone
werkdagen
VRAAG. Wat is er aan te deen,
wanneer kippon bevroren kammen
hebben en is het ook gevaarlijk voor
de beesten
ANTWOORD. Wrijf kam en lellen
gedurende eenige minuten in met
sneeuw of ijskoud water, dan afwas-
schen en betten met een koude aluin
oplossing (5 a 10 deelen aluin op 100
doelen water)vervolgens met een
schoonen naald even en overal in de
opgezette doelen, prikken en don liet
daarin bevindende vocht er zooveel
mogelijk uitdrukken.
Daarna wrijft u de bevroren dea
len flink in met vaseline.
U moogt de beesten niet, in een
warm vertrek brengen, want dan val
len'de bevroren kam of lellen beslist
af. Zijn kam of lellen echter door be
vriezen beslist verloren, dan moet u
ze coupeeren of dit laten doen. liet
sierlijke gaat dan natuurlijk verlo
ren. Ze lijden er dikwijls wel voel
door, doch de dood zal door bevriezen
van een of ander deel niet direct liet
gevolg'zijn.
VRAAG. Als ik voor mijn nummer
dien en goedgekeurd ben, hoewel mijn
linkeroog blind is, kan men mij dan
goedkeuren
ANTWOORD, 't Komt ons haast on
denkbaar voor, dat iemand wiens
«me oog blind is, voor de militie zou
worden goedgekeurd. U kan herkeu
ring aanvragen.
VRAAG. Tegen Februari heb ik
mijn betrekking als dagmeisje opge
zegd. Heb ik nu neg recht op een
Nieuwjaarsfooi
ANTWOORD. Neen.
CORRESPONDENTIE.
Den Heer J. Kwaadsprekende men
schen kuinnen in een uur tijds meer
kwaad van u vertellen, dan u ineen
maand kan tegenspreken. Daaraan
staan wij allen bloot. Trek u er dus
niets van aan. Alleen de waarheid
kwetst, haal de schouders op over
laster.
Onder sommige omstandigheden
kan „iemand de waarheid zeggen" be.
gebouwd worden als huisvredebreuk.
Steek u niet in moeilijkheden en ont
wijk liever meuschen, die u onaange
naam zijn, des te eerder vergeet ge
hen en hunne streken.
J. A. S. te V. Het geven van han-
delsinformatiën ligt niet op onzen
weg, wend u tot de Haaxlemsehe Han-
delsvereeniging.
Uit de Omstreken
IJMUIDEN.
De heer A. H. Cierkx, commissaris
yan 't loodswezen te 13muiden, hoopt
den ITdan Januari rlen dag te heixlen-
ken, dat hij vóór 50 jaar ih 's lands
dienst trad.
Binnenlanu
HOFBERICHTEN,
dl. M. de Koningin schonk aan de
phiilanthropische spijskokerlj en
volkstehuis „De Metropool", te 's-Gxo-
venliage, wederom een bedrag van
ƒ100 voor de uitdeeling van warm
voedsel aan behoeftigen.
H. M. DE KONINGIN.
De Haarrsche correspondent der Te
legraaf schrijft
H. M. de Koningin gaat bijna dage
lijks In den middag een korte wande
ling doen, en het schijnt werkelijk, of
het publiek uu begint in te zien, dat
de opdringerige nieuwsgierigheid Je
gens H. M. zeer ongepast is. Zelfs op
de dagen van felle, vinnige koude, die
gepasseerd zijn, kon men onze Ko
ningin om ongeveer twee uur uit het
paleis zien kornen, om naar dat van
Haar Moeder te gaan, of een wande
ling van een-half uur of drie kwartier
to ondernemen, slechts van cene hof
dame vergezeld. De Hagenaars, voor-
ai zij, die in den omtrek van het
Noorcleinde, Parkstraat en Oranje
straat wonen, zijn er reeds aan ge
wend dagelijks de eenvoudige, inne
mende verschijning van ónze Ko
ningin te zien, maar voor vreemdelin
gen is dat heel anders. Het gebeurt
vaak, dat iemand van buiten Den
Haag plotséling tegenover Hare Ma
jesteit staat en in vele gevallen is
Haar onderdaan dan zóó verrast, dat
hij van pure zenuwachtigheid bijna
vergeet te groeten. Andere keeron
merkt men echter reeds van op een
afstand, dat H. M. aankomt. Een mi
litair maakt b.v. plotseling voor een
dame halt en front, salueert eerbie
dig, dan weet men daar komt de
Koningin. En altijd krijgt men eene
vriendelijke neiging van II. M. terug,
niemand, die Haar groet, vergeet Zij
terug te groeten.
We waren eenige dagen geleden
nog getuige van een aardig voorval,
't Gebeurde in de tram, die juist door
de Parkstraat reed. Een paar buiten
lui, man en vrouw, zaten druk te re-
denceren over de Koningin. Plotse
ling vroeg de conducteur aan hen
„Wilt u de Koningin zien Daar
komt Ze juist aan...."
Ongeloovig lachen natuurlijk.
„Gauw dan", riep de conducteur
„daar wandelt Ze."
En de nóg ongeloovige buitenmen-
aclien zagen een dame, met 'n zwart
pluche mantel, diciit langs den hui
zenkant loopend. Ieder groette eer
biedig en militairen vlogen in de hou
ding
Toen geloofden de buitenlui het.
Maar nog lang waren ze te verrast,
om veel te kunnen zeggen.
BEGRAFENIS.
Do begrafenis van wijlen mr. II. J.
M. baron Mollerus van West.ke.rke,
commissaris der Koningin in Gelder
land, is bepaald op Zaterdag 9 Janu
ari op de begraafplaats Moscowa bij
Arnhem.
SLACHTOFFER VAN HET IJS.
Een 8-jarig zoontje van den Land
bouwer W. de Waal te Nes (N.-H.) is
door liet ijs gezakt en verdronken.
PENSIOENEN VOORMALIGE ZUID-
ZUID-AFR1K. REPUBLIEK.
De minister van Buitenlandsche Za
ken brengt ter kennis van de ambtena
ren der voormalige Zuid-Afrikaansclie
Republiek, die verzoekschriften om
pensioen hebben ingediend bij den se
cretaris van den thesaurier te Preto
ria, bij de commissie voor pensioenen
aan de ambtenaren der Zuid-Afrikaan-
sche Republiek of door tusschenkomst-
van dén consul generaal der Nederlan
den te Pretoria, dat de te bewilligen
pensioenen of andere uitkeeringen niet
voor overdracht vatbaar zijn.
Aangezien bij herhaling bewijzen
van overdracht van bedoelde vergoe
dingen bij de commissie Inkomen,
worden belanghebbenden gewaar
schuwd, dat het doen opmaken van
overdrachtsbescheiden, ten einde die
in te zenden, noodeloos kosten ver
oorzaakt, daar niettegenstaande de
overdracht de betaling plaats heeft
aan hem, aan wion de uitkeering is
toegewezen.
ACHTERUIT IN 1907.
Opmerkelijk in de Nederlandsche
spoorweg-statistiek over 1907 is, dat,
terwijl alle vervoèrcijfers over 1907
hooger zijn dan over 1906, behalve
die voor eerste klasse reizigers en
voor verlaagde tarieven reizigers. Er
werden in 1907 1.602,685 1ste klassers
vervoerd tegen 1.614.777 het vorig
jaar, in 1907 1.590.727 voor verlaagde
vrachtprijzen, tegen 1.603.226 het vo
rig jaar.
VERDACHT EXCUUS.
U hebt 't woord ezel in de laatste
tien minuten verscheidene malen ge
bruikt, moet ik daaruit opmaken, dat
u mij bedoelt?
Zeker niet, er zijn op de wereld
toch nog wel meer ezels behalve u.
TOPPUNT VAN WANTROUWEN.
Ik werd nooit in m'n leven zoo
beleedigd als daareven, zei een man,
die bekend stond om zijn gewetenloo-
zo handelingen met het goed van an-
deren. Jk ontmoette Dorrepaal en
verbeeld je zoo'n onbeschaamdheid
do kerel ging zorgvuldig zijn vin
gers tellen, toen ik zijn hand gedrukt
had.
EEN BRAVE JONGEN.
Moeder Jantje, je mag de pape
gaai geen leelijke woorden leereii
zeggen.
Jantje Neen moe, ik zeg juist, dat
hij ze niet zoggen moet.
EEN BELEEFDE KNECHT.
Heer (tot zijn knecht)Ik zie Je
weliswaar altijd rooken, Jan, maar
nooit zie ik je sigaren koopen.
Knecht: Maar, mijnheer, dat zou
er immers den schijn aan geven, dat
uw sigaren me niet goed genoeg wa
ren 1
HANDIG INGEPIKT.
- Neemt u me niet kwalijk, maar
zou ik even uw bril mogen kenen
Met genoegen, m'nkeer.
M'n beleefden dank. Maar daar
u nu tucli uw krant niet meer kunt lo
zen, zou ik, aJs ik zoo vrij mag zijn,
die ook wel te leen willen vragen.
EEN WONDERKIND.
Vriend des huizes Kan het kind al
pratenmevro uw
MoederNeen, praten kan hij nog
niet, maar "t is een wonderkind, hij
erstaat alles wat je tot hem zegt,
niet waar mijn lieve, kleine roetel-
tje, romnietje, stommetje, stoele mie-
ne mije makkie?
VriendVerstaat hij dot alle
maal
Moedor Stellig i
Vriend: Ja, dan ie het zeker een
wonderkiud 1
ALTIJD PRAKTISCH
DorpsrentenierWat moet dat kos
ten, mijn portret in olieverf?
Schilder Driehonderd gulden, mijn
heer".
üorpsrentenier En als ik de veil
zelf lever
DE EERSTE KAMER
die gisterenavond bijeenkwam, kreeg
natuurlijk officieel kennis van het
overlijden van minister Bevers.
Alle in Den Haag aanwezige minis
ters (behalve die van Oorlog, die on
gesteld is) waren verschenen en ter
wijl allen zich van hun zetels verhie
ven, deelde Minister Kolkman de
droevige tijding mede. Aan zijn per
soonlijke gevoelens het zwijgen op
leggend, verklaarde de Minister, dat
de overledene In de door hem beklee-
de betrekkingen de achting en de
sympathie had verworven van allen,
die met item in aanraking kwamen.
Do minderbedeelden verloren in hem
een warm vriend, zijn collega's een
trouw medewerker, de Koningin een
bcproeid dienaar, het vaderland een
zijner nobelste zonen.
De voorzitter gaf liet oprecht leed
wezen der Kamer te kennen over het
heengaan van den man, die 5 jaren
lid van dit college geweest is, en daat
zijn groute administratieve kennis in
holdere adviezen had neergelegd. Nog
te kort had de heer Bevers zijn mi
nisterieel ambt bekleed, om veel te
kunnen tot stand brengen, doch hoe
zeer zijn arbeid werd gewaardeerd,
was gebleken in de jongste bijeen
komst der Eerste Kamer, waarin nog
de hoer Hegout hulde had gebracht
aan 's Ministers voortvarendheid en
werkzaam held.
Beide redevoeringen vonden stille
instemming. De Kamer besloot tot me
vrouw Bevers een schrijven van rouw
beklag te richten en een paar dagen
in de afdeelingen te gaan voor het
beg r o o l ings onderzoek
MINISTER BEVERS.
Woensdag is een buitengewone Mi
nisterraad gehouden in verband met
liet plotseling overlijden van den Mi
nister van Waterstaat.
Zaterdag zal het stoffelijk overschot
van den heer Bevers worden ter aarde
besteld. De familie wenscht niet het
Naar het Engelsch docc
Barones Orczy.
46)
Heit is niets, kind, ik zeg je....
niets.... Ik moet even alleen zijn
tn lieve meid.... ik zal vandaag
niet meer van ie gezelschap kunnen
profLteeren.... Ik moet weg neem
net mij niet kwalijk
Ik begrijp, dat er iets gebeurd is,
Marguerite, en dat je behoefte hebt.
alleen te zijn. Ik wil je niet tot last
zijn. Doe verder maar geen moeite
voor mij. Mijn kamenier, Lucile, is
nog niet weggegaan... wij gaan sa-
pien terug.... geef je heusch geen
moeite voor mij.
In een opwelling omhelsde zij Mar
guerite. Hoe jong zij ook nog was, zij
.voelde toch duidelijk, dat haar vrien
din een groot verdriet moest hebben
giet haar aangeboren tact van harte-
jk, jong meisje deed zij geen moeite
ér meer van te weten te komen, en
was bereid zichzelf op den achter
grond te houden.
Zij kuste Marguerite nog eene en
nog eens en wandelde toen van droe
vige gedachten vervuld over het gras
veld heen, weg.
Marguerite bewoog zich niet, zij
bleef daar zitten denkenèh. vroeg
zich af, wat haai- te doen stond.
Juist toen Suzanne op het puinit
stond de treden naar het terras te
bestij gen, snelde er een lakei om den
hoek van het huis naar zijne mees
teres. Hij droeg een gezegelden brief
in de hand. Onwillekeurig draaide
Suzanne zich om haar hart zei haar,
dat daar misschien verder slecht
nieuws was voof- haar vriendin, en
zij voelde, dat de arme' Margot niet
in een toestand was om nog meer te
dragen.
De lakei bleef vol eerbied bij zijne
meesteres staan, toen overhandigde
hij haar dan gezegelden brief.
Wat is dat vroeg Marguerite.
Zooeven gebracht door een koe
rier, mylady.
Werktuiglijk nam Marguerite den
brief aan, en draaide hem rond in
haar bevende vingers.
Door wien is hij afgezonden
vroeg ze.
De koerier zei, mylady, dat zijn
orders waren dezen brief gi te geven,
en dat u wel zou begrijpen van wien
hij kwam.
Marguerite scheurde heit couvert
open. Zij had al begrepen wat er in
zou staan en werktuiglijk vloog haar
blik over' den inhoud heen.
Het woa een brief, geschreven (Joor
Armaittd S Just aan Sir Andrew
Ffoulkes, de brief, dien de spionnen
van Cliauveiin gestolen hadden in de
herborg Visschersrust, en dien Chau-
velin bewaard had als een middel om
haar tot gehoorzaamheid tó dwin
gen.
Nu had hij zijn woord gehouden
hij had haar den compromitteerehden
brief van St. Just teruggezonden
want "hij was den Rooden Pimpernel
op bet spoor.
Alles draaide met Marguerite rond;
zij Wilde opstaan, maar wankelde, en
zou gevallen zijn als Suzanne haar
niet had opgevangen.
Met bovenmenschelijke krachtsin
spanning werd zij zichzelf weer mees
ter er moest gehandeld worden.
Breng dien koerier hier "bij mij,
zeide ze op kalmen toon tot derf die
naar. Is hij nog niet weg
Neen, mylady.
De lakei ging been, en Marguerite
wendde zich tot Suzanne.
En Suzanne, ga jij dadelijk naar
innen. Zeg aan Lucile, dat zii zich
klaar moet maken. Ik vrees, dat ik je
naar huis moet zenden, kind. En
wacht even, zeg aan mijn kamenier,
dat zij een reisjapon en mantel voor
mij klaar moet leggen.
Suzanne gaf geen antwoord.
Zij kuste Marguerite hartelijk, en
gaf haar zonder een woord verder te
spreken, haar zin j xij had innig me
delijden met de uitdrukking vw
naamlooze ellende op het gezicht van
haar vriendin.
Even later kwam de lakei terug,
gevolgd door den koerier, die den
brief had gebracht.
Wie gaf u dezen brief vroeg
Marguerite.
Een gentleman, mylady, ant
woordde de man, in „De Roos en
Distel", een hotel tegenover Charing
Cross. Hij zei, dat u er alles wel van
zou begrijpen.
In „De Roos en Distel" Wat
deed hij daar
Hij wachtte op het rijtuig, dat
hij besteld had, mylady.
Het rijtuig
Ja, mylady. Een rijtuig, dat hij
besteld had. Als ik liet goed begrepen
heb, dan moest hij daarmee naar Do
ver gebracht worden.
Het is genoeg. U kunt godn.
Toen wendde zij zich' tot den lakei.
Mijn rijtuig en de vier vlugste
f>aarden uit de staJlen moeten dtuie-
ijk worden ingespannen.
De lakei en de koerier gingen vlug
heen om aan de orders te gehoorza
men.
Marguerite bleef een oogenblik ge
heel alleen op het grasveld achter.
Haar bevallige gestalte was recht als
een standbeeld, haar oogen staarden
op één punt, zij had haar handen
stijf over de borst gevouwen en de
lippen bewogen zich, ter wijt zij op
Bartverscheurenden toon fluisterden
Wat moet ik doen Wat moet ik
doen Waar kan ik bem vinden
O, God I geef mij licht.
Maar dit was niet het moment om
aan berouw en wanhoop toe te ge
ven. Zij had onbewust iets heel lee-
lijks gedaan de grootste misdaad,
in haar oogen, die ooit een vrouw
bed reven had zij zag dat heel dui
delijk. Dat zij zoo blind geweest was
om het geheim van haar echtgenoot
niet te raden, scheen haar nu een des
te grooter zonde toe. Zij had dat moe
ten weten
Hoe kon zij denken, dat iemand,
die zoo intens kon liefhebben als
Percy Blakeney, haar van het eerste
oogenblik af bemind had hoe
kon zoo n man de hersenlooze sukkel
zijn, waarvoor hij verkoos gehouden
te worden Zij ten minste had behoo-
ren te weten, dat hij een masker
droeg, en datr zou zij het hem van 't
gelaat hebben kunnen nemen, als zij
s aan en waren.
Haar liefde voor hem was week en
onbeduidend geweest, gemakkelijk te
onderdrukken door haar eigen trots
en zij ook had een masker gedragen,
door minachting voor hem voor te
wenden, terwijl zij hem feitelijk totaal
verkeerd begreep.
Maar er was nu geen tijd om over
het verleden te tobben. Door eigen
domheid had zij gezondigd nu moest
zij daarvoor boeten niet door wroe
ging alleen, maar door handelend op
te treden.
Percy was op reis gegaan naar
Galais, volkomen onbewust van het
feit, dat zijn grootste vijand hem op
de hielen zat. Hij was vroeg in den
morgen van London Bridge vertrok
ken. Bij gunst'ged wind zou hij onge
twijfeld binnen vier en twintig uur
Frankrijk zijn hij had zeker wel re
kening gehouden met den wind.
Chauvelin ging per rijtuig tiaar
Dover, zou daar een schip huren en
ongetwijfeld niet veel later Calais be
reiken. Eenmaal in Calais aangeko
men, zou Percy zeker al degenen ont
moeten. die vol verlangen uitzagen
naar den nobelen en dapperen Roo
den Pimpernel, dte gekomen was om
hen van een afschuwelijken en onver-
d;enden dood te redden.
Met de oogen van Chauvelin op
ieder zijner bewegingen gevestigd zou
Percy niet alleen zijn eigen leven,
maar ook dat van den vader van Su
zanne, den ouden Graaf de Touraay,
en van die andere vluchtelingen, die
op hem wachtten en vertrouwden, in
gevaar brengen.
Ook Armand zou er zijn, die was
heengegaan om De Tournay te ont
moeten, zich veilig voelende in het
bewustzijn, dat de Roode Pimpernel
over zijn veiligheid waakte.
(Wordt vervolgd).