HAARLEM'S DAGBLAD. TWEEDE BLAD. Onze Lachhoek. FEUILLETON De Roode Pimpernel DONDERDAG 7 JANUARI 1909 OM ONS HEEN No. 863. Nabetrachting van den Gemeenteraad. Meer dan eene heb ik er in dit blad op gewezen, dat het materiaal, waaruit de journalist te Haarlem zijn kmn'is moet putten van de vooretel len, die In den gemeenteraad in be- ppreking komen, totaal onvoldoende ie om hem een goed overzicht daar van te geven. De agenda van Woens dag, hoe klein en onaanzienlijk ze ook waa, hoeft weer twee bewijzen opgeleverd van de waarheid dezer klacht. Aan de orde was een verzoek om vergoeding van de schade, die aangericht was door den val van een boom der gemeente op eon huis, dat in aanbouw was. Uit de discusslën bleek, dat de heer Springer hierover eon rapport heeft uitgebracht. Som mige raadsleden haalden er iets uit aan, maar wij, journalisten, hebben het rapport niet onder de oogan ge had. t Heeft gelegen bij de stukken, die alleen door de Raadsleden kun nen worden ingezien. Een tweede punt was het voorstel .Van de firma Goetisch, te Utrecht, om de schilderijen van Hals tegen brand, diefstal, licht en lucht te be schermen, door hen buiten de uren, dat het museum geopend is, weg te fluiten in brandkasten. De heer Middelkoop bracht daarbij «en rapport van de Commissie van toezicht op het museum ter sprake, en gaf daarover zijn critiek. Wat er in dat rapport staat, is voor ons verborgen gebleven. Het lag, met dat van den heer Springer, voor de leden van den Raad ter lezing. En nu weet ik wei, dat wanneer een persman aandringt op meer open baarheid, de menschen de schouders ophalen en zeggen „nu ja, die wil natuurlijk alles weten", alsof wij menschen van de courant ongeveer op de lijn staan van het wijfje uit de buurt, dat 's morgens bij de kennis sen rondgaat om het laatste nieuws Op te halen en dat, uit pure praat zucht, dan weer over te babbelen In di-ï straat. Ik behoef hier het vak niet in do hoogte te steken, maar zeggen mag ik toch wel, dat ons streven naar bijzonderheden met banale nieuwsgie righeid niets heeft uit te staan. Zelfs zou ik durven beweren, dat de jour nalist al.s particulier, door het voort durend in zijn bedrijf omgaan met nieuws en nieuwtjes, een van de minst nieuwsgierige menschen is, die men zich voorstellen kan. Het is heel iets anders, dat hij van de openbare aangelegenheden de bij zonderheden verlangt te kenn-n. Voor zijn gemak ware het eenvoudig ste, dat hij zich zoo min mogelijk moeite gafwanneer hij zich inspant om een volledig beeld te verkrüc-an van de zaken, waarover hij schrijven wil, dan is dat eenvoudig uit liefde tot zijn.vak, om namelijk het publiek zoo goed rnogefijk voor te lichten. Mij dunkt, dat dit streven iets beters ver dient, dan de schampere sneer, „dat d'ie menschen van de krant na tuurlijk overal hun neus in moeben steken". Als de lezer mij nu vraagt, hoe dat met dien boom nu precies in elkaar zit, dan erken ik, dat ik het niet weet. Da Coöp. Bouwersbond, die de scha de geleden heeft, beweert dat de boom rot was, ja zelfs vier jaar geleden al geteekend was om gerooid te worden, en van andere zijde wordt aange voeld, da.t de gemeente hoegenaamd geen schuld in deze zaak kon worden aangewreven. De spil waar alles om draait, is het rapport van den heer Springer. Zooals ik u zei, is het mij onbekend wat daar in staat. Het kan wel wezen, dat iemand zegt„wij kunnen uw voorlichting wel missen. Wanneer de Raad bij meerderheid van stemmen uitmaakt, dat de gemeente niet aansprakelijk kan worden gesteld, dan is dit on- zentwege voldoende. Méér vragen wij niet." En a1 wil ik bij hem, die zoo 6preekt, in eerbied voor 's Raads be slissingen niet achterstaan, dat hij met zoodanige redeneering de moge lijkheid voorbijziet, dat ook een min-, derheid gelijk kan hebben, spreekt van zelf* Er zijn van die onderwerpen, die een heele mag lk zeggen wetge vende periode door, voortdurend aan de orde komen. Dat is rneft het museum van schilderijen het geval. Terwijl we er vroeger nooit wat van hoorden, is het museum nu voortdu rend op de praat. Het nieuwe gebouw, het halve millioen van Jhr. Jan Druij- vestein, de veiligheid van de tegen woordige lokalen, ziedaar even zoo vele onderwerpen van gedachtenwis- seliug in en buiten den Raad. Over dat nieuwe gebouw behoeven we ons op dit oogenblik het hoofd niet warm te denken, de tonnen gouds uit Pa rijs liggen, vrees ik, op een heel win derig hoekje en de veiligheid van de tegenwoordige lokalen wordt heel bedenkelijk genoemd. Er is een raam, waar de schilderijen in tijd van nood niet door heen kunnen en er is een paar jaar geleden ee" balconnetje getimmerd, dat te klein is. Toen men daarop een poos geleden aan het exerceeren is gegaan, liepen de men schen gevaar naar beneden te tui melen. Waarom dat bale mietje hoogst on eerbiedig schavot genoemd, nu niet vergroot wordt, is een geheim van openbare werken, dat wij leeken wel nimmer zullen doorgronden. Is er, zou ;k met gepaste bescheidenheid willen vragen, niet tets overdrevens in de vrees voor brandgevaar van onze schilderijen Er zijn extincteurs in de lokalen, er zijn brandslangen, er mag niet gerookt worden, overdag'is er geregeld toezicht en wanneer de zalen voor 't publiek zijn gesloten, doet een brandwacht er zijn ronde. Kans voor brand, nu ja, die i3 er al tijd maar met al deze voorzorgen is ze toch waarlijk zóó groot niet, of de leden dier commissie kunnen 's avonds rustig het hoofd neerleggen, omdat er gedaan is wat mogelijk is. Alles voor zien en alles voorkomen is eenmaal den knapsten mensch niet gegeven. Zoo kort was de agenda niet, of de Raad heeft een paar maal heel har telijk gelachen .over opmerkingen van de tafel van B. en W. Toen op voor stel van den heer Van Styruin f 2500 van een suppletoire begrooting was genomen, die daarop niet behoorden, bracht Dr. H. D. Krusemam groot ple zier in de vergadering met de mede- deeling, dat nera uit informatie was gebleken, dat het aandeel in de per- soneeie belasting voor de gemeente f 2500 meert el I Wat een opluchting I Nu behoefde de begrooting niet met ceu nadeelig saldo te sluiten 1 't Stad huis zou daarvan op zijn hoofd heb ben gestaan I De tweede opmerking was van den voorzitter zelf, die naar aanleiding van de boomquaestie zei„Mijnbeer Schram ztet de zaak niet goed in en dat is hem niet kwalijk te nemen, want ze is vrij gecompliceerd." De Raad proestte het uit en de bur gemeester, die het natuurlijk niet zóó bedoeld had, gaf spoedig een verdui delijking aan zijn woorden. Aan 't sici van de vergadering klaagde de heer Visser over de plaats vervangende leden in de stembureaus, die zoo vaak verhinderd zijn, zitting te némen, zoodat anderen acht of tien uur dienst moeten doen. _Dat is, ik ben bet eens, geen menschw aardig bestaan voor een stembureau-lid. En de heer Visser had gelijk, toen hij meer plaatsver vangers vroeg. Licht zijn er onder een grooter gezelschap een paar, die hun werk doen. J. C. P. Stadsnieuws V ereeniging Haerlem. liet bestuur vun deze vereeniging houdt in Januari en Februari weel een paar kunstbeschouwingen uit den stodolijkeu atlas in de Schnee- yoogtkamer op het Prinsenhof. DE GENEESKUNDIGE BEHANDE LING VAN DIENSTBODEN. De Haarkmsche vereeniglng van geneesheer en en apothekers heeft eenige verga deringen gewijd aan de behandeling van de vraag, hoe men na de invoering van het Arbeidscon tract (1 Februari) zal hebben "te han delen ten opzichte van 't inwonend dienstpersoneel. Dr. N. J. M. Fagee Schaeffer leidde de bespreking in en herinnerde volgens een verslag in het Tijdschrift voor geneeskunde aan de uitspraak van den minister bij de behandeling van het Arbeidscontract In de Tweede Kamer, dat de geneesheeren zouden hebben te rekenen naar het tarief volgens don stand van de werkgevers. De bedoeling is om inwonende dienst boden particuliere behandeling te doen ten deel vallen. De dienstboden zullen na de invoering der wet ge neigd zijn uit hun ziekenfondsen te gaan, maar vele dames-werkgeefsters zullen neiging verlootten haar dienst boden voor haar rekening in een zie kenfonds te doen opnemen. Dan zijn echter de dienstboden geen minver mogende ziekenfondsleden, maar heb ben de dames zich tegen veel te gerin ge premie voor geneeskundige hulp en geneesmiddelen verzekerd voor haar dienstboden. „Verzekering" is echter niet de bedoeling van het sie- kenfondswèzën. De inleider wees er voorts op, dat de mevrouwen van de geneesheeren voor haai- dienstboden meer eischen, dan gewone fondspatiënten. Het zou wellicht aanbeveling verdienen voor de dienstboden de tarieven der Rijks verzekeringsbank als voorbeeld te ne men. De vereeniging benoemde een com missie, die over deze aangelegenheid rapport uitbracht en tot de volgende conclusies kwam le. Na liet in werking treden van de wet op het Arbeidscontract, be hoort de tot nu toe geldende wijze van ziekenfondsbehandeling van in wonend dienstpersoneel niet te blij ven bestaan. 2e. Bindende besluiten, omtrent dit vraagstuk zullen alleen gelden bij een meerderiieid van minstens drie vterde der uitgebrachte stemmen. 3e. De maatschappijen, -die werk gevers zullen gaan verzekeren tegen schade, ten gevolge van ziekte van inwonend dienstpersoneel, en zich inlaten met de zorg voor geneeskun dige en pharmaceutische hulp, moe ten voldoen aan de volgende voor waarden a. Vrije artsen- en apothekers- ketize b. de voorwaarden voor deelnemen de geneeskundigen en apothekers moeten zijn goedgekeurd door don afdeellngsraad van den geneeskundi gen kring en door de maatschappij ter bevordering dei' pharmacie c. controleerende geneesheeren eener maatschappij mogen geen be handelend geneesheer voor dte maat schappij zijn en mogen zich alleen be moeien met de vraag der invaliditeit der patiënten. 4e. de leden verschaffen geen ge neeskundige hufp of geneesmiddelen aan inwonend dienstpersoneel als zie kenfondspatiënt, zoolang de werkge vers, volgons de wet op het Arbeids contract moeten zorg dragen voor ge neeskundige hulp en geneesmiddelen. Deze conclusies werden op een later belegde vergadering met algemeene stemmen aangenomen. Rubriek voor Vragen Geabouneerden hebban bet voorrecht vragen op verschillend gebied, mits voor beantwoording vatbaar, in te fceaden bij de Redactie van Haarlem's Dagblad, Groote Houtstraat 63. Alle antwoorden worden geheel kosteloos gegeven en, yoor zooveel mogelijk is, den dag na de inzending. VRAAG. Kunt u mij ook zeggen, waar ik mij vervoegen moet om als leerling-verpleegster geplaatst te worden Ik zou gaarne een klein salaris wenschen. Reeds eenige malen solliciteerde ik, doch zonder resul taat. ANTWOORD. Om als leerling- verpleegster te worden geplaatst moet men zich wenden tot de directie van het Ziekenhuis, waai' de opleiding gewenscht wordt. Aan leerling-ver pleegsters wordt een aanvangssalaris van f 100 toegekend. Dat u eenige ma len vergeefs solliciteerde, ligt aan den leeftijd, die 22 A 23 jaar moet zijn, zoodat u nog te jong is. VRAAG. Ik heb dumaardappe- len, die met de strenge vorst gedeel telijk bevroren zijn. Zijn de bevroren nog eetbaar en kan ik ze er nu uitha len, zonder de anderen te beschadi gen ANTWOORD. Zijn ze slechts aan gevroren, dat wil zeggen, niet door en door bevroren, zoodat ze voos wor den en bet water laten loopen, dan moet u ze laten liggen tot ze gaan spruiten, daarmede gaat tegelijker tijd de zoete smaak verloren. Zijn ze echter voos, dan ze er uit zoeken en wegwerpen. VRAAG. Valt een inkomen van f 450 's jaars in de termen voor de be lasting voor Rijk of gemeente Doet de huur eener woning van f 2.75 per week daar nog aan toe ANTWOORD. Bij de personeele belasting begint de Belastingplicht bij f 101) jaarlijksche huurwaarde, bij de bedrijfsbelasting met f 650 inkomen, en bij gemeentebelasting met 500. VRAAG- Moeten quitantiën, die aangeboden worden door een post bode, en waarvan de vervaldag valt op een Zondag of feestdag, den dag vóór of na den vervaldag worden aangeboden ANTWOORD. Vervalt een qui- tantie op Zondag, dan den dag daar opvolgende, en op een eersten feest dag, dan den tweeden feestdag. Tweede feestdagen, tenzij deze val len op Zondagen, tellen bij de post niet voor rustdagen, doch als gewone werkdagen VRAAG. Wat is er aan te deen, wanneer kippon bevroren kammen hebben en is het ook gevaarlijk voor de beesten ANTWOORD. Wrijf kam en lellen gedurende eenige minuten in met sneeuw of ijskoud water, dan afwas- schen en betten met een koude aluin oplossing (5 a 10 deelen aluin op 100 doelen water)vervolgens met een schoonen naald even en overal in de opgezette doelen, prikken en don liet daarin bevindende vocht er zooveel mogelijk uitdrukken. Daarna wrijft u de bevroren dea len flink in met vaseline. U moogt de beesten niet, in een warm vertrek brengen, want dan val len'de bevroren kam of lellen beslist af. Zijn kam of lellen echter door be vriezen beslist verloren, dan moet u ze coupeeren of dit laten doen. liet sierlijke gaat dan natuurlijk verlo ren. Ze lijden er dikwijls wel voel door, doch de dood zal door bevriezen van een of ander deel niet direct liet gevolg'zijn. VRAAG. Als ik voor mijn nummer dien en goedgekeurd ben, hoewel mijn linkeroog blind is, kan men mij dan goedkeuren ANTWOORD, 't Komt ons haast on denkbaar voor, dat iemand wiens «me oog blind is, voor de militie zou worden goedgekeurd. U kan herkeu ring aanvragen. VRAAG. Tegen Februari heb ik mijn betrekking als dagmeisje opge zegd. Heb ik nu neg recht op een Nieuwjaarsfooi ANTWOORD. Neen. CORRESPONDENTIE. Den Heer J. Kwaadsprekende men schen kuinnen in een uur tijds meer kwaad van u vertellen, dan u ineen maand kan tegenspreken. Daaraan staan wij allen bloot. Trek u er dus niets van aan. Alleen de waarheid kwetst, haal de schouders op over laster. Onder sommige omstandigheden kan „iemand de waarheid zeggen" be. gebouwd worden als huisvredebreuk. Steek u niet in moeilijkheden en ont wijk liever meuschen, die u onaange naam zijn, des te eerder vergeet ge hen en hunne streken. J. A. S. te V. Het geven van han- delsinformatiën ligt niet op onzen weg, wend u tot de Haaxlemsehe Han- delsvereeniging. Uit de Omstreken IJMUIDEN. De heer A. H. Cierkx, commissaris yan 't loodswezen te 13muiden, hoopt den ITdan Januari rlen dag te heixlen- ken, dat hij vóór 50 jaar ih 's lands dienst trad. Binnenlanu HOFBERICHTEN, dl. M. de Koningin schonk aan de phiilanthropische spijskokerlj en volkstehuis „De Metropool", te 's-Gxo- venliage, wederom een bedrag van ƒ100 voor de uitdeeling van warm voedsel aan behoeftigen. H. M. DE KONINGIN. De Haarrsche correspondent der Te legraaf schrijft H. M. de Koningin gaat bijna dage lijks In den middag een korte wande ling doen, en het schijnt werkelijk, of het publiek uu begint in te zien, dat de opdringerige nieuwsgierigheid Je gens H. M. zeer ongepast is. Zelfs op de dagen van felle, vinnige koude, die gepasseerd zijn, kon men onze Ko ningin om ongeveer twee uur uit het paleis zien kornen, om naar dat van Haar Moeder te gaan, of een wande ling van een-half uur of drie kwartier to ondernemen, slechts van cene hof dame vergezeld. De Hagenaars, voor- ai zij, die in den omtrek van het Noorcleinde, Parkstraat en Oranje straat wonen, zijn er reeds aan ge wend dagelijks de eenvoudige, inne mende verschijning van ónze Ko ningin te zien, maar voor vreemdelin gen is dat heel anders. Het gebeurt vaak, dat iemand van buiten Den Haag plotséling tegenover Hare Ma jesteit staat en in vele gevallen is Haar onderdaan dan zóó verrast, dat hij van pure zenuwachtigheid bijna vergeet te groeten. Andere keeron merkt men echter reeds van op een afstand, dat H. M. aankomt. Een mi litair maakt b.v. plotseling voor een dame halt en front, salueert eerbie dig, dan weet men daar komt de Koningin. En altijd krijgt men eene vriendelijke neiging van II. M. terug, niemand, die Haar groet, vergeet Zij terug te groeten. We waren eenige dagen geleden nog getuige van een aardig voorval, 't Gebeurde in de tram, die juist door de Parkstraat reed. Een paar buiten lui, man en vrouw, zaten druk te re- denceren over de Koningin. Plotse ling vroeg de conducteur aan hen „Wilt u de Koningin zien Daar komt Ze juist aan...." Ongeloovig lachen natuurlijk. „Gauw dan", riep de conducteur „daar wandelt Ze." En de nóg ongeloovige buitenmen- aclien zagen een dame, met 'n zwart pluche mantel, diciit langs den hui zenkant loopend. Ieder groette eer biedig en militairen vlogen in de hou ding Toen geloofden de buitenlui het. Maar nog lang waren ze te verrast, om veel te kunnen zeggen. BEGRAFENIS. Do begrafenis van wijlen mr. II. J. M. baron Mollerus van West.ke.rke, commissaris der Koningin in Gelder land, is bepaald op Zaterdag 9 Janu ari op de begraafplaats Moscowa bij Arnhem. SLACHTOFFER VAN HET IJS. Een 8-jarig zoontje van den Land bouwer W. de Waal te Nes (N.-H.) is door liet ijs gezakt en verdronken. PENSIOENEN VOORMALIGE ZUID- ZUID-AFR1K. REPUBLIEK. De minister van Buitenlandsche Za ken brengt ter kennis van de ambtena ren der voormalige Zuid-Afrikaansclie Republiek, die verzoekschriften om pensioen hebben ingediend bij den se cretaris van den thesaurier te Preto ria, bij de commissie voor pensioenen aan de ambtenaren der Zuid-Afrikaan- sche Republiek of door tusschenkomst- van dén consul generaal der Nederlan den te Pretoria, dat de te bewilligen pensioenen of andere uitkeeringen niet voor overdracht vatbaar zijn. Aangezien bij herhaling bewijzen van overdracht van bedoelde vergoe dingen bij de commissie Inkomen, worden belanghebbenden gewaar schuwd, dat het doen opmaken van overdrachtsbescheiden, ten einde die in te zenden, noodeloos kosten ver oorzaakt, daar niettegenstaande de overdracht de betaling plaats heeft aan hem, aan wion de uitkeering is toegewezen. ACHTERUIT IN 1907. Opmerkelijk in de Nederlandsche spoorweg-statistiek over 1907 is, dat, terwijl alle vervoèrcijfers over 1907 hooger zijn dan over 1906, behalve die voor eerste klasse reizigers en voor verlaagde tarieven reizigers. Er werden in 1907 1.602,685 1ste klassers vervoerd tegen 1.614.777 het vorig jaar, in 1907 1.590.727 voor verlaagde vrachtprijzen, tegen 1.603.226 het vo rig jaar. VERDACHT EXCUUS. U hebt 't woord ezel in de laatste tien minuten verscheidene malen ge bruikt, moet ik daaruit opmaken, dat u mij bedoelt? Zeker niet, er zijn op de wereld toch nog wel meer ezels behalve u. TOPPUNT VAN WANTROUWEN. Ik werd nooit in m'n leven zoo beleedigd als daareven, zei een man, die bekend stond om zijn gewetenloo- zo handelingen met het goed van an- deren. Jk ontmoette Dorrepaal en verbeeld je zoo'n onbeschaamdheid do kerel ging zorgvuldig zijn vin gers tellen, toen ik zijn hand gedrukt had. EEN BRAVE JONGEN. Moeder Jantje, je mag de pape gaai geen leelijke woorden leereii zeggen. Jantje Neen moe, ik zeg juist, dat hij ze niet zoggen moet. EEN BELEEFDE KNECHT. Heer (tot zijn knecht)Ik zie Je weliswaar altijd rooken, Jan, maar nooit zie ik je sigaren koopen. Knecht: Maar, mijnheer, dat zou er immers den schijn aan geven, dat uw sigaren me niet goed genoeg wa ren 1 HANDIG INGEPIKT. - Neemt u me niet kwalijk, maar zou ik even uw bril mogen kenen Met genoegen, m'nkeer. M'n beleefden dank. Maar daar u nu tucli uw krant niet meer kunt lo zen, zou ik, aJs ik zoo vrij mag zijn, die ook wel te leen willen vragen. EEN WONDERKIND. Vriend des huizes Kan het kind al pratenmevro uw MoederNeen, praten kan hij nog niet, maar "t is een wonderkind, hij erstaat alles wat je tot hem zegt, niet waar mijn lieve, kleine roetel- tje, romnietje, stommetje, stoele mie- ne mije makkie? VriendVerstaat hij dot alle maal Moedor Stellig i Vriend: Ja, dan ie het zeker een wonderkiud 1 ALTIJD PRAKTISCH DorpsrentenierWat moet dat kos ten, mijn portret in olieverf? Schilder Driehonderd gulden, mijn heer". üorpsrentenier En als ik de veil zelf lever DE EERSTE KAMER die gisterenavond bijeenkwam, kreeg natuurlijk officieel kennis van het overlijden van minister Bevers. Alle in Den Haag aanwezige minis ters (behalve die van Oorlog, die on gesteld is) waren verschenen en ter wijl allen zich van hun zetels verhie ven, deelde Minister Kolkman de droevige tijding mede. Aan zijn per soonlijke gevoelens het zwijgen op leggend, verklaarde de Minister, dat de overledene In de door hem beklee- de betrekkingen de achting en de sympathie had verworven van allen, die met item in aanraking kwamen. Do minderbedeelden verloren in hem een warm vriend, zijn collega's een trouw medewerker, de Koningin een bcproeid dienaar, het vaderland een zijner nobelste zonen. De voorzitter gaf liet oprecht leed wezen der Kamer te kennen over het heengaan van den man, die 5 jaren lid van dit college geweest is, en daat zijn groute administratieve kennis in holdere adviezen had neergelegd. Nog te kort had de heer Bevers zijn mi nisterieel ambt bekleed, om veel te kunnen tot stand brengen, doch hoe zeer zijn arbeid werd gewaardeerd, was gebleken in de jongste bijeen komst der Eerste Kamer, waarin nog de hoer Hegout hulde had gebracht aan 's Ministers voortvarendheid en werkzaam held. Beide redevoeringen vonden stille instemming. De Kamer besloot tot me vrouw Bevers een schrijven van rouw beklag te richten en een paar dagen in de afdeelingen te gaan voor het beg r o o l ings onderzoek MINISTER BEVERS. Woensdag is een buitengewone Mi nisterraad gehouden in verband met liet plotseling overlijden van den Mi nister van Waterstaat. Zaterdag zal het stoffelijk overschot van den heer Bevers worden ter aarde besteld. De familie wenscht niet het Naar het Engelsch docc Barones Orczy. 46) Heit is niets, kind, ik zeg je.... niets.... Ik moet even alleen zijn tn lieve meid.... ik zal vandaag niet meer van ie gezelschap kunnen profLteeren.... Ik moet weg neem net mij niet kwalijk Ik begrijp, dat er iets gebeurd is, Marguerite, en dat je behoefte hebt. alleen te zijn. Ik wil je niet tot last zijn. Doe verder maar geen moeite voor mij. Mijn kamenier, Lucile, is nog niet weggegaan... wij gaan sa- pien terug.... geef je heusch geen moeite voor mij. In een opwelling omhelsde zij Mar guerite. Hoe jong zij ook nog was, zij .voelde toch duidelijk, dat haar vrien din een groot verdriet moest hebben giet haar aangeboren tact van harte- jk, jong meisje deed zij geen moeite ér meer van te weten te komen, en was bereid zichzelf op den achter grond te houden. Zij kuste Marguerite nog eene en nog eens en wandelde toen van droe vige gedachten vervuld over het gras veld heen, weg. Marguerite bewoog zich niet, zij bleef daar zitten denkenèh. vroeg zich af, wat haai- te doen stond. Juist toen Suzanne op het puinit stond de treden naar het terras te bestij gen, snelde er een lakei om den hoek van het huis naar zijne mees teres. Hij droeg een gezegelden brief in de hand. Onwillekeurig draaide Suzanne zich om haar hart zei haar, dat daar misschien verder slecht nieuws was voof- haar vriendin, en zij voelde, dat de arme' Margot niet in een toestand was om nog meer te dragen. De lakei bleef vol eerbied bij zijne meesteres staan, toen overhandigde hij haar dan gezegelden brief. Wat is dat vroeg Marguerite. Zooeven gebracht door een koe rier, mylady. Werktuiglijk nam Marguerite den brief aan, en draaide hem rond in haar bevende vingers. Door wien is hij afgezonden vroeg ze. De koerier zei, mylady, dat zijn orders waren dezen brief gi te geven, en dat u wel zou begrijpen van wien hij kwam. Marguerite scheurde heit couvert open. Zij had al begrepen wat er in zou staan en werktuiglijk vloog haar blik over' den inhoud heen. Het woa een brief, geschreven (Joor Armaittd S Just aan Sir Andrew Ffoulkes, de brief, dien de spionnen van Cliauveiin gestolen hadden in de herborg Visschersrust, en dien Chau- velin bewaard had als een middel om haar tot gehoorzaamheid tó dwin gen. Nu had hij zijn woord gehouden hij had haar den compromitteerehden brief van St. Just teruggezonden want "hij was den Rooden Pimpernel op bet spoor. Alles draaide met Marguerite rond; zij Wilde opstaan, maar wankelde, en zou gevallen zijn als Suzanne haar niet had opgevangen. Met bovenmenschelijke krachtsin spanning werd zij zichzelf weer mees ter er moest gehandeld worden. Breng dien koerier hier "bij mij, zeide ze op kalmen toon tot derf die naar. Is hij nog niet weg Neen, mylady. De lakei ging been, en Marguerite wendde zich tot Suzanne. En Suzanne, ga jij dadelijk naar innen. Zeg aan Lucile, dat zii zich klaar moet maken. Ik vrees, dat ik je naar huis moet zenden, kind. En wacht even, zeg aan mijn kamenier, dat zij een reisjapon en mantel voor mij klaar moet leggen. Suzanne gaf geen antwoord. Zij kuste Marguerite hartelijk, en gaf haar zonder een woord verder te spreken, haar zin j xij had innig me delijden met de uitdrukking vw naamlooze ellende op het gezicht van haar vriendin. Even later kwam de lakei terug, gevolgd door den koerier, die den brief had gebracht. Wie gaf u dezen brief vroeg Marguerite. Een gentleman, mylady, ant woordde de man, in „De Roos en Distel", een hotel tegenover Charing Cross. Hij zei, dat u er alles wel van zou begrijpen. In „De Roos en Distel" Wat deed hij daar Hij wachtte op het rijtuig, dat hij besteld had, mylady. Het rijtuig Ja, mylady. Een rijtuig, dat hij besteld had. Als ik liet goed begrepen heb, dan moest hij daarmee naar Do ver gebracht worden. Het is genoeg. U kunt godn. Toen wendde zij zich' tot den lakei. Mijn rijtuig en de vier vlugste f>aarden uit de staJlen moeten dtuie- ijk worden ingespannen. De lakei en de koerier gingen vlug heen om aan de orders te gehoorza men. Marguerite bleef een oogenblik ge heel alleen op het grasveld achter. Haar bevallige gestalte was recht als een standbeeld, haar oogen staarden op één punt, zij had haar handen stijf over de borst gevouwen en de lippen bewogen zich, ter wijt zij op Bartverscheurenden toon fluisterden Wat moet ik doen Wat moet ik doen Waar kan ik bem vinden O, God I geef mij licht. Maar dit was niet het moment om aan berouw en wanhoop toe te ge ven. Zij had onbewust iets heel lee- lijks gedaan de grootste misdaad, in haar oogen, die ooit een vrouw bed reven had zij zag dat heel dui delijk. Dat zij zoo blind geweest was om het geheim van haar echtgenoot niet te raden, scheen haar nu een des te grooter zonde toe. Zij had dat moe ten weten Hoe kon zij denken, dat iemand, die zoo intens kon liefhebben als Percy Blakeney, haar van het eerste oogenblik af bemind had hoe kon zoo n man de hersenlooze sukkel zijn, waarvoor hij verkoos gehouden te worden Zij ten minste had behoo- ren te weten, dat hij een masker droeg, en datr zou zij het hem van 't gelaat hebben kunnen nemen, als zij s aan en waren. Haar liefde voor hem was week en onbeduidend geweest, gemakkelijk te onderdrukken door haar eigen trots en zij ook had een masker gedragen, door minachting voor hem voor te wenden, terwijl zij hem feitelijk totaal verkeerd begreep. Maar er was nu geen tijd om over het verleden te tobben. Door eigen domheid had zij gezondigd nu moest zij daarvoor boeten niet door wroe ging alleen, maar door handelend op te treden. Percy was op reis gegaan naar Galais, volkomen onbewust van het feit, dat zijn grootste vijand hem op de hielen zat. Hij was vroeg in den morgen van London Bridge vertrok ken. Bij gunst'ged wind zou hij onge twijfeld binnen vier en twintig uur Frankrijk zijn hij had zeker wel re kening gehouden met den wind. Chauvelin ging per rijtuig tiaar Dover, zou daar een schip huren en ongetwijfeld niet veel later Calais be reiken. Eenmaal in Calais aangeko men, zou Percy zeker al degenen ont moeten. die vol verlangen uitzagen naar den nobelen en dapperen Roo den Pimpernel, dte gekomen was om hen van een afschuwelijken en onver- d;enden dood te redden. Met de oogen van Chauvelin op ieder zijner bewegingen gevestigd zou Percy niet alleen zijn eigen leven, maar ook dat van den vader van Su zanne, den ouden Graaf de Touraay, en van die andere vluchtelingen, die op hem wachtten en vertrouwden, in gevaar brengen. Ook Armand zou er zijn, die was heengegaan om De Tournay te ont moeten, zich veilig voelende in het bewustzijn, dat de Roode Pimpernel over zijn veiligheid waakte. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1909 | | pagina 5