HAARLEM'S DAGBLAD. TWEEDE BLAD. FEUILLETON De Roede Pimpernel ZATERDAG 9 JANUARI 1909 Haarlemsche Handelsvereeniging deeugefc. tij Leis, £cb1. van IS Kot. 1198, Da Haarlemsche Handelsvereeni ging hier ter stede, opgericht 10 Mei 1892, heeft in den loop van den tijd wel haar recht van bestaan bewezen. In zeer vele gevallen, zaken van ver schillenden aard betreffende, is zij opgetreden en dikwijls met groot succès. Jammer echter, dat men alge meen niet meer blijk geeft, dit te waardeeren, door als lid der Vereeni- ging toe te treden. Er zijn wel meer dan 600 leden, maar dat is niet vol doende. Elk handelaar, neringdoen de, ja zelfs particulieren, moesten lid worden, om tenminste te laten gevoe len, dat men het werk op prijs stelt, dat de Haarlemsche Handelsvereeni ging steeds opneemt, als doende, wat bare hand vindt om te doen. Da. voordeelen, die de Vereeniging buiten hare bemoeiingen van ver schillenden aard, haren leden aan biedt, zijn zeer vele en zeer groote tegenover de geringe jaarlijksche contributie van 3.50, die gevraagd wordt. De Haarlemsche Handelsvereeni ging bemoeit zich in de eerste plaats tr mede, de belangen Yan hare leden te bevorderen, door onwillige beta lers voor hen tot betaling aan te manen en informatiën voor hen in te winnen. Bovendien hebben de leden het recht, hel hun gratis te verstrek ken advies van deD rechtsgeleerden adviseur der Vereeniging te vragen, die ook in proceduren en faillisse menten gratis voor hen optreedt, na tuurlijk alleen voor zaken betreffende den handel en het bedrijf der leden. Het blijkt in «ten iaaialea tyu dat uien doze oeisngryke voordoe ten begint te waardeeren waul Bedelt Mat meldden zich 07 uien we lodsu aah. Als proef kunnen voortaan nieuwe leden voor een half jaar worden aan genomen, doch slechts het 2e halfjaar (van 1 November tot en met 30 April) ad 11.75 de halve contributie. Rechtsgeleerde adviseurs der Ver eeniging zijn de heeren Mrs. Th. de Haan Hugenhultz en A. H. J. Merens, Bpaarue 94, alhier, die voor de leden eiken werkdag van 24 uur des na middags zijn te spreken. Het bureau der Vereeniging is ge vestigd Jansweg 11. Voor incasso s door bemiddeling der Vereeniging wordt een vast recht van 5 pet. der vordering bere kend. Bovendien moet 10 cent voor port steeds worden bijgevoegd, bij inzen ding van vorderingen door bemidde ling der advocaten te innen. De kosten van informatiën naar buiten de stad woonachtige personen bedragen 69 ets. per informatie, plus vijf cents porto-vergoedijig. Informa tién naar binnen de stad wonende personen worden gratis verstrekt. Pretentiën op- builen de stad wo nende personen worden niet behan deld, wanneer niet 10 ets. voor porto- vergoeding is toegevoegd. Ruim 1748 informatiën en rechts geleerde adviezen werden in het afge- loopeti jaar gegeven. In October en November 1908 zijn 49 vorderingen tot een bedrag van 1164.00 1/2 betaald 9 vorderingen worden afbetaald, 17 vorderingen zijn uitgesteld. Men wordt geraden alvorens te le veren aan N. Wiebes, vrachtrijder, Bloemendaalsche* Weg 209, Bloemen- daal, W. F. F. van Engelen, Bakeries- sergracht 98, mejuffrouw A. Derni- •on. Prinsen Bolwerk 12, die goede- en koopt op naam van eene Van der Reep, C. Tack, sigarenhandel, Spaarnwouderstraat 49, zich om in lichtingen te vervoegen aan het kan toor. Volgens art. 7 dient het geheim der lijsten van wanbetalers ongeschon den te blijven. Alle brieven, aanvragen, reclames of wat ook, moeten worden geadres seerd aan het bureau, dat geopend is dagelijks van 's morgens 9 tot 1 uur en 's namiddags van 2 tot 4 uur, "waar dan ook verdere inlichtingen zijn te bekomen. Het Bestuur heeft bemerkt, dat men soms meent, dat men, hoewel geen lid der H. H. V., toch van haar infor matiën kan bekomen, en brengt nu nogmaals en uitdrukkelijk ter kennis dat alleen aan leden der Vereeniging informatiën door haar worden ver strekt, en dat voor informatiën op bier ter stede woonachtige personen nooit betaling mag worden gevor derd. HET BESTUUR. PARIJSCHE BRIEVEN LXIH.. Sommige „miséreux" van goeden huize te Parijs. Deze eerste is een Hollander... ik gevoel een zeker zwak voor hem weet echter niet goed, of het landge nootschap er de oorzaak van is. Wel licht ben ik ©enigermate beangst voor zijn toekomst en doet dat op sommige oogenblikken eenige verteedering voor hem in mij opwellen. Want Adolf zoo herdoop ik hem bij dezen „pour le besoin de la cause" is een deca dent, ook naar het gemoed, geweest en nog niet geheel genezen. Dus nog «enigszins een zwakkeling. Omstreeks twee jaar geleden kwam Adolf te Parijs aan, na zijn vaderlijk erfdeel voor het grootste gedeelte in Nederlands hofstad verbrast te heb ben. Dertig duizend gulden had hij, braaf geholpen deer -eenige tafel schuimende „vrienden" in een jaar tijds schoon opgemaakt. Toen hij, op twee-en-twintigjarigen leeftijd, voor het eerst den aantrekkelijken bodem der Seine-stad betrad, had hij nog maar ongeveer 2000 en een paar min waardige aanbevelingsbrieven op zak. Overigens had hij niets te Parijs, geen familie, geen kennissen, geen betrek king zelfs niet in een ver verschiet. Hij was „op de bonnefooi" gekomen. Hij was als-het-ware gevlucht uit Hol land, nadat hij In bui van landerig heid tot 't heldere besef was gekomen, dat een verder verblijf ln zijn vader land hem geheel ten onder zou bren gen. Wat hij ln de vermaarde wereld stad dacht te doen? Hij wist het zelf niet goed. Hij voelde het meest voor de „schrijverij" en vormde voor zich een vage voorstelling van een journa listieke loopbaan. In Holland was hij aan een soort van roman begonnen, d;e „Degeneratie-kliek" moest heeten en waarin hij voornamelijk zi.in eigen decadente ziel zou ontleden. Maar nu do journalistiek te Pariis... Het Fransch, dat hij kende, was niet veel zaaks; het had sterk Bataafsche allu res en was overigens lang nfet vrij van taal-en stijlfouten. Enfin, hij zou zich oefenen, met taaie volharding. En hij zou desnoods beginnen als „du velstoejager" op een derderangs-re dactiebureau. Maanden achtereen solliciteerde hij op advertenties, naar journalistieke betrekkingen. Tevergeefs. Hij kreeg niet eens antwoord op zijn brieven. is kreeg hij eindelijk bescheid. Het kwam van een pas opgericht dagblad, dat zich den weidschen titel van ,,L'- Univers" had gegeven. De directeur verzocht hem, ten bureele te verschij nen. Daar werd Adolf, nadat hij een paar vragen omtrent zijn verleden en zijn kundigheden had beantwoord, door den zeer zoetsappige» beer di recteur medegedeeld, dat hij, mits hij 25 francs stortte, binnen de week zou aangesteld worden als redacteur voor de tooneelrubriek. Dat geld moest be steed worden voor een uiterst fraaie perskaart, die hem toegang zou ver schaffen in eiken schouwburg. Adolf, goedgeloovig als de meeste slappe de cadenten zijn, stelde den „Univers"- directeur dadelijk de 25 francs ter hand. Behoef ik nog te zeggen, dat onze vriend er leelijk inliep en nu nog op zijn aanstelling wacht? De direc teur zit nu in de gevangenis, veroor deeld wegens talrijke schurkenstre ken. Aangezien hij al die maanden lang niet aan den slag kon komen en dus niets verdiende daarentegen be trekkelijk veel verteerde, gegeven zijn aanvankelijke onbekendheid met het Parijsche leven tui de overblijfsels van zijn decadente weeldezucht werd zijn beurs boe langer zoo plat ter. En naar Holland wilde hij per s e niet terug. Goede raad was duur. Ten slotte, na zijn journalistieke aspiraties over boord te hebben ge gooid em heel lang op ander gebied te hebben gezocht, kreeg hij een betrek kling als.... ja, als wat eigenlijk.... als opteller bij een handelaar in postze gels. Van 9 uur 's ochtends tot 7 uur 's avonds moet hij optellen, optel len.... Hij verdient er 150 francs per maand mee de salarissen in Frankrijk zijn hooger dan in Hol land. In de Rue des Beaux-Arts bewoont hij een zolderkamertje, voor 100 frs. per jaar. Men komt er op of, zoo men wil, er in, na vijf trappen en een lad der beklommen te hebben. Het is een hokje van ongeveer vijl vierkante me ter oppervlakte en uiteraard verre van hoog. Toch ziet het er niet onge rieflijk uit, dank zij vooral de wand- beschildering door den vorigen huur der, een Deense hen sch'ldea-. Er is ook een zekere betimmering ln, die uitne mend dienst kan doen als bergplaats voor hoek An en k leer en. Hij dejeuneert >n een volksrestau rant, dat, bij wijze van Ironie, ,,le Restaurant des Ambassadeurs" heet. DLneeren doet hij meestal in een an der volksrestaurant, waai' men voor ongeveer 1 francs zelf heb ik het een paar malen kunnen constateeren genoeg en smakelijk zijn maag kan vullen, wijn inbegrepen. Hoewel zijn kantoorwerk hem niet erg aanstaat, voelt hij zich geluk kig. Want om 7 uur '8 avonds is hij geheel en al vrij en lokt hem 't vrije, vroolijke, volle leven van Parijs, dat hij heeft leeren liefhebben. En dan.... On en revient toujours, A ses premiers amours Is hij langzamerhand weer aan het schrijven gegaan, nu met meer kennis en beter inzicht, ook meer vrij van den lamiendigen Invloed der I'ieraire tranenfabriek in zijn geboor teland. Schier eiken avond werkte hij, wel twee maanden achtereen, bij mij op de kamer. Hij nad aanmoediging nood-ig, aanmoediging om zich aan het werk te zetten, aanmoediging om, bij rijzende moeilijkheden in taal of stijl, het werken vol te houden. Af en toe kwam de Hollandsche decadent weêr in hem op en beklaagde zichzelf en weeklaagde en vermoeide zich in het uitjamnieren van denkbeeldige smartgevoelens. Dan mora l i ter gesproken natuurlijk ransel de 'k het er uit Twee maanden lang werkte hij zoo als hij nog nooit in zijn leven eear- beid had. Het bleek, dat hü inderdaad iournalistieken aanleg had. Zijn ar tikelen werden dan ook beter en be ter. enkele werden geplaatst.... Nu heb ik angst voor zijne toe komst Kunt ge u voorstellen, dat een hoogst fatsoenlijke en zeer ontwik kelde man een noodlottigen invloed op iemand als Adolf kan uitoefenen Verset is een chansonnier, die veel reciteer tal ent heeft. Verset is een Pai'ijzenaar van ongeveer veertig jaar. Verset doet aan wijsbegeerte, vooral aan oratorische philosophic, ai is zijn geluid meestal heesch. Ver set heeft een ijzeren gestel. Verset is te veel van zich zelf en zijn eigen ge- dachtenleven vervuld om veel 003 te hebben voor anderen. Sedert Adolf met dien chansonnier in kennis is gekomen, loopt hij weer „ontzaggelijk" naar de decadentie toe. Hij hangt aan de lippen van de zen prater, die „pour épater le bour geois", de zonderlingste levensbe schouwingen uitkraamt, paradox op paradox lanceert., het gansche zonne stelsel ondersteboven wil keeren, enz. enz. Bij al die oratische „Spielerei" zet Verset zuik een ernstig gezicht, dat onze goedgeloovige Adolf er de- dupe van wordt, Begeerig als onze jonge Hollander is om, zooals hij zich uitdrukt, liet Parijsche leven in al ziju intensiteit mee te maken, volgt nij Verset o\eral. van restaurant Lol restaurant, van kroeg tot kroeg. En tie spraakzame Franschinan, blij nu eeais iemand gevonden te hebben, die een willig oor leent aan zijn grooten- ueels bizarre ideeen, praat honderd uit. Het spreekt vanzelf, dat men in café s en kroegen niet op een droogje Kan blijven zitten. Als Jk daarbij doe uitkomen, dat Adoif zeer zwak van gestel is Ik vrees voor de toekomst van mijn landgenoot Adoll, een „miséreux", die goed op weg was om er bovenop te komen en in „la vilie lumière" een tijd gekend heeft, waarin hij zich wer kelijk men kon het hem toen aan zien zéér gelukkig gevoelde. En tóch is ,voor den drommel 1 Ver- set een brave kerel, op wiens handel en wandel niets te zeggen valt. Ik waarschuw mijn jonge landge- nooten, dat er meer Adolfs te Parijs zijn. Al wie in de groote Seine-stad niet sterk is en zich niet onder de verschil lende omstandigheden sterk weet te houden, loopt de kans, allengs onder to gaan. Voor de krachtige naturen daarentegen is Parijs juist de stad, waar hun gaven, zoo intellectueel© ais moreel e, het meest tot ontwikkeling kunnen worden gebracht. „Sommige „miséreux" van goeden huize te Parijs", kondigde ik in den aanhef van dezen brief aan. I)e wel willende lezer sta mij toe, dat ik van mijn geprenuncieerd programma af wijk en het bij dien oenen „misé reux" laat. Ik zit op het oogenblik voor een paar dagen ln Holland en wensch de droevige stemming van het nare. akelige weer, de nattige vochtigheid en de grijze grauwheid niet te verergeren door mij de nooden van nog meer „miséreux" te binnen te brengen. Overigens: Adolf zei imj eens in vollen ernst„Wilt u wel ge- looven, dat ik liever hier een betrek king heb van 150 trancs dan in Hol- j land een van het vijfdubbele V" Ik keek hem toen meewarig aan. Nu, uu ik weèr de Amsterdamse tie inenschen en dingen voor oogen beb, nu geef ik Adolf volkomen gelijk. Dat is de wondere bekoring van Parijs 1 OTTO KNAAP. Amsterdamsche Kout CCX1V. Doorloopen als 't u blieft 1 Het parool van eiken Amsterdam- schen politie-agent. Die 't nog niet wist heeft 't kunnen leeren uit hel Flora-revuetje, dat nu weer tot het verleden behoort. Maar politieveror deningen zijn eigenlijk vreemde za ken, dae den menschen dieer inee heb ben te maken, verschaffen veel ver driet en weinig vermaken. Er bestaat natuurlijk geen verbod om op straat te blijven stilstaan en toch kan men de kans ioopen geverbaliseerd te wor. den ais men niet doorloopt, wanneer een agent dit heeft „gelast". Evenmin bestaat er een verbod om te blijven stilstaan met een kar, maar veel kleinen kooplieden, zal van dat niet bestaan dier verordening weinig be kend zijn, waar hen zoo vaak door een gehelmde werd toegesnauwd „Je weet toen wel, dat je met mag blijven staan." Zoo iets gebeurde natuurlijk l meest als koopmannetje aan T ver- Koopeu was en dat moest hij toch LiOêii om z n belasting te betalen, waarvan het zooveelste gedeelte van i cent toch bestemd wag voor het sa laris van den mijnheer, die hem met j e aansprak. Dat hij dit nu weet, dankt hij aan een der ambtenaren van het O. M. bij het kantongerecht. Hoewel algemeen als regel gegolden heeft, dat het parket ais natuurlijke beschermer dei politie optreedt, is hierin voorai bi, het Amsterdamsche kantongerecht een wijziging gekomen. Voorgegaan door den rechter, deelt het O. M. te genwoordig ook vrij geregeld repri mandes uit aan verbahseerende poli. ticbeambten, gevolgd door een eisch Lot vrijspraak jegens den beklaagde. De-ze week was het doorloopen thema aan de orde en als gold het een groote rechtzaak, bepaalde do ambte naar er zich niet toe een gulden boete te prevelen, maar hield een degelijk requisitoir. Hij wees daarin er uit drukkelijk op, dat de wet nergens verbiedt met een kar te blijven staan de wet zegt alleen, dat men aan eer bevel van de politie tot doorloopen of doorrijden gevolg moet geven. Aandt politie nu de verplichting dit recht u et zonder noodzaak en niet zonde; tact toe te passen. Met een „je bent ei bij, hoor" of „onthoud je dag" (ge liefde agenten-ter men) worden noode loos heet wat slachtoffers gemaakt De wet verbiedt dus 11 iet meteen kat stil te blijven staan. De agent kan hei wel verbieden. Ergo staat de agent dus boven de wet Kan de agent dus die vraag dnngt zich onwiLLekeu rig op alles gelasten, wat de wel n.et gelast en maakt men zich straf schuldig als men zoo'n bevel niet op volgt? De politieverordening lg een vreem de zaak. Doorloopen als 't u blieft Dat „als 't u blieft" vergeten de waardige opvolgers van „Foezel" wel eens 1 We krijgen nu toch een tentoonstel ling. Er werd naar gehunkerd. Ze zal geopend worden 15 Juni a.s. of wat later. Een tentoonstelling kan in Am sterdam tenminste weer wat leven en verkeer brengen, de hoofdstad wek ken uit den diepen slaap, waarin ze al zoo lang verzonken is. De terrei nen lagen er voor disponibel, uitge strekte gemeentegronden aan dein Amsteldijk, dicht bij lijn IV, die dan natuurlijk met een stukje zou kunnen worden verlengd. De vor'ge jaren was het een arm zalig peuteren. Vooraf werd er de na druk op gelegd, dat het geen groote wereldtentoonstelling zou worden, doch alleen een voor den inlandschen middenstand. Was men bang, dat de vreemdeling, die hier wel wat mocht verteren, hier ook wat zou verdie nen En gehouden moest de expositie worden achter "et Rijksmuseum, waar vader en grootvader het ook hadden gedaan en waai het altijd goed gegaan was. Men vergat echter, dat in '81 de Museum-terreinen veel verder van het centrum der stad wa ren, dan nu de Amstel-terreinen, bo vendien, dat de eerste nu grooten- deels zijn bebouwd. Van het plannetje is niets gekomen gelukkig. Kleine tentoonstellingen hebben we nu genoeg gehad. Die va» handwerksnijverheid in het Paleis bijv. in 1907 was niet onaardig, maar al die tentoonstellingen in 't klein lijken als twee druppels water op el kaar. Overal vindt men den man met gesponnen suiker, ie cieampoetspora- made, met den jongen, die „gratis" uw schoenen ooetst en de Schotsche juffrouwen, die u dan n»et laten weg gaan zonder dat gij een doosje schoensmeer van een kwartje hebt meegenomen, de aardappelschilma- chinetjes, de forvografen, de electri- sche piano's en verdere permanente clou's, die met het Joel der tentoon stelling: „handwerksnijverheid", „re clame", „bakkerij" of „koffiehuiswe zen" al in heel verwijderd verband staan. Dat teveel van Klein grut bederft de animo voor iets goeds en groots, het vertrouwen gaat er uit, zoowel expo santen als bezoekers denken 't zal wel net zoo iets zijn als den vorigen keer, toen be'den misschien hun geld betreurden. Als gevolg daarvan min der bezoek, minder exposanten en nóg grooter tegenslag voor hen, die 't er nog eens op waagden te exposeeren. Maar dit jaar zal 't beter worden. Om te beginnen wordt de Amsterdam sche tentoonstelling gehouden in liet Paleis v. Volksvlijt, dus in dezelfde beperkte ruimte, waarin de vak-ten- touiistellingen gehouden worden. „Uitzetten" gaat moeilijk, hoogstens zal men vóór zetten <en ander voor zetsel kunnen plaatsen als een entrée gevraagd wordt, .lie niet in overeen stemming is inet net geboden©. Qua [uant'teit zal er dus onmogelijk meer e zien kunnen zijn dan op de kleine en.toonstelling voor handwerksn ij ver leid, waar de inzendingen opgepropt stonden. Maar de qualiteit, dat zal het hem doen. De vaktentoonsteliing voor handwerksnijverhe.d is vooral dank '.ij de Belgische afdeeling In haar soort uitmuntend geslaagd. Maar nu wordt het geheel iets anders: een mid- lenstandstentoonstelling. Wat daar- nee bedoeld wordt? 't Begrip is nogal rekbaar. Het is tegenwoordig n de mode net als vroeger de werk- nan, toen je werkmanscostuums, .verkmanssigaren en werkmanskaar en voor Artis kon koopen, terwijl nen tegenwoordig een heerencolbert voor tien gulden, een Brazielsigaar net Borneodek voor 2 cent en een kaart als stadgenoot van een kwartje oor de Diergaarde neemt. Middenstandstentoonstelling. Wie loort eigenlijk niet tot den midden stand? Allen, uitgezonderd zij die neer dan 5000 of minder dan 500 >er jaar verdienen. Dat zijn er dus heel wat. Dat wordt dus ook een •entoonstelling voor mij: papier, pen- len, waar nooit een haar aan zit, -charen, enveloppen, hectografen die liet vloeien, kachels die niet uitgaan ils je ze door *t schrijven vergeet... Maar neen, in de praktijk zijn mid- lenstand en winkelstand zoo wat sy noniem geworden. We krijgen dus een verbeterde editie étalage-wedstrijd, lie echter niet gratis bekeken kan .vorden zooals in de Kal verstraal? Laten wij voor alle zekerheid het prospectus eens nazien. Daarin lezen we dan dat „de ten toonstelling zich ten doel stelt ver schillende vakken van het klein-be- drijf, waarin handenarbeid zich paart aan machinale bewerking, voor zien van de nieuwste technische hulp middelen, in vol bedrijf te doen zien len einde aan de beoefenaars van zoo'n vak de voordeelen van de toe passing dezer nieuwe technische hulp middelen helder voor oogen te stellen en aan te toonen hoe het bedrijf door gebruikmaking dezer hulpmiddelen en door aanwending der meest prac- tische methoden het best en het voor- deeligst kan worden uitgeoefend." We zijn er, maar er is een goede adem voor noodig, om dezen zin, die ik zóó overschreef, uit te spreken. Hebben we die woordenchaos nog eens overgelezen en begrepen, dan treft ons do merkwaardige overeen stemming, niet alleen wat grootte, maar ook wat liet doel betreft der ten toonstelling van 1907. Datzelfde hebben de nijverheidsman nen óók beloofd en óók gegeven. En fin op één punt hebben we nu zeker heid, van een tentoonstelling, die een attractie wordt voor eiken vreemde ling, die hier drukte, werk, welvaart en leven zou brengen, komt voorloopig niets. Amsterdam kan wachten. Doorloopen als 't u blieft. H. HENNING Jr. Stadsnieuws J ubilea. Den 27en Januari a. s. hoopt de heer C. A. G. Goedbloed, onder-stations chef aan het goederenstation aan de Leidsche Vaart alhier, den dag te herdenken, waarop hij vóór 25 jaar in dienst trad bij de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij. Rubriek voor Vragen Ocsbvuueerdeu ii*bt>en hel voorrecht vragen op veraobiilaud gebied, mits Toor oeaul wuordiiig vatbaar, ia te leudeu bi; da Redactie vu.i Raarlem's Dagblad, Groots Houtstraat 63. Alle antwoorden wordeu geheel kosteloos gegeven eu, voor sooreel mogelijk ;s, den dag na de inzending VRAAG. Wanneer de kraan van de waterleiding door het vriezen springt en daar de leiding afgesloten kan worden voor bevriezen, voor wiens rekening zijn de kosten, voor den huurder of verhuurder? ANTWOORD. Voor den huurder. VRAAG. Mijn moeder is onlangs overleden, mijn vader leeft nog en treedt op als voogd over de minder jarige kinderen. Eischt de wet nu ook de benoeming van een toeziende» voogd, en zoo ja, kan een der meer derjarige broeders als zoodanig op treden, ook ul is hij niet de oudste? ANTWOORD. Ja, en u kunt zelf daartoe women benoemd. VRAAG. Zoudt u mij ook kunnen zeggen of er ui Schoten (nieuw ge iteen©) een telefoonverbinding in aan. sluiting met Haarlem komt, of zal ko men, zoo ja, wuimeer zai dit dan zijn en zou u üau den prijs per abonne ment kunnen zeggen wat die vermoe delijk zai zijn ANTWOORD, ln sommige gedeelten is reeds telefoon en is ook telefoon aansluiting te verkrijgen. Juiste kos ten kunnen niet opgegeven worden, wend u tot de directie van het Tele foonbureau, üniedestraat, Haarlem. VRAAG. Kunt u mij ook zeggen, wat de waarde is van een briefkaart van Suriname van 0.15 met beeltenis van Koning Willem III, licht bruin bedrukt? AN I'W OORD. Wend u tot een verza melaar of tot den heer Auf der Heijde, SpekstraaL VRAAG. Heden zag ik een wagen door de straten rijden met 5 6 go slacht© varkens, welk vleesch aan de huizen verkocht werd. Een vriend van mij kocht een half varken van 9 kilo voor 15 cent per pond. Gaat die ver- kooping uit van liet Openbaar Slacht huis, Slagersvereeniging of van par ticulieren Is de verkoop langs de huizen ge oorloofd ANTW OORD. Het vleesch, dat uw vriend kocht is afkomstig van dieren, beboerende tot het vee eener boerde, rij, waai'van de geheele veestapel moest worden afgemaakt aan het Openbaar Slachthuis. De varkens zijn na onderzoek ge bleken gezond te zijn, doch daar het eigenlijk nog biggen waren, was het vleesch niet veel waard en is opge kocht door een particulier. Een poli. tie-verordening, die verkoop langs de huizen verbiedt is ons niet bekenden het zou ons onbegrijpelijk zijn waar. om, als de waar goed is, zulks zou moeten worden verboden. VRAAG. Ileoft een patroon het recht om een meisje, dat reeds 2 jaar bij hem in dienst is als strijkster, op ataanden voet t© ontslaan, zoo niet, wait moet Ik doen, of waar heb ik dan recht op? Naar het Engelsch door Barones Orczy. 48) Wil u eerst naar mij luisteren zei ze, de zaken staan zoo. Toen de vertegenwoordiger van de Fransohe Regeerlng dien nacht in Dover uwe papieren stal, vond hij daar eenige plannen onder, die gij of uw leider wildet uitvoeren ter redding van den Graaf de Tournay an anderen. De Roode Pimpernel Percy, mijn echtgenoot is vandaag zelf voor die zending op reis gegaan. Chauvelin weet, dat de Roode Pimpernel esi Per cy Blakeney een on dezelfde persoon zijn. Hij zal hem tot Calais vod gen en daar de hand op hem leggen. U weet even goed a's ik, welk lot hem van de Revolutionaire Regeering van Frankrijk te wachten staat. Geen tusschenkomst van Engeland van Koning George zelf zou hem kun nen redden. Robespierre en zijn vol gelingen zouden zorgen, dat de tus schenkomst te laat kwam. Maar niet alleen dat, de algemeen vertrouwde leider zal ook onbewust het middel ziju, om de schuilplaats te ontdekken van den Graaf de Toumay, en van ai 'l!e anderen, die hun hoop op hem gevestig 1 hebben. Zij had kalm, zonder hartstocht en met groote beslistheid gesproken Haar doel was dat die jonge man haar zou vertrouwen en ÏÏeipen, want zij kon niets doen zonder hem. Ik begrijp er 1 'ets van, her haalde hij trachtende tijd te winnen, om er over na te ienken wat hein te doen stond. Och, Sir Andrew u begrijpt mij wel. U moet welen, dat ik waarheid spreek. Zie de feiten goed onder de oogen. Percy is naar Calais vertrok ken, ik veronderstel naar eem of an der eenzaam gedeelte van de kust, en Chauvelin ic hem op het spoor. Hij is met een postwagen naar Dover ge gaan, en zal waarschijnlijk vannacht bet Kanaal oversteken. Wat denkt u, dat er zal gebeuren De jonge man zweeg. Percy zal op de plaats van zijne bestemming aankomen; onbewust van het feit, dat hij gevolgd wordt, zal hij De Tournay opzoeken en de anderen onder wie Armand St. Just, mijn broeder is bij zal hen allen opzoe ken den een na den ander, zonder te vermoeden, dat de scherpst© oogen van de wereld a.l zijn bewegingen vol gen. Als hij zoo onbewust iedereen, (iie blind in hem vertrouwt, verraden heeft, ais men hem daarvoor niet meer nooci'g heeft, en hij klaar ts om ".aar Engeland terug te gaan met ben, die hij zoo dapper is gaan red den, dan zullen de deuren van den val dichtgetrokken worden en hij zal zijn edel bestaan onder de guillotine moeten eindigen. Nog bleed Sir Andrew zwijgen. U vertrouwt mij niet, zeide ze hartstochtelijk. O, ziet u dan niet, dat ik in doodelijken ernst spreek Man, man, voegde zij er bij, terwijl zij niet haar fijngevormde handen den jongen man plotseling bij de schou ders greep, hem zoo dwingende haar recht in het gelaat te zien, zeg mij, zie 'k er uit als het slechtste ding op de wereld een vrouw, die haar eigen echtgenoot zou willen verra den De hemel zij mijn getuige, Lady Blakeney, zei de jonge man eindelijk, daA ik u nooit zulke leelijke motie ven zou kunnen toeschrijven, maar... Maar wat zeg het mij... Vlug, man I... de seconden zelfs zijn kost baar. Wil u mij vertellen, vroeg hij resoluut, en keek haar onderzoekend in de blauwe oogen, wie Chauvelin op het spoor bracht van hetgeen u zegt, dat hij nu weet Ik, zei ze talm, het is mijn schuld ik zal de waarheid niet voor u verzwijgen, want «k wensch, dat u mü volkomen vertrouwt. Maar ik had geen Idéé boe zou ik het koo tten hebben van de identiteit van den Rooden Pimpernel.... en de vei ligheid van mijn broeder werd mij gewaarborgd als ik slaagde. Door Chauvelin te helpen den Rooden Pimpernel op het spoor te ko men Zij knikte. Het dient tot niets u te vertellen, welke middelen hij gebruikte om mij te dwingen. Armand 's meer dan een broeder voor mij, en... en... hoe kon ik denken Maar wij verliezen tijd, Sir Andrew, iedere seconde Is kost baar.... in hemelsnaam I... mijn echt genoot is in gevaar.... uw vriend 1 uw kameraad I Help mij hem te redden. Sir Andrew voelde zich ln eene uiterst moeilijke positie. De gelofte, die hij tegenover zijn leider en kame raad had afgelegd, sprak van gehoor zaamheid en geheimuouding, en toch, die schoone vrouw, die hem nu vroeg op haar te vertrouwen, was ongetwij feld in ernst; zijn vriend en leider was stellig Ln groot gevaar, en.... Lady Blakeney, zei hij eindelijk, u beeft mij overrompeld, zoodat ik niet weet wat mijn pl'cht mij voor schrijft. Zeg mij, wat gij van mij wenscht. Wij zijn met ous negentie nen bereid ons leven op te offeren voor dat van den Rooden Pimpernel, als hij in gevaar is. Dat is op het oogenblik itfet noo dig, waarde vriend, zal ze droogjes mijn hersens en vier vlugge paarden moeten nu aan 't werk. Maar ik moet weten, waar hem te kunnen vinden Hoor eens, voegde zij er bij, terwijl liaar oogen zich met tranen vulden. Ik heb mij voor u vernederd, ik heb mijn fout aan u opgebiechtzal ik nu ook nog mijn zwakheid bekennen Mijn echtgenoot en tk zijn van elkaar vervreemd, omdat nij mij niet ver trouwde, en omdat ik te blind was, om te begrijpen. U zal moeten toege ven, dat de blinddoek, dien hij mij voor de oogen deed, heel dJcht was. Is het dan zoo'n groot wonder, dat ik er niet doorheen bon kijken 7 Maar vanmorgen nadat <k hem onbe wust in zoo'n groot gevaar had ge bracht, vlei de doek mij plotseling van de oogen. Als u mij niet wil helpen, Sir Andrew, dan zal ik toch nog mijn best doen mijn echtgenoot te redden toch zal tk nog alles beproeven, wat in mijn macht staat .maar tk heb dan veel kans, dat het mij niet gelukt, dat Ik te laat kom, en dan zou u uw leven lang berouw hebben en.... en.... ik bleef achter met een gebroken hart. Maar, Lady Blakeney, zeide d© jonge man, geroerd door den zachten ernst van déze bijzonder mooie vrouw weet ge, dat hetgeen ge daar voor telt mannenwerk is U kan n'et alleen naar Calais reizen. U zou zelf het grootst mogelijke gevaar 100pen, en uw kansen om uw echtgenoot te v'liden al gaf ik u nog zulke goed© inlichtingen mee zouden maar heel gering zijn O, ik hoop dat het niet zonder gevaar is I fluisterde zij zachtjes. Ik hoop, dat ik op dfcze wijze boete zal kunnen doen voor zooveel, dat ik misdreven heb. Miar ik vrees, dat u zich vergist. De oogen van Chauve- lln zijn op u allen ge\estigd hij zal mij ternauwernood opmerken. Vlug, Sir Andrew liet rijtuig is klaar, e«i er »s geen oogenblik te verliezen... Ik moet hem opzjeken I Ik moet! herhaalde zij met bijna wilde geest- kiacht, om hem te waarschuwen, dat die man hem op het spoor is Begrijp u dan niet begrijp u niet, dat ik naar hem toe m oet?... Zelfs zelfs al zou het te laat zijn orn hem te redden... om feil minstetot op het laatste moment.... aan zijne zijde te zijn. Heusch, mevrouw, u moet mij uw bevelen geven. Met vreugde zou ik of een van mijn kameraden het leven voor daA van uw echtgenoot opoffe ren. Als u zelf wilt gaan.... Maar, vriend, begrijp je dan niet dat ik krankz'nnig zou worden, als ik je zonder mij liet gaan Zij stak haar hand naar hem uit. Wil u mij vertrouwen Ik wacht uw orders, zeide hij eenvoudig. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1909 | | pagina 5