Wat heteekent Oat? tmietard* hij ,wie vertelde haar... August Varschend zeg hij ziju ouderen brooder aan, maar deze keek zeli soo verwonderd, dat Georg geen oogea- blik aan zijn onschuld kon twijfelen. Weet dan, Georg, ging bet meis je voort, dat zij, die hier tegenover je ©Laat, geen gewoon meisje ia, zooala Je wellicht zult deuken, maar een telg uit een vorstelijk geel acht. Wan neer uw vader ais zijn wensch te ken nen had gegeven, dat gij in eigen stand zoudt huwen, xoudt gij dan uw kinderplicht vergeten, en de neiging van uw hart volgen Georg zonk aan do voeteu van Lora neer, en kuste hare handen Ik begrijp, wat gij bedoelt. Lo ra, riep hij uit, maar mag Ik ook niet hopen, als ik u mijn geheim heb ver teld. Gij hadt gelijk, ouz» plicht gaat vóór allee, en zoo ben ik, hertog Georg, verplicht een prinses tot gade te nemen, en moeten wij ecneiden Een ooouelijke bleekheio overdek te het gelaat van bet meisje, ue slan ke gestalte wankelde, en de oude Si mon moest toesnellen, om haar voor vallen te behoeden. Simon, sprak zij toonloos, maar met schitterende oogen. Simon.. Bezorgd was Georg nader ge treden Wat gebeurt er met haar? Raadsels hier en aan den over kant, hertog Georg van Geile, zei-de de oude. Dwingt het noodlot u een vrouw met een troon te zoeken, dan behoeft gij niet verder te gaan dit meisje, aai u liefheeft, maar eet. of- fa! aan haai plicht wk brengen, u de doorluchtige spruit van tlau nes tog van. Darmstadt Prinses Leo no re I Jubelend greep Georg de hand van het jonge meisje, dde zij hem niet oau trok. Gij bemint mijzooais ik je liaf- heL, en die liefde zal werkelijkheid zijn. en geen droom, riep Georg Leonore, iaat mij het van je eigen lip pen vernemen, opdat ik het gelooven kan i Ja, het is werkelijk, zei Leonore. groot in het bewustzijn van haar rein geluk. De slotbewaarder was mijn oude getrouwe Simon oe oude wapenknecht van mijn vader. Under beider bescherming wist mijn vader, die wenschte, dat ik meer van we we reld zou zien, mij veilig. Op raad der doctoren moest ik de versterkende frisse he lucht in den Harz inademen, daar ik langen tijd ziek was geweest Om alle vormen en dwang te vermij den. ging ik voor de nicht van Sibyi- la doorniets mocht mijn genezing in den weg Btaan. Ais mijn incognito bekend geworden was, zou de etikette mij verschillende hinderpalen in den weg gelegd hebben. Genezing vond ik in de bergen... En vindt gij nu ook met mij net beiuk vereeingd Want morgen reeds ga ik naar Darmstad»., om uws vaders zegen voor ons te vragen. Laat ons hel toeval prijzen, riep hertog August, dat ons het schoonste heeft bezorgd. Laat ik u begroeten, prinses Leonore, ais de gade van mijn besten vriend, rijt. broeder August, die, in naam dei andere broeders, hun schoonzuster hulde brengt, als de ster voor hun doorluchtig huie Gezegend zij dezen band en mogen de nakomelingen van den stam, die ecu6 <ie ktoou van dit land zullen aragen, nuu voorzaten waardig nja 2 Hertog Georg werd beroemd als dapper Krijgsman, terwijl zijne door- lucuuge gaue beiuind werd om hare goediieid eu liefdadigheid. Vier zonen kwamen ipt het huwe lijk voort De jongste, Ernst August, werd keurvorst van Hannover, zijn zoon Georg 1 werd Later ook Koning van EugeJann. Om het eenzame siot Herzberg weefde hel geluk een .trans van palmen en veugeet-mij-nietjes en heden noemt uien in den volksmond den steen, waar de beide vorstenkin deren eikaar gevonden hadden, „Den steen van het gei uk". (Nbld. v. h. N.) De noodlottige ring. Yves, een lange blonde breedge schouderde jongen met een goed rond gezicht, bleef staan voor 't jon ge meisje, dat, op den drempel van haar hutje gezeten, bezig was een viscbnet te herstellen. Zij hief de groote, blauwe oogen langzaam op, en toen ze hem herken de, gleed er een uitdrukking van grooten angst over haai gelaat, Goeden dag, Yvonette 1 Toen zij niet antwoordde, zeide hij Ik zie, dat mijn bezoek u niet bij zonder veel plezier doet. Zeker wel. ik voed hartelijke vriendschap voor u. Ja, vriendschap, vrieuaschap u. leen.... Heb ik dan niets te hopen?... Gij weet heel goed, dat ik met Pierre verloofd beo, en dat we bin nen drie weken zullen trouwen. De oogen van den jongen man flik kerden boosaardig, eu woedend mom pelde hij JaAU ik liet wü I.... Het jonge meisje verbleekte. Waarom zegt gij dat? aarzelde zij. Gij -wilt toch geen twist mei Pier. re zoeaen O neen, dut zult ge met doenIk houd u aan uw vriend schap, dat zoo iets nooit gebeuren sal 1 Och ja, laten we weer goede vrienden zijn. Geef me je hand 1 Hij drukte de koude kleine hand, die zij hem reikte. Ik zal vauavoud alleen een glas meer drinken, dat is alles I Du hij vertrok zonder omzien. Nauwelijks was Yves aan de krom. ming van den weg verdwenen of Pier re kwam. Snel giug hij op zijn bruid toe en kuste haar innig. O. Pierre. Ik ben zoo Wij. dat tk je zfte, zuchtte nat joag* meisje |ml hikkig, nog bleek van aandoening. Meer dan andere? Misschien 1 Waarom dan Yvee ie *oo Juist hier geweest. En wat heeft hij tegen Je ge zegd Niet veel. Hij zag er terneerge slagen uit en wilde vanavond naar 0ascai gaan.... misschien zich be drinken. Ik kan er niets aan doen 1 Ik to-u graag willen, das, Jeiui vrede sloot; ai osi twisten.... om mijvlna ik vreeselijk. W el. hij behoeft maar te komen. Ais hij mij de hand reikt, zal ik haar aannemen. Yvonnette hief haar heldere oogen naar hein op en vroeg Reik hem het eerst de hand, Pierre. Beloof me, dat Je het doen zultl Niets zal mij gelukkiger ma ken. Ik bsioof bet Je, rel hij. teeder Tracht hem vóór vanavono te ontmoeten en hem te belet-aen naar Pascal te gaan. Ja, aai kan ik Je M beloven, want ik mew*, dadelijk weg. Er lo geert op h oogenhlik in het Btatioma- üolai een rijke Amerikaaaechezij heeft naar een gidé gevraag*, om uivar de omstreken laiea z-e« hotWfioudai heeft mtj aanbevolen "lot weerziens, liefste I Hij boog zich naar haar over ec kuste haar lang en innig. Daarna ging bij heen, wuivend, tot cjc kromming van den weg hem aan li&ar tjeziom. onttrok. 0, hoe hartstochtelijk beminde hij haar I Zijn Y verniette Hoe ongeduldig verlangde hij naar den dag, die ben voor bet leven zou vereanigen. Hoe grusg zou bij rijk iKan ti|A, -4.k v orbeetó als ie Amerikaanecn», *ue hem verwachtte Zij had japonnen en edelgesteenten an al wal ze maar begeerde. Hoe graag zou bij Yvonnetie een verlo vingsring gegeven hebben, een klei nen en eeuvoudigen ring slechts, maar van goua, van echt goud, inge legd met kleine witte pareltjes.... Maar bij was arm en de zosteu van zoo'n ring ging*® zijn Inkomsten ver te boven. Zoo denkend, misschien voor den i„mdar<l»»o keer, aan dit onbereikba re geecheuk, kwam bi) bl) Ferraud. den hotelhouder. Deae atond o» den drempel en scheen hem vol ongeduld te wachten. Reed» van verre nep bij hem toe Haast Je, Pierre I Er wordt op je gswaent I Nauwelijks was hij binnengetreden o! hij bevond sich tn tegenwoordig heid van een mooie, nog jonge vrouw, die op ietwat zonderlinge wijre ge kleed was. Met een sterk buiten- landsch accent rei re let Pierre, die eerbiedig buigend staan bleet: Wilt ge mij merkwaardighe den van dezen streek Laten zien Zeker, mevrouw l Ik ben geheel tot uw beschikking. Wat we vandaag niet meer lie- ,'ken kunnen, ruilen we morgen be- roeken. Maar we moeten met de ree beginnen. En als ik tevreden over u ben, ral ik u vijftig Irancs geven. Is dat goed 01 dat goed waal Vijftig francs I Dadelijk dacht Pierre weer aan oen erloviiigsring voor Wennet»; met rooveel geld rou hij er miasch.en wel een kunnen knopen De vreemoe da me droeg prachtigs ringen aan de vingers sommigs versierd met roods steenet die nis bloed fonkelden de» groen ais het reewater, weer andere blauw als de hemel, en.... ocgen van Yvonnette. Vooruit, beval de reizigster Ze vent.rok keu, stil deo prachtigen avond bewonderend. Nauwelijks wa ren ze net dorp uit of ze kwamen op de rotsachtige kust, n.er en daar un gevreten door de zee, vol kloven en scheuren. De schemering begon aan te duisteren. Aan den voet der rot son schuiin-parelden de golven, zwiep ten in stralen van vloeiend smaragd i'isschen de holten door. plusten weer terug met een dof gedruisch. IX- ondeigaande zon doorvlamde den ho rizon. Heel ver schaduw-piekten zwaan-wille zeilen van bretom>che vissc her spin keu, omlijst door een breea vloei-zilveren iicht-lint. Na ïuug zwijgen keerde de reizig ster zich tot haar geleider. Het is prachtig. Gij weet hel goe de oogen blik te kiezen om mij luer te brengen. Terwijl ze daar zoo stond, de oogen in verrukking op de zee gericht, de handen leunend op haar weerschij- nende parasol, wendde Pierre geoii oog af van de schitierende sleenon aan haar vingers. ALs niet magneti- ktouneutcralfog van 6» kostbaro etee- neo vermakend. Toen de duisternis gehoed ingevallen was, namen ze den terugtocht aan. Onderweg deed zij Pierre allerlei vragen Woont gij reeds lang tn deze streek Ik ben er geboren. En bevalt het u hier? Zeer goed lk heb mijn geboor tegrond Uef I Boven alles Neen I Ik vermoedde het al. Degene die gij grooter liefde toedraagt is.. een vriendin Een bruid. Gij zijt due verloofd Nog eend ge dagen en we gaan trouwen. Beiden zwegen hierop, maar toen ze bij het hotel kwamen, vroeg Pierre Moet ik morgen terugkomen Zij glimlachte. Ik zou zoo gaarne deze prachtige streek beter leeren kennen. Maar vanavond niet meer misschien zal k ook van idéé veranderen. Ik ben zeer zonderling. Enfin, kom In teder geval terug. De vreemdelinge knipte haar beurs open Ziehier wat lk u beloofd heb. Hii nam het geld aan eu zijne oogen volgden begeerig ai de bewe gingen van de hand, die hei hem reikte Ze merkte zijn bilk op en be green hem. Ik ben tevreden over u. Ik heb een heerlijken middag doorgebracht en ik wilde u gaarne een plezier doem. Gij zijt verloofd, hebt ge mij gezegd, hier, neem dan dezeu ring en steek hem uw bruid aan den vin- ger. Er ze stopte den verwonderden visscher een ring In de hand, waarin één kleine parel schitterde mei een prachtig, witzijden glansJichi. Voor dat Pierre ook maar een enkel woord van dank had kunnen stamelen was de Amerikaanse he reeds verdwenen. Zijn oogen nauwelijks vertrouwe id bleef de jonge man nog eenige ougen- blikken staan. Daarna vloog hij den donkeren avond in naar het huis van Yvonnette. Hij vond haar alleen, be zig het avondeten te bereiden. Ben jij het I riep ze vroolijk uit. Maar toen, z'n vreemd-opgewonden uiterlijk ziend, vroeg zij Maar.... wat is er Wat scheelt J* Als antwoord opende Pierre zijne hand. Het jonge meisje boog zich voor over en uitte een kreet van bewonde ring O wie heeft ie dat ez< ven De vreemde dame, van wie ik je varmiddag sprak. Hij nam den ring, ec, bijna wee- nend van aandoening, stak hij hem aan den vinger van zijn geliefde. - Ik' San U onmogelijk ds yraagde bewijzen geven, maar Yvon ne zal niet aan mijn onschuld twij felen. want lk heb haar den ring gisterenavond gegeven. Dat Is mij voldoende. De burgemeester keerde zich om naar Yvee en den andaren getuige. Waart gij op de rotsen Neen I Ik reed met mijn karretje op dan straatweg, toen Yvee, die be zig was met garnalen visscheci, mij riep en mij een vrouw toonde, die op de rotsen verpletterd was. We heb ben haar in mijn karretje gelegd en hierheen gebracht. Zich daarna tot den verloofde van Y\ onnette wendend, vroeg de burge meester Blijft gij bij uw ontkenning Pierre haalde de schouders op. In naam der wetik arresteer u I Gendarmen, doet uw plicht Met een lulden gil vloog Yvonne op en viel bewusteloos op den vloer. Ineens stond Yves recht overeind, met verwilderde oogen en doodsbiee- fce gelaatstrekken. Luister Ik ben eer ellendeling, ik heb peloeen, allee gelogen I Ik rischte garnalen vanochtend en ik heb de dame boven op de rotsen ge zien ze was alleen. Ik schreeuwde haar toe. dat er gevaarlijke plaatsen aren. Ze luisterde niet Twee mi nuten later lag ze dood op 't strand. Waarom hebt ge dit alles niei dadelijk ge-zegd Ik was jaloersch op Pierre ik bemande Yvonne. Ik had gedacht, dat men hem zou aanklagen, omdat hii haar gids geweest was, maar niei )ai men hem zou gevangen nemen... E;i hij viel snikkend op zijn stoel :erug. Yvonnette was intusschen weer bij gekomen en lag stralend van geluk n d*- armen van den Pitrrp Plotseling fluisterde zacht toe We zullen Yves vergeven Maar wat den ring betreft, ik wil heia niet langer dragen. Wij zullen hem verkoopen ten voordeele der ai men I verrukten hem DAMRurr: HAARLEMSCHE DAMCLUB* 'Alle Correspondentie, deze rubriek betreffende, gelieve men te richten aan den Heer J. MEYER, Kruisstraat 84, Te lep hoon 1543. Probleem N. 31 vee den Heer P. M. v. d. SLUIJ8. lm art Wit Zwart schijven op 6, 8, 9. 10, 11, 13, 17, 21, 26 en dam op 32. Wit schijven op 22, 23, 24. 28, 30, 31, 34, 36, 37, 41, 45 en 48. Probleem No. 32 van den Heer D. G. KONING. Zwart Den volgenden morgen, toen Pierre juist zijn ontbijt genuttigd had. tra den twee gendarmen zijn huisje bin nen. Een van hen trad op den jongen man toe en sprak op ruwen toon Volg ons 1 Waarheen vroeg Pierre ver schrikt. Dat zul je wel zien. Plotseling wierp de andere gen- daime hem de boeien over de poRen, trok ze stevig aan en liet het slot toeknippen. Daarop namen ze hem ieder bij e°n arm en duwden hem ruw voor uit. Zoo kwamen ze bij den burge meester. Nauwelijks waren ze bin nengetreden, of ze bevonden zich te- -'e:over den gestiengen 'runt. In een hoek van de omar zat Yvonnette, snikkend en doodsbleek. Wat verder Yves en een garnalen- visscher, dien Pierre sedert lang kerde. De burgemeester begon op bewogen Gij wordt beschuldigd de Ame- rikaansrhe dame vermoord te heb- hei, die bij Ferrand logeerde. Een oogenblik 9tond de jonge man sprakeloos, toen barstte hij woest uit: - Wie heeft dat gezegd De burgemeester nam eeu ring vaai Ue laiei «ui »iu~'.vuordde lXze ruig, dieu wij vanmorgen bij uw verloofde gevonden liebbeu. Dien ring heeft de dame mij zelf gegeven. Eu Pierre vertelde met vnkele yoiueu de hoele geschiedenis. De burgemeester haaide de schou ders op. Y\ aar waart gij vaumorgeu 'I huis Kunt gij dat bewijzen Hoe moet ik het bewijzen De Amerikaansche is gisteren avond mei u uitgegaan en ge zijl na verloop van ©enige oren samen te ruggekeerd. Men heeft haar van ochtend opnieuw, zeer vroeg, het ho tel hooien verlaten. Gij vergezeldet EEN GEVAARLIJK REVOLVER- SCHUT. In het ,,IJndeiuheater", eeu dor kleine Berlijnsche schouwburgen, had dezer dagen, door de vergissing van een to-meelknecht, een nnueval plaats, dat noodlottige gevolgen !i;»*1 'tui nen hebben. Bij een avondvoor stelling van het sensatie-stuk „Das M.-.dchen am Irrweg", komt iri de eerste afrte een poging tot zelfmoord oor. De acteur neemt een ongeladen revolver, richt die tegen het voor hoofd en trekt ze af lu de tweede komt bi> een duel weder een re- ■r te pas dezen keer moet het wapen echter geladen zijn. Door een vergissing werd nu bij de eerste acte de geladen revolver, die bij de tweede «cène gebruikt moest worden, op tafel gelegd. De tooneelspeier Ydolf Stündel, die de poging tot zelf- ord zou doen, richtte, niets ver meiend. het geladen vuurwapen te- ge. i zijn voorhoofd en trok het af. Het schot ging af. maar gelukkig miste de kogel, die in een in de nabijheid staande sofa drong. Twee doctoren moesten Stündel, die aan het hoofd tamelijk ernstige brandwonden opge lopen had, verbinden. Tot zijn ge- had de tooneelspeier eenigszins i koog aangelegd. Merkwaardig is, dat het publiek in het geheel deze gevaarlijke vergissing niet bemerkt heeft. Het stuk kon tot aan het einde toe afgespeeld worden. "F.N KLEINE PECHVOGEL, or de deur van oen school in korn staat een melkwagentje, waar voor een ezel gespannen is. Een aan tal schooljongens plagen het beest, hei wordt onrustig, enkele melkkan nen wippen om en de inhoud vloeit Ov-er de straatsteenen. Woedend vliegt de melkhandolaar op de jongens af elt rechts en links oorvijgen uit; iaarvan komt terecht op het on schuldige hoofd van een kereltje, dat bij het heele geval slechts toeschou wer is geweest. De arme kleine wrijft zich schreiend over de getroffen plaats en wi! naar den dlirecteur gaan om zijn leed te klagen. Geheel ver- ml in zijn verdriet stoot hij op de met zijn hoofd juist tegen den ,;k van een ieeraar, die de trap af kwam. Klets, daar krijgt hij een oor vijg Huilend komt hij bij de kamer van den directeur. Snikkend zegt hij; „Mijnheer, de Ieeraar heeft mij een oorviig gegeven, en.... ik.... ik heb ezel toch niets gedaan 1" !s van zelf sprak, dient de dï- .1- don brntulen bengel een flin- i-M'jg toe. Dat inaakt dus drie oei vijgen, die ee i onschuldige krijgt, omdnt zijn vrienden een ezel geplaagd hebben. N VERZINKENDE STAD. 'Vn stad \an 20.000 inwo- ■.ij, men in de provincie Barce lona, is op het punt door de zee ver zwolgen te worden. Hare huizen, die op het strand zijn •zebouwd, storten in en verdwijnen, 1 het eene na het andere. Het strand zelf schijnt te zullen verdwijnen. '•Udden in de stad stortten de ge- vols der gebouwen In. Do Inwoners van een geheele straat zijn nu gevlucht uiit vrees bedolven te zullen worden. Wit Zwart schijven op 7 8. 9, 13, 17, 18, 19, 22, 23, 27 en dam op 14. U it schijven op 20, 33, 35, 37, 38, 41, 46, 48, 49 en dam op 45. Oplossingen van deze problemen worden ingewacht uiterlijk Y\ oonsdag 17 Maart aan bovengenoemd adres. Oplossing van probleem No. 27 van deu auteur: Wit 33 - 29, 47 - 41, 48 - 42, 34 - 30, 42 - 38, 16 71 Goede oplossingen zouden Mevrouw U .egman en de lleeron R. Bouw- P Balkenende, P. Geldorp, J. Jacob- suin Azn., D. G. Koning, N. J. Koster Jr., Patrizio Ottolini, C. Serodini, P. M. v. d. Siuijs, J. F. Spanjaard, F. Th. T-iumer, P. v. Tol, J. L. Velde, F. M. v. d. Uerff, P. J. Eype. Oplossing van prooieem No. 28, van den outeur: Wi 35 - 30, 47 - 41, 29 - 23. 30 - 24, 25 51 Goed opgelost door Mevrouw Wieg man en de Heer en P. Balkenende, W. J. Balkenende, R. Bouw, P. Geldorp, J. Jacobson Azn., D. G. Koning, N. J. Koster Jr., Patrizio Ottolini, C. Se- I rodimi, P. M. v. d. Siuijs, W. J. A. J Matla, P. van Tol, F. Th. Timmer, J. L. Velde, P. J. Eype. WANNEER ZAL HET BEREIKEN VAN DE DAMLIJN GEEN VOOR DEEL AANBIEDEN? Er is eene man er, waarop de dam- lijn bereikt wordt, maar dit geen voordeel aanb.edt; deze is de volgen de: Wanneer eene schijf, slaande, de damlijn, bereikt, maar deze weder terstond moet verlaten wegens het verplichte voortzetten van den slagzet, wordt zij geen dam maar blijft een schijf. In zoo n geval wordt de dam lijn wel bereikt, maar dit zal geen voordeel en veeltijds nadeel aanbie den. Ook dit zullen wij met een practisch voorbeeld nader toelichten. Zet der halve onderstaande stand even op het bord. Zwart sche klacht aangetrokken, bleven zijn oogen aan hun veel-vervige stra- haar Ling hangen. i «Dat is gelogen i lk was thuis 1 in eens bemerkte de vreemdelinge q,j hebt haar daarna boven van het: de rotsen geworpen. «--/ - Gij kijkt naar mijn ringen, zei Pierre begreep dat de schijn sterk plekken, hetgeen de juistheid beves- andere witte schijf ook opgevaugexi tij »cht. U erkölijk, zoo door do zon »g„: l»,u wan. Met «on gaweldm j hebben ze een glans, die lk krachtsinspanning zei hij ineens, A*r«w»«<-hPT» vt.ikonn <>n nw I DE STRAAT VAN MESSTNA. Zes kabels In de Straat van Messi- i zijn hersteld. Eén kabel moest men laten liggen wegens het vele zand, waarmede hij bedekt was. De Wit Wij zien hier, dat de stond van zwart iets gunstiger is dan die van wit, daar de eerste een schijf meer heeft. Wit kan evenwei het evenwicht onmiddellijk herstellen, met de afrui- iing van drie voor twee schijven. Hij meent hierin dus voordeel te zien an gaat er toe over met: 39 - 33 38 29 30 - 24 29 20 25 12 Men ziet nu, dat wit met dien slag zei de damlijn wel heeft beie.kt, maar deze weder terstond verlaat met den slag 3 12. Was de schijf op 3 blijven staan, zwart had zijn spel wel kunnen in pakken, omdat de verkregen dam een enorme kracht op het tegenspel zou ontwikkelen. Tevens hebben wij gezien, dat het grooter aantal stukken slaan niet al tijd voordeeiig is, en dat het slaan van een kleiner aantal soms beter kan zijn. Immers, juist het slaan van die derde schijf geeft «»n zwart de gelegenheid, om met zijn schijf 3, de ïtte schijf 12 te beheerschen, terwijl opgehaalde kabels vertoonden brand- hierna voorzichtig voortspelende, de nog nooit gezien heb. Ze bewoog de band. 1 zonder toorn met de daard ramp was veroorzaakt door een on- derzeesehen vulkaan en niet door en uiterlijk heef be-een tellurische beweging. 46-41 16- -21 41 - 36 of 37, 21 - 271 Hierop klopt-nu artikel 12 van het damreglemcnt, dat zegt: „wie aan de beurt zijnde, vastgezet is, heeft de partij verloren." Ook is uit deze ontleding gebleken, dat men bij liet ontwikkelen van siag- zetten, steeds voorzichtig moet hande len, en dut alles nauwkeurig onder- zucht moet worden, vóór tot combines- ren wordt overgegaan. Had wit zulks gedaan, hij zuu allicht bemerkt heb ben, dat zwart in dit geval den laat- sten zet behield, en zich niet hebben laien vangen. Bij het dammen moet steeds gelet worden op datgene, wat na den slag- zet zich openbaart, terwr! de gevaren nimmer onderschat mogen worden. Hoe beter alles wordt onderzocht en doorgewerkt, hoe nauwkeuriger bef spel gespeeld wordt. Wij achten het cmnoodig om hier aan nog een tweede voorbeeld toe tie voegen. Met liet bovenstaande is o.L voldoende aangetoond, wat met het pass ee ren van de damlijn bedoeld wordt. Wel willen wij nog even opmerken, dat „vaa Embdem' in zijne verhande ling la 't bijzonder op dK punt heeft gewezen, en gaarne had gewild, dat het passeeren van de damlijn niet was toegestaan. Zijn idee was, dat een schijf, de damliin bereikende.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1909 | | pagina 24