Verschijnt degelijks, behalve op Zoa» en feestdagen. NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. 36* Jwgang. Ho. 7969 DINSDA.8 8 JUNI 1909 A ABONSEWENTEB PBR DRIB ■AANDBNl Voor Haarlem f 12& Voor de dorpen In den omtrek waar een Agent gevestigd la (kom der gemeente)J-fO Franco per post door Nederlandla®. Afzond erUJVe nummers9~S^ GflUustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0J7H de omstreken en franco per post 0.45 Uitgave der Vennootschap Loorens Custer. Directeur 1. C. PEESrBOCH. ADVERTENTIÊWi Van I—S regels 53 Cis.; iedere regel mea 10 Cts. Luiten het Arrondlaenient Haarlem van 1—5 regels L- elke regel meer ƒ0. tb Reclames 30 Cent per regel Bij Abonnement aanzienlijk rabat. AdvertentlEn van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing) 50 Cts. voor 3 plaatsingen k contant Redactie es Administratie; Groots Houtstraat SS. tatsreommaaaal Telefoonnummer der Redactie 600 es der Administratis 724, DrnLitrljZnlder Bnltenspaarne 6. TeletooGnnmmer 122. I'P' I Iii|i|if^nii| TcS de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten bet Arrondissement Haarlem Jn dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA, Waxmoesstraat 76—78, Amsterdam. Telephoon interc. 6229. DIT NUMMER BESTAAI UIT ZES BLADZIJDEN. EERSTE BLAD. AGENDA WOENSDAG 9 JUNL Gemeenteraadsvergadering, IJ uur. Muziek in. den Hout, 8 uur. Stadsnieuws O te 0n6 Heen. Oir Ons Heem moet vandaag wegens /ebrv.L aart ruimte achterwege blij den. MANNENKOOR „ONDER ONS." Aan een verzoek van de Redactie, om - bij uitzondering eens kijkje te gaan nemen bij het nog niet zoo heei lang bestaande mannenkoor „Onder Ons", dat Zaterdagavond in het gebouw St. Bavo eene uitvoering gaf, hei, ik met genoegen gevolg ge geven Naar men weet is dit man nenkoor geheel gevormd uit werklie den der Kon. Rijtuigfahriek van de firma J. J. Beijnes en het publiek, dat van de uitvoering profiteert bestaat hoofdzakelijk uit de kameraden hum familie zoodat de naam „On der On,u" hier bijzonder wèlgekozem mag heeten. Naar wat ik van den koorzang Jb-oo-xLe „Omhoog" van Hein ze en „De liefste plek" van Loser kan de meening wordiem uitgesproken, dat de vereeniging in deai betrekkelijk korten tijd van haai1 bestaan reeds tot vi'ij toonbare resultaten is geko men. Aan den directeur, den heer W. P. J. van Gemert, ia het veilig toe vertrouwd zijn zangers beschaving in klank en uitspraak bij te brengen. En al lieten de beide door mij gehoor de werkjes hier en daar aan reinheid van intonatie iets te wenschen over, de rhythmische eenheid en goede nu- anceertog maakten wel degelijk aan spraak op waardeering. Zoo voort gaande zal dit koor zich spoedig waardige plaats onder de vele stede lijke mannenzangve-recnigingen heb ben veroverd. Niet weinig draagt tot verlevendi ging der belangstelling van de toe hoorders bij de verscheidenheid van afv-dsseling die het bestuur zorg draagt in het koorprogram aan te brengen. Zoo trad dezen avond op onze bekende, zeer verdienstelijke di lettant-baritonzanger, de heer An ton Smit, begeleid door den heer P. van Cittert, met een aria uit Don Juan (vertaaide tekst) en liederen van Verhuist, Heyblom en Pij zei; als mede het duettistenpaar mej. C. Biruin en den heer W. Muller, en het mannen-kwartet „Zanglust", die al len naar best vermogen meewerkten om door hunne voordrachten ern stige of komische den avond te mar ken tot wat hij zonder eenigen twij fel voor alle aanwezigen geworden is, ml. een genotvol, onderhoudend recht gezellig samenzijn. PHILIP LOOTS. Kanbesteding. Gisteravond werd door de commis sie van liquidatie der Coöp. Bouw- vereeniging „Des Werk mans Doel", alhier aanbesteed: Het veranderen van de privaten met tonnenstelsel in doorloopende privaten. Ingeschreven werd: D. Meijer, Santpoort. 4590. Louw en Lubbers, f 4767. A. Pot, Schoten, f 4862. J. Turkenburg en Zn., f 3574. L. Thames, Schoten, 3888.95. J. J. Koning, f 4075. A. T. Kreuger, 4699. C. Rol, 4348. De inschrijvers bij wien geen woonplaats is vermeld wonen alhier. Door den architect W. F. Doeglas, alhier, is Zaterdag jl. te Zand voort aanbesteed: Het bouwen van een heerenhuis, op een terrein gelegen aan den Hoogeweg aldaar en is ge gund aan don heer S. Slagveld, aan nemer te Zandvoort. Voetbal. Zondag speelde „Concordia" een wedstrijd tegen de „D. O. S. B.", om een voetbal, uitgeloofd door den heer J. W. Kleinhout. De rust ging In met 43 voor „Con- jordla". Met het einde was de stand 6—6. Eerst na verlenging wist „D. O. 8. B." te winnen met 9—6. Dienstweigering. Men meldt ons: Op de Zondag j.I. gehouden protest- meeting te Haarlem, tegen het gevan gen houden van den dienstweigeraar Kamper, werd de volgende motie bij acclamatie aangenomen: „De groots openbare meeting te Haarlem, gehouden op 6 Juni 1909 In de groote zaal der Sociëteit Vereend- ging, gehoord de bespreking In het geval van den dienstweigeraar Chris tian Kamper van Nieuwe- Nledorp die in de gevangenis wordt geworpen omdat hij uit gemoedsbezwaren zijn militieplicbten niet kan vervullen, verklaart openlijk een dergelijk op treden van de regeer ing ten zeerste af te keuren en spreekt hare volle sympathie uit met het optreden van Kamper." Muziek to den Hout. Muziekuitvoering op Woensdag 9 Juni, 's avonds 8 uur, door Haar lems eh Muziekkorps, directeur de heer Ch. P. W. Kriens. Programma, 1. Marsch uit de Symphonische Didhtung Mazeppa, Liszt. 2. Ouverture Obéron, Weber. 3. Paraphrase over Beethoven's Kreuzer Sonate, Coenen. 4. Fantaisie de l'opéra „Pardon de Ploërmel", Meyerbeer. 5. Ouverture Tutti in Maschera, Pardrotti. 6. Einleiltung und Brautohor aus dei' Oper „Lohengrin", Wagner. 7. Rondo pour petite flüte, solo, Donjon. (Uit te voeren door George Schmidt). 8. Fantaisie op Italiaanscbe opera's Koppen. ORGELBESPELING op Donderdag 10 Juni, des namiddags van 23 uur, In de Groote- of Sint- Bavokerk alhier, door den heer W. Ezerman. Programma: No. 1. Preludium en Fuga, J. S. Bach. No. 2. Adagio, M. Brosig. No. 3. Sonate, A. Malllij. a Allegro maestoso. b. Andante. c. Allegro con brio. No. 4a. Scherzo, A. Guilmant. b. Prière, A. Guilmant, Dammen. Zondag had hier ter stede de 3de ontmoeting plaats in den nat ion al en clubwedstrijd om het kampioenschap voor Nederland, tusschen de damver- eenigingem van Amsterdam, Edam, Haarlem en Zaandam. De uitslag was als volgt Voormiddag 5e ronde Haarlem Wit Puntten. 1. W. J. A. Mail a 0 2. J. Meijer0 3. G P. ITeck2 4. D. G. Koning 2 5. A. M. Verkerk 0 6. A. J. Fortgens 2 Totaal 6 Zaandam Zwart 1. G. Fris 2 2. L. Kieviet0 3. S Troost0 4. C. v. Langelaar 0 5. F. v. d. Stad2 6. H. Huisman0 Totaal 4 Namiddag 6e ronde Zaandam Wit 1. G. Fris2 2. L. Kieviet2 3. Jb Ris1 4. S. Troost2 5. F. v. d. Stad 0 6. H. Huisman0 Totaal 7 Haarlem Zwart 1. W. J. A. Matla 0 2. J. Meüer0 3. G. P. Heck1 4. D. G. Koning0 5. C. Serodini 2 6. A. J. Fortgens 2 Totaal 5 De laatsto ontmoeting heeft plaats te Amsterdam, op Zondag 20 Juir i.s., waar alle deelnemende clubs elkander weder zullen ontmoeten, terwijl s middags een gezamenlijk diner zal plaats hebben in genoemd café. Na afloop van den wedstrijd worden de prijzen, benevens het kam pioenschap van Nederland, de win nende (dub toegekend, terwijl de tweo spelers, die het hoogste puntenaantal hebben behaald, in volgorde een fraaie premie ontvangen. Mili taire Zaken. De sergeant Tinkelenborg van het 10e regiment infanterie, Is op zijn verzoek uit den militairen dienst ont slagen onder toekenning van oen ski en.- Regelmatigheidsrit N. A. C. (Van onzen bij zonderen verslag gever). IV. Koevorden, Maandagmorgen. We hebben zoo pas het interessant ste deel van onzen tocht volbracht, namelijk langs de oostgrens van Drente, die veel belangwekkender is voor den beschouwer dan het midden deel van deze typische provincie. Vanmorgen vroeg, toen het auto- ongeval bij Ruimerwold bekend werd, was hier en daar do stemming een beetje gedrukt. Als je zoo rondtoert langs de wegen denk je niet aan de mogelijkheid van ongelukjes. Maar in een oogenblik als dit peins je er even over, dat de stuurder van je wagen onverwacht voor hetzelfde di lemma kan komen te staan als de heer Bromberger Zaterdagmiddag. „En da» rijden we ook tegen den boom", zei de heer Berendsen, onze auto-stuurder ernstig, „als u dan maar in den wagen blijft zitten." Maar chauffeurs houden er niet van om over ongevallen te praten. Als je er over begint in den wagen tikken ze 't dadelijk af op het stuur rad. Die bezweringsgebaren ver schrikken de auto-demonen, daarvan zijn ze vost en zeker overtuigd. Spoedig werden we luchthartiger, t is dan ook een wellust de fijne lucht van den zonnigen zomerochtend in je longen te zuigen, en 't prachtige Sten-ebosch lag er ook zoo heerlijk, vol lichtgespeel tusschen het grillig geschaduwplek van even-bewogen bla ren, dat alle somberheid wegzonk. Met eenxheel ingehouden gangetje, een luttele 27 kilometers, kropen we den slingerweg naar Haren op. Pu bliek was weer geestdriftig, publick schalde hoezee's, publiek wuifde... De jongelingschap wierp haar petten voor onze wagens, ais weleer do In diërs hun beha-men voor den Jag- gernaut w agens. De huizon vlagden en de kerktorens ook, die van Haren zelfs met twee. 't Was een feest van kleuren in het reeds donkerende groen. Was 't voor ons We meenden beschridenlijk van wel. Informaties baatten biet. Het eenige antwoord, dat we kregen op onze met bandom koker de monden ge- bazuinde vragen was, dat we rechtuit moesten. Des gaven we 't op en eischtem de vlaggenhulde bescheidenlijk voor ons op. Op don Onner weg moeten we 85 seconden verspillen om een kraan los te draaien. Dan met wat grooter snelheid op den mg van Drente ge sprongen. Drente is een man met een hoogen rug, met een wrat op dit lichaams- mis vormsel Zoo lijkt op de kaart 't Zuid! aard er meer uitgegroeid op de noordoost grens van het oude landschap Drente. In werkelijkheid wekt 't minder ab- cès-gedachten. 't Wijkt daar zoo mooi weg. 't oosten in, dat vlakke water tusschen de lage boorden, als we langs den Westoever drentel-rijden. als eon man wel loopen kan, die met z'n tijd geen raad weet. Dan Drente in en den Hondsrug over en langs. Eigenlijk hadden we deze Drentsche waterscheiding al veel eerder betufd, want Groningen is gebouwd op een harer uifloopars, maar nu kon je 't eerst goed merken, aan de wegdui king van den kim in den West, dat we hoog boven 't gewest uitreden. Een heerlijk tafereel ontrolde zich naar alle kanten, de ruwe heilanden liggen er in volkomen pracht. En al woester en woester wordt hot land schap, een ontzettende woestenij, doch juist daardoor van een aangrijpend schoon. Tusschen de forsche en taaie lieiruigten bloeit er paarsrood van distels en fel-geel van brem. 't Leuke kroontje van de hoorn- bloc-m stuift er overal witte vlekjes, te midden van 't dofbruin van wilde zurine. hier en daar een zandig wa tertje lekker terugsplegelend de blau wende lucht er boven. Als het nu en dan vol zon staat over het ruime land, is 't er als een wonder van duize lende kleur-tegenstellingen. De als met zonnegloed beschilderde wegen naar welker st off age van erratische keien uit 't Scandinavisch diluvium onze wagenstuurder met een be nauwd gezicht kijkt bij de gedachte aan z'n arme banden, die er een har den dobber hebben de weg kronkelt en zigzagt voor ons uit, eon schreeu wend-geel lint in het gTauwe aan weerszijden. En alsf je dan je hoofd omdraait naar achteren toe, dan zie je het lint wegsnellen onder je door. In do verte tuft de PektorParis op een heuvelhoogte. De wagen moet zich wel in z'n element voelen nu, in deze woestenij. Zóó moet hij langs de ontzette oogen der nomaden in den Gobi zijn gesnord. Miniatuur hunnebedjes herinneren aan een grijs verleden, de rook van een heibrand, die volgens de stereo type uitdrukking in die schoolboekjes „vaak onze schoonste lentedagen be derft", brengt ons terug uit mijme rijen over de dagen van het cyclopi sche menschenras, dat eenmaal deze stroken, bevolkte, naar het onwelrie kende heden. Eigenaardig zoo'n heidebrand. Vlammen zie je nergens, en toch ligt zoo'n heele uitgestrektheid te smeu len; flauw-blauwe rookwolkjes ver waaien er al in de lucht. Een doode egel verderop, karakte riseert de fauna van 't landschap. Het beestje is doodgereden door een onzer voorgangers. Wel moge 'i hem bekomen, want een botsing met dit stekelvarkig dienen-exemplaar staat gelijk met onmiddellijke terechtstel ling van binnen en buitenband. Moor den als deze hebben we niet veel op ons geweten. De honden beginnen al een beetje overgeërfde ervaring van vorige geslachten te krijgen, 't In stinct zegt hun dus: „Wacht je voor de auto". Toch zijn we nog heel wat „canie- familiaris"-individueai tegen geko men, die hardnekkige pogingen de den om onder onze wagens te ko men. Voor zoover we daarvan iets merkten is het geen hunner gelukt, niettegenstaande zij daarvoor zoowat een veertig kansen hadden, als ze ten minste een uurtje geduld hadden, om den geheelen auto-stoet als mid del van hun experimenten te nemen. De egel, verrast op den weg, en een vogeltje met gespreide wiekjes plat geslagen in de vlucht zijn vrij wel onze eenige slachtoffers, t Kip- pengebroed kwam zijns ondanks, met wat kakel-schreeuwerig schrikgela- waad wij. Deze schuwe dier'tj es heb ben, naar m'u reisgenoot mij deed opmerken, de alleronhebbelijkste ge woonte dwars den weg over te wag gelen voor een auto heen. Al loopen ze veilig op een wegberm, toch flad- der-loopen ze altijd met kakelend ka baal naar huis toe. Hoeveel honderd geslachten moeten er ten onder gaan, eer ze tot de instinct-stelling komen, dat oost-west wel altijd thuis best doet denken, maar dat er tusschen oost -west en het veilige thuis dik wijls een heel gevaarlijke wegbreedto ligt. Wat ons aangaat, we twijfelen aiiet aan de eindelijke zegepraal van de draconische automobilistische op voedingsmethode. Het zij zool Gieten kwam en Gieten controleer de ons. Dat was goed van Gieten, want 't mocht ons controleer en, mooi op tijd als we door kwamen. Bij N oord-Barge bereikten we ons ooste lijkst punt en schoten toen op Coe- vorden af; maar dat schieten ging niet zoo snel in z'n werk, vooral niet bij T Oranje-kanaal. Daar was de brug afgebroken over een huive ringwekkend planken vlondertje kwa men we in den overkant terecht, niet op, maar in den overkant, want het was daar een mulle zandweg, waairin de wielen wel een decimeter hun ban don groeven, zoodat we niet ongelijk aan een „persoon in kennelijken staat" den weg bezwalkten. Goedgunstig had de regelingscom- missie ons voor deze paar honderd meters 2 minuten extra gegeven, in welken tijd we anders een 1500 meters hadden afgelegd. Maair we kwamen etc eindelijk uit en beogen Erm, en werden door Erm bezien. De „hai-kneuters" waren geestdriftig, ook de kleine kneuter- tjes, die onder leiding van hun on derwijzers en onderwijzeressen bij de scholen opgesteld stonden en een ver basterd Hooghollandsch vreugdege- krijsch aanhieven bij onzen doortocht. Tot nu toe hadden we weinig van auto-pech bemerkt, alleen was een der bestuursauto's onklaar geraakt door het hreken van een veer, de dorpssmid moest er aan te pas ko men. Coevorden bracht stilling van den dorst, want we kregen dertig minu ten om op ons verhaal te komen. Dat was wel noodig, want onze auto-stoet moet den voorbijganger wel hebben toegeleken een optocht van planeten, elk met een dichten atmosfeer van stof rond zich. Die planeet-vergelij king past niet alleen uitwendig, maar ook inwendig. In de auto zit je den heeten dag met je zelfde reisgezel schap, wier belangen en belangstel ling mede de jouwe zijn. En 't komt niet veel voor dat je achter-planeet 't in haar bol krijgt, je voorbij te wentellen. Als T goed gaat, mag dat ook niet. Immers als no. 1 op tijd rijdt, dan krijgt geen der deelnemers straf punten voor te snel len of tragen gang, als zij maar zor gen in de rij te blijven. Want 2 minu ten vóór en 2 minuten achtor hen (dus o pafstanden van eon kilometer) tuf fen voorgangers en opvolgers. En we mogen juist twee minuten te vroeg of te laat aankomen. Zorgen we du6 niet vóór of achter een andetren, mits op tijd rijdenden wagen te komen, hebben we niets te duchten. Daarop laten we 't echter niet aankomen en zitten den heeten weg diruk te cijfe ren en te rekenen van zooveel kilo meter voor zooveel minuten; dus een beetje snellere gang er ingezet. Dan schuift de heer Berendsen z'n handle een gaatje verder op den snelheids- moter en we stuiven wat harder over den weg. In dat handte'tje van nog geen de cimeter, daarin zit 't 'm. Daarmee winnen we of verliezen den wedstrijd. Harder of zachter loopen, dat is zijn werk, een van de twaalf gaatjes te ver gezet... en we loopen te hard... en we hebben een straf punt te pakken, als we straks den hier of daar onver wacht om den hoek van den weg ver scholen, of in een woning verborgen tijdwaarnemer passeeren.. De Krim, 12 uur. Daar zitten we nu aan de zij van den weg, 't is min... onze linker-ach- teibinnenband heeft een scheur van vier centimeters in zijn rubberhuidje. De wiellong zuchtte daar net een poosje zwaar, brabbelde nog wat na en gaf toen z'n laatste» snik. 'k Sta nu te midden van een hoopje De Krim mors te krassen in m'n ver- slaggevensboekje, terwijl de lieer Be rendsen zit te zwoegen aan z'n auto band. Leuke lui hier in De Krim, een gehuchtje, tusschen Coevorden en SLaghameren aan 't water van deLut- ter hoofdwij-k.We hebben heir den wa gen op een boerenerf in veiligheid ge bracht, want de weg is smal en om de twee minuten davert een auto voorbij. Dat is nog 't vervelendste van de geheele geschiedenis, die auto's, die je langs snellen. Dat is een gesar en getreiter van die voorbij jagende ma chines. De inzittende zijn belangstel lend-meewarig en informeeren met gebaren: „Je motor? je banden?" Kor zelig wijs je dan met een handzwaai naar het ontredderde wiel. De monschen uit De Ivrim houden conferentie om ons lieen. 't Geval is bijster belangwekkend in hun oogen. De geheele De Krim is aanwezig, 't Publiek bestaat uit een roodharige manke juffer, die tot haar buurtje met neepjesmuts betoogt van: ,,'k Be- gèr veur inlenen dooód ens 'n zo ne koets te réden!" We kunnen de begeerte van deze veertigjarige jonkvrouw helaas niet verwezenlijken. D'r is ook 'n meneer op de fiets, die beweert, dat 't „be roerde dinge bin, die ottenrebiels". Ze kórren soms veuis te herd d'r langs, was zijn oordeel. Daar net was er een „just langs z'n broe'piepe gegaon." Een andere jonge kerel met vijge- mat op z'n struischen kop en wit-ge- len snor wonderlijk in z'n bronzen vleesch is milder gestemd tegen het auto-heir. „Be' jullie vaon mcorege uut Greu- nigen ekomen?" informeert-ie belang stellend. En na wat stilte lacht-te weer met eon rij witte tanden: „Zé net oil' daog' zo vél!" De nieuwe band ligt er In, een der Klimmers maakt zich verdienstelijk met het oppompen van den band. Hij is vol en... sist leeg. Allerellen digst, 't was een band met lekken ventiel. Weer t zelfde liedje, as op takelen met een miniatuur domme kracht je, band afnemen, band uitne men, nieuwe binnenband er in. Weer pompen lang en moeizaam, want er gaat heel wat „wind" zooals de om standers elkaar uitleggen In de worst achtige wielbekleeding. Gelukkig, hij doet 'L Als controleur heb 'k moeten aaair teekenen, dat we te zes minuten voor twaalven lek voeren, en 24 minuten en 14 seconden hebben verspeeld, mitsgaders, dat 'k er „gestreng" op gelet heb, dat tegelijkertijd niet aan de motor is gewerkt door anderen., Want heel „gewichtig" moet straks to Utrecht een schriftelijke verklaring omtrent dit ongeval warden afgege ven. Het tijdstip van aankomst te Utrecht wordt nu door de Commissie op 24 min. 14 sec. gesteld om den ver loren tijd te neutraliseeren. Als er twaalf auto's voorbij zijn, gaan we weer op weg. We starten van morgen als no. 17, maar zijn nu afgezakt tot no. 29, dat Is op twee na laatst Zwolle, half 3. Langs de eindelooze Dedemsvaart, die slechts bij 't gehucht De Hulst door een paar fraaie buitenplaatsen wordt veraangenaamd, rijden we ver der. 't Is stil geworden, tusschen m'u reisgenoot en mij. We voelen ons on- pleiziorig door 't gebeurde dat onze berekeningen in de war stuurt, te moer, daar we telkens niet weten waar zijn. 't Is winderig en guur ge worden langs 't water. Achter ons 'rolt de weg eindeloos uit, ais de pa- pierrol van de rotatie-machine. Doch eindelijk daar buigen we bij Lichtmis van 't Kanaal af. Nu naar Zwolle de stad door en naar Kater- vee u Na den lunch gaan de veertig auto's met twee ponten den Gelderschen IJsel over. Een mooi gezicht, als we daar in den wagen zitten te wachten. In het woelige watervlak spitten de zonnestralen hun gouden lijntjes in de groenige kabbel-golfjes. Er gaan een acht auto's gelijk over; maar 't gaat uiterst langzaam met dat gieren. Eindelijk zijn we ook aau de beurt. Met een sierlijke vaart gaan we de helling af en wippen de pont op. Achter ons staat de Duitsche wa gen een „Hansa" uit Oldenburg, waarin een jonge dame meerijdt. Een harmonica-speler luistert het watertochtje op met z'n wel aardige, maar soms een paar tonen te laag klinkende, muziek, „'t Blue Bell" eö 't meer bedaagde „Loin du bal" rut schen over 't water. Na 't zeurige „Wien NeerlandscK Bloed", laten we het Duitsche Volks lied spelen ter eere van onze Duitsche gasten. Aan den overkant start de heer Merkens ons. Te 3 uur 41 min. gaan we de bocht to en snellen ons laatste wegvak In, ditmaal een res pectabel stuk van ruim 90 Kilometers.; 't Gaat er hard van langs. 35 KM. is voorgeschreven, maar 't klopt niet met de werkelijkheid, want we moe ten meestal een 40 kilometer loopen om op tijd te rijden. Utrecht, 7 uur. De Veluwe kwam en langs haar rand stroomden de menschem samen om ons te zien voorbijkomen. De Ve luwe was geestdriftig, maar we wa ren blasé van al dat gewuif en ge zwaai en we hieven nog maar traag onze moede armen op, om te dank- zwaaien. Liever genoten we rustig van de prachtige lanen en berceaux; maar Elburg, Nunspeet, Harder wijk, Putten en N ij kerk, lieten ons niet met rust... Amersfoort moesten we langzaam door en toen 't laatste eind naai Utrecht, dat we ook op de heenweg gereden hadden. De blijdschap steeg bij elke plaats, we verlangden naar 't eind. Dat kwam te 6 uur 16 min. en 18 secon den in T Hoogelandspark te Utrecht,: waar veel belangstellenden ons op wachtteD, Beekman en Boom kwamen goed op tijd aan, de laatste auto tufte te even over half zeven vóór den tijd waarnemer. De tocht was geëindigd en alle deel nemers zij nuitermate nieuwsgierig naar den uitslag, die echter nog heel wat tijd aan omslachtige berekenin gen zal vergen. De heer Beekman was zoo vriend**, lijk ons den Handelsblad-man er mij in zijn „Germain" over te ne« mem Door 't heerlijke avondland schap van het Gooi keerden we me<i snellen gang huiswaarts. 'k Heb met de telegraaf-juffrouw uit Coevorden nog een appeltje te schillen. Ze heeft mij in het telegT&ni gisteren dingen laten zeggen, waar over 'k gewoonweg paf heb gezeteni van stomme verwondering. Dat de auto van den heer Branber ger met een hoekvan90graden in oen „boog" in plaats in een „boom* gevlogen zou zijn is een. schending van alle wiskundige begrippen; dwa zer waren de bevlagde „kantoren" ia plaats „kerktorens" ta de Groning se he dorpen; voor zoover 'k weet heelt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1909 | | pagina 1