RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD
Raadsels
.faat de eerste drie zetten aanbelang
niet correct, dit moet zijn 28 - 23, 47 -
41, 32 - 27, 48 - 43, 35 30, 80 10! Ze
waren abusief van het volgende pro
bleem (68) daar geplaatst.
Da Haarlemsche Damclub houdt ha-
ire bijeenkomsten lederen Maandag
avond van 8 tc4 12 uur In de boven
zaal van Café Suisse, Smedestraat 19,
(Ingang naast het Café).
Liefhebbers van het Damspel zijn
daar steeds welkom.
De Neef.
George Durreau, een Jonge, doch
reeds beroemde beeldhouwer, reikte
met een verschrikt gericht den brief,
dien hij juist ontvangen en doorgele
zen had, over aan z'n vrouw.
Mevr. Durreau l&e het volgende
„Beste George,
Bijna een kwart eeuw heb ik niets
van je gehoord- Ik wist abeoluut niet,
wat er van Je geworden was, tot ik
door een onverwacht toeval hoorde,
dat je nog niet geschrapt bent van de
lijst der levenden. Het schijnt, dat je
bijzonder goed terecht bent gekomen,
en op 't oogenhlik zelfs een schitteren
de positie inneemt. Des te beter 1 Dat
kan mijn positie in de maatschappij,
die wei wat te wenschen overlaat,, ten
goede komen.
Ik ben in de gevangenis te Vloos-
iwijk. De directeur la ontzettend
et rang. Ik moet me onderwerpen aan
een ijzeren discipline. Bij de minste
overtreding word fk streng gestraft.
Ik verzeker je, dei bei hier allesbehal
ve prettig is.
Daarom heb ik aan jou gedacht. Jij
hebt ongetwijfeld invloedrijke ken
nissen. Wellicht kun je van hen ge
daan krijgen dat mijn lot wat verbe
terd wordt Een kleine aanbeveling is
dikwijls voldoende om den toestand
een heel ander aanzien te geven.
Zie, wat je voor me doen kunt en
wees van te voren overtuigd van mijn
dankbaarheid, want, om je de waar
heid te zeggen, ben Ik to deze om
standigheden het leven volmaakt zat.
Dit schrijft je neef, die de beste her
inneringen aan jou heeft bewaard.
JULES SAUTERAU.*
„Je hebt me nooit gezegd, dat je 'n
neef had", zei de jonge vrouw verwij
tend.
„Ik heb nooit over hem gespreken,
beste, omdai ik nooit aan i&m ge
dacht heb. Wij hebben elkaar mis
schien driemaal ontmoet in onze kin
derjaren.... Ik mean, dat z'n moeder
een winkeltje hield to een straatje In
Vlandxiren, Dat is alles wat ik van
hem weet."
„Waarvoor zou hij toch gestraft
zijn T'
„O, zijn misdrijf zal wel niet ern
stig zijn."
„Hij is wel zoo handig, oin niet te
schrijven, wat hij gedaan heeft"
„Neen, daar spreekt hij niet over..."
„En bén je van plan, je met hem te
bemoeien
„Dat hangt er van af. Wanneer hij
veroordeeld ia voor een ernstig feit,
dan begrijp ja..."
Schrijf hem dan, dal Je welen wilt,
wat hij gedaan, heeft"
„Denk je, dat ik brieven WÜ rich
ten naar t tuchthuis?"
Een benauwende stilte volgde. Toen
maakte de beeldhouwer een gebaar
als iemand, die een vast besluit geno
men heeft
„Geef mij mijn stok en hoed. Ik ga
mijn vriend Koerman opzoeken. Mis
schien kan die me in dit geval van
dienst zijn."
„Ja, de referendarisDit is de aan
gewezen man 1"
„Dat neemt niet weg, dat ik 't een
zeer onverkwikkelijke geschiedenis
vind. Honderd maal liever zou ik hom
verzoeken om eon bezoldigd eere
baantje, dan zijn tusschenkomst Ln
te roepen voor een neef, die in het
tuchthuis zit."
Twee uur latex was George terug.
Aan z'n opgewekt gezicht was te zien,
dat. hij succes had gehad.
„Hij was bijzonder geschikt, die
Koerman. In het begin durfde ik niet
met m'n verzoek voor den dag te ko
men. ik wist waarachtig niet, hoe het
gesprek Ln de gewenschte richting te
lelden. Eindelijk begon Koerman lont
te ruiken, en keek me een oogeabiik
achterdochtig aan. Maar toen Lk hom
geheel op do hoogte had gebracht,
schoen hij de zaak nogal eenvoudig te
vinden. Hij zou morgen naar het mi
nisterie gaan, om er over to spreken
en mij op de hoogte houden."
„Wanneer Koerman zich er voor
spant, dan kan je neef op kwijt
schelding rekenen", zei z'n vrouw.
„Of hij vrij komt, of niet, kan me
ten slotte weinig schelen. Maar ik
heb m'n plichl gedaan. Het Is natuur
lijk mogelijk, dat mij later verweten
wordt, dat ik een. onwaardige heb
voortgeholpen."
Een week ging voorbij, zonder dat
er bericht kwam, en toen neg een
week. Aan t ontbijt, aan t diner, bij
't naar bed gaan en bij t ontwaken
weid gesproken over den ontaarden
neef. Waaraan zou hij zich schuldig
gemaakt hebben? Aan diefstal, aan
aanranding op den openbaren weg,
aan moord, aan lasteriug?
Mevrouw Durreau vond 't tenmin
ste gelukkig, dat dat onwaardige in
dividu niet hun naam droeg, t Was
al erg genoeg, dat 't een volle neef
was.
Op zekeren morgen las de jonge
beeldhouwer verheugd een brief voor,
dten hij van deu referendaris ontvan
gen had
„Waarde Heer,
Ik ontvang daar even een brief van
het departement van Justitie. De di
recteur van strafzaken schrijft me,
dat hij mij omtrent den persoon,
dien gij niij verzocht hebt, in zijn wel
willendheid aan to bevelen, veel hoop
kan geven.
TTc verheug me over mijn succes en
ik ben gelukkig u wederom een be
wijs te hebben gegeven van de sym
pathie, die ik voor u gevoel.
Groetend,
P. KOERMAN.
„Welnu", zei mevrouw Durreau;
„dat is goed afgeloopen."
„De landlooper is in staat me te ko
men bedanken", riep de beeldhouwer
uit. Ik hoop, dat ik dan niet thuis
ben."
■Eenlge dagen later kwam het Vol
gende briefje:
„Beste George,
Met genoegen heb ik gemerkt, dat
ik niet te vergeefs een beroep heb ge
daan op de vriendschap onzer jeugd
en op onze bloedverwantschap.
Ik dank je uit den grond van mijn
hart
x De directeur heeft me meegedeeld,
dat ik promotie gemaakt heb, en
overgeplaatst ben naar de strafgevan
genis te R. Hoo zal ik 't je vergelden
Ik verzoek je, mijn levendigste dank
betuigingen te aanvaarden en te ge-
looven aan de grootste toegenegen
heid van je neef
J ULES SAUTERAU.
P. S. Ik zoJ spoedig mijn nieuwe be
trekking aanvaarden. Wanneer je
neg iets te schrijven hebt, dan is
mijn adres: Jules Sauterau, opzich
ter 2e klasse aan de Strafgevan
genis te R.
POLITIE-SCHANDALEN IN
CHICAGO.
Eeue tegen twee politie-beambten te
Chicago aanhangige rechtzaak heeft
politie-schandalen aan het daglicht
gebracht, welke groote overeenkomst
vertoonen met wat op dat gebied te
New-York en San Francisco werd
waargenomen. Het Is de voor Noord-
Amerika gewone geschiedenis van
oogluiking der politie tegen een gel
delijke vergoeding. Voor twee poliiie-
wijkon wordt het bedrag, dat jaarlijks
werd geïnd van de eigenaars van
speelhuizen, opiumkitten enz., lal
ruil voor het ongestoord bedrijf to
die inrichtingen, geschat op resp* I
en 15 ton gouds.
DE HOEDENSPELDEN.,
De harbaarsche hoedenspelden, dl»
de mode voorschrijft, hebben de poli
tie van Hannover aanleiding gegeven
een waarschuwing uit te vaardigen.
„In den laatsten tijd zoo luidt zij
Is herhaaldelijk waargenomen, dat
de al te groote hoedenspolden van de
dames andere personen niet alleen
uitermate hinderen, maar ook ge
wond hebben. Daarom zij er op gewe
zen, dat de draagsters van dergelijke
hoedenspelden rich niet alleen aan
een overtreding van de bepalingen
van de straatpolitie-verordenlng op
het dragen van voorwerpen, door wel
ke menschen gekwetst of gehinderd
kunnen worden, schuldig maken,
maar oo klicht met de strafwet in bot
sing kunnen komen en verder voor
mogelijk aangerichte schade of kwets
uren aansprakelijk gesteld kunnen
worden."
Baron. Wel verdraaid al weer
mis.
Jager. Dat ligt aan de hazen bar-
ron, die dieren zijn dit jaar een paar
duim te kort.
(Deze raadsels zijn alle Inge
zonden door jongens en meis
jes, die „Voor Onze Jeugd" le
zen. De namen der kinderen,
die mij vóór Donderdagmorgen
So ede oplossingen zenden, war
en in het volgend nummer be
kend gemaakt.)
IEDERE MAAND WORDT ONDER
DE BESTE OPLOSSERS EEN
BOEK IN PRACHTBAND
.VERLOOT.
Hierbij wordt gelet op den leeftijd
in verband met het aantal oplossin
gen en op da netheid van het werk.
1. (Ingezonden door Gijsje Kok).
Ik ben een dier. Onthoofd mij en ik
wordt door den yisscher gebruikt.
2. (Ingezonden door Nelly Erke-
lens).
Mijn geheel is een spreekwoord en
K-staat uit 28 letters.
Het vee graast in de 10 4 5.
Een 9 11 27 graast ook wel op de
18 19 20.
Een 7 8 8 12 draagt men op den
hoed.
Een 3 4 8 9 Is een verscheurend
diur.
Van 22 17 15 28 worden veel hoeden
gemaakt.
Een 21 16 17 14 is een verouderd
geldstuk.
Een 3 11 6 is 's zomers verfris-
echend.
Bij onraad slaat men 1 15 11 2 13.
Een oproerling heet ook wel 13 16
17 14 23 24.
Een 15 17 28 23 24 is een andere be
naming voor kan of kop.
14 25 26 10 8 is een graansoort
3. (Ingezonden door Willem Rozen-
beek).
lk ben nergens, neem mijn eerste
Ietter weg en ik ben ergens.
4. (Ingezonden door Suze en Roelof
Smink).
kl
nm
an
re
nde
ee
ake
de
nm
5. (Ingezonden door Piër Heidwell-
ler).
Ik besta uit 7 letters en ben eene
plaats in Nederland.
1 2 3 4 heeft ieder mensch.
5 6 6 4 gebruikt de schoenmaker.
1 2 7 6 4 gebruikt de timmerman.
6. (Ingezonden door Aaltje Hui-
linga).
Ik ben een meisjesnaam. Onthoofd
mij en ik ben een jongensnaam.
7. (Ingezonden door X. X. X.)
Zet onder elkaar
Een plaats in Friesland,
Een plaats in Utrecht.
Een plaats in OverijseL.
Een rivier in Utrecht.
Een plaats in Drente.
Een plaats in OverijseL
Iets in de Zuiderzee.
Een plaats in Gelderland.
Iets in de Noordzee.
Een plaats in Noord-Holland.
Een jongensnaam.
Een stad in Schotland.
Een land in Europa.
Iets in de Noordzee.
Een plaats in Utrecht.
Een eiland in de Middellandsche
Zee.
De beginletters vormen een plaats
ln Noord-IIolland.
8. (Ingezonden door Corrie .Vreug
de nhil)
Mijn eerste is een drank.
Mijn tweede 1» een water.
Mijn geheel is een plaats in Zee
land.
9. (Ingezonden door Suze en Roelof
Smink).
Ik besta uit 10 lettere en ben eene
plaats op Java.
4 5 7 6 is niet mis.
9 10 7 8 9 smaakt lokker.
4 2 3 8 zit aan een schip.
5 10 1 heeft men noodig, als men
uit visschen gaat.
10. (Ingezonden door WiLhelmina
en Margaretha Heüdoman).
Mijn geheel heeft men noodig bij het
bouwen van een huis.
Mijn eerste hoort bij het huis, en
mijn tweede hoort in ao keuken.
11. (Ingezonden door Johannes
Raatgever).
Het is een vaatje, klein en rond.
Maar zonder hoepel, zonder boóm,
En wat het inhoudt, is gezond.
Zoo kost'lijk als de beste room.
Wanneer het zich vanzelf ontsluit,
Dan komt er een lief beestje uit
Doch breekt gij het een knappe
man.
Die 't vaatje dan weer maken kan.
12. (Ingezonden door Paulina Koe
lemeij).
Ik hen iets, waar kinderen graag
mee spelen. Keer mij om en ik ben
hetzelfde.-
Raadseloplossingen
De oplossingen der raadsels van de
vorige week zijn
1. Tandarts.
2. Nachtwacht
3. LEEUWARDEN-
- Lochem.
Emmen,
Eemnea.
Uden.
Wieringeo.
Amsterdam*
Roermond*
Drachten*
Edam.
Node.
4. Rol lor.
5. Malakka. La, Ka, aak*.
6. Zeppelin.
7»
G
PAN
STAAL'
HALSTER
STUTTGART
GAASTERLANb
DORDRECHT
D A R L I N Q
SMART
ONS
D
8. Leur. Zeur.
9. Lienden:
Den, LLen, Nel, Eda
10. Een aardbei.
11. Noord-Brabant
12. Vrijdag.
Goede oplossingen ontvangen van
Ruurtje Aarts 12.
Johanna Aarts 12.
Betsie Ploeg 9.
Beppie en Gerard Meijer 10.
Grietje Kwantes 11.
Paulien Koelemeij 8.
Dries en Oris Erbrink 10
Jan en Cor Huijer 9.
Ernst B. Moolenaars 10.
Johannes Raatgever 9.
Abraham van Brussel 10*
Zus Duursma 11.
Nanne Nauta 1L
Jan en Roeland v. Vendeloo 9.
Nelly en Margaretha Willemsen 11.
Suze, Roelof en Lina Smink 11.
Margaretha Heijdemon 11.
Jo en Frans van Egmond 10.
Bernard en Johan Biersteker.9.
Piër Heideiller 10.
Zus Baaij 11.
Wilh. M. Heijl 11,
Giljam Lokerse 7,
Gijsje Kok 9.
Corrie Vreugdenhil 11 (van do vori
ge week).
Aaltje Huizinga 10.
Bertha Boots 11. i
Marietje Boots 1L
STRIKVRAGEN,
Antwoorden.-
De apotheker-
Een harst.
Hansworst.
De molenaar*
Do letter M.
Anders moet de koster zoo hoog
klimmen om de eieren te ra
pen.
Een boor had een kalf en de
moeder van den boer was ook
de vader van het kalf.
Motten zij vreten gaten.
Zijn eigen armen.
De spiegel.
Wie maar dikwijls genoeg rijden
wil.
De klompen.
Geen een, want ze zitten er alle
maal in.
Op zijn poolen.
Het was zijn moeder.
STRIKVRAGEN.
Antwoorden.
Goede antwoorden ontvangen van
B-tsie Ploeg 9.
Paulien Koelemeij 10.
Johannes Raatgever 12.
Zus Duursma 12.
Nanne Nauta 13.
Jan en Roeland van Vendeloo 9.
Jo en Frans van Egmond 6.
Bernard en Johan Biersteker 7.
Wilhelm M. Heijl 15.
Giljam Lokerse 6.
BEGRAVEN DIEREN.
(Ingezonden door Wilh. M. Heijl Jr.)
1. In dit jaargetij geraakt men licht
verkouden.
2. Mijn vader zei „Deze bramen
o rijp die kun je eten, maar die
andere moet je nog laten staan."
3. „Toe, Moe, laat Ka meeloopen,
dat Is gezelliger."
4. De juffrouw ging naar den win
kelier om een pan te ruilen.
5. Een jongen had op school zijn
les niet geleerd. Hü kreeg daarvoor
honderd strafregels. Later paste hij
beter op.
6. Maria vertelde ons van haar
neefje Piet hoe oud hij was, hoe
groot, hoe lief, enz. wij namen er
echter geen notitie van.
7. Toen het begon te schemeren,
zagen we iets raars langs den grond
schuiven. Wat was het Pa kroop op
handen en voeten en had zich ver
kleed.
8. 1-Iier ben ik al, Frederik, ben jij
ook klaar Dan kunnen we opstap
pen.
9. O, wat prachtige bloemen zijn
dat. Heb je die zelf geplukt, of heb jo
ze gekregen?
BEGRAVEN PLAATSEN.
10. (Ingezonden door Fokke Mol-
lema).
Ma, ln zijn schoen zat een steentje,
dat deed hem zeer.
11. (Ingezonden door C- van Bilder-
beek).
Zus zei Stil I Daar komt Piet
aan I"
12. Marie I heb ja het kamerschut
recht gezet
13. Ik kom hier, om eens ernstig
met je te praten.
14. (Ingezonden door Cornelia
Ivruyff).
De vijf huizen zijn onbewoond.
WEDSTRIJD-BERICHT.
Wedstrijdinzendingen ontvangen
van
Zus Baaij.
Rika Baaii.
Aaltje Huizinga.
I
Wedstrijd.
Afdeeling L
Iri deze afdeellng mogen meedoen
meisjes en jongens van 12 jaar en
ouder.
De opgave Is
WAT IS HET MOOISTE BOEK,
DAT JE GELEZEN HEBT? GEEF
EEN BESCHRIJVING VAN DAT
BOEK, IN MINSTENS EEN EN
HOOGSTENS ZES BLADZIJDEN
VAN EEN GEWOON SCHOOL
SCHRIFT.
Nu hoop ik een onderwerp getrof
fen te hebben, waar jullie allemaal
zin in hebt. Van lezen houden jullie
allemaal zóó veel, dat ie mij zeker
van het mooiste boek, dat je kent,
graag wat vertellen wilt. En als je
het nu misschien een beetje vergeten
bont, en Je hebt het boek niet bij de
hand, om het nog eens over te lezen,
dan vertel je er toch maar van, wat
je er van weet, en ik zie dan meteen,
wat het meeste indruk op Je gemaakt
heeft.
En nu moet je het niet, zööals bij
den vorigen wedstrijd, gauw opge
ven probeer allemaal maar eer» wat
je er van maken kunt
De 1ste prijs zal bestaan uit i
Een Photographie-toestel,
Eon Voetbal, of
Een klokje.
De 2e prijs is
Een zilveren zakpotlood,
Een toktstel, of
Een werkdoosje.
Vei dor worden iwee premies, na
uiehjk Boeken ;n Prachtband, toege
kend.
Afdeellng II.
Hierin mogen meedoen jongens en
meisjes van 11 jaar en jonger.
De opgave is
MAAK KEN OPSTEL OVER
HEI AlOOiSiE BOElv, DAT JE
GELEZEN HEBT, of GEEF EEN
BESCHRIJVING VAN JE LAAT
STEN VERJAARDAG.
En nu zeg ik weer, net als bij de
giooton ieder kind kan aan dezen
vedstrijdineedoon, en geef het nu
vooral met te gauw op Begin den
eersten den. bosten regenuentxgen dag
er maar uan, want al heb je ruim
den tijd, liet is toch niet verstandig,
het tot op het laatst uit te stellen.
De 1ste prijs is
Een stoommachine.
Een timmerdoos, of
Een zilveren vingerhoed.
De 2de prijs
Een zakstercpel of
Een borduurdoos.
En de premie
Een boek in prachtband.
Afdeeling III.
En nu heb ik voor de kleintjes, na
melijk de jongens en meisjes van 8
jaar en jonger nog een 3de afdeeling
gemaakt, want opstellen maken is
voor jullie nog wel wat moeilijk.
Hier is de opgave
SCHRIJF, ZOO MOOI ALS JE
MAAR KUNT. EEN VERSJE
OVER, NIET KORTER DAN 12,
EN NIET LANGER DAN 30 RE
GELS.
Nu let ik hierbij ten eerste op keu
rig en keurig net werk en ten tweede,
op de foutjes, die je er in gemaakt
hebt. Pas dus goed op met over
schrijven, dat er geen foutje of ver
beteringetje in komt Je moogt een
versje nemen uit eon leesboek, of uit
een ander boek, net zooals je wilt
De 1ste prijs is
Een spoortrein, of
Een pop.
De 2de prijs bestaat uit
Een bal, of
Eon legdoos.
De premie uit
Een boek in prachtband.
En nu gelden voor alle 3 afdeelin-
gen de volgende voorwaarden
L Iedere inzending moet voorzien
zijn van naam, leeftijd en adres van
den inzender.
II. Bij iedere inzonding moet ver
meld zijn of het werk met of zon
der hulp is gemaakt
IIL Slordig of o n d u i d e lij k
werk wordt onmiddellijk ter zijde ge
legd.
IV. Het papier mag maar aan één
kaut beschreven zijn.
V. Allo inzendingen moeten aan
mijn adresWagenweg 88. bezorgd
zijn vóór of op" 3 Augustus 1909.
Raymond de herder.
Een Sprookje.
Er was eens, heel lang geloden, een
jongen, die Raymond heette. Onder
zijn dorpsgenooten was hij zeer ge
zien, want hij verstond de taal van
allo dieren en hierdoor v/ist hij veel
meer van de wijde wereld, dan de
boeren, die nooit veel verder dan hun
dorp geweest waren.
Raymond was herder en lederen
morgen trok hij er met zijn kudde
schapen op uit.
Eens op een keer. terwijl hij een
fluitje van riet zat te snijden, kwam
ex een zwaluw aangevlogen. Toen hij
Raymond zog, rier» hij
Hebt ge 't nieuws al gehoord,
vriend
In ons rustige dorp hoaren wij
geen nieuws, antwoordde de her
der. maar lk zou het heel graag
willen weten I
Ge hebt Immers wel eens ge
hoord van de 6choone prinses Cecilia,
de dochter van Koning Fellcituu
vroeg Vorkstaart, de zwaluw. Nu,
die is twee dagen geleden opeens uit
het paleis verdwenen en niemand
weet, waar zij gebleven Is. De Ko
ning ls zielsbedroefd, want zij was
zijn eenigst kina. Al do ridders uit
het land zijn naar haar gaan zoeken,
maar niemand kan een spoor van
haar ontdekken. De Koning heeft
afgekondigd- dat wie haar vindt, met
K„r zal trouwen, en het halve Ko
ninkrijk zal krijgen.
Weet gij er nog meer van
vroeg Raymond. Ik denk, dat het
voor mij ook wel vergeefsche moeite
zou zijn, om te trachten haar te vin
den. Of weet gij nog meer
Hm Misschien wel L 11c vertel
maar niet aan iedereen wat ik weet
Maar gij zijt altijd goed voor alle
dieren geweest en ik geloof, dat gij
•ie Prinses meer verdient, dan al die
ridders, die hot alleen on. het haive
Koninkrijk te doen is. De Witte Uil,
die in een kerktoren vlak bij het pa
leis woont, zegt, dat hij een reus met
zeven hoofden gezien heeft, die met
Prinses Cecilia in zijn armen hard
wegliep. Hij sprong zoo maar over
de huizen heen en verdween in het
woud
En is de Witte Uil hem niet
achterna gevlogen
Ja, maar hij kon hem niet heele-
maal volgen en toen is hij maar weer
naar zijn klimoptoren teruggekeerd.
De Uil vertelde het mij vanmorgen,
en toen zei ik, dat ik wel iemand
wist, die 's Konings belooning ver
diende. En de Uil antwoordde, dat ik
die dan maar naar hem too moest
zenden, dan zou hij ziin best voor
hem doen. En nu kom ik vragen, of
gij lust hebt, de Prinses te gaan zoo
ien
Maar wie zal mijn schapen hoe
den, als ik weg ben en hoe zal ik we
ten, waai- ik zoeken moet
Roep een jongen uit het dorp
om je schapen te hoeden, zei Vork-
staart, en ga dan op weg naar het
laleis. Ge ziet dan vanzelf de Witte
Jil, en die zal wel zeggen, wat ge
verder doen moet. Maar denk or om,
wees beleefd en vriendelijk tegen
r, dien ge ontmoet, en nu: goe
den dag 1
En weg vloog hij, den schaapher
der verwonderd achterlatend.
Den volgenden morgen stak Ray
mond al zijn geld in zijn zak, nam
flink wat mondvoorraad mee, en
ging op weg.
F': reisde zeven dagen en bereikte
eindelijk tegen den avond de residen
tie. Toen hij de stad inkwam on luist
bij zichzelven overlegde, weikeu Kant
hü zou gaan, fladderde er iets op zijn
schouder, eu toen h;i zijn hoofd om
draaide, zag hij den vriend van
Vorkstaart, den Witten Uil.
- Zijt ge daar eindelijk Ik dacht
al, dat ge nooit komen zoudt, zei
de Uil. Enfin, beter laat dan nooit;
ik ben blij, dat ge er zijt, want mijn
oogen zijn moe van het uitkijken
naar ja
Dat spijt me erg, antwoordde
Raymond, maar hot was een heel
eind lk zou liet heel prettig vinden,
als ge mij wilde zeggen, welken kant
ik nu uit moet I
Volg me maar 1 zei Kromneus,
de Uil.
En hij vloog vooruit, dwars door de
stad, toen over een paar weilanden,
tot aan de grens van een woud.
Hier kunt ge vannacht wel sla
pen, sprak Kromneus. Morgen
ochtend moet ge het bosch Ingaan.
Als ge niet weet, welken kant ge uit
moet, moet ge het meest rechtsche
pad nemen. Daar springt een muis.
Die wil ik hebben voor avondeten. Ik
kan dus niet lunger blijven l Goeden-
naclit 1
En weg vloog hij I
Raymond zocht een geschikt plaats
je op en viel spoedig in slaap.
(Wordt vervolgd).
Brievenbus
(Brieven aan de Redactie van
de Kinder-Afdeeling moeten
gezonden worden aan me
vrouw VENEMA-v. DOORN,
Wagenweg No. 88, Haar
lem).
BETSIE P. Je zult hot stil heb
ben, Bep l Verveel je je niet, nu Jo
uit is Ja. ze treft het niet bijzonder,
maar tusschen de buien door zal ia
toch wel uitgaan, denk ik. Ben ii
ook wel eens in Rotterdam geweest
Doe Moeder mijn groeten.
BEPPIE M. Jullie hebt heel wat
verjaardagen ln een jaar, Bep 1 Ja.
in October is het een driedubbele, dat
zal aardig zijn, hè Die drukfouten
zijn erg lastig, maar er is niet veel
aan te doen.
PAULIEN K. MARIETJE en BER
THA B.. en BERNARD en JOHAN B.
t De nieuwe raadsels zijn goed.
JOHANNES R. De nieuwe raad
sels siju goed, maar wel wat moei
lijk. Ik beloof je nog niet vast, dat ze
geplaatst worden. Heeft Moeder ook
een tobbe water in den tuin gezet, om
ze te laten zwemmen, of zijn ze daar
te klein voor En maken ze niet een
ergen rommel Veel pleizier met de
neefjes I Zijn ze vanmiddag geko
men
ZUS D. Ik ben van de week ook
nog ln het bosch geweest en ik vind
het er ook prachtig. Wat heerlijk
toch, dat je er zoo vlak b woont I
Werk je dat "kleedje met den kruis
steek, of haak je het
JOHAN en WILHa. I. Ik wensch
jullie allebei veel geluk met Je aan
staanden verjaardag. Wat gezellig,
dat het juist in één week valt I Moe
der is zeker niet in de stemming, om
er veel werk van te maken, maar het
is toch een andere dag dan gewoon
lijk, vind je niet
NANNE N. Wat een prachtigs
raadsels, Nanne Heb je die zelf be
dacht Ik geloof wel, dat het tweede
erg moeilijk is. Ik hoop, dat je veel
pleizier zult hebben in de duinen en
op Zandvoort. Wat voor spellet'es
doen jullie in het Bloemendaalscba
Bosch
NELLY en MARGARETHA W.
Ik feliciteer jullie alle drie met het
overgaan Hoe is het verder in Je
klasse gegaan, Nelly Zijn al de
raad3elkennissen ook overgegaan
Heerlijk, hè, zoo'n poosje vacantia
Wat y oer en jullie nu wel den gehee-
len dog uit
PIëR H. De nieuwe raadsels zijn
;cd. Dat is een goede boel bij jullie
met al dat inmaken En mag jij daar
ook een handje aan meehelpen
Waar vinden jullie al die bramen
toch Als ik ga zoeken, vind ik alleen
maar zoo nu en dan een enkele 1
SUZE, ROELOF en LINA S. Van
de nieuwe raadsels is het eerste en
derde goed, maar in het tweede zit
een foutje. Het woord heeft maar acht
letters en de middelste letter moet er
uit. Ik denk, dat jullie wel wat moe
waren, toen je uit Baarn terugkwam*
Ileb Je nog meer pretjes to de vacan
tia in 't vooruitzicht
CATO. WILLIE. OTTO en GRB-
THA H Is dit boek ook nogal naar
e zin En van welk soort boeken
louden jullie nu het meeste
JO en FRANS VAN E. Ja. dat
was zeker een lange brief 1 Nu zal ik
e verjaardag precies onthoudeu.
loor 1 Dat was een groote vergissingf
rrj^hr je lijkt ook veel ouder, dan je
bent. Neen. dit briefje was niet zoo
heel mooi geschreven, maar ik geloof
toch wel, dat jij. als je er wat moeite
voor doet, een heel goede hand kunt
krijgen. Schrijf je veel tegenwoor
dig Wat heb je aan je arm Was hij
een beetje gekneusd Krijg Je heeleé
maal geen vacantie van 't jaar, of één
week En hoe bevalt het je tegen
woordig? Schrijf mij nog maar eens
wat van je werk!
AALTJE H. Ik heb je begraven
olaatsen zeker vergeten er bij te zet
ten ik had ze we! gevonden. Je hebt
aan het opstel zeker een heel werk
gehad, ls 't niet Veel pleizier in de
vacantie
WIM H. Zou Je opstel nog afko
men, Wim De tijd begint al op te
schieten I Ja, buiten leven lijkt mij
ook we! prettig, maar een stad heefi
toch ook heel wat voor en ik denk,
dat Moeder dat ook wel vindt. Gaal
het schuinschriiven al even gauw als
het steilschrift
GILJAM L. Ik kan me wel be
grijpen. dat je begraven plaatsen en
rivieren prettiger vindt dan strikvra
gen, want je weet zooveel beter, of jo
goed geraden hebt I Maar ik krijg al-
tiid nogal veel strikvragen ingezon
den, dus die worden dan ook ge
plaatst. Als het een regenachtige dag
Ls, moet jij ook nog maar eens wat
bedenken, bijv. begraven hondennar-
men, of zou dat erg moeilijk zijn
ZUS B. Dat was een prettig par
tijtje in het Bloemendaalsche Bosch J
Ja, de zoiner brengt altijd een heele-
boel pretjes mee 1 Ik hoop, dat ie in
Den Haag veel pleizier zult hebben 1
Blijf je de heele vacantie weg
RIKA B. Wat gezellig, dat broer-
He dan ook mee naar school gaat. hè?
Je moet maar goed op hem passen,
hoor, want hij mag voorloopig zeker
niet alleen gaan, is t wel Waar
gaan jullie nog een paar daagjes
neen 1
Mevr. VENEMA—t. DOORN.
81 Juli 1909.