HAARLEM'S DAGBLAD. Stadsnieuws FEUILLETON Be roode Pimpernel in Gevaar. Gnüemandscb Overzicht MAROKKAANSCH ALLERLEI. Spanje heeft van 't avonturen niet gauw genoeg I Of zeggen de Spanjaar den nu alleen de B. en C., omdat ae vroeger (in een onbewaakt oogen- blik de A. uitspraken waarvan 7.c, achteraf, meer dan spijt hebben. De straf-expeditie heeft ook volgens de lieeren in Madrid een te grooten omvang genomen. Hadden ze dadelijk Voor de keus gestaan, een oorlog in Afrika te moeten voeren, wellicht zou hun nationale trots minder-gauw gekrenkt zijn geweest. Dok hier komt weer het berouw na de zonde I Spanje is eenmaal aan het avonturen gegaan en moet nu zien, spoedig van den last af te komen; nar- ituurlijk zonder al te veel veeren in iden strijd te verliezen. Hoe staat '4 eigenlijk op het oor- "ogsterreln? Een vraag, gemakkelij ker te stellen, dan te beantwoorden. Bijna al het nieuws komt via Madrid 111 daar troont de Spaansche censor, •lie veel handigheid heeft in het ver minken. en onschadelijk maken van telegrammen. Bovendien generaal Marinas weet zelf ook wel, wat hij Verstandig moet verzwijgen.... We hooren dus vrijwel uitsluitend goed nieuws voor de Spanjaarden. Maar.... of dat alles ook absoluut w aar is Wanneer de Spaansche krijgers telkens met zóóveel moed en succes hebben gevochten, dan.... o, dan was de overwinning al tien keer behaald geworden De duur van het avontuur is dus al een pleit tegen de optimistische Spaansche berichten. Ook komt er zoo nu en dan een ver dwaald bericht, dat minder eervol voor Spanje Is. Nu is er b.v. een tele gram via een Frunsche nederzetting gekomen, waarin melding gemaakt wordt van een nederlaag dor Span jaarden bij de opmarsch tegen de Mooren, die enkele dagen geleden plaats had. In Madrid schijnt men van deze nederlaag niet te weten I De groote beslissende veldslag blijkt onderbroken te zijn. Waarom is biet duidelijk. Evenmin is met eenige ■reden een veronderstelling uit te spre ken, of de slag al of niet hervat zal 'worden. Dit hangt namelijk van verschillen de omstandigheden af. t Zijn min- etens een d r i e t a 11 Eerst nummer 1. Reeds eenige kee pen werd het gerucht verspreid, dat de Mooren naar vrede verlangen. Nu wordt te Madrid van officieele zijde verzekerd, dat de stam van Benl-Sikar (een zeer belangrijk deel van de Moorenstrijdmacht voor Melilia) DEN VREDE VERZOCHT HEEFT. Gedu rende de onderhandelingen zijn de Vijandelijkheden gestaakt. Wanneer dit bericht juist is, komt er misschien spoedig een einde aan het avonturen. Alleen is o. i. niet duidelijk, op welke gronden en overeenkomsten de vrede gesloten kan worden. Waartoe "kun nen de oproerige Mooren zich verbin den. Alleen kunnen ze beloven voort aan rustig en vriendelijker tegen Spanje te zijn. Maar, of de heeren in Madrid daarmee genoegen zullen ne men Wie moet de oorlogskosten be talen De Sultan zit al te beven. Hoewol 't avontuur buiten Z. M. is omgegaan, is hij toch bang, dat Spanje hem do rekening thuis zal sturen, met de boodschap „Wij (Spanjaarden) heb ben den oproerlingen mores geleerd dat was eigenlijk uw work, maar u on'.brak daarvoor de macht, wat even wel niet belet, dat u onze kosten moet betalen." In verband met deze quae&tie komt omstandigheid no. 2 in bespreking. Eenige dagen geleden is gemeld, dat do Sultan bij de mogendheden gepro testeerd heeft tegen het optreden van Spanje. Wat zal Europa daarop ant woorden? Voor de beantwoording de zer vraag is van belang, of Spanje ge heel op eigen initiatief handelt. Hot Fransche blad „Éclair" ontleent dit, en beweert, dat er een geheim Franse h-S paansch verdrag omtrent Marokko bestaat. Ter vermin dering dor verwarring, dringt hot blad op openbaarmaking van 't ver drag aan. Of men in Madrid on Parijs daarnaar zal hooren? Omstandigheid nummer 3 is ook van belang, omdat deze weer nieuwe woe lingen in Marokko aankondigt. Wan neer zal er ooit eens rust in 't land komen Nauwelijks Is de eene pretendent floor de leeuwen en tijgers opgegeten, Dl een andere treedt weder op en vindt een aanhang. Thans zijn er zelfs twee pretendenten, Moulai el Kebir, die ook reeds vroeger van zich deed spreken, en een niouwe roghi, wiens naam we nog niet kennen. Moulai el Kebir, die zich niet ver van Zemmour ophoudt, heeft een ver zoek ontvangen van verschillende ka di's om zich naar de Segharna te be geven, d. i. naar den stam, die zich het langst vijandig heeft betoond je gens Moulay Hafid en zijn kamp plun derde, toen hij zich in de buurt van Mechza Chair bevond. In de streek om Taza is bovendien hot gerucht verspreid, dat de roghi, die op bevel van den Sultan ter dood is gebracht, slechts een,,,, pseudo-roghi was en dat de echte, Bou Hamara, nog in le ven is. Hoe onwaarschijnlijk dit gerucht ook moge klinken, de man, die zich thans roghi noemt, heeft reeds een grooten aanhang gekregen en heeft 5000 ruiters onder zijn bevelen. (Voor Marokko een groote legermacht). Hij heeft zich meester gemaakt van Mek- nassia en de bergvesting Taza van den roghi weder bezet en een boete van 1000 douro's opgelegd aan alle no tabelen in die stad, die onlangs hun onderwerping aan Moulay Hafid heb ben aangeboden. Zal Moulay Hafid zich op den Sul- tanstroon kunnen handhaven Zal do verwachte Sultansstrijd in vloed hebben op het Spaansche avon tuur? De toekomst zal deze vragen beant woorden. DE „REPUBLIQUE" VER ONGELUKT. Frankrijk is niet gelukkig met de luchtvaart 1 Nu is 't militaire lucht schip „République" weer verongelukt. Zaterdag voer het luchtschip van Calais naar Meudon. De schroef brak, waardoor het omhulsel van den bal lon scheurde en zooveel gas verloor, dat ze 200 meter recht naar beneden viel. De vier inzittende officieren wer den onder het vormlooze overschot van 't luchtschip bedolven en verplet terd. Drie waren op slag dood en de vierde overleed reeds na een kort lij den. Do „République was in Juni 1908 gereed gekomen en heeft enkele suc cesvolle tochten gemaakt. Frankrijk is door deze ramp zeer ge troffen en algemeen wordt deelneming betuigd. De minister-president is dadelijk naar de plaats des onheils vertrokken om den slachtoffers do laatste eer te bewijzen. DE CRISIS IN HONGARIJE. Een telegram meldt, dat dr. Weker - le, de Hougaarsche eerste-minister, den Keizer het ontslag van het kabi net heeft aangeboden. Dit ontslag zal echter, zoo wordt er bij verzekerd, niet aangenomen worden. De Keizer zou nl. den president verzoeken defini tief aan te "blij ven en met een gere construeerd ministerie in do eerste plaats de kiesrechthervorming af te doen. De minister van binnenlandsche zaken, graaf Andrussy, de minister van justitie Günther en de Honved- minister Jekeifallussy zouden dan uit 'het kabinet treden. Zal dit gelukken? Mocht de Hongaarsche regeering zicli onwillig blijven betoonen om te voldoen aan do verplichtingen, voort vloeiende uit de voor drie jaren ge sloten overeenkomst, dan zou worden aangenomen, dat het kabinet het ver trouwen van de meerderheid in het parlement heeft verloren en zou het Hqngaarsche Huis van Afgevaardig den ontbonden worden. DE VERKIEZINGSSTRIJD IN ENGELAND. Reeds nu worden maatregelen geno men en voorbereidingen gemaakt. Verzekerd wordt, dat 400 nieuwe unionistische candidaten die nog geen I'd van 't parlement waren, zich voor den ophanden geachten verkiezings strijd gereed maken. Van de 165 unio nisten, die op liet oogenblik in .het Lagerhuis zitting hebben, zullen al len, op een stuk of zes na, zich op nieuw beschikbaar stellen. De unio nisten zullen om zoo goed als eiken zetel in Engeland, Schotland cn Wa les vechten, omdat zij meenen, alles te winnen en niets te verliezen te hebben. Iniusschen worden tal van vergade ringen onder de leus: tarief lier vor ming of socialisme voorbereid. 'T PROCES HERZENSTEIN. De verdere behandeling van het ge ding in verband met den moord op Ilorzenstein is tot 22 October ver daagd. Tegen Doebrowin den door den Tsaar beschermden voorzitter van den Bond van echt-Russisohe mannen heeft het hof geen voldoen de bewijzen van medeplichtigheid go- vonden en daarom besloten, niet op zijne inhechtenisneming aan te drin gen, maar den gouverneur van i borg te vragen, er zorg voor te dra gen, dat Doebrowin, wanneer de zaak opnieuw dient, voor hot hof zal ver schijnen. Wie had ook aan een veroordeeling gedacht DE NOORDPOOL-CONCUR- RENTEN. Cook heeft dezer dagen te New-York een rede gehouden. Hij hield een lan ge rede, die hierop neerkwam, dat hij de Pool had bereikt. Over Peary sprak hij in zijn rede niet, behalve aan het slot. Cook noemde toen Peary als een der vele Noordpoolreizigers, die roemvolle dingen hadden gedaan, waaraan hij toevoegde, „dat er voor allen eer en roem genoeg was." Na Cook sprak do president van de club. Deze schroomde niet, het een en ander te zeggen over de PearyCook- poleniiek. Hij betreurde het gekibbel 2oer. Er was immers roem genoeg voor beide Poolreizigers. De voor zitter gaf als zijn opinie te kennen, dat zoowel Cook als Peary aan de Pool is geweest. DE HUDSON-FEESTEN TE NEW-YORK hebben een aanvang genomen. Aan de vlootrevue namen 57 oorlogsbo dems van vele naties deel. Het aantal kijklustigen werd op 4 millioen ge schat. Natuurlijk zijn er eenige onge lukken voorgekomen. Bij het gedrang ziin verschillende menschen te water geraakt, waarvan een vrouw ver dronk. Bij den aanvang der vlootrevue deed zich een klein incident voor. De „Halve Maen" en de „Clermont" na melijk kwamen in aanvaring, zonder dat echter schade werd aangericht. EEN SCHIP GEROOFD. Aan liet militaire hoofdkwartier le Manilla is een tot dusverre nog niet nader bevestigd bericht ontvangen, dat do douane-kotter „Sora" op de kust van Borneo door zeeroovers is genomen en dat kapitein Mcgorly en de bemanning, die uit dertien koppen bestond, zijn vermoord. Er is onmid dellijk een kanonneerboot uitgezon den. VEROORDEELD. De krijgsraad te Petersburg heeft 5 leden van de Finscho strijdorgani satie der sociaal-democratische partij, die beschuldigd waren een gewapen- den opstand te hebben voorbereid, veroordeeld tot dwangarbeid, variee- xend van 4 tot 8 jaren. ONDER GEMEENTERAADSLEDEN IN VENEZUELA. Eon lid van den stcdelijken raad, Ghaumer genaamd, werd te Caracas op straat met een kogel gedood door den oud-voorzitter van den raad, Garcia. Ghaumer had Garcia beschul digd ten nadcele van de stad bedrog te hebben geploegd en do boeken, die zijn misdrijf aantoonden, te hebben vernietigd. BISSCHOP ROERDAM. De primaat van de Deensche iands- kerk, bisschop Roerdam, is op 77-jari gen leeftijd gestorven. GEMEENTERAAD. Vergadering van den Raad der ge meente Haarlem op Woensdag 2i September 1909, des namiddags ten 1 1/2 ure in de Statenzaal (Prinsen hof). De volgende zaken zullen aan de orde worden gesteld: 1. Mededeelingen en ingekomen stukken. Verzoekschrift G. Wesseldijk. eer vol ontslag als 1 eeraar Gymnasium. Id. A. van der Voort, id. id. H. B. School met 5-j. cursus. Id. G. S. Valk, id. als onderwijzer school voor meer uitgebreid lager on derwijs no. 2. Schrijven A. L. Koster, id. ais lid Commissie van toezicht Stedelijk Museum. Proces-verbaal opneming boeken en kas gemeente-ontvanger. 2. Voorstel B. en W. eervol ontslag W. van den Bosch als Opzichter Al gemeen® Begraafplaats. 3. Id. id. aankoop perceel Spaarn- wouderstraat no, 150. 4. Id. Id. verwering tegen ingestel de rechtsvordering. 5. Id. id. verzoekschrift vertegen woordiger Imperial Continental Gas- Association, vergoeding betaalde grondbelasting. Id. id. beschikbaarstelling gelden drankbestrijding. 7. Id. id. id. id. aankoop banken Buitengewone school voor L. O. 8. Id. id. wijziging omschrijving post volgn. 172 begrootïng dienst 1909 en verhooging van dien post. 9. Id. id. beschikbaarstelling gelden Avondschool voor handelsonderwijs, dienst 1909. 10. Id. id. verzoeksclirift markt meester groenten markt om hoogere bezoldiging. 11. Id. id. ruiling grond met B. Zuithof en Zonen. 12. Id. Commissie art. 166 gemeen tewet, vaststelling verordening uil art. 7, 1 sub 4, Drankwet. 13. Id. id. wijzing Bouwverordening 14. ld. B. en W. aanvulling regle menten II. B. School met 5-j. cursus en Meisjesschool voor M. O. 15. Herstemmi:. voorstel B. en W. gedrukt stuk no. 292 en voortzetting behandeling voorstel B. en W. con cessie elec'ferische trams II. IJ. S. M. (gedurkt stuk no. 261). 16. Voorstel B. en W. vergunning H. E. S. M. uitgangen onder Haarlem- merliede c.a. 17. Id. id", verkoop en verhuring gronden Schotersingel. 18. Id. id. verkoop grond Juiiana- straat aan, J. C. E. L. Schönhuth. 19. Td. id. id. id. Van Zompelstraat aan P. van Gelder. 20. Id. id. verzoekschrift G-onner- mann Co., huur grond Friesche Varkenmarkt. 21. Id. id. id. G F. Perquin e. a. verbetering Leidschebrug. 22. Id. id. id. C. D. CaaJen, afwij king art. 7, la, Bouwverordening, bouw werkplaats Reguliersslraat. 23. Jd. id. vergunning J. Miezérus uitgangen Zandvoortsche Laan. 24. Voorstel speciale Commissie her ziening Werkliedenreglement, vast stelling nieuw reglement. 25. Aanbeveling Commissarissen Stads-Apotheek, benoeming Commis saris. 26. ld. Curatoren. Gymnasium, be noeming tïjdelijken loeraar. 27. Id. B. cn W. id. id. Burger avondschool. 28. Voordracht id. id, onderwijzer (es) Buitengewone school voor L. O. 29. Id. id. id. twee onderwijzers en één onderwijzeres Opleidingschool voor jongens en meisjes. DE „UVALEN Naar het Hbld. verneemt, heeft op last, van den Minister van Oorlog de commandant van het fort to IJmuidcn zich Zaterdag aan boord begeven van het Zweedsche oorlogsschip „Hvalen" ten einde aan den len officier, die den naar 's-Gravenhage vertrokken com mandant verving, namens den Minis ter leedwezen te betuigen over hot be kend® incident. Het Haagsche correspondenliebureau meldt De kapitein-commandant van hot Zweedsch oorlogsschip „Hvalen" deelt in zijn rapport als volgt de toedracht medo van het defect aan zijn vaar tuig in zee bij don Hoek van Holland en omtrent het gebeurde te IJmuidcn. Dinsdagochtend 21 September wilde het roer van den onderzeeër „Hva len" die zich op 25 Eugelsche mijlen afstand van de Nederlandsche kust be vond, niet meer werken. Op last van den kapitein werd hot anker uitgewor pen met lioi voornemen, dat het schip ten anker zou blijven liggen, totdal 't roer hersteld was. Immers zag men in, dat het moeilijk ging met een ge brek aan h-et roer zich naar de haven van den Hoek van Holland te begeven. De commandant verlangde een sleep boot ten einde het vaartuig naar den Hoek van Holland to sleepen. Aan den schipper van de Vlaardinger zeiliog- ger „Alida" werd gevraagd of deze eon officier van de „Hvalen" aan boord wilde nemen, om hem te Hoek van Holland aan wal te zetten, opdat dio officier aldaar een sleepboot zou kunnen bestellen. Op het bevestigend antwoord van den schipper zond do ze tegelijkertijd een sloep om den of ficier af te halen. De verzegelde koffef waarmede de luitenant ter zee aan boord van de logger kwam bevatte kleeren van dien officier. De schipper van de „Alida" bood toen aan hot Zweedsche vaartuig met zijn boot naar den Hoek van Holland te sleepen, teneinde nog voor den nacht aan to komen. Op den vraag van den kapitein hoe veel het sleeploon zou bedragen, ant woordde de schipper dat daarover de readers moesten beslissen. Duar de commandant nog vóór den nacht in de haven wilde zijn, accepteerde hij te worden gesleept. Midderwijl wer den de reparation aan boord bewerk stelligd, zoodat de kapitein de voor waarde stelde, dat hij de sleepboot kon gebruiken .totdat het roer zou zijn hersteld. Daar de wind ging liggen en de „Alida" in een slechten stroom kwam, stemde de commandant er in toe, dat de sleepboot voor anker ging liggen. Des avonds kwam het reserve- roer gereed, maar het kon wegens de ingevallen duisternis niet gesteld wor den, zoodat het den volgenden ilag in volle zee geplaatst werd. Terwijl daar aan gewerkt werd begon de „Alida" te sleepen. Toen brak de tros, vermoe delijk tengevolge der beweging van liet schip gedurende den nacht. Op de vraag van den schipper of hij weer oen tros zou zenden antwoordde de kapitein, dat dit niet meer noodig was. Dit liet de commandant ook aan zijn officier weten met de mededeeling, dat hij gereed was om den volgenden dog te vertrekken. Den schipper werd 10 pond sterling aangeboden voor tijdverzuim. Om trent de som durfde de schipper even wel niet beslissen buiten de reoderij, waarop do kapitein door tusschen- komst van den luitenant liet weten, dat hij zich dan kon wenden tot den consul van Zweden in de eerslvolgen- <ie naven en hij, commandant, zou I uppurvoeren aan het gezantschap te 's-Graveniiage, dat dan <ie zaak verder ..ei zou rc^eieu. Nadat de olficier aan Loord van ue „Hvalen" was terugge keerd liet de commandant weten, dat hij tot vertrek gereed was; voor dit kon plaats hebben verstreek er nog wel tijd door het munoeuvreeren mei de gebroken tros. De kapitein van de „Hvalen" vertrok in do gedachte de haven van den -Hoek van Holland te bereiken, maar toen hij de kust nader de, ontdekte hij, dat zijn schip zich bevond ten noorden van Scheveningen nabij Katwijk (de „Alida" was niet meer in het gezicht). De kapitein vond het toen beter naar IJmuiden te gaan .net eigen uulpnuddeien zonder sleep boot. Te half vier 'snamiddags liep zijn vaartuig de haven van IJmuiden binnen. Na aankomst aldaar wilde de kapitein de reis voortzetten naar Am sterdam, ten einde ter reede aldaar 't roer van zijn schip goed te doen ver stellen en om van een goeden door tocht in het Kanaal zeker te zijn, vroeg hij don prijs voor het sleepen van IJmuiden naar Amsterdam. Dit werd met een sleepboot te IJmuiden overeengekomen voor 2 pond ster ling. De boot sleepte tot de eerste slui zen en niet verder. In het bezit van een verlof van de Nederlandsche re- geering om met het oorlogsschip alle Nederlandsche havens binnen te ko men, vernam de commandant van den inmiddels aan boord gekomen Zweed- schen consul te IJmuiden, dat het ge bruik medebracht zich bij den com mandant van het fort te melden. Daar liet reeds vier uur was, besloot de ka pitein de voortzetting van de reis tot «en volgciiuen ochtend uit te stellen, te meer «aar hij vernam, dat er ook een reparatiedok te Liuiuideu was. üea volgenden dag 1U uur was alles hersteld, maar werd de afreis nog eenige uren vertraagd, omdat do ka pitein zijn rapport moest schrijven over het gebrek aan het roer en de be sprekingen met de Alida", in welk rapport gemeld werd, dat tros cn touw aan den schipper moesten worden te rugbetaald. Te half éon 's namiddags was alles voor het vertrek gereed de consul nam aan boord afscheid, toen op het zelfde oogenblik een automobiel kwam aanrijden met drie heeren, die opeen bootje naast de „Hvalen" sprongen en vandaar zonder toestemming op de „Hvalen" overstapten. Aan boord was het eerste woord van een der heeren „ik leg arrest op het schip". De kapitein liet door don consul we- j ten, dat zij op een Zweedsch oorlogs- schip waren en hei dadelijk hadden te verlaten. Mr. Tideman vroeg door bemidde- ling van den consul met den kapitein to spreken. In hot gesprek, dat daar na plants vond zeide de advocaat, dat hij handelde krachtens de Nederland sche wetten. Dc deurwaarder, die heirf vergezelde wees op zijn nmbtspenning aan het lint, haalde een papier uS zijn zak en toonde dat. De consul be duidde den commandant, dat het stuk de inbeslagneming van de „Hvalen" beteekoiide. De kapitein merkte op, dat de heeren zich vergisten, want dat hij bevelhebber was van een Zweedsch schip en dat volgens de in ternationale wetten hij alleen rechter en meester aan boord was. Als zooda nig gebood hij hun dadelijk het schip te verlaten. Woordelijk voegde hij er bij „ik heb het recht u gevangen te nemen en met de politie van boord te verwijderen." Van die macht wilde hij echter geen gebruik maken ter voor koming van schandaal. De kapitein liet aan mr. Tideman door den con sul den inhoud vertolkeu van de ver gunning om in Nederlandsche havens te komen, levens er bij latende we ten, dat zijn geduld ten einde liep, zoo dat als het drietal er was ook oon getuige bij niet wegging, hij ze mot behulp van de equipage van boord zou doen verwijderen. Toen zijn do hoe ren heengegaan, na twintig minuten aan boord te zijn geweest. Zij plaat sten zich daarna op eeu bij de „Hva len" liggend vaartuig, vanwaar het gesprek met den kapitein werd voort- gezeL Reeds in den beginne had de commandant zich bereid verklaard op dozen afstand met de heeren te willen spreken. Do advocaat veronderstelde, dat de commandant de geschiedenis met de „Alida" niet kende. Maar de kapitein beduidde hem, dat hij daar van alles wist, een rapporl had gezon den aan de legatie en den schipper verwezen had naar het consulaat. Hierop verklaarde mr. Tideman in het bezit te zijn van een stuk, dat hem recht gaf om de „Hvalen" te se- questreeren, tenzij de kapitein 6000 zekerheid stelde. Zoo niet, dan zou het semp de haven niet mogen verlaten, op een bepaald aangewezen plaats moeten gaan liggen, terwijl bij niet geuoorzauien aan de bevelen de hulp van ae politie zou worden ingeroepen. De kapitein beriep zich in antwoord op zijn recht om heen te gaan, wanneer hij het verkoos, maar zeide nu in de haven te blijven, teneinde zich to 's-Gravenhage te gaan beklagen over liet feit, dat Nederlandsche ambtena ren tegen zijn wil aan boord gekomen zijn en niet wilden gehoorzamen aan de order om zicb te verwijderen en le vens dat zij een stuk vertoond had den om beslag te leggen op een schip van Z. M den Koning van Zweden. De kapitein verliet kort hierna het schip om zich naar 's-Gravenhage te begeven. Op de kade gekomen trad de consul met mr. Tideman op hem toe en bood hem de exuses van den advo caat aan, die erkende zich vergist te hebben en dat de kapitein recht had de haven te verlaten, wanneer hij wilde. De commandant verklaarde persoonlijk met dit excuus genoegeD to nemen, maar niet in zijn houding van officieel persoon. In het bovenstaande zijn teruggege ven de mededeelingen die de comman dant in zijn verschillende rapporten aan het gezantschap heeft gedaan. De commandant stelde er prijs op, dal te genover de verschillende berichten over bet incident ook zijn lezing ter keunis van het publiek werd ge- braent. lu het onderzoek hetwelk er toe strekte, heeft de kapitein beslist te gengesproken het beiitht, dat een Zweedsch vaartuig op weg naar Lon den, door den onderzecer gepraaid, zijn landgenuoten wol voor lb.uuü kronen uuar Londen heeft willen mee nemen, maar toen ue commandant op dut accourd niet inging, hij hen uun hun lot heeft overgelaten. De com mandant loochende ten stelligste zulk een schip op zijn reis ontmoet te hebben. Gev. Voorwerpen: Een kruideniersboekje, Gen. de la Reystraat 63. Een nikkelen horloge, J. Swenne* kor, Spaarndam. Een gouden broche, Bakenesscrgr. 34 rood. Een bril in étui, D. Enthoven, Spie ringweg, Haarlemmermeer. Een zilveren rozenkrans, Spuarn- wouderstraat 22 rood. Een rozenkrans, Gen. de Wetslr. 16 Een boodschappenmand, N. Krui» straat 18 rood. Een levende schildpad. Wagenweg no. 7. Een vrouwenschort, Begijncstees 1 B. Naar het Engelsch, door Barones Orczy. 64) In een triomfwagen gezeten op een met rood gedrapeerde bank, in 't wit gekleed en met een schitterende col lier om haar hals had Désiré Can- dollle, een beetje meelt, en bang voor al het lawaai om haar heen, gehoor zaamd aan de laatste bevelen van Chauvelin. Zij was het middel geweest om aan Frankrijk gelegenheid tot wraak te geven door den Rooden Pim pernel hierheen te brengen, haar moest eer bewezen worden boven iede re vrouw In Frankrijk. Zij zat in den wagen, vaag na te denken over de gebeurtenissen van de laatste dagen, terwijl de ruwe troep pretmakers om haar heen joelde. Zij dacht aan de trolsche vrouw met het edele hart, die door haar hulp van haar prachtig Engelsch thuis verdre ven was naar verdriet en vernedering in een vochtige, Fransche gevangenis; 4Ü dacht aan den daDOeren Emzel- schen gentleman, met zijn aangena me stem en hoffelijke, welwillende manieren. Chauvelin had haar dezen morgen verteld, dat beiden gearresteerd wa ren onder verdenking van Engelsclie spionnen te zijn en dat luin lot niets meer met haar te maken zou hebben. Later wus de gouverneur van de stad haar komen vertellen, dat Burger Chauvelin verlangde, dat zij doel zou nemen aan den optocht en het natio nale feest en dat de bevolking van Boulogne daarmee zeer ingenomen zou zijn. Dit had de ijdelhcid van Candeille gestreeld en den goheelen dag, terwijl zij bezig was haar cos- tuum voor do gelegenheid in orde to brengen, had zij niet moer aan En geland en aan Lady Blakcney ge dacht. Maar nu zij aankwam op de Place de la Sénéchaussée, en op <lcn wagen gezeten de guillotine vlak bij zich zag, vloog haar geest terug naar En geland, naar de royale gastvrijheid van Blakeiiey Manor, naar de vrien delijke stem van Marguérite, de hoffe lijke manieren van Sir Percy, en zij huiverde even. toen die wreed® avond schemering het mes van de guillotine uit de duisternis deed te voorschijn komen. Maar een oogenblik later werd zij Dlotselincr in haar overpeinzingen ge stoord door luide en aangehouden vreugdekreten. Een groote menigte Pierrots was van alle kanten op het Plein saamgestroomd met vlammende fakkels in de hand en lange staven, waaraan lantarens hingen met veel kleurige lichten. De optocht was klaar om te begin nen. Een stentorstem schreeuwde in luide klanken Vooruit maar, de groote trom Een zware man in schitterend rood en blauw gekleed, kwam nu met de menigte naar voren. Zijn hoofd was verborgen In een monsterachtig groot masker van een bordpapieren leeuw, ruw geel en bruin geschilderd en met rood in de wijdgeopende kaken en de hoeken van de oogeu om hem recht wreedaardig cn bloeddorstig te doen schijnen. Zijn jas was van hc-lder rood laken met insnijdingen, waardoor repen helder blauw papier waren geregen, om liet costuum uit de middeleeuwen na te bootsen. Hij had blauwe sokken aan envuur- rooüe lage schoenen, en achter liem aan wapperde een breede reep rood fluuel, waarop manen, zonnen en ster ren van goudpapier in overvloed wa ren rondgestrooid. Voor op zijn corpulente gestalte droeg hij de groote trom, die stevig om zijn schouders was vastgemaakt met geleerde touwen, geroofd van een ol andere visschersschuit Er was gelukkig een scheur in de kaak van den cartonnen leeuw, waar door de zwaarlijvige trommelslager blies en snoof, terwijl hij luslig schreeuwde Vooruit En terwijl hij de zware trommel stok met een heftige armbeweging op hief, liet hij hem krachtig tegen den kant van het zware instrument terug vallen. Hoera hoeravooruit trompet ters Een fanfare van koperen instru menten volgde, lustig geblazen door twaalf jonge mannen in bonte jassen, en hooge punthoeden versierd mot veoren. De trommelslager marcheerde ver der, op de hielen gevolgd door dc trompetters. Achter hen een schare Columbines in veelkleurige tarlatan- rokjes en het haar wild fladderend in den avondwind Duarop volgde de triomfwagen, waarin Demoiselle Candeille rechtop staande met een langen, gouden staf in do eene hand cn de andere rustend in een massa roode bessen. Rondom den wagen hosten, krioelden, duwden en lachten Pierrots en Pierrettes met lantarens en Harlekijns met fakkels in de hand. En achter den wagen do lange reeks van nicer bedaarde menschen, de oude visschers, de vrouwen met niuisen en zware rokken, de ernstige stadsmen- schen, die minachting hadden voor zoo'n verkleedpartij en toch wel aan den optocht mee wilden doen. Zij be gonnen allen to mar cheer en op de maat van de luidruchtige koperen trompetten, die niet donderend ge weld gedeelten uit de pas gecompo neerde „Marseillaise" ten beste ga- ven. Hoog in de lucht vertoonden zich steeds zwaardere wolken. Daarop be gonnen eenige regendruppels le val len, die de fakkels deden sissen en spatten en vet en teer rondstrooiden, waardoor de Columbines' niet haar dunne tarlatancostuums geheel vuil werden. Maar wat deed er dat toe 1 De gloed van zooveel pret hield het bloed wurm en do huid droog. Het poeder weekte van de aange zichten der Pierrots, de blauwe papie ren slingers van den trommelslager vooraan hingen in verflenste lompen langs zijn schitterend rooden jas. Do veeren der trompetters hingen vuil en slap neer. De pietmakers hielden een omme gang door de stad, met lantarens, die in den wind flikkerden, met vlammen de toortsen, waardoor lachende aan gezichten rood door den gloed van een dronkenmakonde vreugde en andere meer ernstige verlicht werden. Het grillige licht speelde op de belachelij ke maskers van allerlei dieren. De menigte had do guillotine den rug toegedraaid en in plaats van «la gcestdrifiige tonen der „Marseillaise" lieten de trompetten nu een hoogst vulgair straatlied hooren. Iedereen gilde en schreeuwde. Meis jes met fladderende haren dansten een wilden roudeduusin den spook- achtigen glood'der fakkels scheeu het een dans van toovc-rheksen. Zoo ging de optocht voorbij, een mooi schouwspel voor hen, d;o hun best gedaau hadden alle gedachten aan het Oneindige, aan de Eeuwigheid on aan God te dooden in de liarten der menschen, aan wie zij er niets anders voor In do plaats konden geven. Gisteren een bedreiging van dood, van ellende, honger en schandeAl het gruwelijke van een verwoestende anarchie, die niets anders had te go- ven dan een nationaal feest, wat ruw gelach en tijdelijke opgewondenheid; een gecostumeerde optocht en eon danson op de asch van het verleden. {Wordt vervolgd)*

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1909 | | pagina 5