Uit de Omstreken
Ju do courant opnemen. Tot onzen
jptft moeten wij u mededeelen, dat u
In do door u bedoelde nalatenschap in
fyet geheel niet mee-erft.
VRAAG. Hoeveel zijn de kosten, als
«en jongen, welke mondig is, wil
trouwen zonder toestemming van zijn
ouders
ANTWOORD. U bedoelt zeker lioe-
Jreol de kosten bedragen van de tus-
8chenkomst van den kantonrechter,
welke in dat geval kan worden inge
roepen? Wij moeten u mededeelen,
dat dit veel afhangt van den loop, dien
de zaak neemt, maar wanneer u zicli
even wilt vervoegen ter griffie van het
kantongerecht, dan zal de heer grif
fier u gaarne medeedeelen, wat er on
geveer op kan staan.
SCHOTEN.
Dat er in het kwartier niet veel
bouwterrein meer beschikbaar is, kan
inen zien aan de drukke bouwerij aan
den Rijksstraatweg. De eerste fraaie
burger woningen werden gebouwd op
het land der boerderij Spaarnhoven,
eigenaar de heer Van Sch>e. Nu ook
daar de bouwgrond begint in te krim-
en, is een begin gemaakt op de
loemkweekerij Bloemhoven, waar de
bouwmaterialen gereed liggen.
ZANDVOORT.
GEMEENTERAADSVERGADERING.
Woensdagavond vergaderde de
Raad onder presidium van den Bur
gemeester. Alle leden zijn aanwezig.
Punt 1.
De VOORZITTER deelt mede, dat
>ervol ontslag is verleend aan de ge
meente-veldwachters W. v. Duynen
«n H. G. Scholte.
Een verzoekschrift van E. Schuit,
waarin voor het seizoen 1910 20 strek
kende meters strandgu-ond aange
vraagd worden, zal bij het hoofdstuk
etr-andpacht in behandeling worden
genomen.
Kaeopneming is ten kantore van
den gemeente-ontvanger gedaan,
waaruit gebleken Is, dat een bedrag
van 15.428.98 1/2, dat aanwezig
moest zijn, ook werkelijk in kas was.
Een request van veel badgasten en
Inwoners is ingekomen, houdende
verzoek, het daarheen te willen lei
den, dat Zandvoort zich binnenkort in
het bezit van een goede waterleiding
val mogen verheugen. Naar uit de
scheikundige analyse van den heer
N. v. d. Sleen .scheikundige te Haair-
lem, is gebleken, bevat het tegen
woordige drinkwater tal van micro
organismen, die schadelijk voor de
gezondheid zijn.
B. en W. stellen voor dit verzoek-
echrift In hun handen te stellen om
.advies.
De heer BAKKENHOVEN zou er
voor zijn een commissie uit.de raads
leden te benoemen om de plaats, die
voor prise d'eau geschikt zou zijn,
wat nader te bepalen.
De heer KONING is in ieder geval
tegen een concessie en vóór gemeente
exploitatie. In de toekomst zal spre
ker dus zijn stem niet aan een con
cessie-aanvrage verieenen.
De heer ZWAAN deelt mede dat het
water twee jaar geleden gekeurd is,
en ook goedgekeurd. Daarom neemt
hij de vrijheid de analyse in twijfel
te trekken.
De heer KONING voegt hier nog
bij, dat Dr. Varenkamp die twee jaar
geleden een brochure schreef, waarin
het Zandvoortsche drinkwater goed
verklaard werd, nu tot de ondertee
kenaars van dit «quest behoort. Hij
begrijpt dit niet.
Hierop wordt het voou-stel van B.
en W. aangenomen.
Een schrijven van de Zandvoort-
eche caféhouders is ingekomen, waar
in zij verzoeken hunne lokalen om
elf uur des avonds in plaats van tien
uur te mogen sluiten. Het gebeurt
dikwijls dat tramreizigers en bezoe
kers van buiten, eenigen tijd op straat
moeten doorbrengen, wat vooral bij
slecht weer zeer onaangenaam is.
De VOORZITTER is er persoonlijk
voor; twee jaar geleden evenwel heeft
de raad het sluitingsuur der café's,
dat toen op 11 uur gesteld was, op
10 uur gebracht.
De heer SLAGVELD stelt voor, dit
verzoekschrift niet in behandeling te
nemen.
De heer BAKKENHOVEN wil al
leen enkele wintermaanden van het
jaar het sluitingsuur op 10 uur stel
len.
De heer COLLOT d'ESCURY is
vóór elf uur-sluiting,, daar etr veel
waars in de opmerkingen van de ca
féhouders ligt.
De heeren KONING en ZWAAN
sluiten zich bij de meening van den
heer Slagveld aan.
De heer ZWAAN voegt er bij, dat
hij het stuk in handen van den bur
gemeester voor afdoening wil stellen.
De heer COLLOT d'ESCURY wil
zijn voorstel in rondvraag gebracht
zien.
Do heer v. d. PLAS merkt op, dat
waar do raad twee jaar geleden be
sloot de café's om tien uur te doen
sluiten, en dit besluit in art. 85 van
de politieverordening vast te leggen,
het niet aangaat hierop weer terug
to komen.
De heer KONING meent dat het
voorstel-Collot-d'Escury, dat toch
neerkomt op verandering van art 85
der politieverordening vreemd is aan
de orde van den dag.
De 'raad beslist met algemeen©
stemmen, het voorstel op deze ver
gadering niet in behandeling te ne
men.
De VOORZITTER deelt mede, dat
hij de betrokken adressanten zal in
lichten, op welke wijze ze zich tot
den raad hebben te wenden.
De Zandvoortsche hotel- en terrein
maatschappij, vernomen hebbende,
dat een nieuw raadhuis gewenscht is,
en wetende dat de gemeente niet veel
geschikt terrein voor zulk een bouw
heeft, biedt dei- gemeente een terrein
aan gelegen aan de Burgemeester En-
golbertstraat, hoek Piet Heinstraat.
De heer v. d. PLAS zegt, dat de ter
rein maatschappij meer in dit opzicht
weet dan hij zelf; tegenover hem is
van een nieuw raadhuis nooit ge
sproken. Daarom meent hij dat het
aanbod vootrloopig onder dankbetui
ging moet gerenvoyeerd worden.
De VOORZITTER meent, dat zulk
een handeling wel wat overhaast zou
zijn; een feit is het dat het tegenwoor
dige raadhuis te klein is en men
heeft geen geschikt terrein.
De heer SLAGVELD dringt op be
zuiniging aan. De gemeente-finan-
ciën laten den bouw van een nieuw
raadhuis niet toe; verbouw zouden ze
misschien veroorloven.
De heer KONING meent, dat het
niet aangaat zich hierover nu reeds
uit te spreken en refereert zich overi
gens aan die meaning van den heer
v. d. Plas.
De VOORZITTER stelt hierop voor,
het aanbod dei' terreinmaatschappij
aan te houden.
Aldus wordt besloten.-
P u n t 2.
De heer J. A. Hoop verzoekt eervol
ontslag als onderwijzer met ingang
van 1 December aan de openbare la
gere school, wegens benoeming te
Rotterdam.
Dit ontslag wordt verleend.
P u n t 3.
De lieer Volker verzoekt een aan
stelling voor vast als hoofd van de
school voor het herhalingsonderwijs.
De aanstelling wordt gegeven.
Punt 4.
Overgegaan wordt tot de benoeming
van een gemeente-opzichter. Met al-
gemeene stemmen op één na, die op
den heer Hoekstra is uitgebracht,
wordt benoemd de heer J. Jansen te
Haarlem.
P u n t 5.
Tot ambtenaar van den burgerlij
ken stand wordt benoemd de heer M.
Koning.
De heer KONING dankt de heeren
voor het in hem gestelde vertrouwen,
maar verklaart de benoeming niet te
kunnen aanvaarden.
Een andere benoeming zal nu la
ter gedaan worden.
P u n t 6.
B. en W. stellen voor een drietal
straten de namen te geven van Huls-
manstraat, de Lamiestraat en Diaco-
niedwar setraat.
Wordt aangenomen.
De heer BAKKENHOVEN brengt 't
leven van de geestelijken in herinne
ring, naar wie de twee eerste straten
genoemd zijn. Hij dankt ten slotte den
raad voor 't genomen besluit. (Ap
plaus).
P u n t 7.
B. en W. vu-agen den raad mach
tiging eenige wijzigingen in het riool
net te mogen aanbrengen en hiervoor
een aanbesteding te doen plaats heb
ben. Aldus wordt besloten.
Punt 8.
Aan de orde is de verbreeding van
de Groote Krocht, Haltestraat enz.
Naar aanleiding dezer verbreeding,
is een request ingekomen van de Er
ven Koning, om niet tot wettelijke ont
eigeuing over te gaan.
De heer KONING wil in dezen een
commissie van scheidsrechters be
noemd zien, die de zaak tot een goed
einde zullen moeten brengen.
De VOORZITTER deelt mede, dat
de Erven Koning een belachelijk hoo-
gen prijs gevraagd hebben. De ge
meente kan zooveel niet betalen; tot
onteigening zal dus moeten worden
overgegaan.
De heer SLAGVELD vindt de prijs
niet onredelijk.
De VOORZITTER zegt dat de grond
in het onderhavige geval weinig
waard is; er rust een bouwverbod op.
De heer SLAGVELD zegt, dat, al
vorens tot onteigening mag worden
overgegaan, alle middelen om tot een
minnelijke schikking te komen, moe
ten zijn uitgeput, en dat is hier niet
het geval.
De VOORZITTER refereert zich aan
het voorstel van den heer Koning.
De heer SLAGVELD wil niet alleen
benoeming van scheidsrechters, maar
ook dat er een bod gedaan wordt.
De heer COLLOT d'ESCURY oor
deelt zulks niet noodig; de gezamenlij
ke arbiters zullen vanzelf tot een bod
komen.
Het voorstel-Koning wordt ten slot
te aangenomen.
Punt 9.
GEMEENTEBEGROOTING 1910.
De heer COLLOT d'ESCURY wil
een post van 35 uitgetrokken zien
voor aansluiting van de burgemees
terswoning aan 't telefoonnet. Ook
zouden een tweetal fietsen ten dien
ste van de poitie wenschelijk zijn.
Do heer SLAGVELD juicht beide
voorstellen ten zeerste toe.
Beide worden hierop aangenomen.
De heer KONING heeft onder hoofd
stuk III een post gevonden van 800
voor het maken van een trap, die van
den boulevard near het strand leidt.
Het komt spreker voor dat voor een
bedrag van ƒ800 niet veel te maken is.
Een flinken weg zou gewenscht zijn
en dan kon een trap geheel vermeden
worden. Daarvoor zou 'n bedrag van
eenige duizenden gudens noodig zijn.
Ten slotte stelt spreker voor de post
van 800 slechts voorloonig vast te
stellen.
De VOORZITTER zegt flat men bij
een weg veel last van zandstuivingen
heeft; de bedoeling is, de trap, die
voor de Zeestraat komen zal, van
ijzeren dwarsleggers te voorzien; een
op- en afgang zal eveneens aange
bracht worden.
Besloten wordt de post voorloopig
800 te laten.
De heer SLAGVELD heeft het be
drag der arbeiderswoningen niet ge
vonden.
De VOORZITTER deelt mede, dat
deze som eerst heden bekend gewor
den is; zij bedraagt ongeveer 33303.
De heer v. TOOMBERGEN vindt
f 60 te weinig voor schoonmaakkos
ten van het politiebureau; gaarne
zou hij hier 25 aan toegevoegd zien.
De VOORZITTER zegt dat een be
drag van 60 altijd voldoende geble
ken Is.
De heer BAKKENHOVEN vindt do
jaarwedde van de wethouders te laag
en stelt daarom voor die met een
derde te vorhoogen.
Aldus wordt besloten.
De heer v, d. PLAS vindt de kosten
voor druk- en bindwerk, 900 bedra
gende, wel wat hoog. Hij zou die post
voortaan meer gespecificeerd wen-
echen. Ook stelt spreker voor, den le
den van den Raad eik een begrooting
in eigendom te zenden.
De VOORZITTER doet toezegging
dat de begrooting voortaan gedrukt
zal worden. Ook met den eersten
wensch van den heer v. d. Plas zal
rekening gehouden worden.
De post der onvoorziene uitgaven
bedraagt thans 1.380.57 1/2.
B. en W. stellen ten slotte voor de
jaarlijksche gratificatie van f 50 aan
den rijksveldwachter De Bruyn we
derom toe te kennen.
Aldus wordt besloten.
Bij de rondvraag wijst de heer
KONING op de wenschelijkheid den
Duinweg te be hard en.
Op dezen wensch zal gelet warden.
Hierna wordt de vergadering geslo
ten.
Vervolg Gemeenteraad
PUNT 2.
(Gratificatie aan den directeur van
Openb. Werken).
Het voorstel van B. en W. wordt
aangenomen. Tegen stemden de hee
ren De Braai, Modoo en Schram.
Te kwart over éénèn wordt de ver
gadering heropend.
Post 175. (Meisjesschool M. O.).
De heer LOOSJES acht het aanvang-
salaris der leeraressen te laag. Dat
bleek bij de oproeping voor gegadig
den voor het onderwijs in het En-
gelsoh en de Aardrijkskunde.
Spreker zal eerstdaags een voorstel
daaromtrent indienen.
Post 182 (Stedelijk Museum).
De heer MIDDELKOOP heeft in de
pauze het schilderijenmuseum be
zocht. Drie schilderijen zijn er afge
nomen, waarschijnlijk wegens voch
tigheid. De wanden zijn weer vochtig,
niet door neerslag maar door doorre
genen. Die toestand kan niet langer
voortduren. Bovendien is het Offi
ciersstuk van Frans Hals, dat tegen
den nooduitgang hangt, weer ontoon
baar. Dit is 't stuk, waarop spr. reeds
eerder de aandacht vestigde. Het blind
geworden schilderij is gerestaureerd,
maar nu is de toestand weer dezelfde
als voor de restauratie. De schilderij
is ontoonbaar. Daarbij wordt er op
het oogenblik weer niet gestookt. Tot
diep in den zomer is de zaal wel ver
warmd. Nu in 't kille jaargetijde is de
zaal weer onverwarmd. Dat mag niet
langer zoo duren. B. en W. moeten
dan maar buiten de Commissie van
Toezicht om, de zaak zelf ter hand
nemen.
De VOORZITTER zegt, dat de hevi
ge hagelbuien van eergisterennacht
lekkage hebben veroorzaakt. Onmid
dellijk ziin door de Commissie maat
regelen genomen. De schilderijen zijn
buiten gevaar. Gestookt wordt er niet,
omdat er zoo'n groot verschil over de
noodzaak bestaat bij de deskundigen.
Over het uitslaan der schilderijen kan
men gegevens vinden in het overge
legde rapport.
Den heer KRELAGE is 't ook opge
vallen, dat van den zomer werd ge
stookt. 't Verwondert spr. te hooren,
dat er nu in het geheel niet meer
wordt gestookt. Spr. dringt aan op
ernstige overweging. Ook het aan
slaan der schilde>rijen verdient aan
dacht.
De VOORZITTER herhaalt, dat
over dit laatste gegevens te vinden
zijn in 't rapport. Gisteren heeft spr.
de zaal bezocht. Toen was het 50 gra
den F. Dat is een voldoende tempera
tuur.
De heer MIDDELKOOP merkt op,
dat van den zomer de natuurlijke
warmte van 60 gr. nog verhoogd
werd door kunstmatige warmte.
P o s 118 4. Subsidies Onderwijsin
richtingen).
De heer KRELAGE vraagt naar de
resultaten van het toezicht op de ge
subsidieerde onderwijsinstellingen.
Dat heeft de Raad aan B. en W. opge
dragen.
De heer THIEL merkt op, dat het
indertijd verkeerd was van den Raad
B en W. dat toezicht op te dragen.
Spreker begeerde dat niet en kon ook
geen goed toezicht uitoefenen. Wat on
der die omstandigheden van het toe
zicht terecht kwam, begrijpt de Raad
wel.
Spr. had zich wel eenige keeren In
bet jaar in 't zwart kunnen steken, en
desnoods een hoogen- hoed opzetten
en de scholen rondwandelen. Maar
een dergelijke 'schoolvisite geeft niets.
Dat weten de heeren wel, die scholen
moeten bezoeken. Spr. schroomt dan
ook niet te zeggen, dat hij die bezoe
ken niet heeft afgelegd.
De heer KRELAGE acht het ant
woord van den heer Thiel wel duide
lijk, maar niet afdoende.
De heer THIEL herhaalt, dat de
Raad met het opdragen van het toe
licht aan B. en Ws een verkeerde daad
verrichtte.!
Post 188. (Subsidie Huishoud
school)^
De heer KRELAGE merkt op, dat
kennisneming van de resultaten van
het toezicht van B. en W. hier juist
gewenscht was. B. en W. hebben het
voorstel tot subsidieverhoogon niet
voldoende gemotiveerd na het afwij
zend praeadvies van het vorige jaar.
Dat de financieel e toestand der Ge
meente nu gunstiger is, is niet af
doende. De consequentie eisclit, dat
men de volgende jaren de verhoogde
subsidie eveneens toekent. En wat
dan, als de financieel© toestand min
der gunstig is
De heer SNELTJES heeft geen over
tuigend motief voor het nut der school
gevonden. Spreker heeft zeer veel
menschon, die hij in den laatsten tijd
sprak, naar het nut der school ge
vraagd. Velen wisten niet, dat de
school bestond en geen der anderen
wist iets af van het nut dezer inrich
ting.
De heer SCHRAM betreurt, dat in
het jaar 1909 nog zooiets kan gezegd
worden, als thans door het oudste
raadslid. Bij de Ambachtsschool heeft
men ook eerst getwijfeld aan het nut
der inrichting. Later is men daarvan
teruggekomen.
Het nut der Huishoudschool is in
alle kringen tastbaar-, niet alleen
voelbaar, als de heer Sneltjes meent,
maar tastbaar- aan te toonen. Spr.
wijst op de kennis van koken, strij
ken, naaien enz., die men op deze
school kan opdoen.
Spreker wijst op den steun van an
dere gemeenten aan deze inrichting
err acht zelfs een nog hooger subsidie
gewettigd. Hij kan zich het voorstel
van B. en W. begrijpen, nu de finan
cieels toestand der Gemeente gunsti
ger is.
Den heer KLEIJNENBERG ver
baast het eveneens, dat men twijfelt
aan het nut van deze hoogst belang
rijke inrichting van onderwijs. Wan
neer de lieer Krelage zijn stem afhan
kelijk maakt van het overtuigd wor
den van het nut uit de gegevens, die
het toezicht aan B. en W. opleveren,
dan kan de heer Krelage niet over
tuigd woirden, daar het toezicht die
gegevens niet kan opleveren.
Als de subsidie niet verhoogd wordt
vreest spr. voor het bestaan der in
richting. En als die school wordt op
geheven, dan zal de Gemeente zelf een
dergelijke school moeten bouwen.
Geroep: Zoo?
De heer KLEIJNENBERG: Dat zei-
de mij een der Raadsleden. En als de
gemeente zulk een school bouwt, komt
er iets geheel anders. De damescom
missie, die het beheer voert, is ge
heel op de hoogte van zulk een school
en het Gemeentebestuur niet. Spreker
heeft de school bezocht en roemt zeer
de buitengewone waarde van deze
uitnemende onderwijsinrichting. Spr.
wijst op de slechte salarissen der
leeraressen, die noodzakelijk verbe
tering behoeven.
Mejuffrouw Prins, die voor eeni
ge jaren met mej. Van Gelder op de
voordracht stond voor leeraires in het
teekenen aan de Meisjesschool voor
M. O., en benoemd werd, heeft nu
een wedde aan de Meisjesschool van
1400 a f 1500 en Mej. Van Gelder, die
benoemd werd aan de Huishoudschool
verdient dabr bij een werktijd van
24 lesuren in de week... 700.
De heer VAN DEN BERG is tegen
deze verhoogde subsidie. De dames
hebben misschien wat overvraagd,
om 4000 te ontvangen. Dat is wel
slim, maar spr. acht deze subsidie
niet in verhouding tot de subsidies
aan andere onderwijsinrichtingen.
Het gaat niet aan, dat men elke nut
tige instelling subsidieert.
De heer THIJSSEN Ls het met de
heeren Kleijnenberg en Schram eens.
Spir. wijst er verdei- op, dat het vorige
jaair de instandhouding der school
is mogelijk geworden door particulie
re bijdragen, die echter maar voor
één jaair werden verleend. De ver
werping der verhoogde subsidie
brengt de Provinciale subsidie in ge
vaar en misschien ook de Rijkssub
sidie.
De heer KLEIJNENBERG protes
teert tegen de bewering dat de dames
van het bestuuir zouden hebben over
vraagd. Dat is niet waar.
De heer THIEL merkt op, dat het
vorig jaar een voorstel om deze sub
sidie toen reeds toe te kennen, ver
worpen weird met 15 tegen 14 stem
men. B. en W. hebben dit jaar reke
ning gehouden met die sterke stroo
ming voor de verhoogde subsidie in
den Raad. Het weder-indienen van 't
voorstel is dus niet geschied uit wei
nig deferentie voor den Raad, maar
juist om den Raad tegemoet te ko
men. B. en W. hebben zich het vorig
jaair als blauwbaarden jegens de da
mes gevoeld, want zij met hun vie
ren draaiden het verhoogde subsidie-
voorstel feitelijk den nek om. (Gelach)
Het vorig jaar werd geen verhoog
de subsidie door B. en W. voorgesteld
ook uit een paed agogisch oogpunt. De
dames haddien al eenige dingen ge
daan in de verwachting dat 't op het
stadhuis wel in orde zou komen. Dat
vonden B. en W. niet goed. Ook wil
den B. en W. de lijn wat strak hou
den.
De heer KRELAGE vraagt, waarom
B. en W. niet gewacht hebben op een
voorstel uit den Raad, zooals zij ge
woonlijk deden.
Do heer THIEL deelt mede, dat In
verhand met de Provinciale begroo
ting aan Ged. Staten meedeeling ge
daan moest worden van de plannen
van B. en W.
Een amendement-Sneltjes om de
subsidie te verlagen tot 3000 wordt
verworpen met 26 tegen 3 st., die van
de hoeren Van den Berg, Krelage en
Sneltjes.
Het YooBstel wan B .en W« om de
verhoogde subsidie van 4000 toe te
kennen wordt aangenomen zonder
stemming.
P o 61 218 a (Stichting Pensioen
fonds}.,
Niemand vraagt het woord. De
post van 15000 is dus aangenomen.
(Gelach en teekenen van verbazing).
Post 227 (Kosten der markten).
De heer VAN DE KAMP heeft een
schrijven ontvangen van den Markt
meester voor do groentenmarkt, dat
zijn werktijd niet is 1000 uren, als B.
en W. meedeelden, doch 1629 uren.
De VOORZITTER meent, dat de
becijfering van B. en W. nauwkeurig
is. Misschien geeft de becijfering van
den Marktmeester aanleiding tot na
der onderzoek.
De heer DE BRAAL heeft vroeger* te
kennen gegeven, bij deze Begrooting
wedde-verhooging voor den Markt
meester to zullen voorstellen.
In de afdceling van spr. ondervond
sprekers denkbeeld zulk een tegen
kanting, dat spr. meent in het belang
van den marktmeester zelf te hande
len, door zijn voorstel niet in te die
nen.
Besloten wordt thans afwijzend te
beschikken op het vroeger ingediende
maar aangehouden verzoek van den
Marktmeester om verhooging van
wedde.
INKOMSTEN.
ALGEMEENE BESCHOUWINGEN.
De heer KLEIJNENBERG heeft ver
zuimd straks een woord van dank te
brengen aan B. en W., dat dezen
thans in staat zijn een fout van vroe
ger te herstellen.
Spr. denkt daarbij aan het gestichte
Pensioenfonds. Het aanvangscijfer is
wat laag, doch dat staat in verband
met de begrooting. Spr. brengt uit
drukkelijk buide, omdat sommigen
deze instelling van het pensioenfonds
een fout achten, daar zij oordeelen,
dat de lasten, die op het nageslacht
behoorden gelegd te worden op het
tegenwoordig geslacht worden ge
legd. Integendeel, wat men vroeger
verzuimd heeft wordt nu gedaan:
pensioen is uitgesteld tractement.
Spr. vestigt er nog de aandacht
op, dat het wetsontwerp in zake voor
ziening in den financieelen nood der
Gemeenten bij aanneming door deSta-
ten-GeneraaJ nadeelig zal zijn voor
Haarlem. De Amsterdamsche foren
sen mogen dan maar voor 50 pet. be
last worden. En het grootste deel dei*
forensen zijn Amsterdammers.
De heer Kleijnenberg zegt, althans
een belangrijk percentage der foren
sen.
Wanneer Haarlem zijn stem niet
luide verheft in Den Haag, wordt de
ze wet voor Haarlem nadeelig.
De VOORZITTER dankt voor de
waardeerende woorden van den heer
Kleijnenberg. Het bedoelde wetsont
werp heeft de aandacht van B. en W.
Spr. hoopt, dat de wet niet zoo na
deelig zal blijken.
BEHANDELING DER ARTIKELEN.
P o s t 4. (Huur van landerijen).
De heer LASSCHUIT vraagt, wan
neer de landen bij de Kathedraal
aan de Leidsche vaart in exploitatie
komen.
De heer DE BREUK zegt, dat dit
spoedig zal kunnen gebeuren. De
plannen zijn reeds door B. en W.
goedgekeurd.
Post 22d (Staanplaatsen voor
rijtuigen).
Do heer VAN DE KAMP betreurt
het, dat deze post niet is uitgetrokken
kunnen worden. Kan dat op een vol
gende begrooting
De VOORZITTER kan daarvan nog
niets zeggen. Het gemeentebestuur is
nog in onderhandeling met de H. IJ.
S. M.
Waterleiding.
De heer HULS WIT bepleit het sa
menbrengen van de Gemeentebedrij
ven onder het bestuur van één wet
houder. In Rotterdam streeft men
naar iets dergelijks. Er komt meer
eenheid in de bedrijven. Controle en
inning van gelden kunnen vereen
voudigd worden Ook in verband met
bot op '1 Januari in te voeren Werk
liedenreglement is de uitvoering van
dit denkbeeld wenschelijk.
Spreker is verheugd over het feit,
dat B. en W. iets voor het denkbeeld
voelen. Spreker meent echter, dat het
gewenscht is, dart, dei verwezenlijking
van het denkbeeld spoedig zal plaats
hebben.
De VOORZITTER kan daarover
niets meer meedeelen, dan B. en W.
in de Memorie van Antwoord op de
Begrootingsverslagen deden.
Lichtfabrieken.
Don heer VISSER bevreemdde het,
dat B. en W. geen voorstel deden tot
uitbreiding der electrische straatver
lichting. Verleden jaar zeiden B. en
W. in dezen zin een voorstel toe. Nu
is er een jaar verloopen. De bewoners
van Koningstraat en Anegang hebben
nu weer adressen ingezonden.
De heer KLEIJNENBERG zegt aJs
lid van de Licht commissie, gaarne
den heer Visser te willen antwoorden.
Spreker herinnert aan de straat-
golitiek, gevoerd bij hot voorstel van
en W-, om de Anegang te verlich
ten. Niet minder dan zeven straten
gingen toen electrisch licht vragen.
Dat moet niet weer gebeuren. Doet
men dat niet, dan kunnen langzamer
hand meer straten worden verlicht.
Do heer NIEUWENH. KRUSEMAN
gaat do geschiedenis der zaak na. Op
het oogenblik zijn do plannen niet in
behandeling, maar de plannen rusten
niet. In het College van B. en W. zijn
grooie voorstanders van uitbreiding
der electrische straatverlichting. De
heer Visser wordt niet aan het lijntje
gehouden.
Do heer MODOO acht electrische
straatverlichting in de hoofdstraten
geldverspillen. In die straten is etala
ge-licht in de winkels en nog licht
bovendien vóór de winkels. Wat doet
de gemeente nu mot dat licht daar
boven in de lucht In het belang van
de winkeliers is het, als de straat don-
kei* is, dan vallen de etalages meer
in het oog (gelach).
Spreker zegt, dat in de schouwbur
gen immers ook het tooneel donker
wordt gehouden, wanneer men het
geen op liet tooneel gebeurt, wil doen
uitkomen. Het aanbrengen van elec
trische straatverlichting acht spreker
zucht tot navolging van hetgeen in de
groote steden geschiedde. Eleotrische
verlichting is alleen gewettigd voor
donkere plaatsen in de stad, als b.v-
het Spaarne.
De heer VISSER zegt, dat de win
keliers beter dan de heer Modoo we
ten, wat goed is voor de winkels. Een
goed verlichte straat trekt meer pu
bliek. De hoogere uitgaven worden
gedeeltelijk vergoed door het meerde
re licht, dat de winkeliers in hun
kasten moeten aanbrengen.
De heer KLEIJNENBERG zegt, dat
in de hoofdstraten veel licht noodig
is des Zondags en 's avonds na het
sluiten der winkels. In de Commissie
is het denkbeeld geopperd om de
Anegang alleen des Zondags te ver
lichten.
De heer HULSWIT, herinnerend
aan de nota bij een der afdeelings-
verslagen gevoegd, dringt aan op wij
ziging der tarieven en op het meer
rente-gevend maken der Centrale.
Haarlem is met zijn electrische tram
en zijn eleotrische centrale van deze
grootte vooraan in den lande ge
weest. Dat heeft dit nadeel gehad, dat
de Centrale gebouwd werd in een
tijd, toen de electro-techniek op een
keerpunt stond. Men heeft nu gelijk
stroom aan de Centrale, doch nu
wordt draaistroom meer en meer toe
gepast.
Al is de Haarle-insche Centrale niet
zoo modern als de later gebouwde
Centrales in andere plaatsen, toch
kan zij meer productief zijn.
Spreker beveelt ook aan de machi
nes, die overdag voor een groot deel
ongebruikt staan, te benutten voor
stroom voor huishoudelijke doelein
den. Elders stuurt men daar ook op
aan en met gunstige resultaten. Daar
toe moeten evenwel de tarieven ver
laagd worden.
De heer NIEUWENH. KRUSEMAN
deelt mee, dat de herziening van de
tarieven in de Commissie zal behan
deld warden.
Ais het noodig is, zullen dynamo's
voor draaistroom worden aange
schaft.
Spreker wijst er op, dat er reeds
verschil bestaat tusschen de dag- en
avond tarieven.
De heer DE BRAAL merkt op, dat
de afdeeling Haarlem van den Bond
van Nederlandsche Onderwijzers een
adres heeft ingezonden, ooi op deze
begrooting nog gelden uit te trekken
voor school voeding en -kleeding.
De VOORZITTER merkt op, dat
daarop thans niet ingegaan kan wor
den, omdat het adres eerst Dinsdag
avond is ingekomen. Men had dat
stuk vroeger moeten inzenden.
De Begrooting wordt thans met ai-
gemeene stemmen aangenomen,
RONDVRAAG.
De heer MODOO dient met de hee
ren Hulswit en Rinkema een motie
in, inzake de kwestie van het bouw
plan van den heer F. L. Oostenbroek.
De heea* Oostenbroek meent, dat hij
door de handelingen van B. en W. is
benadeeld. Hij beriep zich op den
Raad, omdat B. en W. stelselmatig
zijn plannen op de lange baan schui
ven.
Of dat juist is, wil spreker niet be-
oordeelen. Evenwel, de heer Oosten-
broek heeft liet recht, zich bij den
Raad te beklagen. Spreker had ge
hoopt, dat na hetgeen door den heer
Rinkema gezegd is over deze zaak,
dit punt thans op de agenda was ge
bracht. Anders heeft het recht van
beroep geen waarde, daar het hier
een klacht over uitstel geldt. Het nu
aan de orde stellen was ©enigszins
behoorlijk geweest.
De motie behelst de gewenschtver-
klaring van de spoedige aan de orde
stelling van de bedoelde zaak, wegens
de werkloosheid, en met het oog op
het verzoek van den heer Oosten
broek.
De VOORZITTER zal de motie la-
ten drukken en doen rondzenden.
De heer MODOO zegt, dat de hou
ding van den Burgemeester niet, zeer
welwillend is tegen spreker. Hij dient
deze motie in en meent, dat die nu
behandeld kan worden. De heer Oos
tenbroek doet als laatste toevlucht
een beroep op den Raad om tusschen-
kornst. De houding van B. en W. te
gen den heer Oostenbroek is piet zeer
aangenaam. Ook het groote werkge-
brek in de gemeente noopt spreker
tot deze motie. Wordt de motie ge
drukt, d§n verloopen er weer veertien
dagen.
De VOORZITTER zegt, dat de
kwestie der al of niet welwillendheid
hier ten eenenmale is uitgesloten.
De voorzatter houdt zich altijd zoo
apathisch mogelijk (Gelach).
Alle gemeentenaren zijn spir. even
lief.
De zaak is nog niet rijp voor be
handeling. En de heer Modoo kan
zooveel moties indienen als hij wil,
wanneer do zaak niet rijp is, zal de
Voorzitter haar niet op de agenda
brengen. (Eenig applaus).
De heer SNELTJES zou zijn plicht
te kort doen, wanneer hij niet een
woord van hulde bracht aan B. en
W. en den Voorzitter in 't bijzonder.
B. en W. voor de .ineenzetting der be
grooting en den Voorzitter voor de
leiding dezer vergadering. De Raad
was nu zes uur bijeen en geen enkele
wanklank is gehoord, dat is te dan
ken aan de goede leiding van den
Voorzitter (Applaus).
De VOORZITTER zegt deu heer
Sneltjes dank voor de waardeerende
woorden tot B. en W. en tot spr. per
soonlijk gesproken.
Te kwart voar vieren wordt daaav
op de vergadering gesloten.