HAARLEM'S DAGBLAD.
TWEEDE BLAD.
FEUILLETON
Het Vergaan van ie
„Lady Jermyn."
YBIJDAG 12 NOVEMBER 1909
OM ONS HEEN
No. 1032.
Boksen en Boksers.
Er zijn van die spelen, die er In
ons land niet in willen. In de eerste
plaats het boksen, waarvan Engel-
schen, Amerikanen en zelfs Fran-
schen smullen, dan de hanengevech
ten, genot voor Belgen en Norman-
diërs vooral. Laat ik er dadelijk bij
zeggen, dat het een noch het ander
In Nederland door de politie zou wor
den toegestaan. Wel het worstelen,
maar ook dat heeft niet het succes,
dat het in het buitenland behaalt.
Als we op den omslag van de „Re
vue der Sporten" van gisteren den
breeden negerkop van Jaok Johnson
zien en daarbij lezen, dat hij in een
wedstrijd met Ketchell f 100.000 ver
diende, een ton gouds, dan voelen we
wel, hoever we in de lage landen aan
zee van die sportverdwazing afstaan.
Binnenkort zal de neger zijn titel van
wereldkampioen hebben te verdedigen
tegen Jim Jeffries, wiens beeltenis ons
in hetzelfde tijdschrift aangeboden
wordt. Als 't goed gelijkt, dan draagt
deze krachtmensch de herinneringen
aan zijn zonderling beroep mee in
den vorm van een platgeslagen neus
en een schee ven mond.
De sportwereld is er benieuwd
naar, of Jeffries dezen keer zal dur
ven en niet met stille trom er van
doorgaan, zooals toen hij zich de eer
ste maal met Johnson meten zou. Wat
ons aangaat, het kan ons koud laten,
of de neger het wint of de blanke.
Persoonlijk zou ik zelfs de glorie van
de sterkste bokser te wezen met ge
noegen aan een ander ras gunnen.
Jeffries niet, hij kan er niet van sla
pen, dat een zwarte wereldkampioen
fou zijn I
Men zegt, dat Theseus, de zoon van
Egeus, koning van Athene, het vuist
gevecht heeft uitgevonden. Hoe dat
zij, in Engeland weet men mee iepra
ten van een wedstrijd in 1719, in Ame
rika kreeg men de liefhebberij pas
een eeuw later, In 1816, en sedert dien
tijd heeft het boksen zich voortdurend
gewijzigd, zoodat het nu, naar zijn
voorstanders beweren, een weten
schappelijke tak van sport geworden
is Dat kan voor Jeffries, wanneer hij
in den spiegel kijkt, een heele troost
wezen I
Een paar van de veranderingen zijn
deze. Vroeger werd met bloots han
den gevochten, maar zooals ik in
een enthousiast artikel lees, „daar
mee kwam men zelden tot een beslis-
senden uitslag, omdat na zekeren tijd
de twee tegenstanders uitgeput en
hun handen stukgeslagen waren."
Soms wikkelden de vechtersbazen
hun handen in linnen windsels, sta
ken die in kalk en lieten dat drogen.
De minste slag, op deze wijze toege
bracht, had een geweldige uitwer
king, omdat het vleesch er als 't ware
mee verbrijzeld werd.
Eigenaardig ia het, dat een ander
maal pogingen gedaan werden, om de
ruwheid van tiet spel te verminderen.
In sommige wedstrijden werd de
vreemde bepaling toegepast, dat de
kampioenen, nadat zij op een bepaal
den afstand van elkander waren neer
gezet, den linkervoet niet van plaats
mochten doen veranderen.
Dat is nu uit, de strijders mogen
zich bewegen zooals ze willen en dra
gen handschoenen, die evenwel, zoo
als we zagen, niet in de eerste plaats
er voor bestemd zijn, om de slagen te
verzachten. Trouwens, waarvoor zou
dat dienen, daar immers de bedoeling
is den tegenstander buiten gevecht te
stellen, wat bij een ontmoeting tus
schen twee sterke kerels, alleen door
harde slagen of stompen kan gebeu
ren.
De regels van het Engelsche boksen
schrijven voor, dat alleen het gebruik
van de vuisten geoorloofd is (de Fran-
schen gebruiken ook wel de voeten tot
afweer), en dat niet beneden het mid-
delmag worden geraakt. De voor
naamste slagen zijn de recht», de
dwarse, de haaks lag en de slinger.
Wat men daarmee doen kan, blijkt
uit wat de Engelschen de knock
out noemen, dat wil zeggen daa
een bokser door één slag bewusteloos
neervalt Dart. kan hem overkomen
door een slag tegen den kin, d« keel,
het hart of de maag.
Willy Lewis, een bokser van eenige
reputatie, beweert nu wel, dat dat
volkomen pijnloos en gevaarloos is,
maar hij moet toch ook toegeven, dat
boksers bij omgekomen zijn. „Maar
die leden dan ook", zegt hij, „aan
een ernstige ziekte, bijvoorbeeld een
hartkwaal 1"
Vandaar dan ook (men denk® aan
de wetenschappelijkheid van 't vak),
dat In Amerika de boksers vóór den
wedstrijd door egn dokter onderzocht
worden. Wanneer hun hart niet nor
maal is. worden zij niet in het strijd
perk toegelaten.
Dit laatste bestaat uit een verhoo
ging, omgeven met touwen, en groot
vier k acht meter in hert vierkant. De
eenige, die daarop wordt toegelaten,
is de scheidsrechter, die de min of
meer gevaarlijke functie heeft, om de
vechters te scheiden, wanneer ze el
kaar buiten de regelen van de kunst
te lijf gaan.
«6oma duren de partijen zes, tien,
vijftien of twintig ronden, die elk
twee of drie minuten duren en telkens
gevolgd door een minuut rust. Groote
wedstrijden worden niet voor beslist
gerekend vóórdat een van de kampi-
oenen knocked out is.
De scheidsrechter verklaart dan den
ander voor overwinnaar, wanneer hij
van een tot tien geteld heeft en de
gevallene inmiddels niert is opgestaan.
In de sportwereld kent men de na
men van deze vuistberoemdheden op
zijn duimpje Daar was in 1882 Sulli
van, die overwonnen werd in 1891
door Corbett, welke hert volgend jaar
de vlag moest strijken voor Fitzslm-
mons, die op zijn beurt de nederlaag
leed tegen Jeffries in 1902, welke in
1905, onoverwonnen, uit het strijd
perk kwam en ging rentenieren.
Want er is geld te verdienen met
boksen. Toen Tommy Burns te Syd
ney in Australië vocht met Jack John
son, van wien hij totaal verloor, wa
ren er 20.400 toeschouwers en 40.000
konden niet toegelaten worden. De
ontvangsten waren meer dan 330.000
gulden. Burns had vooruit voor 75.000
gulden gecontracteerd, de neger kreeg
„maar" f 12.500, altijd meer, dan ver
reweg de meeste menschen in hun
geheele leven kunnen overleggen.
Zulke sommen zijn niet buitenge
woon, ze zijn alleen mogelijk door den
buitengewonen toeloop van het pu
bliek. Geeft die hartstocht niet te den
ken De menschen loopen helaas zoo
hard niet naar rustige vertooningen.
Wat ze in de bokswedstrijden zoeken,
is heftige emotie, de kans op eene
zenuwschokkende gebeurtenis.
Dat het zoo is en niet anders be
wijst het verhaal, dat Corbett zelf
doet van zijn ontmoeting met Sulli
van. De laatste was toen de ster en
de weddenschappen liepen tot 5 tegen
1 op hem.
Niemand gaf Corbett kans. Hij zelf
deed dan ook in den beginne niets
anders, dan Sullivan ontwijken, tot
hij hem een slag op den neus kon ge
ven, die het bloed er uit deed sprin
gen. Daarop begon liet spelletje van
wegloopen opnieuw, afgewisseld door
een slag op do maag en een op den
neus, totdat Sullivan, die de zwaarste
was, uitgeput raakte.
Het was de 24ste ronde.
„Ik deed", vertelt Corbett, „alsof ik
zijn maag wou raken. Hij beschutte
zich voor den slag en liet daardoor
zijn kaak onbeschermd. Ik had dat
niet voorzien, maar mijn vecht-
instinct zeide mij, dat ik daarvan ge
bruik moest maken. Als een bliksem
straal diende ik hem een haakslag
met de linkerhand toe, die op de kaak
terechtkwam en hem deed duizelen.
Nu of nooit 1 Het bloed steeg mij
naar het hoofd. Ala ik wereldkampi
oen wilde zijn, wa» nu mijn kans
daar. Ik viel ais een tijger op hem
aan 1 Het regende slagen, totdat Sul
livan op den grond lag, aan mijn
voeten.
„Een, twee drie"..., telde de tijd
opnemer. De man op den vloer be
woog zich niet.
„Vier, vijf, zes F Nog altijd geen
beweging. „Zeven, acht 1" Zal hij op
staan „Negen, TIEN P
Sullivan, de grootste bokser van
zijn tijd, waa verslagen.
En zijn hand op mijn schouder leg
gende, zeide de scheidsrechter
„Corbett, je bent wereldkampioen 1"
Ziedaar het verhaal van Corbett
zelf.
Hoe het publiek gebruld zal heb
ben, dat immers gekómen was, om
man te zien neerslaan Als een
tijger was Corbett op hem aangeval
len. Hij noemt het zelf zoo I Waar
blijft tegenover zoo'n beschrijving de
zachtmoedige voorstelling van Lewis?
Wie zulke verhalen leest, kijkt te
vreemder naar de portretten van de
vechtersbazen in de „Revue der Spor
ten". Hooren ze er eigenlijk naast
cricket en voetbal, roeien en zwem
men, wel thuis
J.- C. P.
Saitenlandacfa Overzlciil
De Lord Mayor, zooveel als de bur
gemeester van Londen, was Jarig en
gaf daarom als naar gewoonte een
feestmaal. 1 Is niet onze bedoe
ling te verklappen, aan welke lekker
nijen de vele en hooge gasten zich te
goed gedaan hebben, alleen willen we
vertellen, dat de
BETOOGENDE KIESRECHTDAMES
voor een dessert zorgden I Eenigen
hadden zich 's morgens als werkvrou
wen verkleed in het gebouw toegang
verschaft, om zich daarna tot
'8 avonds schuil te houden om toen
tijdens de eetpartij en officieels toe
spraken, lawaai te gaan maken, 't Is
wei fraai 1
Over de officieele toespraken. Een
geelt ons aanleiding om hier te ver
melden 't is die van minister As-
quith, die over de
VERHOUDING VAN ENGELAND
EN TRANSVAAL.
sprak. Z. Exc. prees de verzoening in
Zuid-Afrika, die nu tot de Unie ge
leid heeft.
't Lijkt wel, dat zelfs de litteeken»
van den oorlog aan 't verdwijnen zijn.
„Ik twijfel er aau, of er in de ge
schiedenis wel een merkwaardiger
schouwspel is, dan dat van die twee
volken Boer en Brit die kort ge
leden elkaar verbitterd «n moordda
dig bevochten, en nu de veeten van
het verleden begraven en zich veree
nigen in trouwe en hartelijke aanhan
kelijkheid aan denzelfden vorst en
samen vrije, rechtvaardige en vrijzin
nige grondslagen voor een gemeen
schappelijk nationaal leveoa leggen.
Grot is de toovermacht van vrije in
stellingen, gelijk onze heele geschie
denis toont."
Wij zouden den minister met eeni
ge variatie willen nazeggen „groot
is de toovermacht, die van nieuwe be
lastingen uitgaat." Wie T niet
looft, moet naar 't land onzer Ooster
buren kekenx want die maken er
weer
EEN F1NANCIEELE CRISIS
door. De begrooting voor 1909 sloot
met een te kort van 500 millioen
mark. Toen is een belasting-hervor
ming elke belasting-hervorming is
óók een belasting-verhooging
aangenomen, die in dat te kort zou
voorzien. Letwel: zoul Na opoffe
ring van het Von Biilow-blok heeft de
Rijksdag een stel verhoogde belasting
op verschillende artikelen in 't leven
geroepen. Meer betalen voor bier, lu
cifers, sigaren, enz., enz.
Wat blijkt nu De Staat eisclit
maar.... 't blijft toch de belasting
betaler die geeft. Nu deze artike
len zoo duur geworden zijn, hebben
velen zich 't genot geheel of ten deele
ontzegd, met het natuurlijke gevolg,
dat er van een meerdere belasting-op
brengst weinig sprake is. Men heeft
dus den burgers veel displezier be
zorgd, engeen financieele hervor
ming verkregen.
De bogrooting voor 1910 wijst dan
ook weer
KEN TEKORT VAN 542 MILLIOEN
MARK
aan. Groote ontsteltenis I Weer nieu
we belastingen We weten 1 nog
niet, maar er is een gerucht, dat de
regeering dit tekort wil dekken door
eenleening 't Ia niet onze roe
ping, de staatkunde van onze Ooster
buren te critiseeren, maar bijzonder
veel staatsbeleid zien we toch niet in
deze oplossing. Zoo zou de schuld van
Duitsehland weer met een half mill
iard vermeerderd en het totaal
5.000.000.000 MARK SCHULD
worden. Reken eens uit, hoeveel aflos
sing en rente daarvoor elk Jaar noo-
dig ia Millioenen en nog eens mil-
lioenen allemaal weggeworpen geld..
Hoe Duitschland zoo in de misère
gekomen is 't Antwoord kan kort
zijn door de
OPDRIJVING DER UITGAVEN VOOR
LEGER EN VLOOT.
Menige ziekte kan eerst genezen,
wanneer de oorzaak der kwaal wordt
weggenomen. Zoo schijnt 't ons ook
in deze toe.
O na Maar blijkbaar niet de Duit-
sche regeering, want voor 1910 wor
den weer verhoogde credieten voor le
ger en vloot gevraagd.
Hierin zal wellicht geen gezonde
verbetering komen, vóórdat 't
WANTROUWEN TUSSCHEN
DE VOLKEREN
zal verdwijnen. Over 't bestaan daar
van is weer een sterk staaltje te ver
tellen. Tijdens den Russisch-Japan-
schen oorlog had het bekende Dog-
gersbank-incident plaats en werd ge
vreesd voor een oorlog tusschen En
geland en Rusland. Nu is dezer dagen
bij wijze van „onthulling" gemeld,
dat Engeland toen ook hang was voor
een vriendschap tusschen Rusland
en Duitschland en bij wijze van voor
zorg Engelsche onderzee-booten bij
Heigo-land had laten manoeuvreeren,
om elk Duiisch oorlogsschip, dat zou
uitloopen, in den grond te boren.
Eenige Duitschè bladen hebben
DIT ZONDERLINGE
VERTELSELTJE
dadelijk als onwaar gebrandmerkt.
Nu komt de officieuse Kölnische Zel-
tung met een besliste tegenspraak,
't Blad schrijft, dat het bewijs van de
onmogelijkheid van de bewering ge
makkelijk te leveren is. De Engelsche
onderzeesche booten uit dien tijd wa
ren voor de kustverdediging bestemd
en konden niet meer steenkolen mee
voeren dan voor een reis van 250
K.M. Ergo konden zij onmogelijk zoo
ver van huis gaan en dagen lang in
volle zee de wacht houden, zonder
hun kolenvoorraad aan te vullen.
Tusschen de bondgenooten Duitsch
land en Oostenrijk-Hongarije is de
verstandhouding heel wat vriend-
schappelijker. Dit blijkt nu weer bij t
bezoek van
DEN OOSTENRDKSCHEN TROON
OPVOLGER IN DUITSCHLAND.
waar hij de gast ia van den Keizer
en overal hartelijk ontvangen wordt.
Over
DEN TOESTAND IN SPANJE
wordt niet veel meer geschreven. Uit
enkele verspreide berichten blijkt
evenwel, dat het ministerie Moret er
op uit is, om te trachten de gemoe
deren der betoogers tegen de vorige
regeering te kalmeeren.
Zoo hebben bijv. de vrienden van
Ferrer, die naar Teruel verbannen
waren, reeds verlof gekregen om we
der naar Barcelona terug te keeren en
tevens is hun medegedeeld, dat zij
niet meer onder politie-toezicht staan.
José Ferrer, de broeder van Fran
cisco, en de anarchist Anselmo Lo
renzo zijn met hunne gezinnen weder
naar Barcelona teruggekeerd en Emi-
liano Iglesias, de directeur van de
„Progreso", die in hechtenis was in
de Calcel Modelo is weder op vrije
voeten gesteld.
Met de
GRIEKSCHE MUITERIJ
is men nog niet zoo ver gekomen. Nog
altijd zit men daar te peinzen over
vraag, welke straf men aan Typaldus
en eenige der hoofdleiders der muite
rij zal geven.
Typaldus kan
TER DOOD VEROORDEELD
worden wijl zijn oproer den dood van
menschen tengevolge heeft gehad. In
dien men hem voor een jury en niet
voor een krijgsraad laat terechtstaan,
dan geschiedt zulks ten einde te ver
hinderen, dat hij geoordeeld wordt
door persoonlijke vijanden. Doch ook
de jury heeft de vrijheid om hem te
veroordeelen ter dood.
Maar of men 't zoo ver tal laten
komen Er zijn goedingelichten, die
dan nieuwe ongeregeldheden In Grie
kenland vreezen.
Gisteren zijn In
DE ZAAK-STEINHEIL
de laatste getuigen ook décharge ge
hoord Eenige familieleden der be
klaagde zeiden, dat ze veel van haar
moeder hield.
Zonderlinge getuigenissen Een
vroegere verloofde der beklaagde, die
haar in 1885 gekend heeft, zei nu (na
24 jaren I) dat hij haar niet tot een
misdaad In staat achtte. Een andere
getuige zeimadame was een bewon-
deringswaardige goede moeder, een
onberispelijke dochter, aan wie onkel
een energieke echtgenoot ontbrak.
W ie zegt het dezen getuige na
Na het getuigenverhoor deelde de
president mee, dat hij als resultaat
der debatten aan de jury de vraag van
het
MEDEPLICHTIG OF NIET
MEDEPLICHTIG
zal voorleggen (beweging in de rechts
zaal).
Hierna nam de advocaat-generaal,
de heer Trouard-Riolle, zijn
REQUISITOIR.
Hij begon langzaam te spreken,
werd daarna scherper, heftiger, „bij
tend" en aanvallend.
Eerst maakte hij duidelijk, dat de
beklaagde in haar jeugd al leugen
achtig en ook lichtzinnig was. Als ge
trouwde vrouw was haar gedrag en
haar houding tegenover haren echtge
noot schandelijk en stuitend.
Dat de buitenwereld dit alles niet
wist, lag aan haar talent voor vein
zen en dubbelzinnigheid die ter te
rechtzitting nog duidelijk gebleken
zijn. Eind 1907 had haar rijke kennis
m'nheer Chouanard met haar gebro
ken. Een moeilijk financieel oogen-
blik was aangebroken. Toen kwam de
kennismaking met den heer Borderel.
Deze was oprecht,'schatrijk, naïef en
gevleid. Borderel had niet gezegd, dat
hij nooit hertrouwen wilde, maar
niet voor zeven of acht jaar. De ver
overing van Borderel werd het doel
van haar leven. Zij wist dat echt
scheiding niet helpen zou, daar Bor
derel nooit met een gescheiden vrouw
zou trouwen. De advocaat-generaal
wil niet volhouden, dat beklaagde
haar moeder heeft willen dooden en
laat de beschuldiging van moeder
moord varen. Hij wil niet verder gaan
dan zijn geweten hem toelaat, maar
hij is overtuigd,
DAT ZIJ HAAR MAN GEDOOD
HEEFT.
Hij geeft de volgende constructie
van de misdaadDe moordenaars,
zijnde beklaagde met een of meer me
deplichtigen, wilden mevrouw Japy
niet dooden. maar ook vastbinden. Ze
waren hiermee bezig, toen Steinheil
gerucht hoorde en aankwamhij
werd gedood. Mevrouw Japy stierf,
hetzij door schrik, hetzij door het
binden en de wattenprop, hetzij door
de medeplichtigen.
Heden zal de advocaat-generaal de
gronden dezer voorstellin guiteenzet-
ten.
Morgen, Zaterdag, kan dan de ver
dediger aan het woord komen en in
den nacht van Zaterdag op Zondag is
'T VONNIS TE VERWACHTEN.
Uit Rome komt do tijding, dat de
trein van Trivoli is gederailleerd. On
geveer 30 menschen zijn gekwetst.
Stadsnieuws
De Pools treken.
Gisteravond hield de lieer F. G.
Geerling een lezing i nde Schouw
burgzaal van de Kroon over de ver
overing der Noord- en Zuidpool.
Dit actueele onderwerp werd door
het publiek, grootendeels uit scholie
ren bestaande, met aandacht gevolgd
en vooral de talrijke lichtbeelden, die
het gesprokene illustreerden, zullen
wel In den smaak gevallen zijn. Ach
tereenvolgens werden de verschillen
de Noordpooltochten behandeld,
waarvan de rij door Willem Barendz
in 1596 geopend werd. Deze overleed
op zijn tocht aan scheurbuik, een
volg van voor die streken verkeerde
voeding; de tegenwoordige reizigers
voeden zich als de daar wonende Es
kimo's doen.
Over de zeden en gewoonten van
deze laatsten werd veel eigenaardigs
meegedeeld. Nadat de resultaten,
verkregen door de verschillende
Noordpoolreizigers, waren in het
licht gesteld, kwamen ten slotte Cook
en Peary aan de beurt. Uitvoerig wer
den de moeilijkheden voorgesteld,
waarmee deze zeggen te kampen U
hebben gehad. Voordat zij de pool,
volgens hun zeggen, bereikt hadden,
Peary bleek de man te zijn, die vele
jaren van zijn leven besteed heeft,
om zijn ideaal, de Noordpool te be
reiken. Wanneer Cook niet met bete
re bewijzen voor den dag kan ko
men, zal hij het tegen hem moeten
afleggen. Ondertusschen zal niet met
zekerheid bewezen kunnen worden^
dat zij er geweestzijn, tenzij andere
reizigers overblijfselen van hun
tocht op de Noordpool vinden.
Daarna kwam Shackleton, de held
van de Zuidpool, aan de beurt. Ook
deze heeft met ontzettende moeilijk
heden te kampen gehad, om te nado
ren tot 97 geographisehe mijlen va*
de Zuidpool. Een beeld werd opgo
hangen van de natuur in die stro-
ken. In tegenstelling met de Noord
pool vindt men er vele vulkanen.
De groote resultaten, dit jaar ver
kregen, hebben de aantrekkings
kracht, die de polen op den mensch
uitoefenen, niet verminderd. Zoo
wordt in Engeland een nieuwe aan
val op de Zuidpool en een nieuwe
tocht naair de Noordpool voorbereid,
maar thans op moderne wijze: per
bestuurbaar luchtschip.
ORGELBESPELING
in de Groote of St. Bavokerk te Haar
lem, op Dinsdag 16 November 1909,
des namiddags van 1 tot 2 uur, door
den heer W. Ezerman.
Programma
No. 1. Prélude et Fugue, C. Saint-
Saèus.
No. 2. (Jhoralfantasie Na 2, Fr-
Lux.
No. 3. Sonate Na 3, Mendelssohn.
a. Con moto maestoso.
b. Andante tranquiilo.
No. 4. Marsch uit „Jephta", Han
del.
No. 5. Aria „Und ob die Wolke",
Weber.
DE BRUSSELSCHE TENTOON
STELLING EN NEDERLAND.
In verband met bovenstaand onder
werp door den heer Leo Meert uit
België alhier te behandelen, b/en-
ge wij even in de herinneriug vod on
ze lezers terug de zoo goed geslaagd»
tentoonstelling door zijn Vereeniguig,
het Viaamsch Handelsverbond, te
Antwerpen ingericht bij gelegenheid
van het bezoek door Prins Albert aan
die stad gebracht, toen hij terugkwam
uit het Congogebied;
Die tentoonstelling was van het
Nederiandsche boek van nu en vroe
ger en deed de Fronsche Pars o.a.
zeggen:
„Les mLUiers d'ouvrages, doat une
quantité de grand prix, excitant l'é-
tonnement des nonibreux visiteurs.
Vrainient c'est uue révéiation. Mon
sieur Leo Meert et ses collaborateurs
ont été vivement félicités par les au
torités. Son initiative mérite ie plus
gt ond éloge."
(La Flandre libérale, 15 Aoüt 1909).
„L'Etoile Beige," noemt die ten
toonstelling „fort intéressant." La
Métropole Elle montre aussi trés élo-
quemment le róle joué par le Neer-
iandais dans lo monde et celui que
la langue Flarnande y tient encore.
Telle est notamment cette mappe-
monde (er hing een wereldkaart waar
eik plekje op stond waar Netler-
landsch gesproken werd), qui iudi-
que les eudroits de la terre, beaucoup
plus nombreux qu'on se l'imagine A
Bruxelles, ou l'on parle Flamand,
telle est encore cette admirable col
lection des journaux Flamands pu
bliés en dehors de 1'Europe... au nora-
bre de cent quatre vingt quatre. Co
la n'en dit il pas plus long que beau-
coup de discours"?
Een verzameling van een kleine 200
Nederiandsche kranten van buiten
Europa!
Zie daar het werk waartoe Leo
Meert het initiatief nam. Is het dan
wonder, dat het A. N. V. hem ver
zoekt ook eens hier te komen, om ons
wat van 'zijn geestdrift te geven?
26)
door
E. W. hornuB j
Dat vooruitzicht beklemde mij zoo
als niets anders het had kunnen doen;
zelfs kwam er een gevoel van verlich
ting- over mij, na de doodsangsten,
die er aan vooraf gegaan waren, toen
plotseling gerucht op de trap, tikken
aan mijn deur, en hot gevoel dat ik
mijzelf al verraden had dat zelfs
nu alles voorbij was mij op het
ergste voorbereidde.
Ik smeet de deur open, en daar
Blond juffrouw Braithwaite, heele-
maal aangekleed, evenals Ik.
Is u niet wel, mijnheer
Neen, dat ben ik niet.
Wart scheelt er aan
Deze tweede vraag klouk ruw en
,vol achterdochtde ware aard
;kwam er in uit, en de uitwerking
daarvan op mij was verbazingwek
kend nog eens voelde ik mij geïnspi
reerd om mijn misslag tot eigen voor
deel aan te wenden.
Wat er aan scheelt riep Ik
uit. Ivan u dat niet zien Kon u
dat niet zien toen ik thuis kwam Ik
kwam dronken thuis, en nu hen ik
gek. Ik kan het niet verdragen; mijn
toestand is er niet naar. Weet u niets
van mij Hebben zij u niets van mij
verteld Ik ben do eenige man, die
geréd werd van de „Lady Jermyn",
het schip dat op zee met man en
muis verbrandde, behalve mij. Mijn
zenuwen zijn nog hevig geschokt. Ik
kwam hierheen om vrede en rust en
slaap. 'Weet u, dat ik twee maanden
lang nauwelijks geslapen heb En
uu zal ik nooit weer slapen I O, o
ik zal sterven uit behoefte aan slaap!
De wijn heeft het gedaan. Ik had
nooit een druppel moeten drinken. Ik
kan het niet verdragen ik kan daar
na niert slapen ik zal sterven als ik
geen slaap krijg Hoor je dat goed,
vrouw Ik zal mij zelf hier in uw
huis om het leven brengen als ik geen
slaap krijg
licks als zij was, zag ik haar toch
ineenkrimpen. Ik zwaaide met mijn
armen en schreeuwde aan haar
ooren Het was niet alleen oomédie-
spel. Ik zelf weet, hoe waar het
was, wat ik omtrent den slaap ver
telde.
Ik was bezig langzaam te sterven
tengevolge van slapeloosheid. Ik was
een zenuwachtig wrak van een
mensch. Zij moest het gehoord heb
ben. Nu zag zij het zelf.
Neen het was stellig nfert alleen
comédiespeL Met liet plan niets an
ders te doen dan te liegen, kwam ik
tot de ontdekking, dat ik bijna niets
anders vertelde dan de strikte waar
heid, dat ik zoo hartstochtelijk naar
slaap verlangde, alsof ik niets had om
mij wakker te houden.
En toch, terwijl mijn hart lot
berstens toe vol was en mijn zenu
wen verlichting vonden in deze on
doordachte ontboezeming, was ik
voortdurend bezig op te letten, welk
effect mijn woorden hadden, alsof ear
geen woord van gemeend was.
Juffrouw Braithwaite scheen ont
steld, en volstrekt geen medelijden te
hebben toen ik lot bedaren kwam,
vatte zij weer moed en werd brutaal.
Ik had haar nachtrust bedolven. Men
had haar niet gezegd, dat zij con
krankzinnige in huis kreeg. Zij zou
morgenochtend daarover spreken met
Squire Rattray.
Morgen schreeuwde ik haar
na, terwijl zij heenging. Stuur uw
echtgenoot naar den eersten den bes
ten apotheker, zoodra het dag wordt;
laat hem chloraal, chloroform, mor
phine of iets anders halen en zooveel
als hij krijgen kan. Ik zal u zestig
gulden geven, als ge kunt krijgen wat
ik vraag, om morgen den geheolen
dag en morgenavond te kunnen slo
pen
Nooit, daarvan ben ik overtuigd,
waren waarheid en leugen zoo in
elkaar geweven geweesttoch had Ik
er niert over gedacht, voordat de
yrouw aan mijn deur verscheen. Het
was snel in mij opgekomen, en de
woorden waren van mijn lippen ge
stroomd.
En nauwelijks was ik alleen, of ik
barstte in een zenuwachtig schreien
uit, alleen om nog meer toe te geven
aan de stemming, waarin ik mijzelf
al pratend gebracht had 1
Tegen den morgen ging ik met een
brandende koorts op bed liggen nu
eens mij zelf daarmee gelukwen-
schend, omdat zij tegen den avond
zouden denken, dat ik volkomen vei
lig was dan weer schreiend omdat
ik nu vanavond misschien stervend
of dood zou zijn.
Zoo tobde ik voort met haar briefje
onder de dekens in mijn hand ge
klemd en onder mijn lichaam lag
het uitstekende wapen, dat ik in de
stad had gekocht. Misschien zou ik
het niert noodig hebben, maar ik was
fatalist genoeg om te veronderstellen,
dat dit wel het geval zou zijn. Intus-
schen hielp het mij om stil te blijven
liggen, mijn gedachten op den avond
gevestigd, en de dag zou misschien
toch nog gemakkelijk voor mij voor
bijgaan.
Als ik maar had kunnen slapen I
Omstreeks negen uur bracht Jane
Brahiiwaite mij een kort bezoek in
een half uur was zij terug met thee
en geroosterd brood en een veran
derd gezicht. Zij maakte niet alleen
vuur voor mij aan, maar behandelde
mij intusschen precies zooals ln het
eerst, beschaafd en met respect
Haar veranderde wijze van doen
was spoedig geen raadsel meer voor
mij ik meende Jane Braithwaite te
begrijpen. Het was haar langzamer
hand duidelijk geworden, dat Rattray
mij niet meer gevaarlijk vond. en met
mij had afgedaan, daarom was het
ook onnoodig zich nog langer over
mij hoos te maken.
Toen zij mij 's morgens werkelijk
ziek vond ging zij in groote haast
naar Kirby Hall haar volgende at
tenties waren een daad van gehoor
zaamheid, en nu kwam ook Rattray
zelf mij bezoeken.
HOOFDSTUK XIIL
De langste dag van mijn
leven.
De jonden zag er zoo ontsteld en
opgewonden uit, was zoo hoffelijk en
toch zoo vrij, dat ik zelfs nu niet met
zooveel minachting over hem kon
denken als de arme Eva deed. Een
schurk mocht hij zijn, maar zeker
toch niet zoon verachtelijke scha
vuit als waarvoor zij hem had uitge
maakt. Toch had hij zloh minnetjes
tegenover mij gedragen en nu was
ik verplicht zijn vriendelijke, valsche
schurkenhand ln de mijne te nemen.
Arme, beste kerel. riep hü
uit, het spijt rnlj, u hier zoo te
moeten vinden. Maar ik was er gis
teravond al bang voor Het is niets
.anders dan die zware lucht hier t
lioe verlangde ik er naar hom te
vertollen, wat het was en zijn gelaat
daarbij gade to slaan De gedachte
aan Eva alleen hield mij terug, en ik
antwoordde evenals te voren op een
toon, dien ik zoo vriendelijk mogelijk
trachtte te maken, dat het zijn kracl
tige wijn was en niets anders.
Maar u heeft er nauwelijks va*
gebruikt.
Ik had geen druppel moeten he
men. Ik kan het niet verdragen. In-
plaats van mij tot bedaren te brengen
windt wijn mij tot krankzinnig wor
den® toe op. Ik ben bijna aan den
rand van den afgrond uit behoefte
aan slaap mijn grootste ramp sinds
DE ramp.
Weer sprak ik de letterlijke waar
heid, en weer feliciteerde ik mijzelf,
alsof het een leugen was de kerel
lieek mij zoo vol medelijden aan, dat
ik werkelijk geloof, dat zijn angst
even oprecht was als de mijne, cn
zijn gevoelens even ingewikkeld.
Hij nam mijn hand weer en fronste t
de wenkbrauwen, omdat zij zoo bran
dend heet was. Hij vroeg naar mijn
andere hand, om mij den pols te voe
len.
Ik moest het briefje loslaten, om
daaraan te voldoen.
(Wordt vervolgd}.