HAARLEM'S DAGBLAD. TWEEDE BLAD. Bnitenlaodscfa Overzicht Stadsnieuws Uit de Omstreken Binnenland FEUILLETON Het Vergaan van de „Lady Jermyn." MAANDAG 6 DEOEMBEB 1900 Reeds meermalen hebben we er, in die laatste weken o. a. nog bij de vermoording van prins Ito door een verwoeden Koreaan op gewezen, dat 't IN 'T VERRE OOSTEN niet goed gaat. Wat 't is, viel niet te zeggen, maar dat er iets broeide was zeker. Dit blijkt ook thans uit het feit, dat de Chineesche regeering aan de verschillende buitenlandsche legaties een circulaire gezonden heeft, waarin geprotesteerd wordt tegen de jongste Russische kennisgeving over de rech ten der nederzettingen in de Russi sche spoorweg-zones in Mandsjoerije. Het optreden van Rusland wordt oen schending van het verdrag van Portsmouth genoemd, alsook van de Russisch-Chineesche overeenkomst, gesloten den tienden Mei, waarbij het optreden der regeering in de Russi sche zones geregeld werd. Nu treft 't eigenaardig confereeren fusschen Rusland en Japan. Men krijgt zoo den indruk, dat deze rijken met elkaar Mandsjoerije verdeelen, zonder te vragenwat behoort aan China Dat 't op den een of anderen dag tot een nieuwe uitbarsting In 't verre Oosten zal komen, lijkt wel waar schijnlijk. Dat 't dan niet alleen tus schen Rusland en Japan zal gaan, maar dat ook China zal optreden is eveneens aannemelijk. Onze wereld schijnt 't ook moeilijk zonder wapengeweld te kunnen stel len Gelukkig blijkt DE MAROKKAANSCHE OORLOG nu vrijwel tot 't verledene te behoo- ron. De Spaansche regeering heeft be sloten 4000 man uit Marokko te iaten terugkomen, wat wel op een beëindi ging van het vechten duidt. Tegenover dit gelukkige teeken staat er ook weer een ongelukkig. In de BETWISTE TURKSCH-PERZISCHE ZONE fijn de Turksche troepen met de on geregelde Perzische troepen aan het vechten. Wel is Zaterdag gemeld, dat de Turksche ministerraad besloten had, aan de 'lurksche troepen te beve len de opmarsch niet voort té zetten, maar nu bericht een ander telegram, dat Turkije weigert 't reeds bezette ge deelte van dit betwiste gebied weer te ontruimen. Tot een oorlog tusschen Turkije en Perzië zal 't wel niet komen, want Perzié heeft na de revolutie-stormen geen geregeld leger meer overgehou den. Misschien is dat nu maar geluk kig 1 DB POLITIEKE OORLOG IN ENGELAND. begint eerst goed, nu de verkiezings strijd is ingeluid. De liberalen zijn begonnen met de 'mééting, waarin de minister van fi nanciën Lloyd George sprak. Van de ze rede gaven we Zaterdag reeds een overzicht. Alleen willen we dan ook nog den nadruk leggen op een kernachtige uitspraak van den schat- kistmeester. Hij zei o. a. woordelijk ,,Ik zal er voor bedanken ooit weer in eenig liberaal Kabinet zitting te nemen, dat niet de zekerheid ver schaft dat wetsvoorstellen door het Lagerhuis aangenomen gedurende de zitting van een bepaald parlement wet zuilen worden, hetzij dan met of zon der toeslemming van het Hoogerhuis. De wil der Lagerhuis-leden moet zege pralen". Ook aan den anderen kant is men al begonnen. Lord Lansdowne, de voorsteller en verdediger van de be kende motie in het Hoogerhuis, heeft te Plymouth een redevoering gehou den, waarin hij betoogde, dat de ko mende strijd zal loopen over twee hoofdquaestiesbegrooting tegen ta riefhervorming en één-Kamer-regee- ring tegen twee-Kamer-regeering. Dat het Hoogerhuis gebreken heeft, erkende de Lord, maar de tegenwoor dige regeering wil blijkbaar die gebre ken niet wegnemen, want de commis sie, die plannen tot verbetering zou ontwerpen, is door de regeering steeds genegeerd. De reden daarvoor ligt voor de hand, hoe meer men het Hoo gerhuis verbetert, hoe sterker het wordt. Onze houding (zoo vervolgde Lord Lansdowne) is verstandiger en meer in overeenstemming met de grondwet dan die der regeering. Wij beweren, dat het Hoogerhuis strijdt voor de rechten van het volk en voor een van de kostbaarste voorrechten van dat volk, nl. voor het recht van de natie om "ehoord te worden, wanneer diep ingrijpende wijzigingen ln de wetgeving worden gebracht. Zaterdagmiddag Is te Londen op 't Trafalgarplein een GROOTE BETOOGING TEGEN T HOOGERHUIS gehouden. De meeting was wel druk bezocht, maar er heerschte blijkbaar niet overmatig veel geestdrift. De meeste levendigheid werd nog veroor zaakt door stemrechtvrouwen, die trachtten de bijeenkomst ln de war te sturen, doch het lukte haar niet de orde te verstoren. Nadat eenige volksleiders toespra ken hadden gehouden, waarin de hou ding van het Hoogerhuis werd gehe keld, en nadat de volksliederen gezon gen weren, werd een tegen het Hoo gerhuis gerichte motie met algemeene stemmen onder gejuich aangenomen verklaard, DE OOSTENRUKSCHE KAMER is begonnen met de behandeling der voorloopige begrooting. Er is een soort wapenstilstand tot stand geko men nadat 'n commissie was benoemd belast met het onderzoek van alle na tionale quaesties. De oorlog is daar mede weliswaar nog niet geëindigd, maar er kan nu toch het een en ander afgedaan worden, hetgeen tn den laatsten tijd, ten gevolge van de ob structie niet mogelijk was. Dat nu ech ter de begrooting werkelijk afgehan deld zal worden, staat nog alles be halve vast, maar er kan thans ten minste niet meer worden beweerd, dat de Kamer niet meer arbeidt en dat zij dus verdaagd of ontbonden be>- hoort te worden. En intusschen beraadslagen de par tijleiders buiten de regeering om, hoe de crisis opgelost kan worden en ver deelen onderling de minister-porte feuilles 1 DE WOELINGEN IN GRIEKENLAND Een journalist heeft een onderhoud gehad met den koning van Grieken land. Z. M. zou o. a. gezegd hebben Ik ben koning en vader. Het volk is mijn pleegkind. Als vader en als ko ning heb ik geleden. De maatregelen tegen de prinsen moet ik beschouwen ais het resultaat van een tijdelijke ontstemming, als het gevolg van de al gemeene ontevredenheid, gewekt door de teleurstelling over den loop van zaken op Kreta. Men had er op gere kend, door meerdere energie, door toevoor van nieuw bloed aan de heer- schende onbehagelijkheid een einde te maken door verwezenlijking van een langgekoesterde hoop. Kreta werd evenwei niet bij Griekenland gevoegd en toen werd naar iemand gezocht, aan wien men zijn wrok kon koelen over de begane fouten en de onder vonden teleurstelling. Dat heeft aan leiding gegeven tot de militaire bewe ging. Het komt mij nu het verstan digst voor hen, die daaraan deel heb ben genomen, de straf kwijt te schel den. 438 ARRESTATIES, Te Kief in Rusland hebben op groote schaal arrestaties plaats gehad. Meer dan 500 politie-agenten zijn doende geweest met huiszoekingen en 438 personen zijn in hechtenis genomen. Ook in de omgeving van Kief is de po. litie Ln de weer geweest82 personen zijn daar in hechtenis genomen. STORM IN HET BUITENLAND. Nog heviger dan in ons land, heeft de storm in Engeland en in 't Kanaal gewoed en ook veel schade veroor zaakt. De stoomboot van Ostende op Dover had 8 uren noodig voor den overtocht. Een aantal kleine vaartui gen strandde op verschillende plaat sen, de „Ellan Vannin" die verbin ding onderhoudt tusschen Liverpool eu het eiland Man, is spoorloos ver dwenen en wordt als verloren be schouwd. Ook andere landen hebben hun deel van den storm gekregen. Uit ver schillende plaatsen van Duitschland komen berichten over zeerampen, waarbij helaas ook menschen zijn om gekomen. Op de Sohelde was het eveneens buitengewoon onstuimig. Drie Engelsche schepen en een schip, waarvan de naam nog niet bekend is, strandden aan de Belgische kust. Te Brussel stortte een huis van twee ver. diepingen in. Ook in Frankrijk en op de Fransche kust heeft de storm hevig huisgehou den, de bladen maken melding van reeksen ongelukken zoowel te land als ter zee. STUKKEN VAN DEN RAAD. B. en W. stellen voor aan den heer C. G. Koen 227 1/2 vlerk. M. grond aan de Zuidzijde der Tempelieretiraat in koop af te staan voor f 13 per vlerk. Meter. B. en W. stellen voor aan den heer A. Visser vergunning te verleenen gedurende 6 maanden een buis van 30 cM. te mogen leggen door den Spaarndammex weg tegen een recog nitie van f 2.50, in verband met de plannen tot ophooging van de bouw terreinen van de Binnenl. Expl. Mij. ten zuiden van het Spaansche vaartje door opspuiting. B. en W. stellen voor aan de di rectie van de bierbrouwerij en ijsfa briek ,,'t Spaarne", voorheen L. Al- lard afwijking te verleenen van art, 7o der Bouwverordening ten behoeve van een bijbouw op terrein kad. sec tie K, no. 1283 aan het Zuider Bui te a- Spaarne. B. en W. bevelen als leeraar in plant- en dierkunde aan de H. B. S. met 3-jarigen cursus en de Handels school met 2-jarigen cursus aan den heer A. Meilink te Amsterdam, leer aar aan de Rijkskweekschool alhier tegen een belooning van f 2.50 per wekelijksch gegeven lesuur. Hoewel voor deze betrekking sol licitanten xijn opgeroepen is het B, en W. niet mogelijk de gevorderde aanbevelingslijst van benoembaren in te dienen. GEMEENTERAAD. Vergadering van den Raad der meente Haarlem op Woensdag 8 De cember 1909, des namiddags ten 1 1/2 u/re, in de Statenzaal (Prinsenhof). De volgende zaken zullen aan de orde worden gesteld: 1. Mededeelingen en ingekomen stukken. 2. Onderzoek geloofsbrief nieuw in komend lid. 3. Voorstel B. en W. vaststelling staat betaling uit onvoorziene uitga ven, dienst 1909, met advies Comm. Bijstand gemeentefinanciën. 4. Id. id. goedkeuring rekening en verantwoording Bank van Leening, dienst 1908/1909. 5. Id. id. onderhandse he verpach ting buffet sl Big ersgezoilenl okaal Openbaar Slachthuis. 6. Id. ld. onderhandsche aanbeste ding werken Opleidingsschool voor jongens. 7. Id. id. vaststelling staat te vel len boomen, 8. Id. id wijziging stemdistricten in kiesdistrict I, enz r 9. Id. ld. wijziging verordening ont slag ambtenaren wegens leeftijd. 10. Id. id. aanvulling reglement H. B. school met 3-j. cursus en daaraan verbanden Handelsschool met 2-j. cur sus. 11. Id. id. verzoekschrift Bestuur afd. Haarlem Kon. Nederl. Weer- baarheidsvereeniging, gebruik lokaal H. B. School Zijlvest. 12. Id .id. overneming van voor straten en pleinen bestemde gronden ten zuiden Amsterdamsche Vaart, van F. L. Oostenbroek. 13. Id. id. verzoekschrift Bierbrou werij en Ijsfabriek ,,'t Spaarne", af wijking art. 7, la, Bouwverordening, bijbouw fabriek Zuider Buiten- Spa arne. 14. Id. id. G. N. Visser e.a., bestrating en verlichting Nieuwe Kruisstraat. 15. Id. id. vergunning aan A. Vis ser, hebben buis in Spaarnd. Weg. 16. Id. id. verhuring grond Open baar Slachthuis aan R. Ewouds Jr. 17. Id. id. verhuring grond Veer- polder aan Droste en Co. 18. Id. id. intrekking Raadsbesluit d.d. 14 Juli 1909 No. 14. 19. Id. id. verkoop grond Van Ee denstraat aan Dr. G. E. A. Broese van Groenou. 20. Id. id. id. aan Naaml. Vennoot schap Arbeid Adelt. 21. Id. id. id. aan id. 22. I<L id, verkoop grond Tempe liersstraat aan C. G. Koen. 23. Id. ld. vaststelling verordening, regelende den rang, het getal en de bezoldiging der ambtenaren bij den dienst der Openbare Werken. 24. Id. id. id. der ambtenaren bij de gemeentelijke duinwaterleiding. 25. Aanbeveling Commissarissen Stads-Apotlieek, l>enoemiug 2 com missarissen. 26. ld. Commissie van toezicht Mu seum, benoeming lid. 27. Id. B. en W. benoeming lid Commissie C. tot wering van school verzuim. 28. Id. id. benoeming loeraair plant en dierkunde H. B. School met 8-j- cursus. 29. Voordracht id. benoeming on derwijzer school no. 6. ACCIJNS GEDISTILLEERD. In de Staatscourant brengt de Mi nister van Financiën ter kennis van belanghebbenden, dat de wet van 4 December 1909, waarbij de accijns op het gedistilleerd wordt verhoogd van 63 tot f 90 per hectoliter van 50 pro cent, op 10 dezer zal worden afgekon digd .Staatsblad no. 375) en mitsdien kraclvtens art 8 op denzolfden dag in werking zal treden. Dientengevolge le ieder, dde bij den aanvang van den lOen December 1909 meer dan 25 liter gedistilleerd voor zichzelven of voor een ander in voorraad heeft, verplicht daarvan op dien dag of op den volgenden dag schriftelijk aangifte te doen ten kan tore van den ontvanger der accijn zen. Ieder die op of na 10 Dec. 1909 ge distilleerd inslaat, hetwelk voor dien dag hier te lande is verzonden, moet uiterlijk op den eerstvolgenden werk dag gelijke aangifte doen. De 1 li ervaren bedoelde aangiften moeten onderteekend zijn en, behalve de vermelding van den naam en de woonplaats van den aangever en van de hoeveelheid, soort eon sterkte van al het gedistilleerd, een nauwkeurige aanwijzing inhouden van de plaats waar het gedistilleerd in voorraad was o fin geslagen is. Het nalaten eener aangifte of het doen eener onjuiste of onvolledige aangifte is strafbaar. De ambtenaren der accijnzen zijn bevoegd om bin nen 14 dagen na het inwerking tre den der wet ook de panden, die ove rigens niet aan hun toezicht zijn on derworpen, met inachtneming van voorgeschreven vormen, tegen den wil dor bewoners of gebruikers bin nen te treden en er een onderzoek te doen naar de aanwezigheid van ge distilleerd. Alle gedistilleerd dat binnen dien tijd wordt aangebroffen, wordt, in dien niet het tegendeel aannemelijk wordt gemaakt, geacht reeds bij het in werking treden der wet ter zelfde plaatse aanwezig te zijn geweest. Al het vorenstaande betreft niet het gedistilleerd dat in voorraad is of in geslagen wordt in de entrepóts en in de panden waaraan het genot van doorloopend krediet voor den accijns is verbonden. Verdere inlichtingen kunnen wor den verkregen bij de ontvangers en andere ambtenaren der accijnzen. Rubriek voor Vragen Qeabonneerdeu hebben bet voorrech vragen op verecbilUnd gebied, mits voor beantwoording vatbaar, in te teaden bQ de Bedactic van Haarlem's Dagblad, Groote Houtstraat 58 Alle antwoorden worden geheel kosteioo» gegeven eu, yoor tooreal mogelijk la, den dag na de Inzending Aanvragen, die niet volledig naam en woonplaats van den ineender vermelden wordt geen aandachtgesehonken. VRAAG: Hoeveel moet iemand ver dienen om in de inkomstenbelasting te worden aangeslagen? ANTWOORD: Meer dan f 500 per jaar. VRAAG: Hoe oud moet iemand zijn om op de kweekschool voor machinis ten geplaatst te worden en hoeveel bedraagt het schoolgeld? ANTWOORD: Schrijf een briefje naar den heer Directeur der Kweek school voor machinisten te Amster dam, en sluit oen 5-cents-postzegel voor antwoord in. VRAAG: Wanneer had de moord op mevrouw v. d. Kouwen plaats? ANTWOORD: 13 December 1872. VRAAG: Kunt u mij ook zeggen, waar mijn zoon zich moet vervoegen om als koksjongen geplaatst te wor den op een trans-atlantischen stoo- mer? ANTWOORD: Wend u tot de firma W. Ruys en Zn., directeuren der Rot- terdamsche Lloyd te Rotterdam of tot de directie der Stoomvaartmaat schappij „Nederland", Prins Hen drikkade, 159160, Amsterdam. VRAAG: Als men iets een jaar en zes weken in hui eeft, mag men het dan verkoopen'? Het Is geen gevon den voorwerp. ANTWOORD: Neen, zeker niet. VRAAG. Twee oude echtelieden, van den P. G., met klein kapitaaltje, wenschten zich in een gesticht te koo- 'pen. Hoe is dat liet best te doen, en hoeveel geld is daarvoor noodigZij wonen buiten de gemeente en hebben geen kinderea. ANT WOORD. Op deze vraag kunnen wij zoo maar niet antwoor den, daar zijn meer gegevens voor noodig. Wend u eens tot den armen- opzichter, den heer Bouman. VRAAG. Wij hebben een hond van de straat opgenomen, die mijn moeder verkoopen wil, wat tegen mijn wil zijn zou. Is hier nog iets aan te doen ANTWOORD. Uwe ouders zijn toch baas in eigen huis. Aan hun ge- j hebt gij u te onderwerpen. Een vriendelijk verzoek aan uw moeder is het eenige, wat u past. BLOEMENDAAL. Vergadering van den Raad der ge meente Bloemendaal, te houden op Donderdag 9 December 1909, des na middags 2 uur. Agenda Punt 1. Ingekomen stukken. Punt 2. Vaststelling van een achter gevel rooilijn voor gronden aan den Bloemendaalscheweg en de Korte Kle verlaan. Punt 3. Aankoop van een strook grond aan den Bloomendaalscheweg. Punt 4. Doortrekking van de water leidingbuis, liggende in de Klever laan tot aan de Delft Punt 5. Aankoop van grond voor een klaringsdnrichting te Overveen. Punt 6. Vaststelling der 3de supple- toire begrooting voor het dienstjaar 1909. Punt 7. Aangaan van een geldlee- ning. Punt 8. Voorstel om de perceelen, waarop zich bet tolhuis te Overveen bevindt, niet vorder in opstal af te staan. SLOTEN. Ged. Staten van Noord-Holland heb ben het uitbreidingsplan, zooals dat door den raad dier gemeente werd vastgesteld, goedgekeurd. Zooals bekend, bestond er van de zijde van Amsterdam nog al bezwaar tegen dit plan, vandaar vermoedelijk dat de goedkeuring van Gedeputeer den vrij lang op zich heeft laten wach ten. IJMUIDEN. ZESTIEN MENSCHEN GERED. Omtrent de wonderbare redding van zestien Fransche schipbreukelingen schrijft de „Tel."-correspondent na der Zaterdagmorgen hadden we een on derhoud met dén kapitein van het ge zonken stoomschip „Thïsbé", waar van de gezagvoerder, Pierre le Bitter, gehuwd en vader van 1 kind, wonen de te Caen, met zijn 15 schepelingen op zoo gelukkige wijze aan een wissen dood ontrukt zijn en met den schip per van de „Prima Vera'die met zijn equipage die gelukkige redding volbracht. We vernamen o. m., dat de mede- deeliag 15 mijl N.W. van Katwijk, in de haast gedaan, onjuist was. Het schip is gezonken 15 mijl N.W. ten Noorden van Scheveningen, op 13 vaam water. Tegen 3 uur in den middag, toen de „Prima Vera", wegens vliegend stormweer niet kunnende visscheo, met den kop op zee gestoken lag, zag men in de verte bij onduidelijk gt* zicht een stoomschip uit het Noord westen aankomen, met zware slag zijde over bakboord, dat voor da „Prima Vera" overging. Nauwolljk* gepasseerd, werd een witte vlag, mol zwart blok in den voortop, gehesch«a en daarna twee vlaggen in den ach- tertop, namelijk een witte vlag, met blauwe blokksn, en een gelo wimpeL met rooden bal. Schipper Jacob Stam, van de „Pri ma Vera", begreep daaruit, dat men in nood verkeerde en trachtte het stoomschip zoo dicht mogelijk te na deren, wat uiterst moei Ink ging, om dat, zooals later bleek, de rhlsbé" nog slechts door hard stoomen voor onmiddellijk zinken behoed bleef. Reeds was man bezig een boot uit te zetten en werd de bemanning door den schipper van den trawler beduitL dat zij moesten instappen, want dat hij het schip al meer en meer zag zin ken. Acht menschen, rr ^-er kondon or niet in, begaven zich ln de boot, die, na vol water geslagen te zijn, onder lij van den trawler kwam, zoodat men hun een lijn kon toewerpen, en de 8 mannen op den trawler werden ge sjord. Toen begaf zich een matroos van den trawler, Pieter Wanmer, in de boot, om die leeg te loozen, waar toe men hem met een lijn om het mid den had vastgebonden. Daarmede be zig. zag men de tweede scheepsboofc naderen. De eerste boot werd prijs gegeven, om de tweede te behouden. Na ontzag lijke moeite en lastig manoeuvreeren, kwam ook deze boot nabij, en men had reeds vijf menschen met moeite gered, toen de boot omsloeg. De twee overgeblevenen grepen een hun toe geworpen lijn en werd on ook binnen gehaald. Thans zag men het stoomschip .Thisbé", dot gestapt was, snel zin ken, en nauwelijks was de laatste man, de kapitein, uit het want ge sprongen, met een stuk hout, of het' schip zonk in de diepte weg. Enkele oogenblikken later zag men den kapi tein, op het stuk hout schrijlings ge zeten, alle mogelijke moeite doen bo ven water te blijven. Aan boord van den trawler werd nu de uiterste kracht ingespannen, ook dit leven te redden, wat eindelijk gelukte, door hem een lijn met reddingsboei toe te werpen. Nauwelijks aan boord, begaven hem de krachten en werd hem alle mogelijke hulp verleend, waardoor hij behouden bleef. Op onze vraag, waarom hij niet medegegaan was in de boot, omdat het toch roekeloos was alleen achter te blijven, antwoordde hij „Er was geen plaats meer voor mij, do boot was reeds overvol." Stellen we ons een oogenbltk het weer voor, vliegend stormweer uit het Noordwesten, met huizenhooge gol ven van ontembare kracht, dan kun nen we ons eenig denkbeeld vormen van deze wonderbaie redding. Ware de „Prima Vera" niet toeval lig ter plaatse geweest, de zeetien menschen waxen, zij erkenden hot volmondig, eeu prooi van de zee ge worden. Brengen we hier nog in herinne ring, dat door denzelfden stoomtraw ler, met gedeeltelijk dezelfde beman ning, in Februari van dit jaar 21 men schen werden gered van het Deensche stoomschip „Stanton", dat ook kort daarop gezonken is. Volgens meening van den sc-hipper van den trawler is de „Thisbé" ge- kapsijsd, zoodat het geen gevaar zal opleveren voor de groote vaart, doch des te meer voor de visscherij. AUDIËNTIES. Donderdag 9 December verleent dé minister van Oorlog en Woensdag 8 December de minister van Landbouw geen audiëntie. EERSTE KAMER. LANDWEERWET. Bij het afdeelingsonderzoek word de voldoening er over uitgesproken, dat deze herziening van de Landweer- wet, waardoor hoog noodige verbete ringen zullen worden aangebracht, reeds zoo kort na liet optreden van dezen Minister, de Eerste Kamer be reikt heeft. Men sprak hierbij den wensch uit, dat de minister niet zal talmen maatregelen te nemen om te voorzien in het gebrek aan kader en officieren bij de Landweer Van be- schouwingen over het blijvend ge deelte in verband met dit wetsont werp, wenschle men zich te onthou den na de mededeeling van den Minis ter in de Tweede Kamer, dat hij de door E. W. H o r n u n g. 16) Of h ij mij hoorde of niet, weet ik niet. Ik verliet hem, terwijl hij nog op zijn knieën lag en Eva haar gelaat in de handen verborgen hield. Het was eigenaardig weer in den kelder terug te komen, die een uur geleden een folterkamer voor mij was geweest. Even vóórdat ik hem verliet had hij een geheel andere beteekenis voor mij gekregen, maar nu ik er weer in was, kon ik alleen denken aan den man, die het eerste gebruik had ge maakt van den vouwstoel. De lantaarn stond nog op den vloer te branden. Daar lag de matras nog rnet een kuil er in, waar ik in mijn wanhoop en met den dood voor oogen was neergevallen. Dé kogel zat in den muurhij was stellig maar een haar breed langs mij gesnord. In den heek was het graf door Harris voor mijn lichaam gegraven. En Harris was dood. Eu Santos was dood. Maar het leven en de liefde waren mijn deel. Ik zou dat a'les weer hebben kun nen doormaken En plotseling verlangde ik er vurig naar weer naar de bibliotheek terug te gaan zoozeer dat ik maar even bij den ingang van den onderaardschen tunnel bleef staan niets dan een gat van vochtige bruine aarde een heel lage gewelfde opening door balken gesteund meer heb ik nooit gezien van de onderaardsche gang. die Kirby House met de zee verbond. Maar wie er nieuwsgierig naar is, kan haar tot op heden nog doorloopen op voor waarde van een flinke fooL Wat mijzelf betreft, ik keerde terug zooals ik gekomen was na een afwe zigheid van (laat ons zeggen) vijf mi nuten weer geheel vervuld van Eva en van een ongeduldig verlangen, dat do squire nu toch eindelijk mocht vluchten en mijn hart nog zingend van vreugde, waarvoor de vriendelijk heid van mijn uitverkorene een vol doende waarborg scheen te zijn. Arme egoïst 1 Moet ik u nog vertellen wat ik vond, toen ik die steile trap was opge- loopen naar de kamer waar ik hem op zijn knieën voor haar had achter gelaten Of kan u het raden Hij lag niet meer op zijn knieën, maar hield haar in zijn armen, en toen ik binnenkwam kuste hij haarde tranen van de vochtige, blozende wangen. Haar oogleden waren neer geslagen zij was bleek als de doode daarbuiten, zoo bleek, dat haar wenk brauwen abnormaal donker leken. Zoo, is dat de kwestie, zei ik heel kalm. Ik kan mijn stem hooren, ter wijl ik schrijf. Dadelijk lieten zij elkaar los. Rat tray staarde mij aan, toch zag ik, dat zijn oogen dof waren. Eva sloeg haar handen inéén en keek mij vast in het gelaat. Maar niemand sprak een woord. Bemint u hem zei ik streng. Een veeibeteekenend stilzwijgen. Schurk die hij isbarstte ik uit. En eindelijk sprak Eva Ik beminde hem, vóórdat hij er een werd, zei ze. Wij waren verloofd. Zij keek naar hem, terwijl hij met gevouwen armen en gebogen hoofd naast haar stond, het volgend oogen- blik stond zij met nieuwe tranen in de oogen vlak hij mij. Maar ik ging ach teruit, want ik had. genoeg gehad. Ivan u mij niet vergeven O, zeker. Kan u het begrijpen Volkomen, zei ik. U weet, u zei immers...r Ik heb zooveel gezegd i Ja maar ik bedoel dit Öat u mij genoeg beminde om mij op te geven. En die dwaze ik in mij die altijd onverbeterlijke ik verbeeldde zich dat zij verlangde naar een terugne men van die dappere woorden. r— Dat zei ik niet alleen, beweerde ik, maar ik meende ieder woord op recht. Toch moest ik mij omkeeren om haar niets von mijn verdriet te laten merken. Ik leunde met mijn elbogen op den smallen steenen schoorsteen mantel, die met den haard er onder en een kleinen spiegel er boven, de eenige afwisseling vormde van deze met boeken bezette vier muren. In den spiegel zag ik mijn gelaathet was gerimpeld, verwrongen, oud voor zijn tijd, en eenvoudig leelijk in zijn grooten wanhoop, ja zelfs terugstoo tend met het met bloed bevlekte ver band er om heen. En in den spiegel zag ik ook Rattray, knap, roman tisch, flink, alle eigenschappen, die ik niet had en ook nooit zou hebben, en ik „begreep" meer dan ooit enver- wenschte mijn mededinger ln mijn hart. Ik keerde mij om naar Eva. Ik zou haar niet opgeven voor hem. Ik zou haar dat ln zijn bijzijn zeggen het hem voor de voeten eooien. Maar zij had zich omgedraaid; zij luister de naar iemand anders. Haar blank voorhoofd schitterde. Er klonken stemmen ln de hal. Mijnheer Cole I Mijnheer Cole 1 Waar is u, mijnheer Cole Ik stak de kamer door naar de ge sloten deux. Mijn hand vond den sleutel. Ik draalde hem om met een kwaadaardigen triomf in 't hart. Rattray bewoog zich niet. Met op geheven handen smeekte het meisje nem, heen te gaan, door de deur, die open stond langs de trap naar bene den. Norsch schudde hij zijn hoofd. Met eon vloek was ik bij hen. Gaat heen, jelui allebei I fluister de ik schor. Nu ge nog kunt en ik u nog kan laten gaan. NuNu dan I Rattray bleef nog aarzelen. Ik zag hem steelsgewijze een blik werpen op mijn grooten revolver, die op de tafel ondex de lamp lag. Ik wierp hem naar hem toe en duwde hem de deur uit. Jij gaat eerst. Zij zal volgen. Zeg nu alsjeblieft niets meer. Ja, uw hand wil ik wel aannemen. Als ge weet te ontsnappen wees dan goed voor haar I Hij verdween. Buiten de kamer klonk nog steeds een stem, die mij riep maar nu hoorde ik haar boven mijn hoofd. Goeden dag, Eva, zei ik. Ge hebt geen moment te verliezen. Toch bleven die mooie oogen op mijn leelijk aangezicht gevestigd. U maakt bijzonder veel haast, zei ze met het scherpe stemmetje, waar van zij zich ln haar bitterste oogen blikken bediende. r- U bemint hemdat is genoeg. En daarmee gingen zij heen. HOOFDSTUK XX. De Bekentenis van Fraucis Rattray. In bet jaar 1858 ontving ik een lij- vigen brief met het postmerk van de Argentijnsche Republiek, een streek, waarin ik, voor zoover ik wist, heele- maal geen kennissen had. Het adres op den brief zei mij niets. In den tijd van mijn betrekking tot Rattray was zijn handschrift mij nooit onder de oogen gekomen. Denk dan eens, wat ik gevoeld moet heb ben toen het eerste wat ik onder op de laatste bladzijde las. zijn ondortee. kening was. Al vijf jaar lang was ik in onzeker, heid of hij leefde of <lood was. Ik had niets van hem gehoord na den nacht, toen wij in Kirby Hall van elkaar scheidden. Alles wat ik wist was dat hij uit Engeland en aan de Engelscho politie ontsnapt waszijn brief ver meldde geen bijzonderheden van dat incident. Het was. een zoor eigenaar^ dige briefademloos las ik in ge spannen aandacht de eerste dicht be schreven pagina over die mü de tra nen In de oogen deed komen. En dat geheele deel moest ik voor mij hou den. Ik heb het nooit aan een enkelen man of vrouw laten lezen. Het Is bel' lig tuaachen twee mannen. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1909 | | pagina 5