J.
M
M
9\
m
BAMRUBRIEK.
it
m
ft
ÜL
II
Jj§
H
1
«5
n
iU
16
S
fife
si
ft
IS
ill
jjf
u§
ÉS
IS
if
in
ga
11
ggj
1
il
il
s
neer oen dame als point de vue dienst
doet.
Mot stijgende verbazing keek Lena
hem aan. Plotseling Lógon zij te la-
"-heD en riep
Nu begin ik het te begrijpen
Diende ik missch'en vanmorgen ook
voor point de vue?
Juist 1
En jij liep aan de spits Van het
batalllon
Zoo is het. hernam Oscar.
Maar ik weet nog altijd niet, hoe
dat allemaal met elkander in verband
ataat.
Ja, dat kan alleen de kolonel op
helderen. zei Oscar lachend.
Natuurlijk wou hij niet Snzien,
dat de boomgroep naast jou een beter
point de vue zou zijn geweest en toen
ik hem ten slotte op de onmogelijk
heid wees om een wandelende jonge
dame als po'nt de vue te gebruiken,
antwoordde hij, dat het mij niet In 't
minst zou verontschuldigen als zijn
point de vue zich als een vogelver
schrikker zou ontpoppen.
Een vogelverschrikker? riep Le
na ontsteld. Heeft hij dat werkelijk ge.
aegd
Op mijn eerewoord
O. daarvoor zal hij mij voldoe
ning geven. Oscar, als mijn broer zoo
oud was als jij, zou hij hem uit moe
tan dagen.
Bah wat zou dat geven Om
fcoo'n bagatel bloed vergieten
Noem je deze beschïmp'ng een
bagatel Tk begrijp je niet
Troost je, je bent er nog gena
dig afgekomen, maar mij heeft je on
gelukkige wandeling twee dagen ka-
morarrest bezorgd. Ik geloof, dat je
nu mijn ziekte kent!
Maar ik erken die straf niet, viel
Lena hem in de rede. Je zult deze ge
vangenis verlaten en met mij mee
gaan.
Dat zou Insubordinatie zijn!
Ik verdedig je, als de kolonel...
Lief kind, de kolonel zou er
geen woord van zeggen, maar mor
gen zooi er reeds een aanklacht tegen
mij naar den krijgsraad zijn.
Lena stond in gedachten verzon
ken, zij wilde voldoening hebben voor
den „vogelverschrikker"; het was
haar onmogelijk, daar zoo maar over
heen te stappen.
En hoe durfde de kolonel het wa
gen, een a.s. bloedverwant van zijn
gastheer juist vandaag in airnest te
«turen
Neen, dat riep om wraak! Lena
Wist echter nog niet, op welke wijze
en met welke middelen zij haar doel
kon bereiken.
Ik mag hem niet om begenadi
ging verzoeken, zeide zij. Daardoor
sou ik mij deemoedig achten, boven
dien la het mij nu ook onmogelijk,
een vriendelijk woord tegen hem te
spreken.
Neen, dat mag je niet doen, ant
woordde Oscar, het zou voor hem een
overwinning zijn, die ik hem niet gun
Maar wees zoo goed en vraag je pa
of hij mij even komt bezoeken, ik zou
graag ©en paar woorden met hem
Gpreken.
Heb je hem iets t© vragen?
Ja en neen! zei de jonge luite
nant met een geheimzinnig lachje, je
ruit het later wel gewaar worden.
-— En ik zal jou en mij wreken!
dep het meisje vast besloten.
Jij?
Wacht maar, de kolonel zal la-
Ier in de keuze van zijn points de
vue wel voorzichtiger zijn.
Oscar wou haar den weg versper
ren en vetrlangde haar plan te weten
te komen; maar zij ontglipte hem be
hendig en liep de deur uit.
De kolonel beleefde vandaag in zijn
kwartier geen prettige ©ogenblikken.
Bij zijn gïoote ergernis over het
slechte exerceeren, voegden zich nu
jook nog het onvriendelijke gezicht
van zijn gastheer en dat van diens
eardige dochter.
Hij had Lena reeds eenige keeren
aangesproken, maar telkens zulk een
"kort, stijf antwoord gekregen, dat hij
het gesprek niet verder durfde voort
zetten. De gastheer ontweek hem zoo
veel mogelijk, maar onderhield zich
daarom des te drukker met de ande
re gasten, en zelfs de bedienden sche
nen hem vandaag op de Moolcerheide
te wenschen.
Hij wierp de schuld van dat alles
Op den oppasser, die aan de freule
gezegd had, dat de luitenant in het
geheel niet ziek was. Hij had hem
daarvoor wel een flink standje gege
ven, maar toch niet kunnen verhinde
ren, dat Lena persoonlijk naar de ge
zondheid van luitenant v. Worgitzki
ging informeeren.
Luitenant Worgitzki moest dus de
waarheid gezegd hebben, want het
heele huis was tegen den kolonel ln
opstand.
Daarom liet hij het zich echter aan
tafel niet minder smaken.
Om niet van de grillen van de be
dienden afhankelijk te zijn, liet hij
zich door zijn eigen oppasser bedie
nen en aan onderhouding ontbrak het
ook niet, want de dames en heeren
om hem heen, waren zeer Spraak
zaam.
Eir waren vele gasten uitgenood!gd,
grondbezitters uit de omgeving, als
ook verscheidene hoofdofficieren,
waaronder de regimentscommandant
de naaste superieur van den kolonel,
zich bevond.
De stemming was, zooals dan ook
,to verwachten was, zeer vroolijk. De
jecne toast volgde op den andere, de
tnuzikanten bliezen in het zweet huns
iaanschijns moer dan men kon ver
langen. De spijzen waren voortreffe
lijk, de wijn kostelijk en vurig wie
jou onder zulke omstandigheden *iin
hart voor de vreugd© hebben kunnen
gesloten houden.
Ook van het voorhoofd van Lena
was de donkere schaduw verdwenen,
maar als haar blik toevallig dien van
den kolonel ontmoette don bliksemde
er iets in haar oogen, waaruit de ou
de heer zcu hebben kunnen opmaken
(kit er een onweer op til was.
Men was tot aan het dessert geko
men, de bedienden presenteerden
champagne, koffie en ijs, en de gloei
ende neus van den kokmei bewees,
dat hij zich in het beste humeur be
vond.
Toen richtte Lena plotseling op
zeer luiden toon do vraag tot hem,
wat of een point de vue was.
De vaandrig en do adjudant beten
zich op de lippen, want zij bemerkten
dodelijk het doel van de waag, die
dou kolonel in de war bracht.
Een point de vue, freule, is een
gezichtspunt, stotterde hij, waar oen
gesloten troepenafdeeling bij den co-
lomiemarsch recht op of marcheert.
En daartoe kiest men?
Kerktorens, boomen, huizen...
Ook wel een vogelverschr .aar?
De kolonel schudde het hoofd en
glimlachte, de vaandrig keerde zich
om, de adjudant drukte zijn tanden!
krampachtig op zijn onderlip, terwijl
Lena's vader scherp op den kolonel
lette.
De oude heer hield zich goed, of
schoon de vraag hem het bloed naar
de wangen joeg.
Waarom niet? antwoordde hij.
Het komt er sleohts op aan of er geen
beter punt in de nabijheid te vinden
is.
Maar die vogelverschrikker kon
wel eens levend zijn? hernam Lena
overmoedig.
Met uw verlof, freule, dan zou
hij voor point de veu ongeschikt zijn,
zeide de kolonel.
Lena schudde lachend het hoofd.
Dat begrijp ik niet goed, ant
woordde zij; zou ik u mogen verzoe
ken mij dat nader uit te leggen.
Met alle plezier, haastte de kolo
nel zich te antwoorden. Nemen
eens aan, dat de vaandrig aan de
spits van het bataljon liep.
En dat ik het point de vue was...
Dat gaat niet, freule.
Maar ik ben het toch geweest!
U schertst, zeide de kolonel. U
wilt mij in verlegenheid brengen, of
is dit gesprek soms een straf, omdat
wij aan tafel over bijna niets anders
dan over de aanstaande manoeuvres
spraken?
In 't geheel niet, kolonel, ant
woordde Lena, terwijl zij den kolonel
strak aankeek. Ik vertel u de waar
heid Van morgen was het ik had
ons park verlaten, om buiten een
bouquet veldbloemen te plukken en
was geheel iu mijn werk verdiept,
toen ik opkijkend bemerkte, dat eon
glinsterende massa in lijnrechte rich
ting op mij afkwam.
Dat was misschien maar een
idéé van u, zeide de kolonel, wiens
zooeven nog gloeiende wangen nu
geheel verbleekt waren.
In geen geval! Toen die massa,
die wel wat op een reuzenslang ge
leek, dichter bij kwara, kon -ik duide
lijk luitenant van Worgitzki herken
nen, die zijn blik voortdurend op mij
gericht hield
Misschien lag het point de vue
achter u, zei de kolonel.
Ook dat niet! Ofschoon het geval
me niet ongerust maakte, was het mij
toch ook niet zeer aangenaam; ik ver
liet daarom de plaats, waar ik stond
en liep op het park toe. En toen ik
nu weer naar het bataljon keek, zag
ik dat het ook nu nog mijn persoon
als point de vue beschouwde; het
marcheerde in een verbazend kronke
lende lijn op mij af on maakte op be
vel van den oommandont halt.
,De regimentscommandant schudde
ongeloovig hot hoofd; hij keek vra
gend naar den kolonel die zijn oogen
nedersloeg.
Dat moet de officier, die aan de
spits marcheerde het beste weten,
sprak hij.
Zeker stamelde de kolonel.
Wie is deze officier? Zeide u zoo
even niet, dat liet luitenant van Wor
gitzki was? zeide de commandant zich
tet Lena wendend.
Het heele geval berust op oen
vergissing, zeide de kolonel, voordat
Lena de vraag kon beantwoorden. De
freule heeft misschien gemeend....
Pardon, kolonel, viel Lena liem
in de rede: zou dat verwijt omtrent
die vergissing niet op u betrekking
hebben?
In hoeverre?
Iq zooverre dat u mij voor een
vogelverschrikker hield?
De vaandrig kon zich nu niet langer
meer inhouden, hij moest zijn vroo-
lijkheid den teugel laten vieren, wat
er ook van komen zou.
De commandant scheen nu het ver
band te begrijpen; hij fronste het
voorhoofd, terwijl de kolonel zijn ver
legenheid zocht te verbergen door een
glas champagne in één teug uit te
drinken.
De luitenant is helaas plotseling
ongesteld geworden, hij kan zijn ka
mer met verlaten, zeide Lena. Hij
zou er ons zeker- een verklaring over
geveu, maar ik hoop, dat de kolonel
dat ook zal doen als ik hem daarom
verzoek?
Waarover? vroeg de kolonel.
Over den vogelverschrikker!
De kolonel trok de schouders op en
deed alle moeite om zich niet belache
lijk te makeu.
IU ivofi niet. wat u bedoelt, freu
le, hernam hij, maar vraagt u lult©-
nant van Worgitszki, die begrijpt mis
schien beter de beteekenis van uw
woorden.
Ah, lk vergat geheel, zefd© Le
na, haar hand op haar voorlioofd
loggende, alsof ze zich Iets moest her
lnneren. Mijnheer van Worgitzki
heeft mij verzocht u iets te overhan
digen... ah, nu herinner lk het mij.
Zij wenkte een bediende en fluister
de hem eenige woorden in, waarop
deze de zaal verliet.
Om op ons point de vu© terug
te komen, ging zij verder, lk moet ea
mijn verwondering over uitdrukken,
dat de commandant van het bataljon
niet de boomgroep in mijn nabijheid
heeft gekozen.
Fneule, daarover valt niet te
twisten, viel d© kolonel haar in de
rede, het is niet altijd aan den wil
van den commandant overgelaten het
point de vue te kiezen, hij moet daar
bij letton op terrein moeilijkheden en
andere hindernissen.
Daarom verkiest men zeker in
sommige gevallen een vogelverschrik
ker boven een boomgroep.
De kolonel zou er heel wat ""oor ge
geven hebben, als bet hem vergund
zon zijn geweest zich van tafel te ver
wijderen; maar zoolang het toeken
om op te staan nog niet gegeven was,
durfde hij het niet doen.
Hij wist nu zeker, dat Lena goed
ingelicht was en als hij haar aankeek
kon hijop haar gelaat lezen, dat zij al
haar kruit nog niet verschoten had.
Bovendien was het hem duidelijk
geworden, dat de keuze van het point
de vue alleen de oorzaak was va.n het
slechte exerceeren en hij eigenlijk
luitenant van Worgitzki onrechtvaar
dig gestraft had. Hij verwenschte zijn
bijziendheid, die hem reeds zoo me-
ivi'gen poets had gebakken.
Daaraan d'acht hij op dit oogenblik
terwijl de uitdrukking op het gezicht
van zijn superieur hem niet veel
goeds voorspelde.
Op dit oogenblik kwam de bedien
de terug.
Lena nam hem een verzegeld docu
ment uit de hand en gaf het aan don
kolonel met de woorden:
Ik heb de eer u het verzoek om
ontslag van mijn aanstaande te over
handigen.
De kolonel mompelde eenige woor
den, die niemand verstaan kon.
Om welke redenen wenscht hij
ontslagen te worden? vroeg de regi
mentscommandant verwonderd. Wor
gitzki is een flink officier, hij zou
carrière maken.
Zijn ziekte, die hij op het exer
citieterrein heeft opgedaan en waar
aan hij den raadsel achtigen naam
van point de vue geeft, veroorlooft
hem niet langer den degen te dragen,
antwoordde Lena met een ïronischen
blik op den kolonel, die niet op durf
de kijken van het geschrift, dat hij in
de hand hield.
De ware reden, mijnheer, zal ik
u van avond mededeelen, zeide Le
na's vader; nu mag ik u echter slechts
zoo veel verklappen, dat mijn aan
staande schoonzoon tot mijn groot©
vreugde besloten heeft zich voortaan
geheel aan mijne goederen te wijden.
Daar hij een helder hoofd heeft, zal
het hem niet moeilijk vallen onder
mijne leiding datgene te leeren, wat
een goed grondbezitter kennen moet.
Maar het leger verliest in .Wor
gitzki een flink officier.
Slechts in vredestijd, en ik denk,
dat men dan wel een plaatsvervan
ger voor hem zal kunnen vinden. Wij
vieren van avond een tweede feest,
waarbij Oscar niet ontbreken mag.
Omdat hij nu wegens zijn ongesteld
heid niet bij ons mag komen, moeten
wij naar het paviljoen gaan, waar ik
reeds de noodige maatregelen heb la
ten nemen; ik hoop u allen daar van
avond weer te zien. En nu, mijne hoe
ren, zulie-n wij de dames aan haar lot
overlaten en in de rooksalon een
kleine siesta houden.
Bij deze woorden stond de grond
bezitter op en gaf daarmede het tee-
ken, dat de tafel geëindigd was.
De kolonel was een van de eersten,
die de zaal verlieten en de eenige gast
die 's avonds bij de verloving ont
brak.
Men amuseerde zich des avonds in
het paviljoen uitstekend en niemand
mist© den kolonel, die spoedig na af
loop der manoeuvres uit den dienst
werd ontslagen wegens lichaamsge
breken en gepensionneerd werd, nog
voordat Oscar van Worgitzki zijn
eervol ontslag kreeg, dat eenige we
ken later kwam.
IN DEN WINKEL
In een handwerkwinkel. Vóór de
toonbank zit een deftige dame, or
achter staal een bleek, vriendelijk
meisje, er óp liggen een menigte be
gonnen of geteekend© handwerken.
Dome. Zoo, is dat uwe heele
voorraad
Meisje. Ja, mevrouw, vindt u niet,
dat wij rijk gesorteerd zijn
Ja-a-a-a Maar ik had toch liever
dat u fijner linnendoekjes had. Deze
zijn mij wat grof.
Zoo worden zij altijd genomen,
in deze qualiteit.
Nu, mijn nicht heeit mij onlangs
uit Duitschland veel fijner meege
bracht. 't Lijkt er niet naar.
't Spijt me, mevrouw, maar we
hebben ze nooit fijner gehad.
Die teekening is wel aardig, maar
die rozen en v er geet-ro ij-nietjes zijn
niet modern.
't Is juist het allermodernste, me
vrouw Empire, ziet u wel die krans
jes en die lijnen
Ik houd meer van die... van die,
hoe heetcn ze ook weer, se se-seces-
sionsfiguren.
Wiskunstige bedoelt u.
O neen, dat Is al too ouder-
wetsch 1 Neen, van die lang uitgehaai-
do lijnen en rechte figuren.
Daar vraagt niemand meer naar,
mevrouw Men zegt, dat dit bet aller
nieuwste is.
rt— Dit kleedje gaat nog al, maar
ziet u, lk moet er jueer hebben.
O mevrouw dat Is geen bezwaar.
Wij hebben er nog genoeg op het ma
gazijn.
Eigenlijk wild© ik er een looper
van maken. Ziot u, zoo schnin tegen
mekaar en dan verbonden met klos-
jeskant.
0 mevrouwDat zal beeldig
staan.
Ja, mijn schoonzuster kreeg zoo'n
looper cadeau op haar verjaardag en
je wist niet, wat je zag, zoo mooi
maar het linnen was beslist veel fij
ner en iots moer crème.
Die hebben wij ook. mevrouw, ln
het crème Wil u ze zien
Als het niet te voel moeite Is.
(Na eenig zoeken komt hef meisje
met een nieuwen voorraad aangedra
gen).
Ah zoo Noemt u dat crème, ik
noem 't ecru.
Wij verkoopon het toch altijd
voor crème.
Dat kan wel. H Is torchon (zij
haalt alle stukken één voor één uit
elkaar, bekijkt de patronen door haar
face main).
Mij dunkt deze zijn nog grooter.
Dat lijkt maar zoo door dc. kleur,
mevrouw
Die kleur is affreus.
Vindi u, mevrouw
U niet?
O, ik voor mij vind wit altijd veel
chicquer. Maar ieder zijn smaak, ve
le dames prefereeren dezen tint.
Een wonderlijke smaak. Anders
zijn de te&keningen hier wel aardiger,
veel meer modern.
Ja, er zijn heele mooie bij.
Maar toch kan ik ze niet hebben.
Als ik deze eens nam?
Die is heel apart.
Ba, daar houd lk juist van, maar
zou u het niet mooier vinden als die
twee takjes ineen geslingerd waren en
hier verbonden met, een strikje?
Dat kunnen wij wel zoo laten
veranderen.
O neen, dat is niet de moeite
waard Tk heb een neefje, die is op de
Kunstnijverheid en die kan het wel
doen Hoeveel van die kleedjes heb
ik dan wel noodig voor een tafelloo-
per
Drié, vier mij dunkt vijf.
Zouden vier niet voldoende zijn,
met bet entre-deux er tusschen
- Ais u den looper niet le lang
neemt.
Vijf is toch secuurder en wat
dunkt u. waar moet ik ze mee bewer
ken?
Mij dunkt met waschechte zijde,
dat staat bet mooist© en is zeer prac
tised
Die looper van mijn zuster was
met kunstzijde geborduurd.
Maar dat houdt zich. niet zoo goed
in de wascb.
O, de wascbIk laat mijn goed
altijd uitstoomen.
Dan kan u ook kunstzijde ne
men, mevrouw 1
Als ik nu de bloemen werkte met
filovlos7.ijde eu de blaadjes en moes-
jee mei, kunstzijde
Dat zou zeker heel goed voldoen.
Denkt u ook niet en welke kleu
ren zou ik nemen
Voor de roosjes drie tinten rose,
voor de blaadjes twee reseda, voor de
moesjes lila.
Neen, goudgeel vind ik beter
harmonieerend.
Dat kan u ook doen, mevrouw 1
(Na eenig nadenken}, 't Is toch jam
mer, dat u ze niet fijner heeft; mij
dunkt dit zal niet voldoen met het
kant.
II zal bet niet licht fijner krij
gen, roevrouw
Zou u dat meenen
Ik ben er zeker van.
Als u daar voor instaat (neemt in
diep gepeins elk kleedje op, beziet het
van alle kanten tegen het licht. De
juffrouw vraagt bescheiden)
Wil u misschien de zijde zien
Ja dat wil zeggen. Ik kan er
nog niet overheen, dat ze niet fijner
zijn. Ik zal eens in een anderen win
kel gaan kijken en als ik ze daar
met krijsen kan, dan kom ik ze hier
halen. Dag juffrouw (Af).
Dag mevrouw.
De juffrouw pakt gelaten alle
kleedjes bij elkander.
Een andere dame (die al dien tijd
heeft gewacht)Juffrouw Ik heb uw
geduld bewonderd.
0 mevrouwGeduld verkoopon
wij bij de el. (Msb.)
HET BRAVE DIENSTMEISJE.
Louise Laviand was bijzonder go-
willig. Mevrouw had in de laatste jo-
ren niet zoo'n aardige, handige, ge
dienstige gehad. Maar 't was nie<t te
verwonderen. Louise had uitstekende
getuigschriften gehad, ze kon bordu
ren en verstellen, k-okeu en werken;
't was een witte raaf. Mevrouw ver
telde al haar kennissen, hoe ze het
had getroffen, want ook in Parijs is
de dienstbodennood zeer groot.
Totdat Louise op zekeren morgen
spoorloos verdwenen was en mèt haar
een groote hoeveelheid juweelen.
Wat Louise deed was al heel een
voudig.
Zij kwam zich besteden met val-
sche getuigschriften, zij was welwil
lend, beleefd en bescheiden en loerde
don, als zij goed en wel in dienst
was, op het oogenblik om wat van
haar gading was, te rooven.
Zoo had zij haar slag geslagen bij
een schatrijk bankier, waar zij voor
20.000 francs juweelen stal en bij
monsieur Japy, den oom van mevr.
Steinheil, waar zij als Caroline
Sehmitt diende, had zij zich voor een
aanzienlijke waarde aan kostbaarhe
den toegeeigend.
De politie arresteerde dezer dagen
haar minnaar, Gabriel Hild, een in
ternationalen dief, maar Louise ge
lukte het te ontsnappen. Gabriel Hild
doelde mede, dat zij eamen al voor
eenige honderdduizenden hadden ge
stolen.
HILDA VAN SUYLENBURG.
Het is thans 12 jaar geleden, dal
het bekende boek van mevr. Dc Jong
van Beek en Donk Hilda van Suyien-
burg, verscheen en alom in het land
de gemoederen In beweging bracht.
Destijds werd dadelijk een Fransche,
Duitsche, Engelsche en zeLfs oen Itali-
aansch© vertaling gemaakt Maar
geen dar vertaler» slaagde er ln een
uitgever te vinden. In Engeland was
dat waarschijnlijk te wijten aan de
te geringe moeite die de vertaler zich
gaf in de ander© landen achtten
de uitgevers toen ter tijd het publiek
nog niet rijp voor een boek van zoo
vooruitstrevende richting in zake de
vrouwenbeweging.
Toen evenwel vóór twee jaar einde
lijk een Duitsche uitgever het aan
durfde, had hij een ongedacht groot
succes. Biunen enkele maanden wa^
ren drie drukken geheel uitverkocht;
Wol een bewijs, dat de vrouwenbewe
ging in Duitschland veld wint
Nu heeft ook een Francche uitge
ver den stap gewaagd. Het boek zal
onder den ttel „l'Inévltable Répara-
tion" half December verschijnen. Het
zal belangwekkend z!jn na te gaan oX
daar evenals ln Duitschland de uitge
vers het publiek to laag geschat had
den en het boek ook daar inslaat.
(Vad.)
HAARLEMSCHE DAMCLUB.
Alle correspondentie deze rubriek
betreffende, gelieve men te richten
aan den heer J. Meijer, Kruisstraat 34.
Telephoon 1543.
Probleem No. 108 van
Gaufrès te Marseille.
Wit
Zwart schijven op 3, 4, 5, 10, 15, 31, 34. 40. 45 en dam op ti
Wit schijven op14, 18, 19, 24, 32, 38, 42," 43, 49 en 50
Probleem No. 309 van
Vardon te Caen.
Zwart
Zm.
ÜS.
■óL.
>'v
Hgf
•-»
'/zm
wfi,
Zwart schijven op7. 9. 10, 11, 12, 13, 17, 18, 19, 20. 23, 24, 36 en 45
Wit schijven op27, 29. 31, 33, 34, 38, 39, 40, 41, 43, 44, 47 en 50
Oplossingen van deze probleemen
worden ingewacht aan bovengenoemd
adres, uiterlijk Dinsdag 21 Decem
ber e. k.
Oplossingen van deze problemen
Draaitol", Wit: 31 - 27. 37 - 31,
29 - 23, 27 - 21, 34 - 3ü, 24 - 19,
23 - 18, 28 39, 33 4
Oplossing van probleem motto „3
i 6", Wit3U - 25, 25 - 20. 33 - 28,
39 - -33, 34 5, 18 26
Beide problemen zijn goed opgelost
door de heeren Joh. N. Arendsen,
Job. H. Blom, F. v. d. Booren, R.
Bouw, W. van Daalen, P. J. Eype, P.
Geldorp, Th. S. Germans, D. G. Ko
ning, W. J. A. Matla.
Probleem motto ,,3en 6" alleen, door
den heer C. L. V. Nagel.
UITSLAG VAN DEN WEDSTRIJD.
Het minst aantal oplossingen ver
kreeg probleem No. 104 (voor den
wedstrijd No. XXI) motto ,,de Draai
tol" en valt den auteur daarvan dus
de prijs van 6 ten deel, waarmede
wij hem geluk wenschen.
De namen der heeren oplossers, die
het hoogst aantal punten (21) bohaul.
den, zijn
Joh. N. Arendsen, Joh. H. Blom, F.
v. d. Booren, R. Bouw, W. van Daa
len, P. J. Eype, P. Geldorp, Th. S.
Germans, D. G. Koning, W. J.
Matla, (buiten mededinging).
Het lot moet dus beslissen, wien
dezer heeren de prijs van ƒ4 zal wor
den toegekend.
De loting zal plaats hebben op
Maandagavond 20 December te 9 uur
iu het speellokaal van de Haarl. Dam
club, Café Suisse, Smedestraat 19,'
(ingang naast het café), tot bijwoning
waarvan bovengenoemde heeren be
leefd worden uitgenoodigd.
CURSUS VOOR JONGELIEDEN.
De cursus voor jongelieden zal a. s,
Maandag 13 dezer weder op den ge
wonen tijd (7 uur) plaats hebben.
EINDSTELLING IN DE PARTIJ.
Wit
In bovenstaande eindstelling maak
te de heer S. Abram in de domveree-
niging „Amsterdam", do volgende
snelle, maar niettemin fraai© afwik
keling, nadat zwart 46 - 28 had ge
speeld, denkende een schijf te win
nen
Wit21 - 16, 49 - 44. 31 - 27, 16
2011
Zwart28 50. 50 35, 35 21,
De Haarlemsche Damclub houdt
hare bijeenkomsten iederen Maandagu
avond van 8 tot 12 uur in de boven
zaal van Café Suisse, Smedestraat 19,
(ingang naast het café). Liefhebbers
van het damspel zijn daar steeds wel
kom.