J. M M 9\ m BAMRUBRIEK. it m ft ÜL II Jj§ H 1 «5 n iU 16 S fife si ft IS ill jjf u§ ÉS IS if in ga 11 ggj 1 il il s neer oen dame als point de vue dienst doet. Mot stijgende verbazing keek Lena hem aan. Plotseling Lógon zij te la- "-heD en riep Nu begin ik het te begrijpen Diende ik missch'en vanmorgen ook voor point de vue? Juist 1 En jij liep aan de spits Van het batalllon Zoo is het. hernam Oscar. Maar ik weet nog altijd niet, hoe dat allemaal met elkander in verband ataat. Ja, dat kan alleen de kolonel op helderen. zei Oscar lachend. Natuurlijk wou hij niet Snzien, dat de boomgroep naast jou een beter point de vue zou zijn geweest en toen ik hem ten slotte op de onmogelijk heid wees om een wandelende jonge dame als po'nt de vue te gebruiken, antwoordde hij, dat het mij niet In 't minst zou verontschuldigen als zijn point de vue zich als een vogelver schrikker zou ontpoppen. Een vogelverschrikker? riep Le na ontsteld. Heeft hij dat werkelijk ge. aegd Op mijn eerewoord O. daarvoor zal hij mij voldoe ning geven. Oscar, als mijn broer zoo oud was als jij, zou hij hem uit moe tan dagen. Bah wat zou dat geven Om fcoo'n bagatel bloed vergieten Noem je deze beschïmp'ng een bagatel Tk begrijp je niet Troost je, je bent er nog gena dig afgekomen, maar mij heeft je on gelukkige wandeling twee dagen ka- morarrest bezorgd. Ik geloof, dat je nu mijn ziekte kent! Maar ik erken die straf niet, viel Lena hem in de rede. Je zult deze ge vangenis verlaten en met mij mee gaan. Dat zou Insubordinatie zijn! Ik verdedig je, als de kolonel... Lief kind, de kolonel zou er geen woord van zeggen, maar mor gen zooi er reeds een aanklacht tegen mij naar den krijgsraad zijn. Lena stond in gedachten verzon ken, zij wilde voldoening hebben voor den „vogelverschrikker"; het was haar onmogelijk, daar zoo maar over heen te stappen. En hoe durfde de kolonel het wa gen, een a.s. bloedverwant van zijn gastheer juist vandaag in airnest te «turen Neen, dat riep om wraak! Lena Wist echter nog niet, op welke wijze en met welke middelen zij haar doel kon bereiken. Ik mag hem niet om begenadi ging verzoeken, zeide zij. Daardoor sou ik mij deemoedig achten, boven dien la het mij nu ook onmogelijk, een vriendelijk woord tegen hem te spreken. Neen, dat mag je niet doen, ant woordde Oscar, het zou voor hem een overwinning zijn, die ik hem niet gun Maar wees zoo goed en vraag je pa of hij mij even komt bezoeken, ik zou graag ©en paar woorden met hem Gpreken. Heb je hem iets t© vragen? Ja en neen! zei de jonge luite nant met een geheimzinnig lachje, je ruit het later wel gewaar worden. -— En ik zal jou en mij wreken! dep het meisje vast besloten. Jij? Wacht maar, de kolonel zal la- Ier in de keuze van zijn points de vue wel voorzichtiger zijn. Oscar wou haar den weg versper ren en vetrlangde haar plan te weten te komen; maar zij ontglipte hem be hendig en liep de deur uit. De kolonel beleefde vandaag in zijn kwartier geen prettige ©ogenblikken. Bij zijn gïoote ergernis over het slechte exerceeren, voegden zich nu jook nog het onvriendelijke gezicht van zijn gastheer en dat van diens eardige dochter. Hij had Lena reeds eenige keeren aangesproken, maar telkens zulk een "kort, stijf antwoord gekregen, dat hij het gesprek niet verder durfde voort zetten. De gastheer ontweek hem zoo veel mogelijk, maar onderhield zich daarom des te drukker met de ande re gasten, en zelfs de bedienden sche nen hem vandaag op de Moolcerheide te wenschen. Hij wierp de schuld van dat alles Op den oppasser, die aan de freule gezegd had, dat de luitenant in het geheel niet ziek was. Hij had hem daarvoor wel een flink standje gege ven, maar toch niet kunnen verhinde ren, dat Lena persoonlijk naar de ge zondheid van luitenant v. Worgitzki ging informeeren. Luitenant Worgitzki moest dus de waarheid gezegd hebben, want het heele huis was tegen den kolonel ln opstand. Daarom liet hij het zich echter aan tafel niet minder smaken. Om niet van de grillen van de be dienden afhankelijk te zijn, liet hij zich door zijn eigen oppasser bedie nen en aan onderhouding ontbrak het ook niet, want de dames en heeren om hem heen, waren zeer Spraak zaam. Eir waren vele gasten uitgenood!gd, grondbezitters uit de omgeving, als ook verscheidene hoofdofficieren, waaronder de regimentscommandant de naaste superieur van den kolonel, zich bevond. De stemming was, zooals dan ook ,to verwachten was, zeer vroolijk. De jecne toast volgde op den andere, de tnuzikanten bliezen in het zweet huns iaanschijns moer dan men kon ver langen. De spijzen waren voortreffe lijk, de wijn kostelijk en vurig wie jou onder zulke omstandigheden *iin hart voor de vreugd© hebben kunnen gesloten houden. Ook van het voorhoofd van Lena was de donkere schaduw verdwenen, maar als haar blik toevallig dien van den kolonel ontmoette don bliksemde er iets in haar oogen, waaruit de ou de heer zcu hebben kunnen opmaken (kit er een onweer op til was. Men was tot aan het dessert geko men, de bedienden presenteerden champagne, koffie en ijs, en de gloei ende neus van den kokmei bewees, dat hij zich in het beste humeur be vond. Toen richtte Lena plotseling op zeer luiden toon do vraag tot hem, wat of een point de vue was. De vaandrig en do adjudant beten zich op de lippen, want zij bemerkten dodelijk het doel van de waag, die dou kolonel in de war bracht. Een point de vue, freule, is een gezichtspunt, stotterde hij, waar oen gesloten troepenafdeeling bij den co- lomiemarsch recht op of marcheert. En daartoe kiest men? Kerktorens, boomen, huizen... Ook wel een vogelverschr .aar? De kolonel schudde het hoofd en glimlachte, de vaandrig keerde zich om, de adjudant drukte zijn tanden! krampachtig op zijn onderlip, terwijl Lena's vader scherp op den kolonel lette. De oude heer hield zich goed, of schoon de vraag hem het bloed naar de wangen joeg. Waarom niet? antwoordde hij. Het komt er sleohts op aan of er geen beter punt in de nabijheid te vinden is. Maar die vogelverschrikker kon wel eens levend zijn? hernam Lena overmoedig. Met uw verlof, freule, dan zou hij voor point de veu ongeschikt zijn, zeide de kolonel. Lena schudde lachend het hoofd. Dat begrijp ik niet goed, ant woordde zij; zou ik u mogen verzoe ken mij dat nader uit te leggen. Met alle plezier, haastte de kolo nel zich te antwoorden. Nemen eens aan, dat de vaandrig aan de spits van het bataljon liep. En dat ik het point de vue was... Dat gaat niet, freule. Maar ik ben het toch geweest! U schertst, zeide de kolonel. U wilt mij in verlegenheid brengen, of is dit gesprek soms een straf, omdat wij aan tafel over bijna niets anders dan over de aanstaande manoeuvres spraken? In 't geheel niet, kolonel, ant woordde Lena, terwijl zij den kolonel strak aankeek. Ik vertel u de waar heid Van morgen was het ik had ons park verlaten, om buiten een bouquet veldbloemen te plukken en was geheel iu mijn werk verdiept, toen ik opkijkend bemerkte, dat eon glinsterende massa in lijnrechte rich ting op mij afkwam. Dat was misschien maar een idéé van u, zeide de kolonel, wiens zooeven nog gloeiende wangen nu geheel verbleekt waren. In geen geval! Toen die massa, die wel wat op een reuzenslang ge leek, dichter bij kwara, kon -ik duide lijk luitenant van Worgitzki herken nen, die zijn blik voortdurend op mij gericht hield Misschien lag het point de vue achter u, zei de kolonel. Ook dat niet! Ofschoon het geval me niet ongerust maakte, was het mij toch ook niet zeer aangenaam; ik ver liet daarom de plaats, waar ik stond en liep op het park toe. En toen ik nu weer naar het bataljon keek, zag ik dat het ook nu nog mijn persoon als point de vue beschouwde; het marcheerde in een verbazend kronke lende lijn op mij af on maakte op be vel van den oommandont halt. ,De regimentscommandant schudde ongeloovig hot hoofd; hij keek vra gend naar den kolonel die zijn oogen nedersloeg. Dat moet de officier, die aan de spits marcheerde het beste weten, sprak hij. Zeker stamelde de kolonel. Wie is deze officier? Zeide u zoo even niet, dat liet luitenant van Wor gitzki was? zeide de commandant zich tet Lena wendend. Het heele geval berust op oen vergissing, zeide de kolonel, voordat Lena de vraag kon beantwoorden. De freule heeft misschien gemeend.... Pardon, kolonel, viel Lena liem in de rede: zou dat verwijt omtrent die vergissing niet op u betrekking hebben? In hoeverre? Iq zooverre dat u mij voor een vogelverschrikker hield? De vaandrig kon zich nu niet langer meer inhouden, hij moest zijn vroo- lijkheid den teugel laten vieren, wat er ook van komen zou. De commandant scheen nu het ver band te begrijpen; hij fronste het voorhoofd, terwijl de kolonel zijn ver legenheid zocht te verbergen door een glas champagne in één teug uit te drinken. De luitenant is helaas plotseling ongesteld geworden, hij kan zijn ka mer met verlaten, zeide Lena. Hij zou er ons zeker- een verklaring over geveu, maar ik hoop, dat de kolonel dat ook zal doen als ik hem daarom verzoek? Waarover? vroeg de kolonel. Over den vogelverschrikker! De kolonel trok de schouders op en deed alle moeite om zich niet belache lijk te makeu. IU ivofi niet. wat u bedoelt, freu le, hernam hij, maar vraagt u lult©- nant van Worgitszki, die begrijpt mis schien beter de beteekenis van uw woorden. Ah, lk vergat geheel, zefd© Le na, haar hand op haar voorlioofd loggende, alsof ze zich Iets moest her lnneren. Mijnheer van Worgitzki heeft mij verzocht u iets te overhan digen... ah, nu herinner lk het mij. Zij wenkte een bediende en fluister de hem eenige woorden in, waarop deze de zaal verliet. Om op ons point de vu© terug te komen, ging zij verder, lk moet ea mijn verwondering over uitdrukken, dat de commandant van het bataljon niet de boomgroep in mijn nabijheid heeft gekozen. Fneule, daarover valt niet te twisten, viel d© kolonel haar in de rede, het is niet altijd aan den wil van den commandant overgelaten het point de vue te kiezen, hij moet daar bij letton op terrein moeilijkheden en andere hindernissen. Daarom verkiest men zeker in sommige gevallen een vogelverschrik ker boven een boomgroep. De kolonel zou er heel wat ""oor ge geven hebben, als bet hem vergund zon zijn geweest zich van tafel te ver wijderen; maar zoolang het toeken om op te staan nog niet gegeven was, durfde hij het niet doen. Hij wist nu zeker, dat Lena goed ingelicht was en als hij haar aankeek kon hijop haar gelaat lezen, dat zij al haar kruit nog niet verschoten had. Bovendien was het hem duidelijk geworden, dat de keuze van het point de vue alleen de oorzaak was va.n het slechte exerceeren en hij eigenlijk luitenant van Worgitzki onrechtvaar dig gestraft had. Hij verwenschte zijn bijziendheid, die hem reeds zoo me- ivi'gen poets had gebakken. Daaraan d'acht hij op dit oogenblik terwijl de uitdrukking op het gezicht van zijn superieur hem niet veel goeds voorspelde. Op dit oogenblik kwam de bedien de terug. Lena nam hem een verzegeld docu ment uit de hand en gaf het aan don kolonel met de woorden: Ik heb de eer u het verzoek om ontslag van mijn aanstaande te over handigen. De kolonel mompelde eenige woor den, die niemand verstaan kon. Om welke redenen wenscht hij ontslagen te worden? vroeg de regi mentscommandant verwonderd. Wor gitzki is een flink officier, hij zou carrière maken. Zijn ziekte, die hij op het exer citieterrein heeft opgedaan en waar aan hij den raadsel achtigen naam van point de vue geeft, veroorlooft hem niet langer den degen te dragen, antwoordde Lena met een ïronischen blik op den kolonel, die niet op durf de kijken van het geschrift, dat hij in de hand hield. De ware reden, mijnheer, zal ik u van avond mededeelen, zeide Le na's vader; nu mag ik u echter slechts zoo veel verklappen, dat mijn aan staande schoonzoon tot mijn groot© vreugde besloten heeft zich voortaan geheel aan mijne goederen te wijden. Daar hij een helder hoofd heeft, zal het hem niet moeilijk vallen onder mijne leiding datgene te leeren, wat een goed grondbezitter kennen moet. Maar het leger verliest in .Wor gitzki een flink officier. Slechts in vredestijd, en ik denk, dat men dan wel een plaatsvervan ger voor hem zal kunnen vinden. Wij vieren van avond een tweede feest, waarbij Oscar niet ontbreken mag. Omdat hij nu wegens zijn ongesteld heid niet bij ons mag komen, moeten wij naar het paviljoen gaan, waar ik reeds de noodige maatregelen heb la ten nemen; ik hoop u allen daar van avond weer te zien. En nu, mijne hoe ren, zulie-n wij de dames aan haar lot overlaten en in de rooksalon een kleine siesta houden. Bij deze woorden stond de grond bezitter op en gaf daarmede het tee- ken, dat de tafel geëindigd was. De kolonel was een van de eersten, die de zaal verlieten en de eenige gast die 's avonds bij de verloving ont brak. Men amuseerde zich des avonds in het paviljoen uitstekend en niemand mist© den kolonel, die spoedig na af loop der manoeuvres uit den dienst werd ontslagen wegens lichaamsge breken en gepensionneerd werd, nog voordat Oscar van Worgitzki zijn eervol ontslag kreeg, dat eenige we ken later kwam. IN DEN WINKEL In een handwerkwinkel. Vóór de toonbank zit een deftige dame, or achter staal een bleek, vriendelijk meisje, er óp liggen een menigte be gonnen of geteekend© handwerken. Dome. Zoo, is dat uwe heele voorraad Meisje. Ja, mevrouw, vindt u niet, dat wij rijk gesorteerd zijn Ja-a-a-a Maar ik had toch liever dat u fijner linnendoekjes had. Deze zijn mij wat grof. Zoo worden zij altijd genomen, in deze qualiteit. Nu, mijn nicht heeit mij onlangs uit Duitschland veel fijner meege bracht. 't Lijkt er niet naar. 't Spijt me, mevrouw, maar we hebben ze nooit fijner gehad. Die teekening is wel aardig, maar die rozen en v er geet-ro ij-nietjes zijn niet modern. 't Is juist het allermodernste, me vrouw Empire, ziet u wel die krans jes en die lijnen Ik houd meer van die... van die, hoe heetcn ze ook weer, se se-seces- sionsfiguren. Wiskunstige bedoelt u. O neen, dat Is al too ouder- wetsch 1 Neen, van die lang uitgehaai- do lijnen en rechte figuren. Daar vraagt niemand meer naar, mevrouw Men zegt, dat dit bet aller nieuwste is. rt— Dit kleedje gaat nog al, maar ziet u, lk moet er jueer hebben. O mevrouw dat Is geen bezwaar. Wij hebben er nog genoeg op het ma gazijn. Eigenlijk wild© ik er een looper van maken. Ziot u, zoo schnin tegen mekaar en dan verbonden met klos- jeskant. 0 mevrouwDat zal beeldig staan. Ja, mijn schoonzuster kreeg zoo'n looper cadeau op haar verjaardag en je wist niet, wat je zag, zoo mooi maar het linnen was beslist veel fij ner en iots moer crème. Die hebben wij ook. mevrouw, ln het crème Wil u ze zien Als het niet te voel moeite Is. (Na eenig zoeken komt hef meisje met een nieuwen voorraad aangedra gen). Ah zoo Noemt u dat crème, ik noem 't ecru. Wij verkoopon het toch altijd voor crème. Dat kan wel. H Is torchon (zij haalt alle stukken één voor één uit elkaar, bekijkt de patronen door haar face main). Mij dunkt deze zijn nog grooter. Dat lijkt maar zoo door dc. kleur, mevrouw Die kleur is affreus. Vindi u, mevrouw U niet? O, ik voor mij vind wit altijd veel chicquer. Maar ieder zijn smaak, ve le dames prefereeren dezen tint. Een wonderlijke smaak. Anders zijn de te&keningen hier wel aardiger, veel meer modern. Ja, er zijn heele mooie bij. Maar toch kan ik ze niet hebben. Als ik deze eens nam? Die is heel apart. Ba, daar houd lk juist van, maar zou u het niet mooier vinden als die twee takjes ineen geslingerd waren en hier verbonden met, een strikje? Dat kunnen wij wel zoo laten veranderen. O neen, dat is niet de moeite waard Tk heb een neefje, die is op de Kunstnijverheid en die kan het wel doen Hoeveel van die kleedjes heb ik dan wel noodig voor een tafelloo- per Drié, vier mij dunkt vijf. Zouden vier niet voldoende zijn, met bet entre-deux er tusschen - Ais u den looper niet le lang neemt. Vijf is toch secuurder en wat dunkt u. waar moet ik ze mee bewer ken? Mij dunkt met waschechte zijde, dat staat bet mooist© en is zeer prac tised Die looper van mijn zuster was met kunstzijde geborduurd. Maar dat houdt zich. niet zoo goed in de wascb. O, de wascbIk laat mijn goed altijd uitstoomen. Dan kan u ook kunstzijde ne men, mevrouw 1 Als ik nu de bloemen werkte met filovlos7.ijde eu de blaadjes en moes- jee mei, kunstzijde Dat zou zeker heel goed voldoen. Denkt u ook niet en welke kleu ren zou ik nemen Voor de roosjes drie tinten rose, voor de blaadjes twee reseda, voor de moesjes lila. Neen, goudgeel vind ik beter harmonieerend. Dat kan u ook doen, mevrouw 1 (Na eenig nadenken}, 't Is toch jam mer, dat u ze niet fijner heeft; mij dunkt dit zal niet voldoen met het kant. II zal bet niet licht fijner krij gen, roevrouw Zou u dat meenen Ik ben er zeker van. Als u daar voor instaat (neemt in diep gepeins elk kleedje op, beziet het van alle kanten tegen het licht. De juffrouw vraagt bescheiden) Wil u misschien de zijde zien Ja dat wil zeggen. Ik kan er nog niet overheen, dat ze niet fijner zijn. Ik zal eens in een anderen win kel gaan kijken en als ik ze daar met krijsen kan, dan kom ik ze hier halen. Dag juffrouw (Af). Dag mevrouw. De juffrouw pakt gelaten alle kleedjes bij elkander. Een andere dame (die al dien tijd heeft gewacht)Juffrouw Ik heb uw geduld bewonderd. 0 mevrouwGeduld verkoopon wij bij de el. (Msb.) HET BRAVE DIENSTMEISJE. Louise Laviand was bijzonder go- willig. Mevrouw had in de laatste jo- ren niet zoo'n aardige, handige, ge dienstige gehad. Maar 't was nie<t te verwonderen. Louise had uitstekende getuigschriften gehad, ze kon bordu ren en verstellen, k-okeu en werken; 't was een witte raaf. Mevrouw ver telde al haar kennissen, hoe ze het had getroffen, want ook in Parijs is de dienstbodennood zeer groot. Totdat Louise op zekeren morgen spoorloos verdwenen was en mèt haar een groote hoeveelheid juweelen. Wat Louise deed was al heel een voudig. Zij kwam zich besteden met val- sche getuigschriften, zij was welwil lend, beleefd en bescheiden en loerde don, als zij goed en wel in dienst was, op het oogenblik om wat van haar gading was, te rooven. Zoo had zij haar slag geslagen bij een schatrijk bankier, waar zij voor 20.000 francs juweelen stal en bij monsieur Japy, den oom van mevr. Steinheil, waar zij als Caroline Sehmitt diende, had zij zich voor een aanzienlijke waarde aan kostbaarhe den toegeeigend. De politie arresteerde dezer dagen haar minnaar, Gabriel Hild, een in ternationalen dief, maar Louise ge lukte het te ontsnappen. Gabriel Hild doelde mede, dat zij eamen al voor eenige honderdduizenden hadden ge stolen. HILDA VAN SUYLENBURG. Het is thans 12 jaar geleden, dal het bekende boek van mevr. Dc Jong van Beek en Donk Hilda van Suyien- burg, verscheen en alom in het land de gemoederen In beweging bracht. Destijds werd dadelijk een Fransche, Duitsche, Engelsche en zeLfs oen Itali- aansch© vertaling gemaakt Maar geen dar vertaler» slaagde er ln een uitgever te vinden. In Engeland was dat waarschijnlijk te wijten aan de te geringe moeite die de vertaler zich gaf in de ander© landen achtten de uitgevers toen ter tijd het publiek nog niet rijp voor een boek van zoo vooruitstrevende richting in zake de vrouwenbeweging. Toen evenwel vóór twee jaar einde lijk een Duitsche uitgever het aan durfde, had hij een ongedacht groot succes. Biunen enkele maanden wa^ ren drie drukken geheel uitverkocht; Wol een bewijs, dat de vrouwenbewe ging in Duitschland veld wint Nu heeft ook een Francche uitge ver den stap gewaagd. Het boek zal onder den ttel „l'Inévltable Répara- tion" half December verschijnen. Het zal belangwekkend z!jn na te gaan oX daar evenals ln Duitschland de uitge vers het publiek to laag geschat had den en het boek ook daar inslaat. (Vad.) HAARLEMSCHE DAMCLUB. Alle correspondentie deze rubriek betreffende, gelieve men te richten aan den heer J. Meijer, Kruisstraat 34. Telephoon 1543. Probleem No. 108 van Gaufrès te Marseille. Wit Zwart schijven op 3, 4, 5, 10, 15, 31, 34. 40. 45 en dam op ti Wit schijven op14, 18, 19, 24, 32, 38, 42," 43, 49 en 50 Probleem No. 309 van Vardon te Caen. Zwart Zm. ÜS. ■óL. >'v Hgf •-» '/zm wfi, Zwart schijven op7. 9. 10, 11, 12, 13, 17, 18, 19, 20. 23, 24, 36 en 45 Wit schijven op27, 29. 31, 33, 34, 38, 39, 40, 41, 43, 44, 47 en 50 Oplossingen van deze probleemen worden ingewacht aan bovengenoemd adres, uiterlijk Dinsdag 21 Decem ber e. k. Oplossingen van deze problemen Draaitol", Wit: 31 - 27. 37 - 31, 29 - 23, 27 - 21, 34 - 3ü, 24 - 19, 23 - 18, 28 39, 33 4 Oplossing van probleem motto „3 i 6", Wit3U - 25, 25 - 20. 33 - 28, 39 - -33, 34 5, 18 26 Beide problemen zijn goed opgelost door de heeren Joh. N. Arendsen, Job. H. Blom, F. v. d. Booren, R. Bouw, W. van Daalen, P. J. Eype, P. Geldorp, Th. S. Germans, D. G. Ko ning, W. J. A. Matla. Probleem motto ,,3en 6" alleen, door den heer C. L. V. Nagel. UITSLAG VAN DEN WEDSTRIJD. Het minst aantal oplossingen ver kreeg probleem No. 104 (voor den wedstrijd No. XXI) motto ,,de Draai tol" en valt den auteur daarvan dus de prijs van 6 ten deel, waarmede wij hem geluk wenschen. De namen der heeren oplossers, die het hoogst aantal punten (21) bohaul. den, zijn Joh. N. Arendsen, Joh. H. Blom, F. v. d. Booren, R. Bouw, W. van Daa len, P. J. Eype, P. Geldorp, Th. S. Germans, D. G. Koning, W. J. Matla, (buiten mededinging). Het lot moet dus beslissen, wien dezer heeren de prijs van ƒ4 zal wor den toegekend. De loting zal plaats hebben op Maandagavond 20 December te 9 uur iu het speellokaal van de Haarl. Dam club, Café Suisse, Smedestraat 19,' (ingang naast het café), tot bijwoning waarvan bovengenoemde heeren be leefd worden uitgenoodigd. CURSUS VOOR JONGELIEDEN. De cursus voor jongelieden zal a. s, Maandag 13 dezer weder op den ge wonen tijd (7 uur) plaats hebben. EINDSTELLING IN DE PARTIJ. Wit In bovenstaande eindstelling maak te de heer S. Abram in de domveree- niging „Amsterdam", do volgende snelle, maar niettemin fraai© afwik keling, nadat zwart 46 - 28 had ge speeld, denkende een schijf te win nen Wit21 - 16, 49 - 44. 31 - 27, 16 2011 Zwart28 50. 50 35, 35 21, De Haarlemsche Damclub houdt hare bijeenkomsten iederen Maandagu avond van 8 tot 12 uur in de boven zaal van Café Suisse, Smedestraat 19, (ingang naast het café). Liefhebbers van het damspel zijn daar steeds wel kom.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1909 | | pagina 12